PESTBELEID

Vergelijkbare documenten
PESTPROTOCOL Onderstaande tekst is ontleend aan paragraaf 4.1 van het Schoolveiligheidsplan van het St.

INHOUDSOPGAVE. Pesten Wat is pesten? Hoe wordt er gepest? De gepeste leerling De pester De meelopers en de andere leerlingen Het aanpakken van pesten

PESTPROTOCOL. Praedinius Gymnasium Groningen. Versie april 2017

PESTPROTOCOL. Christelijk College De Populier. Populierstraat MK Den Haag

V13 Pestprotocol Varendonck-College

Pestprotocol 2College Jozefmavo

PESTPROTOCOL W.W.N.A.

Pestprotocol 1 PESTEN. Wat is pesten? Hoe wordt er gepest?

ANTI-PESTPROGRAMMA KENNEMER COLLEGE INHOUD. Uitgangspunten De vijf sporen aanpak Stappenplan. Bijlage I

PESTPROTOCOL. Marnix College Ede

Pestprotocol

Vooraf 2. Het pestprotocol Uitgangspunten 4 De vijfsporenaanpak 4 Preventieve maatregelen 5

Pestprotocol Horeca Vakschool Rotterdam

PESTPROTOCOL Splitting

Pestprotocol. Pagina 1 van 10

PESTPROTOCOL Oranjeschool 2016

Veiligheidsplan Utrechtse School PESTPROTOCOL

PESTPROTOCOL OSG WEST-FRIESLAND HOORN

PESTPROTOCOL. Zaanlands Lyceum

Pestprotocol (september 2013)

Januari Pestprotocol

PESTPROTOCOL MENCIA SANDRODE. Zundert

PESTPROTOCOL BERLAGE LYCEUM AMSTE RDAM

Vooraf 2. Het pestprotocol Uitgangspunten 5 De vijfsporenaanpak 5 Preventieve maatregelen 6 Voorbeeld pestcontract 6

Protocol tegen Pesten

ANTI-PESTPROTOCOL ISW IRENESTRAAT

Het pestprotocol is onderdeel van het totale schoolveiligheidsbeleid zoals dat binnen onze school in ontwikkeling is.

D. het pestprotocol. Lichamelijk: - trekken aan kleding, duwen en sjorren - schoppen en slaan - krabben en aan haren trekken - wapens gebruiken

Pestprotocol. Samen bouwen aan jouw toekomst

Katholieke Scholengemeenschap Hoofddorp PESTPROTOCOL

INFOR. Pestprotocol INFORMATIE OVER ONS BELEID TEGEN PESTEN VOOR DOCENTEN, OUDERS EN LEERLINGEN

Protocol bij pesten Wat is pesten?

Anti-pestbeleid Via Nova College Utrecht vmbo

PESTPROTOCOL HOOGHUIS HEESCH

PESTPROTOCOL. Grotiuscollege Heerlen

PESTPROTOCOL. Vastgesteld te Eindhoven, februari 2014

Pestprotocol Utrechts Stedelijk Gymnasium

PESTPROTOCOL CSG Het Noordik

PESTPROTOCOL CS. DE HOVEN. de Windroos

Sociaal Veiligheidsbeleid PrO Hardenberg Korte versie (Voor volledige tekst zie digitale versie)

Wat is pesten? in de val laten lopen, klem zetten of rijden opsluiten. uitsluiten van feestjes bij groepsopdrachten

Het pestprotocol. Informatie over (ons beleid tegen) pesten voor docenten, ouders en leerlingen

Pestbeleid Omgaan met pesten

Leidraad voor een gesprek met de gepeste leerling Leidraad voor een gesprek met een leerling die pest

Pestprotocol. Verbaal (/schriftelijk) Vernederen Schelden Dreigen Negatieve bijnamen gebruiken Gemene briefjes, mailtjes, smsjes, appjes schrijven

Protocol anti-pesten

PESTPROTOCOL DE LASENBERG SOEST

Dit pestprotocol bestaat uit een overzicht, een stappenplan en een toelichting bij diverse onderdelen van het overzicht en het stappenplan.

