vier eeuwen geschiedenis in steen Universitaire gebouwen in Leiden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "vier eeuwen geschiedenis in steen Universitaire gebouwen in Leiden"

Transcriptie

1 vier eeuwen geschiedenis in steen Universitaire gebouwen in Leiden

2

3 vier eeuwen geschiedenis in steen Universitaire gebouwen in Leiden

4 verantwoording Dit boek was er niet bepaald in een vloek en een zucht. Er is twee jaar aan gewerkt. Iedereen die een bijdrage leverde realiseerde zich al gauw dat het vastgoed van de universiteit voortdurend aan verandering onderhevig is. En ook dat de gebruikers vaak wisselen. Wat de ene dag actueel en bij de tijd was, klopte de volgende dag niet meer. Hoe gaat een redactie daar mee om? Als peiljaar is 2004 genomen: alle gebouwen die op die datum eigendom of in een aantal gevallen alleen maar in gebruik waren bij de universiteit, zijn beschreven. Van alle gebouwen zijn wel zoveel mogelijk de veranderingen opgenomen. Aan de gebouwen zelf en wat betreft de gebruikers. Enkele gebouwen zijn inmiddels afgestoten. Misschien verbaast de lezer zich over de zo prominent aanwezige objectcodes in de inhoudsopgave, en hier en daar over de volgorde waarin de gebouwen in dit boek zijn opgenomen. Welnu. Dit boek vindt zijn oorsprong in de behoefte van het Vastgoedbedrijf van de universiteit aan een handig naslagwerkje voor eigen gebruik en voor relaties. De schoonheid van de gebouwen en de rijke historie van vele daarvan, deden echter naar meer verlangen. En van het een kwam het ander. Het uitgangspunt van een naslagwerk met prozaïsche interne objectcodes en nuttige vloeroppervlaktes, is echter overeind gebleven. Vandaar. De keuze voor deze aanpak is arbitrair. Net als elke andere keuze arbitrair geweest zou zijn. De redactie

5 inhoud Objectcode Pagina Voorwoord... 5 Het theater van Leiden... 7 Het Academiegebouw Nonnensteeg Universitaire gevels aan het Rapenburg Rapenburg Rapenburg Rapenburg Rapenburg Rapenburg Rapenburg Rapenburg Hortus botanicus , 0203, 0205, e Binnenvestgracht 7, 7a en 8 met Clusiustuin , , Sterrewacht en twee observatoria , 0305, Van der Klaauw Laboratorium en Sterrewachtlaan , 0302, Plexus en Regens Collegii , Witte Singel/Doelen-complex Lipsius Johan Huizinga Reuvensplaats Arsenaal Universiteitsbibliotheek Van Eyckhof-Van Wijkplaats en Matthias de Vrieshof , 1003, Witte Singel Kamerlingh Onnes Gebouw Oude UB Gravensteen Hugo de Grootstraat 25, 27 en 27a , 0802, Hugo de Grootstraat Stationsplein Visitors Centre Leeuwenhoek Poortgebouw Kinderdagverblijf Kattekop

6 Objectcode Pagina Pieter de la Court Laboratorium voor Fysiologie Laboratorium voor Pathologie Laboratorium voor Anatomie Clusius Laboratorium LUMC Nieuwbouw O&O LUMC: onderzoeksgebouw Nieuwbouw O&O LUMC: onderwijsgebouw Sylvius Laboratorium , Van Steenis Universitair Sportcentrum , 2402, Gorlaeus Laboratoria , 2505, Gorlaeus collegezalengebouw en beheervleugel Huygens Laboratorium J.H. Oortgebouw en Kamerlingh Onnes meethal Snellius Ketelhuis, hoogspanningsstation en waterscheidingsgebouw , Leiderdorp Campus Den Haag Nederlands-Vlaams Instituut in Caïro Veelgebruikte bronnen Colofon Plattegrond

7 voorwoord Stad en universiteit horen bij elkaar De stad Leiden en de Universiteit Leiden zijn innig met elkaar vervlochten. Dat is op vele manieren zichtbaar. Maar het sterkst laat de vervlechting zich zien tijdens een stadswandeling: zonder op gebouwen van de universiteit te stuiten is zo n wandeling nauwelijks mogelijk. De universiteit is gebruiker en/of eigenaar van veel panden die ooit een andere functie hadden maar tot in hun voegen des universiteit zijn geworden. Zoals het Academiegebouw, het Gravensteen en vele voormalige woonhuizen aan het Rapenburg. De universiteit heeft ook veel markante gebouwen aan Leiden toegevoegd. Zoals in de negentiende eeuw het nu in volle luister gerenoveerde Kamerlingh Onnes Laboratorium, in de jaren zestig en zeventig het Gorlaeuscomplex in de Leeuwenhoek en in de jaren tachtig het Witte Singel/Doelen-complex. Achter het station worden in opdracht van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC), waarin ziekenhuis en Faculteit der Geneeskunde samenwerken, nieuwe onderwijs- en onderzoeksgebouwen opgetrokken. Zonder die samenwerking zouden ze er niet gekomen zijn. Iets verder van het stadscentrum, op de Gorlaeuscampus in de Leeuwenhoek, komt het nieuwe sportcentrum van de universiteit. AW Kist Frans Dekker De universiteit betrok het Academiegebouw in 1581, een luttel aantal jaren na de oprichting in Vanaf dat jaar is een tijdlijn te trekken naar nu, aan de hand van tientallen universitaire gebouwen; ze vertegenwoordigen ruim vier eeuwen eigenzinnige architectuur. In dit boek vindt u alle Leidse universitaire gebouwen bij elkaar. Ja, zoveel zijn het er. Ze dringen zich niet op. Zich voegend naar hun omgeving vallen ze niettemin op. Omdat ze karakter hebben. Stad en universiteit horen bij elkaar. AW Kist Voorzitter College van Bestuur Frans Dekker Directeur Vastgoedbedrijf 5

8 Vierhonderd jaar geschiedenis in steen wordt aangeboden aan ir. Joris van Bergen, lid van het College van Bestuur, die per 1 september 2005 de universiteit verlaat. Joris van Bergen Joris van Bergen heeft gedurende tien jaar een belangrijke rol gespeeld bij het denken over de ontwikkeling van het vastgoed van de Universiteit Leiden. Hij bleef erop hameren dat een hoog niveau van onderwijs en onderzoek tot uitdrukking moet komen in een hoog niveau van huisvesting van studenten en medewerkers. Zo n standpunt noopt tot keuzes in de besteding van het universitaire budget. Van Bergen durfde die keuzes aan en wist ze te verdedigen. Om enkele voorbeelden te noemen: zonder hem zou Plexus er waarschijnlijk niet zijn geweest, evenmin was zeker geweest dat het Kamerlingh Onnes behouden zou zijn voor de universiteit en dat het gebouw de schitterende huisvesting voor de Faculteit der Rechtsgeleerdheid zou zijn geworden. Ook was Van Bergen jarenlang de stuwende kracht achter de in aanbouw zijnde nieuwe onderwijs- en onderzoeksgebouwen van het LUMC. Hierin krijgen medewerkers en studenten van het LUMC een state of the art behuizing. De Universiteit Leiden is Joris van Bergen zeer erkentelijk. AW Kist Voorzitter College van Bestuur 6

9 het theater van leiden Omringd of geflankeerd door een oude binnenstad met vijf of meer eeuwen geschiedenis, krijgen de gebouwen van de Universiteit Leiden als vanzelf een aura en een verhaal. Een zweem van academia, een ongedefinieerd, maar zeer herkenbaar mengsel van traditie en moderniteit omhult de gebouwen. De ouderdom van het Gravensteen en van het Academiegebouw heeft iets vanzelfsprekends; negentiendeeeuwse laboratoria kunnen recycled worden tot juridische studiecentra of anders, en toch hun karakter vasthouden. Ja, juist omdat een gebouw eerst een eeuw Faliebagijnkerk is geweest en daarna bijna vier eeuwen bibliotheek, verleent het de onverbiddelijke gestrengheid van het centrale bestuursgebouw een menselijke maat en intieme charme. Willem Otterspeer De Leidse universiteit kent, architectonisch bezien, eigenlijk drie perioden: die van de eerste jaren (de Gründerzeit), toen de negentiende eeuw en tenslotte de twintigste eeuw. Er laat zich veel en vooral in die twintigste eeuw nuanceren, maar grosso modo is de universiteit gegroeid in drie grote schokken, rond 1600, rond 1900 en ± De eerste periode is natuurlijk de meest overzichtelijke en sobere, maar wel eentje waarin met minimale middelen een wereldreputatie werd gebouwd. Op het kleine bestek van twee voormalige kerkjes van de Witte Nonnen, het huidige Academiegebouw, en de Faliebagijnen werd de kiem gelegd voor een revolutie in onderwijs en wetenschap. Een bevlogen generatie bewerkstelligde deze vooral met de grote greep van 1594 toen de Hortus botanicus werd aangelegd en het tweede kerkje getransformeerd tot multifunctioneel gebouw met bibliotheek, anatomisch theater en schermschool. Hoewel de universiteit in de loop van de zeventiende en achttiende eeuw haar reputatie verder uitbouwde, geschiedde dat toch op hetzelfde stramien en in die kleine ruimte aan het Rapenburg. De eerste grote uitbreidingen kwamen pas aan het begin van de negentiende eeuw. Toen kreeg het Academiegebouw door uit- en aanbouw de vorm die het nu nog heeft en ook de hortus werd zo uitgebreid dat de huidige contouren in zicht kwamen. En in 1856 kreeg de universiteit haar eerste echte laboratorium, in 1868 gevolgd door de befaamde sterrenwacht van Kaiser. Maar eerst de nieuwe Hoger Onderwijswet van Die beklemtoonde de verwevenheid van onderwijs en onderzoek en de noodzaak van nieuwe laboratoria en geavanceerde onderwijsruimten, en bracht zo een nieuwe impuls. In 1877 werd een vier verdiepingen tellend gebouw voor de bibliotheek aan de noordzijde van de Faliebagijnkerk in gebruik genomen. In 1885 werd haaks hierop naar het Rapenburg toe nog een boekenmagazijn geplaatst. En in 1876 werd een nieuw gebouw voor biologie aan de oprijlaan van de sterrenwacht in gebruik genomen. In 1885 begon de grote verbouwing van het chemisch-natuurkundig laboratorium op de ruïne die het ontplofte kruitschip in 1807 had nagelaten, met twee nieuwe vleugels ten noorden ervan, ten einde het geschikt te maken voor het nieuwe cryogeen- en lagetemperaturenlaboratorium voor Kamerlingh Onnes. 7

10 het theater van leiden Ook voor fysiologie (Einthoven) en pathologische anatomie (Mc Gillavry) werden laboratoria ingericht, respectievelijk aan de Zonneveldstraat en naast het Academisch Ziekenhuis. In 1898 werd het eerste van een complex van drie laboratoria voor scheikunde en farmacie opgeleverd, van de hand van Van Lokhorst, gelegen op Vreewijk. In de jaren daarna volgde de rest. In 1899 werd het Academiegebouw uitgebreid met een nieuw collegegebouw aan de Nonnensteeg. In 1908 werd een hieraan vast gebouwd nieuw botanisch laboratorium geopend. Beide werden eveneens ontworpen door Van Lokhorst. Aan de bouwactiviteiten die op de wet van 1876 volgden kwam aan het begin van de twintigste eeuw een einde, behalve wat het Academisch Ziekenhuis betreft. Het oude ziekenhuis aan de Steenstraat dateerde weliswaar pas van 1873, maar was als verpleeg- en onderwijsinstelling inmiddels verouderd. Twee aspecten van de nieuwbouw, die in 1913 van start ging, kunnen als heraut van de nieuwe eeuw gelden: de locatie ervan buiten het stadscentrum en de gedecentraliseerde paviljoenbouw. Het nieuwe complex zou verrijzen tussen Oegstgeest en Leiden, tussen de Rijnsburgerweg en de Wassenaarseweg. Voor zover met Leiden geassocieerd zou de grootschalige wetenschap de big science van de twintigste eeuw, met haar enorme investeringen in menskracht en materieel niet het oude quartier latin rond de Pieterskerk en zelfs niet het Vreewijk van de laboratoria voor scheikunde en farmacie kiezen, maar de noordwestkant van de stad, bij de uitvalswegen naar de grote steden. Tussen 1950 en 1960 werd niet alleen duidelijk dat de studentenaantallen dramatisch toenamen, ook de bijpassende onderwijs- en onderzoeksstructuur moest worden aangepast. In overleg met de gemeentebesturen van Leiden en Oegstgeest, en in de overtuiging dat de universiteit in of in de buurt van de oude stadskern moest blijven, werden twee locaties voor uitbreiding gevonden. De eerste bestond uit een omvangrijk gebied ten westen van het Academisch Ziekenhuis, tussen de Wassenaarseweg en de Plesmanlaan, tot aan Rijksweg 44. Hier zouden de exacte en geneeskundige wetenschappen hun uitbreiding krijgen. De tweede was een veel smallere strook tussen de Witte Singel en de Rijn- en Schiekade. Dit zou de plek zijn voor de humaniora, samen met een nieuwe bibliotheek. In 1978 werd de eerste paal geslagen, op 23 mei 1984 verrichtte koningin Beatrix de opening. Intussen werden in de Leeuwenhoek eerst de laboratoria voor de medische faculteit afgebouwd, in 1959 het fysiologisch laboratorium, een jaar later dat voor biochemie. Vervolgens werden plannen voor de nietklinische laboratoria ingediend, en verrees, in het verlengde van de Sylviuslaboratoria, het majestueuze Gorlaeuscomplex (scheikunde) met een als een discus boven de aarde zwevende schijf collegezalen (1968), het Centraal Rekeninstituut en Mathematisch Instituut (1971) en het Huygenslaboratorium voor sterrenkunde en natuurkunde (1974). Tegen de Plesmanlaan werd ook een universitair sportcomplex aangelegd en in 1970 opgeleverd. 8

11 Intussen kregen oude panden een nieuwe bestemming. In 1955 werd het Gravensteen, na een grondige restauratie, als juridisch studiecentrum ingericht. En in 1972 werden de laboratoria in Vreewijk heropend als Juridisch Studiecentrum Hugo de Groot. Het administratieve centrum van de universiteit, sedert 1963 gevestigd in Stationsweg 46, verhuisde in 1999 naar de oude UB. In 2000 werd de Hortus botanicus een dertien meter hoge plantenkas rijker en werd de hele voortuin opnieuw ingericht. En onlangs is de verbouwing van het oude Kamerlingh Onneslaboratorium tot nieuw juridisch centrum voltooid. En zo, goed zichtbaar vanuit het perspectief van de meeuwen die de stad als domicilie hebben uitverkoren, werd het oude Leiden het decor van een universiteit. De academische gebouwen, de mensen die erin werken, lesgeven en studeren, bepalen het straatbeeld. Het zijn haar studenten die de kroegen bevolken, voor of achter de toog. Het zijn haar studentenverenigingen die het centrum soms tot een luidruchtige adolescentenspeelplaats maken. Het zijn haar open dagen en EL CID-weken die de stad steeds een klimaatsonafhankelijke lente schenken. Het zijn haar collecties die de vele rijksmusea in de stad hun belang verschaffen en mensen trekken van heinde en ver. Vanuit het meeuwenperspectief is goed te zien dat de Leidse universiteit Leidens belangrijkste moderne bouwmeester is: het machtige lint van laboratoria langs de Wassenaarseweg, de dichter bij het centrum fonkelende blauw-gele kubussen van het Academisch Ziekenhuis, de ruggen van voorwereldlijke reptielen die het dak blijken van de eronder verborgen universiteitsbibliotheek, het als graansilo vermomde faciliteitengebouw ertegenover. De Leidse universiteit is zo bij de tijd als een MTV-clip (en soms minstens zo onbegrijpelijk), maar het verschil met een gewone universiteit is dat de moderniteit, ook het architectonische postmodernisme, zich aandient met oude namen en opgenomen wordt in bestaande mores. De Leidse universiteit is een plek, een wonderlijk amalgaam van geschiedenissen en gebouwen, van oude gebruiken en nieuwe stijlen, van grote namen en kleine plaquettes. Dit is het theater, waarin de Leidse universiteit haar troupe monstert, haar rol speelt en haar repertoire voortdurend vernieuwt. Willem Otterspeer Hoogleraar universitaire geschiedenis 9

12 het academiegebouw Adres Rapenburg 73 t/m 67 Objectcode 0101 Oppervlakte m 2 no* (nr. 73), m 2 no (nr. 71), 185 m 2 no (nr. 69), 735 m 2 no (nr. 67) Bouwjaar ca (Academiegebouw), oorspronkelijk bouwjaar onbekend (huizen rechts van de poort) Architect Links: bouwmeester onbekend. Uitbreiding 1828: Jan Dobbe, opzichter van de Leidse universiteitsgebouwen. Rechts: bouwmeester onbekend. Verbouwing : Rijksgebouwendienst Status Rijksmonument Functie 73: oorspronkelijk kloosterkerk. Nu in gebruik voor ceremoniële activiteiten (oraties, afscheidscolleges, promoties, ontvangsten, vergaderingen, symposia, congressen, recepties en colleges) 67, 69, 71: oorspronkelijk woonhuizen, nu onderwijs-, onderzoeks- en kantoorgebouw Gebruiker 73: College van Bestuur en faculteiten. 67, 69, 71: Academisch Historisch Museum, International Office Bijzonderheden 73: Groot en Klein Auditorium, trappenhuis, Zweetkamertje, Senaatskamer, klokkentoren, gewelfkamer Boven de poort naar de Hortus: Tuinkamer. 67, 69, 71: Curatorenkamer, grisailles 10 * Nuttig Oppervlakte

13 het academiegebouw DOELENGRACHT RAPENBURG RAPENBURG RAPENBURG DOELENSTG. HOUTSTRAAT KLOKSTEEG Het Academiegebouw vormt het hart van de universiteit. Het werd al snel na de stichting van de universiteit op 8 februari 1575 in gebruik genomen en is het oudste gebouw van de universiteit. Maar vooral ligt het Academiegebouw centraal in de stad en verbeeldt het de hele academische loopbaan: de student volgt er colleges en studeert er af, de doorzetter promoveert er, de professor spreekt er zijn inaugurele rede uit en uiteindelijk ook weer zijn afscheidsrede. RI W I T T E S INGE L NONNENSTG Rapenburg 73 t/m 67 RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN In de jaren veertig van de vijftiende eeuw stichtte Jan van den Woude, een telg uit het ridderlijke geslacht Van Alckemade, aan het Rapenburg een klooster voor de Dominicanessen of witte nonnen. Ruim een eeuw lang woonden hier 20 à 30 nonnen in afzondering en gehouden aan de zwijgplicht. Bij het klooster hoorde een kapel, waar weinig over bekend is. Begin zestiende eeuw werd de kapel vervangen door een kerk, gewijd in 1516: het huidige Academiegebouw. De kerk heeft twee beuken: een brede aan de Rapenburgzijde en evenwijdig daaraan een smalle. De gevel aan de Rapenburgzijde bestaat uit acht traveeën (vlakken tussen opeenvolgende steunpuntassen in een gebouw) met hoge spitsboogvensters. Aan de straatzijden van het gebouw wordt de baksteen afgewisseld met banen van witte natuursteen. In 1566 werd de rust van de nonnen verstoord door de eerste beeldenstorm, waarbij het interieur van de kerk verloren ging. Zes jaar later moest de kerk het opnieuw ontgelden. De nonnen zochten protectie bij Willem van Oranje en schonken in ruil daarvoor hun bezittingen aan de staten. Dit had echter niet veel zin. Na het Leidens Ontzet in 1574 werden klooster en kerk geconfisqueerd en de nonnen verlieten hun onderkomen. Toen de beloofde alimentatie uitbleef, vertrokken de meeste naar het buitenland. In 1581 betrok de universiteit, die eerst in het Barbaraklooster en later in het Faliede Begijnhof was gehuisvest, de kerk; de kloostergebouwen werden gaandeweg afgebroken, totdat er in 1591 alleen nog enkele fundamenten over waren. In vroeger tijden moesten examenkandidaten in een kamertje in het Academiegebouw wachten. Dat was zweten! Om zich af te reageren schreven sommige studenten hun naam op de muur. Hiermee werd een traditie geboren. Studenten hoeven tegenwoordig niet meer in het zweetkamertje te wachten, maar afgestudeerden schrijven nog altijd hun naam op de muur. Als ze zijn geslaagd. Het Groot Auditorium Het zweetkamertje 11

14 12 het academiegebouw

15 De komst van de universiteit resulteerde in een aantal ingrijpende verbouwingen om lokalen te creëren voor de vier faculteiten: Filosofie (i.c. Letteren en Wis- en natuurkunde), Theologie, Medicijnen en Rechtsgeleerdheid. Zo werden de scheibogen tussen de twee beuken gedicht en werd in fasen een extra verdieping gecreëerd in de hoofd- en de zijbeuk; zo ontstonden onder meer het Groot en het Klein Auditorium. Er verrezen binnenmuren, een nieuwe traptoren en er kwam nog een verdiepingsvloer bij. Waar nu de ijzeren poort is, stond ooit een muur, die in 1612 werd vervangen door de zogenoemde Academiepoort. Een restant daarvan is nog te zien in in de gevel van Rapenburg 71.In 1632 werd bovenop het Academiegebouw een torentje gebouwd met daarop het kwadrant van Snellius: dit was de geboorte van de Leidse Sterrewacht. Het Academiegebouw kreeg in 1670 een toren naar ontwerp van stadsarchitect Willem van der Helm, met een klok waaraan befaamde ambachtslieden werkten. Zo werd het eenwijzerige uurwerk gemaakt door horlogemaker Willem Meester, de klokken voor het hele en het halve uur door de Amsterdamse klokkengieter Petrus Hemony en werd voor de verguld koperen windwijzer instrumentmaker Samuel van Musschenbroek aangezocht. De klok werkt nu op elektriciteit, maar oorspronkelijk was het een klok met gewichten. In 1733 werd de collegezaal van de medische faculteit verbouwd tot Senaatskamer. Deze werd voorzien van een rijk gesneden schoorsteenboezem van de hand van Hermanus van Groen, en een marmeren schoorsteenmantel. In de loop van de tijd kwamen er 155 portretten van hoogleraren te hangen. Het kerkgedeelte van het Academiegebouw laat ondanks de verbouwingen die in de loop van de eeuwen zijn uitgevoerd, veel schitterende ruimtes en elementen zien; het authentieke karakter van het gebouw is goed bewaard gebleven. In de gewelfkamer is de vaste opstelling van het Academisch Historisch Museum te zien. Verder wordt het gebouw vooral gebruikt voor universitaire ceremonies en bijeenkomsten. Het is en blijft het hart van de Leidse universiteit. De wand naast de houten trap is voorzien van houtskooltekeningen. Victor de Stuers, rechtenstudent, maakte ze in 1865 in één nacht: hij liet zich insluiten. toen het gebouw s avonds dicht ging. De tekeningen verbeelden het leven van de Leidse student in vier stadia: het afscheid van de moeder, de verlokking van het studentenleven, de plichten van de student en het werkzame leven als pleiter. De Senaatskamer De Tuinkamer 13

