QRVA 54 15 QRVA 54 15 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE Schriftelijke vragen en antwoorden Questions et réponses écrites
N-VA : Nieuw-Vlaamse Alliantie PS : Parti Socialiste MR : Mouvement Réformateur CD&V : Christen-Democratisch en Vlaams Open Vld : Open Vlaamse liberalen en democraten sp.a : socialistische partij anders Ecolo-Groen : Ecologistes Confédérés pour l organisation de luttes originales Groen cdh : centre démocrate Humaniste VB : Vlaams Belang PTB-GO! : Parti du Travail de Belgique Gauche d Ouverture FDF : Fédéralistes Démocrates Francophones PP : Parti Populaire Afkortingen bij de nummering van de publicaties: DOC 54 /: Parlementair document van de 54 e zittingsperiode + basisnummer en volgnummer QRVA: Schriftelijke Vragen en Antwoorden CRIV: Voorlopige versie van het Integraal Verslag CRABV: Beknopt Verslag CRIV: Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de bijlagen) PLEN: COM: MOT: Plenum Commissievergadering Moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier) Abréviations dans la numérotation des publications: DOC 54 /: Document parlementaire de la 54 e législature, suivi du n de base et du n consécutif QRVA: Questions et Réponses écrites CRIV: Version Provisoire du Compte Rendu intégral CRABV: Compte Rendu Analytique CRIV: Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu intégral et, à droite, le compte rendu analy tique traduit des interventions (avec les annexes) PLEN: Séance plénière COM: Réunion de commission MOT: Motions déposées en conclusion d interpellations (papier beige) Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen: Natieplein 2 18 Brussel Tel. : 2/ 549 81 6 Fax : 2/549 82 74 www.dekamer.be e-mail : publicaties@dekamer.be De publicaties worden uitsluitend gedrukt op FSC gecertificeerd papier Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes: Place de la Nation 2 18 Bruxelles Tél. : 2/ 549 81 6 Fax : 2/549 82 74 www.lachambre.be courriel : publications@lachambre.be Les publications sont imprimées exclusivement sur du papier certifié FSC
QRVA 54 15 1 bqr document 15-54- INHOUD SOMMAIRE I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf 16 oktober 214. I. Liste cumulative des questions auxquelles il n'a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir du 16 octobre 214. Page/Blz. 3 II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer). II. Nouvelles questions auxquelles il n'a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1 à 4 du règlement de la Chambre). Page/Blz. 11 Blz. Page Eerste minister - Premier ministre Vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel Vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met Grote Steden en de Regie der gebouwen Vice-eersteminister en minister van Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post Vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, belast met Beliris en de Culturele Instellingen 11 Vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur 19 Vice-premier ministre et ministre de la Sécurité et de l'intérieur, chargé des Grandes Villes et de la Régie des bâtiments - Vice-premier ministre et ministre de la Coopération au développement, de l'agenda numérique, des Télécommunications et de la Poste - Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères et européennes, chargé de Beliris et des Institutions culturelles fédérales Minister van Begroting, belast met de Nationale Loterij - Ministre du Budget, chargé de la Loterie nationale Minister van Justitie 3 Ministre de la Justice Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid 36 Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Pensioenen 37 Ministre des Pensions Minister van Financiën 38 Ministre des Finances Minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie - Ministre des Classes moyennes, des Indépendants, des PME, de l'agriculture, et de l'intégration sociale Minister van Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling - Ministre de l'énergie, de l'environnement et du Développement durable Minister van Defensie, belast met Ambtenarenzaken - Ministre de la Défense, chargé de la Fonction publique Minister van Mobiliteit, belast met Belgocontrol en de Nationale Maatschappij der Belgische spoorwegen Staatssecretaris voor Buitenlandse Handel, toegevoegd aan de minister belast met Buitenlandse Handel Staatssecretaris voor Bestrijding van de sociale fraude, Privacy en Noordzee, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Staatssecretaris voor Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een beperking, Bestrijding van de fiscale fraude, en Wetenschapsbeleid, toegevoegd aan de minister van Financiën 49 Ministre de la Mobilité, chargée de Belgocontrol et de la Société nationale des chemins de fer belges - Secrétaire d'état au Commerce extérieur, adjoint au ministre chargé du Commerce extérieur 57 Secrétaire d'état à la Lutte contre la fraude sociale, à la Protection de la vie privée et à la Mer du Nord, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique 58 Secrétaire d'état à la Lutte contre la pauvreté, à l'égalité des chances, aux Personnes handicapées, à la Lutte contre la fraude fiscale, et à la Politique scientifique, adjointe au ministre des Finances