Protocol anti-pesten

Westplantsoen. Wat doen we tegen pesten?

PESTPROTOCOL. PENTA college CSG Hoogvliet Pagina 1

Draaiboek Pesten RSG SLINGERBOS LEVANT

Pijnacker. Wat doen we tegen pesten?

PESTPROTOCOL JTC. Pesten past niet bij Respect. 1. Wat is pesten?

PEST PROTOCOL. * Uitgangspunten * De vijfsporenaanpak * Preventieve maatregelen

PESTPROTOCOL

PESTEN. De aanpak van pesten op het Dendron College

PESTPROTOCOL

Pestprotocol PENTA college csg Jacob van Liesveldt

Pestprotocol Keizer Karel College

Pestprotocol. Een plan van aanpak (ons beleid) tegen pesten voor docenten, ouders en leerlingen

Pestprotocol CSG Christelijke scholengemeenschap Groningen (CSG) december 2017

Ons pestprotocol STOP PESTEN

Pestprotocol Christelijk Gymnasium Utrecht Versie 15 oktober 2014

PESTPROTOCOL ISW HOOGELAND

PESTPROTOCOL ISW Sweelincklaan

Pestprotocol 2016 januari 2016

Februari 2014 PESTPROTOCOL

Bijlage 2: - leidraad voor een gesprek met de gepeste leerling (voor ouders en mentoren)

Pestprotocol CBS Het Mosterdzaadje versie 1.6 januari 2016

Pestprotocol - Ichthusschool

Pest protocol januari 2013

WOORD VOORAF. Den Haag, januari Pestprotocol Scholengroep Den Haag Zuid-West

Pestprotocol. Zelfstandig, de toekomst tegemoet. o.b.s. J. Emmens. Burg. Gaarlandtlaan CM Gasselternijveen

VAN KINSBERGEN COLLEGE

Pestprotocol ISW Lage Woerd

1. Vooraf. Amsterdam, juni 2015

Anti-pestbeleid en Pestprotocol van CGS Het Streek

Visie van het Stanislascollege te Rijswijk 3

Pesten. Inhoudsopgave

Pestprotocol 2College Ruiven

Pestbeleid Rijnlands Lyceum Wassenaar

Pestprotocol. Versie juni KBS de Bavokring Willem Ruyslaan TT Rotterdam

INFORMATIE OVER HET ANTI-PESTBELEID GGCA Onze school heeft in 1999 het Nationaal Onderwijsprotocol tegen pesten ondertekent.

Anti Pestprotocol. CSG De Lage Waard

VALCKESTEYN PEST PROTOCOL

Stichting Cambium College voor openbaar voortgezet onderwijs. Pestprotocol

PESTPROTOCOL. april 2016

PESTPROTOCOL. Stedelijk College Zoetermeer

PROTOCOL in geval van pestgedrag een richtlijn voor het handelen van de leerkracht

Pestprotocol CSG. CSG Kluiverboom. Juni 2016

PESTPROTOCOL. Pestprotocol Ichthus College Dronten

PESTPROTOCOL Update december 2015

Protocol Pesten: Veilig op school

Veilig op school, veilig in de groep

PESTPROTOCOL AUGUSTINIANUM

P E S T P R O T O C O L VMBO - AOC DE GROENE WELLE -

PESTPROTOCOL september 2011

Pestprotocol CSG Diamantlaan

Anti-pestprotocol. SWS Fondali. Dit protocol is onderdeel van het Aves-protocol Sociale en fysieke veiligheid.