16 14 het academiegebouw

17 Rechts van de poort Rapenburg 67-71, rechts van de poort, maken in de beleving van medewerkers en studenten integraal deel uit van het Academiegebouw. De voormalig woonhuizen zijn onderling met elkaar verbonden en alle toegankelijk via de poort. De huizen Rapenburg zijn in grondig verbouwd; alleen de voorgevel en een deel van de binnenplaatsgevel bleven overeind. Het geheel kreeg een betonskelet. Verder werd rechts van de Hortuspoort een nieuwe vleugel voor collegezalen gebouwd. De geschiedenis van Rapenburg 71 is nauw verbonden met de wetenschappelijke uitgevers Plantijn, Elsevier en Van der Aa. De laatste liet kort na 1713 het huidige pand van drie bouwlagen hoog en vier traveeën breed, optrekken. Lange tijd heeft het huis dienst gedaan als custoswoning. De custos had de functie van concierge. Voor het voormalige pand Rapenburg 69 werden in 1852 twee panden, van respectievelijk drie en vier traveeën breed, samengevoegd. Het pand was lang eigendom van academiedrukker Luchtmans. Toen de universiteit het verbouwde, bleef alleen de gevel bewaard; plafond, wandbehangsels en schoorsteen van de grote zaal werden overgebracht naar een vertrek boven de Hortuspoort, nu de Tuinkamer. Het College van Bestuur heeft een tijdlang vergaderd in dit pand. Een klerkenliftje en bel getuigen hier nog van. De gevel van Rapenburg 67, dat drie bouwlagen hoog is en zes traveeën breed, stamt uit De indeling en het achtiende-eeuwse interieur, met een fraaie houten trap, geschilderde behangsels van Dirk Kuipers uit en grisailles van Dirk van der Aa uit 1765, zijn goed bewaard gebleven. Momenteel wordt het deel van het Academiegebouw (rechts van de poort) gebruikt door het International Office (tot juli 2005) en het Academisch Historisch Museum dat kantoor- en magazijnruimte op de zolder heeft. Curatorenkamer, Rapenburg 67 Grisaille in de Curatorenkamer Isaac Elzevier werd in 1620 academiedrukker in Leiden. Hij legde het fundament voor het uitgeversconcern Elsevier. Zijn opvolgers Bonaventura en Abraham stuwden het bedrijf op tot grote faam, mede dankzij Isaac: deze vestigde zijn drukkerij in het Academiegebouw én kocht van de weduwe van Erpenius, de oriëntalist met een eigen huisdrukkerij, alle letters, matrijzen en stempels voor de vervaardiging van oosterse werken. Dit maakte de Elzeviers in dit segment uniek. 15

18 nonnensteeg Adres Nonnensteeg 1-3 Objectcode 0102 Oppervlakte m 2 no verdeeld over drie en vier bouwlagen Bouwjaar (Botanisch Laboratorium) en 1914 (Herbarium) Architect J. van Lokhorst en J.A.W. Vrijman Status Gemeentelijk monument Functie Oorspronkelijk Botanisch Laboratorium en Herbarium, nu onderwijs- en onderzoekgebouw Gebruiker Faculteit der Letteren Bijzonderheden Open trappenhuis met opgaande, hardstenen trappen 16

19 nonnensteeg DOELENGRACHT RAPENBURG RAPENBURG DOELENSTG. HOUTSTRAAT KLOKSTEEG Het hoge en smalle complex aan de Nonnensteeg bestaat uit twee met elkaar verbonden, vergelijkbare bouwblokken die het Rapenburg met de 5e Binnenvestgracht verbinden. De hoofdgevel van het gebouw staat aan de Nonnensteeg, aan de achterzijde ligt de Hortus botanicus. De foto links toont, uitzonderlijk in dit boek, de achterzijde van het gebouw; voor het fotograferen van de volledige voorgevel is de Nonnensteeg te smal. Het centrum van de voorgevel van het voormalige Botanisch Laboratorium bevat de rijk geornamenteerde hoofdingang die toegang geeft tot een trappenhuis in de vorm van een open koker met glas-in-loodvensters. De trap komt op de verschillende verdiepingen uit op een centrale verbindingsgang met aan weerszijden werkkamers en onderwijs- en dienstruimten. Onder de kap op de derde verdieping ligt een tweede collegezaal die in beide gevels drie forse en identieke spitsboogvensters met gotische traceringen heeft. RI W I T T E S I NGEL Nonnensteeg 1-3 NONNENSTG RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN In 1914 werd tussen het Academiegebouw en het Botanisch Laboratorium het Herbarium gebouwd. J.A.W. Vrijman, van 1906 tot 1923 rijksbouwmeester voor onderwijsgebouwen, voerde het uit naar het ontwerp van de in 1906 overleden rijksbouwmeester J. van Lokhorst. Het pand bestond uit een magazijn van vijf bouwlagen voor het bewaren van de plantencollectie, een trappenhuis dat uitkwam op een centrale verbindingsgang en een dienstvleugel aan de andere zijde. Hiernaast lag een lager, verbindend bouwblok dat in 1953 werd verhoogd. De gebouwen zijn opgetrokken in een vrij grauwe baksteensoort. Net als bij verschillende andere laboratoria van Van Lokhorst, komen in de gevelopzet de verschillende ruimten met bijbehorende functies tot uitdrukking. In 1993 werd de bibliotheek verplaatst naar het voormalige botanisch museum en de magazijnruimte van het Herbarium omgebouwd tot werkkamers en kantoren. Sindsdien zijn in het gebouw enkele instituten op het gebied van niet-westerse talen en culturen gevestigd, zoals IIAS en CNWS, en de bibliotheek van het Instituut Kern. Nonnensteeg Trappenhuis Botanicus J.M. Janse ( ) was een vernuftig ingenieur-constructeur: Herbarium en Botanisch Laboratorium dienden in één gebouw, bij de hortus te worden ondergebracht. Hij kreeg zijn zin en Van Lokhorst kreeg postuum warme dank van Janse voor de dienstbaarheid van zijn architectuur. Het trappenhuis komt voor in de film De ontdekking van de hemel van Jeroen Krabbé, uit 2001, gebaseerd op de gelijknamige roman (1992) van Harry Mulisch. 17

20

21 universitaire gevels aan het rapenburg Rapenburg 59 Rapenburg 61 Rapenburg 63 Rapenburg 65 Rapenburg 6 Rapenburg 32 Rapenburg 38 19

22 rapenburg Adres Rapenburg 59 Objectcode 0105 Oppervlakte 370 m 2 no Bouwjaar Waarschijnlijk 16e of 17e eeuws, trapgevel waarschijnlijk 17e eeuw, in 18e eeuw afgeknot met lijst Architect Onbekend Status Rijksmonument. Tuinmuur aan Doelensteeg: gemeentelijk monument Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu in gebruik als kantoorgebouw Gebruiker ISIM 20

23 rapenburg 59 DOELENGRACHT RAPENBURG RAPENBURG DOELENSTG. HOUTSTRAAT KLOKSTEEG De eerstbekende eigenaar van het pand was Willem van Boschuysen, baljuw (rechter) en dijkgraaf van Rijnland, overleden in Hij bezat het perceel dat tegenwoordig bestaat uit de nummers Rapenburg Pas in 1623 ontstond de huidige situatie. Een van de voornaamste eigenaren van Rapenburg 59 was de rijke steenbakker Jacob Florysz van Montfoort, die het pand in 1544 kocht. Hij liet de Leidse schilder Lucas van Leyden in 1531 het drieluik De genezing van de blinden van Jericho schilderen, dat in de Hermitage in Sint Petersburg hangt. Van 1692 tot omstreeks 1730 huurde Severijn Testijn het pand. Hij dreef er een herberg voor studenten, met de naam De Prins van Brandenburg. De bewoners betaalden gemiddeld 300 gulden (± 140 euro) huur per jaar voor een kamer. Het hoekpand heeft een langgerekte plattegrond. Het is aan de Rapenburgzijde drie bouwlagen hoog en heeft een lager bouwdeel aan de achterzijde. De natuurstenen blokken boven de vensters en de muurankers in de voorgevel zijn sporen van de zeventiende-eeuwse trapgevel die, waarschijnlijk in de achttiende eeuw, werd afgeknot en vervangen door een voor die tijd modieuzere lijstgevel. De lange gevel aan de Doelensteeg laat goed zien dat het huis oorspronkelijk uit drie delen bestond. Het schilddak bedekt alleen de eerste twee delen. De meeste monumentale elementen zijn uit het huis verdwenen. Bewaard gebleven zijn een kastenwand uit omstreeks 1730 in de kamer boven de kelder en de weelderig gesneden achttiende-eeuwse trap in het midden van het huis. Voorts zijn de steunen in de overwelfde kelder authentiek. In 1949 kocht de Nederlandse overheid het pand, waarna in 1956 een ingrijpende verbouwing volgde. Momenteel wordt het pand gebruikt door het International Institute for the Study of Islam in the Modern World (isim). RI W I T T E S I NGEL NONNENST RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN Rapenburg 59 Toen prinses Beatrix in Leiden studeerde ( ) had ze een werkkamer in de serre van Rapenburg 59. Beatrix volgde een vrije studierichting binnen Rechten, met onder meer inleidingen in de economie, de parlementaire geschiedenis en het staatsrecht. Verder bestudeerde ze het Statuut van het Koninkrijk en de culturen van Suriname en de Nederlandse Antillen. Achttiende-eeuwse trappenhuis Authentieke kastenwand 21

24 rapenburg Adres Rapenburg 61 Oppervlakte 751 m 2 no Bouwjaar Waarschijnlijk 16e of 17e eeuws, nieuwe gevel in 1701, huidige lijst/voorgevel uit 1764 Architect Jacob Roman (gevel uit 1701) Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu kantoren Gebruiker Leids Universiteits Fonds Bijzonderheden Rocaille-motieven aan de voorgevel, rococo voordeur, authentiek stucen houtsnijwerk in het interieur. Eigendom Leids Universiteits Fonds 22

25 rapenburg 61 DOELENGRACHT RAPENBURG RAPENBURG DOELENSTG. HOUTSTRAAT KLOKSTEEG In de achttiende eeuw kwam het vaak voor dat twee huizen werden verheeld. Zo ontstond ook Rapenburg 61, dat een samenvoeging is van twee zestiende-eeuwse huizen. Hierbij bleef een werkelijke integratie van de gevel en de achterliggende structuur achterwege. De indeling van de oudere panden is nog te zien aan het venster links van de ingang: de rechterhelft van het venster verlicht het voorhuis, de linkerhelft met de twee aangrenzende vensters de linkervoorkamer. De lijstgevel uit 1701 werd ontworpen door Jacob Roman en is een laat voorbeeld van de strakke variant van het Hollands classicisme, dat wordt gekenmerkt door soberheid en uiterst precies metselwerk. Jacob Roman, hofarchitect en aanvoerder van het stadhouderlijk bouwbedrijf in de Nederlanden onder Willem III, werkte ook aan prestigieuze projecten als Paleis het Loo en het stadhuis in Deventer. RI W I T T E S I NGEL Rapenburg 61 NONNENST RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN Omstreeks 1764 werd de bestaande gevel opgesierd met een nieuwe deur en zwierige rococomotieven rondom de vensters en onder de dakgoot. Deze modernisering gebeurde in opdracht van de patriciërsfamilie Theodora Elisabeth en Joost van Reverhorst, die ook het interieur lieten aankleden met stuc- en houtsnijwerk. Veel van deze oorspronkelijke details hebben de vernieuwingsdrift van de negentiende eeuw doorstaan en zijn nu nog te bewonderen. De aanbouw aan de achterzijde en de T-vensters daarentegen dateren wel uit de negentiende eeuw. In 1919 kocht de bekende Leidse arabist Christiaan Snouck Hurgronje ( ) het huis en onder diens naam staat het nog steeds bekend. Sinds 1937 is Rapenburg 61 in bezit van het Leids Universiteits Fonds (LUF), een stichting die in 1890 werd opgericht en geld bij particulieren inzamelt om onderzoek, onderwijs en andere initiatieven aan de Universiteit Leiden te subsidiëren. Rococomotieven op de gevel Stuc- en houtsnijwerk boven de schouw Snouck Hurgronje promoveerde in 1880 op 23-jarige leeftijd cum laude op Het Mekkaansche feest, de islamitische pelgrimage naar Mekka. Hij bekeerde zich later tot de islam en woonde ruim vijf maanden in Mekka als moslim onder de moslims. Op grond van een Frans bericht werd hij ervan verdacht minder eerbare bedoelingen te hebben met zijn verblijf en hij werd enkele dagen voor hij aan het bedevaartsritueel zou beginnen, Mekka uitgezet. 23

26 rapenburg Adres Rapenburg 63 Objectcode 0104 Oppervlakte 144 m 2 no Bouwjaar 1622, verbouwing 1959 Architect Onbekend Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu kantoorgebouw Gebruiker Inter Consultancy Bureau, Leids Universiteits Fonds Eigendom Leids Universiteits Fonds 24

27 rapenburg 63 DOELENGRACHT RAPENBURG RAPENBURG DOELENSTG. HOUTSTRAAT KLOKSTEEG Op de plaats waar voorheen een bescheiden vijftiende-eeuws huis stond, werd in 1622 een nieuw pand gebouwd. De eerste bewoner van dit nieuwe huis was Antonius Thysius, hoogleraar in de theologie en de oudoom van Johannes Thysius die het pand later zou bewonen. Deze laatste was hoogleraar in de welsprekendheid en bibliothecaris van de universiteit. Uit zijn nalatenschap zou de Bibliotheca Thysiana (nu op Rapenburg 25) worden gesticht. Het pand bleef particulier bewoond tot 1917, daarna was het in gebruik als bankgebouw. RI W I T T E S I NGEL Rapenburg 63 NONNENSTG RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN Het huis is aan de voorzijde drie bouwlagen hoog en heeft een lange rechthoekige plattegrond met een lagere achterbouw. De eenvoudige bakstenen voorgevel is met de kap het enige dat nog van het vroegere huis rest. Opmerkelijk is de gotisch aandoende houten tracering in het bovenlicht van de entree. In 1959 liet de Rabobank, de toenmalige eigenaar, een verbouwing uitvoeren waarbij het pand op de voorgevel na werd afgebroken. Het bovenhuis bleef dienst doen als woonhuis. In 1990 werd het pand eigendom van het Leids Universiteits Fonds, dat zelf zetelt in het aangrenzende Rapenburg 61; daarheen werd op de begane grond een doorgang gemaakt. Tegenwoordig is het Inter Consultancy Bureau (ICB) gevestigd in Rapenburg 63. Het ICB is een onderdeel van de Universiteit Leiden dat taal- en cultuurondersteuning geeft aan het bedrijfsleven, de overheid en particulieren, op basis van de expertise van de letterenfaculteit. Antonius Thysius schreef samen met de hoogleraren Walleüs, Rivetus en Polyander een belangrijk leerboek voor de theologiestudie, de Synopsis purioris theologiae, een dogmatisch handboek waarin door studenten te verdedigen stellingen stonden. Gotisch aandoende tracering Glas-in-lood 25

28 rapenburg Adres Rapenburg 65 Oppervlakte 960 m 2 no Bouwjaar Waarschijnlijk 15e of 16e eeuw Architect Onbekend. Restauratie 1958 door J. Kruger en in 2003 door L. Zitman Status Rijksmonument. Tuinmuur aan Doelengracht: gemeentelijk monument Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu kantoor, onderwijs- en studieruimten en gastverblijven Gebruiker International Taxcenter Eigendom Prof.mr. C. van Raad 26

29 rapenburg 65 DOELENGRACHT RAPENBURG RAPENBURG DOELENSTG. HOUTSTRAAT KLOKSTEEG De oudste bouwsporen van Rapenburg 65 gaan terug tot het begin van de zestiende eeuw. In 1700 werd de rijke Leidse lakenhandelaar, kunstverzamelaar en amateur-tuinarchitect Pieter de la Court, eigenlijk van der Voort geheten, eigenaar van twee naast elkaar gelegen panden aan het Rapenburg. Deze Pieter de la Court was de zoon van de gelijknamige politicoloog/econoom naar wie het gebouw van de Faculteit der Sociale Wetenschappen is genoemd. De twee panden hadden beide een trapgevel. In 1749 liet dochter Catharina, die de panden erfde, ze verhelen en er de huidige gevel met natuurstenen zijlisenen en middentravee in zetten. De oudere, achterliggende structuur stond het classicistische ideaal van een symmetrische gevel met centrale entreepartij in de weg: deze laatste is iets uit het midden geplaatst. Het pand is rijk aan oorspronkelijke details en interieurstukken. Zo is werk te zien van de Italiaanse stucwerkers Giovanni Battista Luraghi en Bernardo Laghi. Uit 1623 dateert een stucplafond met lemen ondergrond. Lange tijd werd het pand bewoond door particulieren, waaronder de hoogleraar in de genees- en scheikunde Gaubius, de rechtenstudent Johannes Kneppelhout die onder het pseudoniem Klikspaan in zijn Studenten-typen schreef en de Leidse burgemeester van 1910 tot 1927, jhr.mr.dr. N.Ch. de Gijselaar. Hij verkocht het pand in 1928 aan de Vereniging van Vrouwelijke Studenten te Leiden. Deze liet in 1958 een restauratie uitvoeren waarbij in de rechtervoorkamer roccoco-elementen werden geplaatst: een plafond en een schouwpartij, afkomstig uit het afgebroken pand Hoogstraat 1. Vanaf 1973 bood het pand onderdak aan het Prentenkabinet, totdat het in 2002 werd verkocht aan het International Taxcenter. Dit is een initiatief van de Leidse hoogleraar prof.mr. C. van Raad, die het gehele pand liet verbouwen en herinrichten. In het voormalige koetshuis aan de Doelensteeg, is het onder studenten en docenten populaire caférestaurant Camino Real gevestigd. Het café is uitgevoerd in de stijl van de Memphis-groep, in 1981 ontstaan in Noord-Italië. Wandtegeltje Rococo-elementen boven de schouw RI W I T T E S I NGEL NONNENST RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN Rapenburg 65 Studenten-typen was een van de drie delen van Studentenschetsen die Klikspaan tussen 1839 en 1844 uitbracht. Na Studenten-typen verschenen nog Studentenleven (over ondermeer kroegjool en de promotie, zich afspelend in onder meer Sociëteit Minerva en het Academiegebouw) en Studenten en hun bijloop, over figuren rond de student, zoals de hospita en de pedel. De verhalen werden aanvankelijk los verkocht voor een kwartje, en pas later gebundeld. 27

30 rapenburg 6 Adres Rapenburg 6 Oppervlakte 826 m 2 no Bouwjaar Architect Willem van der Helm Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu sociëteitsgebouw en International Centre Gebruiker Faculty Club, International Centre Bijzonderheden Binnentuin met achterhuis Eigendom Leids Universiteits Fonds 28

31 rapenburg 6 BREESTRAAT SCHOOLSTEEG Deze monumentale patriciërswoning werd rond 1670 in opdracht van de rijke koopman Allard Poelaert gebouwd door de befaamde Leidse stadsbouwmeester Willem van der Helm, die ook de architect was van het Gravensteen, de Morspoort en tal van woonhuizen. De gevel is een schoolvoorbeeld van het Hollands classicisme in Leiden. Hij laat een combinatie zien van het zogenaamde Capra-type en de Scamozzi-orde: boven de gebosseerde plintzone lopen over de eerste en tweede verdieping zes forse composietpilasters, die uitermate populair waren bij de nouveau riche van de zeventiende eeuw. Het bekronende fronton bevat reliëfs in empire stijl uit het einde van de negentiende eeuw. DOELENGRACHT RAPENBURG PAPENGRACHT RAPENBURG Rapenburg 6 DOELENSTG. HOUTSTRAAT NONNENSTG KLOKSTEEG RAPENBURG De oorspronkelijke woning bestond uit een representatief voorhuis aan het Rapenburg dat door een tuin werd gescheiden van het oudere achterhuis het eigenlijke woongedeelte aan de Papengracht. Het interieur en de vensters werden aan het begin van de twintigste eeuw ingrijpend aangepast. In 1957 vond een restauratie en gedeeltelijke reconstructie plaats, waarbij onder meer het rococo-snijraam in het bovenlicht van de entree werd geplaatst. In 1960 betrok de universitaire mensa het gebouw. In 1974 verhuisde de mensa naar de Kaiserstraat, aan de andere kant van het Rapenburg. Momenteel is de begane grond in gebruik als Faculty Club, een universitaire sociëteit met restaurant waar alumni en personeel elkaar kunnen ontmoeten. De bovenste verdiepingen doen dienst als International Centre, dat taalcursussen en sociale activiteiten organiseert voor (buitenlandse) onderzoekers en hun families. Een deel van het pand wordt verhuurd aan buitenlandse gasten die maar een beperkte tijd in Leiden blijven. De zakenman Hendrik Jan Deutz van Lennep, rond 1900 eigenaar van het pand, bracht aan het begin van de twintigste eeuw de genadeslag toe aan een flink deel van het oorspronkelijke interieur van het pand. Hij liet de achttiende-eeuwse lambrizering en het stucwerk uitbreken en overbrengen naar zijn landhuis in Heemstede. Het uitbundige negentiendeeeuwse meubilair verdween eveneens naar Heemstede. Zicht op het achterhuis De Faculty Club 29

32 rapenburg Adres Rapenburg 32 Objectcode 0602 Oppervlakte 264 m 2 no Bouwjaar 17e eeuw; gevelverbouwing in 1872 Architect Onbekend Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu onderwijs- en onderzoekgebouw Gebruiker Leiden University School of Management (LUSM) Bijzonderheden Twee achttiende-eeuwse schouwen en mantels; bovenlicht met gietijzeren tracering 30

