Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv



Vergelijkbare documenten
verbrandingsluchttoevoer/verbrandingsgasafvoer turbomag exclusiv

Montage handleiding BM kunststof PP rookgasafvoerleidingen

Ribbelbuis voor zonnesystemen 2 in 1

VIESMANN. Montagehandleiding. Rookgassysteem. Veiligheidsvoorschriften. Overleg met erkende schoorsteenveger. voor de vakman

voorschrift Voor de installateur Interface 0-10 V --> ebus AAN DE INSTALLATEUR

Supplement betreffende rookgasafvoer

Voor de gebruiker. Gebruiksaanwijzing. allstor. Bufferboiler

Aanwijzingen voor de rookgasafvoer voor. CERAPURACU-Smart. Condensatieketel voor gas O ZWSB 30-4 A (2011/12) BE

Installatievoorschriften. Bel-Ro-combi CLV systeem

Rogafa. Het nieuwe beugelen! Rogafa. Nieuw advies Wat is de beste manier om een rookgasafvoersysteem

Neutralisatie-eenheid

Het nieuwe beugelen!

turbomax plus, turbomax pro, aquaplus

NE1.1. Neutralisatie-eenheid. Voor gebruik bij condensatieketels voor gas. Installatie- en onderhoudshandleiding voor de installateur

Voor de installateur. Montage-instructie. muur- en dakdoorvoerset Nefit EcomLine HR-toestellen (07/2013) NL

Het nieuwe beugelen! Wat is de beste manier om een rookgasafvoersysteem

VIESMANN. Montagehandleiding. Accessoires voor gesloten werking. Aanwijzingen voor de installatie. Veiligheidsvoorschriften. Luchttoevoersystemen

Kunststof rookgasafvoersystemen. Dat installeert wel zo makkelijk!

Montagehandleiding. Uitlaatgassysteem CLV voor gasverbrandingstoestellen met gescheiden verbrandingstoevoer- en uitlaatgasleiding. Versie 1.

HET NIEUWE BEUGELEN CHECKLIST. Burgerhout PARTNER INNOVATIVE

h Aanwijzing! NL; BENL Bedienings- en installatiehandleiding VRT 50 Kamer(klok)thermostaat Bedieningshandleiding Aanwijzingen bij de documentatie

Voorschriften checklist Ubbink rookgasafvoersystemen. Rolux enkelwandige PP rookgasafvoer

Voorschriften checklist Ubbink rookgasafvoersystemen. Rolux enkelwandige rookgasafvoer/ luchttoevoer in de schacht

Installatiehandleiding Easy Roof Evolution. Formaat L-1 (1676 x 1001 portrait)

Kunststof rookgasafvoersystemen. Geen kunst met kunststof!

BM Kunststof Systemen voor afvoer van rookgassen en toevoer van verbrandingslucht

Voorkeur voor concentrisch! UbiFit Concentrisch Push-Fit, niet duur en super veilig!

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: voor de vakman

Terugstroombeveiliging voor ecotec/5

Rogafa. Het nieuwe beugelen! Rogafa. Nieuw advies Wat is de beste manier om een rookgasafvoersysteem

HeatMaster. Montage- en installatiehandleiding. 201 Booster. HeatMaster. 200N (Gas) Booster. HeatMaster ENGLISH FRANCAIS NEDERLANDS ITALIANO NL 1

Installatie-instructies

VLT/VGA -systemen. Montagehandleiding. Montagehandleiding. Voor de installateur. BEnl. ecotec pro, ecotec plus, ecotec exclusive

Installatievoorschrift Rolux PP 120 rookgasafvoersysteem voor schoorsteenrenovatie

Zo kiest u het juiste ventilatiesysteem

Bedieningshandleiding

Voor de installateur Montage-instructie dakdoorvoerset en muurdoorvoerset Nefit TopLine HR

Collectieve kunststof rookgasafvoersystemen. Geen kunst met kunststof!

Rookgasafvoerkanalen

VERNIEUWD ROOKGASAFVOERSYSTEMEN STAR FLEXIBEL - CONCENTRISCH.

voorschrift Voor de installateur OpenTherm module AAN DE INSTALLATEUR

Voor de montage van de Bear County schutting Garden Design WPC

Gebruiksaanwijzing. Voor de gebruiker. Gebruiksaanwijzing. allstor. Bufferboiler

, , Montagehandleiding. Montagehandleiding. Voor de installateur. BEnl. Uitgever/fabrikant Vaillant GmbH

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. voor de vakman. Vitoplex 200 type SX2A, 700 tot 1950 kw Olie-/gasketel

Tempoplex-afvoer. Gebruiksaanwijzing van 01/2011. nl_be

ilmo 50 WT Ref B

Meervoudig bezette VLT - /VGA -systemen in overdruk bedrijf voor ecotec pro/plus. Montagehandleiding. Montagehandleiding. Voor de installateur.

Dakdoorvoeren Rookgasafvoermateriaal Bouwartikelen

Systeembeschrijving Het systeem bestaat uit de componenten: aansluitset, met eindfitting en Smartloop-leidingverbindingen Smartloop-leiding, flexibel.

/2002 BE/NL

Veiligheid van Rookgasafvoer Systemen begint bij?

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

Tempoplex Plus-afvoer, hoge afvoercapaciteit. Gebruiksaanwijzing van 01/2010. nl_nl

Tempoplex-afvoer bouwhoogte 60 mm. Gebruiksaanwijzing van 01/2010. nl_nl

Montage voorschriften STB-DW

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: voor de vakman. Vitoplex 200 type SX2A, 90 tot 560 kw Olie-/gasketel

Multiflex. Fig. 1 Fig. 2

VvE Koning Karel 12 e

Tempoplex-afvoer. Gebruiksaanwijzing van 01/2011. nl_nl

Nefit Economy cv-boilers

Augustus 2013 Pagina 1

40L-1802B. Original-Gebrauchsanleitung V1/1117

KNOEIWERK. FOTO 2 Aansluitkanaal - twee stukken flexibele metalen buis met verschillende doormeter aan elkaar vastgezet.

Gebruikershandleiding. kolom

Afzuigkap Gebruiksaanwijzing

ALVORENS DE KOOKPLAAT TE GEBRUIKEN Blz. 19. ADVIEZEN VOOR MILIEUBESCHERMING Blz. 19. WAARSCHUWINGEN EN ALGEMENE WENKEN Blz. 19

Montagehandleiding. Voor de installateur. Montagehandleiding VKO../3. Verbrandingsluchttoevoer -/rookgasafvoersysteem. BEnl

zonweringkoopjehier.com - Uitval Schermen - Installatie instructies

Montagehandleiding Luxalon Plafond Type: 300L

DucoGrille Close 105. Dagmaat breedte Speling boven. Dagmaat breedte= breedte DGC *speling 5mm. Dagmaat hoogte

Hemelwaterafvoer. In 3 stappen monteert u uw afvoerbuis

Uw ventilatiesysteem: natuurlijke toevoer, mechanische afvoer

Cv-toestel Condens 7000 F

Lichtkoepels & Lichtstraten

Multiplex-basismodel afvoer en overloop. Gebruiksaanwijzing van 06/2015. nl_nl

INSTALLATIE- EN ONDERHOUDSINSTRUCTIES

CONCENTRISCH ROOKGASAFVOERSYSTEEM

Installatievoorschrift METALOTERM EN Versie

Brighten Up Ø 25 cm (10 ) Ø 35 cm (14 ) Installatie instructie

Printed: Doc-Nr: PUB / / 000 / 00

BEDIENUNGSANWEISUNG EMD mit Montageanweisungen

De afbeeldingen in deze handleiding kunnen licht afwijken van uw product, afhankelijk van de uitvoering.