Transcriptie:

2018-2019 PESTBELEID BRAVO! COLLEGE CRANENDONCK

Scholen hebben een wettelijke zorgplicht als het gaat om sociale veiligheid. Dat houdt in dat van scholen verwacht wordt dat ze: Aan een inspanningsverplichting voldoen om een actief veiligheidsbeleid te voeren Het effect van het veiligheidsbeleid periodiek monitoren De volgende taken bij tenminste één persoon beleggen: het coördineren van anti-pestbeleid Dit pestprotocol is een onderdeel van het sociale veiligheidsbeleid van het Bravo! College. Het Bravo! College streeft hierbij een schoolbreed aanpak na. Hierbij is aandacht voor de sociale veiligheid op schoolniveau, op klassenniveau en op leerlingenniveau.

Inhoudsopgave Inleiding... 1 Mogelijke vormen van pesten... 2 Het verschil tussen plagen en pesten... 2 Rolverdeling... 3 De pester... 3 De assistent... 3 De meeloper... 3 De buitenstaander... 4 Het slachtoffer... 4 De verdediger... 4 Aanpak van pesten... 5 Preventie van pesten op school... 5 Stappenplan na een melding van pesten... 6 Taak van de mentor... 6 Taak van de assistent teamleider/pestcoördinator... 6 Taak van de (vak-)docenten... 7 Taak van de ouders... 7 Consequenties van pesten... 8 Het pestproject... 8 Time Out... 8 Schorsing... 8 Verwijdering van de vestiging... 8 Bijlage 1: DRAAIBOEK PESTPROTOCOL... 9 Bijlage 2: Leidraad voor een gesprek met de gepeste leerling... 11 Bijlage 3: Leidraad voor een gesprek met een leerling die pest... 12 Bijlage 4: Leidraad voor een gesprek met de ouder(s) van een leerling die pest of een leerling die gepest wordt... 13 Bijlage 5: Handige websites voor ouders, leerlingen en school... 14

Inleiding We spreken van pestgedrag als dezelfde leerling regelmatig en systematisch bedreigd en geïntimideerd wordt. Pesten is een vorm van geweld en daarmee grensoverschrijdend en zeer bedreigend. Een klimaat waarin gepest wordt, tast iedereen aan. In een klas waar gepest wordt, kunnen alle leerlingen slachtoffer worden. Pestgedrag moet dan ook door iedereen serieus worden genomen. Het lastige is dat veel pestgedrag zich in het verborgene afspeelt, zodat het moeilijk is om er greep op te krijgen. En zelfs als het pestgedrag wordt opgemerkt, weten leerkrachten en anderen niet altijd hoe ze ermee om kunnen gaan. Pesten is een groepsproces. De bijrollen zijn voor de assistent, de meeloper en de buitenstaander. Zij bepalen of, hoeveel en met welke gevolgen er gepest wordt. Docenten en onderwijsondersteunend personeel hebben echter een taak (samen met de ouders en de leerlingen zelf) bij het tegengaan van pesten. Leerlingen moeten weten dat ze hulp kunnen krijgen van volwassenen in de school en hierom durven vragen. Volwassenen dienen oog te hebben voor de signalen van leerlingen. Ze dienen interesse te tonen en te luisteren naar wat de leerlingen te vertellen hebben. Voor mentoren betekent het dat ze groepsgesprekken houden, aandacht hebben voor de groepssfeer en het functioneren van individuele leerlingen in de groep. Ze maken afspraken met de klas en zorgen ervoor dat deze afspraken nagekomen worden. 1