33 rapenburg 32 BREESTRAAT SCHOOLSTEEG Dit diepe pand bestaat uit drie achter elkaar gelegen bouwblokken die aan een lange, geknikte gang liggen en tot aan het Gravensteen lopen. Het voorste en oudste blok dateert uit de eerste helft van de zeventiende eeuw. De huidige lijstgevel kwam er pas bij tijdens een verbouwing uit omstreeks 1872, waarbij ook de dwarsliggende kap op het voorhuis werd geplaatst. De smalle voorgevel is drie bouwlagen hoog en bestaat op de begane grond uit drie vensterassen met rechts de entree, terwijl de eerste en tweede verdieping twee assen breed zijn. De gevelopzet is in vergelijking met de belendende gevels uiterst sober van vormgeving. DOELENGRACHT RAPENBURG PAPENGRACHT RAPENBURG Rapenburg 32 DOELENSTG. HOUTSTRAAT NONNENST KLOKSTEEG RAPENBURG De twee achterste bouwdelen werden pas na aankoop van het perceel in 1645 door de drukker en uitgever Bonaventura Elsevier aan het geheel toegevoegd. Lange tijd vormde het pand één geheel met nummer 30 op de hoek. In de achttiende en negentiende eeuw was het pand in gebruik als boekhandel en kantoorruimte. Door diverse verbouwingen na de eeuwwisseling verloor het huis alle karakteristieke elementen die het nog had, behalve de twee achttiende-eeuwse, boven elkaar gelegen schouwen, versierd met guirlandes en lauwertakken van stucwerk. Het Rapenburg was vanwege de aanwezigheid van de universiteit aldaar lang een geliefde vestigingsplaats voor boekhandelaren, uitgeverijen en drukkerijen. Naast het pand op nummer 32, waren ook de nummers 30, 36 en 69b in de tweede helft van de zeventiende eeuw in het bezit van de Elzeviers (toen nog met een z ). In 1963 werd het interieur van Rapenburg 32 verder gemoderniseerd en geschikt gemaakt voor gebruik door de universiteit. Het pand hoort nu bij de Leiden University School of Management (LUSM) en heeft werk- en onderwijsruimten. Achttiende-eeuws stucwerk De lange, geknikte gang loopt tot aan het Gravensteen Aan het Rapenburg woonden en werkten diverse telgen van befaamde drukkersgeslachten. De Antwerpenaar Christoffel Plantijn was bijna drie jaar universiteitsdrukker ( ). In 1617 trad de eerste uit een reeks Elzeviers aan. Zij verzorgden bijna een eeuw (tot 1712) universitaire uitgaven van hoge kwaliteit. Het portret hierboven is van Mathieu. Daarna, in 1714, volgde Pieter van der Aa, die in 1730 plaats maakte voor de befaamde Luchtmans. Zijn bedrijf werd in 1848 overgenomen door Brill. 31

34 rapenburg Adres Rapenburg 38 Objectcode 0603 Oppervlakte 281 m 2 no Bouwjaar Architect Arent van s-gravensande Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu onderwijsgebouw Gebruiker Tot medio 2004 Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Departement Burgerlijk Recht. Vanaf 2005 Faculteit der Kunsten en gedeeltelijk ISIM Bijzonderheden Festoenen op de gevel, restant gevel van achterhuis met deurpartij, stucwerk schoorsteen en plafonds 32

35 rapenburg 38 BREESTRAAT SCHOOLSTEEG De drie afzonderlijke huizen Rapenburg vormen één compositorisch geheel en zijn ontworpen door Arent van s-gravensande, onder meer bekend van de Lakenhal en de Marekerk. Nummer 38 werd in opdracht van Gerard van Hoogeveen, Leids bestuurder, rond het midden van de zeventiende eeuw gebouwd en bestond oorspronkelijk uit een voor- en een achterhuis. Van het riante achterhuis, dat aan het Pieterskerkhof werd gebouwd, resteert nog slechts de onderste bouwlaag die fungeert als tuinmuur. DOELENGRACHT RAPENBURG PAPENGRACHT RAPENBURG Rapenburg 38 DOELENSTG. HOUTSTRAAT NONNENST KLOKSTEEG RAPENBURG Van s-gravensande hanteerde voor zijn gevels het liefst een combinatie van het Capra-geveltype en een detaillering volgens het voor die tijd in Holland zeldzame Palladiaanse schema, dat de Italiaanse architect Palladio al in de zestiende eeuw ontwikkelde. Hierbij is op een hoge onderbouw een pilasterorde over één of twee verdiepingen geplaatst. Het schema had als bijkomend voordeel dat de pilasters pas op de eerste verdieping werden toegepast, reden waarom geen toestemming van het stadsbestuur nodig was om de rooilijn te mogen overschrijden. De Palladiostijl werd in aangepaste vorm ook gebruikt door Van s-gravensande s opvolger Willem van der Helm, die onder meer het pand Rapenburg 6 ontwierp, eveneens bij de universiteit in gebruik. De bakstenen gevel van nummer 38 is rijkelijk versierd met festoenen en ionische kapitelen van zandsteen. Het interieur bleef minder goed bewaard, hetgeen deels te wijten is aan de verbouwing die in 1957 werd uitgevoerd om het pand geschikt te maken voor gebruik door de universiteit. Alleen de benedenkamer heeft nog achttiende-eeuws stucwerk. In het pand zijn de Faculteit der Kunsten en ISIM gevestigd. Arent van s-gravensande liet zich inspireren door zogenoemde ordeboeken, die nauwkeurig beschreven wat de laatste mode in de klassieke architectuur was en aan welke eisen een cultuur-correct ontwerp moest voldoen. De vertaalde verhandelingen van de Italiaanse renaissancearchitecten Andreo Palladio en Vincenzo Scamozzi waren in Leiden het meest invloedrijk. Achttiende-eeuws stucwerk Trappenhuis 33

36 hortus botanicus Adres Rapenburg 73a Objectcode 0201 (Wintertuin), 0202 (Oranjerie, vakwerkschuur), 0203 (plantenkassen), 0205 (bijgebouwen), (Hortus, tuin) Oppervlakte m 2 no (excl. terrein) waarvan 670 m 2 (Wintertuin), 354 m 2 (Oranjerie), 118 m 2 (vakwerkschuur), m 2 (plantenkassen) en 145 m 2 (bijgebouwen) Bouwjaar 1744 (Oranjerie, restauratie 2004), 1880 (vakwerkschuur, restauratie 2004), 1938 (kassen, restauratie 1968), 1939 (zaadhuis), 2000 (Wintertuin) Architect D. Marot (oranjerie), Architectenbureau H.J. Henket (wintertuin), plantenkassen singelzijde uit : Rijksgebouwendienst Hoofdlijnen tuinaanleg 1938: Jan Wils. Ontwerp huidige voortuin 1998: MTD Landschapsarchitecten Status Divers: deels monument, deels moderne bouw Functie De Hortus botanicus was vroeger de wetenschappelijke universiteitstuin, nu is de tuin ook open voor publiek Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen Bijzonderheden Victoria Amazonica 34

37 hortus botanicus DOELENSTG. KLOKSTEEG De universiteit kreeg na de stichting in 1575 al spoedig behoefte aan een botanische tuin ten behoeve van het medisch onderwijs. Na de komst, in 1593, van de beroemde plantkundige Carolus Clusius, legde hortulanus Dirck Outgaertsz Cluyt achter het Academiegebouw in snel tempo de Universiteyts Cruythoff aan, later omgedoopt tot Hortus botanicus. De Clusiustuin laat de oorspronkelijke opzet zien (pag. 38/ 39). In de zeventiende en achttiende eeuw groeide de tuin flink in omvang. Het enige nog bestaande gebouw uit deze tijd is de Oranjerie uit 1744 van architect Daniël Marot, een langwerpig bakstenen gebouw met een iets vooruitspringende middenpartij met hardstenen bekleding. Hierin worden s winters de subtropische kuipplanten ondergebracht. NEN SCHIE W I T T E S I NGEL NONNENSTG Rapenburg 73a RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN Begin negentiende eeuw, na de afbraak van de stadswal, vond de grootste terreinuitbreiding plaats. De hortus veranderde van een Frans geïnspireerde formele tuin in een op Engelse leest geschoeide landschapstuin. Halverwege de eeuw sneuvelde een flink deel ten behoeve van de bouw van een nieuwe sterrenwacht. De deels uit steen en deels uit hout opgetrokken vakwerkschuur naast de Oranjerie stamt uit Dit is een sober voorbeeld van de toentertijd populaire chalet-stijl. De loods is ingedeeld in vier ruimten, fungeert nu als werkplaats en berging en biedt ruimte voor catering- en bezoekersfaciliteiten voor de Oranjerie. Een deel van het kassencomplex dateert uit 1938 en het zogenoemde zaadhuis, nu in gebruik als administratie- en ontvangstruimte, uit Tegenwoordig bevat de hortus diverse tuintypes, zoals een varentuin, een kruidentuin en, sinds 1990, een Japanse tuin naar een ontwerp van M. Nakaruma en W. Kuitert. Het nieuwste gebouw (uit 2000) is de Wintertuin, een groot, transparant gebouw met een subtropische kas en een bezoekerscentrum. De loopbrug op negen meter hoogte biedt uitzicht op de boomtoppen. De Japanse tuin De prachtige Victoriakas uit 1872 is helaas afgebroken Victoria amazonica, de witte reuzenwaterlelie uit Brazilië, bloeide voor het eerst in de Leidse hortus in Sindsdien wordt deze publiekstrekker jaarlijks opnieuw als eenjarige plant opgekweekt om in de zomer s nachts tot bloei te komen: de eerste nacht wit, de tweede nacht roze. De bloei van de reuzenwaterlelie heeft haast mythische trekken gekregen. Elk jaar is het de vraag of de bloem zich in zijn volle schoonheid laat zien en of de kas dan opengaat voor publiek. 35

38 hwa hortus botanicus Oranjerie en vakwerkschuur (inzet) 36

39 Wintertuin 37

40 5e binnenvestgracht 7, 7a en 8 met clusiustuin 7 7a 8 Adres 5e Binnenvestgracht 7, 7a, 8 Objectcode 0204 (nr. 7, 7a), (Clusiustuin), 0207 (nr. 8) Oppervlakte 400 m 2 no (nr. 7/7a), 237 m 2 (nr. 8) Bouwjaar 7/7a: Tuin: 1932, reconstructie Architect 5e Binnenvestgracht onbekend. 7/7a: vermoedelijk Hendrik Jacobsz Staets Status 7: Rijksmonument, 7a/8: gemeentelijk monument Functie Oorspronkelijk Statencollege (theologische faculteit), nu woning hortulana, University Lodge Gebruiker 7: University Lodge 7a: woning Hortulana 8: kantoor staf Hortus botanicus 38

41 5e binnenvestgracht 7, 7a en 8 met clusiustuin DOELENSTG. NONNENSTG KLOKSTEEG RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. De Clusiustuin zou eigenlijk Clutiustuin moeten heten: Clusius gezondheid was zwak en daarom werd de Delftse apotheker en plantenkenner Dirck Outgaertsz Cluyt aangetrokken om onder Clusius de Universiteyts Cruythoff aan te leggen. Deze tuin was onder meer bedoeld ter ondersteuning van het medisch onderwijs waar Cluyt ook een taak in kreeg; Clusius hoefde geen onderwijs te geven. Cluyt, die zich Clutius noemde, nam de aanleg van de tuin met grote voortvarendheid ter hand en klaarde de klus in 1594 in vier maanden. De oorspronkelijke opzet verdween bij de latere uitbreidingen. In 1932 vonden de toenmalige directeur Lourens Baas Becking en de hortulanus een inventaris met plattegrond van de oorspronkelijk door Cluyt aangelegde Universiteyts Cruythoff uit Ze besloten op grond hiervan de oorspronkelijke tuin te reconstrueren. Hiertoe werd een terrein naast het oude Statencollege aan de 5e Binnenvestgracht aangewezen, aangezien op de oorspronkelijke locatie van de tuin achter het Academiegebouw, bomen waren geplant. De nieuwe locatie was echter eigenlijk te klein, reden waarom de reconstructie op tweederde grootte van het origineel werd uitgevoerd. Welke planten precies bedoeld werden in de inventarislijst was niet altijd even duidelijk. In de loop van de tijd bleek circa veertig procent van de namen verkeerd te zijn geïnterpreteerd. In 1974 werden in een Poolse bibliotheek een aantal aquarellen herontdekt, die als voorbeeld waren gebruikt voor houtsneden voor de boeken van Clusius. Zo kon in 1990 een veel betrouwbaarder reconstructie worden gemaakt. Hek- en klimwerken, steunstokken en het paviljoen werden opgetrokken naar zestiende-eeuws model. Het gebouw dat sinds 1936 fungeert als hortulanuswoning, 5e Binnenvestgracht 7a, maakte deel uit van het voormalige Statencollege, het oude Collegium Theologicum waar theologiestudenten intern werden gehuisvest. Mogelijk is de Amsterdamse stadsmetselaar Hendrik Jacobsz Staets de ontwerper van dit gebouw uit het begin van de zeventiende eeuw. NEN SCHIE W I T T E S I NGE L STERREWACHTLAAN 5e Binnenvestgracht 7, 7a, 8 De hortulanus van Clusius, de Delftenaar Dirck Outgaertszoon Cluyt, was naast apotheker en plantenkenner een autoriteit op het gebied van bijenteelt. Hij wijdde er een boekje aan: Over de Byen. In een uitgave uit 1618 hiervan is een vignet te vinden met een afbeelding die in de Clusiustuin tot leven is gekomen: een bijenstal met echte strooien bijenkorven, en het opschrift godt voet alle creaturen. Nummer 7 doet nu dienst als University Lodge (gastverblijf) Clusiustuin met zicht op de dienstwoning van de hortulana 39

42 sterrewacht en twee observatoria Adres Sterrewachtlaan 5-9 Objectcode 0304 (Sterrewacht), 0305 (twee koepels), 0306 (terrein) Oppervlakte m 2 no (Sterrewacht), 128 m 2 no (twee koepels) Bouwjaar 1868 Architect H.F.G.N. Camps Status Rijksmonument Functie Onderwijs- en onderzoeksgebouw en amateurastronomie Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen 40

43 sterrewacht en twee observatoria DOELENSTG. NONNENSTG KLOKSTEEG RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. Van 1632 tot 1868 was op het Academiegebouw aan het Rapenburg een van de oudste Europese observatoria gevestigd. Frederik Kaiser, die in 1837 tot observator en later tot directeur werd benoemd, streed jarenlang voor een nieuwe sterrenwacht, uiteindelijk met succes. In 1868 kwam aan de Witte Singel de nieuwe Sterrewacht gereed. Die bestond uit een centraal koepelgebouw met twee vleugels, geïnspireerd op de sterrenwacht van Sint Petersburg. Bijna de helft van de Hortus botanicus moest ervoor wijken. Er is later kritiek geweest op de enorme investering maar mede dankzij de nieuwe Sterrewacht steeg het Leidse sterrenkundige onderzoek tot grote hoogte. Op het dak van het centrale bouwdeel werden een grote en een kleine observatiekoepel aangebracht. De kleine werd twee keer vernieuwd (in 1875 en rond 1930), de grote in In 1922 werden twee nieuwe koepels geplaatst. In 1878 werd de vrijstaande Heliometertoren, van waaruit metingen aan de hemel werden gedaan, aan de Sterrewacht toegevoegd. Het ontwerp voor de 12,5 meter hoge toren is van de befaamde negentiende-eeuwse bouwmeester P.J.H. Cuypers ( ) en is het enige gebouw van zijn hand in Leiden. Delen van de Sterrewacht werden tussen 1868 en 1924 regelmatig verbouwd en uitgebreid te behoeve van de diverse bewoners: het gebouw bood onderdak aan de directeur, de custodes en de observatoren maar ook huisde de Dienst voor de Verificatie van s Rijks Zee-instrumenten er vanaf 1872 enige tijd. Op het terrein zijn andere bouwwerken opgetrokken die ook weer werden afgebroken. In 1971 verhuisde de Sterrewacht naar het Huygenslaboratorium en kwamen de gebouwen in gebruik bij het Instituut Biologie Leiden van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen. Nu wordt bekeken of de Hortus botanicus en het Sterrewachtterrein weer één geheel kunnen worden. Verder wordt overwogen de Sterrewacht zelf te verbouwen tot studiecentrum, gastenverblijf en sterrenkundig bezoekerscentrum. NEN SCHIEKADE WITT E S I N G E L STERREWACHTLAAN Sterrewachtlaan 5-9 De vleugels van het Sterrewachtgebouw zijn oost-west gericht. Dit ten behoeve van de zogenoemde mediaanmetingen die voor het observeren van het heelal en de sterren zeer belangrijk zijn: aan de hand van de medianen wordt de stand van hemellichamen bepaald, evenals de banen waarlangs ze zich bewegen. De voorgevel van de Sterrewacht bevindt zich aan de noordzijde. De Heliometertoren is nu begroeid met klimop Vroeg-negentiende-eeuwse sterrenwacht op het dak van het Academiegebouw (links) 41

44 42 Sterrewacht

45 Van der Klaauw Laboratorium 43

46 van der klaauw laboratorium en sterrewachtlaan 1-4 Adres Kaiserstraat 63 en Sterrewachtlaan 1-4 Objectcode 0301, 0302 en 0303 Oppervlakte m 2 no, verdeeld over toren- en singelgebouw, 312 m 2 no (Sterrewachtlaan 1-3) en 785 m 2 no (Sterrewachtlaan 4) Bouwjaar Ca (torengebouw) en ca (singelgebouw) Architect Ir. G. Friedhoff (torengebouw) en Van Oerle en Schrama (singelgebouw) Status Het poortgebouw aan de Sterrewachtlaan 1 is een gemeentelijk monument Functie Onderwijs-, onderzoeks- en laboratoriumgebouw Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen 44

47 S I N G E L van der klaauw laboratorium en sterrewachtlaan 1-4 WITT E NONNENSTG RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN De tegenwoordige oprijlaan van de Sterrewacht deed vanaf 1876 jarenlang dienst als locatie voor het Theatrum Zoologicum en Zoötomisch Laboratorium het dierkundig laboratorium dat als enige onderdeel van een veel omvangrijker ontwerp van rijksbouwmeester J.F. Metzelaar uitgevoerd werd en al snel te klein bleek. De huidige biologische laboratoria aan de Kaiserstraat en de Sterrewachtlaan zijn ondergebracht in een markant torengebouw van zes bouwlagen dat in Leiden bekend staat als de wolkenkrabber aan de Kaiserstraat. Aan de Witte Singel ligt een lagere vleugel met de college- en practicumzalen, oorspronkelijk bedoeld als tijdelijke huisvesting maar biologie is er toch nog lange tijd gebleven. Aan de Sterrewachtlaan zelf zijn nog enkele afdelingen ondergebracht in lage bijgebouwen. Op de hoek Kaiserstraat-Sterrewachtlaan ligt het landelijke poortgebouw (Sterrewachtlaan 1) dat uit het begin van de twintigste eeuw dateert. Het 40 meter hoge rechthoekige torengebouw, dat een 28 meter hoog betonnen skelet heeft en geheel bekleed is met rode baksteen, maakt een gesloten indruk. Op de hoeken zijn zware muurdammen aangebracht over de hele hoogte van het gebouw. Een gelijkvormige maar kleinere bekroning is op de torenromp geplaatst, omgeven door een glasrand voor directe belichting van de bovenste verdieping. In tegenstelling tot de gesloten architectuur van het torengebouw, is bij het singelgebouw met een staal- en glasconstructie enige transparantie bereikt. Al sinds 1976 zijn de afdelingen van biologie verspreid gehuisvest en in die zin een zorg van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen; het streven is in de nabije toekomst alle exacte opleidingen (inclusief biologie) samen te brengen in de Leeuwenhoek. Sterrewachtlaan 1-3 Kaiserstraat 63 N EN SCHIEKADE HUGO DE GROOTSTRAAT Kaiserstraat 63 en Sterrewachtlaan 1-4 Het leven van de schrijver Maarten t Hart is onlosmakelijk verbonden met het Van der Klaauwlaboratorium. t Hart studeerde biologie in Leiden en was lange tijd tot hij van het schrijven kon leven als etholoog (dierengedragskundige) aan de Leidse universiteit verbonden. In t Harts autobiografie Het roer kan nog zes maal om (1984) en andere boeken van zijn hand, is veel terug te vinden over zijn studententijd, zijn professoren en zijn collega s. 45

48 plexus en regens collegii Adres Plexus: Kaiserstraat 25, Regens Collegii: Kaiserstraat 13 Objectcode Plexus Regens Collegii 0402 Oppervlakte m 2 no (Plexus), 153 m 2 no (Regens Collegii) Bouwjaar Plexus 1973, Regens Collegii 1807 Architect Plexus: Architectenbureau H. Kroneman B.V., renovatie Plexus (2001): Dirk Jan Postel (Kraaijvanger Urbis) De inrichting is verzorgd door Hoek & De Wit Architecten Renovatie Regens Collegii (2004): Hoek & De Wit Architecten Status Het Regens Collegii is een rijksmonument Functie Plexus is studentencentrum Regens Collegii wordt gebruikt als kantoorgebouw alsmede als locatie voor bijeenkomsten en ontvangsten Gebruiker Plexus: studentenorganisaties, Universiteitswinkel, Plex-fit, studentenvoorzieningen Regens Collegii: Mare en Ufb (ontvangstlocatie) 46

