VERORDENING PARKEERBELASTINGEN Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Bussum van 15 oktober 2013, nummer RV2013.

Vergelijkbare documenten
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer ; besluit :

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2007;

gelet op artikel 225 van de Gemeentewet en de Parkeerverordening Boxtel 1996; Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2013

Gemeenteraad Zaltbommel Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2015 vastgesteld

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2016

Verordening parkeerbelastingen

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2019

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN VEERSE MEERGEBIED II NOORD-BEVELAND 2015

Onderwerp : Verordening parkeerbelastingen De raad van de gemeente Beverwijk;

Verordening op de heffing e n invordering van parkeerbelastingen

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen gemeente Veendam

Gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders, nummer van..

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2016

Jaar: 2013 Nummer: 97 Besluit: Gemeenteraad 7 november 2013 Gemeenteblad VERORDENING PARKEERBELASTINGEN HELMOND 2014

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 september 2008;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2006;

De raad van de gemeente Valkenswaard in zijn openbare vergadering van 16 december 2009;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 21 november 2017;

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2014

Verordening parkeerbelastingen 2017 gemeente Terneuzen

gelezen het voorstel nummer RVO van het college van burgemeester en wethouders van 16 september 2014;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 september 2009;

Onderwerp: Tarieven gemeentelijke belastingen en heffingen 2012 (parkeerbelasting) Registratienummer: GF

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2016

Vaststellen verordening parkeerbelasting 2014 (inclusief tarieven) Registratienummer: GF

Verordening op de heffing en de invordering parkeerbelastingen 2018

De verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2016.

Raadsbesluit 2014/.Ö?.5.(

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2015 gemeente Harderwijk

BESLUIT: VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN 2018

besluit: vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2018

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN 2016

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 november 2016;

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelasting gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van ;

Afdeling Belastingen. Onder de naam "parkeerbelastingen" worden de volgende belastingen geheven:

Raadsstuk. Onderwerp: Wijziging Verordening parkeerbelastingen 2013 Reg.nummer: 99630

De verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2016.

Gewijzigde verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen

CVDR. Nr. CVDR616638_1 VERORDENING PARKEERBELASTINGEN 2019

Parkeerverordening Venray 2016

Nummer 090 J. Parkeerbelastingen

gelezen het raadsvoorstel nummer RVO van het college van burgemeester en wethouders van Den Helder van 2 december 2010;

Het tarief van de naheffingsaanslag parkeerbelastingen is conform bestendige gedragslijn verhoogd naar het wettelijk vastgestelde maximum van 51,--.

Verordening parkeerbelastingen Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2016 (Verordening parkeerbelastingen 2016)

gelet op het bepaalde in artikel 225 van de Gemeentewet en de Parkeerverordening Noordwijk 2014;

RAADSVOORSTEL Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2013.

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 november 2015, nr. 42/5, reg.nr. INTB ;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 augustus 2017, nr ,

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 30 oktober 2018,

Besluit vast te stellen de: Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2015 (1 e wijziging)

vast te stellen de navolgende Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2017.

VERORDENING PARKEERBELASTINGEN 2019

ONTWERP Bijlage 7. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2014 met nummer ; b e s l u i t :

Jaar: 2010 Nummer: 92 Besluit: Gemeenteraad 11 november 2010 Gemeenteblad VERORDENING PARKEERBELASTINGEN HELMOND 2011

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens van 26 juli 1990 Stb.

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2018.

Raadsvoorstel 78L. Gemeenteraad. Vergadering 3 november 2016 verbeterd exemplaar. Onderwerp : Verordening Parkeerbelastingen Helmond 2017

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen Amstelveen 2016

GEMEENTEBLAD. Nr Verordening parkeerbelastingen december Officiële uitgave van gemeente Tilburg.

De Raad van de gemeente Harlingen Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.6 november 2018

Gemeente Almere. Besluit. De raad van de gemeente Almere, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders: B E S L U I T: Pagina 1

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2019.