2 QRVA 54 15 Blz. Page Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met - Secrétaire d'état à l'asile et la Migration, chargé de la Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité van Veiligheid en Binnenlandse Zaken et de l'intérieur III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers. III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. Page/Blz. 63 Blz. Page Eerste minister - Premier ministre Vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel Vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met Grote Steden en de Regie der gebouwen Vice-eersteminister en minister van Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post Vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, belast met Beliris en de Culturele Instellingen 63 Vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur 66 Vice-premier ministre et ministre de la Sécurité et de l'intérieur, chargé des Grandes Villes et de la Régie des bâtiments 1 Vice-premier ministre et ministre de la Coopération au développement, de l'agenda numérique, des Télécommunications et de la Poste 114 Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères et européennes, chargé de Beliris et des Institutions culturelles fédérales Minister van Begroting, belast met de Nationale Loterij 152 Ministre du Budget, chargé de la Loterie nationale Minister van Justitie 157 Ministre de la Justice Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid 174 Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Pensioenen - Ministre des Pensions Minister van Financiën - Ministre des Finances Minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie 195 Ministre des Classes moyennes, des Indépendants, des PME, de l'agriculture, et de l'intégration sociale Minister van Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling 198 Ministre de l'énergie, de l'environnement et du Développement durable Minister van Defensie, belast met Ambtenarenzaken 26 Ministre de la Défense, chargé de la Fonction publique Minister van Mobiliteit, belast met Belgocontrol en de Nationale Maatschappij der Belgische spoorwegen Staatssecretaris voor Buitenlandse Handel, toegevoegd aan de minister belast met Buitenlandse Handel Staatssecretaris voor Bestrijding van de sociale fraude, Privacy en Noordzee, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Staatssecretaris voor Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een beperking, Bestrijding van de fiscale fraude, en Wetenschapsbeleid, toegevoegd aan de minister van Financiën Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken 219 Ministre de la Mobilité, chargée de Belgocontrol et de la Société nationale des chemins de fer belges 224 Secrétaire d'état au Commerce extérieur, adjoint au ministre chargé du Commerce extérieur 231 Secrétaire d'état à la Lutte contre la fraude sociale, à la Protection de la vie privée et à la Mer du Nord, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique - Secrétaire d'état à la Lutte contre la pauvreté, à l'égalité des chances, aux Personnes handicapées, à la Lutte contre la fraude fiscale, et à la Politique scientifique, adjointe au ministre des Finances 236 Secrétaire d'état à l'asile et la Migration, chargé de la Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité et de l'intérieur IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp. IV. Sommaire par ministre et mentionnant l'objet. Page/Blz. 245
QRVA 54 15 3 Lijst afgesloten op 9/3/215. Liste clôturée le 9/3/215. I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf 16 oktober 214. I. Liste cumulative des questions auxquelles il n'a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir du 16 octobre 214. Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA Vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel Vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur 14-11-214 23 Jean-Marc Nollet 5 2-12-214 29 Tim Vandenput 7 2-12-214 33 Johan Klaps 7 4-12-214 36 Peter 8 Vanvelthoven 29-12-214 55 Olivier Chastel 11 12-1-215 65 Olivier Chastel 12 13-1-215 72 Griet Smaers 12 21-1-215 77 Leen Dierick 13 22-1-215 79 Zuhal Demir 14 23-1-215 81 Evita Willaert 14 23-1-215 82 Nele Lijnen 14 29-1-215 83 Griet Smaers 15 3-1-215 85 Zuhal Demir 15 3-1-215 86 Zuhal Demir 15 3-1-215 87 Zuhal Demir 15 3-1-215 88 Zuhal Demir 15 3-1-215 89 Zuhal Demir 15 3-1-215 9 Zuhal Demir 15 3-1-215 91 Zuhal Demir 15 3-2-215 92 Eric Thiébaut 15 Vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met Grote Steden en de Regie der gebouwen Vice-premier ministre et ministre de la Sécurité et de l'intérieur, chargé des Grandes Villes et de la Régie des bâtiments 2-1-214 5 Franky Demon 3 21-1-214 7 Filip Dewinter 3 21-1-214 13 Kattrin Jadin 3 23-1-214 16 Koenraad 3 Degroote 23-1-214 17 Koenraad 3 23-1-214 21 Koenraad 3 Degroote Degroote 23-1-214 23 Zakia Khattabi 3 24-1-214 34 Daphné Dumery 3 28-1-214 4 Jef Van den Bergh 3 3-1-214 44 Zakia Khattabi 4 4-11-214 48 Georges Gilkinet 4 5-11-214 49 Roel Deseyn 4 6-11-214 5 Koenraad 4 7-11-214 51 Robert Van de 4 Degroote Velde 7-11-214 52 Robert Van de 4 7-11-214 53 Marcel Cheron 4 Velde 18-11-214 64 Denis Ducarme 5 18-11-214 65 Denis Ducarme 5 19-11-214 67 Renate Hufkens 5 19-11-214 69 Eric Thiébaut 5 25-11-214 71 Vincent Van 7 26-11-214 75 Jean-Marc Nollet 7 Quickenborne 26-11-214 76 Philippe Goffin 7 27-11-214 79 Denis Ducarme 7 4-12-214 9 Vincent Van Quickenborne 8 9-12-214 93 Jean-Marc Nollet 8
4 QRVA 54 15 Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA 12-12-214 1 Goedele 9 17-12-214 12 Philippe Goffin 9 Uyttersprot 18-12-214 14 Franky Demon 1 18-12-214 16 Karin 1 Temmerman 22-12-214 17 Nele Lijnen 1 7-1-215 11 Barbara Pas 11 8-1-215 111 Georges Gilkinet 12 8-1-215 117 Brecht Vermeulen 12 9-1-215 121 Koenraad 12 9-1-215 122 Barbara Pas 12 Degroote 13-1-215 124 Denis Ducarme 12 14-1-215 13 Zakia Khattabi 12 14-1-215 131 Kattrin Jadin 12 15-1-215 139 Barbara Pas 13 15-1-215 14 Koenraad 13 15-1-215 144 Filip Dewinter 13 Degroote 15-1-215 145 Jean-Marc Nollet 13 16-1-215 146 Roel Deseyn 13 19-1-215 148 Nele Lijnen 13 2-1-215 149 Laurette Onkelinx 13 2-1-215 151 Nahima Lanjri 13 22-1-215 16 Nele Lijnen 14 23-1-215 162 Frank Wilrycx 14 23-1-215 163 Frank Wilrycx 14 28-1-215 169 Franky Demon 14 28-1-215 171 Renate Hufkens 14 29-1-215 172 Denis Ducarme 15 29-1-215 173 Renate Hufkens 15 29-1-215 174 Aldo Carcaci 15 29-1-215 176 Benoit Hellings 15 29-1-215 177 Franky Demon 15 3-1-215 178 Ann Vanheste 15 3-1-215 18 Franky Demon 15 3-1-215 181 Franky Demon 15 3-1-215 182 Katja Gabriëls 15 3-1-215 183 Jan Spooren 15 2-2-215 184 Jean-Marc Nollet 15 2-2-215 186 Sophie De Wit 15 3-2-215 187 Françoise Schepmans 15 Vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, belast met Beliris en de Culturele Instellingen Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères et européennes, chargé de Beliris et des Institutions culturelles fédérales 7-11-214 9 Luk Van Biesen 4 18-11-214 14 Georges 5 Dallemagne 12-12-214 32 Stéphane 9 16-12-214 34 An Capoen 9 Crusnière 16-12-214 35 Wouter De Vriendt 9 19-12-214 36 Tim Vandenput 1 22-12-214 37 Nele Lijnen 1 24-12-214 38 Peter Luykx 1 8-1-215 4 Els Van Hoof 12 13-1-215 44 Franky Demon 12 15-1-215 45 An Capoen 13 2-1-215 48 An Capoen 13 22-1-215 49 Nele Lijnen 14 22-1-215 5 Stefaan Van Hecke 14 Minister van Justitie Ministre de la Justice 21-1-214 1 Barbara Pas 3 21-1-214 3 Barbara Pas 3 21-1-214 4 Barbara Pas 3 24-1-214 13 Sabien Lahaye- 3 Battheu