49 S plexus en regens collegii NONNENSTG RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. Aan de Kaiserstraat nummer 13 en 25 liggen naast elkaar de gebouwen Regens Collegii en Plexus. Oorspronkelijk was dit de Cellebroersgracht. Ooit stond hier het Cellebroersklooster dat de Staten eind 1589 huurden en verbouwden voor onderwijs aan en huisvesting van armlastige theologiestudenten (bursalen): het Staten College. Ook de staf woonde in het complex, dat liep tot aan de 5e Binnenvestgracht. Het Staten College was officieel geen onderdeel van de universiteit, maar de banden waren nauw. Op zeker moment werd bij het complex een manege gebouwd ten behoeve van studenten die een toekomst in Indië tegemoet gingen; daar verplaatste men zich het makkelijkste per paard. Aan het eind van de zeventiende eeuw hield het Staten College op te bestaan en het complex verviel. Het enige dat nog rest is de huidige hortulaniswoning: 5e Binnenvestgracht 7a. Op gezag van koning Lodewijk Napoleon werd op het perceel in 1807 een militaire rij- en veeartsenijschool gevestigd. De manege (met bak ) heeft bestaan tot eind jaren zestig van de vorige eeuw en was inmiddels geëvolueerd tot een sportvoorziening voor studenten. Het Regens Collegii was het woonhuis bij de manege. In 2005 is het gerenoveerd en in gebruik genomen door universiteitskrant Mare en als locatie voor bijeenkomsten en ontvangsten. Studentencentrum Plexus was tot de verbouwing in 2001 de centrale studentenmensa De Bak, waarvoor de belangstelling sterk terugliep. De Bak was weer het resultaat van een ingrijpende verbouwing, gereed in 1973, van matrassenfabriek De Beuth. Het oorspronkelijke plan was om in het gebouw ook nog het zogenoemde Groot Prytaneum (een vergadercomplex) onder te brengen maar dit werd te duur. De eerste ideeën voor een studentencentrum voor en door studenten ontstonden in 1996.Op 8 februari 2002 werd Plexus geopend. Plexus is Latijn voor zenuwknoop: een verzamelpunt en een ontmoetingsplek. Plexus herbergt nu ruim tien studentenorganisaties, een aantal universitaire studentenvoorzieningen, de Universiteitswinkel, studieplekken met en zonder computers, vergaderruimtes, een fitnessvoorziening en een restaurant. De stijl van het interieur is modern industrieel: strak met als tegenwicht felle kleuraccenten. De Cockpitzaal De manegepoort en het Regens Collegii N EN SCHIEKADE WITT E I N G E L STERREWACHTLAAN HUGO DE GROOTSTRAAT Plexus, Kaiserstraat 25 Regens Collegii, Kaiserstraat 13 In 1594 sloegen studenten én bursalen op tilt na maatregelen om hun losgeslagen gedrag in te perken. De bursalen van het Staten College, waar een wel zeer strikt regime heerste, verstoorden colleges, maakten spotliederen op de leiding, smeten met eten en gooiden ruiten in. Toen de bursaal Daniël Alting hiervoor op 20 oktober lijfelijk getuchtigd werd door schaftmeester Bredius en twee gerechtsdienaren, werd een van deze dienaren, Claes Boon, door een studentenmeute gedood. 47

50 Van Eyckhof- Van Wijkplaats Universiteitsbibliotheek Matthias de Vrieshof Lipsius Reuvensplaats Doelensteeg Arsenaal 48

51 witte singel/ doelen-complex WITT E S I N G E L DOELENGRACHT DOELENSTG. EG Doelencomplex: Lipsius Johan Huizinga Reuvensplaats Arsenaal MALIEBAAN RIJN EN SCHIEKADE RIJ Witte Singelcomplex: Universiteitsbibliotheek Van Eyckhof -Van Wijkplaats Matthias de Vrieshof 49

52 lipsius Adres Cleveringaplaats 1 Objectcode 0901 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar 1982 Architect H.P. Ahrens, E. Kleijer & A.H. Baller. Renovatie hal en restaurant (2003/2004): Hoek & De Wit Architecten Functie Restaurant, collegezalen, theater, galerie, computerruimtes, copy & printshop, kantoorruimte e.d. Gebruiker Faculteit der Letteren, LAK Bijzonderheden Multifunctionele theaterruimte 50

53 lipsius WITT E S I N G E L DOELENGRACHT DOELENSTG. EG Door zijn omvang, hoogte, ligging en functies is het uit 1983 stammende Lipsiusgebouw het hart van de letterenfaculteit. Het staat op het terrein waar tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw de Doelenstraat was. Het langwerpige gebouw heeft drie bouwlagen (kelder en dakopbouwen niet meegerekend). Per bouwlaag springen de gevels terug. De betonnen wanden zijn aan de buitenzijde grotendeels afgedekt met witte stalen profielplaten, met daarover verzinkte stalen roosters, behalve op de begane grond aan de singelzijde. Daar is baksteen toegepast. Aan de binnenzijde is het beton zichtbaar gelaten. MALIEBAAN RIJN EN SCHIEKADE RIJ Cleveringaplaats 1 De ontmoetingsfunctie komt tot uitdrukking in de binnenstraat die zich uitstrekt over de hele lengte van het gebouw. Vanaf de verdiepingen kijk je neer in de straat. De zijstraten voeren naar de trappenhuizen en liften. Op de begane grond liggen het LAK-theater, een café, een koffieruimte en een restaurant dat in de zomer van 2004 grondig werd vernieuwd. Verder liggen hier enkele grote, oplopende hoorcollegezalen. Op de hogere verdiepingen zijn kleinere collegezalen, talenpractica, computerruimtes en toneel- en muziekateliers gesitueerd. Ook zijn de centrale diensten van de letterenfaculteit (waarvan ook de faculteiten Wijsbegeerte, Archeologie en Godgeleerdheid gebruik maken) er gehuisvest. Het theater was in 1983, met voorzieningen als een flexibel stoelenplan, luchtbruggen en geavanceerd licht en geluid, hypermodern. Nog steeds heeft de intieme zaal een uitstekende naam onder artiesten. Het LAK staat sinds 1975 ook open voor bezoekers van buiten de universiteit. Het speelt nu een belangrijke rol als schakel tussen universiteit en stad. Het gebouw heet pas sinds 2004 Lipsius, naar de bekende humanist Justus Lipsius (Joost Lips, ). Deze was van 1578 tot 1591 aan de Universiteit Leiden verbonden. Hij maakte tekstedities van Tacitus en Seneca die destijds onbetwist waren. Verder schreef hij boeken over allerlei aspecten van de Klassieke Oudheid en later filosofische werken. Op de eerste bouwtekeningen lag het gebouw 90 gedraaid. De binnenstraat was bedoeld om de binnenstad met de UB te verbinden. Doordat de positionering van het gebouw niet in overeenstemming bleek met de overige plannen voor het Doelenterrein, moest het een kwartslag worden gedraaid. De binnenstraat ligt nu evenwijdig aan de Witte Singel. Het LAK-theater Het restaurant 51

54 johan huizinga Adres Doelensteeg 16 Objectcode 0902 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar Architect Hans Bosch Functie Onderwijs- en onderzoekgebouw Gebruiker Faculteit der Letteren 52

55 johan huizinga W I T TE SI N G E L DOELENGRACHT EG DOELENSTG. Vanuit diverse locaties in de stad verhuisden in 1983 de Leidse kunsthistorici, historici en classici naar hun nieuw gebouwde onderkomen, het Johan Huizinga aan de Doelensteeg. Het gebouw is wel een hoogtepunt van onopvallendheid genoemd, maar dat was ook de bedoeling: dat het zich niet mocht opdringen maar zich bescheiden in de omgeving moest voegen, was een expliciete eis bij het ontwerp. Door de vlakke gevels, de lichte kleur van de baksteen waaruit het is opgetrokken, en de geringe hoogte stelt het zich inderdaad bescheiden op tegenover de aangrenzende historische bebouwing en het blok woningen aan de overzijde van de steeg. MALIEBAAN RIJN EN SCHIEKADE RIJ Doelensteeg 16 Het drie bouwlagen tellende complex is gebouwd in carrévorm om een open binnenhof. Deze wordt aan drie zijden begrensd door een glazen omgang, waarlangs aan de buitenzijde op de begane grond de grotere ruimten, zoals college- en studiezalen en administraties zijn gevestigd. Het gebouw herbergt tevens de deels open en deels gesloten vakgroepbibliotheken van kunstgeschiedenis en geschiedenis, die recentelijk zijn samengevoegd in dezelfde ruimte. De verdiepingen bevatten hoofdzakelijk de ruim honderd werkkamers van de medewerkers van de opleidingen. Op de bovenste verdieping bevindt zich een koffiekamer waar, ondanks protesten van de gebruikers, de koffiejuffrouw inmiddels plaats heeft moeten maken voor een rijtje automaten. Johan Huizing ( ) is de grootste Nederlandse cultuurhistoricus aller tijden. Hij was hoogleraar geschiedenis en politische aardrijkskunde aan de Leidse universiteit en enige tijd rector magnificus. Zijn Herfsttij der Middeleeuwen over de Bourgondische Nederlanden en Frankrijk en Homo ludens zijn in meer dan twintig talen vertaald. Huizinga was niet alleen inhoudelijk maar ook stilistisch magistraal. Hij hield er ethisch hoogstaande principes op na. Zo stuurde hij in de oorlog iemand van de universiteit die een antisemitische brochure had geschreven, hetgeen hem op een verblijf in het gijzelaarskamp in Sint Michielsgestel kwam te staan. In het kader van de 1%-regeling voor beeldende kunst aan of in rijksgebouwen kreeg Cornelius Rogge de opdracht voor een kunstwerk op de binnenplaats. De meningen over de stalen pyramide die het geworden is, zijn verdeeld, maar in elk geval vormt hij een geliefde achtergrond bij het maken van foto s. Het trappenhuis De glazen omgang 53

56 reuvensplaats Adres Reuvensplaats 2-4 Objectcode 0903 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar 1982 Architect Tjeerd Dijkstra (B.V. Architektengroep V.D.L.) Functie Onderwijs- en onderzoekgebouw Gebruiker Faculteit der Archeologie, KITLV 54

57 reuvensplaats WITT E S I N G E L DOELENGRACHT DOELENSTG. EG De grondvorm van dit in grijze steen uitgevoerde gebouw is een carré om een binnenplaats, waarvan één van de kwadranten ontbreekt. Op die plaats is een rustplaats met zandbak opgenomen. De zandbak wordt omsloten door een heg, bomen en een begroeide pergola. Het idee hierachter is een normaal stedelijk gebruik van het openbare gebied rondom de universiteitsgebouwen te bevorderen. Het gebouw heeft drie bouwlagen en een kap. De draagconstructie is uitgevoerd in prefab beton, de hellende daken zijn gevat in een lichte houtconstructie. MALIEBAAN RIJN EN SCHIEKADE RIJ Reuvensplaats 2-4 Op de begane grond zijn de administratie van de Faculteit der Archeologie, kleine collegeruimtes, de bibliotheek en de studiezalen te vinden. Op de verdiepingen, die volledig vrij indeelbaar zijn gemaakt, hebben de medewerkers elk een eigen werkkamer. Door vides te maken in de vloer van de tweede verdieping, is op de eerste verdieping ruimte ontstaan voor vergaderingen en besprekingen. De toegangen naar de gebruikers van het gebouw, waaronder ook het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land-en Volkenkunde (KITLV), liggen aan de binnenhof. Aan de binnenplaatszijde van het gebouw is een tijdbalk te zien die betrekking heeft op alle periodes waar de Leidse archeologie zich op richt. Het was een cadeau aan prof.dr. L.P. Louwe Kooijmans vanwege zijn verdiensten als bestuurder, toen hij in 2003 afscheid nam van het decanaat van de faculteit. Dat had twintig jaar geduurd. De tijdbalk werd getekend door Medy Oberendorff, tekenares van de faculteit, en op het gebouw aangebracht door Kunst & Co. De tijdbalk op de gevel van het binnenterrein De schervenzaal Bij de aanvang van de bouw van het nieuwe Archeologisch Centrum bracht rector magnificus prof.dr. A.A.H. Kassenaar een ritueel bouwoffer ter voorkoming van rampspoed, volgens zeer oud gebruik. Het offer bestond uit een pot, gemaakt van scherven uit alle periodes waar de Leidse archeologie zich op richt, gevuld met onder meer een Inca-knopentouw, een kleitablet en een godinnenbeeld. De pot is ingegraven in het betonnen fundament voor de ingang. 55

58 arsenaal Adres Arsenaalstraat 1 Objectcode 0904 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar 1808, 1819, Architect Salomon van der Paauw (1819), Tj. Dijkstra ( ) Functie Oorspronkelijk arsenaal, nu onderwijsgebouw opleidingen Chinees, Japans en Koreaans Gebruiker Faculteit der Letteren 56

59 arsenaal Begin negentiende eeuw werden flink méér legeronderdelen in de Leidse St.-Jorisdoelen gestationeerd. Indirecte aanleiding was de ontploffing van een kruitschip in het centrum van Leiden, in Koning Lodewijk Napoleon kwam dezelfde nacht nog kijken en beloofde hulp bij de wederopbouw. Die hulp bestond onder meer uit de legering van een toenemend aantal militairen. De St.-Jorispoort, nu de Doelenpoort geheten, is het enige overblijfsel van de in 1821 ten gunste van de Doelenkazerne afgebroken St.-Jorisdoelen. Het is een ontwerp uit 1645 van stadsarchitect Arent van s Gravenzande. Toen in het huidige wijkje de straatnamen werden toegekend, werd de overzijde van de Doelengracht abusievelijk Sebastiaansdoelen genoemd. Dit had St.-Jorisdoelen moeten zijn. WITTE S I N G E L MALIEBAAN RIJN EN SCHIEKADE RIJ Arsenaalstraat 1 DOELENGRACHT DOELENSTG. EG Aan de Groenhazengracht verrees in 1818 een groot kazernegebouw, het oostelijke deel van het huidige Arsenaal (een arsenaal is een opslagplaats voor oorlogsmaterieel). Het bestond uit twee bouwlagen, in carrévorm om een open binnenplaats gebouwd en zoals gebruikelijk in die tijd, opgetrokken uit massieve dragende metselwerkgevels. In 1850 werd er een bijna even groot complex tegenaan gebouwd. De huisvestingscapaciteit op het terrein steeg daarmee tot 558 manschappen, 537 paarden, 9 officieren en 3 wasvrouwen. De Doelenkazerne werd pas in de jaren zeventig van de vorige eeuw gesloten. Bij de herinrichting van het terrein begin jaren tachtig, werd besloten het Arsenaal als markant stedelijk object te handhaven. De binnenplaats van de oudste, oostelijke carré werd dichtgebouwd om plaats te bieden aan de bibliotheek van de opleidingen Japans, Chinees en Koreaans. In de ring van de westelijke carré werden de werkkamers en collegezalen gevestigd. De binnenplaats werd gehandhaafd maar overdekt met een deels transparante overkapping. Daarbij is gebruik gemaakt van een gelijmde houtconstructie waarvan de dakondersteuningen in één punt op de grond samenkomen. Zo is een sfeervol overdekt terras ontstaan. Op de eerste verdieping van de oostelijke vleugel is ten behoeve van de opslag van bibliotheekboeken, medio jaren negentig tussen de zolders een compleet nieuwe tweede verdieping gebouwd. Deze doet dienst als extra opslagruimte voor de Chinese bibliotheek van het Sinologisch Instituut. Een afbeelding uit ± 1900 van de Doelenpoort, te vinden aan het begin van de Sebastiaansdoelen, met soldaten uit die tijd. De naam Doelen komt ook voor in andere steden zoals Amsterdam, Rotterdam, Delft en Haarlem. De oorspronkelijke betekenis was: oefenplaats voor de schutterij, de stadsverdedigingsorganisatie bestaande uit vrijwilligers. Later was het de benaming voor een gewone legerplaats. De bibliotheek van de vakgroep Chinees Altaar van de Chinese godin Mazu 57

60 universiteitsbibliotheek Adres Witte Singel Objectcode 1002 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar 1984 Architect Bart van Kasteel (Architectenbureau Bart van Kasteel B.V.) Functie Bibliotheek, studiezalen Gebruiker Universiteitsbibliotheek 58

61 universiteitsbibliotheek G WITT E S I N G E L DOELENGRACHT EG DOELENSTG. De Universiteitsbibliotheek (UB) is opgebouwd uit dezelfde stramienmaat van 7,2 x 7,2 m die is toegepast bij de aangrenzende complexen. Het gebouw is 12 traveeën à 7.20 m lang en 9 traveeën breed. Het is opgebouwd uit vlakke plaatvloeren die rusten op paddestoelvormige kolommen. De gesloten delen van de buitenmuren zijn opgebouwd in hetzelfde metselwerk als dat van de belendende gebouwen en de bestrating. MALIEBAAN RIJN EN SCHIEKADE RIJ Witte Singel De UB sluit goed aan bij de bebouwing aan weerszijden maar het afwijkend materiaalgebruik in de hogere bouwlagen, de kantelen en de grote lichtkoepels bepalen het eigen karakter van het gebouw. Deze lichtkoepels, waarvoor de architect zich volgens eigen zeggen heeft laten inspireren door de kassen in de Hortus, overkappen de centrale hal en de omliggende vides. De koepels met hun gebogen dakruiten veroorzaakten door de nieuw toegepaste maar nog niet helemaal uitontwikkelde techniek de eerste jaren veel lekkages; in de jaren negentig zijn ze dan ook vervangen. Het gebouw mocht niet te hoog worden ten opzichte van de omliggende gebouwen. Om toch voldoende ruimte te creëren heeft het daarom twee kelderverdiepingen gekregen waar studieruimtes zijn gemaakt en bergingen voor boeken. Op de begane grond zijn de kantine, de uitleenafdeling en de catalogi te vinden; op de eerste verdieping liggen de studiezalen van de diverse faculteiten. Op de tweede verdieping bevinden zich de bijzondere studiezalen voor de oosterse en westerse handschriften waar deze bibliotheek befaamd om is. Een paddestoelvormige kolom in een van de studiezalen Hal met lichtkoepel De bibliotheek van de Universiteit Leiden ging in 1587 van start in de gewelfkamer van het Academiegebouw. Willem van Oranje schonk in 1575 het eerste boek aan de universiteit: de door Christoffel Plantijn gedrukte Polyglotbijbel in acht imposante banden. Sindsdien hebben talrijke verzamelaars de bibliotheek bedacht met schenkingen of legaten. Daarnaast verwierf de bibliotheek tal van collecties. De collectie omvat nu 2,5 miljoen boeken en handschriften. 59

62 van eyckhof-van wijkplaats en matthias de vrieshof Adres P.N. van Eyckhof 1-4, Van Wijkplaats 2-4 en Matthias de Vrieshof 1-4 Objectcode 1001 (P.N. van Eyckhof-Van Wijkplaats), 1003 (Matthias de Vrieshof), 1004 (Maliebaangarage) Oppervlakte PN. van Eyckhof-Van Wijkplaats: m 2 no; Matthias de Vrieshof: m 2 no Bouwjaar 1981 Architect Joop van Stigt (Architect B.N.A. J. van Stigt) Functie Werkkamers medewerkers, collegeruimten Gebruiker Faculteit der Letteren, Faculteit der Godgeleerdheid, Faculteit der Wijsbegeerte, INL en NINO 60

63 van eyckhof- van wijkplaats en matthias de vrieshof WITT E S I N G E L MALIEBAAN DOELENGRACHT DOEL ENSTG. EG In deze gebouwen aan weerszijden van de Universiteitsbibliotheek zijn de talen en culturen van Letteren, de Faculteiten der Godgeleerheid en Wijsbegeerte en enkele instituten gehuisvest. De plattegrond van het zuidelijk cluster wordt gevormd door twee carré s om een binnenplaats, die elkaar in één kwadrant overlappen. De zeven kwadranten zijn elk op hun beurt eveneens opgebouwd uit twee in elkaar geschoven vierkanten en zijn, behalve aan de oostkant, op de begane grond van elkaar gescheiden door doorgangen en op de hogere verdiepingen verbonden door loopbruggen. De opzet van het noordelijke cluster is eveneens gebaseerd op kwadranten. Opvallend aan het complex is dat het veel niet-prominente ingangen heeft. Deze architectuur paste in de heersende filosofie van eind jaren zeventig: het Witte Singelcomplex moest deel uitmaken van het stadsweefsel. Het sloot aan op, en moest vergelijkbaar zijn met een oude stadswijk. Vandaar dat het op veel plekken betreedbaar en geheel doorkruisbaar werd gemaakt. Door dit concept ontstond echter overlast van zwervers en verslaafden. De basisfilosofie is nog steeds herkenbaar maar de meeste toegangsdeuren zijn inmiddels afgesloten. Het donkere interieur past in dezelfde tijd maar doet nu somber aan. Als constructieve elementen heeft het complex paddestoelvormige kolommen, die deels in het zicht zijn gelaten. De combinatie met de rode baksteen waaruit de gevel is opgetrokken, bepaalt het karakteristieke aanzien. De gebouwen hebben twee, drie of vier bouwlagen onder platte daken die worden gedragen door in de gevel steunende lichte houten kapconstructies. Onder de gebouwen liggen parkeergarages en fietskelders. De hoofdstramienmaat van 7,20 x 7,20 meter is op verschillende manieren, naar behoefte, in te delen. RIJN EN SCHIEKADE RIJ Van Eyckhof-Van Wijkplaats en Matthias de Vrieshof De stramienmaat van 7,20 x 7,20 meter, ook gehanteerd in de tussenliggende Universiteitsbibliotheek, is willekeurig gekozen: het is de kleinste parkeermaat voor drie auto s. De architecten konden geen andere referentie bedenken, ze waren allemaal even goed én even slecht. Boeken passen overal. Matthias de Vrieshof Donker interieur uit de jaren zeventig 61

64 witte singel 103 Adres Witte Singel 103 Objectcode 5011 Oppervlakte 345 m 2 no, verdeeld over drie bouwlagen Bouwjaar Omstreeks 1850; zolderverdieping en interieur verbouwd in de tweede helft van de twintigste eeuw Architect Onbekend Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu faculteitsgebouw Gebruiker Faculteit der Rechtsgeleerdheid tot september