Mogelijke vormen van pesten Met woorden: vernederen, belachelijk maken, schelden, dreigen, met bijnamen aanspreken, gemene briefjes, mailtjes, sms jes, online berichten schrijven Lichamelijk: Achtervolgen: Uitsluiting: trekken aan kleding, duwen en sjorren, schoppen en slaan, krabben en aan haren trekken, wapens gebruiken opjagen en achternalopen, in de val laten lopen, klem zetten of rijden, opsluiten doodzwijgen en negeren, uitsluiten van feestje of bij groepsopdrachten Stelen en vernielen: afpakken van kledingstukken, schooltas, schoolspullen, kliederen op boeken, banden lek prikken, fiets beschadigen Afpersing: dwingen om geld of spullen af te geven, het afdwingen om iets voor de pestende leerling te doen. Het verschil tussen plagen en pesten Plagen is een deel van je ontwikkeling. Je leert opkomen voor jezelf. De intentie bij plagen ligt anders dan bij pesten. De bedoeling van pesten is iemand te kwetsen, terwijl er bij plagen geen kwade bedoelingen zijn. Plagen is meer als grap bedoeld. Het situeert zich meer binnen het sociale spel, waarbij kinderen hun omgeving aftasten (wie is wie?) en zoeken naar ieders plaats in de groep. Bij pesten is dit proces al achter de rug en gaat men iemand proberen te kelderen die men misschien om één of andere reden niet zo sympathiek vindt. Enkele verschillen tussen plagen en pesten op een rijtje: Plagen onbezonnen, spontaan geen kwade bijbedoelingen duurt niet lang speelt zich af tussen gelijken geplaagde blijft volwaardig lid van de groep er is een wisselend slachtoffer heeft geen blijvende gevolgen altijd één tegen één Pesten systematisch kwetsen van iemand gebeurt bijna non-stop de macht is ongelijk verdeeld de gepeste wordt buitengesloten er wordt één zwart schaap uitgekozen lichamelijke of psychische gevolgen één tegen één / groep 2

Rolverdeling Als je in je hoofd een situatie neemt waarin iemand wordt gepest, welke personen zijn er dan allemaal bij betrokken? Is dat alleen de pester en het slachtoffer? We spreken in dit geval over de rollen die mensen hebben als het gaat om pesten. De pester De bekendste is de pester. Deze persoon heeft de hoofdrol in zijn eigen toneelstuk. Maar zoals het ook in een echt toneelstuk gaat, staat er niet 1 persoon op het podium. De pester heeft anderen nodig om zijn rol goed te spelen. Deze rollen worden niet altijd bewust gekozen, daarom is het, om inzicht te krijgen in het proces rondom pesten, goed om te weten welke rollen er nog meer zijn. Pestgedrag kan een aantal dieperliggende oorzaken hebben: een problematische thuissituatie, een vaak gevoelde anonimiteit (ik besta niet); als een pester zich verloren voelt binnen een grote groep, kan hij zich belangrijker maken door een ander omlaag te drukken, het moeten spelen van een niet-passende rol, een voortdurende strijd om de macht in de klas, een niet-democratisch leefmilieu binnen de school; een docent is autoritair en laat op een onprettige wijze blijken dat hij de baas is. Dergelijke spanningen kunnen op een zondebok worden afgereageerd, een gevoel van incompetentie op school (slechte cijfers of een laag niveau), een zwak gevoel van autonomie (te weinig zelfstandigheid en verantwoordelijkheid). De assistent Een pester is niets zonder zijn assistent, er moet altijd wel iemand in de buurt zijn waar hij op kan vertrouwen en die hem aanmoedigt in zijn gedrag. De meeloper De meeloper heeft niet in de gaten dat hij een belangrijke deelnemer is in het pestproces. Onbewust keurt hij het gedrag van de pester en zijn assistent goed, door bijvoorbeeld te zwijgen of te lachen als er iets gebeurt. Deze meeloper zal zelf geen zichtbaar pestgedrag vertonen, maar verhoogt door zijn gedrag wel de status van de pester. Dit gebeurt meestal uit angst om zelf in de slachtofferrol terecht te komen, 3