QRVA 54 15 5 Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur 24-1-214 14 Sabien Lahaye- Battheu 24-1-214 19 Sabien Lahaye- Battheu 3 24-1-214 15 Sabien Lahaye- Battheu 3 24-1-214 26 Sabien Lahaye- Battheu QRVA QRVA 3 24-1-214 34 Daphné Dumery 3 27-1-214 35 Jef Van den Bergh 3 7-11-214 48 Luk Van Biesen 4 12-11-214 49 Roel Deseyn 4 12-11-214 5 Caroline Cassart- 4 17-11-214 54 Jef Van den Bergh 5 Mailleux 17-11-214 56 Özlem Özen 5 18-11-214 66 Jan Penris 5 19-11-214 69 Kristien Van Vaerenbergh 19-11-214 71 Kristien Van Vaerenbergh 19-11-214 73 Kristien Van Vaerenbergh 25-11-214 77 Vincent Van Quickenborne QRVA QRVA Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur 5 19-11-214 7 Kristien Van Vaerenbergh 5 5 19-11-214 72 Kristien Van 5 Vaerenbergh 5 19-11-214 76 Kristien Van 5 Vaerenbergh 7 2-12-214 82 Jean-Marc Nollet 7 9-12-214 88 Nele Lijnen 8 11-12-214 91 Els Van Hoof 9 11-12-214 93 Philippe Goffin 9 11-12-214 94 Renate Hufkens 9 12-12-214 96 Goedele 9 16-12-214 97 Renate Hufkens 9 Uyttersprot 16-12-214 98 Els Van Hoof 9 16-12-214 99 Els Van Hoof 9 16-12-214 1 Katja Gabriëls 9 17-12-214 13 Philippe Goffin 9 17-12-214 14 Philippe Goffin 9 17-12-214 17 Philippe Goffin 9 17-12-214 111 Philippe Goffin 9 17-12-214 12 Philippe Goffin 9 18-12-214 122 Nathalie Muylle 1 18-12-214 123 Nathalie Muylle 1 18-12-214 124 Caroline Cassart- 1 18-12-214 125 Philippe Goffin 1 Mailleux 18-12-214 126 Philippe Goffin 1 18-12-214 128 Karin 1 Temmerman 19-12-214 132 Philippe Goffin 1 22-12-214 137 Olivier Maingain 1 22-12-214 143 Dirk Janssens 1 23-12-214 145 Els Van Hoof 1 8-1-215 147 Denis Ducarme 12 8-1-215 15 Franky Demon 12 13-1-215 152 Philippe Goffin 12 14-1-215 159 Philippe Goffin 12 15-1-215 16 Barbara Pas 13 15-1-215 161 Barbara Pas 13 15-1-215 162 Filip Dewinter 13 16-1-215 165 Philippe Goffin 13 16-1-215 166 Zakia Khattabi 13 16-1-215 168 Philippe Goffin 13 16-1-215 17 Sarah Smeyers 13 16-1-215 171 Philippe Goffin 13 16-1-215 173 Raf Terwingen 13 21-1-215 174 Roel Deseyn 13 21-1-215 175 An Capoen 13 22-1-215 177 Brecht Vermeulen 14 22-1-215 178 Nele Lijnen 14 22-1-215 182 Karin 14 Temmerman 27-1-215 183 Stéphanie Thoron 14 27-1-215 184 Sophie De Wit 14 29-1-215 186 Denis Ducarme 15 29-1-215 189 Goedele 15 Uyttersprot 3-1-215 19 Ann Vanheste 15 2-2-215 193 Kristien Van 15 Vaerenbergh 2-2-215 194 Sophie De Wit 15 2-2-215 195 Sophie De Wit 15 3
6 QRVA 54 15 Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur 2-2-215 196 Philippe Blanchart 15 2-2-215 197 Caroline Cassart- Mailleux QRVA QRVA 15 23-1-214 5 Sabien Lahaye- Battheu Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique 3 23-1-214 6 Sabien Lahaye- Battheu 24-1-214 7 Dirk Janssens 3 28-1-214 9 Franky Demon 3 28-1-214 1 Franky Demon 3 28-1-214 11 Franky Demon 3 28-1-214 12 Franky Demon 3 28-1-214 14 Franky Demon 3 28-1-214 15 Franky Demon 3 28-1-214 16 Franky Demon 3 3-1-214 17 Jean-Marc Nollet 4 3-1-214 18 Jean-Marc Nollet 4 3-1-214 19 Jean-Marc Nollet 4 3-1-214 2 Jean-Marc Nollet 4 3-1-214 21 Jean-Marc Nollet 4 3-1-214 22 Jean-Marc Nollet 4 3-1-214 23 Jean-Marc Nollet 4 3-1-214 27 Valerie Van Peel 4 3-11-214 29 Jean-Marc Nollet 4 3-11-214 3 Franky Demon 4 4-11-214 33 Nathalie Muylle 4 5-11-214 35 Jan Spooren 4 5-11-214 36 Jan Spooren 4 6-11-214 37 Sarah Smeyers 4 7-11-214 38 Luk Van Biesen 4 7-11-214 4 Luk Van Biesen 4 12-11-214 42 Yoleen Van Camp 4 13-11-214 44 Kattrin Jadin 5 17-11-214 45 Jean-Marc Nollet 5 17-11-214 46 Jean-Marc Nollet 5 2-12-214 57 Nathalie Muylle 7 2-12-214 58 Nathalie Muylle 7 2-12-214 59 Renate Hufkens 7 3-12-214 62 Jan Penris 7 2-12-214 61 Frank Wilrycx 8 4-12-214 67 Peter 8 Vanvelthoven 11-12-214 73 Wouter Raskin 9 16-12-214 77 Anne Dedry 9 9-1-215 93 Barbara Pas 12 12-1-215 95 Maya Detiège 12 15-1-215 11 Jean-Marc Nollet 13 16-1-215 12 Stefaan Vercamer 13 16-1-215 14 Maya Detiège 13 22-1-215 18 Nele Lijnen 14 27-1-215 113 Anne Dedry 14 3-1-215 117 Franky Demon 15 3-2-215 118 Jan Penris 15 3 3-2-215 19 Griet Smaers 15 Minister van Pensioenen Ministre des Pensions Minister van Financiën Ministre des Finances 22-1-214 15 Veerle Wouters 3 6-11-214 41 Eric Van Rompuy 4 13-11-214 5 Christian 5 21-11-214 65 Roel Deseyn 7 Brotcorne 25-11-214 66 Vincent Van 7 26-11-214 67 Griet Smaers 7 Quickenborne 3-12-214 68 Barbara Pas 7 4-12-214 73 Peter Vanvelthoven 8
QRVA 54 15 7 Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA 1-12-214 74 Veerle Wouters 8 16-12-214 81 Peter Dedecker 9 17-12-214 82 Benoit Hellings 9 18-12-214 84 Nathalie Muylle 1 19-12-214 87 Olivier Maingain 1 24-12-214 91 Roel Deseyn 1 8-1-215 95 Peter Dedecker 12 8-1-215 96 Barbara Pas 12 8-1-215 99 Philippe Goffin 12 8-1-215 1 Georges Gilkinet 12 8-1-215 12 Alain Mathot 12 8-1-215 13 Griet Smaers 12 8-1-215 14 Katja Gabriëls 12 9-1-215 18 Roel Deseyn 12 9-1-215 11 Brecht Vermeulen 12 15-1-215 114 Griet Smaers 13 15-1-215 115 Barbara Pas 13 19-1-215 118 Georges Gilkinet 13 2-1-215 119 Georges Gilkinet 13 2-1-215 12 Karin 13 Temmerman 2-1-215 121 Philippe Blanchart 13 21-1-215 122 Griet Smaers 13 22-1-215 123 Nele Lijnen 14 22-1-215 124 Brecht Vermeulen 14 22-1-215 125 Brecht Vermeulen 14 22-1-215 126 Jan Penris 14 22-1-215 127 Barbara Pas 14 22-1-215 128 Karin Jiroflée 14 23-1-215 129 Barbara Pas 14 23-1-215 13 Carina Van 14 