65 witte singel 103 Het E.M. Meijers Instituut werd in 1997 ingesteld als (internationale) onderzoekschool van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Het pand, uit ongeveer 1850, waarin het instituut tot de verhuizing naar het Kamerlingh Onnes Gebouw domicilie hield, is gelegen aan de Witte Singel en was oorspronkelijk in gebruik als woonhuis van welgestelde particulieren. Het vrijstaande gebouw met riante tuin aan de achterzijde heeft een rechthoekige plattegrond en bestaat uit twee bouwlagen en zolder onder een schilddak. Aan de achterzijde is de kap recentelijk uitgebouwd. HUGO DE GROOTSTRAAT JAN VAN GOYENKADE DOEZASTRAAT BOISOTKADE W I T T E S I N G E L Witte Singel 103 JAN VAN HOUTKADE HERENSTRAAT Z O E T E R W O U D S Aan de singel staat de symmetrische lijstgevel met een sobere neoclassicistische opzet. De voor- en zijgevels, inclusief de plintzone, zijn gepleisterd en van imitatievoegwerk voorzien. In de voorgevel ligt centraal de verhoogde entree, toegankelijk via een trap van hardsteen, geflankeerd door twee maal twee schuifvensters op de begane grond en vijf schuifvensters op de eerste verdieping. Tussen de begane grond en de eerste verdieping is ter decoratie een profiellijst aangebracht die om het hele gebouw loopt. De gevels worden aan weerszijden afgesloten door hoeklisenen, versierd met blokken op de begane grond en panelen op de eerste verdieping. Inwendig is het pand aangepast aan de kantoorfunctie, maar de oorspronkelijke opzet is nog te herkennen. Ook zijn enkele details, onder meer de imposante trap en de serre aan de achterzijde, bewaard gebleven. Het pand is in 2005 afgestoten. E.M. Meijers was tot aan zijn dood in 1954 hoogleraar rechtsgeleerdheid aan de Leidse universiteit. Met zijn erkend superieur intellect heeft hij veel invloed uitgeoefend op het moderne rechtsleven in Nederland. Op sociaal vlak wijdde Meijers zijn krachten onder meer aan het nog bestaande Het Leidse Volkshuis, een vroege volksuniversiteit. Het negentiende-eeuwse trappenhuis Zicht op de serre vanuit de riante tuin 63

66 kamerlingh onnes gebouw Adres Steenschuur 25 Objectcode 0701 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar 1856, renovatie 2004 Architect H.F.G.N. Camp, renovatie H. Ruijssenaars/De Architectengroep Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk laboratorium, met ingang van 2004 faculteitsgebouw Gebruiker M.i.v Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bijzonderheden Oude collegezaal, de koudste plek op aarde 64

67 kamerlingh onnes gebouw LANGEBRUG BREESTRAAT BOTERMARKT Op de zogenoemde Kleine Ruïne ontstaan in 1807 na de ramp met het kruitschip werd na lang aandringen van de betrokken hoogleraren in 1856 begonnen met de bouw van het Physisch, Chemisch en Anatomisch Laboratorium naar ontwerp van de architect des konings H.F.G.N. Camp. Het werd in de loop van anderhalve eeuw organisch uitgebreid; het oudste deel ligt aan de Steenschuurzijde, het jongste, uit het midden van de vorige eeuw, grenst aan de Zonneveldstraat. Het laboratorium werd later genoemd naar de beroemde natuurkundige Heike Kamerlingh Onnes ( ), die vanaf 1882 hoogleraar was in Leiden. Samen met zijn collega en vriend, de theoretisch natuurkundige Lorentz ( ), bouwde Kamerlingh Onnes het laboratorium uit tot een van de meest geavanceerde van Europa. In 1913 kreeg Kamerlingh Onnes de Nobelprijs voor natuurkunde. De natuurkundigen zijn inmiddels verhuisd naar het Huygens Laboratorium en het Oortgebouw in de Leeuwenhoek. Het monumentale Kamerlingh Onnes Laboratorium met zijn roemrijke verleden heeft een academische bestemming gehouden: het is in 2004 gerestaureerd, verbouwd en gedeeltelijk opnieuw opgetrokken en biedt nu onderdak aan de gehele rechtenfaculteit. Deze was tot voor kort verspreid over het centrum gehuisvest. De neoclassicistische voorgevel van het pand, nu Kamerlingh Onnes Gebouw geheten, is gerestaureerd en de hoofdentree is erin teruggebracht. Het nieuwe adres is dan ook: Steenschuur 25. Architect Hans Ruijssenaars beschouwt licht als bouwmateriaal en dat is in het gebouw te zien; de somberte is verdreven. Van het vroegere interieur zijn alleen een monumentale trap en een schitterend gerestaureerde collegezaal bewaard gebleven. De binnenplaats werd met glas overkoepeld en biedt nu plaats aan de bibliotheek annex studie- en computerzaal. Met recht het hart van de faculteit. De opstelling waarmee een temperatuur van -272 C werd bereikt, toen de laagste temperatuur ooit, wordt teruggeplaatst in het gebouw. De geheel gerestaureerde oude collegezaal De vroegere binnenplaats is nu de bibliotheek KLOKSTEEG RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. NIEUWSTEEG STEENSCHUUR VAN DER WERFPARK DOEZASTRAAT GARENMARKT Steenschuur 25 In dit laboratorium zou het Kamerlingh Onnes in 1908 terwijl de buurtbewoners vreesden voor een ontploffing eindelijk lukken om Helium (het gas met de laagste kritische temperatuur van -272ºc) vloeibaar te krijgen. Het laboratorium kreeg daardoor de bijnaam de koudste plek op aarde. Het record is inmiddels met ruim een graad gebroken. (V.l.n.r. de fysici Ehrenfest, Lorentz, Bohr en Kamerlingh Onnes). 65

68 66 Kamerlingh Onnes Gebouw in renovatie

69 Oude UB 67

70 oude ub Adres Rapenburg Objectcode 0501 Oppervlakte m 2 no verdeeld over zes vleugels van 2 t/m 6 bouwlagen Bouwjaar 15e eeuw (voormalige kapel), (hoofdgebouw), 1999 (renovatie en herinrichting) Architect Hoofgebouw: J.A.W. Vrijman e.a. (Rijksbouwkundige Dienst voor Onderwijsgebouwen. Uitbreidingen: o.m. stadsarchitect J.W. Schaap,Van den Eerenbeemd (tuinaanleg) Renovatie en herinrichting: Atelier PRO architekten bv Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk universiteitsbibliotheek, nu bestuurs- en kantoorgebouw Gebruiker Bestuursafdelingen en expertisecentra van de universiteit Bijzonderheden Gietijzeren magazijnskelet in C-vleugel en achttiende-eeuwse plafondschildering van Augustinus Terwesten 68

71 oude ub DOELENGRACHT RAPENBURG RAPENBURG DOELENSTG. HOUTSTRAAT KLOKSTEEG Sinds mei 1999 heeft de Oude UB (Rapenburg 70) na een ingrijpende verbouwing de functie van bestuurscentrum van de universiteit. De oudste geschiedenis van het pand gaat terug tot het laat-middeleeuwse Faliede Bagijnhof. De kapel van dit hof werd in verbouwd en in gebruik genomen als universiteitsbibliotheek. De eerstvolgende ingreep vond plaats in 1819 toen de slanke toren met spits aan de voorzijde werd gesloopt. Er kwam een breed, classicistisch gebouw te staan. Vanaf 1862 kreeg de bibliotheek de beschikking over het hele complex, hetgeen gepaard ging met ingrijpende verbouwingen, onder leiding van stadsarchitect J.W. Schaap. RI W I T T E S I NGEL Rapenburg NONNENSTG RAPENBURG RAPENBURG KAISERSTR. STERREWACHTLAAN In 1915 werd het voorgebouw, evenals het pand Rapenburg 70, afgebroken om plaats te maken voor een nieuw L-vormig gebouw, uitgevoerd in een sobere classicistische vormentaal. Hierbij werd de plafondschildering met de vier seizoenen van Augustinus Terwesten in de zaal van de bibliothecaris geplaatst, nu de werkkamer van de voorzitter van het College van Bestuur. Na de verhuizing van de bibliotheek naar de Witte Singel in 1984, werd in het complex tijdelijk het Rijksherbarium gevestigd. In 1999 vond een renovatie plaats om het gebouw gebruiksklaar te maken voor het College van Bestuur en de diverse centrale diensten, waaronder het Vastgoedbedrijf. Bij deze herinrichting heeft Atelier Pro een helder complex opgeleverd dat bestaat uit zes vleugels die gegroepeerd zijn rond een centraal bouwdeel met receptie, ontvangstzaal en restaurant. De dakconstructie van de kapel zoals te zien op de foto rechtsonder, is bewaard gebleven maar om redenen van functionaliteit weggewerkt. Aan de achterkant van het gebouw ligt een sobere, open tuin die de bebouwing rond het complex goed zichtbaar laat, en die overdag open is voor publiek. De humanist Janus Dousa ( ) was van 1585 tot 1593 de eerste bibliothecaris van de Leidse universiteitsbibliotheek. Dousa is verantwoordelijk geweest voor de verhuizing van de bibliotheek uit de krappe behuizing in de gewelfkamer van het Witte Nonnenklooster het huidige Academiegebouw naar de Faliede Bagijnkerk in 1594.Er is in Leiden een straat naar hem vernoemd. Deze sluit aan op het Rapenburg. De centrale hal Boekenopslag in de kapel rond

72 gravensteen Adres Pieterskerkhof 6 Objectcode 0601 Oppervlakte 968 m 2 no Bouwjaar 13e eeuw Architect Arent van s-gravesande, Cornelis Huybertsz van Duyvenvlucht, Pieter Jansz Van Noort, Willem van der Helm Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk grafelijke gevangenis, stedelijke gevangenis, gerecht, militair magazijn, boekenmagazijn, nu onderwijsgebouw Gebruiker LUSM en International Office (per juni 2005) Bijzonderheden Hal, zaal 015,de cellen Eigendom Gemeente Leiden 70

73 gravensteen Hierom stort men smenschen bloet hierom sticht men metter spoet borghe ende hoghe stene meneghen te wene Aan het eind van de twaalfde eeuw, in een periode waarin hout hét bouwmateriaal was, werd naast de residentie van de graaf van Holland een toren van steen gebouwd. Deze werd dan ook Gravensteen genoemd. Het Gravensteen was in de eerste plaats de vluchtplaats voor de Graven van Holland. Maar het was meer dan dat. De woorden smenschenbloet, stene en wene in het gedicht Wapene Martijn van de Dietsche dichter Maerlant, verraden de tweede functie: de twee kelderverdiepingen deden dienst als gevangenis. Hier werden de krijgsgevangenen, belastingontduikers en misdadigers opgesloten. In 1463 werd de grafelijke gevangenis overgedragen aan de stad Leiden onder voorwaarde dat die de restauratie zou betalen. In dat jaar werd het gebouw verhoogd en werd de traptoren gebouwd. In de periode hierna werd het Gravensteen meerdere malen uitgebreid: in 1555 met een vleugel aan de westzijde, in 1654 met een tuchthuis aan de oostzijde en een jaar later met een vleugel aan het Pieterskerkhof. In deze periode werd ook de galerij aan de noordzijde, waarvan in 1604 het eerste gedeelte tot stand kwam, en van waaruit de rechters uitzicht hadden op de executieplaats, verlengd. In volgden de bouw van de Vierschaar (rechtbank) en de Schepenkamer. Na 1853 heeft het Gravensteen nog dienst gedaan als militair magazijn en als boekenmagazijn van het (nog steeds bestaande) antiquariaat Burgersdijk en Niermans. Tientallen jaren was een deel van de rechtenfaculteit in het Gravensteen gevestigd. In 2001 startte het LUSM in het linkerdeel van het gebouw en in 2005 neemt het International Office van de universiteit het rechterdeel van het gebouw in gebruik. DOELENGRACHT W I T RAPENBURG RAPENBURG DOELENSTG. HOUTSTRAAT NONNENSTG KLOKSTEEG RAPENBURG KAISER RAPENBURG Pieterskerkhof 6 De twijfelachtige eer van de laatste executie waartoe in het Gravensteen opdracht werd gegeven, viel toe aan Janus van der Blom. Janus werd in 1853 veroordeeld tot de dood voor de beestachtige moord op een boerenmeisje. Terwijl de rechters toekeken vanuit de galerij werd Janus door middel van de strop ter dood gebracht. De cellen Collegezaal 71

74 hugo de grootstraat 25, 27 en 27a Adres Hugo de Grootstraat 25, 27 en 27a Objectcode 0801 (nr. 27/hoofdgebouw), 0802 (nr. 27a/dependance links) en 0803 (nr. 25/dependance rechts) Oppervlakte m 2 no verdeeld over drie bouwlagen in het hoofdgebouw, m 2 no verdeeld over 2 t/m 4 bouwlagen in de dependance links, 678 m 2 no verdeeld over twee bouwlagen in de dependance rechts Bouwjaar met uitbreiding in 1910 (nr. 27), 1955 (nr. 27a) en ca (nr. 25) Architect J. van Lokhorst (hoofdgebouw), J.A.W. Vrijman (uitbreiding hoofdgebouw) Status Rijksmonument (nr. 27) Functie Tot 1968 Laboratorium voor Organische Chemie, tot september 2004 onderwijs- en onderzoeksgebouw Gebruiker Tot september 2004 Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Juridisch Studiecentrum Hugo de Groot Bijzonderheden Het trappenhuis uit 1910 van J.A.W. Vrijman is bewaard gebleven 72

75 . hugo de grootstraat 25, 27, en 27a De rijksoverheid besloot aan het einde van de negentiende eeuw nieuwe huisvesting voor de universitaire laboratoria te bouwen buiten het toenmalige stadscentrum. De overheid wilde dit vanwege het risico voor de volksgezondheid en de gebrekkige werkomstandigheden in de bestaande laboratoria in het Kamerlingh Onnes Laboratorium. Voor de bouw werd rijksbouwmeester J. van Lokhorst aangetrokken die in zijn herkenbare stijl tal van onderwijsgebouwen in heel Nederland neerzette. Kenmerkend zijn ondermeer de vele neogotische motieven en de asymmetrische gevelopzet. Het Leidse laboratorium is zeer functioneel van opzet en rond een rechthoekige binnenplaats gebouwd. Op de begane grond van de oostvleugel bevond zich oorspronkelijk het grote laboratorium voor de chemici. In de westvleugel, langs de Gerrit Doustraat, bevond zich op de begane grond het grote laboratorium voor de medici en op de eerste verdieping de collegezaal. Het laboratorium werd rond 1910 door J.A.W. Vrijman, de opvolger van Van Lokhorst, uitgebreid met een U-vormige vleugel die tegen het bestaande bouwdeel werd gebouwd. Zo ontstond de binnenplaats. In de jaren vijftig werd het laboratorium opnieuw uitgebreid met lagere, eenvoudig vormgegeven dependances (nummer 25 en 27a). In 1968 verhuisde de chemie van de Hugo de Grootstraat naar een nieuw complex in de Leeuwenhoek: het Gorlaeus. Nadien heeft de Faculteit der Rechtsgeleerdheid het gebouw in gebruik gehad als Juridisch Studiecentrum Hugo de Groot. De oorspronkelijke indeling en detaillering gingen grotendeels verloren. Nu de rechtenfaculteit naar het Kamerlingh Onnes Gebouw is vertrokken, is het gebouw afgestoten en wordt het herontwikkeld tot een appartementencomplex. Geveldetail Trappenhuis uit 1910 RIJN EN SCHIEKADE STERREWACHTLAAN HUGO DE GROOTSTRAAT BOISOTKADE W I T T E S I N G E L SCHELPENKADE JAN VAN GOYENKADE Hugo de Grootstraat 25, 27 en 27a In 1873 werd Antoine Paul Nicholas Franchimont ( , rechts op de foto) de eerste buitengewoon hoogleraar in de organische chemie ooit. Mede op zijn aandringen kwam er in 1901 het paleisachtige laboratorium aan de Hugo de Grootstraat. Franchimont vond het zeer geschikt voor de zeldzame vereeniging van uitgebreide kennis, combinatievermogen, logischen zin, scherpzinnigheid, handigheid en wat goed geluk : de wetenschap. 73 T

76 hugo de grootstraat 32 Adres Hugo de Grootstraat 32 Objectcode 0804 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar Architect J. van Lokhorst Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk farmaceutisch laboratorium, daarna onderwijs- en onderzoekgebouw, bestemming: appartementencomplex Gebruiker Faculteit der Rechtsgeleerdheid tot september 2004, daarna herontwikkeling tot studentenhuisvesting Eigendom Het gebouw is eind 2002 verkocht aan SLS Wonen 74

77 . hugo de grootstraat 32 STERREWACHTLAAN BOISOTKADE W I T T E S I N G E L T Het Farmaceutisch Laboratorium verhuisde in 1898 van een verouderd pand aan de Papengracht 4 in het stadscentrum, naar de Hugo de Grootstraat buiten de stad. Het hoofdgedeelte van het nieuwe gebouw werd rond twee elkaar kruisende gangen opgezet waaraan de oorspronkelijke practicumlokalen en laboratoria lagen. Aan de straatzijde ligt een monumentale gevel van drie bouwlagen hoog en zeven traveeën breed. Hier tegenaan staat rechts een opvallend torenachtig bouwlichaam van vier bouwlagen onder een hoog schilddak. In de toren bevonden zich oorspronkelijk laboratoria en magazijnen, en in de aanbouw aan de achterzijde het trappenhuis. De kleine vleugel rechts van de toren herbergde op de begane grond de modelapotheek en op de verdieping de collegezaal. Het gebouw is opgetrokken uit felrode baksteen, afgewisseld met banden van gele baksteen en natuurstenen waterlijsten. Het gebouw valt vooral op door zijn speelse gevelopzet en is minder log dan het later gebouwde Laboratorium der Organische Chemie aan de overzijde van de straat. In de jaren zeventig betrok de farmacie een nieuw laboratorium in de Leeuwenhoek en werd het gebouw betrokken door de Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Van de oorspronkelijke inrichting zijn alleen enkele details in de voormalige collegezaal en de neogotische aankleding van het trappenhuis overgebleven. De bovenste bouwlaag van de achtervleugel is van recentere datum. De twee custoswoningen de nummers 28 en 30 werden in dezelfde stijl als het hoofdgebouw door Van Lokhorst in 1899 opgeleverd. Het gebouw wordt nu, na de verhuizing van de rechtenfaculteit naar het vernieuwde Kamerlingh Onnes Gebouw, verbouwd tot ongeveer 90 studentenkamers. RIJN EN SCHIEKADE HUGO DE GROOTSTRAAT SCHELPENKADE JAN VAN GOYENKADE Hugo de Grootstraat 32 Hoogleraar H.P. Wijsman schreef in 1894 over het laboratorium aan de Papengracht: Er bestaat te Leiden een pharmaceutisch, scheikundig laboratorium, hetgeen volgens de mannen der wetenschap zoo slecht beoordeeld wordt, als maar enigszins mogelijk is. Een jaar later werd begonnen met de bouw van het nieuwe laboratorium in de Hugo de Grootstraat. Origineel glas-in-loodraam in het trappenhuis De bibliotheek van de rechtenfaculteit 75

78 stationsplein 240 Adres Stationsplein 240 Objectcode 5001 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar ca Architect M.P. Schutte Functie Kantoren en appartementen Gebruiker Universitair Facilitair Bedrijf (UFB), internationale studenten Eigendom Elfstaete BV 76

79 stationsplein 240 Het Universitair Facilitair Bedrijf (UFB) van de Universiteit Leiden is met enkele afdelingen gehuisvest in een vleugel van een groter complex, dat aan het Stationsplein en de Stationsweg is gelegen. Dit complex werd begin jaren zestig in zeer korte tijd uit de grond gestampt en was onderdeel van de herinrichting van het gehele stationsgebied. Architect Schutte tekende voor het ontwerp en bouwde voor de universiteit in dezelfde tijd ook de uitbreiding van het Kamerlingh Onnes Laboratorium aan de Zonneveldstraat. STATION S P LEI N STATIONSWEG MORSSINGEL Stationsplein 240 1E BINNENVESTGRACHT Het gebouw is overal zeven bouwlagen hoog en heeft een (gespiegelde) L-vormige plattegrond, waarbij de bouwdelen aan de kopse kanten als kantoren in gebruik zijn, en het langere, centrale bouwdeel als appartementencomplex. Elke vleugel heeft eigen toegangen en trappenhuizen. Aan de achterzijde ligt een verscholen parkeerterrein, dat toegankelijk is via twee doorgangen. Hoewel de meningen over de architectonische kwaliteiten van het gebouw uiteenlopen, is het complex een sprekend voorbeeld van het stedelijk bouwen uit de jaren zestig. Kenmerkend zijn de monotone, rechthoekige en grootschalige bouwvolumes de gevreesde blokkendozen en de combinatie van wonen, werken en winkelen. De universiteit heeft Stationsplein 240 in gebruik. Onder dit huisnummer valt het hele laatste bouwdeel aan de kant van de Plesmanlaan. Enkele kantoorafdelingen van het UFB zijn gevestigd op de eerste en tweede verdieping. Op de begane grond bevinden zich de centrale postkamer van de universiteit en een grafische afdeling. Op de bovenste verdiepingen wonen buitenlandse studenten. Gevestigd zijn in het centrum van een stad, wil ook zeggen dat zich soms stadsproblemen voordoen en er sprake is van overlast. Het stevige hek op de foto is bedoeld voor het buiten houden van zwervers en junkies die in de kelder van het gebouw een warme en beschutte slaapgelegenheid vonden. Met alle vervuiling vandien. Postkamer Centrale productielocatie UFB Copy, Print & Mail 77

80 visitors centre Adres Stationplein 3c Objectcode 5003 Oppervlakte 66 m 2 Bouwjaar 1996 Architect Ir. H.C.H. Reijnders Functie Oorspronkelijk NS Reisbureau, nu universitair bezoekerscentrum Gebruiker Visitors Centre Eigendom NS Stations B.V. 78

