Archeologisch vooronderzoek Astene (Deinze) Astenemolenstraat

Vergelijkbare documenten
Archeologisch vooronderzoek Nijlen Korenstraat Woonproject Versa

Archeologisch vooronderzoek Berlaar Sollevelden

Archeologisch vooronderzoek Melsele (Beveren) IJzerstraat

Archeologisch vooronderzoek Wetteren Gijzenzelestraat

Archeologisch vooronderzoek Zaffelare (Lochristi) Berkenstraat

Archeologisch vooronderzoek Reet (Rumst) Beukendreef Hoogvelden

Archeologisch vooronderzoek Kapellen Klein Heiken

Archeologisch vooronderzoek Ruien (Kluisbergen) Avelgemstraat

Archeologisch vooronderzoek Kruibeke Bazelstraat 'Houten Kruis'

Archeologisch vooronderzoek Sint-Gillis-Waas Reepstraat 128B

Archeologisch vooronderzoek Melsele (Beveren) Perzikenlaan Snoeckstraat

Archeologisch vooronderzoek Buggenhout-Varentstraat (project Pennekes)

Archeologisch vooronderzoek Diegem (Machelen) Watermolenstraat-Neerhofstraat

Archeologisch vooronderzoek Kruibeke Kattestraat

Archeologisch vooronderzoek Ruisbroek Donkstraat

Archeologisch vooronderzoek Oostakker Wolfputstraat

Archeologisch vooronderzoek Hoeilaart Waversesteenweg Verkaveling Paloker (fase 1)

Archeologisch vooronderzoek Wichelen Dreefstraat

Archeologisch vooronderzoek Herenthout Lindelaan

Archeologisch vooronderzoek Wingene Verrekijker

Archeologisch vooronderzoek Sint-Niklaas Europark-Zuid, 'Stelplaats De Lijn'

Archeologisch vooronderzoek Edegem Jan Verbertlei

Archeologisch vooronderzoek Sint-Niklaas Eekhoornstraat 1

Archeologisch vooronderzoek Londerzeel Schranckaert ( Molenveld )

Archeologisch vooronderzoek Weelde Gemeentelaan

Archeologisch vooronderzoek Goeferdinge (Geraardsbergen) Joannes Van Waesberghestraat

Archeologisch vooronderzoek Ranst Schawijkstraat

Archeologisch vooronderzoek Liedekerke Pamelsestraat 179 Het Arsenaal

Archeologisch vooronderzoek Deinze Karel Picquélaan

Archeologisch vooronderzoek Oostmalle (Malle) Lierselei

Archeologisch vooronderzoek Lier Arbeidsstraat Verkaveling Bogerse Velden West

Archeologisch vooronderzoek Zoersel Dorp 50-64

Archeologisch vooronderzoek Sint-Martens-Latem Bunderweg

Archeologisch vooronderzoek Olen Industrielaan 24

Archeologisch vooronderzoek Tielt-Winge Leuvensesteenweg 5 Gebrande hoeve

Archeologisch vooronderzoek Booischot (Heist-op-den-Berg) Pijpelheide

Archeologisch vooronderzoek Westkerke (Oudenburg) Vervlotenweg

Archeologisch vooronderzoek Essen Rinkvenstraat Verkaveling Rinkvenblok VA 973

Archeologisch vooronderzoek Michelbeke (Brakel) Hovendaal

Archeologisch vooronderzoek Zwevegem Stedestraat

Archeologisch vooronderzoek Stasegem Steenbrugstraat

Archeologisch vooronderzoek Sint-Katelijne-Waver Dennestraat Maenhoevevelden 1

Archeologisch vooronderzoek Wontergem (Deinze) Tabakstraat

Rapportage proefsleuvenonderzoek Borsbeek - Eugeen Verelstlei

Archeologisch vooronderzoek Elewijt (Zemst) Molenveld Fase 1

Archeologisch vooronderzoek Minderhout (Hoogstraten) Hoge Weg

Archeologisch vooronderzoek Zomergem Rijvers

Programma van maatregelen: Sint-Kwintens-Lennik (Lennik) Veldstraat

Archeologisch vooronderzoek Zoersel Oostmallebaan

Archeologisch vooronderzoek Melle Gontrode Heirweg

Archeologisch vooronderzoek Evergem Droogte

Archeologisch vooronderzoek Aalter Lostraat

Archeologisch vooronderzoek Herentals Raapbreukstraat

Archeo-rapport 51 Het archeologisch vooronderzoek aan de Heerstraat te Lovenjoel

Archeologisch vooronderzoek Halle (Zoersel) Het Klooster

Archeo-rapport 48 Het archeologische vooronderzoek aan de Spurkerweg te Bilzen

Programma van maatregelen: Londerzeel - Bloemstraat

Archeo-rapport 171 Het archeologisch vooronderzoek aan de Hazelereik te Tongeren

Archeologisch vooronderzoek Oud-Turnhout Hendrik van Zellestraat

Archeo-rapport 40 Het archeologische vooronderzoek op Klein Einderveld te Eksel

Archeologisch vooronderzoek Aalter Sint-Gerolflaan 'uitbreiding Emmaüsinstituut'