Installatie-instructie. Accessoire. RF-ontvanger N (2012/05) NL

Citaplex-afvoer/overloop. Gebruiksaanwijzing van 06/2015. nl_nl

Uw ventilatiesysteem: Vraaggestuurde ventilatie met natuurlijke toevoer, mechanische afvoer;

WALD LEENDERS Installatie optie 1; bevestiging DOOR plafond Installatie optie 2; bevestiging AAN plafond I.NL

Montagevoorschrift. UBA3-module xm10 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage /2004 NL Voor de vakman

Een correcte reparatie kan uitsluitend worden gewaarborgd als een storingsvrije de-installatie van het complete toestel te allen tijde mogelijk is.

EENVOUDIG INSTALLEREN

Montage handleiding: DQ Hercules Flex

Luchttechniek. Uitblaasroosters G.14 Luchtroosters G.17

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTRANS 300. voor de vakman. Vitotrans 300

ZentaSOL 1C ZentaSOL 2C

Multiplex-functie-eenheid afvoer en overloop. Gebruiksaanwijzing van 06/2015. nl_be

Montage- en onderhoudsvoorschrift

Multiplex-functie-eenheid afvoer en overloop-multiplex-functie-eenheid. overloop. Gebruiksaanwijzing van 06/2015. nl_be

Aanwijzingen voor de rookgasafvoer voor de installateur Logatherm GWPS-38 GWPW-38. Voor montage a.u.b. zorgvuldig lezen. Gasabsorptiewarmtepomp

Fig. 1 NOODDEURCONCEPTEN EN 1125 DB-PPES1 PPES t f MODELLEN E-PPES1, E-APPES1

Transcriptie:

Voor de erkende installateur Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv, kunststof apart Ø 80/80, kunststof BENL

Inhoudsopgave Inhoudsopgave Aanwijzingen bij de documentatie... 3 2 Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften... 3 2. Waarschuwingsaanwijzingen... 3 2.. Classificatie van de waarschuwingsaanwijzingen voor de handelwijze... 3 2..2 Opbouw van waarschuwingsaanwijzingen voor de handelwijze... 3 2.2 Veiligheidsaanwijzingen...4 2.3 Voorschriften...5 2.4 Gebruik conform de voorschriften...5 3 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoersysteem concentrisch Ø 80/25...6 3. Productprogramma...6 3.2 Maximaal toegestane buislengtes...3 4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoersysteem concentrisch Ø 80/25...6 4. Scheidingsinrichting...6 4.2 Tussenstuk met testopeningen...6 4.3 Montage van de verticale dakdoorvoering...7 4.3. Omvang van de levering...7 4.3.2 Door schuine daken monteren...8 4.3.3 Door platte daken monteren... 20 4.4 Montage horizontale wand-/dakdoorvoering...2 4.4. Levering horizontale wand-/dakdoorvoering...2 4.4.2 Dakdoorvoering monteren...2 4.4.3 Pijpdoorvoering monteren...22 4.4.4 Directe installatie...23 4.4.5 Verwijderde installatie... 24 4.5 Concentrische aansluiting en starre rookgasleiding Ø 80 in de schacht...25 4.5. Levering...25 4.5.2 Montagevoorbeelden...25 4.5.3 Starre rookgasleiding Ø 80 monteren...26 4.5.4 Schachtkap (PP) monteren...27 4.5.5 Van omgevingslucht afhankelijke werking... 28 4.5.6 Van omgevingslucht onafhankelijke werking...29 4.6 Concentrische aansluiting en flexibele rookgasleiding Ø 80 in de schacht...35 4.6. Levering rookgasleiding Ø 80...35 4.6.2 Flexibele rookgasleiding Ø 80 monteren...36 4.6.3 Schachtkap (PP) monteren... 38 4.6.4 Schachtmondingen van rookgasleidingen naast een andere rookgasinstallatie... 38 4.6.5 Schachtkap RVS monteren... 40 4.6.6 Verbindings- en reinigingselementenplaatsen... 40 4.7 Concentrische aansluiting en flexibele rookgasleiding Ø 00 in de schacht...4 4.7. Levering rookgasleiding Ø 00... 42 4.7.2 Flexibele rookgasleiding Ø 00 monteren... 42 4.7.3 Verbindings- en reinigingselementen plaatsen... 45 4.8 Verlengbuizen en bochtstukken...47 4.8. Verlengbuizen monteren...47 4.8.2 87 -bochtstukken (wit) monteren... 48 4.8.3 45 -bochtstukken (wit) monteren... 49 4.8.4 Revisie-T-stuk monteren... 50 4.9 Klemmen voor luchtbuizen monteren... 50 5 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoersysteem aparte buisgeleiding Ø 80...5 5. Productprogramma...5 5.2 Maximaal toegestane buislengtes...52 6 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoersysteem aparte buisgeleiding Ø 80...53 6.. Gescheiden buisgeleiding...53 6.. Levering...53 6..2 Aansluitstuk voor het toestel monteren...53 6.2 Montage van de verticale dakdoorvoering met aparte buisgeleiding...53 6.2. Levering...53 6.2. Dakdoorvoering monteren... 54 6.3 Montage van horizontale wanddoorvoer... 55 6.3. Omvang van de levering... 55 6.3.2 Pijpdoorvoering monteren... 55 6.3.3 Wanddoorvoer met aparte buisgeleiding monteren... 56 6.4 Aansluiten op een verbrandingsluchttoevoer/ verbrandingsgasafvoersysteem...57 2 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Aanwijzingen bij de documentatie Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften 2 Aanwijzingen bij de documentatie De volgende aanwijzingen zijn een wegwijzer door de volledige documentatie. In combinatie met deze montagehandleiding zijn nog andere documenten geldig. Voor schade die ontstaat door het niet naleven van deze handleidingen, kan Vaillant niet aansprakelijk gesteld worden. Aanvullend geldende documenten Voor de installateur: Installatiehandleiding van het geïnstalleerde Vaillantketel met HR. Onderbrengen en bewaren van de documenten Overhandig deze montagehandleiding a.u.b. aan de gebruiker van de installatie. Deze bewaart ze, zodat de handleidingen indien nodig ter beschikking staan. Gebruikte symbolen Neem bij de montage van de verbrandingsluchttoevoer/ verbrandingsgasafvoer hoofdstuk 2 Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften deze montagehandleiding in acht! Hieronder worden de in de tekst gebruikte symbolen verklaard: direct levensgevaar of gevaar voor letsel b Wees voorzichtig! Kans op materiële schade of milieuvervuiling i Symbool voor een aanwijzing en nuttige informatie Symbool voor een vereiste activiteit Geldigheid van de handleiding Deze montagehandleiding geldt uitsluitend voor de Vaillant toestellen die staan vermeld in de aanvullend geldende documenten. 2 Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften 2. Waarschuwingsaanwijzingen Neem bij de montage van de verbrandingsluchttoevoer/ rookgasafvoer de waarschuwingsaanwijzingen m.b.t. de handelwijze in deze montagehandleiding. 2.. Classificatie van de waarschuwingsaanwijzingen voor de handelwijze Deze waarschuwingsaanwijzingen zijn vastgelegd met waarschuwingssymbolen en signaalwoorden die betrekking hebben op mogelijke gevaren. De signaalwoorden geven u een indicatie van de ernst van het gevaar en het restrisico. Hieronder worden de in de tekst gebruikte signaalwoorden verklaard met de bijbehorende waarschuwingssymbolen. Waarschuwingssymbool Signaalwoord b Wees voorzichtig! Toelichting direct levensgevaar Kans op materiële schade of milieu vervuiling 2..2 Opbouw van waarschuwingsaanwijzingen voor de handelwijze Deze waarschuwingsaanwijzingen herkent u aan de bovenste en onderste scheidingslijn. Ze zijn volgens het onderstaande principe opgebouwd: a Signaalwoord! Gevarensoort en -bron! Toelichting van de gevarensoort en -bron Maatregelen voor het afwenden van gevaar Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 3