81 visitors centre R I J N S B U R G E R W E G In 1999 werd het idee geboren om een universitair Visitors Centre op te zetten. Geïnteresseerden zouden er vragen moeten kunnen stellen over de Universiteit Leiden en het zou zo gesitueerd moeten zijn dat het kon dienen als eerste aanspreekpunt voor bezoekers uit binnen- en buitenland. Het toeval wilde dat net op dat moment het reisbureau van de NS, gevestigd in het Centraal Station, de deuren sloot. De universiteit huurde daarop de ruimte, ideaal gelegen aan de stadszijde van het station, tussen de loketafdeling en de fietsenstalling. STATIONSPL E IN S CHU TTER S V STATIONSWEG Het Visitors Centre heeft een afwijkende plattegrond: de ruimte heeft de vorm van een driehoek, waarvan één zijde, de pui, een ronding heeft. Deze pui ligt in de kromming waarmee de voorzijde van het station terugwijkt. Het Visitors Centre had aanvankelijk twee ingangen: een vanuit de loketruimte van het station en een draaideur van buitenaf. Die vanuit de loketruimte heeft de NS afgesloten waardoor het Visitors Centre alleen nog buitenom bereikbaar is. Hoewel de NS hier aanvankelijk tegen was, is er in de hal van het moderne, uit glas en witte stalen frames opgetrokken station uit 1996, een groot verwijzingsbord naar het Visitors Centre opgehangen. Het Visitors Centre, op werkdagen geopend van 8.00 tot uur, is nu een geliefd aanmeerpunt voor buitenlandse en binnenlandse bezoekers die per trein vanaf Schiphol of van elders arriveren. Ze kunnen er even uitblazen, een taxi bellen, ontvangen worden door hun gastheer of -vrouw of zich laten uitleggen waar hun hotel of een bepaald universiteitsgebouw te vinden is. Het Visitors Centre verkoopt ook artikelen met het universiteitslogo en er is algemene informatie over de universiteit te vinden. Op het verwijzingsbord naar het Visitors Centre in de hal van het station moest op het allerlaatste moment een wijziging worden aangebracht: de apostrof stond vóór de s in plaats van erachter. Het was een kwestie van enkelvoud of meervoud: staat de apostrof voor de s, dan is grammaticaal sprake van een centre van één bezoeker, staat hij erachter, dan wordt bedoeld een centrum voor meerdere bezoekers. Een essentieel verschil dus. Voor de ingang van het Visitors Centre Giftshop met artikelen van de Universiteit Leiden 79

82 80 leeuwenhoek

83 leeuwenhoek De Leidse universiteit in de polder Met de plechtige heropening van de universiteit op 17 september 1945 stond de universitas voor een periode van herstel. Plannen voor interne vernieuwingen en uitbreidingen werden geformuleerd tegen de achtergrond van de gebreken die de vooroorlogse universiteit vertoonde. Begin jaren vijftig kwamen de eerste bouwactiviteiten weer op gang. Zo werd het Kamerlingh Onnes Laboratorium uitgebreid met een geheel nieuwe vleugel en werd het Gravensteen ingericht als juridisch studiecentrum. Ook werd de wolkenkrabber aan de Kaiserstraat voltooid alsmede de nieuwe kliniek voor interne geneeskunde aan de Wassenaarseweg, de huidige Faculteit der Sociale Wetenschappen. De werkelijk grote plannen voor uitbreiding van de universiteit lagen evenwel buiten het stadscentrum. Wat men in 1945 nog niet wist, was dat verdere vernieuwing en uitbreiding ook om een andere reden hoogst noodzakelijk zouden zijn: in een periode van slechts twintig jaar, werd de universiteit geconfronteerd met bijna een verdrievoudiging van het aantal studenten: van studenten in 1945 naar in Weg van het Rapenburg Van oudsher waren de verschillende faculteiten gevestigd aan en rond het historische Rapenburg. Pas aan het einde van de negentiende eeuw betrok een aantal natuurwetenschappelijke opleidingen min of meer noodgedwongen nieuwe laboratoria aan de grens van het stadscentrum. Vanaf omstreeks 1910 werd het terrein direct achter het station bebouwd met het nieuwe Academische Ziekenhuis van rijksbouwmeester J.A.W. Vrijman. De Pathologische en Anatomische Laboratoria van de universiteit, in 1959 aangevuld met het Fysiologisch Laboratorium, verrezen ook op dit tot Boerhaavekwartier omgedoopte braakliggende terrein. Maar veel dringender was het te voldoen aan de behoefte naar voldoende en gepaste onderwijsen onderzoekruimten na de Tweede Wereldoorlog. In deze tijd verwierf het rijk in naam van de universiteiten grondgebied rond de universiteitssteden om de voorziene uitbreiding van het hoger onderwijs het hoofd te kunnen bieden. De gemeenten die de Leeuwenhoek omringen, met name Oegstgeest, stelden in 1957 gezamenlijk een structuurplan vast waarin hun visie op de ruimtelijke toekomst werd vastgelegd. Voor de universiteit werd daarin een terrein van ongeveer 140 hectare gereserveerd, hoewel daar slechts ongeveer 100 hectare van overbleef voor praktisch gebruik omdat de geplande wegen veel ruimte in beslag namen. Het zou een rechthoekig polderterrein worden, gelegen tussen het Centraal Station en de Rijksweg (nu snelweg) A44. Met het oog op de huisvesting van de natuurwetenschappelijke en medische faculteiten kreeg dit terrein de naam Leeuwenhoek, naar de befaamde Nederlandse natuurwetenschapper en biomedicus Antony van Leeuwenhoek ( ). Een delegatie uit de ministerraad, bestaande uit zeven ministers, bracht in april 1960 een werkbezoek aan de Leidse universiteit. Ze werden bij die gelegenheid op de hoogte gesteld van 81

84 leeuwenhoek Rijnfront-Oegstgeest de vele universitaire wensen en moeilijkheden. Aanvankelijk gingen de gedachten uit naar een campusuniversiteit naar Amerikaans model, maar die is er nooit gekomen. Het eerste, visionaire plan voor het gebied ging uit van een centraal voorzieningengebouw met grote collegezaal op een halfverhoogd plateau, met daaronder een parkeergarage. Het plateau zou via een brede trap op de dreef aansluiten terwijl via een rondlopende gang, ongeveer zes meter boven het maaiveld, zes laboratoria in torenvorm bereikt konden worden. Groen, water en ruimte Het zou er allemaal wat anders uit komen te zien. De Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen verliet omstreeks 1970 haar onderwijsgebouwen in de binnenstad en betrok gestaag de nieuwe gebouwen in het meest westelijke deel van de polder, direct naast de snelweg aan de Max Planckweg, de Einsteinweg en de Niels Bohrweg. Later kwamen hier het Universitair Sportcentrum en enkele dienstgebouwen bij. 82

85 Dichter bij het station lagen al de medische laboratoria; deze werden in 1975 aangevuld met de losstaande hoogbouw van het Sylvius Laboratorium, die tussen het Boerhaavekwartier en de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen in werd geplaatst. Life meets Science Een deel van de Leeuwenhoek is in de jaren tachtig met de gemeente Leiden geruild ter verwerving van het Doelenterrein in het centrum om daar bebouwing te realiseren voor de Letterenfaculteit. Kenmerkend voor de Leeuwenhoek is de aanwezigheid van veel groen, water en open ruimte waarin ogenschijnlijk willekeurig zeer forse gebouwen zijn verrezen. In 1985 werd een deel van het gebied omgedoopt tot Bio Science Park vanwege de ontstane concentratie van in biomedische technologie gespecialiseerde bedrijven, laboratoria en onderwijsvoorzieningen. Het is in Nederland het grootste in zijn soort. In juli 2003 nam de universiteit het initiatief tot samenwerking op het gebied van de Life Sciences met onder meer kennisinstellingen en ondernemingen in het Leidse Bio Science Park en de lokale en regionale overheid. Onder het motto Leiden Life meets Science wordt nu gewerkt aan de uitwerking van een tienjarig actieprogramma gericht op een intensievere wisselwerking tussen onderzoek, onderwijs, bedrijfsleven, overheid, publiek en maatschappelijke organisaties op het gebied van de Life Sciences. Een ander doel is de versterking van het Leidse Life Science-cluster. Hierin participeren de Universiteit Leiden en het LUMC, de gemeente Leiden, de provincie Zuid-Holland, de bedrijven van het BioScience Park Leiden, TNO Preventie en Gezondheid, museum Naturalis en de Kamer van Koophandel Rijnmond. Concentratie Voor de toekomst van het universitair bouwen in het algemeen en dus ook voor de Leeuwenhoek is het Lange Termijn Huisvestingsplan 2012 van de universiteit van belang. Uitgangspunten in dit huisvestingsplan zijn concentratie van gelijksoortige opleidingen en onderzoekinstituten en een meer effectieve benutting van gemeenschappelijke voorzieningen en beschikbaar vloeroppervlak. Voor de Leeuwenhoek betekent dit onder meer een grootschalige herinrichting van het huidige gebied. Er komen ook een nieuw onderwijs- en een nieuw onderzoeksgebouw voor onderzoekers en studenten van het LUMC. Hieraan wordt momenteel gewerkt. Deze prestigieuze nieuwbouw komt tussen het Boerhaavekwartier en gebouw 1 van het LUMC te liggen en moet in 2006 worden opgeleverd. Op langere termijn wordt ook Rijnfront, het gebied ten westen van de A44, in samenwerking met de gemeenten Oegstgeest en Leiden betrokken bij de herinrichting van het gebied. 83

86 poortgebouw Adres Rijnsburgerweg 10 Oppervlakte 7901 m 2 no Bouwjaar 1925 tot 1928 Architect Gart Westerhout Status Rijksmonument Functie Oorspronkelijk het hoofdgebouw van het Academisch Ziekenhuis Leiden. Nu is het een kantoorverzamelgebouw onder beheer van MediPark B.V. Gebruiker Interne Arbodienst Universiteit Leiden, Dienst voor Veiligheid en Milieu, Interne Arbodienst Universiteit Leiden (GBGD) en 21 andere bedrijven Eigendom Medipark B.V. 84

87 poortgebouw ALBINUSDREEF Net als nu in het Leids Universitair Medisch Centrum, het LUMC, kwamen in zijn voorganger, het Academisch Ziekenhuis Leiden (AZL), de medische wetenschap en de patiëntenzorg samen. Het Poortgebouw met de twee poortwachtershuisjes en de voormalige directeursvilla (Rijnsburgerweg 4) zijn de enige restanten van het AZL. Omstreeks 1900 barstte het toenmalige Leidse Academisch Ziekenhuis, dat stond op de plek van het huidige Museum voor Volkenkunde aan de Steenstraat, uit zijn voegen. Daarom werd uitgeweken naar een locatie vlakbij, ten oosten van het station. Het nieuwe ziekenhuis werd ontworpen onder de rijksbouwmeesters J.A.W. Vrijman en G.C. Bremer door respectievelijk J.M. de Groot en G. Westerhout volgens een oorspronkelijk Frans concept dat later school maakte onder de naam Duitse paviljoenbouw. Het idee achter dit concept, waarbij de afdelingen in los van elkaar staande gebouwen werden gehuisvest, was dat op deze wijze de verspreiding van infecties werd ingedamd. Om die reden vond het in onder anderen Florence Nightengale ( ) een warm pleitbezorgster. Het bleek echter een misvatting, de infectiedruk was niet minder. Het AZL werd gebouwd in de periode Het Poortgebouw had een representatieve functie, benadrukt door de monumentale driebogige doorgang onder het gebouw en de baldakijnen aan weerszijden daarvan. In het gebouw zetelden in de laatste jaren van het AZL de directie en de administratie. Met de groei van het aantal patiënten en personeelsleden, bleek de paviljoenbouw al snel inefficiënt en oneconomisch en vanaf 1900 was het paviljoentype op zijn retour. Toch bleef men het in Nederland tot aan de tweede wereldoorlog bouwen. Het AZL zou uiteindelijk tot in de tachtiger jaren van de twintigste eeuw dienst doen. In 2000 werden Poortgebouw, poortwachtershuisjes en villa Rijksmonumenten. Nu is de Arbodienst van de universiteit een van de huurders in het tot modern kantorencomplex omgebouwde pand. Inwendig zijn nog maar enkele kararakteristieke elementen bewaard, zoals de trappenhuizen met zuilen. De onderdoorgang met gewelven en baldakijnen De vroegere collegezaal, nu congreszaal BOERHAAVELAAN R I J N S B U R G E R W E G Rijnsburgerweg 10 Hoewel er dus wel wat af te dingen viel op de paviljoenbouw, was het niveau van het AZL hoog. Zo verrichtte prof. J.L. Terpstra in 1966, na baanbrekend werk van prof. J.J. van Rood, de eerste niertransplantatie in Nederland binnen een familie: mevrouw Rijntjes gaf een nier aan haar zoon Kees. Het AZL was ook befaamd om zijn transplantaties bij kinderen. (V.l.n.r: prof. Terpstra, mw. Rijntjes en zoon Kees in Kees overleed in 2001). 85

88 kinderdagverblijf kattekop Adres Wassenaarseweg 8 Objectcode 2004 Oppervlakte 505 m 2 no Bouwjaar 1994 Architect Guus Baneke (Baneke, Van der Hoeven Architecten bna) Functie Kinderdagverblijf Gebruiker Stichting Universitair Kinderdagverblijf Kattekop Bijzonderheden Ramen op kinderhoogte, patio met gracht 86

89 kinderdagverblijf kattekop De Stichting Universitair Kinderdagverblijf Kattekop werd in 1980, na lange strijd en mede onder druk van de toenmalige Emancipatiecommissie van de Universiteitsraad, opgericht voor de opvang van kinderen van medewerkers en studenten van de Leidse universiteit. De kinderopvang was aanvankelijk gehuisvest aan de Langegracht en vanaf 1983 in de Kloosterpoort naast het oude Elisabethziekenhuis aan de Middelste Gracht in het centrum van Leiden. Door ruimtegebrek werd begin jaren negentig besloten tot nieuwbouw. R I J N S BURGERWEG ALBINUSDREEF WA S S E N A A R S E W E G Wassenaarseweg 8 Gekozen werd voor een onopvallende en goed bereikbare locatie tussen de bestaande bebouwing naast de Faculteit der Sociale Wetenschappen. Op 7 april 1994 werd het hoogste punt bereikt en in september van hetzelfde jaar opende de nieuwe Kattekop, met plaats voor 46 kinderen in de leeftijd van acht weken tot vier jaar, haar deuren. Het grondplan van het verblijf is een carré met in het centrum de entree met receptie en de verschillende kleinere werkruimtes, geflankeerd door afzonderlijke lokaalvleugels voor baby s en peuters. De afgeschermde patio tussen de vleugels ligt met één zijde aan het water en doet dienst als speelruimte met zandbak voor de kleinste kinderen; de speelplaats voor de peuters ligt aan de buitenzijde. Het gebouw is één bouwlaag hoog, waarbij de peuterlokalen wat hoger zijn opgetrokken. De houten dakconstructie is daar goed zichtbaar. De entree en de buitengevels zijn aan de straatzijde erg gesloten en opgetrokken uit afwisselend felrode bakstenen en hardhouten betimmering. Aan de achterzijde en binnenin daarentegen, spelen licht, lucht en openheid de hoofdrol en is gebruik gemaakt van lichte kleuren. De inrichting is helder en strak. Bij de opzet en inrichting van de Kattekop is uitbundig gebruik gemaakt van glas, waardoor het zicht op en het uitzicht van de gebruikertjes uitstekend is. De leidsters kijken vanuit de sanitaire ruimte in de groepsruimte en de kinderen kunnen steeds vanuit de binnenruimtes naar buiten kijken en andersom: de ramen zijn namelijk op kindhoogte geplaatst. De zandbak voor de allerkleinsten is binnen Achterzijde met speelplaats 87

90 pieter de la courtgebouw Adres Wassenaarseweg 52 Objectcode 2001 Oppervlakte m 2 no verdeeld over zeven bouwlagen Bouwjaar Architect H.T. Zwiers Functie Tot 1989 polikliniek voor interne geneeskunde van het Academisch Ziekenhuis Leiden, nu onderwijs- en onderzoeksgebouw Gebruiker Faculteit der Sociale Wetenschappen, Afrika Studiecentrum, ICLON, PLATO 88

91 pieter de la court R I J N S BURGERWEG In 1989 verhuisden alle onderdelen van de faculteit der Sociale Wetenschappen vanuit diverse locaties in de stad, naar het geheel aangepaste Gebouw 5 van het Academisch Ziekenhuis Leiden (AZL), de voormalige polikliniek interne geneeskunde. Het faculteitsgebouw, dat het Pieter de la Courtgebouw werd genoemd, naar de zeventiende-eeuwse politicoloog met deze naam, heeft een rechthoekig grondplan en een omvang van 85 x 55 x 30 meter (l x b x h). Uitwendig maakt het gebouw een logge en ontoegankelijke indruk, het inwendige is veel plastischer. In het centrale deel bevindt zich over de hele hoogte van het gebouw een monumentale hal met trap, met opvallend veel ruimte daaromheen. Blikvanger is een waterkunstwerk van Loes van der Horst. De hal wordt geflankeerd door afgesloten lichthoven. ALBINUSDREEF WA S S E N A A R S E W E G Wassenaarseweg 52 De torenconstructies op het dak herbergen schoorstenen en liftmachinekamers. In het souterrain zijn computerlokalen gevestigd, terwijl op de begane grond de bibliotheek en het restaurant te vinden zijn. Op de bovenliggende verdiepingen bevinden zich aan de buitenwanden en rond de lichthoven collegezalen, de kantoorruimtes van de vijf departementen, en gelieerde instituten zoals het Afrika Studiecentrum en het ICLON. Hier en daar herinnert het gebouw nog aan de oorspronkelijke functie van polikliniek. Zo zijn er enkele liften met deuren aan beide zijden (destijds bedoeld voor het efficiënt in- en uitrijden van bedden). En in het souterrain bevindt zich een kamer opgebouwd uit blokken zuiver lood uit een VOC-schip, die gebruikt werd voor het maken van röntgenfoto s. Het lood voorkwam interactie met andere vormen van straling. De achteringang van het gebouw, gekeerd naar het stadscentrum en station Leiden CS, dient nu als hoofdingang. Deze hoofdingang én het restaurant worden in de zomer van 2005 ingrijpend vernieuwd. Het royale parkeerterrein wacht een verandering in het kader van de herinrichting van het hele gebied. Pieter de la Court als nieuwe naam voor de faculteit werd met name onder de links georiënteerde sociologen en psychologen niet gewaardeerd. De Leidse politicoloog uit de Gouden Eeuw stond namelijk bekend als een uitgesproken liberaal en een woordvoerder van de nieuwe klasse der burgerkapitalisten. In de wandelgangen spreekt men dan ook liever van het FSWgebouw. Foto: Pieter de la Court de Jonge (1679) door Godfried Schalcken. Stedelijk Museum De Lakenhal, Leiden Studentenbalie op de eerste verdieping In 2002 werd een tuin aangelegd 89

92 Pathologie Fysiologie Anatomie Clusius 90

93 Sylvius Gebouw 3 91

94 laboratorium voor fysiologie Adres Wassenaarseweg 62 Objectcode 2103 Oppervlakte m 2 no verdeeld over vijf vleugels van twee t/m zes bouwlagen Bouwjaar 1959 Architect H.F. Mertens Functie Onderwijs-, onderzoeks-, en laboratoriumgebouw Gebruiker LUMC tot 2007 Bijzonderheden Representatieve ontvangsthal onder meer gebruikt voor conferenties 92

95 laboratorium voor fysiologie Het Fysiologisch Laboratorium was het eerste in de rij van naoorlogse laboratoria helemaal buiten de stad. Minister J.M.L.Th. Cals van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, opende het in Tot dan was dit laboratorium gehuisvest in het stadscentrum, in een vleugel aan de achterzijde van het Kamerlingh Onnes Laboratorium. WA S S E N A A R S E W E G Wassenaarseweg 62 SANDIFORTDREEF De opzet van het complex is uiterst functioneel, met een heldere scheiding van functies. De hogere laboratoriumvleugel fungeert als centraal punt waaromheen de vier overige vleugels zijn gegroepeerd. Westelijk zijn de onderwijsruimtes gelegen, met een ontvangsthal en amfitheatervormige collegezalen aan weerszijden. Boven de entreehal liggen de bibliotheek en de kantine. Op de muurdammen van de gevel zijn reliëfs en inscripties aangebracht van personen en namen die een rol in de ontwikkeling van de Leidse fysiologie hebben gespeeld. Aan de zuidzijde, direct naast de hoofdingang, bevindt zich tot en met de eerste verdieping een halfronde uitbouw. Deze was in gebruik als snijzaal tot deze functie naar het Anatomisch Laboratorium werd overgeheveld. Aan de andere zijde van het hoofdgebouw liggen twee lagere vleugels voor werkplaatsen en de overige laboratoria. Tussen deze twee bouwdelen ligt de niet meer in gebruik zijnde dierenstal. Kenmerkend voor het gebouw is de monumentale opzet, onder meer te zien aan de trappenhuizen, en de ambachtelijke vormgeving die het gebouw ouder doet lijken dan het is. De fysische laboratoria die hierna werden gebouwd, kwamen verder weg van het stadscentrum te liggen en werden in een werkelijk moderne stijl opgetrokken: het huidige Gorlaeus-Huygenscomplex. Al in 1892 wees de jonge hoogleraar fysische fysiologie Willem Einthoven op de nadelen van het experimenteren op dieren toen hij met een kalklicht-microscoop een vergroot kikkerhart liet zien. Hij meldde dat het hart helaas door vivisectie bemachtigd was maar dat het langs geen anderen weg kon worden verkregen. Einthoven werd in 1925 de derde Nobelprijswinnaar van de Leidse universiteit. Noodtrappenhuis (later aangebouwd) De ontvangsthal 93

96 laboratorium voor pathologie Adres Wassenaarseweg 62 Objectcode 2101 Oppervlakte m 2 no verdeeld over twee evenwijdige vleugels van twee bouwlagen en verbindingsgangen Bouwjaar 1925 Architect J.A.W. Vrijman Functie Onderwijs- en onderzoeksgebouw Gebruiker LUMC tot

