nerveus de overstroming - enkele - voor de lol uitvinden - onweer - met een gerust hart - vrolijk opgaan - geïrriteerd afsluiten - gepaard gaan met

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "nerveus de overstroming - enkele - voor de lol uitvinden - onweer - met een gerust hart - vrolijk opgaan - geïrriteerd afsluiten - gepaard gaan met"

Transcriptie

1 Herhalingsoefeningen De Sprong, Thema 3 Vocabulaire Oefening 1 Vul de woorden op de juiste plaats en in de juiste vorm in. regenachtig - vastlopen woedend erachter komen blazen - zelfstandig teisteren - te wachten staan - nuttig de bliksem - opvoeding ondersteunen 1. We steeds op deze opdracht. Misschien moeten we om hulp vragen. 2. De van een kind kan heel veel van een ouder eisen. Je vraagt je vaak af of je het wel goed doet. 3. Mijn ouders me bij het betalen van mijn studie. Zonder hun hulp red ik het niet. 4. Gisteren is ingeslagen in een flat. Het gebouw is beschadigd, maar er zijn geen gewonden gevallen. 5. Ik even in mijn soep, omdat hij nog erg heet is. 6. Het is vandaag erg. Ik neem mijn paraplu mee, omdat ik niet nat wil worden. 7. Hij is, omdat gisternacht zijn auto gestolen is. 8. Ik vind deze extra les erg. Ik begrijp de lesstof nu al veel beter. 9. Een orkaan al dagen het gebied rond de Caribische Zee. Er is voor miljoenen euro s schade aangericht. 10. Hij wil op vakantie naar een oorlogsgebied. Weet hij dan niet wat hem? 11. Diana is gisteren dat ze zwanger is. Ze is ontzettend blij. 12. Irene was al vroeg. Wist je dat ze zelfs haar eigen financiën regelt? Oefening 2 Vul de woorden op de juiste plaats en in de juiste vorm in. nerveus de overstroming - enkele - voor de lol uitvinden - onweer - met een gerust hart - vrolijk opgaan - geïrriteerd afsluiten - gepaard gaan met

2 1. je wel, nadat je hier klaar bent? De sleutel ligt op de tafel. 2. We konden op vakantie. De buurvrouw had beloofd voor onze katten te zorgen. 3. De elektriciteit is uitgevallen. Zou dat door het komen? 4. In 1876 Graham Bell de telefoon. 5. in Pakistan heeft veel slachtoffers gemaakt. Hele dorpen zijn weggespoeld. 6. Ik ben. Mijn salaris is nog steeds niet gestort. 7. Zij is altijd voor een examen. Dan slikt zij een kalmerend medicijn. 8. Dure kleding is meestal van een goede kwaliteit, maar dit niet altijd. 9. Bij onze verhuizing zijn we boeken kwijtgeraakt. 10. Gerard is altijd. Hij lacht veel en is niet snel boos. 11. Hij helpt soms mee in de winkel van zijn ouders. Hij heeft genoeg tijd over en vindt het gezellig. 12. Deze winter hevige sneeuwstormen en lage temperaturen. Oefening 3 Vul de woorden op de juiste plaats en in de juiste vorm in. echter het spoor - onderbreken indruk maken op - bijzonder de begeleiding diverse - betrouwbaar zich realiseren botsen het herstel - de trend 1. is dat het met banken de afgelopen jaren slechter gaat. 2. Op de A12 tussen Gouda en Den Haag zijn vanochtend meerdere auto s op elkaar. Er zijn geen gewonden gevallen. 3. van de economie zet zich goed door. Voor volgend jaar wordt er economische groei verwacht. 4. In een supermarkt kun je producten kopen. Er is van alles wel wat. 5. Hij mij steeds, als ik aan het woord ben. Ik begrijp niet, waarom hij me nooit laat uitpraten.

3 6. Hij nu pas hoeveel geluk hij heeft gehad. 7. Hij wil zich graag aansluiten bij ons groepje. We zijn al met genoeg mensen. Hij moet dus een ander groepje zoeken. 8. Hij is heel. Hij komt zijn beloftes altijd na. 9. Dit schilderij is heel. Het is een meesterwerk van Rembrandt. Dat is pas ontdekt. 10. Waarom probeert zij altijd te hem? Hij is duidelijk niet geïnteresseerd. 11. Door het winterweer zijn er veel problemen op. Veel treinen kunnen niet rijden. 12. is op onze school niet goed. We moeten veel alleen doen en onze docenten zijn slecht bereikbaar. Oefening 4 Vul de woorden op de juiste plaats en in de juiste vorm in. blij aldus behoren tot - geschikt - voorspellen - de tak - zich voorbereiden - inmiddels oplopen zelfs - zenuwachtig- wisselvallig 1. als je niet vaak met de trein reist, is het voordelig een kortingskaart te kopen. 2. Ik ben echt. Ik heb mijn rijexamen eindelijk gehaald! 3. Er is geen gevaar voor de volksgezondheid, de minister van Milieu. 4. De weerman heeft voor morgen veel sneeuw. 5. Ik heb gehoord dat ik geslaagd ben voor mijn examen. Het duurde even voordat de uitslag bekend werd gemaakt. 6. Toen we aankwamen in Amsterdam, was de vertraging tot meer dan een uur. 7. Peter wacht op de uitslag van de toets. Hij is erg. 8. Ik vind deze film niet voor Nina. Misschien krijgt ze wel nachtmerries! 9. Hij de besten van de klas. 10. Zijn stemming kan heel zijn. Soms is hij blij, dan plots weer verdrietig.

4 11. Er hangen nog geen bladeren aan de. Het is nog winter. 12. Zij op haar rijexamen. Ze is gelukkig heel gemotiveerd. Oefening 5 Zoek de synoniemen bij elkaar. aantrekken arriveren adviseren eindigen dichtdoen beven de expert verschillende maar een paar koel zeker intussen verliezen veranderen onderbreken de tendens 1. de deskundige 2. inmiddels 3. aandoen 4. kwijtraken 5. enkele 6. fris 7. aflopen 8. bibberen 9. de trend 10. aankomen 11. omslaan 12. diverse 13. aanraden 14. pauzeren 15. echter 16. afsluiten 17. in ieder geval Oefening 6 Zoek de tegenstellingen bij elkaar.