2 Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften 2.2 Veiligheidsaanwijzingen De verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen mogen alleen geïnstalleerd worden door een erkend installateur. Deze is ook verantwoordelijk voor de correcte installatie. Neem verder goed nota van de voorschriften, regels en richtlijnen die zijn vermeld in de installatiehandleiding van het toestel. Alle openingen van de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer die voor inspectiedoeleinden geopend kunnen worden, moeten vóór inbedrijfstelling en tijdens de werking gesloten zijn. Zorg ervoor dat de openingen van de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer uitsluitend door een erkend installateur worden geopend. Vetten op basis van minerale olie kunnen de pakkingen beschadigen. De pakkingen mogen daarom niet worden ingevet. Gebruik indien nodig uitsluitend water of in de handel gebruikelijke smeerzeep om de montage te vergemakkelijken. Resten mortel, vijlsel enz. in de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer kunnen de afvoer van verbrandingsgassen hinderen. Er kan verbrandingsgas in de plaatsingsruimte komen. Verwijder na de montage resten mortel, vijlsel enz. uit de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer. Het toestel mag niet in vertrekken geplaatst worden waar met behulp van ventilators lucht wordt afgezogen (bv. ventilatiesystemen, afzuigkappen, luchtafvoerdrogers). Deze systemen zorgen voor een onderdruk in het vertrek, waar het verbrandingsgas uit de monding door de ringspleet tussen verbrandingsgasleiding en schacht in de plaatsingsruimte aangezogen wordt. Het toestel mag dan afhankelijk van de omgevingslucht worden gebruikt, als het toestel en de ventilator niet gelijktijdig kunnen worden gebruikt. Brandgevaar door bliksem! Zorg ervoor, dat de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer met de bliksemafleider van het gebouw wordt verbonden, voor zoverre deze hier aanwezig is. U dient bij de horizontale rookgasafvoer van edelstaal ook met de equipotentiaalverbinding rekening te houden. Gevaar voor letsel! Gevaar door van het dak glijdend eis! Bij montage van de verbrandingsluchttoevoer/verbrandingsgasafvoer door de dakbedekking heen moet er rekening mee worden gehouden, dat de in het rookgas aanwezige waterdamp onder ongunstige weersomstandigheden kan neerslaan als ijs op het dak of op de dakkapellen. Er moet op de montageplaats voor worden gezorgd, dat deze ijsafzettingen niet van het dak kunnen glijden. Hiervoor moeten evt. veiligheidsvoorzieningen worden gemonteerd (art.-nr. 303096, 300865). i Tussen de concentrische verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer resp. de bijbehorende verlengbuis en onderdelen van brandbare materialen hoeft geen afstand gehouden te worden, aangezien bij nominaal verwarmingsvermogen van het toestel de temperaturen bij de oppervlakken van aangrenzende onderdelen niet hoger kunnen worden dan 85 C. 4 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften 2 i Bij schoorstenen die voorheen werden gebruikt voor stookolie en die nu voor toevoer van de verbrandingslucht worden gebruikt, wordt aangeraden om de schoorsteenveger resp. de installateur het in aanmerking komende kanaal te laten controleren en reinigen, voordat de verbrandingsgasleiding wordt geïnstalleerd. Is voldoende reiniging/controle van de schoorsteen niet mogelijk (b.v. door constructieve omstandigheden), kunt u: - een gescheiden luchttoevoer gebruiken (art.-nr. 002002006) of - de installatie afhankelijk van de omgevingslucht gebruiken. 2.3 Voorschriften De Vaillant HR-ketels ecovit exclusiv zijn overeenkomstig de EG-richtlijn gastoestellen 90/396/EWG gecertificeerd als CV-ketelsysteem met bijbehorende verbrandingsgasinstallatie. Deze montagehandleiding is bestanddeel van de certificering en wordt geciteerd in het typekeuringscertificaat. Wanneer de uitvoeringsbepalingen van deze montagehandleiding worden nageleefd, wordt de bruikbaarheid van de door Vaillant-artikelnummers aangegeven producten voor verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer aangetoond. 2.4 Gebruik conform de voorschriften De Vaillant verbrandingsluchttoevoeren/rookgasafvoeren zijn gebouwd volgens de huidige stand van de techniek en de erkende veiligheidsvoorschriften. Toch kunnen er bij ondeskundig of oneigenlijk gebruik (levens)gevaarlijke situaties ontstaan voor de gebruiker van het systeem of derden resp. beschadigingen aan het toestel en andere voorwerpen. De in deze handleiding genoemde Vaillant verbrandingsluchttoevoeren/rookgasafvoeren mogen alleen in combinatie met de in deze handleiding genoemde toesteltypes worden gebruikt. Een ander of daarvan afwijkend gebruik geldt als niet volgens de voorschriften en voor hieruit resulterende schade kan de fabrikant/leverancier beslist niet aansprakelijk worden gesteld. Het risico dragen in een dergelijk geval uitsluitend de uitvoerende installateur en de gebruiker. Tot het gebruik volgens de voorschriften behoort ook het in acht nemen van de aanvullend geldende documenten. Aan de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer mogen geen lasten worden gehangen of hieraan worden bevestigd. De toepassing van alle artikelen 80/25 en 80 mm van PP en van het schachtdeksel art.-nr. 303 26 (met in achtneming van de bijbehorende montagehandleiding 806038 DE/AT/CH) met de toestellen ecovit exclusiv is tevens opgenomen in het certificaat. Voor uitvoering van het rookgasafvoersysteem (b.v. de plaatsing van revisie-openingen) neemt u goed nota van de bouwvoorschriften van de landen, stookverordeningen van de landen en verordeningen inzake het vegen en controleren van schoorstenen van de landen. Pleeg daarom goed overleg met de verantwoordelijke regionale schoorsteenveger over de bouw van het rookgasafvoersysteem. De Belgische norm NBN D 5-003. Voorschriften van de fabrikant. Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 5

3 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 3 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoersysteem concentrisch Ø 80/25 3. Productprogramma 303 200 = Verticale dakdoorvoer (zwart) 303 250 = Concentrische aansluiting op rookgasleiding, wordt in schacht geïnstalleerd 303 20 = Verticale dakdoorvoer (rood) 303 209 = Horizontale wand-/dakdoorvoer Elementen Art.-nr. 303 200 303 20 303 209 303 250 Verlengbuis (PP), concentrisch 0,5 m - Ø 80/25 303 202 X X X Verlengbuis (PP), concentrisch,0 m - Ø 80/25 303 203 X X X Verlengbuis (PP), concentrisch 2,0 m - Ø 80/25 303 205 X X X Bochtstuk (PP), concentrisch (2 stuks) 45 - Ø 80/25 Bochtstuk (PP), concentrisch 87 - Ø 80/25 Buisklem (5 stuks), Ø 25 Tussenstuk met revisie-opening (PP) Ø 80/25, 0,0 m Revisie-opening (PP) - Ø 80/25, 0,25 m 303 2 X X X 303 20 X X X 303 66 X X X 30 369 X ) X ) X ) 303 28 X X X Scheidingsinrichting (PP) Ø 80/25 303 25 X X X Revisie-T-stuk - 87 (PP) - Ø 80/25 303 27 X X X Tab. 3. Productprogramma ) voor VKK SWE 476/4 en VKK SWE 656/4 dwingend noodzakelijk 6 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 3 Elementen Art.-nr. 303 200 303 20 303 209 303 250 Dakpan voor schuin dak 009 076 (zwart) X 300.850 (rood) Universele dakpan, schuin dak 0020064750 (zwart) X 002006475 (rood) Platdakkraag 009 056 X Adapter voor systeem Klöber 009 058 (zwart) 009 080 (rood) IJsvanghekje voor verticale dakdoorvoer 303.096 (zwart) X X IJsvanghekje voor horizontale dakdoorvoer 300 865 X Schachtkap (PP) Verlenging boven het dak (PP),0 m, Ø 25 Schachtkap RVS DN 80 303 963 X 303 002 (zwart) 303.003 (rood) X ) 00 2002 007 X Eindbuis RVS DN 80,,0 m 00 2002 574 X Tab. 3. Productprogramma (vervolg) ) voor VKK SWE 656/4 dwingend noodzakelijk Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 7