97 laboratorium voor pathologie Het oorspronkelijke Laboratorium voor Pathologie het fungeert niet meer als zodanig maar is in gebruik voor onderwijs- en onderzoeksdoeleinden is het grootste van de drie medische laboratoria op het Boerhaaveterrein, het meest noordwestelijke deel van het Boerhaavekwartier achter het station. In 1923 werd de Cité Médicale in het leven geroepen, een plan van rijksbouwmeester J.A.W. Vrijman: de medische faculteit en de losse gebouwen van het Academisch Ziekenhuis Leiden moesten één geheel vormen. De medische laboratoria werden aangekleed met veel groen en bomen, en een net van wegen maakte het terrein vanaf de Wassenaarseweg toegankelijk. Het huidige gebouw verving het Laboratorium voor Pathologische Anatomie aan de Steenstraat 1a, beter bekend als het Boerhaave Laboratorium van rijksbouwmeester J. van Lokhorst dat in 1885 gereed kwam. WA S S E N A A R S E W E G Wassenaarseweg 62 SANDIFORTDREEF Net als bij het tegenover gesitueerde Laboratorium voor Anatomie uit dezelfde periode, ligt de hoofdvleugel met ingang op het noordwesten en is de vormgeving uiterst eenvoudig gehouden. Twee evenwijdige en nagenoeg identieke vleugels zijn met elkaar verbonden door middel van een lagere midden- en zijgang. De hal is opgesierd met zuilen voorzien van gestileerde ionische kapitelen en een monumentaal trappenhuis. In de strakke gevelopzet paste Vrijman grote rechthoekige vensters toe waarvan de bovenlichten bij opening schuin naar binnen vallen. Interessant is verder de binnentuin tussen de vleugels, die de landelijke situering van de medische laboratoria accentueert. Op de eerste verdieping van de hoofdvleugel is de opleiding tot huisarts ondergebracht. Het is nog niet duidelijk welke bestemming de medische gebouwen zullen krijgen wanneer in 2006 de Faculteit der Geneeskunde verhuist naar de nieuwbouw naast gebouw 1 van het LUMC. De centrale hal College Th.H. MacGillavry, hoogleraar geneeskunde in Leiden van 1877 tot 1905, was bij zijn aantreden onder de indruk van de universitaire gebouwen maar moest wel bij de curatoren zeuren om een nieuw laboratorium. Hij vond dat hij opgezadeld was met iets dat den naam van pathologisch laboratorium zou kunnen krijgen, mits men pathologisch door gebrekkig, en laboratorium door hokje wilde vertalen. In 1885 kreeg Mac- Gillavry aan de Steenstraat zijn nieuwe laboratorium. 95

98 laboratorium voor anatomie Adres Wassenaarseweg 62 Objectcode 2102 Oppervlakte m 2 no verdeeld over drie vleugels van twee bouwlagen Bouwjaar 1923, 1955 Architect J.A.W. Vrijman Functie Onderwijs-, onderzoeks- en laboratoriumgebouw Gebruiker LUMC tot 2007 Bijzonderheden Functionerend anatomisch theater en Anatomisch Museum 96

99 laboratorium voor anatomie Dit medische laboratorium was het eerste onderwijsgebouw op het nieuw ingerichte Boerhaaveterrein. Minister J.Th. de Visser van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, opende het in Het laboratorium bestaat uit een lange hoofdvleugel, met hoofdingang en uitgebouwd trappenhuis, en twee zijvleugels van verschillende lengte. In de oostvleugel zijn de laboratoria en werkruimtes gesitueerd. De westvleugel is ingericht voor het geven van onderwijs, met op de begane grond, feitelijk de mooiste verdieping, de snijzaal en op de eerste verdieping het Anatomisch Museum. WA S S E N A A R S E W E G Wassenaarseweg 62 SANDIFORTDREEF De kiem van de collectie van dit museum werd gelegd door de eerste hoogleraar anatomie Pieter Pauw, die in de zestiende eeuw bij gebrek aan te analyseren stoffelijke overschotten, geraamtes aanschafte. De huidige collectie bestaat voor een belangrijk deel uit diverse, van anderen overgenomen anatomische verzamelingen. Interessant in het museum zijn de authentieke gietijzeren vitrines die vanwege hun grote gewicht aan het staalskelet zijn opgehangen. Het museum was aanvankelijk alleen bedoeld voor studenten, maar kan nu op afspraak worden bezocht. Waar de oost- en de hoofdvleugel samenkomen, bevindt zich op de tweede verdieping een amfitheatervormige collegezaal met authentieke eikenhouten banken. Het bakstenen gebouw is uiterst sober en ambachtelijk vormgegeven. Grote rechthoekige vensters zorgen voor een optimale lichtinval in alle ruimtes. De architect, die ook verantwoordelijk was voor de toenmalige nieuwbouw van het naastgelegen Academisch Ziekenhuis, kreeg hevige kritiek op het ontbreken van fantasie, idealisme en kleinschaligheid in zijn ontwerp. In 1955 werd een nieuwe vleugel geopend tussen de oostvleugel en de uitgebouwde collegezaal in, met een multifunctionele expositieruimte, kantine en een trappenhuis. Het trappenhuis bij de hoofdingang Het Anatomisch museum In het theatrum anatomicum werd het ontleden van lichamen gecombineerd met het tonen van preparaten van rariteiten en zieke lichaamsdelen. Van 1594 tot 1860 was het gehuisvest in de kapel van de huidige Oude UB. Een replica van de houten constructie die het theater was, is te zien in het Leidse Boerhaavemuseum. De collectie preparaten verhuisde in 1860 naar het Kamerlingh Onnes Laboratorium, en in 1923 naar het Laboratorium voor Anatomie. 97

100 clusius laboratorium Adres Wassenaarseweg 64 Objectcode 2104 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar , 1973 Architect F.E. Röntgen ( ), M.P. Schutte en G.H. Bellaard (1973) Functie Onderwijs-, onderzoeks- en laboratoriumgebouw Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen 98

101 clusius laboratorium In 1960 kregen de Leidse biochemici de beschikking over een gloednieuw laboratorium aan de Wassenaarseweg. Het gebouw omvatte het huidige middengedeelte waarin de hoofdingang is opgenomen. Het telt vier bouwlagen inclusief een souterrain, en een lagere zijvleugel. In het oorspronkelijke ontwerp was al voorzien in nog een grote vleugel, waarvoor de eerste paal werd geslagen in 1969 en die ondanks de afgekondigde bouwstop gereedkwam in De nieuwe vleugel bestond eveneens uit vier bouwlagen, inclusief een souterrain. De architectuur ervan was aangepast aan die van het bestaande laboratorium. Door de uitbreiding werd het vloeroppervlak van het biochemisch laboratorium ruim verdubbeld en vanaf dat moment bood het ook onderdak aan de afdeling medische microbiologie. WA S S E N A A R S E W E G Wassenaarseweg 64 SANDIFORTDREEF Het erfelijkheidsonderzoek dat gedaan werd in het Biochemisch Laboratorium was niet onomstreden. Het zogenoemde DNA-recombinantonderzoek, waarmee kunstmatig het erfelijk materiaal van organismen kon worden veranderd, was in de ogen van de tegenstanders ethisch onverantwoord en zou grote risico s voor de volksgezondheid met zich meebrengen. De felle discussie over genetische manipulatie woedde in de jaren zeventig enkele jaren voort en ook nu nog zijn de meningen erover verdeeld. In de jaren tachtig verhuisden de biochemici naar de Gorlaeuslaboratoria en betrokken de biologen van het Instituut voor Moleculaire Plantkunde het Clusiuslaboratorium. Sindsdien is het gebouw nog uitgebreid met enkele kassen en het Pompidou. Dit laatste gebouw dankt zijn bijnaam aan de overeenkomst met het modern vormgegeven museum Centre Pompidou in Parijs: beide zijn voorzien van een beeldbepalende uitwendige buizenstructuur. Vlak na de opening van de nieuwe tweede vleugel hield hoogleraar in de biochemie prof.dr. H. Veldstra zijn afscheidscollege. Daarin vergeleek hij het gedrag van moleculen, die zichzelf niet veranderen maar na informatieoverdracht in staat zijn zich aan verschillende omstandigheden aan te passen, met goed georganiseerde wetenschappelijke structuren. De biochemicus zou zich aldus een spiegel kunnen voorhouden. Plantenkassen Het Pompidou 99

102 lumc Adres Albinusdreef 2 Oppervlakte Hoofdgebouw: m 2 no, parkeergarage: m 2 no Bouwjaar Eerste fase: 1984, tweede fase 1996 Architect B & D Architecten Functie Academisch ziekenhuis, onderwijs- en onderzoeksgebouw Gebruiker LUMC Bijzonderheden Vijf collegezalen, laboratoria Eigendom LUMC 100

103 lumc ALBINUSDREEF Eind jaren zestig vonden het Academisch Ziekenhuis Leiden en de Universiteit Leiden het hoog tijd dat er een nieuw Leids academisch ziekenhuis kwam. Dat initiatief stond niet op zichzelf: in 1969 gaf het kabinet groen licht voor de bouw van maar liefst drie nieuwe academische ziekenhuizen: in Amsterdam in 1970, in Leiden in 1972 en in Utrecht in Ondanks de snelle politieke besluitvorming, duurde het nog een flink aantal jaren voor in 1980 in Leiden daadwerkelijk de eerste paal de grond in ging. In de tussenliggende jaren veranderden de inzichten van de overheid en de gemeente Leiden namelijk herhaaldelijk. Vooral de plek waar het nieuwe ziekenhuis moest komen was onderwerp van discussie. Uiteindelijk werd besloten om het op het toenmalige universitaire sportterrein achter het oude ziekenhuis aan het Piet Paaltjenspad te bouwen. DARWINWEG Albinusdreef 2 P L E S M A NLA A N Dat oude ziekenhuis bestond uit verschillende paviljoens met veel eigen voorzieningen. Dit betekende versnippering van veel ziekenhuisfuncties. Uitgangspunten voor de nieuwbouw waren dan ook centralisatie en flexibiliteit. Daarnaast moest in de nieuwbouw de verwevenheid van de kerntaken patiëntenzorg, onderwijs, en onderzoek tot uiting komen. B & D Architecten kreeg de opdracht om het programma van eisen te vertalen in een structuurplan. Het nieuwe, huidige ziekenhuis heeft een stedenbouwkundige opzet met een duidelijke verkeersstructuur. De verschillende pleinen en vides maken het interieur transparant. Het exterieur maakt ondanks het grote vloeroppervlak van ruim vierkante meter, geen massieve indruk: de verschillende bouwdelen zijn met elkaar zijn verbonden door luchtbruggen, en ook de hoogteverschillen en het kleurgebruik doen de uitstraling goed. Het gebouw is in twee fasen tot stand gekomen. De opening van het eerste gedeelte vond in juni 1985 plaats. In april 1996 opende koningin Beatrix het gehele nieuwe ziekenhuis. De faciliteiten zijn in het midden gesitueerd Het LUMC combineert de patiëntenzorg met topwetenschap Kunst als panacee. Het LUMC bezit een grote collectie kunstwerken, representatief voor de huidige moderne kunst. Het accent ligt daarbij op werken op papier, waaronder ook foto s. De basis van de verzameling is gelegd door kunst die is aangekocht in de zogenoemde éénprocentsregeling. Voortdurend komen er nieuwe werken bij, zodat de vele kilometers gang van het LUMC interessant zijn voor bezoekers, studenten en medewerkers. (Kunstwerk: Anna Thalia Benus) 101

104 nieuwbouw o&o-cluster lumc: onderzoeksgebouw Adres Sandifortdreef Objectcode 2701 Oppervlakte m 2 netto oppervlakte (inclusief kelder & tunnel) Bouwjaar Architect EGM architecten bv Functie Onderzoekslaboratoria, proefdierencentrum, snijzaal, practicumzalen, restaurant Gebruiker LUMC Eigendom LUMC 102

105 nieuwbouw o&o lumc: onderzoeksgebouw SANDIFORTDREEF ALBINUSDREEF Achter de parkeergarage van het LUMC, aanpalend aan het ziekenhuis, worden de nieuwe onderwijs- en onderzoeksgebouwen van het LUMC gerealiseerd. Ze komen in een parkachtige omgeving te staan. DARWINWEG Met de bouw van het Onderzoeksgebouw is al begonnen. De medische laboratoria uit het Boerhaavekwartier worden samen met die van het Sylviusgebouw hierheen overgebracht. Het gebouw krijgt een grondoppervlak van ongeveer 120 bij 25 m en wordt negen verdiepingen hoog. Onder het gebouw is een souterrain, met daarin ondermeer de snijzaal. De eerste laag met hoofdingang wordt bereikt via een trap. Het hele bovengrondse deel van het souterrain wordt met natuursteen bekleed. De overige toegepaste gevelmaterialen zijn glas, aluminium en beton. Op de eerste twee bovengrondse lagen komen de practicumzalen voor het praktisch onderwijs aan studenten. Op de zes lagen daarboven liggen de laboratoria en op de bovenverdieping wordt het proefdierencentrum ingericht. Dit laatste is afwijkend van vorm: het zijaanzicht is min of meer ellipsvormig en de verdieping kraagt aan de voor- en achterzijde uit over het middenschip. Het Onderzoeksgebouw krijgt een restaurant voor medewerkers en studenten, met een terras met uitzicht richting museum Naturalis. Tussen het Onderzoeksgebouw en het hoofdgebouw van het LUMC wordt een luchtbrug aangebracht, die beschutting biedt tegen regen en wind. Onderzoeksgebouw De nieuwe O&O-gebouwen horen, met het LUMC, tot de vijfde generatie academischmedische gebouwen in Leiden. Het eerste was het St. Caecilia Gasthuis het achterste gedeelte van het huidige Boerhaave Museum waar in 1636 twaalf bedden werden gereserveerd voor modern patiëntgericht onderwijs. Daarvóór werd in het onderwijs gebruik gemaakt van het anatomisch theater, waarvan een replica te zien is in het Boerhaave Museum. 103

106 nieuwbouw o&o-cluster lumc: onderwijsgebouw Adres Sandifortdreef Objectcode 2701 Oppervlakte m 2 netto oppervlakte (inclusief kelder & tunnel) Bouwjaar Eerste werkzaamheden 2004 Architect EGM architecten bv Functie Onderwijsgebouw, kantoren, conferentieruimte, fitnessruimte Gebruiker LUMC Eigendom LUMC 104

107 nieuwbouw o&o lumc: onderwijsgebouw SANDIFORTDREEF ALBINUSDREEF Naast het nieuwe Onderzoeksgebouw van het LUMC, dat zijn voltooiing nadert, verrijst het Onderwijsgebouw, eveneens van de hand van EGM architecten uit Dordrecht. De 2100 studenten geneeskunde en biomedische wetenschappen, evenals de studenten uit de specialisatiefase krijgen hier een deel van het niet-klinische onderwijs. Ook gaat het gebouw onderdak bieden aan de dienst onderwijs en studenten van het LUMC. Het gebouw heeft een vierkant vloeroppervlak van 36 x 36. Het meest in het oog lopende element in de architectuur is de aflopende collegezaal in de vorm van een kwartcirkel die ter hoogte van de tweede verdieping als het ware ingestoken is in de noordoosthoek van het gebouw. De zaal steekt zijn afgeronde hoeken uit de noordgevel en de oostgevel en beslaat drie verdiepingen. De collegezaal rust op stalen pijlers; eronder bevindt zich een ruime foyer. Vanaf de vierde verdieping splitst het gebouw zich in het midden in tweeën zodat twee delen met een tussenruimte ontstaan. Nabij de collegezaal mondt de tussenruimte uit in een vide. Vanaf de eerste verdieping wordt het gebouw omvat door een tweede glazen huid die ook de tussenruimte overkoepelt zodat deze deel uitmaakt van de binnenruimte. Het gebouw bevat naast de collegezaal en de foyer kantoren voor de dienst onderwijs en studenten, werkgroepruimten, conferentiezalen. Onder het gebouw ligt de energiekelder en daarnaast een ondergrondse fietsenstalling. Daarop komt een plein met veel groen. Een bijzonder element is de opvallende houten doosconstructie, die een lange zijde heeft in de zuidgevel. Hierin wordt het Anatomisch Museum ondergebracht. Deze positionering is niet toevallig: het pad dat deel uitmaakt van de looproute van het Centraal Station naar natuurhistorisch museum Naturalis loopt erlangs. Net als vanuit het onderzoeksgebouw, loopt er vanuit het onderwijsgebouw een loopbrug naar het nabijgelegen hoofdgebouw (gebouw 1) van het LUMC. DARWINWEG Het Anatomisch Museum staat als oversized houten expositiekast langs de museumroute en kent een eigen entree, waarschijnlijk aan de voorzijde. Opvallend is de vervlechting van museum met conferentiezalen op de eerste etage, waarbij de zaal met de beroemde Albinuskast, een centrale rol speelt. Deze 18e eeuwse anatomische kast, gemaakt door Albinus, is een van de pronkstukken van de collectie van het LUMC. 105

108 sylvius laboratorium Adres Wassenaarseweg 72 Objectcode 2201 (Gebouw 4 en 5), 2202 (Gebouw 3) Oppervlakte m 2 no (Gebouw 4 en 5), m 2 no (Gebouw 3) Bouwjaar (Gebouw 4 en 5), 1998 (Gebouw 3) Architect Bureau E.F. Groosman en ir. A.M. Key b.i. Functie Onderwijs-, onderzoeks- en laboratoriumgebouw Gebruiker LUMC (tot medio 2006), BioPartner en NSCR 106

109 sylvius laboratorium Het Sylvius Laboratorium, dat negen bouwlagen heeft, staat op een riant terrein met veel groen, direct tussen de medische en biologische laboratoria van het Boerhaavekwartier en de natuurwetenschappelijke laboratoria verderop in de Leeuwenhoek. Het laboratorium bestaat uit twee tegen elkaar geplaatste identieke bouwblokken (Gebouw 4 en 5) die in elkaars verlengde iets verspringen. Aan de ene kant, op het punt waar de blokken verspringen, zijn de hoofdingang, de liften, het trappenhuis, de centrale voorzieningen en de toegang tot het huidige twee verdiepingen hoge Gebouw 3 te vinden. Dit lagere bouwdeel aan de Wassenaarseweg dateert uit Rond een binnenplaats zijn hier onder meer de kantine, een expositieruimte, tal van kantoren en de pre-klinische laboratoria gesitueerd. In 2001 ging in Gebouw 3 BioPartner van start. BioPartner steunt beginnende bedrijvigheid op het gebied van Life Science in drie fasen: seed, start en solo en heeft vestigingen bij diverse universiteiten. Hoewel er onenigheid bestaat over de esthetische kwaliteiten en de buitenissige omvang van de hoogbouw, zijn de gebruikers (onderzoekers en studenten), erg tevreden over de kwaliteit en de functionaliteit van de werkruimtes. Met name de overzichtelijke opzet van de verdiepingen met afzonderlijke laboratoria wordt geprezen. Het gebouw is door de uitstekende reputatie van het Leids medisch onderzoek internationaal befaamd. Overwogen wordt om, als het nieuwe Onderwijs- en Onderzoeksgebouw van het LUMC in 2006 klaar is, het Sylvius open te stellen voor beginnende biomedische bedrijven. Dit ter verdere ontwikkeling van het Bio Science Park waarin het laboratorium is gelegen. De bouw van Gebouw 3, een tijdelijke aanbouw voor enkele krap behuisde laboratoria in het Sylvius, ging niet zonder slag of stoot. Vanaf de aanbesteding van wat aanvankelijk de Annex heette, begin jaren negentig, leek alles wat fout kon gaan, ook echt fout te gaan. Mistige bestedingen uit het bouwkrediet, vertragingen en miscommunicatie leidden tot het aftreden van het College van Bestuur, het ontslag van de directeur bedrijfsvoering, en het tijdelijk ontnemen van bevoegdheden aan de Universiteitsraad. Het gebouw is er uiteindelijk toch gekomen, tot tevredenheid van de gebruikers. WA S S E N A A R S E W E G Wassenaarseweg 72 Sylvius (François de la Boë, ) aanvaardde in 1658 in Leiden het ambt van hoogleraar in de geneeskunde met de rede De hominis cognitione (Over de kennis van de mens). Hij was een uitstekend anatoom en deed grensverleggend onderzoek naar tuberculose. Ook stichtte hij het eerste universitaire chemische laboratorium in Leiden. Achterzijde met doorgang naar Gebouw 3 Laboratorium met interne kantoorruimte 107

110 van steenis Adres Einsteinweg 2 Objectcode 2301 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar 1987 Architect N.J. Brouwer (Brouwer Steketee Architecten B.V.) 1994: Saarberg, Van der Scheer & Partners BV 1995: Saarberg, Van der Scheer & Partners BV t.b.v. huisvesting Nationaal Herbarium Nederland Functie Oorspronkelijk kantoren en magazijn, nu onderwijs- en onderzoeksgebouw collectie van het Nationaal Herbarium Nederland Gebruiker Nationaal Herbarium Nederland, onderwijsgebouw biologie, Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden 108

111 van steenis EINSTEINWEG ARCHIMEDESWEG N Na het faillissement in 1993 van Infotheek een it-bedrijf heeft het pand Einsteinweg 2 een jaar leeg gestaan. Het gebouw is een typisch voorbeeld van jaren tachtig kantoorarchitectuur. Infotheek bouwde het in twee fases: nadat het gebouw was betrokken, werd de grote hal uitgebreid en het kantoordeel opgehoogd met twee verdiepingen. De hoofdgebruiker is momenteel het Nationaal Herbarium Nederland: een groot deel van de op Zuidoost-Azië gerichte collectie gedroogde planten ligt in de hal opgeslagen en ook de staf huist in het pand. Verder biedt het onderdak aan een deel van de opleiding biologie (het propedeuseonderwijs), het Centrum voor Milieuwetenschappen (CML), het Centre for International Legal Cooporation (CILC), en het universiteitskantoor van de ABVAKABO. Einsteinweg 2 EINSTEINWEG P L E S M A N L A A N Het herbarium was voorheen gevestigd in de oude UB en in een pand aan de Schelpenkade. Met name dit laatste pand was door lekkages en temperatuurverschillen ongeschikt geworden voor de collectie. Om dergelijke problemen in het nieuw te betrekken pand te vermijden, werd in de bedrijfshal een doosconstructie gebouwd die voorkomt dat temperatuurverschillen op de buitenwand invloed hebben op het binnenklimaat. Op 11 juni 1996 opende H.K.H. Koningin Beatrix het pand. Dit was inmiddels omgedoopt tot het Van Steenisgebouw, naar prof.dr. C.G.G.J. van Steenis ( ), pionier op het gebied van Tropische Botanie en tien jaar lang hoogleraar-directeur van het Rijksherbarium. Hij gaf de wetenschappelijke uitstraling van het herbarium in binnen- en buitenland extra glans met het door hem geïnitieerde internationale project Flora Malesiana, een gezaghebbende publicatiereeks over de botanie van de tropen. Medio jaren negentig van de vorige eeuw, werd het voortbestaan van het Nationaal Herbarium Nederland bedreigd, een kwestie van bekostiging. Enkele leden van het Koninklijk Huis, die het werk van het herbarium kenden en waardeerden, sprongen in de bres. Koningin Beatrix opende het nieuwe pand en het herbarium bleef behouden. Interieur van de pyramidevormige entree De collectie van het herbarium 109