maar het kan ook zo zijn dat meelopers stoer gedrag wel interessant vinden en dat ze denken in populariteit mee te liften met de pester. Verder kunnen leerlingen meelopen uit angst vrienden of vriendinnen te verliezen. De buitenstaander Het spreekwoord Wie zwijgt stemt toe is op deze rol van toepassing. Dit is de grootste groep. Deze mensen weten dat er gepest wordt, maar ze doen niets. Ze lachen niet als er iets gebeurt, maar ze zullen er ook niets van zeggen. Juist door niets te doen, tolereren ze het gedrag van de pester en zijn assistent. De buitenstaanders voelen zich wel vaak schuldig over het feit dat ze niet in de bres springen voor het slachtoffer of hulp inschakelen. Het slachtoffer Sommige leerlingen lopen meer kans gepest te worden dan anderen. Dat kan met hun uiterlijk, gedrag, gevoelens en sociale uitingsvormen te maken hebben. Bovendien worden kinderen pas gepest in situaties, waarin pesters de kans krijgen om een slachtoffer te pakken te nemen, dus in onveilige situaties. Leerlingen die gepest worden doen vaak andere dingen of hebben iets wat anders is dan de meeste van hun leeftijdgenoten: doen een andere sport, zijn heel goed in bepaalde vakken of juist niet. Een kind dat wordt gepest, praat er thuis niet altijd over. Redenen hiervoor kunnen zijn: schaamte, angst dat de ouders met de school of met de pester gaan praten en dat het pesten dan nog erger wordt, het probleem lijkt onoplosbaar. De verdediger Affectie is voor deze persoon belangrijker dan status, hij wil de relatie met mensen goed houden. Deze persoon zal niet direct iets doen, maar kan als de pesters uit de buurt zijn een grote steun zijn voor het slachtoffer, door bijvoorbeeld te zeggen dat hij het niet zo moet aantrekken. 4

Aanpak van pesten Pesten is onacceptabel en vraagt om een duidelijke en krachtige reactie vanuit de school. De grote vraag is hoe dat het beste kan en vooral ook hoe we dat als team het beste kunnen aanpakken. Preventie van pesten op school 1. Elke mentor bespreekt aan het begin van het schooljaar de algemene schoolregels en stelt samen met alle leerlingen van zijn klas klassenregels op. Het onderling plagen en pesten wordt hierbij genoemd en onderscheiden. Ook wordt duidelijk gesteld dat pesten altijd gemeld moet worden aan de mentor en niet als klikken maar als hulp bieden of vragen wordt beschouwd. Door zelf mee te denken over de klassenregels wordt een grotere draagkracht gecreëerd. 2. In de eerste periode van het schooljaar staat in de mentorlessen van leerjaar 1 en 2 het onderwerp groepsdynamiek centraal. Daarnaast worden in samenwerking met het Sociaal Team Cranendonck activiteiten en workshops aangeboden om dit onderwerp verder uit te diepen. 5

Stappenplan na een melding van pesten Taak van de mentor 1. Wanneer het pesten plaatsvindt in klassenverband, praat de mentor eerst met de gepeste en later met de pester apart. (Een leidraad voor deze gesprekken is te vinden in bijlage 1 en 2.) Vervolgens organiseert de mentor een gesprek tussen beide leerlingen en probeert tot goede afspraken te komen. 2. De mentor neemt contact op met de ouders van de pester en de gepeste en betrekt hen bij de oplossing. 3. De mentor bespreekt direct het vervolgtraject en de consequenties indien het pesten zich herhaalt. 4. De mentor praat met de klas. Dit is belangrijk in verband met het herstellen van de groepssfeer en om te benadrukken welke verantwoordelijkheid ieder groepslid heeft. 5. Alle stappen worden vastgelegd in Magister. 6. Indien het probleem escaleert, meldt de mentor het gedrag aan de assistent teamleider/pestcoördinator. Taak van de assistent teamleider/pestcoördinator 1. De assistent teamleider/pestcoördinator kan in onderling overleg de rol van de mentor overnemen bij escalatie van het pestgedrag en wanneer het pesten het klassenverband overstijgt. 2. Hij heeft zo nodig een gesprek met de gepeste en de pester apart of organiseert direct een gesprek tussen beiden. 3. In het contact met de pester en diens ouders is het doel drieledig, namelijk: confronteren (zie bijlage 3), mogelijke achterliggende problematiek op tafel krijgen, helderheid geven over het vervolgtraject bij herhaling van pesten. 4. In het contact met de gepeste wordt gekeken of hij bepaald gedrag vertoont, waardoor hij een gemakkelijk doelwit vormt voor pesters. 5. Hij adviseert, zo nodig, zowel aan de pester als de gepeste, hulp op vrijwillige basis door de mentor, ondersteuningscoördinator of jongerenwerker. 6. Hij stelt alle betrokken ouders op de hoogte wanneer er sprake is van recidief gedrag, verzoekt ouders om met hun kind te praten en stelt hen op de hoogte van het vervolgtraject. 7. Hij bespreekt de mogelijkheden tot hulp met de ouders. 8. Hij koppelt alle informatie weer terug naar de mentor. 9. Het verloop van het traject en de bijhorende afspraken worden vastgelegd in Magister. 6