3 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem Elementen Art.-nr. 303 250 Verlengbuis, rookgasleiding (PP) - 0,5 m - Ø 80 Verlengbuis, rookgasleiding (PP) -,0 m - Ø 80 Verlengbuis, rookgasleiding (PP) - 2,0 m - Ø 80 303 252 X 303 253 X 303 255 X Verlengbuis, rookgasleiding (PP) - 0,25 m - Ø 80 met revisie-opening 303 256 X Bochtstuk, rookgasleiding (PP) - 5 - Ø 80 Bochtstuk, rookgasleiding (PP) - 30 - Ø 80 Bochtstuk, rookgasleiding (PP) - 45 - Ø 80 303 257 X 303 258 X 303 259 X Afstandhouders - Ø 80 (7 stuks) Set : Basiselementen voor de flexibele rookgasleiding (PP) DN 80 (insteekelement (), montagekruis (2), aansluitring (3), schachtkap (voet) (4), schachtkap (kap) (5) 3 5 2 4 009 494 X 303 50 X Set 2: Reinigingselement (PP) DN 80 (T-stuk) voor de flexibele rookgasleiding 303 5 X Set 3: Verbindingsstuk (PP) DN 80, 0,3 m voor de flexibele rookgasleiding 303 52 X Set 4: Montagehulp voor de flexibele rookgasleiding DN 80 303 53 X Set 5: 5 m flexibele rookgasleiding (PP) DN 80 en 7 afstandhouders 303 54 X Afstandhouder voor de flexibele rookgasleiding DN 80 (7 stuks) 00 2004 277 X Set 6: Basiselementen voor de metalen schachtkap 00 2002 008 X Basisset: Elementen voor gescheiden verbrandingsluchttoevoer Ø 80/25 00 2002 006 X Tab. 3.2 Productprogramma DN 80 8 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 3 Elementen Art.-nr. 303 250 Set : Basiselementen voor de flexibele rookgasleiding (PP) DN 00 overgangsstuk 80-00 (), insteekelement (2), montagekruis (3), verbindingsstuk met mof (4), schachtkap (voet) (5), uitlaatbuis (6) 4 3 6 2 5 303 56 X Set 2: Reinigingselement (PP) DN 00 (T-stuk) voor de flexibele rookgasleiding 303 57 X Set 3: Verbindingsstuk (PP) DN 00, 0,3 m voor de flexibele rookgasleiding 303 58 X Set 4: Montagehulp voor de flexibele rookgasleiding DN 00 303 59 X Set 5: 5 m flexibele rookgasleiding (PP) DN 00 en 7 afstandhouders 303 520 X Set 6: 7,5 m flexibele rookgasleiding (PP) DN 00 en 4 afstandhouders 00 2000 496 X Afstandhouder voor de flexibele rookgasleiding DN 00 (7 stuks) 002005228 X Tab. 3.3 Productprogramma DN 00 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 9

25 50 5 5 25 25 3 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem Elementen Beschrijving Elementen Beschrijving Verlengbuis concentrisch (PP) 0,5 m: Art.-nr. 303 202,0 m: Art.-nr. 303 203 2,0 m: Art.-nr. 303 205 233 Revisie-T-stuk (PP) 87 Art.-nr. 303 27 70 Attentie! Het revisie-t-stuk mag alleen in de afgebeelde positie gemonteerd worden. Andere inbouwsituaties leiden tot vernietiging van de afdichtingen door staand condenswater. 25 5 Bochtstuk (PP) 87 Art.-nr. 303 20 45 (2 stuks) Art.-nr. 303 2 64 Scheidingsinrichting (PP) Art.-nr. 303 25 20 Buisklem Ø 25 (5 stuks) Art.-nr. 303 66 Dakpan voor schuin dak Art.-nr. 009 076 (zwart) Art.-nr. 300 850 (rood) Aanwijzing! Ter ondersteuning van de buisgeleiding. Per verlenging één klem gebruiken 25 250 Revisie-opening (PP) Ø 80/25, 0,25 m Art.-nr. 303 28 55 Universele dakpan voor schuin dak 25 tot 45 Art.-nr. 0020064750 (zwart) Art.-nr. 002006475 (rood) 25-45 70 500 Tab. 3.4 Elementen Tab. 3.4 Elementen (vervolg) 0 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

0 08 380 22 08 236 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 3 Elementen Beschrijving Elementen Beschrijving Platdakkraag Art.-nr. 009 056 Afstandhouder Ø 80 (7 stuks) Art.-nr. 009 494 Adapter voor systeem Klöber Art.-nr. 009 058 (zwart) Art.-nr. 009 080 (rood) Verlengbuis rookgasleiding Ø 80 (PP) 0,5 m: Art.-nr. 303 252,0 m: Art.-nr. 303 253 2,0 m: Art.-nr. 303 255 0 70 Tussenstuk met testopeningen (PP) Art.-nr. 30.369 Het tussenstuk met testopeningen wordt aanbevolen voor ecovit exclusiv VKK SWE 226/4-366/4. Attentie! Voor ecovit exclusiv VKK SWE 476/4 en VKK SWE 656/4 is het tussenstuk dwingend noodzakelijk. Basiselementen voor flexibele rookgasleiding Art.-nr. 303 50 55 49 390 5 30 45 Bochtstuk rookgasleiding Ø 80 (PP) 5 Art.-nr. 303 257 30 Art.-nr. 303 258 45 Art.-nr. 303 259 50 55 55 49 50 58 390 Basiselementen voor flexibele rookgasleiding Art.-nr. 303 56 Tab. 3.4 Elementen (vervolg) Tab. 3.4 Elementen (vervolg) Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

55 25 55 55 L= 5 m 220 55 64,5 236 3 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem Elementen Beschrijving Elementen Beschrijving (250) Verlengbuis rookgasleiding Ø 80 (PP) 0,25 m, met revisie-opening Art.-nr. 303 256 Schachtkap RVS DN 80 Art.-nr. 00 2002 007 tevens noodzakelijk: Eindbuis m edelstaal DN 80 Art.-Nr 00 2002 574 56 7 330 Schachtkap (PP) Art.-nr. 303 963 Eindbuis RVS DN 80 Art.-nr. 00 2002 574 000 390 0/30 Set 2: Reinigingselement (PP) DN 80 (T-stuk) voor de flexibele rookgasleiding Art.-nr. 303 5 Set 2: Reinigingselement (PP) DN 00 (T-stuk) voor de flexibele rookgasleiding Art.-nr. 303 57 5/35 Set 4: Montagehulp voor de flexibele rookgasleiding DN 80 Art.-nr. 303 53 Set 4: Montagehulp voor de flexibele rookgasleiding DN 00 Art.-nr. 303 59 0/30 Set 3: Verbindingsstuk (PP) DN 80, 0,3 m voor de flexibele rookgasleiding Art.-nr. 303 52 Tab. 3.4 Elementen (vervolg) Set 3: Verbindingsstuk (PP) DN 00, 0,3 m voor de flexibele rookgasleiding Art.-nr. 303 58 Tab. 3.4 Elementen (vervolg) 2 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 3 3.2 Maximaal toegestane buislengtes ecovit exclusiv Elementen Verticale dakdoorvoering Art.-nr. 303 200 303 20 max. concentrische buislengte: VKK SWE 226/4 VKK SWE 286/4 VKK SWE 366/4 VKK SWE 476/4 VKK SWE 656/4 25,0 m 30,0 m 2,0 m 2,0 m 20,0 m plus 3 bochtstukken 87 zonder bocht Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met,0 m per revisie-t-stuk met 2,5 m Horizontale wand-/dakdoorvoer Concentrische aansluiting op rookgasleiding DN 80 (star) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 40 mm, hoekig: 20 x 20 mm DN 80 (flexibel) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 60 mm hoekig: 40 x 40 mm DN 00 (flexibel) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 80 mm, hoekig: 60 x 60 mm Afhankelijk van de omgevingslucht 303 209 max. concentrische buislengte: 303 250 max. totale buislengte (concentrisch deel en rookgasleiding DN 80 in schacht) 25,0 m 30,0 m 2,0 m 8,0 m 7,0 m plus 3 bochtstukken 87 plus bochtstuk 87 Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met,0 m per revisie-t-stuk met 2,5 m 33,0 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk Daarvan telkens max. 30,0 m verticaal in schacht en 5 m in koud bereik. Tab. 3.5 Maximaal toegestane buislengtes Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 3