Programma van maatregelen: Aalter Sint-Jozefstraat

Programma van maatregelen: Ekeren Bredestraat 57

Archeologisch vooronderzoek Zaffelare (Lochristi) Vaardeken

Archeologisch vooronderzoek Wespelaar (Haacht) Grote Baan-Donkstraat Verkaveling Danneels Projects NV

Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa

Archeologisch vooronderzoek Kalmthout Kneuterlaan West Kerken Eind

Archeologisch vooronderzoek Wespelaar (Haacht) Grote Baan-Donkstraat Verkaveling Danneels Projects NV

Archeologisch vooronderzoek Sint-Denijs-Westrem (Gent) Beukenlaan

Archeo-rapport 75 Het archeologisch vooronderzoek aan Maalhofdijk te Heist-op-den-Berg

Archeologisch vooronderzoek Sint-Jan-In-Eremo (Sint-Laureins) Bisdomstraat-Warrande

Archeologienota Baron Descampslaan 44 te Wijgmaal (Vlaams-Brabant).

Programma van maatregelen: Turnhout - Hoveniersstraat

Archeo-rapport 19 Het archeologische vooronderzoek aan de Herstappelstraat te Lauw

Archeo-rapport 194 Het archeologisch vooronderzoek aan de Nachtegaalstraat te Koersel

Archeologisch vooronderzoek Wingene Sint-Amandsstraat

RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke)

Archeo-rapport 50 Het archeologische vooronderzoek aan de Deerlijksesteenweg te Harelbeke

Archeologisch vooronderzoek Lotenhulle (Aalter) Congostraat

Archeo-rapport 49 Het archeologisch vooronderzoek aan de Molenweg te Winksele

Archeo-rapport 106 Het archeologisch vooronderzoek aan de Bremstraat te Lembeek Sophie Rooms & Maarten Smeets

Archeo-rapport 197 Het archeologisch vooronderzoek aan de Anemonenlaan te Tienen Annelies De Raymaeker, Michiel Steenhoudt & Maarten Smeets

Archeo-rapport 4 Archeologisch vooronderzoek aan de Oude Tramweg te Munsterbilzen

Programma van maatregelen: Waasmunster - Schrijbergstraat

Programma van maatregelen: Gent Nieuwewandeling

Archeologisch vooronderzoek Hove Oudstrijdersstraat

Archeo(rapport!289!! Het! archeologisch! vooronderzoek! aan! de! Lage! Kaart! te! Brasschaat!

Archeologisch vooronderzoek Emblem (Ranst) Ranstsesteenweg, verkaveling Ten Velde

Stationsplein (Beveren-Waas, Oost-Vlaanderen)

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN AARTSELAAR LINDENBOSLAAN

Kale - Leie Archeologische Dienst. J a a r v e r s l a g K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t

Archeologisch vooronderzoek Hemiksem Asterlaan Fase I

Amandinestraat (Oostende, West-Vlaanderen)

Archeologisch vooronderzoek Landegem (Nevele) Poeldendries, Dennendreef

GERAARDSBERGEN- DUYTSENKOUTER

Archeologisch vooronderzoek Gent Groendreef 181

RAPPORT 86. Archeologische opgraving aan de Heukelommerweg te Riemst. Onderzoek uitgevoerd in opdracht van Dhr. Pauly.

Brouwerijsite (Kortemark, West-Vlaanderen)

Programma van maatregelen: Muizen (Mechelen) - Spreeuwenhoek

ARCHEOLOGISCHE PROSPECTIE MET INGREEP IN DE BODEM TILDONK POSTWEG

Transcriptie:

Rapporten All-Archeo bvba 080 Archeologisch vooronderzoek Astene (Deinze) Astenemolenstraat Marijke Derieuw, Jordi Bruggeman en Natasja Reyns Bornem 2012