5 uittrekken vertrekken beginnen openen dezelfde vriezen nat warm vinden doorgaan ondergaan vergeten overal miezeren - stabiel 1. diverse 2. onthouden 3. aankomen 4. plenzen 5. droog 6. aandoen 7. fris 8. aflopen 9. wisselvallig 10. pauzeren 11. opkomen 12. dooien 13. afsluiten 14. plaatselijk 15. kwijtraken Oefening 7 Werk in drietallen. Beantwoord onderstaande vragen. 1. Welke kleren doet u naar een bruiloft aan? 2. Hebt u weleens bij een examen afgekeken? 3. Hoe laat is de les afgelopen? 4. Zag u weleens blauw van de kou? 5. Bent u bang voor onweer? 6. Bent u weleens tegen iemand gebotst? 7. Wat doet u als het glad is op straat? 8. Spreekt u inmiddels dagelijks Nederlands? 9. Wat bent u recent kwijtgeraakt?

6 10. Kunt u de namen van uw medecursisten goed onthouden? 11. Tot hoe laat mocht u (als kind) in het weekend opblijven? 12. Hebt u vandaag uw paraplu meegenomen? 13. Zit u graag onder een parasol? 14. Hebt u weleens geschaatst? 15. Wanneer hebt u uw badkamer schoongemaakt? 16. Wat doet u op een snikhete dag? 17. Geeft u veel geld uit aan kleding? 18. Hebt u zondag uitgeslapen? 19. Hebt u weleens een hond uitgelaten? 20. Bent u weleens van de trap gevallen? Lezen Oefening 8 Lees de vragen. Lees de tekst. Beantwoord de vragen. 1. Waar stond het water uiteindelijk het hoogst? a. In Zuid-Holland en Zeeland. b. Bij Harlingen en Delfzijl. c. In de regio Den Haag. 2. Waarom werd het Centraal Station in Den Haag afgesloten? a. De trams konden er niet meer naartoe rijden. b. De havenkade liep vol met water. c. Er vielen platen van de Hoftoren. 3. Wat waren de gevolgen van de storm voor de luchthaven Schiphol? Storm teistert Nederland Het stormweer van vannacht en vanochtend heeft niet tot grote problemen geleid. Hetzelfde geldt voor de hoge waterstand aan de kust. In het noorden van het land, bij Harlingen en Delfzijl, bereikte het water in de loop van de ochtend de hoogste stand. Er werd ruim vier meter boven NAP voorspeld. Extra dijkbewaking is nog aanwezig in Harlingen en Delfzijl. Op de Waddeneilanden zijn enkele laaggelegen delen ondergelopen. Problemen waren er vooral in de regio Den Haag, waar bijna dakplaten naar

7 beneden vielen het Ministerie van Onderwijs (de Hoftoren). Ook het kantoor van de NCTB bevindt zich daar. Het naastgelegen treinstation werd daarom afgesloten. Ook het tramverkeer bij het station werd stilgelegd. Verder kwam de havenkade in Scheveningen blank te staan. Enkele restaurants liepen onder water. De luchthaven Schiphol heeft door de storm de hele dag te maken met vertragingen en annuleringen. Per uur kunnen veertig in plaats van zestig vliegtuigen landen en opstijgen. bron: Het Parool, 9 november 2007 Oefening 9 1. U hebt voor morgenmiddag het plan om te gaan zeilen rond het Waddeneiland Terschelling. Kan dat doorgaan, als u dit weerbericht leest? Waarom wel/niet? 2. Hoe warm is het morgen in het zuiden van Nederland? a. tussen de 14 en 16 graden b. tussen de 12 en 14 graden c. tussen de 5 en 10 graden 3. Waar zal het vannacht het hardst gaan regenen? a. In het zuiden van Nederland. b. In het noorden van Nederland. c. In het Waddengebied. 4. Wordt het weer in het weekend beter of slechter dan voor het weekend? a. beter b. slechter c. het blijft ongeveer hetzelfde Harde wind Het is wisselvallig herfstweer waarbij de ene storing na de andere over Nederland trekt. Dit gaat gepaard met veel wolken, regen en een harde wind. Vanavond gaat het op steeds meer plaatsen regenen. Ook vannacht is het op veel plaatsen nat maar de meeste regen valt in de noordelijke helft van het land. Het blijft zacht met minima rond een graad of 10. Morgen is het grotendeels bewolkt met in het noorden 5 tot 10 millimeter regen. Ook in het midden en zuiden blijft het niet helemaal droog. De zuidwestenwind is stevig, matig tot vrij krachtig in het binnenland, 4 tot 5 Bft. Vlakbij zee waait het krachtig tot hard, 6 tot 7. In het Waddengebied kan het tijdelijk zelfs even stormachtig waaien, kracht 8. Ondanks de wind, de regen en gebrek aan zon is het uitermate zacht met middagtemperaturen van 14 graden tot 16 in de zuidelijke provincies. Ook vrijdag waait het nog stevig en regent het stevig door. De voortdurende regenval kan in het noorden lokaal wateroverlast veroorzaken. Naar het zuiden

8 toe valt er minder neerslag maar is het ook niet helemaal droog. Met 12 tot 14 graden is het nog altijd zacht voor de tijd van het jaar. Het weekend begint zaterdag nat maar daarna wordt het rustiger met zondag weer ruimte voor de zon. Het wordt ook frisser met overdag maxima rond 10 graden en 's nachts rond 5 graden. bron: NRC Handelsblad, 3 november 2010 Oefening 10 Informatie opzoeken in de tekst. 1. Hoeveel dagen met een minimumtemperatuur lager dan 0º c heeft het KNMI geteld? 2. Wat was de gemiddelde temperatuur in de winter van 2010? 3. Hoeveel dagen met sneeuw waren er gemiddeld in Nederland? 4. Hoeveel dagen met sneeuw waren er in het noordoosten? Wat was de laagste temperatuur die gemeten werd in de winter van 2010? 6. Wanneer spreekt het KNMI over een witte kerst? 7. Hoe groot is de kans op een koude winter tegenwoordig? Winter koudste in veertien jaar DE BILT De winter van 2010 was met een gemiddelde temperatuur van 1,1 graden de koudste sinds Ook wat de sneeuw betreft springt de winter van 2010 eruit. Gemiddeld over het land kwamen 41 dagen met sneeuw voor en in het noordoosten zelfs 55. Dit heeft zich de laatste dertig jaar niet meer voorgedaan. Dat meldde het KNMI vrijdag. Een normale winter telt in ons land 13 dagen met sneeuw. Door de opwarming van de aarde is de kans op zo n koude winter afgenomen naar ongeveer eens in de vijftien jaar. In de vorige eeuw was dat nog eens in de zes jaar. Volgens het KNMI blijven in de toekomst koude winters mogelijk, maar de kans daarop wordt alleen maar kleiner. Het KNMI in De Bilt telde 55 vorstdagen. Dat zijn dagen waarop de minimumtemperatuur lager is dan 0 graden Celsius. Normaal telt een winter gemiddeld 38 van die dagen. Verder waren er twintig ijsdagen waarop de maximumtemperatuur niet boven het vriespunt uitkwam. Het heeft niet streng gevroren. Op slechts vier dagen kwam het tot strenge vorst (lager dan -10). Het hardst vroor het op 19 december in Deelen op de Veluwe waar -18,4 graden werd gemeten. Hoewel in grote delen van het land de sneeuw op beide kerstdagen al was