3 Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem Elementen Concentrische aansluiting op rookgasleiding DN 80 (star) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 40 mm, hoekig: 20 x 20 mm DN 80 (flexibel) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 60 mm, hoekig: 40 x 40 mm Onafhankelijk van de omgevingslucht in combinatie met gescheiden verbrandingsluchttoevoer Art.-nr. 303 250 max. totale buislengte (concentrisch deel en rookgasleiding DN 80 in schacht) VKK SWE 226/4 VKK SWE 286/4 ecovit exclusiv VKK SWE 366/4 VKK SWE 476/4 VKK SWE 656/4 33,0 m 30,0 m 2,0 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk steunbochtstuk plus bochtstuk 87 en Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met,0 m per revisie-t-stuk met 2,5 m Gescheiden verbrandingsluchttoevoer Concentrische aansluiting op rookgasleiding DN 80 (star of flexibel) in schacht schachtdoorsnede van min. rond: 30, hoekig: 20 x 20 mm Onafhankelijk van de omgevingslucht: Concentrische aansluiting op rookgasleiding DN 00 (flexibel) schachtdoorsnede van min. rond: 60, hoekig: 40 x 40 mm Onafhankelijk van de omgevingslucht: 00 2002 006 max. buislengte verbrandingsluchttoevoerleiding 303 250 max. totale buislengte (concentrisch deel en rookgasleiding DN 80 in schacht) 303 250 max. buislengte horizontaal deel max. buislengte verticaal deel DN 00 in schacht 8,0 m plus bochtstukken 87 Bij plaatsing van extra afbuigingen in de verbrandingsluchttoevoerleiding wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met,0 m per revisie-t-stuk met 2,5 m 25,0 m 30,0 m 2,0 m 9,0 m 8,0 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk steunbochtstuk plus bochtstuk 87 en Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met,0 m per revisie-t-stuk met 2,5 m 2,0 m 2,0 m 2,0 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk plus bochtstuk 87 en steunbochtstuk 33,0 m 22,0 m 20,0 m Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met,0 m per revisie-t-stuk met 2,5 m Tab. 3.5 Maximaal toegestane buislengtes (vervolg) 4 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Planning van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 3 Elementen Concentrische aansluiting op rookgasleiding DN 80 (alleen star) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 3, hoekig: 00 x 00 mm Onafhankelijk van de omgevingslucht Concentrische aansluiting op rookgasleiding DN 80 (star of flexibel) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 20, hoekig: 0 x 0 mm Onafhankelijk van de omgevingslucht Concentrische aansluiting op rookgasleiding DN 80 (star of flexibel) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 50, hoekig: 30 x 30 mm Onafhankelijk van de omgevingslucht Concentrische aansluiting op rookgasleiding DN 80 (star of flexibel) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 80, hoekig: 40 x 40 mm Onafhankelijk van de omgevingslucht Concentrische aansluiting op rookgasleidingdn 00 (flexibel) in de schacht bij een schachtdoorsnede van min. rond: 70, hoekig: 60 x 60 mm Onafhankelijk van de omgevingslucht Art.-nr. 303 250 max. totale buislengte (concentrisch deel en rookgasleiding DN 80 in schacht)* 303 250 max. totale buislengte (concentrisch deel en rookgasleiding DN 80 in schacht) 303 250 max. buislengte horizontaal deel max. buislengte verticaal deel DN 80 in schacht 303 250 max. buislengte horizontaal deel max. buislengte verticaal deel DN 80 in schacht 303 250 max. buislengte horizontaal deel max. buislengte verticaal deel DN 00 in schacht VKK SWE 226/4 VKK SWE 286/4 ecovit exclusiv VKK SWE 366/4 VKK SWE 476/4 VKK SWE 656/4 8,0 m 6,0 m 0,0 m 0,0 m 5,5 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk plus bochtstuk 87 en steunbochtstuk Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met 0,5 m 25,0 m 26,0 m 5,0 m 5,0 m 9,0 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk plus bochtstuk 87 en steunbochtstuk Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met 0,5 m 2,0 m 2,0 m 2,0 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk plus bochtstuk 87 en steunbochtstuk 29,0 m 26,0 m 22,0 m Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met 0,5 m 2,0 m 2,0 m 2,0 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk plus bochtstuk 87 en steunbochtstuk 33,0 m 33,0 m 30,0 m Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met 0,5 m 2,0 m 2,0 m 2,0 m plus 3 bochtstukken 87 en steunbochtstuk plus bochtstuk 87 en steunbochtstuk 33,0 m 33,0 m 38,0 m Daarvan telkens maximaal 5 m in koud bereik. Bij plaatsing van extra afbuigingen in de rookgasinstallatie wordt de maximale buislengte kleiner, en wel als volgt: per afbuiging van 87 met 2,5 m per afbuiging van 45 met 0,5 m Tab. 3.5 Maximaal toegestane buislengtes (vervolg) Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 5

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoersysteem concentrisch Ø 80/25 4. Scheidingsinrichting 2 4.2 Tussenstuk met testopeningen 0 4 3 70 Afb. 4.2 Montage tussenstuk met testopeningen 5 Afb. 4. Montage van de scheidingsinrichting i De scheidingsinrichting dient voor eenvoudige montage en eenvoudige loskoppeling van de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer van het toestel. 7 6 Het tussenstuk met externe testopeningen wordt aanbevolen voor ecovit exclusiv VKK 226/4-366/4 voor een makkelijkere toegang tot de testopeningen. Voor de montage gaat u als volgt te werk: Steekt u het tussenstuk op de rookgasaansluiting van het toestel. Verbind de luchtbuis met de buisklem. Monteer het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem zoals in de volgende hoofdstukken wordt omschreven. i Voor de ecovit exclusiv VKK SWE 476/4 en VKK SWE 656/4 is het tussenstuk met externe testopeningen (art.-nr. 30 369) dwingend noodzakelijk. Schuif de scheidingsinrichting () tot de aanslag op de rookgasbuis (2). Trek de scheidingsinrichting () zover van de rookgasbuis (2) terug dat het steekuiteinde van de scheidingsinrichting in de mof (3) van de rookgasbuis (4) zit. Verbind de luchtbuizen (5 en 6) met de luchtklem (7). 6 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 4.3 Montage van de verticale dakdoorvoering i Elementen van de verbrandingsluchttoevoer/ rookgasafvoer zie hoofdstuk 3.. i Neem goed nota van de maximale buislengtes, zie hoofdstuk 3.2. 4.3. Omvang van de levering 70 430 Afb. 4.3 Omvang van de levering Vaillant art.-nr. 303.200 (zwart) Vaillant art.-nr. 303 20 (rood) De set bevat: Verticale dakdoorvoering Adapter (lucht) voor Ø 0/25 70-mm-klem Bevestigingsklem i Voor de ecovit exclusiv VKK SWE 656/4 heeft u een verlengbuis voor de dakdoorvoer (art.-nr. 303 002 zwart resp. art.-nr. 303 003 rood) nodig. De montage is beschreven in de bijgeleverde montagehandleiding. Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 7