Colofon Rapporten van het archeologisch onderzoeksbureau All-Archeo bvba 080 Aard onderzoek: Prospectie Vergunningsnummer: 2012/082 Naam aanvrager: Marijke Derieuw Naam site: Opdrachtgevers: Ten Dauwe nv, Guido Gezellelaan 26, B-9800 DEINZE en Retim bvba, Deinsesteenweg 59, B-9031 DRONGEN Opdrachtnemer: All-Archeo bvba, Barelveldweg 4, B-2880 BORNEM Terreinwerk: Marijke Derieuw en Natasja Reyns Administratief toezicht: Onroerend Erfgoed Oost-Vlaanderen, Nancy Lemay en Stani Vandecatseye, Gebroeders Van Eyckstraat 4-6, B-9000 GENT Trajectbegeleiding: David Vanhee, Kale-Leie Archeologische Dienst (KLAD), Koetshuis Kasteel van Poeke, Kasteelstraat 26, B-9880 AALTER Rapportage: All-Archeo bvba Determinaties: ma. Marijke Derieuw All-Archeo bvba Barelveldweg 4 B-2880 Bornem info@all-archeo.be 0478 36 57 07 0498 15 84 40 D/2012/12.807/13 All-Archeo bvba, 2012 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en /of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de opdrachtgever. All-Archeo bvba aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiend uit de toepassing van de adviezen of het gebruik van de resultaten van dit onderzoek. De aanbevelingen dienen louter ter advisering van het bevoegde gezag, zijnde de Kale-Leie Archeologische Dienst (KLAD) en Onroerend Erfgoed. 2

Inhoudsopgave 1 INLEIDING...5 2 PROJECTGEGEVENS EN AFBAKENING ONDERZOEK...7 2.1 Afbakening studiegebied...7 2.2 Aard bedreiging...8 2.3 Onderzoeksopdracht...9 3 BESCHRIJVING REFERENTIESITUATIE...11 3.1 Landschappelijke context...11 3.1.1 Topografie...11 3.1.2 Hydrografie...11 3.1.3 Bodem...12 3.2 Beschrijving gekende waarden...13 3.2.1 Historische gegevens...13 3.2.2 Archeologische voorkennis...14 3.2.3 Inschatting intactheid archeologisch erfgoed en archeologische potentie...15 4 RESULTATEN TERREINONDERZOEK...17 4.1 Toegepaste methoden & technieken...17 4.2 Bodem...17 4.3 Bespreking sporen...18 4.4 Afgebakende sites...20 4.5 Besluit...20 5 WAARDERING... 21 6 ANALYSE VAN DE GEPLANDE SITUATIE: EFFECTEN...23 7 AANBEVELINGEN...25 7.1 Adviezen...25 8 BIBLIOGRAFIE... 27 8.1 Publicaties...27 8.2 Websites...27 9 BIJLAGEN... 29 9.1 Lijst van afkortingen...29 9.2 Glossarium...29 9.3 Archeologische periodes...29 9.4 Plannen en tekeningen...29 9.5 CD-rom...29 3

4

1 Inleiding Naar aanleiding van een geplande woonverkaveling door Ten Dauwe nv en Retim bvba werd door de Kale-Leie Archeologische Dienst (KLAD) een archeologische prospectie met ingreep in de bodem aanbevolen. Deze opdracht werd op 15 februari 2012 aan All-Archeo bvba toegewezen. Het terreinwerk werd uitgevoerd op 6 maart 2012, onder leiding van Marijke Derieuw en met medewerking van Natasja Reyns. De bedoeling van het onderzoek was om binnen het plangebied archeologisch erfgoed te karteren en het eventueel aanwezige archeologisch erfgoed te lokaliseren, te interpreteren en te waarderen. Op die manier kan advies uitgebracht worden over eventuele vervolgstappen met betrekking tot het archeologisch vrijgeven van het plangebied en het definiëren van eventuele sites die verder onderzocht dienen te worden. De eindbeslissing over het vrijgeven van de gronden en/of archeologisch vervolgonderzoek ligt bij Onroerend Erfgoed, in samenspraak met de Kale-Leie Archeologische Dienst (KLAD). 5

6

2 Projectgegevens en afbakening onderzoek 2.1 Afbakening studiegebied Het projectgebied is gelegen in de provincie Oost-Vlaanderen, gemeente Deinze, deelgemeente Astene (Fig. 1), percelen 143a2 en 138a2 (kadaster Deinze, 2de afdeling, sectie C). Het onderzoeksgebied beslaat een oppervlakte van circa 2500 m² en is volgens het gewestplan gelegen in woongebied (0100). Fig. 1: Situeringsplan Administratieve gegevens met betrekking tot de locatie van het onderzoek: Provincie: Oost-Vlaanderen Locatie: Deinze (Astene) Plaats: Astenemolenstraat Toponiem: Leiehoek x/y Lambert 72-coördinaten: 94049; 186657 94085; 186667 94101; 186604 94075; 186599 Deinze is gelegen ten noorden van Nazareth, Zulte en Kruishoutem, ten westen van Gent en SintMartens-Latem, ten zuiden van Aalter en Nevele en tot slot ten oosten van Tielt (WestVlaanderen). Het onderzoeksgebied bevindt zich in de dorpskern van Astene. Het terrein wordt omsloten door de Astenemolenstraat in het westen, de Oudestraat in het noorden en het oosten en de Emile Clauslaan in het zuiden (Fig. 2). 7