Cauter 26-1-215 131 Barbara Pas 14 26-1-215 132 Benoît Dispa 14 26-1-215 133 Melchior Wathelet 14 27-1-215 134 Melchior Wathelet 14 27-1-215 135 Veerle Wouters 14 27-1-215 136 Melchior Wathelet 14 27-1-215 137 Melchior Wathelet 14 27-1-215 138 Melchior Wathelet 14 28-1-215 139 Sophie De Wit 14 29-1-215 14 Werner Janssen 15 3-1-215 141 Roel Deseyn 15 2-2-215 142 Marco Van Hees 15 2-2-215 143 Sophie De Wit 15 2-2-215 144 Robert Van de 15 Velde 2-2-215 145 Georges Gilkinet 15 2-2-215 146 Georges Gilkinet 15 2-2-215 149 Alain Mathot 15 2-2-215 15 Georges Gilkinet 15 2-2-215 151 Georges Gilkinet 15 2-2-215 152 Georges Gilkinet 15 4-2-215 153 Griet Smaers 15 4-2-215 154 Georges Gilkinet 15 4-2-215 155 Stefaan Vercamer 15 4-2-215 156 Nele Lijnen 15 Minister van Mobiliteit, belast met Belgocontrol en de Nationale Maatschappij der Belgische spoorwegen Ministre de la Mobilité, chargée de Belgocontrol et de la Société nationale des chemins de fer belges 23-1-214 15 Sabien Lahaye- Battheu 3 23-1-214 17 Sabien Lahaye- Battheu 5-11-214 38 Roel Deseyn 4 12-11-214 46 Roel Deseyn 4 13-11-214 59 Philippe Goffin 5 21-11-214 82 Veli Yüksel 7 3-12-214 92 Roel Deseyn 7 12-12-214 15 Vincent Van 9 Quickenborne 16-12-214 17 Wouter Raskin 9 17-12-214 11 Roel Deseyn 9 18-12-214 112 Bert Wollants 1 22-12-214 115 Nele Lijnen 1 9-1-215 132 Inez De Coninck 12 9-1-215 133 Nele Lijnen 12 9-1-215 134 Inez De Coninck 12 9-1-215 135 Tim Vandenput 12 12-1-215 139 Inez De Coninck 12 13-1-215 141 Caroline Cassart- 12 Mailleux 14-1-215 143 Roel Deseyn 12 15-1-215 145 Jef Van den Bergh 13 3
8 QRVA 54 15 Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA 15-1-215 146 Gwenaëlle 13 16-1-215 147 Jean-Marc Nollet 13 Grovonius 16-1-215 149 Inez De Coninck 13 19-1-215 151 David Geerts 13 2-1-215 154 Jef Van den Bergh 13 2-1-215 155 Inez De Coninck 13 21-1-215 157 Inez De Coninck 13 21-1-215 158 Georges Gilkinet 13 22-1-215 161 Bert Wollants 14 22-1-215 162 Roel Deseyn 14 22-1-215 163 Melchior Wathelet 14 23-1-215 164 Inez De Coninck 14 23-1-215 165 Frank Wilrycx 14 27-1-215 166 Jef Van den Bergh 14 27-1-215 167 Stefaan Van Hecke 14 27-1-215 17 Stefaan Van Hecke 14 27-1-215 172 Inez De Coninck 14 27-1-215 173 David Geerts 14 27-1-215 174 Stefaan Van Hecke 14 27-1-215 175 Stefaan Van Hecke 14 27-1-215 176 Jef Van den Bergh 14 27-1-215 177 Karin 14 Temmerman 27-1-215 179 Roel Deseyn 14 27-1-215 183 Inez De Coninck 14 29-1-215 185 Inez De Coninck 15 29-1-215 186 Wouter Raskin 15 29-1-215 187 Inez De Coninck 15 29-1-215 188 Rita Gantois 15 2-2-215 189 Jean-Marc Nollet 15 2-2-215 19 Inez De Coninck 15 2-2-215 191 Caroline Cassart- 15 3-2-215 192 Wouter Raskin 15 Mailleux 3-2-215 193 Inez De Coninck 15 Staatssecretaris voor Bestrijding van de sociale fraude, Privacy en Noordzee, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Secrétaire d'état à la Lutte contre la fraude sociale, à la Protection de la vie privée et à la Mer du Nord, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique 27-11-214 6 Egbert Lachaert 7 2-2-215 18 Peter Dedecker 15 Staatssecretaris voor Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een beperking, Bestrijding van de fiscale fraude, en Wetenschapsbeleid, toegevoegd aan de minister van Financiën Secrétaire d'état à la Lutte contre la pauvreté, à l'égalité des chances, aux Personnes handicapées, à la Lutte contre la fraude fiscale, et à la Politique scientifique, adjointe au ministre des Finances 21-1-214 1 Barbara Pas 3 21-1-214 2 Nahima Lanjri 3 21-1-214 3 Nahima Lanjri 3 4-11-214 4 Robert Van de 4 Velde 4-11-214 5 Robert Van de 4 7-11-214 6 Luk Van Biesen 4 Velde 7-11-214 7 Luk Van Biesen 4 7-11-214 8 Luk Van Biesen 4 24-11-214 9 Vincent Van 7 25-11-214 1 Jean-Marc Nollet 7 Quickenborne 2-12-214 11 Denis Ducarme 7 2-12-214 12 Vincent Van 7 Quickenborne 4-12-214 13 Vincent Van 8 4-12-214 14 Peter 8 Quickenborne Vanvelthoven 1-12-214 15 Katja Gabriëls 8 1-12-214 16 Roel Deseyn 8 1-12-214 17 Roel Deseyn 8 1-12-214 18 Roel Deseyn 8 22-12-214 19 Nele Lijnen 1 8-1-215 2 Barbara Pas 12
QRVA 54 15 9 Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA Datum Date Vraag nr. Question n Auteur Auteur QRVA QRVA 13-1-215 22 Leen Dierick 12 13-1-215 23 Egbert Lachaert 12 14-1-215 24 Els Van Hoof 12 19-1-215 25 Nele Lijnen 13 19-1-215 26 Nele Lijnen 13 2-1-215 27 Els Van Hoof 13 21-1-215 28 Leen Dierick 13 22-1-215 29 Nele Lijnen 14 27-1-215 3 Caroline Cassart- 14 3-2-215 31 Catherine Fonck 15 Mailleux 3-2-215 32 Catherine Fonck 15 3-2-215 33 Catherine Fonck 15 3-2-215 34 Catherine Fonck 15 3-2-215 35 David Geerts 15 Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken Secrétaire d'état à l'asile et la Migration, chargé de la Simplification administrative, adjoint au ministre de la Sécurité et de l'intérieur 22-1-214 3 Zakia Khattabi 3 18-11-214 16 Sarah Smeyers 5 18-11-214 17 Sarah Smeyers 5 4-12-214 22 Vincent Van 8 Quickenborne 24-12-214 42 Filip Dewinter 1
1 QRVA 54 15
QRVA 54 15 11 (Fr.): In het Frans gestelde vraag. - (N.): In het Nederlands gestelde vraag. (N.): Question posée en néerlandais. - (Fr.): Question posée en français. II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer). II. Nouvelles questions auxquelles il n'a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1 à 4 du règlement de la Chambre). Vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel Vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur DO 214215151 Vraag nr. 83 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Griet Smaers van 29 januari 215 (N.) aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Het financieel risico in het proces van de betaling van werkloosheidsuitkeringen. In haar "Boek 214" over de sociale zekerheid kaart het Rekenhof aan dat in het proces van de betaling van werkloosheidsuitkeringen door de uitbetalingsinstellingen een financieel risico zit. De RVA verifieert de betalingen en aanvaardt ze, verwerpt ze of schakelt ze uit. Bedragen die de RVA definitief heeft verworpen