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4.3.2 Door schuine daken monteren i In hoofdstuk 4.8 staat beschreven hoe verlengbuizen en bochtstukken geplaatst worden. Verlengbuizen die niet aan wand of plafond bevestigd zijn, kunnen doorbuigen en loslaten door uitzetting door warmte. Bevestig elke verlengbuis met een buisklem aan de muur of het plafond. De afstand tussen twee buisklemmen mag hoogstens de lengtemaat van de verlengbuis bedragen. 0-5 20-50 3 Ø 25 2 545 740 4 Leg de inbouwplaats voor de dakdoorvoer vast. Zorg voor voldoende afstand achter het toestel, om de ketel op de CV-installatie te kunnen aansluiten. Plaats de dakpan (2). Steek de dakdoorvoering () van boven door de dakpan tot hij goed afsluit. Breng de dakdoorvoer verticaal aan en bevestig deze met de bijgeleverde beugel (3) aan de dakconstructie. Installeer het toestel (6) (zie installatiehandleiding van het toestel). Steek het verloopstuk (7) met de mof tot aan de aanslag op de verlengbuis (4). Verbind de dakdoorvoer () met de verlengbuis (4). 8 7 82-90 5 6 Condensaat kan de pakkingen van de rookgasleiding beschadigen. Leg de horizontale rookgasbuis met een helling van 3 naar binnen. 3 komt overeen met een hellingshoek van ca. 50 mm per meter buislengte. 5 Afb. 4.4 Montage van het toestel en van de dakdoorvoer bij schuine daken Verbind het verloopstuk (7) met de toestelaansluiting (5). Deze dient voor eenvoudig loskoppelen van verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer en toestel. Monteer de buisklem (8) van het verloopstuk. Verbind alle overige punten met de klemmen voor luchtbuizen, zoals beschreven in hoofdstuk 4.9. 8 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 X Afb. 4.5 Montagevoorbeeld verticale dakdoorvoer met revisie- T-stuk X: Indien X m, dan moet u een revisie-opening aanbrengen. Het revisie-t-stuk (art.-nr. 303 27) kan bij de kleinst mogelijke verplaatsing X van 0,2 m gebruikt worden. Voor een verplaatsing X 0,4 m kan als optie bij het revisie-t-stuk de revisie-opening (art.-nr. 303 28) in combinatie met een 87 -bochtstuk (art.-nr. 303 20) gebruikt worden. Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 9

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4.3.3 Door platte daken monteren i In hoofdstuk 4.8 staat beschreven hoe verlengbuizen en bochtstukken geplaatst worden. Verlengbuizen die niet aan de muur of het plafond bevestigd zijn, kunnen doorbuigen en loslaten door uitzetting door warmte. Bevestig elke verlengbuis met een buisklem aan de muur of het plafond. De afstand tussen twee buisklemmen mag hoogstens de lengtemaat van de verlengbuis bedragen. 880 545 A B 2 20 Ø 25 4 3 Leg de inbouwplaats van de dakdoorvoering vast. Plaats de platdakkraag (2). Plak de platdakkraag goed afsluitend in. b Wees voorzichtig! Gevaar voor schade aan de bouwsubstantie! Neem dit in acht voor de richtlijnen voor de planning en uitvoering van daken met afdichtingen. Afb. 4.6 Montage van het toestel en van de dakdoorvoer bij platte daken A = kouddak B = warmdak 5 7 4 6 82-90 Steek de dakdoorvoering () van boven door de dakpan tot hij goed afsluit. Breng de dakdoorvoering verticaal aan en bevestig deze met de bijgeleverde beugel (3) aan de dakconstructie. Installeer het toestel (5) (zie installatiehandleiding van het toestel). Steek het verloopstuk (6) met de mof tot aan de aanslag op de dakdoorvoering. Deze dient voor eenvoudig loskoppelen van verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer en toestel. Verbind het verloopstuk (6) met de toestelaansluiting (4). Monteer de buisklem (7) van het verloopstuk. Verbind alle punten met de klemmen voor luchtbuizen, zoals beschreven in hoofdstuk 4.9. 20 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

70 5 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 4.4 Montage horizontale wand-/dakdoorvoering 4.4.2 Dakdoorvoering monteren i Neem de maximale buislengtes in acht, zie hoofdstuk 3.2. i Neem de voorschriften m.b.t. de afstanden tot ramen of ventilatie-openingen in acht. i Elementen van de verbrandingsluchttoevoer/ rookgasafvoer zie hoofdstuk 3.. 4.4. Levering horizontale wand-/dakdoorvoering 020 70 Afb. 4.7 Omvang van de levering Vaillant art.-nr. 303.209 De set bevat: Horizontale pijp-/dakdoorvoering 87 -bochtstuk 2 x 70 mm klem 2 x wandrozet Ø 25 Afb. 4.8 Montagevoorbeeld horizontale pijp-/dakdoorvoering met revisie-t-stuk Afb. 4.9 Montagevoorbeeld horizontale pijp-/dakdoorvoering met revisie-t-stuk en revisie-opening Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 2

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4.4.3 Pijpdoorvoering monteren i Neem de voorschriften m.b.t. de afstanden tot ramen of ventilatie-openingen in acht. 36 3 5 Afb. 4.0 Montagevoorbeeld horizontale pijp-/dakdoorvoering met 2 revisie-t-stukken 36 3 Afb. 4.2 Montage van de horizontale pijpdoorvoering Leg de inbouwplaats van de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer vast. Boor een gat met een kerndiameter van minimaal 30 mm. Schuif de verbrandingsluchttoevoer/verbrandingsgasafvoer () in muuropening. Bevestig de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer met mortel en laat de mortel uitharden. 5 Afb. 4. Inbouw van de horizontale dakdoorvoering Voor de montage van een horizontale dakdoorvoering bouwt u een dakkapel in. Minimale afmetingen van de dakkapel: hoogte: 300 mm, breedte: 300 mm. Condensaat kan de pakkingen van de rookgasleiding beschadigen. Leg de horizontale rookgasbuis met een helling van 3 naar binnen. 3 komt overeen met een hellingshoek van ca. 50 mm per meter buislengte. Plaats de verbrandingsluchttoevoer/verbrandingsgasafvoer in de dakkapel. 22 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

20 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 4.4.4 Directe installatie 6 250 5 i Deze plaats dient als latere scheidingsplaats. Monteer de buisklem (6) van het verloopstuk. Verbind alle punten met de klemmen voor luchtbuizen, zoals beschreven in hoofdstuk 4.9. 3 82-90 3 7 Afb. 4.3 Directe installatie Installeer het toestel (3) (zie installatiehandleiding van het toestel). Steek het verloopstuk (7) met de mof tot aan de aanslag op de pijp-/dakdoorvoering. Verbind het revisie-t-stuk (5) met de toestelaansluiting. b Wees voorzichtig! Corrosieschade door lekkend condensaat! Bij een foutieve inbouwpositie kan het condenswater aan het reinigingsdeksel uitlopen en corrosieschade veroorzaken. Neem in elk geval de inbouwpositie in acht, zoals in hoofdstuk 4.8.4 wordt weergegeven. Vraagt u bij uw schoorsteenveger na of er een extra revisie-opening nodig is. Verbind het verloopstuk met het revisie-t-stuk. Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 23