Taak van de (vak-)docenten De docenten hebben vooral een signalerende rol. Wanneer zij pesten waarnemen of redenen hebben om pesten te vermoeden, wordt er van hen verwacht dat zij hierop adequaat reageren en een melding doen bij de mentor om hulp en overleg in gang te zetten. De docenten handelen conform de afspraken die de mentor en/of assistent teamleider met de betrokkenen heeft gemaakt. Gedurende het gehele traject worden zij over de voortgang via Magister op de hoogte gehouden. Taak van de ouders Vaak zijn het de ouders die merken dat hun kind ergens mee zit of die het eerste aanspreekpunt voor hun kind zijn. Omdat zij in eerste instantie de situatie alleen uit het perspectief van hun eigen kind kennen kan een gevoel van machteloosheid ontstaan. De volgende adviezen kunnen ouders helpen hun kind te helpen. 1. Steun je kind, luister naar zijn verhaal, leg de schuld niet bij hemzelf. Toon medeleven maar overdrijf het niet. 2. Maak samen met je kind een inschatting of er sprake is van plagen of pesten. 3. Bespreek met je kind de stappen die jullie gaan ondernemen: aan de mentor vertellen, naar ouders van de pester gaan Doe niets waar je kind absoluut tegen is. Probeer het te overtuigen. 4. Beschuldig niemand. Niet je kind ( Je moet het je niet laten doen ), niet de school ( De docenten moeten zoiets toch zien ), niet jezelf of je partner ( Wij zijn te zacht ). 5. Hou een logboek bij met daarin wie wanneer pest, hoe enz. Zo krijg je een duidelijk beeld van de situatie. 6. Leer het kind om goed voor zich zelf op te komen, oefen daar dagelijks mee. 7. Zoek samen naar manieren om op het gepest te reageren. 8. Zoek vrienden, hobby s waar je kind zich wel goed voelt. Dat kan hem het nodige zelfvertrouwen geven. Het hierboven weergegeven stappenplan is een algemene leidraad. Als een interventie succes heeft, kunnen vervolgstappen achterwege blijven. Het in het stappenplan genoemde traject bij aanhoudend pesten is geen automatisme. Per leerling wordt bekeken welke maatregelen het meest passend zijn. 7

Consequenties van pesten Het pestproject Wanneer de pester opnieuw in pestgedrag vervalt, wordt hij door de school ertoe verplicht om individueel een programma te volgen. Dit vindt plaats buiten de reguliere schooltijd. Het doel van dit programma is reflectie en het gevoelig maken van de pester voor wat hij aanricht bij de gepeste leerling. De ouders worden van dit project op de hoogte gesteld en melden aan de school of het programma daadwerkelijk gevolgd wordt. Time Out Wanneer het verplichte pestproject geen blijvende vruchten afwerpt krijgt de leerling een Time-Out. In geval van een time-out wordt gedurende een of meerdere dagen de leerling de toegang tot de lessen ontzegd (1 t/m 5 dagen, onmiddellijke ingang is mogelijk). Schorsing Als er ook daarna geen verbetering geconstateerd wordt volgt een schorsing van een dag of langer. Dit gebeurt in overleg met de teamleider. De wettelijke regeling is hierbij van toepassing. Verwijdering van de vestiging Wanneer de leerling ondanks alle inspanningen van de betrokken partijen koppig blijft volharden in het ongewenste pestgedrag, liggen er geen perspectieven meer tot verandering. Om een veilig klimaat op school te waarborgen rest er de school niets anders dan verwijdering van school. In overleg met andere scholen wordt er gekeken naar een passende plek. 8