9 weggesmolten spreekt het KNMI toch over een witte kerst. Zowel op Eerste Kerstdag als op Tweede Kerstdag lag er in De Bilt een gesloten sneeuwdek. Dat is de norm voor een witte kerst, die de eerste was sinds bron: Grammatica Oefening 11 Vul de juiste comparatiefvorm in. 1. (duur) Mijn treinkaartje is dan dat van jou. 2. (mooi) Ik vind de schilderijen van Rembrandt dan die van Vermeer. 3. (groot) Duitsland is een land dan Nederland. 4. (kort) De files in Nederland zijn dan die in België. 5. (wijs) Hij is veel dan je voor zijn leeftijd zou verwachten. 6. (goed) Ik heb mijn toets deze keer gemaakt dan vorige keer. 7. (sportief) Ik ben veel dan mijn vrienden. 8. (goedkoop) Fruit is op de markt dan in de supermarkt. 9. (weinig) De zon schijnt in Nederland dan in Zuid-Europa. 10. (klein) Mijn zusje is dan ik. 11. (dik) Dit boek is dan ik verwacht had. 12. (laag) Het alcoholpercentage in bier is dan dat in wijn. 13. (veel) Hij heeft gekookt dan nodig was. 14. (graag) Vanavond blijf ik thuis. 15. (ver) Rotterdam ligt van Schiphol dan Amsterdam. 16. (hoog) De temperaturen liggen in Limburg dan in de rest van Nederland. Oefening 12 Vul de juiste superlatiefvorm in.

10 1. (groot) New York is de stad van de VS. 2. (hoog) Mount Everest is de berg van de wereld. 3. (veel) Ik heb het aan de privéles gehad. 4. (klein) Vaticaanstad is het land op aarde. 5. (goed) Zij is mijn vriendin. We kennen elkaar al jaren. 6. (goedkoop) Dit is de supermarkt van de stad. 7. (mooi) Maastricht is een van de steden van Nederland. 8. (ver) Pas geleden is de ster ooit ontdekt. 9. (wijs) Mijn oma is de vrouw die ik ken. 10. (weinig) Hij heeft het aantal punten van de klas gehaald. 11. (kort) 22 december is de dag van het jaar. 12. (dik) Bob is de man in mijn familie. 13. (duur) Kaviaar is één van de producten in dit restaurant. 14. (laag) In Zuid-Holland ligt het punt van Nederland. 15. (sportief) Van al mijn vrienden ben ik het. 16. (graag) Ik wil het na mijn studie op wereldreis. Oefening 13 Maak de zinnen af. 1. Hoe kouder het wordt, hoe 2. Hoe langer je op school zit, hoe 3. Hoe meer ik eet, hoe 4. Hoe groter een stad is, hoe 5. Hoe, hoe blijer ik ben. 6. Hoe, hoe warmer het is. 7. Hoe, hoe meer ik naar buiten ga. 8. Hoe, hoe fitter ik ben. 9. Hoe, hoe beter het resultaat is.

11 10. Hoe, hoe gezelliger het is. Oefening 14 Sommige verba zijn separabel, andere niet. A. Vul het verbum in het presens in. 1. (opeten) In de pauze hij zijn appel. 2. (voorspellen) Hij dat veel cursisten het examen halen. 3. (afsluiten) Door de grote drukte de politie de weg. 4. (ontdekken) In deze stad je iedere keer weer iets nieuws. 5. (onderzoeken) De dokter me. B. Vul het verbum in het imperfectum in. 1. (vastlopen) Haar computer telkens. Daarom kocht ze een nieuwe. 2. (uittrekken) Omdat het warm was, ik mijn trui. 3. (aankomen) Na een lange vlucht we in New York. 4. (omschrijven) Ze haar nieuwe jas aan mij. 5. (onderbreken) Tijdens de vergadering zij mij steeds. C. Vul het verbum in het perfectum in. 1. (opbellen) Gisteren ik mijn moeder 2. (aankomen) Sander en Anne zaterdagavond op hun vakantieadres 3. (overleven) Hij vorig jaar een auto-ongeluk 4. (binnenkomen) Marianne en Karin met veel lawaai 5. (opruimen) Vorig weekend we ons huis Oefening 15 U woont nu een jaar in Nederland. U bent al heel wat gewend, maar één ding blijft u bezighouden: het Nederlandse weer. Schrijf een van 70 tot 100 woorden waarin u vertelt aan een vriend of vriendin waarom het Nederlandse weer u niet, of u juist wel bevalt.

12 Beste, Groetjes, Oefening 16 Maak de zinnen af. 1.. Daarom is hij blauw van de kou. 2. Na de overstroming. De bewoners konden pas na drie weken terug naar hun huis. 3.. Dat doet hij fanatiek! 4. Peter heeft sinds drie weken een nieuwe baan. Inmiddels. 5. Mag ik u even onderbreken? Ik. 6. Waar ligt Middelburg?. 7. Terwijl we in de vakantie tot uur mochten opblijven,.

13 8. Hoe harder het regent,. 9., als het stormt. 10. Carla zit onder de parasol omdat. 11. Toen de kinderen op het meer schaatsten,. 12. Kunnen jullie? Ik kan het niet alleen. 13. Nadat ik de badkamer heb schoongemaakt,. 14. hoewel het vandaag dooit. 15. Op deze woonboot. Luisteren Oefening 17 A Bespreek onderstaande vragen in drietallen. 1. Welke dag van de week vindt u leukst? Waarom 2. Welke dag van de week vindt u het minst leuk? Waarom? 3. Wat doet u meestal op vrijdag? Vindt u het een leuke dag? B Luister naar het liedje en maak de tekst compleet. C Herkent u zich in het liedje? Robert Leroy Het is weer vrijdag De wind waait uit het, en je door t vlakke land De week loopt op z'n einde, je hebt de in je hand. Je fietst naar het werk, met je blik oneindig groot. En je weet zo is toch Nederland, op z n. Het leven is, het is weer vrijdag. En je fietst het weekend in. Of het of dooit, Het is nu vrijdag. alles voelt... als een begin.