Fig. 2: Kleurenorthofoto met een situering van het onderzoeksgebied (maps.google.be) 2.2 Aard bedreiging Fig. 3: Ontwerpplan Het terrein dat onderzocht dient te worden zal binnenkort verkaveld worden. Dit impliceert dat het bestaande bodemarchief grondig verstoord zal worden. Er werd daarom een prospectie met 8

ingreep in de bodem aanbevolen, zodat een inschatting kan gemaakt worden van eventueel op het terrein aanwezige archeologische waarden, alvorens de werken met betrekking tot de verkaveling van start mogen gaan. 2.3 Onderzoeksopdracht De bedoeling van het onderzoek is het vaststellen van de eventuele aanwezige archeologische waarden en deze in relatie tot hun context te interpreteren en zo correct mogelijk te waarderen om de gevolgen van de geplande bedreiging te kunnen inschatten. Hieruit moet dan een advies voortvloeien met betrekking tot de volgende stappen. Dit kan het vrijgeven van de terreinen of de noodzaak van een eventueel vervolgonderzoek omvatten. Om een weloverwogen waardering te kunnen voorstellen, is een prospectie met ingreep in de bodem aangewezen. Een aantal vragen dienen in het bijzonder beantwoord te worden: zijn er sporen aanwezig? zijn de sporen natuurlijk of antropogeen? hoe is de bewaringstoestand van de sporen (goed, gebioturbeerd,...)? maken de sporen deel uit van e e n of meerdere structuren? behoren de sporen tot e e n of meerdere periodes? welke aspecten verdienen bijzondere aandacht bij een eventueel vervolgonderzoek? 9

10

3 Beschrijving referentiesituatie 3.1 Landschappelijke context 3.1.1 Topografie Op de topografische kaart is het gebied gelegen tussen 7,5 en 10 m TAW (Fig. 5). Het terrein bevindt zich op een zuidelijke helling. Het onderzoeksgebied is verder gelegen op de grens van het traditionele landschap Zandig Leie-Schelde interfluvium. Dit landschap wordt gekenmerkt door een overwegend vlak zandlandschap met een kenmerkend microreliëf van Holocene landduinen (211080). Fig. 4: Topografische kaart met aanduiding van het onderzoeksgebied (http://geo-vlaanderen.agiv.be/geo-vlaanderen) 3.1.2 Hydrografie Het onderzoeksgebied is gelegen binnen het Leiebekken in de subhydrografische zone van Leie van monding Oude Mandelbeek (excl.) tot monding Kalebeek (incl.). (Fig. 5). Ten noorden loopt de Leie en ten zuiden mondt een naamloze waterloop uit in de Petegemse Beek. 11

Fig. 5: Hydrografie (http://geo-vlaanderen.agiv.be/geo-vlaanderen/vha) 3.1.3 Bodem Het terrein is gelegen in de Vlaamse Zandstreek. De geologische ondergrond bestaat uit het Lid van Aalbeke (KoAa), een formatie uit het Tertiair, gekenmerkt door donkergrijze tot blauwe klei en glimmers.1 Fig. 6: Bodemkaart (http://geo-vlaanderen.agiv.be/geo-vlaanderen/bodemkaart/) 1 http://dov.vlaanderen.be 12

Het onderzoeksgebied bestaat uit een droge zandbodem met een sterk gevlekte, verbrokkelde textuur B horizont (Zbc(h)). Net ten noorden van het terrein is er sprake van een droge zandbodem zonder profiel (Zbp) (Fig. 6). 3.2 Beschrijving gekende waarden 3.2.1 Historische gegevens Vermeldingen als Athenneria (7de eeuw) in een charter van St.-Pieters of Astenneria (856) of Villa Hachtinna (967) in een oorkonde van de St.-Baafsabdij zijn waarschijnlijk te vereenzelvigen met het huidige Astene. De vroegere parochiekerk op de Kapelleberg, een natuurlijke duinenheuvel vlakbij de Leie op de rechteroever, werd reeds vermeld in een kroniek van Drongen van 1147 en behoorde tot de oudste eenbeukige kruiskerkjes met vierkante kruisingstoren. Het patronaat behoorde toe aan de abdij van Drongen. Het huidige dorpscentrum met typische lintbebouwing ontwikkelde zich aan de in 1720 rechtgetrokken steenweg Gent-Kortrijk die de gemeente van west naar oost doorkruist. In de onmiddellijke omgeving ervan werd in 1834 de nieuwe parochiekerk gebouwd. De gronden links en rechts van de steenweg, respectievelijk tussen de Leie en de steenweg en de steenweg en de in 1839 aangelegde spoorlijn Gent-Kortrijk werden vanaf XIX grotendeels ingenomen door bedrijfsgebouwen.2 Fig. 7: Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden (http://www.ngi.be) Aan de Oude straat 24, rechtover de Astenemolenstraat, staat een voormalig molenaarshuis (tot 1870) van de oorspronkelijk schuin er tegenover gelegen "Astenemolen, een houten 2 http://inventaris.vioe.be/dibe/geheel/21369 13