20 4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4.4.5 Verwijderde installatie 6 5 250 8 3 Afb. 4.4 Installatie op afstand 82-90 7 b Wees voorzichtig! Corrosieschade door lekkend condensaat! Bij een foutieve inbouwpositie kan het condenswater aan het reinigingsdeksel uitlopen en corrosieschade veroorzaken. Neem in elk geval de inbouwpositie in acht, zoals in hoofdstuk 4.8.4 wordt weergegeven. Overleg met uw schoorsteenveger of er een extra precisie-opening nodig is. Steek het verloopstuk (7) met de mof tot de aanslag op de noodzakelijke verlengbuizen (8). Monteer de verlengbuizen en verbind het verloopstuk met het revisie-t-stuk. i Deze plaats dient als latere scheidingsplaats. Monteer de buisklem (6) van het verloopstuk. Verbind alle overige punten met de klemmen voor luchtbuizen, zoals beschreven in hoofdstuk 4.9. i In hoofdstuk 4.8 staat de montage van verlengbuizen en bochtstukken beschreven. Verlengbuizen die niet aan de muur of het plafond bevestigd zijn, kunnen doorbuigen en loslaten door uitzetting door warmte. Bevestig elke verlengbuis met een buisklem aan de muur of het plafond. De afstand tussen twee buisklemmen mag hoogstens de lengtemaat van de verlengbuis bedragen. Installeer het toestel (3) (zie installatiehandleiding van het toestel). Verbind het revisie-t-stuk (5) met de toestelaansluiting. 24 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 4.5 Concentrische aansluiting en starre rookgasleiding Ø 80 in de schacht Minimumafmetingen van de schacht: hoekig: 20 mm x 20 mm rond: onafhankelijk van de omgevingslucht: Ø 30 mm afhankelijk van de omgevingslucht: Ø 40 mm i Elementen van de verbrandingsluchttoevoer/ rookgasafvoer zie hoofdstuk 3.. i Neem de maximale buislengtes in acht, zie hoofdstuk 3.2. 4.5. Levering 500 4.5.2 Montagevoorbeelden Condensaat kan de pakkingen van de rookgasleiding beschadigen. Leg de horizontale rookgasbuis met een helling van 3 naar binnen. 3 komt overeen met een hellingshoek van ca. 50 mm per meter buislengte. b Wees voorzichtig! Toestel defect! Bij een van de omgevingslucht afhankelijke werking moet gezorgd worden voor toevoer van voldoende verse lucht. Houd de openingen voor de aanvoerlucht vrij! Anders kan geen storingvrij gebruik van het toestel worden gegarandeerd. Afb. 4.5 Levering 70 Vaillant art.-nr. 303.250 De set bevat: Revisie-T-stuk 2 x 70 mm klem 0,5 m verlengbuis Steunbochtstuk Oplegrail Wandrozet 70 b Wees voorzichtig! Gevaar voor schade aan de bouwsubstantie! Lekkend condensaat kan de schacht vochtig maken. Monteer op het onderste uiteinde van de schacht een luchtinlaatopening (diameter minimaal 25 cm 2 ). Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 25

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4.5.3 Starre rookgasleiding Ø 80 monteren A 2 Afb. 4.6 Montagevoorbeeld onafhankelijk van de omgevingslucht A max. 5 m 6 3 4 A 5 B Afb. 4.8 Oplegrail en steunbochtstuk monteren, rookgasbuizen in de schacht plaatsen Afb. 4.7 Montagevoorbeeld afhankelijk van de omgevingslucht A max. 5 m B schoorsteenventilatie A min = 25 cm 2 Leg de montageplaats vast en hak een muuropening die groot genoeg is. Boor een gat in de achterste schachtwang. Maak evt. de oplegrail (2) op maat. 26 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 Bevestig het steunbochtstuk () zodanig op de oplegrail dat na de inbouw de rookgasleiding middenin de schacht is geplaatst. Plaats nu de oplegrail met het steunbochtstuk in de schacht. Schuif op een afstand van max. 5 m telkens een afstandhouder (5) op de verbrandingsgasbuis. i Monteer bij schachten met een diameter van 3 mm tot 20 mm resp. met een zijlengte van 00 mm tot 0 mm geen afstandhouders! 4.5.4 Schachtkap (PP) monteren (Art.-nr. 303.963) 2 Als u een reinigingsopening in de starre rookgasleiding plaatst: zet dan voor en achter de reinigingsopening telkens een afstandhouder. Laat de eerste rookgasbuis (4) met behulp van een kabel (3) neer tot u de volgende rookgasbuis (6) kunt opsteken. 300 mm i Houd er rekening mee dat de mofzijde van de rookgasbuis altijd naar boven moet wijzen. Herhaal het in elkaar steken van de buizen tot u de onderste buis in het steunbochtstuk kunt steken. De bovenste buis laat u eerst nog weg. Verwijder de kabel uit de schacht. min. 00 mm 3 Afb. 4.9 Schachtkap art.-nr. 303 963 monteren 60 mm Afb. 4.20 Lengte van de bovenste rookgasbuis Als de bovenste rookgasbuis ingestoken is, verwijdert u de mof van de buis en snijdt u de buis tot op de vereiste lengte af. Aan de schachtmonding moet 300 mm uitsteken. Ontgraat de rookgasbuis. Dicht de mondingsrand van de schacht af met silicone (3). Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 27

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem Indien nodig kunt u de voet van de schachtkap (2) verkleinen (de rand afzagen). Bevestig de voet van de schachtkap (2) met vier schroeven op de mondingsrand. Controle: boven de voet van de schachtkap moet er 60 mm uitsteken ( afb. 4.20). Klem de kap van de schachtkap () over het bovenste uiteinde van de starre rookgasleiding en druk die er stevig op. b Wees voorzichtig! Gevaar voor beschadiging door oververhitting! Door warmte-uitzetting van de PP-rookgasleiding kan de kap tijdelijk zo'n 20 cm omhoog komen! Zorg ervoor dat de noodzakelijke vrije ruimte boven de kap ter beschikking staat. 4.5.5 Van omgevingslucht afhankelijke werking 3 b Wees voorzichtig! Gevaar voor beschadiging van het toestel! Aangezogen rookgas of vuildeeltjes kunnen het HR-toestel beschadigen of storingen veroorzaken. Als de monding van de rookgasleiding voor het onafhankelijk van de omgevingslucht werkende toestel direct aan een andere rookgasinstallatie grenst, kan rookgas of vuildeeltjes worden aangezogen. Plaats de andere rookgasinstallatie hoger met een geschikt montagestuk. Neem de maatregelen in hoofdstuk 4.6.4. b Wees voorzichtig! Kans op schade door schoorsteenbrand in de schoorsteen van de buren! De monding van de rookgasleiding kan door warmte-inwerking van de aangrenzende schoorsteen worden beschadigd (schoorstenen zijn bestendig tegen schoorsteenbrand, voor vuurhaarden met vaste brandstoffen geschikte rookgasinstallaties). Plaats eventueel een warmtebestendige schachtkap. Neem de maatregelen in hoofdstuk 4.6.4 in acht. 2 Afb. 4.2 Van omgevingslucht afhankelijke werking (directe installatie) Snijd de rookgasbuis () op de juiste lengte af en steek hem op het overgangsbochtstuk. Bevestig de rookgasbuis rondom met mortel en laat de mortel uitharden. Snijd de luchtbuis (2) op de juiste lengte af en schuif deze tot aan de wand over de rookgasbuis. Let er bij het inkorten op, dat u niet het uiteinde met de vergrendelvoorziening afsnijdt. De vergrendelvoorziening is nodig voor centrering. De centrering vindt plaats via de vergrendelvoorziening, de wandrozet en de luchtklem. Open het deksel (3) van de luchtaanzuigopening op het T-stuk. 28 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