14 De wind waait uit het, en het nogal vaak. t is alsof ie je wil testen, terug naar huis is de gedraaid. De schaduw van een grote, glijdt langzaam door het gras. En je weet, te lang heb je niet gevoeld, wie je was. Het leven is, het is weer vrijdag. En je fietst het weekend in. Of het of dooit, of op een meidag. Alles voelt... als een begin. (2x) (tussenstuk met alleen muziek) Het leven is, het is weer vrijdag. En je fietst het weekend in. Of het of dooit, t is nu vrijdag. Alles voelt... als een begin (2x) Luisteren Oefening 18 A Bespreek onderstaande vragen in groepjes van drie. 1. Hoe voelt u zich aan het begin van de zomer? Wat doet u dan? 2. Hoe voelt u zich aan het einde van de zomer? Wat doet u dan? B Luister naar het liedje. Wat zingt de zanger? a. Hij is blij dat de zomer is begonnen. b. Hij vindt het jammer dat de zomer is begonnen. c. Hij is blij dat de zomer is afgelopen. d. Hij vindt het jammer dat de zomer is afgelopen.

15 C Luister nog een keer naar het liedje en maak de tekst compleet. Gerard Cox Het is weer voorbij die mooie zomer Na nana nana Je hebt er maandenlang naar uitgekeken De winter wou maar eerst niet om Traag en kropen langs de weken Maar eindelijk, daar was hij toch: de De nachten, de dagen De vol van vogelzang Het scherpe, hoge zoemen van een mug Dan je: ha, daar is ie dan Dit wordt minstens de van een eeuw Maar lieve mensen, oh wat gaat 't vlug 't Is weer voorbij die mooie zomer Die zomer die zo wat in mei Ah, je dacht dat er geen aan kon komen Maar voor je 't weet is heel die zomer Al weer voorbij De wereld was toen vol van en leven Van haringgeur vermengd met zonnebrand Een om 't felle licht te zeven en in je kleren schuurde zacht het zand We speelde golf en jeu de boules we zonden zalig in een we dreven met een vlot op de rivier We werden verwend maar ach aan alles komt een end nu zit ik met mijn dia's in de hier 't Is weer voorbij die mooie zomer Die zomer die zo wat in mei Ah, je dacht dat er geen aan kon komen Maar voor je 't weet is heel die zomer Al weer voorbij Na nana nana Herfst verkleurt weer alle bomen 'k Heb 's nachts al lang weer m'n aan Dan had je eens in moeten komen Toen sliepen we 's nachts op 't strand En vissen in de zon En zwemmen zover als je kon We voeren met een een end op zee

16 't Is jammer dat het over ging 't Is allemaal Daar doen we dan de hele maar weer mee 't Is weer voorbij die mooie zomer Die zomer die zo wat in mei Ah, je dacht dat er geen aan kon komen Maar voor je 't weet is heel die zomer Al weer voorbij Na nana nana

Antwoordenmodel. Herhalingsoefeningen De Sprong, Thema 3. Oefening lopen vast. 2. opvoeding. 3. ondersteunen. 4. de bliksem. 5.

Antwoordenmodel. Herhalingsoefeningen De Sprong, Thema 3. Oefening lopen vast. 2. opvoeding. 3. ondersteunen. 4. de bliksem. 5. Antwoordenmodel Herhalingsoefeningen De Sprong, Thema 3 Oefening 1 1. lopen vast 2. opvoeding 3. ondersteunen 4. de bliksem 5. blaas 6. regenachtig 7. woedend 8. nutiig 9. teistert 10. te wachten staat

Nadere informatie

bij een examen de antwoorden van iemand anders proberen te lezen en te gebruiken

bij een examen de antwoorden van iemand anders proberen te lezen en te gebruiken Woordenlijst Thema 3 aandoen aankomen aanraden aantrekken afkijken aflopen afsluiten afzeggen aldus ANWB (de) behoren tot bewolkt bibberen blauw van de kou blazen bliksem (de) botsen branden deskundige

Nadere informatie

1. Het deel van de aarde boven de evenaar noemen we het noordelijk halfrond. 2. De Nederlandse taal behoort tot de groep van Germaanse talen.

1. Het deel van de aarde boven de evenaar noemen we het noordelijk halfrond. 2. De Nederlandse taal behoort tot de groep van Germaanse talen. Antwoorden Thema weer en geografie Oefening 2 1. Het deel van de aarde boven de evenaar noemen we het noordelijk halfrond. 2. De Nederlandse taal behoort tot de groep van Germaanse talen. 3. Het weer in

Nadere informatie

Antwoordenmodel. Herhalingsoefeningen De Sprong, Thema 1. Oefening 1. studiejaar 2007/2008 studiejaar 2008/2009. 255 euro per maand 272 euro per maand

Antwoordenmodel. Herhalingsoefeningen De Sprong, Thema 1. Oefening 1. studiejaar 2007/2008 studiejaar 2008/2009. 255 euro per maand 272 euro per maand Antwoordenmodel Herhalingsoefeningen De Sprong, Thema 1 Oefening 1 1. studiejaar 2007/2008 studiejaar 2008/2009 255 euro per maand 272 euro per maand 182.000 studenten 200.000 studenten 5.800 Nederlandse

Nadere informatie

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.

Nadere informatie

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie Herhalingsoefeningen Thema 3 Familie en relaties 1 Woorden Familie Lees de zinnen over de familie van Simon en Els. Schrijf de volgende namen in de stamboom: Hans, Helena, Hester, Joke, Mark, Michiel,

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Leesboekje de seizoenen

Leesboekje de seizoenen Leesboekje de seizoenen Leesboekje De Seizoenen Pagina 1 Dit is de winter. Dit is de sneeuw. Dit is de hagel. Dit is de ijzel. Dit is het ijs. Dit is het donker. Dit is het licht. Dit is de kat. Dit is

Nadere informatie

Auditieve oefeningen over het weer

Auditieve oefeningen over het weer Auditieve oefeningen over het weer Boek van de week: 1; Boris en de paraplu 2; Het weer 3; 4; Auditieve synthese (Henk Hak en Piet Plak) Lettergrepen samenvoegen tot een woord Letters samenvoegen tot een

Nadere informatie

HOOFDSTUK 15. Het laatste nieuws. Kies uit: zich inspannen verveel me gewond geraakt vriezen erger me. 1 Ik aan mensen die veel roken.