korenwindmolen, mogelijk opklimmend tot de 17de eeuw. De molen is verdwenen in 1949, maar de molenberg is nog te herkennen tussen de aanplantingen. 3 Op de kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van graaf de Ferraris (1771-1778), kan gezien worden dat het projectgebied gelegen is in landbouwgebied. Er lijkt dan nog geen bebouwing aanwezig te zijn. De hiervoor genoemde Astenemolen is wel zichtbaar. (Fig. 7). Ook op de Atlas der Buurtwegen is er nog geen bewoning te zien binnen het onderzoeksgebied (Fig. 8). Fig. 8: Atlas der Buurtwegen (http://www.gisoost.be/atlasbw/) 3.2.2 Archeologische voorkennis Nabij het projectgebied zijn volgens de Centraal Archeologische Inventaris enkele gekende archeologische waarden aanwezig (Fig. 9): 3 4 5 CAI 972004: Astene kasteel. Hier werden Romeinse scherven aangetroffen (terra sigillata, terra nigra, kruikwaar, dolium, handgevormd aardewerk).4 CAI 970605: Goed ter Hove, laat-middeleeuwse site met walgracht. CAI 970604: Hoeve te Breeschot en Kasteel van Astene, laat-middeleeuwse sites met walgracht. CAI 972005: Losse vondst van 28 silexartefacten, mogelijk neolithisch aardewerk, 220-tal scherven hoofdzakelijk handgevormd aardewerk, vier fragmenten gewoon Romeins aardewerk en een dolium fragment.5 http://inventaris.vioe.be/dibe/relict/38072 Vermeulen 1992 Vermeulen 1992 14

CAI 970618: Goed Spauws, laat-middeleeuwse site met walgracht. CAI 150265: Losse vondst van handgevormd aardewerk (Romeins of ijzertijd) en een fragment middeleeuws aardewerk. CAI 152561: resten van een bunker uit de jaren 1930. CAI 972001: Op de hoek van de Astenemolenstraat en de Emiel Clauslaan werden een drietal Romeinse brandrestengraven gevonden.6 CAI 972003: Vondstconcentratie van ca. 350 scherven in protohistorische techniek, midden-romeins aardewerk (terra nigra, kruikwaar, Arraswaar en Eifelwaar) bouwmateriaal.7 CAI 971087-971088: Losse vondst van lithisch steentijdmateriaal, handgevormd aardewerk, Romeins handgevormd aardewerk en vol- en laat-middeleeuws aardewerk. CAI 971999: u-vormige gracht uit de late middeleeuwen. CAI 972002: twee midden-romeinse brandrestengraven. Graf 1 bevatte een potje, een kom en een bord in gewoon aardewerk en fragmenten van ijzeren armbanden. Graf 2 bevatte een beker in terra nigra, een bord in zeepwaar en een bodem van een pot in gewoon aardewerk.8 Fig. 9: Overzichtskaart CAI 3.2.3 Inschatting intactheid archeologisch erfgoed en archeologische potentie De omgeving van het projectgebied bevat enkele gekende archeologische waarden. Het gaat voornamelijk om sporen uit de late middeleeuwen, de pre- en protohistorie en vooral de Romeinse periode. Aansluitend aan het projectgebied werden reeds enkele Romeinse brandrestengraven ontdekt. Het is dus mogelijk dat hier nog meer Romeinse resten worden aangetroffen tijdens dit onderzoek. Het terrein ligt nu echter in de buurt van een industriezone. Het is onduidelijk of dit het bodemarchief recentelijk verstoord heeft of niet. 6 7 8 Bauters 1999: 92-93 Vermeulen 1992 Bauters 1999: 92-93 15