Bijlage 1: DRAAIBOEK PESTPROTOCOL De onderstaande punten zijn de stappen in het draaiboek van het pestprotocol. 1. Elke mentor bespreekt aan het begin van het schooljaar de algemene schoolregels en stelt samen met alle leerlingen van zijn klas klassenregels op. Het onderling plagen en pesten wordt hierbij genoemd en onderscheiden. Ook wordt duidelijk gesteld dat pesten altijd gemeld moet worden aan de mentor en niet als klikken maar als hulp bieden of vragen wordt beschouwd. 2. In de eerste periode van het schooljaar staat in de mentorlessen van leerjaar 1 en 2 het onderwerp groepsdynamiek centraal. Daarnaast worden in samenwerking met het Sociaal Team Cranendonck activiteiten en workshops aangeboden om dit onderwerp verder uit te diepen. 3. Incidenteel pestgedrag wordt door de mentor besproken met de leerlingen, zowel met de directbetrokkenen als met de klas. Ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. 4. Van de gesprekken rond pesten en bijhorende afspraken worden aantekeningen gemaakt, die door de mentor worden bewaard in Magister, van zowel de leerling die pest als van de leerling die gepest wordt. 5. Als het pestgedrag doorgaat informeert de mentor de assistent-teamleider. 6. Ouders van de pestende leerling(en) en de gepeste(n) worden uitgenodigd om de problematiek met hen te bespreken en samen oplossingen te vinden. De assistentteamleider wijst ouders en leerlingen op het vervolgtraject zoals omschreven in het pestprotocol. 7. Bij daarna aanhoudend pestgedrag door dezelfde leerling volgen consequenties zoals Time-Out, schorsing en verwijdering van school. 9

pestincident (mentor) gesprek slachtoffer gesprek pester gesprek met beiden, vervolgtraject bespreken indien pesten niet stopt inlichten ouders van slachtoffer en pester klassengesprek oplossing is gevonden, pesten stopt vastleggen in Magister pesten gaat door (mentor en ass.tl) inlichten ass. TL gesprek met beiden gesprek met pester en ouders (achterliggende oorzaak, vervolgtraject bespreken gesprek met slachtoffer en ouders (achterliggende oorzaak, eigen aandeel) vrijwillige hulpverlening aanbieden (indien nodig) oplossing is gevonden, pesten stopt vastleggen in Magister pesten herhaalt zich opnieuw (mentor en ass.tl) verplichte deelname pestproject Time-Out schorsing verwijdering van school 10

Bijlage 2: Leidraad voor een gesprek met de gepeste leerling Klopt het dat je gepest wordt? (h)erkenning van het probleem Door wie word je gepest? (doorvragen: zijn er nog meer?) Waar word je gepest? (doorvragen: zijn er nog meer plekken?) Hoe vaak word je gepest? Hoe lang speelt het pesten al? Weten je ouders of andere personen dat je gepest wordt? Wat heb je zelf tot nu toe aan het pesten proberen te doen? Zijn er jongeren die jou wel eens proberen te helpen? Wat wil je dat er nu gebeurt? Wat wil je bereiken? Bespreek samen met de leerling wat hij/zij kan doen tegen het pesten en bekijk waar de leerling aan wil werken om de situatie te verbeteren. Let daarbij op de volgende aspecten: Hoe communiceert de leerling met anderen? Welke lichaamstaal speelt een rol? Hoe gaat de leerling om met zijn gevoelens en hoe maakt hij deze kenbaar aan anderen? Heeft de leerling genoeg vaardigheden om weerbaarder gedrag te tonen naar de pester? Gepeste jongeren lopen vaak rond met het gevoel dat er iets mis is met ze. Daardoor hebben ze moeite om voor zichzelf op te komen. Ergens is er iets in zichzelf dat de pester gelijk geeft. Besteed hier aandacht aan want niemand kan een ander klein maken zonder diens toestemming. 11