HOOFDSTUK 15. Het laatste nieuws. Kies uit: zich inspannen verveel me gewond geraakt vriezen erger me. 1 Ik aan mensen die veel roken. 247 247 HOOFDSTUK 15 Het laatste nieuws WOORDEN 1 Kies uit: zich inspannen verveel me gewond geraakt vriezen erger me 1 Ik aan mensen die veel roken. 2 Erik is gisteren. Hij reed met zijn auto tegen een

Nadere informatie

Dag! kennismaken. Ik ben Eric.

Dag! kennismaken. Ik ben Eric. Vocabulaire Oefening 1 Woordweb Dag! Waar kom je vandaan? groeten Goedemorgen! de ontmoeting Hoe heet je? kennismaken Hoi! mensen Hallo! Ik ben Eric. nieuw Ik kom uit Engeland. Hallo, ik ben Mila. Ik ben

Nadere informatie

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. temperatuur is er min twintig. De harde wind maakt het nog kouder. Daardoor voelt het als min vijftig.

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. temperatuur is er min twintig. De harde wind maakt het nog kouder. Daardoor voelt het als min vijftig. PrO -weekkrant Week 02 januari 2014 Voor jongeren in het praktijkonderwijs 6-12 januari 2014 Eenvoudig Communiceren Winterweer in Amerika Foto: Shutterstock Foto: Shutterstock In grote delen van Amerika

Nadere informatie

Les 5. Tijd & het weer

Les 5. Tijd & het weer www.edusom.nl Opstartlessen Les 5. Tijd & het weer Wat leert u in deze les? Praten over het weer. Praten over de tijd. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam

Nadere informatie

Spreekoefeningen. Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen. (voor het inburgeringsexamen - spreken)

Spreekoefeningen. Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen. (voor het inburgeringsexamen - spreken) Spreekoefeningen (voor het inburgeringsexamen - spreken) Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen Eet u vaak brood? Wat voor groente eet u vaak? Wat vindt

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer 1 Woorden 1 de bliksem 2 de donder 3 de jas 4 de muts 5 het onweer 6 de paraplu 7 de plas 8 de regen 9 de regenboog 1 10 de sjaal 11 de sneeuw 12 de sneeuwbal

Nadere informatie

A) Schrijf het verbum in de best passende tijd en vorm, eventueel met een hulpverbum

A) Schrijf het verbum in de best passende tijd en vorm, eventueel met een hulpverbum A) Schrijf het verbum in de best passende tijd en vorm, eventueel met een hulpverbum 1. Wat voor rare mensen waren dat daarstraks? (zijn) 2. Zodra we de film, zullen we je vertellen wat we ervan vonden.

Nadere informatie

Les 1. de top. De berg. Het dal. De beek

Les 1. de top. De berg. Het dal. De beek Les 1 De beek: De berg: De top: Het dal: De kust: De duin: Het zand: De woestijn: Het oerwoud: Een beek is een smal riviertje. Een beek is niet diep. Een beek stroomt van de berg af naar beneden. Een berg

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl

Nadere informatie

Thema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang

Thema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang Thema Kinderen en school. Demet TV Lesbrief 9. De kinderopvang zoekt opvang voor haar kind. belt naar een kinderdagverblijf. Is er plaats? Is de peuterspeelzaal misschien een oplossing? Gaat inschrijven

Nadere informatie

Werkblad Naut Thema 5: Weer en klimaat

Werkblad Naut Thema 5: Weer en klimaat Werkblad Naut Thema 5: Weer en klimaat 5.1 Wordt het warm vandaag Lees het verhaal Wat is het weer? Kijk naar de boom Kijk naar de muts en de wanten Wat denk jij? Is het koud? In de zomer is het warm In

Nadere informatie

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram, Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram, mijn kleine broer Dat is niet van mij mama Dan zegt ze

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Veranderend weer en klimaatverandering

Veranderend weer en klimaatverandering Veranderend weer en klimaatverandering Mensen reageren op het weer. Trek je een T-shirt aan of wordt het een trui? Ga je met de tram omdat het regent, of neem je de fiets omdat het toch droog blijft? Is

Nadere informatie

Wat kan ik voor u doen?

Wat kan ik voor u doen? 139 139 HOOFDSTUK 9 Wat kan ik voor u doen? WOORDEN 1 1 Peter is op vakantie. Hij stuurde mij een... uit Parijs. a brievenbus b kaart 2 Ik heb die kaart gisteren.... a ontvangen b herhaald 3 Bij welke...

Nadere informatie

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD Opdracht 1: de pinpas de geldautomaten het geld het bedrag Opdracht 8 1. Hij betaalt in Nederland met de euro. 2. Wij wisselen geld. 3. Je hebt briefjes en munten.

Nadere informatie

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. Grammaticaoefeningen 3 Wonen en vervoer Werkwoorden in een andere tijd Oefening 1 Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. 1 Begrijp je deze informatie? ja / nee,

Nadere informatie

4. Kernwoorden zijn bijvoorbeeld: postkaart, verkeerd bezorgd, oorlog, achterneven, zus.

4. Kernwoorden zijn bijvoorbeeld: postkaart, verkeerd bezorgd, oorlog, achterneven, zus. Antwoordenmodel Herhalingsoefeningen De Sprong, Thema 2 Oefening 1 1. C 2. A 3. D 4. Kernwoorden zijn bijvoorbeeld: Valentijnsdag, Valentijnskaart, stel, schoorsteenmantel, café 5. - Oefening 2 1. Lauren

Nadere informatie

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA Hotel Hallo - Thema 4 Hallo opdrachten OPA EN OMA 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden.

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden. 1 Werkwoord (wonen, werken, lopen,...) wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden. 8 Grammatica is niet moeilijk 1.1 woon, woont, wonen Ik woon nu in Nederland. Jij woont nu in Nederland. U woont nu

Nadere informatie

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd. Voorwoord In dit boek staan interviews van nieuwkomers over hun leven in Nederland. Ik geef al twintig jaar les aan nieuwkomers. Al deze mensen hebben prachtige verhalen te vertellen. Dus wie moest ik

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een

Nadere informatie

Johanna Kruit. Gedichten, geïnspireerd door bomen. Geheimen

Johanna Kruit. Gedichten, geïnspireerd door bomen. Geheimen 1 Gedichten, geïnspireerd door bomen Geheimen In het donker huizen bomen die overdag gewoner zijn. Wij slaan de bochten van een pad mee om en gaan, ontkomen aan het licht af op geheimen.kleine geluiden

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een

Nadere informatie

Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het zich meestal ergens voordoet, maar ben je bijvoorbeeld in Spanje kan het ook best regenen.

Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het zich meestal ergens voordoet, maar ben je bijvoorbeeld in Spanje kan het ook best regenen. Samenvatting door Annique 1350 woorden 16 mei 2015 7,3 333 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Klimaten Paragraaf 2.2 Weer en klimaat Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het

Nadere informatie

inhoudsopgave voorwoord Blz. 2 inleiding Blz. 3 hoofdstukken Blz. 4 nawoord Blz. 11 bibliografie Blz. 12

inhoudsopgave voorwoord Blz. 2 inleiding Blz. 3 hoofdstukken Blz. 4 nawoord Blz. 11 bibliografie Blz. 12 Het weer Ruben 6B inhoudsopgave voorwoord Blz. 2 inleiding Blz. 3 hoofdstukken Blz. 4 Temperatuur blz. 4 De seizoenen blz. 5 Wind + windkracht blz. 6 Wolken blz. 7 Neerslag blz. 9 nawoord Blz. 11 bibliografie

Nadere informatie

H E T V E R L O R E N G E L D

H E T V E R L O R E N G E L D H E T V E R L O R E N G E L D Personen Evangelieschrijver Vrouw (ze heet Marie) Haar buurvrouwen en vriendinnen; o Willemien o Janny o Sjaan o Sophie (Als het stuk begint, zit de evangelieschrijver op

Nadere informatie

Melkweg. Goede reis. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Reizen

Melkweg. Goede reis. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Reizen Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Goede reis Reizen Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Goede reis, 0 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern is een uitgave

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Werkboek Het is mijn leven

Werkboek Het is mijn leven Werkboek Het is mijn leven Het is mijn leven Een werkboek voor jongeren die zelf willen kiezen in hun leven. Vul dit werkboek in met mensen die je vertrouwt, bespreek het met mensen die om je geven. Er

Nadere informatie

Thema In en om het huis.

Thema In en om het huis. http://www.edusom.nl Thema In en om het huis. Les 22. Een huis zoeken Wat leert u in deze les? Praten over uw huis Informatie over het vinden van een nieuwe woning Praten over wat afgelopen is Veel succes!

Nadere informatie

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

U leert in deze les toestemming vragen. Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. TOESTEMMING VRAGEN les 1 spreken inleiding en doel U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. Bij toestemming vragen is het belangrijk dat je het op een

Nadere informatie

Jaaroverzicht 2012 Bron: KNMI Ed Aldus

Jaaroverzicht 2012 Bron: KNMI Ed Aldus Jaaroverzicht 2012 Bron: KNMI Ed Aldus Januari: 2012 is uitzonderlijk zacht begonnen met in het Zeeuwse Westdorpe en het Limburgse Ell op Nieuwjaarsdag een maximumtemperatuur van maar liefst 14,1 C. Pas

Nadere informatie

Woordenschat - memory Taal Actief groep 4 Thema 3 Les 1

Woordenschat - memory Taal Actief groep 4 Thema 3 Les 1 Woordenschat - memory Taal Actief groep 4 Thema 3 Les 1 de berg Is een hoog stuk land. Soms ligt er sneeuw bovenop. de top Het hoogste stukje van de berg. Hoger kun je niet klimmen. de beek Dit is een

Nadere informatie

THEMA 4 - WEERSVOORSPELLING

THEMA 4 - WEERSVOORSPELLING THEMA 4 - WEERSVOORSPELLING WERKFICHE 6: weerelementen afleiden van de WOW-website Doelen: Leerlingen sommen de vier weerelementen op (U) Leerlingen benoemen de juiste eenheden bij elk weerelement. Stappenplan

Nadere informatie

Weerkundig jaarverslag 2017

Weerkundig jaarverslag 2017 Weerkundig jaarverslag 2017 Vanaf SEPT 2016 tot JUNI 2017 werd een lange periode van neerslagtekort met één onderbreking: NOV 2016 was de enige maand met een neerslagtotaal boven het gemiddelde en JULI

Nadere informatie

Iris marrink Klas 3A.

Iris marrink Klas 3A. Iris marrink Klas 3A. 1 Inhoud. 1- Voorpagina 2- Inhoud, inleiding & mijn mening 3- Dag 1 4- Dag 2 5- Dag 3 6- Dag 4 7- Dag 5 Inleiding. Ik kreeg als opdracht om een dagverslag te maken over Polen. 15

Nadere informatie

Het is herfst in de poppenkast. door Nellie de Kok

Het is herfst in de poppenkast. door Nellie de Kok Het is herfst in de poppenkast door Nellie de Kok 1 Het is herfst in de poppenkast door Nellie de Kok Samenvatting Jan en Katrijn gaan naar het bos om spullen te zoeken voor de herfsttafel. Als Jan in

Nadere informatie

René op vakantie. 10-17 mei 2013 P U T T E N

René op vakantie. 10-17 mei 2013 P U T T E N René op vakantie 10-17 mei 2013 P U T T E N Begeleider Theo Vrijdag 10 mei Vertrek naar Landal Tegen 12 uur rijdt de Tendens bus de Ranonkelweg in en René straalt als hij mij ziet. Na de lunch nemen we

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Ria Massy. De taart van Tamid

Ria Massy. De taart van Tamid DE TAART VAN TAMID Ria Massy De taart van Tamid De taart van Tamid 1 Hallo broer! Hallo Aziz! roept Tamid. Zijn hart klopt blij. Aziz belt niet zo dikwijls. Hij woont nog in Syrië. Bellen is moeilijk in

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Een man, meneer Wong, gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen.