16

4 Resultaten terreinonderzoek 4.1 Toegepaste methoden & technieken De totale af te graven oppervlakte bedroeg minstens 12 % van het te prospecteren terrein, respectievelijk 10 % door middel van proefsleuven en 2 % door middel van kijkvensters en/of dwarssleuven. De bovengrond werd verwijderd tot op het archeologisch leesbare niveau, bepaald door de leidinggevende archeoloog. Tijdens het onderzoek werd de methode van continue sleuven gebruikt: parallelle proefsleuven ononderbroken over het volledige terrein; de afstand tussen de proefsleuven bedroeg niet meer dan 15 m (van middenpunt tot middenpunt); de minimale breedte van een sleuf was één graafbak breed, in dit geval 1,80 à 2 m. Alle sporen, werkputten en minstens één representatief bodemprofiel per werkput werden fotografisch vastgelegd. De profielen werden zo gekozen dat een overzicht verkregen werd van de bodemopbouw van het volledige onderzoeksgebied. Daarnaast werden alle hoofdmeetpunten, proefsleuven, vlakken, profielen, sporen en aanlegvondsten topografisch ingemeten. Het projectgebied omvat een oppervlakte van circa 0,25 ha (of 2500 m²). Het onderzoek geeft volgende getallen als resultaat: Onderzoekbare zone: 2500 m² Te onderzoeken zone door middel van proefsleuven = 10 % of 250 m² Te onderzoeken zone door middel van kijkvensters en dwarssleuven = 2 % of 50 m² Onderzochte oppervlakte: Aantal aangelegde werkputten: 3 = 385 m² Aantal aangelegde kijkvensters en dwarssleuven: 1 = 85 m² 4.2 Bodem Over het merendeel van het onderzoeksgebied bevindt het archeologisch niveau zich op circa 50 tot 80 cm onder het maaiveld, tussen 9,07 en 9,38 m TAW. Er werd tevens een tweede vlak aangelegd in het kijkvenster bij werkput 2. Hier bevindt het archeologisch niveau zich 1,30 m onder het maaiveld, op 8,48 m TAW. Het archeologisch niveau bevindt zich het diepst onder het maaiveld in het midden van het terrein. Fig. 11: WP1PR1 Fig. 10: Profiel van werkput 2 17

Over het volledige terrein is een bodemopbouw te herkennen die bestaat uit een A-horizont, die ligt op de C-horizont (Fig. 10). Aan de straatkant is de A-horizont sterk geroerd. Centraal op het terrein, onder een depressie, werd zelfs de aanwezigheid van een podzol bodem aangetroffen. Deze wordt gekenmerkt door een donkerbruine tot zwarte en oudere A-horizont, een witte uitlogingshorizont (E) en een bruine aanreikingshorizont (B), gelegen op de C-horizont. Over het grootste deel van het terrein leek het bodemarchief redelijk goed bewaard. Vooral de Ahorizonten waren verstoord en hier en daar waren er wat stukken (beperkt) gebioturbeerd door vroegere beplanting. 4.3 Bespreking sporen Fig. 12: Harrismatrix Er werden 17 sporen aangetroffen, waarvan één natuurlijk van aard is. De antropogene sporen omvatten paalsporen, kuilen en een verstoring. Fig. 13: WP2S2: podzol bodemprofiel Fig. 14: Randfragment uit WP2S2 18

Depressie In het noorden van het terrein werd een depressie met een podzol bodemprofiel aangetroffen (WP2S2 en WP3S3, zie hoger). De breedte van de depressie varieert tussen 3 en 9 m. Bij het couperen bleek dit spoor ongeveer 50 cm diep (Fig. 13). Het spoor leverde een randfragment handgevormd aardewerk op uit de metaaltijden of eventueel nog de Romeinse tijd (Fig. 14). Kuilen De aangetroffen kuilen hebben een donkere bruingrijze gevlekte vulling of een (donker)bruine homogene vulling. Ze hebben meestal een vrij losse vulling en enkele bevatten behoorlijk wat puin zoals baksteen en mortel (Fig. 15). De meeste zijn bijgevolg te dateren in de nieuwste tijd. Paalsporen Er werden vijf paalsporen aangetroffen in het kijkvenster rond werkput 2 (Fig. 16). Ze zijn ovaal van vorm. Twee ervan (WP2S5-6) hebben een grijszwarte gevlekte vulling, de derde (WP2S3) een lichtgrijze gevlekte vulling en iets donkerdere kern. De vierde (WP2S4) heeft een homogene lichte bruingrijze vulling en de vijfde (WP2S7) een bruine gevlekte vulling. Ze hebben een diameter van 55 tot 70 cm, behalve de twee laatst genoemde sporen. Deze zijn met respectievelijke 40 en 25 cm diameter duidelijk Fig. 15: Puinkuil (WP3S1) kleiner. Fig. 16: WP2S3-6 Fig. 17: WP2S7 Fig. 19: Coupe van WP2S4 Fig. 18: WP2S3 19