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 november 2011;

Raadsvoorstel

Verordening op de Heffing en Invordering van Parkeerbelastingen gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 maart 2019;

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2016

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

raadsvergadering: 13 november 2013 onderwerp: Verordening Parkeerbelastingen 2014

Jaar: 2012 Nummer: 90 Besluit: Gemeenteraad 8 november 2012 Gemeenteblad VERORDENING PARKEERBELASTINGEN HELMOND 2013

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2017

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2019

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeer belas tingen

DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE BESLUIT. Verordening parkeerbelastingen Deurne 2018

Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen 2015

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen gemeente Breda

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2005

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 1 oktober 2013;

vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2013.

Gemeente Zeist Verordening parkeerbelastingen Zeist 2016

Raadsvoorstel 86I. Gemeenteraad. Vergadering 6 november Onderwerp : Verordening Parkeerbelastingen Helmond 2015

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2014

Verordening op de heffing en invordering van Parkeerbelastingen 2018

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen

DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE BESLUIT. Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen gemeente Deurne 2017

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 november 2015;

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen

eurne DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE BESLUIT Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen gemeente Deurne 2017

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2011

Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2013 gemeente IJsselstein

Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 28 november 2017,

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende belastingregels omtrent parkeren Verordening parkeerbelastingen Breda 2018

Transcriptie:

Raadsbesluit VERORDENING PARKEERBELASTINGEN 2014 Gemeente Bussum De raad van de gemeente Bussum; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Bussum van 15 oktober 2013, nummer RV2013.073; gelet op de artikel 225 van de Gemeentewet; Brinklaan 35 Postbus 6000 1400 HA Bussum Telefoon (035) 692 88 88 Fax (035) 692 85 00 b e s l u i t : Vast te stellen de volgende verordening: Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2014. Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a) parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden; b) houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven; c) parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan; d) centrumgebied: het gebied van de gemeente Bussum, zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte kaart; e) dag: een periode van vierentwintig uren, beginnend om 0.00 uur en eindigend om 24.00 uur; f) vaste dag: een vooraf door de belastingplichtige te bepalen vaste dag in de week (bijvoorbeeld: de maandag of de dinsdag etc.). g) week: een kalenderweek dan wel een periode van 7 aaneengesloten dagen; h) maand: een kalendermaand dan wel een periode van 30 aaneengesloten dagen; i) jaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december; j) algemene of gereserveerde invalidenparkeerplaats: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990. 1

Belastbaar feit Artikel 2 Onder de naam parkeerbelastingen worden de volgende belastingen geheven: a) een belasting voor het parkeren van een voertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college van burgemeester en wethouders te bepalen plaats, tijdstip en wijze; b) een belasting voor een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze. Artikel 3 Belastingplicht 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven van degene die het voertuig heeft geparkeerd. 2. Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt: a) degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen; b) zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 2, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het voertuig, met dien verstande dat: º1 als een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het voertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd; º2 als blijkt dat een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd. 3. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, als deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen. 4. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd. 2

Vrijstellingen Artikel 4 1) De parkeerbelastingen worden niet geheven voor houders van een: a) geldige Europese Gehandicapten Parkeerkaart of een geldige landelijke invalidenparkeerkaart (zowel voor bestuurders als passagiers); b) bijzondere parkeervergunning als bedoeld in artikel C, vierde lid, van de Parkeerverordening 2012, die gebruikt wordt door een (gemeente)ambtenaar tijdens de uitoefening van zijn of haar functie. 2) Deze vrijstelling geldt uitsluitend, indien de parkeerkaart of de parkeervergunning, zoals bedoeld in het eerste lid, met de daartoe bestemde zijde op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats direct achter de voorruit van het voertuig is geplaatst. Indien geen voorruit aanwezig is, dient de parkeerkaart of parkeervergunning op een van buitenaf zichtbare plaats duidelijk leesbaar te worden aangebracht. Artikel 5 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel. Artikel 6 Wijze van heffing 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven door middel van voldoening op aangifte. 2. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven door middel van een aanslag. Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren. 2. De belasting voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of zo dit later is bij de aanvang van de belastingplicht. 3. Indien de belastingplicht van de belasting voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2, onderdeel b in de loop van het jaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar nog maanden overblijven. De maand waarin de belastingplicht ontstaat wordt voor de berekening van het aantal maanden geheel meegerekend. 3