of uitgeschakeld, moeten de uitbetalingsinstellingen zelf invorderen. De definitief verworpen en uitgeschakelde bedragen houden een financieel risico in bij de financiering van de rekening-courant. Ze moeten immers ter beschikking staan in de opdrachtenboekhouding van de uitbetalingsinstelling. Uit de financiële analyse van de uitbetalingsinstellingen is gebleken dat het risico reëel is dat een uitbetalingsinstelling over onvoldoende middelen beschikt om op termijn de definitief verworpen en uitgeschakelde bedragen te blijven financieren. Daardoor kan de RVA worden geconfronteerd met niet invorderbare bedragen in de rekening-courant bij vereffening ingeval een uitbetalingsinstelling zijn activiteit zou stopzetten of insolvabel zou worden. Het Rekenhof beveelt daarom aan dat de nodige garanties moeten worden ingebouwd om de rekening-courant te kunnen vereffenen ingeval een uitbetalingsinstelling zijn activiteit zou stopzetten of insolvabel zou worden. DO 214215151 Question n 83 de madame la députée Griet Smaers du 29 janvier 215 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Le risque financier lié au processus de paiement des allocations de chômage. Dans son "Cahier 214 relatif à la Sécurité sociale", la Cour des comptes souligne que le processus du paiement des allocations de chômage par les organismes débiteurs implique un risque financier. L'ONEM vérifie les paiements des allocations de chômage par les organismes de paiement et les accepte, les rejette ou les élimine. Les organismes doivent recouvrer eux-mêmes les montants définitivement rejetés ou éliminés par l'onem. Ces montants comportent un risque financier pour le financement du compte courant en ce sens qu'ils doivent être disponibles dans la comptabilité des prestations des organismes. Or, l'analyse financière des organismes a révélé que le risque est réel qu'un organisme ne dispose pas de moyens suffisants pour continuer à financer à terme les montants définitivement rejetés et éliminés. L'ONEM pourrait dès lors être confronté à des montants irrécouvrables sur le compte courant au cas où un organisme déciderait de mettre fin à son activité ou deviendrait insolvable. La Cour des comptes recommande dès lors de prévoir les garanties nécessaires afin de pouvoir solder le compte courant au cas où un organisme déciderait de mettre fin à son activité ou deviendrait insolvable.
12 QRVA 54 15 1. Na analyse van het standpunt van het Rekenhof treedt de RVA de conclusie bij dat het gebruik van de rekeningcourant als beheersinstrument van de voorschotten aan de uitbetalingsinstelling een potentieel risico voor de Rijksdienst vormt. De administrateur-generaal stelt in zijn antwoord van 18 juli 214 aan het Rekenhof dat de problematiek in behandeling is. De RVA heeft tijdens de zitting van 8 mei 214 een voorstel tot borgstelling voorgelegd aan het beheerscomité en het comité besliste om een werkgroep op te richten om dit onderwerp verder te spreken met het oog op een concrete uitwerking van de borgstelling. Deze werkgroep zou vanaf september 214 samenkomen. Wat is de huidige stand van zaken van deze werkgroep? 2. Hoeveel keer is de werkgroep samengekomen sinds september 214 en wat werd hierin juist besproken? 1. Après avoir analysé le point de vue de la Cour des comptes, l'onem adhère à la conclusion selon laquelle l'utilisation du compte courant comme outil de gestion des avances octroyées aux organismes de paiement représente un risque potentiel pour l'office national. Dans sa réponse du 18 juillet 214, l'administrateur général informe la Cour des comptes que cette question est en cours de traitement. Lors de la séance du 8 mai 214, l'onem a soumis une proposition de cautionnement au comité de gestion, qui a décidé de constituer un groupe de travail pour approfondir le sujet en vue de la mise en oeuvre concrète de ce cautionnement. Les réunions de ce groupe de travail devaient être organisées dès septembre 214. Quel est l'état d'avancement des activités de ce groupe de travail? 2. Combien de fois le groupe de travail s'est-il réuni depuis septembre 214 et de quoi a-t-il été question au cours de ses réunions? 3. Wie maakt deel uit van de werkgroep? 3. Qui sont les membres de ce groupe de travail? 4. a) Is er reeds een voorstel van borgstelling klaar en wat zijn hiervan de modaliteiten? b) Indien niet, wanneer wordt verwacht dat het voorstel is uitgewerkt? 5. Hoe wordt deze aanbeveling/vaststelling van het Rekenhof concreet door de minister opgevolgd? 4. a) Une proposition de cautionnement a-t-elle déjà été élaborée? Dans l'affirmative, quelles en sont les modalités? b) Dans la négative, pour quand est-elle prévue? 5. Concrètement, comment le ministre assure-t-il un suivi de cette recommandation/de ce constat de la Cour des comptes? 6. Wat is hierin de verdere manier van aanpak? 6. De quelle manière cette matière sera-t-elle abordée à l'avenir? DO 2142151526 Vraag nr. 85 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Zuhal Demir van 3 januari 215 (N.) aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Ontslagen in de bouwsector. De bouwsector is een sector die constant onder druk staat en zeer afhankelijk is van contextgebonden omstandigheden. De tewerkstelling in de sector is hier sterk van afhankelijk. 1. Hoeveel ontslagen vielen er te noteren in de bouwsector in de jaren 21, 211, 212, 213 en 214? 2. Gelieve bij uw antwoord een opsplitsing te maken van de Gewesten waarin de ontslagen vielen. DO 2142151526 Question n 85 de madame la députée Zuhal Demir du 3 janvier 215 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Licenciements dans le secteur de la construction. La construction est un secteur sous pression constante et très sensible à des conditions liées au contexte, ce qui influence fortement les possibilités d'emploi dans ce secteur. 1. Combien de travailleurs employés dans la construction ont-ils été licenciés en 21, 211, 212, 213 et 214? 2. Pourriez-vous répartir ces licenciements par Région?