366 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 4.5.6 Van omgevingslucht onafhankelijke werking Verbrandingsluchttoevoer door de schacht Schachtaansluiting monteren i Neem de maximale buislengtes in acht, zie hoofdstuk 3.2. i In hoofdstuk 4.8 staat beschreven hoe verlengbuizen en bochtstukken geplaatst worden. 7 82-84 2 2 Afb. 4.22 Van omgevingslucht onafhankelijke werking (directe installatie) Snijd de rookgasbuis () op de juiste lengte af en steek hem op het overgangsbochtstuk. Snijd de luchtbuis (2) op de juiste lengte af en schuif de luchtbuis over de rookgasbuis in de schacht tot deze vlak afsluit met de binnenwand. Let er bij het inkorten op, dat u niet het uiteinde met de vergrendelvoorziening afsnijdt. De vergrendelvoorziening is nodig voor centrering. Bevestig de luchtbuis rondom met mortel en laat de mortel uitharden. 6 366 0 4 3 5 Afb. 4.23 Schachtaansluiting monteren Verlengbuizen die niet aan de muur of het plafond bevestigd zijn, kunnen doorbuigen en loslaten door uitzetting door warmte. Bevestig elke verlengbuis met een buisklem aan de muur of het plafond. De afstand tussen twee buisklemmen mag hoogstens de lengtemaat van de verlengbuis bedragen. Monteer de wandrozet (). Installeer het toestel (6), (zie installatiehandleiding van het toestel). Verbind het 87 -revisie-t-stuk (4) met het toestelaansluitstuk (5). Steek de scheidingsinrichting (3) met de mof tot aan de aanslag op de verlengbuis. Verbind de verlengbuizen (2) met de rookgasleiding. Verbind het verloopstuk (3) met het revisie-t-stuk (4). Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 29

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem i Deze plaats dient als latere scheidingsplaats. Monteer de buisklem (7) van het verloopstuk. Verbind alle verbindingspunten met luchtklemmen zoals beschreven in hoofdstuk 4.9. Verbrandingsluchttoevoer door de buitenmuur De verbrandingslucht kan gescheiden van de rookgasafvoer door de buitenmuur aangezogen worden, als de bestaande schacht door afzettingen niet geschikt is voor de toevoer van verbrandingslucht. Hiervoor worden naast de set voor de gescheiden verbrandingsluchttoevoer elementen uit het programma 80/25 PP gebruikt. Afb. 4.24 Verbrandingsluchttoevoer door de buitenmuur De verbrandingslucht stroomt door het toevoerrooster () en wordt door de binnenbuis (2) van het concentrische buissysteem geleid. De ringspleet (3) is door een afdichting (4) voor de luchtstroming geblokkeerd. De stilstaande luchtlaag in de ringspleet (3) dient als warmte-isolatie en vermijdt bij koude buitentemperaturen de vorming van oppervlaktecondens op de buitenbuis. 2 4 3 Afb. 4.25 Schachtaansluiting voor gescheiden verbrandingsluchttoevoer i Steek de rookgasleiding in de schacht en sluit deze door de schachtwand zo aan, als noodzakelijk is voor een van de omgevingslucht afhankelijke werking ( hoofdst. 4.5.5). Neem de maximale buislengtes ( hoofdst. 3.2). Bij gebruik onafhankelijk van de omgevingslucht, mag het toestel niet in vertrekken geplaatst worden waar met behulp van ventilators lucht wordt afgezogen (bv. ventilatiesystemen, afzuigkappen, luchtafvoerdrogers). Deze systemen zorgen voor een onderdruk in het vertrek, waar het verbrandingsgas uit de monding door de ringspleet tussen verbrandingsgasleiding en schacht in de plaatsingsruimte aangezogen wordt. Het toestel mag dan afhankelijk van de omgevingslucht worden gebruikt, als het toestel en de ventilator niet gelijktijdig kunnen worden gebruikt. b Wees voorzichtig! Gevaar voor schade aan de bouwsubstantie! Bij gebruik afhankelijk van de omgevingslucht, kan er anders vochtvorming in de schacht optreden. Monteer op het onderste uiteinde van de schacht een luchtinlaatopening, diameter minimaal 25 cm 2. 30 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 Leveringsomvang gescheiden verbrandingsluchttoevoer i Elementen van de verbrandingsluchttoevoer/ rookgasafvoer zie hoofdstuk 3.. 5 2 4 3 Afb. 4.26 Leveringsomvang gescheiden verbrandingsluchttoevoer Vaillant art.-nr. 00 2002 006 De set bevat: T-stuk voor luchtaansluiting 2 Wandrozet 3 2 x 70 mm klem 4 Luchtinlaatrooster 5 Luchtaanzuigstuk Condensaat kan de pakkingen van de rookgasleiding beschadigen. Leg de horizontale rookgasbuis met een helling van 3 naar binnen. 3 komt overeen met een hellingshoek van ca. 50 mm per meter buislengte. b Wees voorzichtig! Gevaar voor beschadiging van het toestel! Lekkend regenwater kan het toestel beschadigen. Regenwater kan leiden tot corrosie in het toestel. Leg het luchtaanzuigstuk met een hellingshoek van naar buiten om te voorkomen dat er regenwater in het toestel komt. komt overeen met een hellingshoek van ca. 5 mm per meter buislengte. Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 3

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem Monteer de rookgasleiding in de schacht Bereid de aansluiting door de schachtwand zo voor als noodzakelijk is voor een "van de omgevingslucht afhankelijk gebruik" ( hoofdst. 4.5.5). De schachtaansluiting moet er uitzien zoals wordt weergegeven in afb. 4.25. Aansluitmogelijkheden voor gescheiden verbrandingsluchttoevoer B A 2 3 Afb. 4.27 Aansluitmogelijkheden voor gescheiden verbrandingsluchttoevoer i U heeft twee mogelijkheden voor de montage van het T-stuk voor de luchtaansluiting (2): A: direct op de toestelaansluiting (3) of B: na de eerste afbuiging (). 32 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00

Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem 4 Luchtaanzuigstuk monteren 2 3 4 5 6 Afb. 4.28 Luchtaansluitstuk monteren Kies een geschikte positie voor het luchtaanzuigstuk () in de buitenmuur. Boor daar een gat met een diameter van ten minste 30 mm. Plaats het luchtaansluitstuk () zo in het boorgat dat de rookgasmof (2) naar binnen wijst en de concentrische buis vlak afsluit met de buitenmuur. Sluit de ruimte tussen de muur en luchtaansluitstuk, b.v. met mortel. Bevestig het luchtinlaatrooster (6) zodanig met pluggen op de buitenmuur dat de lamellen schuin naar beneden gericht zijn en er geen water kan binnendringen. Monteer de wandrozet (4). i Plaats de afdichting (3) en de tweede afstandhouder (5) weer in de ringspleet, als u het luchtaanzuigstuk heeft ingekort. Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00 33

4 Montage van het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem Verbrandingsluchttoevoer door de buitenmuur monteren 8 82-84 3 4 5 6 7 2 Afb. 4.29 Verbrandingsluchttoevoer door de buitenmuur monteren Verbind het 87 -revisie-t-stuk (3) met het toestelaansluitstuk (2). Verbind het T-stuk voor de luchtinlaataansluiting (4) met het 87 -revisie-t-stuk (3). i Het T-stuk voor de luchtinlaataansluiting (4) kan ook tussen het toestelaansluitstuk (2) en het revisie-t-stuk (3) geplaatst worden ( afb. 4.27) Steek het verloopstuk (5) met de mof tot aan de aanslag op de verlengbuis (6). Verbind de verlengbuis (6) met de rookgasleiding (7). Verbind het verloopstuk (5) met het T-stuk voor de luchtinlaataansluiting (4). Deze plaats dient later als verbindingspunt. Monteer de buisklem (8) van het verloopstuk. Leg verlengbuizen en buizen tot aan het T-stuk voor de luchtinlaataansluiting (4). Begin bij het luchtaanzuigstuk (). Verbind alle verbindingspunten met de klemmen voor luchtbuizen ( hoofdst. 4.9). Verlengbuizen die niet aan de muur of het plafond bevestigd zijn, kunnen doorbuigen en loslaten door uitzetting door warmte. Bevestig elke verlengbuis met een buisklem aan de muur of het plafond. De afstand tussen twee buisklemmen mag hoogstens de lengtemaat van de verlengbuis bedragen. 34 Montagehandleiding Verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer voor ecovit exclusiv 002008763_00