Termijnen van betaling Artikel 8 1. In afwijking van artikel 9. eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet de belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a worden betaald bij de aanvang van het parkeren. 2. In afwijking van artikel 9. eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet de belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel b worden betaald binnen een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet. 3. In afwijking van artikel 234, negende lid van de Gemeentewet moet de naheffingsaanslag worden betaald binnen 2 weken na de dagtekening van het duplicaat van de naheffingsaanslag. Artikel 9 Teruggaaf parkeerbelastingen 1. Behoudens het bepaalde in het tweede lid bestaat geen recht op teruggaaf van parkeerbelastingen. 2. Indien een vergunning in de loop van het belastingtijdvak wordt ingetrokken, wordt op aanvraag teruggaaf van de parkeerbelasting verleend over de nog niet ingetreden maanden van het belastingtijdvak, gerekend van de datum van inlevering van de parkeervergunning. Artikel 10 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd, geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit. Artikel 11 Bevoegdheid tot gebruik wielklem en wegsleepregeling 1. Tot zekerheid van de betaling van een naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, kan aan het voertuig ook een wielklem worden aangebracht, waardoor wordt verhinderd dat het voertuig wordt weggereden. 2. Het college van burgemeester en wethouders wijst bij openbaar te maken besluit in alle gevallen de terreinen en weggedeelten aan waar de wielklem wordt toegepast. 3. Als na het aanbrengen van de wielklem 24 uren zijn verstreken kan het voertuig naar een door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aangewezen plaats worden overgebracht en in bewaring worden gesteld. 4

Kosten Artikel 12 1. De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen 58,--. 2. De kosten van het aanbrengen en van het verwijderen van de wielklem bedragen 48,--. 3. De kosten bedragen: 1. 190,-- per keer, voor het uitrijden en overbrengen van een voertuig en 2. 17,85 per dag, voor het bewaren van een voertuig. 4. Het bedrag van de ingevolge het tweede en derde lid in rekening te brengen kosten wordt bij beschikking vastgesteld. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders Artikel 13 Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting. Artikel 14 Overgangsrecht 1. De Verordening parkeerbelastingen 2014 van 12 november 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 15, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan. 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 15, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de parkeerbelastingen hiervoor in die periode plaatsvindt. Artikel 15 Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking. 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014. 5

Citeertitel Artikel 16 Deze verordening wordt aangehaald als Verordening parkeerbelastingen 2014. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bussum, gehouden op 12 november 2013. de griffier, de voorzitter, 6

TARIEVENTABEL 2014, BEHORENDE BIJ DE VERORDENING PARKEERBELASTINGEN 2014 I. Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedraagt zowel binnen als buiten het centrumgebied: 0,10 per 6 minuten. II. Het tarief voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, bedraagt: a. voor de eigenaar of de houder van een motorvoertuig, die woont in het centrumgebied : 125 per jaar. b. voor de eigenaar of de houder van een motorvoertuig, die in het centrumgebied een beroep uitoefent: 125 per jaar. c. voor de eigenaar of de houder van een motorvoertuig, die in het centrumgebied een bedrijf uitoefent: 500 per jaar. d. voor de eigenaar of houder van een motorvoertuig, die op de Bussumse weekmarkt een standplaats heeft: Eenheid Bedrag per jaar Voor de vaste dag in de week, waarop de Bussumse weekmarkt wordt gehouden 68 Gebied voor het parkeren op de met borden aangegeven parkeerstrook langs de Vlietlaan. III. Een gedeelte van een in de vorige leden genoemde eenheid van tijd wordt voor een gehele eenheid gerekend. Behoort bij raadsbesluit van 12 november 2013 De griffier, (mr. L.A. Wieringa) 7

KAART CENTRUMGEBIED PARKEERBELASTINGEN Behoort bij het raadsbesluit van 12 november 2013 De griffier, (mr. L.A. Wieringa) 8