QRVA 54 15 13 DO 2142151529 Vraag nr. 86 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Zuhal Demir van 3 januari 215 (N.) aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Eretekens - Huldepenningen voor beroepsactiviteit. Landgenoten die zich verdienstelijk maken in hun beroepsleven, komen in aanmerking daarvoor een ereteken te ontvangen. Binnen de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg is de Directie van de eretekens belast met de toekenning van de eervolle onderscheidingen. Er zijn daarbij vier categorieën. De Huldepenningen voor beroepsactiviteit zijn daar een van. De penningen worden toegekend aan werknemers die voldoen aan de voorwaarden om een Nationale Orde te bekomen maar deze niet kunnen ontvangen omdat ze reeds eerder in een andere hoedanigheid een ereteken in de Nationale Orden ontvingen. Betreffende de Huldepenningen voor beroepsactiviteit rijzen de volgende vragen: DO 2142151529 Question n 86 de madame la députée Zuhal Demir du 3 janvier 215 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Distinctions honorifiques. - Plaquettes d'hommage pour activité professionnelle. Les compatriotes qui se distinguent dans leur vie professionnelle peuvent obtenir une distinction honorifique. Au sein du SPF Emploi, Travail et Concertation sociale, la Direction des distinctions honorifiques est chargée de l'octroi desdites distinctions. Il existe quatre catégories de distinctions et parmi celles-ci celle des Plaquettes d'hommage pour activité professionnelle. Ces plaquettes d'hommage sont décernées aux travailleurs réunissant toutes les conditions requises pour l'obtention d'un Ordre National, mais qui ne peuvent cependant pas l'obtenir parce que, à un autre titre, ils ont déjà une décoration dans les Ordres Nationaux. Les questions suivantes se posent en ce qui concerne les Plaquettes d'hommage pour activité professionnelle: 1. Voor de jaren 212, 213 en 214: 1. Pour les années 212, 213 et 214: a) Hoeveel werknemers ontvingen de bronzen penning ter vervanging van de Gouden Medaille der Kroonorde? b) Hoeveel werknemers ontvingen de zilveren penning ter vervanging van de Gouden Palmen der Kroonorde? c) Hoeveel werknemers ontvingen de gouden penning ter vervanging van het Ridderkruis in de Orde van Leopold II? a) Combien de travailleurs ont reçu la plaquette de bronze qui remplace la Médaille d'or de l'ordre de la Couronne? b) Combien de travailleurs ont reçu la plaquette d'argent qui remplace les Palmes d'or de l'ordre de la Couronne? c) Combien de travailleurs ont reçu la plaquette d'or qui remplace la Croix de Chevalier de l'ordre de Léopold? 2. Gelieve hierbij aan te geven: 2. Pourriez-vous préciser également dans ce cadre: a) de verhouding mannen - vrouwen; a) le rapport hommes-femmes; b) het Gewest waar de laureaten woonden op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen; c) de leeftijd van de laureaten op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen. b) la Région du domicile des lauréats au moment de la remise de leur décoration; c) l'âge des lauréats au moment de la remise de leur décoration? DO 2142151531 Vraag nr. 87 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Zuhal Demir van 3 januari 215 (N.) aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Kosten verbonden aan het beheer en de toekenning van de eretekens van de arbeid. DO 2142151531 Question n 87 de madame la députée Zuhal Demir du 3 janvier 215 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Coûts liés à la gestion et à l'octroi des distinctions honorifiques à titre "travail".
14 QRVA 54 15 Landgenoten die zich verdienstelijk maken in hun beroepsleven, komen in aanmerking daarvoor een ereteken te ontvangen. Binnen de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg is de Directie van de eretekens belast met de toekenning van de eervolle onderscheidingen. Er zijn daarbij vier categorieën: de Eretekens van de Arbeid, de Nationale Orden ten behoeve van werknemers met een lange beroepsloopbaan, de Huldepenningen voor beroepsactiviteit en de Bijzondere Beroepsverenigingseretekens. Daarnaast reikt het Koninklijk Instituut der Eliten van de Arbeid van België ook nog eretekens uit. Meer bepaald staat dit instituut in voor de toekenning van de titel en de erekentekens van Eredeken, Laureaat en Cadet van de Arbeid. Deze worden toegekend bij koninklijk besluit, na selectie door de Nationaal Organiserende Comités. Betreffende de verschillende kosten verbonden aan het beheer en de toekenning van de eretekens van de arbeid rijzen de volgende vragen: 1. Hoeveel personeelsleden tellen enerzijds de Directie van de eretekens en anderzijds het Koninklijk Instituut der Eliten van de Arbeid? 2. Hoeveel bedroegen de totale werkingskosten voor beide organen in de jaren 212, 213 en 214? 3. Hoeveel bedroeg de afgelopen drie jaar de kostprijs voor de ceremonieën waarop de verschillende eretekens werden uitgereikt? Gelieve per jaar per ereteken de kostprijs van de ceremonieën weer te geven. Les compatriotes qui se distinguent dans leur vie professionnelle peuvent obtenir une distinction honorifique. Au sein du SPF Emploi, Travail et Concertation sociale, la Direction des distinctions honorifiques est chargée de l'octroi desdites distinctions. Il existe quatre catégories de distinctions: les distinctions honorifiques à titre "travail", les Ordres nationaux pour les travailleurs pouvant justifier d'une longue carrière professionnelle, les Plaquettes d'hommage pour activité professionnelle et les Décorations spéciales des unions nationales. Par ailleurs, l'institut royal des élites du travail de Belgique décerne également des distinctions honorifiques. Cet institut attribue ainsi le titre et l'insigne de Doyen d'honneur, de Lauréat et de Cadet du travail. Ces distinctions sont attribuées par arrêté royal, après sélection par les comités nationaux organisateurs. Les questions suivantes se posent en ce qui concerne les coûts liés à la gestion et à l'octroi des distinctions honorifiques à titre "travail": 1. Quel est l'effectif du personnel de la Direction des distinctions honorifiques d'une part et de l'institut des élites du travail de Belgique d'autre part? 2. À combien s'élevaient les frais de fonctionnement totaux pour les deux organismes pour les années 212, 213 en 214? 3. À combien s'est élevé au cours des trois dernières années le coût de l'organisation des cérémonies au cours desquelles les différentes distinctions honorifiques ont été décernées? Pourriez-vous me fournir ces chiffres par année et par distinction? DO 2142151532 Vraag nr. 88 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Zuhal Demir van 3 januari 215 (N.) aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Eretekens - Eretekens van de Arbeid. Landgenoten die zich verdienstelijk maken in hun beroepsleven, komen in aanmerking daarvoor een ereteken te ontvangen. Binnen de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg is de Directie van de eretekens belast met de toekenning van de eervolle onderscheidingen. Er zijn daarbij vier categorieën. De Eretekens van de Arbeid zijn daar een van. Betreffende de Eretekens van de Arbeid rijzen de volgende vragen: DO 2142151532 Question n 88 de madame la députée Zuhal Demir du 3 janvier 215 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Décorations. - Décorations du Travail. Les compatriotes qui se distinguent dans le cadre de leur vie professionnelle peuvent entrer en ligne de compte pour l'obtention d'une décoration. L'octroi de distinctions honorifiques est du ressort de la Direction des distinctions honorifiques du SPF Emploi, Travail et Concertation sociale. Il existe quatre catégories de distinctions honorifiques, dont les Décorations du Travail. À cet égard, je souhaiterais vous poser les questions suivantes:
QRVA 54 15 15 1. Voor de jaren 212, 213 en 214: 1. Pourriez-vous m'indiquer, pour les années 212, 213 et 214: a) Hoeveel personen ontvingen het Ereteken van de Arbeid tweede klasse? b) Hoeveel personen ontvingen het Ereteken van de Arbeid eerste klasse? c) Hoeveel Eretekens van de Arbeid eerste klasse werden postuum uitgereikt in de gevraagde jaren? 2. Gelieve bij de vragen 1. a) en 1. b) telkens aan te geven: a) combien de personnes ont reçu la Décoration du Travail de seconde classe? b) combien ont reçu la Décoration du Travail de première classe? c) combien de Décorations du Travail de première classe ont été décernées à titre posthume? 2. Veuillez chaque fois préciser pour les questions 1. a) et 1. b): a) de verhouding mannen - vrouwen; a) la proportion hommes/femmes; b) het gewest waar de laureaten woonden op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen; c) de leeftijd van de laureaten op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen. b) la Région de résidence des lauréats au moment où ils ont reçu leur décoration; c) l'âge des lauréats au moment où ils ont reçu leur décoration. DO 2142151533 Vraag nr. 89 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Zuhal Demir van 3 januari 215 (N.) aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Eretekens - De Bijzondere Beroepsverenigingseretekens. Landgenoten die zich verdienstelijk maken in hun beroepsleven, komen in aanmerking daarvoor een ereteken te ontvangen. Binnen de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg is de Directie van de eretekens belast met de toekenning van de eervolle onderscheidingen. Er zijn daarbij vier categorieën. De Bijzondere Beroepsverenigingseretekens zijn daar een van (personen die uitstekende diensten bewezen hebben bij de organisatie en het beheer van de beroepsverenigingen van werknemers en daarmee gelijkgestelde instellingen). De Directie van de eretekens beheert ook de toekenning van de beroepsverenigingseretekens in de Nationale Orden. Betreffende de Bijzondere Beroepsverenigingseretekens rijzen de volgende vragen: DO 2142151533 Question n 89 de madame la députée Zuhal Demir du 3 janvier 215 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Distinctions honorifiques - Décorations spéciales des unions professionnelles. Les compatriotes qui se distinguent dans leur vie professionnelle peuvent obtenir une distinction honorifique. Au sein du SPF Emploi, Travail et Concertation sociale, la Direction des distinctions honorifiques est chargée de l'octroi desdites distinctions. Il existe quatre catégories de distinctions et parmi celles-ci celle des décorations spéciales des unions professionnelles qui récompensent des personnes qui ont rendu d'excellents services dans l'organisation et l'administration d'unions professionnelles de travailleurs et d'organismes y assimilés. La Direction des distinctions honorifiques gère également l'octroi des décorations des unions professionnelles dans les Ordres nationaux. Les questions suivantes se posent en ce qui concerne les distinctions spéciales des unions professionnelles: 1. Voor de jaren 212, 213 en 214: 1. Pour les années 212, 213 et 214: a) Hoeveel personen ontvingen het Bijzonder Beroepsverenigingsereteken van tweede klasse? b) Hoeveel personen ontvingen het Bijzonder Beroepsverenigingsereteken van eerste klasse? c) Hoeveel personen ontvingen de Gouden Medaille der Kroonorde? a) Combien de personnes ont reçu la décoration spéciale des unions professionnelles de seconde classe? b) Combien de personnes ont reçu la décoration spéciale des unions professionnelles de première classe? c) Combien de personnes ont reçu la Médaille d'or de l'ordre de la Couronne?
16 QRVA 54 15 d) Hoeveel personen ontvingen de Zilveren Palmen der Kroonorde? e) Hoeveel personen ontvingen de Gouden Palmen der Kroonorde? f) Hoeveel personen ontvingen het Ridderschap in de Orde van Leopold II? d) Combien de personnes ont reçu les Palmes d'argent de l'ordre de la Couronne? e) Combien de personnes ont reçu les Palmes d'or de l'ordre de la Couronne? f) Combien de personnes ont reçu la Chevalerie de l'ordre de Léopold II? 2. Gelieve hierbij aan te geven: 2. Pourriez-vous préciser également dans ce cadre: a) de verhouding mannen - vrouwen; a) le rapport hommes-femmes; b) het Gewest waar de laureaten woonden op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen; c) de leeftijd van de laureaten op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen. b) la Région du domicile des lauréats au moment de la remise de leur décoration; c) l'âge des lauréats au moment de la remise de leur décoration? DO 2142151534 Vraag nr. 9 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Zuhal Demir van 3 januari 215 (N.) aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Eretekens - Eliten van de Arbeid. Landgenoten die zich verdienstelijk maken in hun beroepsleven, komen in aanmerking daarvoor een ereteken te ontvangen. Naast de Directie van de eretekens belast met de toekenning van de eervolle onderscheidingen reikt het Koninklijk Instituut der Eliten van de Arbeid van België ook nog eretekens uit. Meer bepaald staat dit instituut in voor de toekenning van de titel en de erekentekens en titel van Eredeken, Laureaat en Cadet van de Arbeid. Deze worden toegekend bij koninklijk besluit na selectie door "Nationaal Organiserende Comités". Betreffende de Eliten van de Arbeid rijzen de volgende vragen: DO 2142151534 Question n 9 de madame la députée Zuhal Demir du 3 janvier 215 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Distinctions honorifiques. - Elites du travail. Les compatriotes qui se distinguent dans leur vie professionnelle peuvent obtenir une distinction honorifique. Outre la Direction des distinctions honorifiques qui est chargée de l'octroi desdites distinctions, l'institut royal des élites du travail de Belgique décerne également des distinctions honorifiques. Cet institut attribue ainsi le titre et l'insigne de Doyen d'honneur, de Lauréat et de Cadet du travail. Ces distinctions sont attribuées par arrêté royal, après sélection par les comités nationaux organisateurs. Les questions suivantes se posent en ce qui concerne les élites du travail: 1. Voor de jaren 212, 213 en 214: 1. Pour les années 212, 213 et 214: a) Hoeveel personen ontvingen het ereteken en de titel van Eredeken van de Arbeid? b) Hoeveel personen ontvingen het ereteken en de titel van Laureaat van de Arbeid? c) Hoeveel personen ontvingen het ereteken en de titel van Cadet van de Arbeid? a) Combien de personnes ont reçu le titre et l'insigne de Doyen d'honneur du travail? b) Combien de personnes ont reçu le titre et l'insigne de Lauréat du travail? c) Combien de personnes ont reçu le titre et l'insigne de Cadet du travail? 2. Gelieve hierbij aan te geven: 2. Pourriez-vous préciser également dans ce cadre: a) de verhouding mannen - vrouwen; a) le rapport hommes-femmes; b) het Gewest waar de laureaten woonden op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen; c) de leeftijd van de laureaten op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen. b) la Région du domicile des lauréats au moment de la remise de leur décoration; c) l'âge des lauréats au moment de la remise de leur décoration?