Het laatste paalspoor bevond zich onder de depressie. De andere paalsporen liggen kort bij elkaar, maar vormen geen structuur. De paalsporen leverden geen vondsten op, maar WP2S6 bevatte wel houtskool, waarvan een staal voor verdere datering ingezameld werd. De paalsporen bleken circa 10 cm diep bewaard (Fig. 21-Fig. 18). Fig. 20: WP2S5 Fig. 21: Coupe van WP2S6 Verstoring Er werd één verstoring aangetroffen (WP1S4). Deze heeft een bruingrijze gelaagde vulling en een onduidelijke aflijning. De verstoring dateert vermoedelijk uit de nieuwe of nieuwste tijd. 4.4 Afgebakende sites Uit onderzoek van het aangetroffen vondstmateriaal en de aanwezige sporen is gekomen tot de afbakening van een site. Deze bevindt zich in het noordelijke deel van het terrein, waar zich een aantal paalsporen bevinden. De grens lijkt gevormd te worden door een depressie (WP2S2 en WP3S3). Ten zuiden van de depressie werden geen relevante archeologische sporen aangetroffen. Op basis van vondstmateriaal uit de depressie kunnen de sporen vermoedelijk gedateerd worden in de metaaltijden of de Romeinse tijd. Het is mogelijk dat de aangetroffen sporen in verband staan met de Romeinse resten die ten zuiden van het terrein werden aangetroffen. 4.5 Besluit Het archeologisch vooronderzoek toont de aanwezigheid aan van menselijke activiteiten in het verleden. De aangetroffen sporen omvatten een depressie, kuilen, paalsporen en een verstoring. Aan de hand van de evaluatie van de aangetroffen sporen werd een site afgebakend. 20

5 Waardering De aangetroffen sporen omvatten een depressie, kuilen, paalsporen en een verstoring. Ze dateren grotendeels uit de nieuwe of nieuwste tijd. Enkel de paalsporen zijn mogelijk ouder en lijken op basis van geassocieerd vondstmateriaal uit de depressie gedateerd te kunnen worden in de metaaltijden of Romeinse tijd. Beleving Belevingswaarde in functie van schoonheid en herinneringswaarde is niet van toepassing. Fysieke kwaliteit Gaafheid De gaafheid van het terrein lijkt enigszins aangetast door recente activiteiten (puinkuilen). Conservering De conservering van vondsten is goed. De bewaring van niet-verbrande organische resten is echter weinig waarschijnlijk. Inhoudelijke kwaliteit In het noordelijke deel van het terrein bevinden zich een aantal paalsporen. De grens lijkt gevormd te worden door een depressie. Ten zuiden van de depressie werden geen relevante archeologische sporen aangetroffen. Op basis van vondstmateriaal uit de depressie kunnen de sporen vermoedelijk gedateerd worden in de metaaltijden of de Romeinse tijd. Het is mogelijk dat de aangetroffen sporen in verband staan met de Romeinse resten die ten zuiden van het terrein werden aangetroffen. De sporen hebben echter een eerder beperkte inhoudelijke kwaliteit, gezien ze geen deel lijken uit te maken van een structuur. Verder liggen ze aan de rand van het terrein, terwijl op de rest van het terrein geen andere archeologische waarden aangetroffen werden. Mochten er geassocieerde sporen aanwezig zijn, dan bevinden deze zich waarschijnlijk buiten het onderzoeksgebied. Het lijkt dan ook weinig nuttig om dit terrein verder te onderzoeken. Er werd in de plaats geopteerd om de paalsporen reeds tijdens dit vooronderzoek te couperen. Het archeologisch onderzoek van het terrein draagt tot slot bij aan de landschapsarcheologie, en verder ook aan een holistische culturele biografie van het landschap. Dit is interessant om de aard, verspreiding en kwaliteit van het archeologisch erfgoed te kunnen inschatten. 9 9 http://www.onderzoeksbalans.be/onderzoeksbalans/archeologie/methoden_en_technieken/terreinevaluati e/inleiding 21

22

6 Analyse van de geplande situatie: effecten Door middel van een analyse van de geplande situatie wordt onderzocht op welke wijze en in welke mate de effecten, zijnde de geplande ingreep in de bodem, de aanwezige archeologische waarden zal beïnvloeden. Dit maakt mogelijk om voor de verschillende effecten, adviezen op te stellen. Fysieke aantasting van archeologische waarden De aanleg van de verkaveling noodzaakt een aantal bodemingrepen die tot op zekere diepte het bodemarchief volledig zullen vergraven. Aantasting ensemblewaarde van archeologische waarden De archeologische waarden hebben geen ensemblewaarde. Degradatie van archeologische waarden De kans op bewaring van organisch materiaal is doorgaans beperkt. Deformatie van archeologische waarden Als gevolg van de druk uitgeoefend door de in te planten gebouwen, zal ook een deel van de onderliggende bodem die niet onmiddellijk fysiek aangetast is, gecompacteerd worden. Ook de zware werfmachines zullen de bodem enigszins verstoren in de zones die niet onmiddellijk fysiek worden aangetast. 23