Bijlage 3: Leidraad voor een gesprek met een leerling die pest Alvorens er een gesprek met de pester wordt gehouden heeft degene die het gesprek aangaat zich ervan overtuigd dat degene met wie het gesprek plaatsvindt inderdaad schuldig is aan het gemelde gedrag. Het doel van dit gesprek is drieledig: De leerling confronteren met zijn gedrag en de pijnlijke gevolgen hiervan Achterliggende oorzaken boven tafel proberen te krijgen Het schetsen van de stappen die volgen wanneer het pestgedrag niet stopt Confronteren Confronteren en kritiek geven is niet hetzelfde. Confronteren is: Probleemgericht. Richt je op het gedrag wat waar te nemen is. Zodra we interpretaties gaan geven aan gedrag, wordt het persoonsgericht, bijvoorbeeld: je hebt cola in de tas van Piet laten lopen. Dat doe je zeker omdat je graag de lolligste bent! Zodra we gaan interpreteren reageren we een gevoel van frustratie op die ander af en zijn we gestopt met confronteren en begonnen met kritiseren. Relatiegericht. Je bent heel duidelijk op de inhoud, in wat je wilt en niet wilt maar met behoud van de relatie. Bijvoorbeeld, ik vind dat je heel erg gemeen doet tegen haar en ik wil dat je daarmee ophoudt. Zeg nooit, je bent heel gemeen. Je wilt duidelijk verder met de jongere. Kritiek op de persoon voelt als een beschuldiging/afwijzing. Eigenlijk zeg je daarmee dat de pester een waardeloos mens is. Specifiek blijven. Je benoemt de situatie waar het over gaat en vermijdt woorden als altijd, vaak en meestal. Kritiek wordt vaak algemeen. Veranderingsgericht. Je stelt zaken vast en gaat vervolgens inventariseren hoe het anders kan. Achterliggende oorzaken Nadat het probleem benoemd is, richt jij je op het waarom? Hoe komt het dat je dit gedrag nodig hebt? Wat levert het jou op? Wat reageer je af op die ander? Etc. Maak duidelijk dat er een tekort aan empathisch vermogen zichtbaar wordt in dit gedrag. Wat ga je daaraan doen? Bied zo nodig hulp aan van de counselor (op vrijwillige basis) Het pestgedrag moet stoppen! Wees duidelijk over de stappen die volgen, wanneer het pestgedrag niet stopt (zie richtlijnen pesten). 12

Bijlage 4: Leidraad voor een gesprek met de ouder(s) van een leerling die pest of een leerling die gepest wordt Wanneer er sprake is van aanhoudend pestgedrag worden de ouders van zowel de leerling die gepest wordt als van de leerling die pest voor een gesprek uitgenodigd. De mentor beslist of dit individuele gesprekken zijn of gesprekken met alle betrokkenen bijeen. Het doel van het overleg is altijd: Informeren over de manier waarop we met elkaar omgaan op het Bravo! College. Informeren over het pestprotocol. Informeren over wat er tot nu toe gebeurd is met betrekking tot het pesten en vooral het oplossen ervan. Bespreken van de afspraken om pesten te laten stoppen en herhaling te voorkomen. Bespreken van de consequenties van het niet stoppen van het pest gedrag. Het pestgedrag moet stoppen! 13

Bijlage 5: Handige websites voor ouders, leerlingen en school http://www.pestweb.nl/ https://www.omgaanmetpesten.nl/ http://www.pesten.nl/ Social media https://www.mediawijsheid.nl/onlinepesten/ https://www.omgaanmetpesten.nl/digitaal-pesten/ https://www.meldknop.nl/ https://www.helpwanted.nl/ https://www.vraaghetdepolitie.nl/ https://houhetlekkervoorjezelf.nl/ 14