QRVA 54 15 17 DO 2142151535 Vraag nr. 91 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Zuhal Demir van 3 januari 215 (N.) aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Eretekens - Eretekens in de Nationale Orden uit hoofde van arbeid. Landgenoten die zich verdienstelijk maken in hun beroepsleven, komen in aanmerking daarvoor een ereteken te ontvangen. Binnen de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg is de Directie van de eretekens belast met de toekenning van de eervolle onderscheidingen. Er zijn daarbij vier categorieën. De Eretekens in de Nationale Orden uit hoofde van arbeid zijn daar een van. Betreffende de Eretekens in de Nationale Orden uit hoofde van arbeid rijzen de volgende vragen: DO 2142151535 Question n 91 de madame la députée Zuhal Demir du 3 janvier 215 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Distinctions honorifiques. -Distinctions honorifiques dans les Ordres nationaux à titre "travail". Les compatriotes qui se distinguent dans leur vie professionnelle peuvent obtenir une distinction honorifique. Au sein du SPF Emploi, Travail et Concertation sociale, la Direction des distinctions honorifiques est chargée de l'octroi desdites distinctions. Il existe quatre catégories de distinctions et parmi celles-ci celle des distinctions honorifiques dans les Ordres nationaux à titre "travail". Les questions suivantes se posent en ce qui concerne les distinctions honorifiques dans les Ordres nationaux à titre "travail": 1. Voor de jaren 212, 213 en 214: 1. Pour les années 212, 213 et 214: a) Hoeveel werknemers ontvingen de Gouden Medaille der Kroonorde? b) Hoeveel werknemers ontvingen de Gouden Palmen der Kroonorde? a) Combien de travailleurs ont reçu la Médaille d'or de l'ordre de la Couronne? b) Combien de travailleurs ont reçu les Palmes d'or de l'ordre de la Couronne? 2. Gelieve hierbij aan te geven: 2. Pourriez-vous préciser également dans ce cadre: a) de verhouding mannen - vrouwen; a) le rapport hommes-femmes; b) het Gewest waar de laureaten woonden op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen; c) de leeftijd van de laureaten op het ogenblik dat ze hun ereteken ontvingen. b) la Région du domicile des lauréats au moment de la remise de leur décoration; c) l'âge des lauréats au moment de la remise de leur décoration? DO 2142151572 Vraag nr. 92 van de heer volksvertegenwoordiger Eric Thiébaut van 3 februari 215 (Fr.) aan de viceeersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel: Massale tewerkstelling van gedetacheerde buitenlandse werkkrachten in België.- De toepassing van de Europese richtlijn betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers zorgt voor veel moeilijkheden voor onze ondernemingen en werknemers, met name in de bouwsector. DO 2142151572 Question n 92 de monsieur le député Eric Thiébaut du 3 février 215 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l'emploi, de l'économie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur: Le recours massif aux travailleurs étrangers détachés en Belgique. L'application de la directive européenne sur le détachement des travailleurs est source d'une multitude de problèmes pour nos entreprises et nos travailleurs, en particulier dans le secteur de la construction.
18 QRVA 54 15 De bouwsector klaagt dat de richtlijn de deur wijd openzet voor regelrechte sociale dumping en wantoestanden. Zo zijn verscheidene werkgevers niet te spreken over de praktijken van bepaalde ondernemingen, die zichzelf aanprijzen als gespecialiseerde recruiters van goedkope buitenlandse werkkrachten. De huidige Europese regelgeving creëert een te scherpe concurrentie voor onze ondernemingen. Ze vertoont diverse hiaten, en wordt verkeerd en zelfs oneigenlijk gebruikt, wat aanleiding geeft tot misbruik, en de controle op en bestraffing van dat misbruik zijn ontoereikend. Een aantal bepalingen van de richtlijn zou herzien moeten worden: zo zou het nuttig zijn de ondernemingen en opdrachtgevers ertoe te verplichten hun werknemers te betalen volgens de voorwaarden die gelden in het gastland en niet volgens de voorwaarden van het land van herkomst. Ook zouden sociale en milieuclausules bij overheidsopdrachten hefbomen kunnen zijn van de strijd tegen de sociale dumping. Op die manier zou buitenlandse ondernemingen een aantal strenge voorwaarden kunnen worden opgelegd, zodat ze op gelijke voet worden gesteld met de Belgische ondernemingen, die de voorwaarden al in acht moeten nemen. Vandaag is dat alles nog veraf en moeten we vaststellen dat onze ondernemingen in de praktijk nog op krijtende moeilijkheden stuiten. 1. Over welke marge beschikt u om een verregaande hervorming van de Europese regelgeving met betrekking tot de terbeschikkingstelling van werknemers te bewerkstelligen? 2. a) Doet u momenteel samen met uw Europese collega's nog stappen in die richting? Ces derniers dénoncent un texte à l'origine d'un véritable dumping social. Plusieurs patrons sont d'ailleurs excédés par les pratiques de certaines sociétés qui se vantent d'être des recruteurs spécialisés de main d'oeuvre étrangère "bon marché". Pour l'instant, les règles européennes créent, en effet, une concurrence trop dure pour nos entreprises. Elles comportent plusieurs lacunes et sont mal utilisées, voire détournées, entraînant des abus insuffisamment contrôlés et sanctionnés. Parmi les points de la directive à revoir, il serait notamment utile d'obliger les entreprises et les maîtres d'oeuvres à payer leurs travailleurs aux conditions sociales du pays d'accueil et plus celles du pays d'origine. De véritables leviers de lutte contre le dumping social via des clauses sociales et environnementales devraient également être instaurées au niveau des marchés public. Elles permettraient d'imposer certaines conditions strictes aux entreprises étrangères, les mettant sur le même pied que les entreprises belges qui doivent déjà les respecter. Aujourd'hui, on en est loin, et force est de constater que les difficultés rencontrées sur le terrain par nos entreprises sont encore trop criantes. 1. Pourriez-vous me faire part de la marge de manoeuvre dont vous disposez pour permettre une réforme en profondeur la législation européenne sur les "travailleurs détachés"? 2. a) Des initiatives avec vos collègues européens sontelles encore à l'ordre du jour? b) Zo niet, bent u van plan een initiatief te nemen? b) Si pas, envisagez-vous d'en prendre une? 3. Werpt de toepassing van het door de vorige regering aangenomen actieplan tegen sociale dumping inmiddels vrucht af? 4. Zal u meer middelen inzetten om een eind te maken aan die oneerlijke concurrentie, waar duizenden Belgische ondernemers en werknemers het slachtoffer van zijn? 3. Depuis l'application du plan national anti-dumping adopté par le gouvernement précédent, disposez-vous de résultats concluants ce jour? 4. Envisagez-vous de mobiliser davantage de moyens pour mettre fin à cette concurrence déloyale dont sont victimes des milliers d'entrepreneurs et de travailleurs belges?