24

7 Aanbevelingen 7.1 Adviezen Op basis van de waardering van de aangetroffen archeologische sporen, structuren en site en een analyse van het geplande grondverzet, worden voor het onderzoeksgebied de volgende opties overwogen: Tijdens het uitgevoerde vooronderzoek werden paalsporen en een depressie aangetroffen, die vermoedelijk gedateerd kunnen worden in de metaaltijden of de Romeinse tijd. Deze sporen lijken deel uit te maken van een site. De sporen hebben echter een eerder beperkte inhoudelijke kwaliteit, gezien ze geen deel lijken uit te maken van een structuur. Verder liggen ze aan de rand van het terrein, terwijl op de rest van het terrein geen andere archeologische waarden aangetroffen werden. Mochten er geassocieerde sporen aanwezig zijn, dan bevinden deze zich waarschijnlijk buiten het onderzoeksgebied. Het lijkt dan ook weinig nuttig om dit terrein verder te onderzoeken. Er werd in de plaats geopteerd om de paalsporen reeds tijdens dit vooronderzoek te couperen. De overige sporen op het terrein omvatten in hoofdzaak kuilen die in de nieuwste tijd te dateren zijn. Verder archeologisch onderzoek in de vorm van een vlakdekkend opgraving van een deel van het terrein lijkt dan ook weinig zinvol. Bijgevolg wordt de vrijgave van het terrein geadviseerd. Gezien de vaststelling van een site met archeologisch relevante waarden die echter een ruime datering hebben, is het misschien aangeraden om een C14-datering te laten uitvoeren op het houtskoolstaal dat uit WP2S6, één van de paalsporen, werd gerecupereerd. 25

26

8 Bibliografie 8.1 Publicaties Bauters, L./H. Thoen/S. Van Bellingen, 1999: Nog maar eens Romeinse brandrestengraven (DeinzeAstene), Monumentenzorg en Cultuurpatrimonium. Jaarverslag van de provincie OostVlaanderen 1998. Vermeulen, F., 1992: Tussen Leie en Schelde. Archeologische inventaris en studie van de Romeinse bewoning in het zuiden van de Vlaamse Zandstreek, Buitengewone reeks 1. 8.2 Websites Agentschap voor geografische informatie Vlaanderen (2012) http://geo-vlaanderen.agiv.be/ Centraal Archeologische Inventaris (2012) http://cai.erfgoed.net/cai/index.php Databank ondergrond Vlaanderen (2012) http://dov.vlaanderen.be GISoost, Geografisch informatiesysteem Provincie Oost-Vlaanderen (2012) http://www.gisoost.be Nationaal geografisch instituut (2012) http://www.ngi.be Onderzoeksbalans Onroerend Erfgoed Vlaanderen (2012) Vlaams instituut voor het Onroerend Erfgoed (VIOE) http://www.onderzoeksbalans.be 27

28

9 Bijlagen 9.1 Lijst van afkortingen CAI TAW DHM Centrale Archeologische Inventaris Tweede Algemene Waterpassing Digitaal hoogtemodel 9.2 Glossarium Ex situ Hydrografie In situ Off-site Onderzoeksgebied Plangebied Spijker Tegenovergestelde van in situ. Beschrijving van de fysische eigenschappen van waterlichamen en het aangrenzende land. Term gebruikt voor de aanduiding van archeologische resten die in dezelfde toestand worden teruggevonden als ze in het verleden door de mens zijn achtergelaten. Sporen die niet onmiddellijk aan een site kunnen toegewezen worden. Deel van het plangebied dat onderworpen is aan een archeologisch (voor)onderzoek. Het terrein waarop een bodemverstorende activiteit wordt gepland of uitgevoerd. Bijgebouw dat dienst doet als opslagplaats. 9.3 Archeologische periodes Fig. 22: Archeologische periodes 9.4 Plannen en tekeningen Plan 1: Situering Tekening 1: Profiel en coupetekeningen 9.5 CD-rom Inventarislijsten van het gerecupereerde vondstenmateriaal, van de sporen met beschrijving, van alle tekeningen en van alle foto's zijn digitaal beschikbaar. Dit is tevens het geval voor het dagboek, de foto's, de plannen en tekeningen. 29