Nadere informatie

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGE 1 A4 BLADEN THEMA S BIJLAGE 2 DOMINO EMOTIES BIJLAGE 3 MATCHING OEFENING GEVOELENS BIJLAGE 4 VRAGENLIJST FILM BIJLAGE 5 VRAGENSTROOKJES HOEKENWERK BIJLAGE 6 ANTWOORDENBLAD

Nadere informatie

NT2. Examen I: Spreken. Voorbeeldexamen. Opgavenboekje. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Examennr. kandidaat: Aanwijzingen

NT2. Examen I: Spreken. Voorbeeldexamen. Opgavenboekje. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Examennr. kandidaat: Aanwijzingen Examen I: Spreken Tijdsduur ± 30 minuten Opgavenboekje 2009 Voorbeeldexamen Examennr. kandidaat: Aanwijzingen U gaat een spreektoets maken. De toets bestaat uit twee delen. Elk deel begint met een korte

Nadere informatie

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2 Bladzijde negen, Bladzijde tien, Krijg ik het wel ooit te zien? Ander hoofdstuk, Nieuw begin.. Maar niets, Weer dicht, Het heeft geen zin. Dan probeer ik achterin dat dikke boek. Dat ik daar niet vaker

Nadere informatie

futurum (vs) conditionalis perfectum

futurum (vs) conditionalis perfectum futurum (vs) conditionalis perfectum Perfectum Zou hij zich nu al beter voelen? Zou hij zich daar beter gevoeld hebben, denk je? Perfectum Je zou wat meer moeten studeren = Je moet wat meer studeren. Het

Nadere informatie

weer: regen, wind, onweer en zon ander soort kleding aantrekt dat je het niet koud krijgt weer vaker voorkomen in bepaalde seizoenen

weer: regen, wind, onweer en zon ander soort kleding aantrekt dat je het niet koud krijgt weer vaker voorkomen in bepaalde seizoenen Seizoenen GROEP 1-2 11 75 minuten 1, 43, 51, 54 en 55 De leerling: weer: regen, wind, onweer en zon ander soort kleding aantrekt dat je het niet koud krijgt weer vaker voorkomen in bepaalde seizoenen kleding

Nadere informatie

Aan de wand hangen woordkaarten met betrekking tot de herfst.

Aan de wand hangen woordkaarten met betrekking tot de herfst. Herfst Nog niet zolang geleden liepen we in korte broek, kon de jas thuis blijven en was de temperatuur zelfs hoog, te hoog voor dit seizoen. Maar nu waait het, het regent en vallen de blaadjes van de

Nadere informatie

Bestuur Technisch Bureau Bouwnijverheid

Bestuur Technisch Bureau Bouwnijverheid NOTITIE Betreft: Overzicht winter 2016/2017 Bestemd voor: Bestuur Technisch Bureau Bouwnijverheid Vergadering: 28 juni 2017 Inleiding In deze notitie een overzicht van de winterperiode 2016/2017 en van

Nadere informatie

Jaarverslag Meteo 2016

Jaarverslag Meteo 2016 Jaarverslag Meteo 2016 1 RESULTATEN VAN DE WEERSOMSTANDIGHEDEN 2016 WINTER 2015-2016: December, zeer zonnig, record-zacht en droog werd gevolgd door een zonnige tot zeer zonnige en zachte tot zeer zachte

Nadere informatie

A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of.

A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of. A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of. 1. Trek je schoenen uit moeder heeft pas schoongemaakt. 2. Ik wilde gaan tennissen mijn vrienden vonden het te warm. 3. Drink je koffie drink je

Nadere informatie

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts

Thema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts Thema Gezondheid Lesbrief 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. Meneer Wong komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen goed zijn. Wat leert

Nadere informatie

Luisteren: muziek (A2 nr. 7)

Luisteren: muziek (A2 nr. 7) OPDRACHTEN LUISTEREN: MUZIEK www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. Kijk

Nadere informatie

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg Pasen met peuters en kleuters Beertje Jojo is weg Thema Maria is verdrietig, haar beste Vriend is er niet meer. Wat is Maria blij als ze Jezus weer ziet. Hij is opgestaan uit de dood! Wat heb je nodig?

Nadere informatie

Antwoorden Thema 5 Vrije tijd

Antwoorden Thema 5 Vrije tijd Antwoorden Thema 5 Vrije tijd Luisteren Oefening 2 hobby Willem Linda hockeyen squashen tennissen voetballen bioscoop theater ballet kroegbezoek concertbezoek popmuziek jazz klassieke muziek Spreken Oefening

Nadere informatie

EEN TERUGBLIK OP 25 JAAR WEER IN TEN POST,

EEN TERUGBLIK OP 25 JAAR WEER IN TEN POST, EEN TERUGBLIK OP 25 JAAR WEER IN TEN POST, 1985 2010 In verband met het 25-jarig bestaan van de Historische Vereniging Loppersum is mij gevraagd om een terugblik te geven over de afgelopen 25 jaar van

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen Thema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen Kofi is op het werk. Hij wil een dag vrij. Hij vraagt het aan de vrouw op het kantoor. Zou het Kofi lukken? Souad komt op kantoor. Zij wil ook een dag vrij.

Nadere informatie

Jeroen Driessen Maatschappelijke stage TG3C

Jeroen Driessen Maatschappelijke stage TG3C Pagina 3 Inleiding. Pagina 4-5-6 De voorbereiding. Pagina 7 De motorische demodagen. Pagina 8 na de demodagen. Pagina 9 Wat heb ik er van geleerd Pagina 10-11-12 logboekkaarten Voor school moeten we een

Nadere informatie

De sprong 2012 Uitgeverij Boom Pagina 1 van 9

De sprong 2012 Uitgeverij Boom Pagina 1 van 9 Herhalingsoefeningen De sprong, Thema 5 Vocabulaire Oefening 1 Zoek de synoniemen bij elkaar. eerst dalen geven erg - samen toenemen introduceren beginnen het gebouw begrijpen zonder luxe het trottoir

Nadere informatie

AANWIJZEND VOORNAAMWOORD. A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? 7. Ga je naar één van onze feestjes?

AANWIJZEND VOORNAAMWOORD. A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? 7. Ga je naar één van onze feestjes? A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? Ja, heb ik gedaan. 2. Komt Willem dit weekend? Nee, moet helaas werken. 3. Ga je met het vliegtuig naar Hamburg? Nee,

Nadere informatie

2. Auditieve Sinthese: A: Lettergrepen samenvoegen tot een woord. B: Letters samenvoegen tot een woord.

2. Auditieve Sinthese: A: Lettergrepen samenvoegen tot een woord. B: Letters samenvoegen tot een woord. Auditieve taaloefeningen bij het onderwerp: Max en de toverstenen. 1. Auditieve Analyse: A: Eén en twee lettergrepen. B: Drie of meer lettergrepen. 2. Auditieve Sinthese: A: Lettergrepen samenvoegen tot

Nadere informatie

Beginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen

Beginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen Beginnerslessen Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen Wat leert u in deze les? Gesprekken over het inburgeringsexamen begrijpen. Welke examens bij het inburgeringsexamen horen. Waar u kunt oefenen met de

Nadere informatie

Schrijver: KAT Coverontwerp: MTH ISBN: 9 789402 123678 <Katelyne>

Schrijver: KAT Coverontwerp: MTH ISBN: 9 789402 123678 <Katelyne> Schrijver: KAT Coverontwerp: MTH ISBN: 9 789402 123678 Inleiding Timo is een ander mens geworden door zijn grote vriend Tommy. Toch was het niet altijd zo geweest, Timo had Tommy gekregen voor

Nadere informatie

Informatie over het examen Nederlands als Tweede Taal, niveau 3+4

Informatie over het examen Nederlands als Tweede Taal, niveau 3+4 Informatie over het examen Nederlands als Tweede Taal, niveau 3+4 Dit examen doen deelnemers aan de taalcursus Nederlands Niveau 3+4 aan de Universiteit Leiden. Deze cursus bestaat uit 120 contacturen.

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts

Thema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts Thema Gezondheid Lesbrief 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. De man (meneer Onuso / Bashir) komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Meneer Bashir gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen. Ze praten.

Nadere informatie

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren' De tovenaar tovert De verhalenvertelster vertelt Wat zou een tovenaar allemaal kunnen toveren? Hoe zouden de kinderen zich voelen? Waar zie je dat aan? Is de tovenaar blij/ boos/ verdrietig of bang? Hoe

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Kofi is op het werk. De chef geeft opdrachten: zij zegt wat Kofi moet doen. De eerste opdracht is de rommel opruimen. Kofi moet de vloer vegen. Het is weer netjes

Nadere informatie

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria en

Nadere informatie

Genieten van het echte leven

Genieten van het echte leven Genesis 3: 19 Tot de dag van je dood zul je zwetend het land bewerken om te kunnen leven. 1 De Hamvraag Mag ik genieten en wat is dan eigenlijk genieten? Het leven is toch vooral lol maken! X Het moet

Nadere informatie

Gert van der Heiden Maria het Lam Anna Sterrenburg Wytske Benschop

Gert van der Heiden Maria het Lam Anna Sterrenburg Wytske Benschop Gert van der Heiden Maria het Lam Anna Sterrenburg Wytske Benschop Inhoudsopgave: Zo gaat het eruit zien! Wat zijn de mogelijkheden? Waarom hoef je geen pak aan? Een nieuwe uitvinding! Een bewoonster

Nadere informatie

Wat heb je gisteren gedaan?

Wat heb je gisteren gedaan? Wat heb je gisteren gedaan? Uitleg 1 Het perfectum (I) In de volgende tekst zijn de vormen van het perfectum vetgedrukt. Gisteren heb ik een drukke dag gehad. s Morgens heb ik hard gewerkt. Daarna heb

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Les 5. De tandarts

Thema Gezondheid. Les 5. De tandarts http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. Meneer Bashir komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen

Nadere informatie

Thema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Thema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Thema Op zoek naar werk. Demet TV Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria

Nadere informatie

A) Onderstreep telkens de bijwoord in onderstaand zinnen (soms staat er geen).

A) Onderstreep telkens de bijwoord in onderstaand zinnen (soms staat er geen). A) Onderstreep telkens de bijwoord in onderstaand zinnen (soms staat er geen). 1. Je tekent mooi, zeg. 2. Wat een mooi schilderij! 3. Ik heb iets moois voor jou. 4. Mijn vader is een harde werker. 5. Het

Nadere informatie

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Bezoek op kantoor Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Ton en Toya hebben wat problemen thuis.

Nadere informatie

TOETS NT2-1 schrijven. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SCHRIJVEN. niveau B1. tijdsduur: 120 minuten

TOETS NT2-1 schrijven. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SCHRIJVEN. niveau B1. tijdsduur: 120 minuten Goed voorbereid slagen voor het staatsexamen NT2 programma 1 Opgavenboekje nr. 1 SCHRIJVEN niveau B1 tijdsduur: 120 minuten Deel 1: Zinnen afmaken 15 opdrachten Maak de zinnen af: 1. Het is in de vakantie

Nadere informatie

TOETS NT2-1 spreken. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SPREKEN. niveau B1. tijdsduur: 30 minuten

TOETS NT2-1 spreken. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SPREKEN. niveau B1. tijdsduur: 30 minuten Goed voorbereid slagen voor het staatsexamen NT2 programma 1 Opgavenboekje nr. 1 SPREKEN niveau B1 tijdsduur: 30 minuten Deel 1: korte antwoorden 20 seconden spreektijd 1. Situatie: U werkt bij een reisbureau.

Nadere informatie

Liedjes Kerstmusical: Volg die ster

Liedjes Kerstmusical: Volg die ster 14-1: Waar ben je geboren Waar ben je geboren, waar kom je vandaan Waar is het begonnen, waar is het ontstaan Waar ken jij de weg zelfs met je ogen dicht Waar ben je geboren, waar zag jij het licht Iedereen

Nadere informatie

Les 2: Tekstopbouw: alinea s

Les 2: Tekstopbouw: alinea s Les 2: Tekstopbouw: alinea s OEFENING 1 ALINEA S HERKENNEN Vul aan. Kies uit de woorden: een samenvatting, het onderwerp, de naam, alinea s, vier, laatste Een tekst bestaat uit.. delen: 1) De titel De

Nadere informatie

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief Dijken Kijken naar dijken www.wshd.nl/lerenoverwater Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Kijken naar dijken Zonder de duinen en de dijken zou jij hier niet kunnen wonen: bijna de

Nadere informatie

Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!

Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp! Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp! Haring! Verse haring! Wie maakt me los! Ik heb verse haring! Ha... ja, nou heb ik jullie aandacht, hè? Sorry, ik ben uitverkocht. Vandaag geen haring

Nadere informatie

RIJSCHOOL. Wat moet je doen?

RIJSCHOOL. Wat moet je doen? RIJSCHOOL Christina, Alfonso, Tai en Linda willen leren autorijden. Ze hebben het theoretische examen al afgelegd. Nu willen ze oefenen voor het praktijkexamen. Ze zoeken een rijschool. Jij helpt hen.

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 12/11/14 1 LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 1. (lezen) Ik.... een lange tekst. 2 Hij.... een moeilijk boek. 3. Zij.... een gemakkelijk tekstje. 4..... jullie veel? Ja, wij.... graag kinderboeken.

Nadere informatie