112 Gorlaeus LMUY Huygens Ketelhuis Oort Snellius 110

113 Gorlaeus laboratoria Gorlaeus collegezalengebouw en beheervleugel Huygens LCP LMUY 111

114 universitair sportcentrum Adres Einsteinweg 6 Objectcode 2401 (sporthal), 2402 (kleedruimte), 2403 (sportvelden) Oppervlakte m 2 no (sporthal), 273 m 2 no (kleedruimte) Bouwjaar Architect Rietveld, Van Dillen en Van Tricht Functie Sportcomplex 112

115 universitair sportcentrum MAX PLANCKWEG EINSTEINWEG Halverwege de vorige eeuw was al duidelijk dat de sportfaciliteiten van de universiteit ontoereikend waren. In 1962 begon de universiteit dan ook met het opstellen van een programma van eisen voor een nieuw te bouwen sportcomplex. EINSTEINWEG PLE S M ANLA AN Drie mogelijke locaties voor het nieuwe complex sneefden achtereenvolgens: de universitaire sportvelden aan het Piet Paaltjenspad vlak achter het Centraal Station, het gebied naast het voormalige Legermuseum (het Pesthuis, nu de toegang tot Naturalis) en de Broek- en Simontjespolder. In de eerste twee gevallen was de uitbreiding van het toenmalige Academisch Ziekenhuis Leiden (nu het Leids Universitair Medisch Centrum, LUMC) het belangrijkste struikelblok, in het derde geval was dat een veto van de universitaire Sportraad. De locatie aan het Piet Paaltjenspad had genoopt tot een compact ontwerp van twee verdiepingen en toen er uiteindelijk overeenstemming kwam over de huidige locatie tegenover het Gorlaeus Laboratorium, werd vastgehouden aan dat compacte ontwerp. Dit had te maken met allerlei vertragingen, onder meer door het overlijden van de architecten Rietveld en Van Dillen. Eindelijk, op 18 september 1968, sloeg prof. P. Muntendam, buitengewoon hoogleraar sociale geneeskunde, de symbolische eerste paal. Het was een wel zeer symbolisch ritueel want feitelijk ging het om een der laatste palen. In 1970, op vrijdag 30 oktober, werd het Universitair Sportcentrum feestelijk geopend. Einsteinweg 6 Zes jaar later werden naast het sportcomplex negen tennisbanen in gebruik genomen. Dit gebeurde niet zonder tegenstand van mensen die hier liever een buitenzwembad hadden gezien als vervanging voor het uit eerdere plannen geschrapte indoorzwembad. Op dit moment kunnen studenten kiezen uit 35 sporten, in en buiten het Sportcentrum. De universiteit heeft inmiddels besloten een nieuw sportcentrum te realiseren naast de Gorlaeus Laboratoria. Veel studenten kennen het Sportcentrum ook van minder ontspannen omstandigheden: het is de locatie voor massale tentamens van in het bijzonder de Faculteit der Rechtsgeleerdheid. De sporthal Beachvolleybal 113

116 gorlaeus laboratoria Adres Einsteinweg 55 Objectcode 2501 (hoogbouw), 2505 (voorkandidaatslab/lmuy), 2506 (practicagebouw/lcp), 2507 t/m 2510 (bijgebouwen) Oppervlakte m 2 no (hoogbouw), m 2 no (voorkandidaatslab/lmuy), m 2 no (practicagebouw/lmuy), m 2 no (bijgebouwen) Bouwjaar Architect Drexhage, Sterkenburg, Bodon, Venstra ingenieurs en architecten Functie Onderzoeks- en laboratoriumgebouwen Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen 114 Gorlaeus hoogbouw

117 MAX PLANCKWEG gorlaeus laboratoria WASSEN A ARSEWEG Hoogbouw De eerste van de twee prominente torens van bureau Drexhage in dit deel van de Leeuwenhoek is die van het Gorlaeus Laboratorium. Deze ligt centraal in het Gorlaeus-Huygens-Oort-complex. De toren sluit op de eerste verdieping aan de ene kant aan op de beheervleugel en het collegezalengebouw, en aan de andere kant op de verbindingsgang naar het Huygens Laboratorium. De toren heeft de vorm van een kubus (50 x 50 x 50 meter), bestaat uit tien bouwlagen en wordt afgesloten met een lichtkleurige dakrand. Inwendig bevat de toren stevige betonnen kernen ten behoeve van de stabiliteit. Als aanvulling hierop heeft het gebouw een uitwendig staalskelet waaraan de vloeren en de glasgevels zijn gemonteerd. De aldus ontstane dubbele gevel fungeert als vluchtweg. Op de verdiepingen zijn onder meer laboratoria en koelkamers ingericht. NIELS BOHRWEG Einsteinweg 55 EINSTEINWEG LMUY-gebouw Het grotere Voorkandidaatslaboratorium (beter bekend als het LMUY-gebouw, naar de assen op de ontwerp- en bouwtekeningen) is qua opzet vergelijkbaar met het LCP-gebouw (pag. 116). Het heeft vier binnenplaatsen en twee bouwlagen. De centrale bibliotheek van de faculteit is erin ondergebracht. Tussen de drie gebouwen en de collegezalenschotel ligt een tuin (pag. 117). David van Goorle ( , hij werd maar 20 jaar) schreef een revolutionaire theorie over het belang van atomen. Aan zijn dissertatie gaf Gorlaeus het volgende motto mee: Ook als iedereen er een tegengestelde mening op na zou houden, moet de waarheid verdedigd worden, en jij (bedoeld wordt de student) moet hierbij je eigen leraar als je vijand beschouwen. Dit is je eeuwige opdracht. De dubbele gevel Practicumzaal in het LMUY-gebouw 115

118 gorlaeus laboratoria Practicagebouw LCP Practicagebouw LCP Het lagere en rechthoekige practicagebouw LCP heeft een centrale binnenplaats met groen. Rondom deze plaats loopt een gang waaraan hogere lokalen en laboratoria zijn gelegen. Rondom het complex staan drie kleinere gebouwen: plantengroeivoorzieningen, het oplosmiddelen- en chemisch afvaldepot en het gebouw van het expertisecentrum Vastgoed, cluster Leeuwenhoek-west. Om de overcapaciteit in het Gorlaeuscomplex te minimaliseren en de synergie binnen de faculteit te bevorderen, worden alle onderdelen van het Instituut Biologie Leiden, nu verspreid gehuisvest, ook in het complex ondergebracht. Het gebouwencomplex moet, net als de andere universitaire gebouwen van de eerste generatie in de Leeuwenhoek, binnenkort worden gerenoveerd. 116

119 LMUY-gebouw LMUY-gebouw Practicagebouw LCP 117

120 gorlaeus collegezalengebouw en beheervleugel Adres Einsteinweg 55 Objectcode 2504 (collegezalengebouw), (beheervleugel) Oppervlakte m 2 no Bouwjaar Architect Drexhage, Sterkenburg, Bodon, Venstra ingenieurs en architecten Functie Onderwijs, restaurant, kantoor- en dienstruimtes Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen 118

121 gorlaeus collegezalengebouw en beheervleugel WASSEN A ARSEWEG NIELS BOHRWEG MAX PLANCKWEG Het eerste gebouw dat eind jaren zestig in de Leeuwenhoekpolder werd betrokken was het Gorlaeus Laboratorium, speciaal ingericht voor scheikunde. Na de bouw van de toren, in de wandeling de hoogbouw genoemd, en de laagbouw, kwam in de periode het volgende bouwdeel gereed: een schotelvormig collegezalencomplex, toegankelijk via een entreehal met monumentale trap, en een langwerpige aanbouw, de zogenoemde beheervleugel. Deze sluit op de eerste verdieping aan op de laboratoria in de hoogbouw. Einsteinweg 55 EINSTEINWEG Voor het collegezalengebouw werd gekozen voor een schotelvorm omdat hiermee een voor hoorcollegezalen gunstige trapeziumvormige plattegrond en een amfitheatervormige doorsnede kon worden gerealiseerd. Rondom het middelpunt van de schotel liggen de colloquiumzalen, de docentenkamers, de prepareerkamers en de technische ruimten. De schotelconstructie en de kern zijn van gewapend beton; de dakconstructie bestaat uit vakwerkspanten met stalen gordingen op stalen kolommen. De verbindingsgang ligt als een glazen schil rond het gebouw en verbreedt zich boven de ingang tot restaurant. De beheervleugel is op verdiepingniveau als een staalconstructie uitgevoerd met vertrekken die aan een vijf meter brede gang liggen. Deze geeft toegang tot de achtergelegen hoogbouw en laboratoria. Rondom het Gorlaeus-Huygens-Oort-complex is na 1982 het Bio-Science Park ontstaan, met kennisintensieve bedrijven, waarvan vele zich richten op de biotechnologie en de humane biochemie. De collegezalen 4 en 5 bieden na het wegschuiven van de scheidingswand plaats aan 700 toehoorders, en vormen zo de grootste collegezaal van de Universiteit Leiden en een van de grootste in Nederland. De zaal wordt ook gebruikt door de faculteiten Rechtsgeleerdheid en Sociale Wetenschappen. Het restaurant in de buitenste ring van de schotel Oplopende collegezaal in de schotel 119

122 huygens laboratorium Adres Niels Bohrweg 2 Objectcode 2502 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar 1974 Architect Drexhage, Sterkenburg, Bodon, Venstra ingenieurs en architecten Functie Onderwijs-, onderzoeks- en laboratoriumgebouw Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen 120

123 MAX PLANCKWEG huygens laboratorium WASSEN A ARSEWEG Het tweede hoge torengebouw in het westelijke deel van de Leeuwenhoek is het Huygens Laboratorium (1974), waarin de opleidingen natuurkunde en sterrenkunde van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen zijn gehuisvest. Qua opzet lijkt de toren op de hoogbouw van het Gorlaeus Laboratorium, maar de afmetingen zijn iets geringer. De toren telt elf bouwlagen die worden bekroond door een hoge lijst. De inwendige betonnen kern bevat de liftschachten en is versterkt met een staalskelet. In tegenstelling tot de transparante vliesgevels van het Gorlaeus is bij de gevelopzet van het Huygens gekozen voor betonnen banden afgewisseld met verdiepte vensterpartijen, die het gebouw een gesloten karakter geven. NIELS BOHRWEG Niels Bohrweg 2 EINSTEINWEG Het laboratorium wordt deels ontsloten door de nieuwe, representatieve ingang vanuit het naastgelegen Oortgebouw (1997), en door loopgangen op verdiepingniveau vanuit het Gorlaeus Laboratorium. Het aan de overzijde van de Niels Bohrweg gelegen Snellius (het vroegere Centraal Rekeninstituut en Mathematisch Instituut) is van dezelfde architecten en kent eenzelfde heldere en functionele opzet. Het Huygens Laboratorium is hiermee verbonden door een ondergrondse gang. Het gebouw is vernoemd naar de beroemde astronoom, wiskundige en fysicus Christiaan Huygens ( ). Hij bouwde op grond van de wiskundige analyse van de beweging van een slinger, het eerste nauwkeurige uurwerk. Bovenal is Huygens beroemd om zijn theorie van de voortplanting van licht als golven. Laseropstelling Opstelling astro-fysisch laboratorium 121

124 j.h. oortgebouw en kamerlingh onnes meethal Adres Niels Bohrweg 2 Objectcode 2503 Oppervlakte m 2 no verdeeld over zes bouwlagen Bouwjaar 1997 Architect Erick van Egeraat Functie Onderwijs-, onderzoeks- en laboratoriumgebouw Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen Bijzonderheden Trillingvrije vloer in het nieuwe Kamerlingh Onnes Laboratorium 122

125 j.h. oortgebouw en kamerlingh onnes meethal WASSENAARSEW EG NIELS BOHRWEG MAX PLANCKWEG In 1974 verhuisden een deel van de fysici en de astrofysici van het verouderde Kamerlingh Onnes Laboratorium in de binnenstad naar het nieuwe Huygens Laboratorium. De aldus ontstane scheiding van de fysici bleek een onwenselijk bijverschijnsel. Daarom werd in 1985 besloten de hele natuur- en wiskunde samen te voegen in het Gorlaeus-Huygens-Oortcomplex. Het zou echter nog ruim tien jaar duren voordat het futuristische Oortgebouw, genoemd naar de befaamde hoogleraar J.H. Oort, mede-ontdekker van het Melkwegstelstel, werd opgeleverd. Het gebouw is duidelijk een reactie op de monotone blokken van de aanpalende Gorlaeus- en Huygenslaboratoria uit de jaren zeventig. De met zink beklede gevels met irokohouten kozijnen, staan tien graden uit het lood waardoor het nieuwbouwblok dicht tegen het bestaande Huygens Laboratorium kon worden geplaatst, zonder dat dit tot lichtverlies leidde in de hoger gelegen kantoorverdiepingen. Op vier niveaus is het Oortgebouw via luchtbruggen verbonden met het Huygens Laboratorium. De schuine buitenwanden hebben het gebouw de bijnaam Titanic opgeleverd. Het gebouw wordt ontsloten vanuit één centrale hal. Onder deze hal ligt de nieuwe meethal, waar onderzoek naar ultralage temperaturen wordt gedaan. Op de eerste verdieping is de afdeling Gecondenseerde materie gehuisvest, op de vierde en vijfde de Sterrewacht en de landelijke sterrenkundige onderzoeksschool NOVA. In het gebouw is voorts het Lorentz Center gevestigd, een internationale ontmoetingsplaats voor fysici en astrofysici. Boven de deur van de meethal hangt een glas-in-looddrieluik uit het oude Kamerlingh Onnes Laboratorium. Het is van de hand van Heike Kamerlingh Onnes neef Harm ( ). De luiken één en drie tonen Pieter Zeeman, die via een experiment bijdroeg aan het bewijs voor de kwantumtheorie. Op luik twee werkt Lorentz aan de theoretische onderbouwing. EINSTEINWEG Niels Bohrweg 2 De meetinstrumenten die bij het ultralagetemperatuuronderzoek worden gebruikt, zijn zo gevoelig dat ze het breken van de golven in de zee bij Katwijk, op ongeveer 8 km afstand, kunnen meten. Pieter Zeeman in glas-in-lood De meethal 123

126 snellius Adres Niels Bohrweg 1 Objectcode 2601 Oppervlakte m 2 no Bouwjaar 1971 Architect Drexhage, Sterkenburg, Bodon en Venstra. Renovatie 2003/2004: Hoek & De Wit Architecten Functie Onderwijs- en onderzoekgebouw / data transfer knooppunt Gebruiker Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen, I-groep, LIACS en ICT-knooppunt 124

127 snellius Eind jaren vijftig van de vorige eeuw kregen de wiskundigen en natuurwetenschappers behoefte aan een krachtige rekenautomaat om hun omvangrijke en tijdrovende berekeningen te kunnen uitvoeren. Kort daarna werd het Centraal Reken Instituut van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen opgericht, afgekort CRI; in 1962 werd de eerste computer aangeschaft. Na een aantal jaren in andere gebouwen gehuisvest te zijn geweest, vond het CRI begin jaren zeventig onderdak in het nieuwe huidige Snellius. Dit bestaat uit een vierkant hoofdgebouw van drie bouwlagen om een kerngedeelte waarin een serverruimte is ingericht. Op het dak van de kern ligt een dakterras. In de ring rond de kern liggen de kamers van de medewerkers. Het hoofdgebouw heeft een aanbouw van twee lagen, waarin zich de collegezalen bevinden. De wanden van het hoofdgebouw hellen 10% naar achteren; vanaf de bovenkant lopen brede regenpijpen schuin naar de grond. Volgens mondelinge overlevering heeft de architect zich bij dit ontwerp laten inspireren door de sombrero. De rol van de computer binnen universiteit en samenleving groeide snel. Begin jaren tachtig ging in het Snellius de studierichting informatica (het LIACS) van start en nog steeds is het de thuisbasis van deze inmiddels volwaardige opleiding informatica. Het CRI kreeg naast een wetenschappelijke taak ook steeds meer interne dienstverlenende taken, zeker toen de pc zijn intrede deed. De dienstverlening werd ondergebracht in de zogenoemde Informatiseringsgroep (I-groep), het gebouw werd het I-gebouw. De I-groep had én heeft een cruciale rol bij alle bedrijfsprocessen van de universiteit. Na een renovatie van onder meer de oude mainframe-ruimten en het restaurant, is het gebouw omgedoopt tot Snellius naar de wiskundige Willebrord Snell van Royen ( ). Deze was buitengewoon begaafd: op tienjarige leeftijd werd hij al student aan de Leidse universiteit. Hij berekende met beperkte middelen vrij nauwkeurig de omtrek van de aarde maar verwierf vooral wereldwijde faam door de brekingswet van licht te ontdekken. A44 WAS SENAA RSEWEG NIELS BOHRWEG Niels Bohrweg 1 De eerste computer van het CRI, beschikte in huidige termen over een 0.1 mhz processor en 50 kb ram opslagcapaciteit. Ponsbanden vormden het belangrijkste inen uitvoermedium. Ter vergelijking: anno 2003 zijn er notebooks op de markt met een 2.5ghz processor en 1024 mb ram: respectievelijk keer zo snel en met keer zo veel opslagcapaciteit. De serverruimte Het dakterras op de eerste verdieping 125

128 ketelhuis, hoogspanningsstation en waterscheidingsgebouw Adres Einsteinweg 55 Objectcode 6001 (ketelhuis/hoogspanningsstation), 2510 (waterscheidingsgebouw) Oppervlakte Ketelhuis m 2 netto oppervlakte, hoogspanningsstation m 2 netto oppervlakte Bouwjaar (ketelhuis/hoogspanningsstation), 1985 (waterscheidingsgebouw) Architect DSBV (ketelhuis/hoogspanningsstation), AIV/Rgd (waterscheidingsgebouw) Functie Ketelhuis, hoogspanningsstation, waterscheidingsgebouw Gebruiker Universiteit Leiden Leeuwenhoek-West (ketelhuis), Universiteit Leiden, LUMC en NUON (hoogspanningsstation), Universiteit Leiden t/m Boerhaavekwartier (waterscheidingsgebouw) 126 Ketelhuis en hoogspanningsstation Waterscheidingsgebouw

129 ketelhuis, hoogspanningsstation en waterscheidingsgebouw WA SSEN A ARSEWEG NIELS BOHRWEG MAX PLANCKWEG EINSTEINWEG Aan de Wassenaarseweg, naast de Kamerlingh Onnes Meethal, liggen twee kleine gebouwen. Het grootste omvat een ketelhuis en een hoogspanningsstation (ofwel trafostation) die rug aan rug tegen elkaar staan. In het ketelhuis staan vier ketels die een groot aantal gebouwen in de Leeuwenhoek van water voorzien. Het Gorlaeus is verreweg de grootste afnemer. Via een ondergronds gangenstelsel wordt het warme water aangevoerd. Het trafostation is uitgerust met drie kv transformatoren. Einsteinweg 55 Het losstaande gebouwtje is het waterscheidingsgebouw. Hier wordt de watervoorziening voor de universitaire gebouwen afgescheiden van het reguliere waternet. De afscheiding is aangelegd vanwege de experimenten die in de laboratoria plaatsvinden. In geval van een calamiteit komt het besmette tapwater niet verder dan het waterscheidingsgebouw en kan het niet in het openbare drinkwaternet komen. Bij het Sylviuslaboratorium is een soortgelijke voorziening aanwezig. Aan de Endegeesterstraatweg staat het hoofdgemaal. Dat verpompt het afvalwater van alle universitaire gebouwen en de gebouwen van het LUMC in de Leeuwenhoek, alsmede het Curium, naar de rioolwaterzuivering in Oegstgeest. Recent zijn ook het bedrijf Centocor en de studentenunits in Rijnfront op het gemaal aangesloten. Via 25 kilometer kabel wordt de stroom verdeeld over 45 transformatoren in de gebouwen. Het station heeft een piekvermogen van kilowattuur en een afname van 34 miljoen kilowattuur per jaar. Hoogspanningsstation Waterscheidingsgebouw 127

130 leiderdorp Adres Dwarsweteringkade Objectcode 7003 Oppervlakte m 2 Bouwjaar Eerste fase werkzaamheden 2005 Architect E.B. Schildwacht (Bosman Schildwacht Partners bv) Functie Studentenwatersportverenigingen en studentenhuisvesting Gebruiker Asopos de Vliet, De Blauwe Schuit, Levitas, LSD en SLS Wonen 128

131 leiderdorp Begin jaren zestig richtten een paar ontevreden leden van studentenroeivereniging Njord, voortgekomen uit Minerva, de Algemene Leidse Studentenroeivereniging Asopos op. Deze herenroeivereniging vond na een aantal jaren van omzwervingen een vaste stek in Leiderdorp, aan een zijarm van de Zijl, bij de Driegatenbrug aan het einde van de Willem de Zwijgerlaan. In 1968 opende Prins Claus het nieuwe clubhuis, waarmee de innige relatie tussen de Leidse universiteit en het koninklijk huis nog maar weer eens was bevestigd. Toen begin jaren zeventig de Trekvaart werd gedempt, kwam de damesroeivereniging De Vliet die haar uitvalsbasis aan deze vaart had, Asopos gezelschap houden. De aanvankelijke samenwoning resulteerde in een fusie in 1974, waarmee een gemengde vereniging ontstond. Op 18 mei van hetzelfde jaar werd het nieuwe gebouw van A.L.S.R.V. Asopos de Vliet geopend hetgeen wederom gepaard ging met koninklijk bezoek: nu was het prinses Beatrix die de openingshandeling verrichtte. In 1978 kocht de Universiteit Leiden het terrein van 1,7 ha groot van de gemeente Leiderdorp. De studentenwaterverenigingen bedongen om niet het recht van opstal, zolang ze zouden bestaan én studentenvereniging zouden zijn. Deze overeenkomst bindt de Universiteit Leiden aan het terrein. ZIJLDIJK PROVINCIALEWEG NR. 5 Momenteel zijn nieuwe ontwikkelingen gaande. Vier studentenwatersportverenigingen krijgen op het terrein een nieuw watersportcentrum: Asopos de Vliet (roeien), De Blauwe Schuit (zeilen), Levitas (kanoën) en de LSD (duiken). Ze zijn er nu in loodsen ondergebracht. Het watersportcentrum gaat bestaan uit een ellipsvormige sociëteit voor verreweg de grootste vereniging Asopos de Vliet en een langgerekt multifunctioneel gebouw. Op de begane grond hiervan komen de boten- en materiaalopslag van alle verenigingen en de sociëteiten van de drie kleinere verenigingen. Daarbovenop wordt huisvesting voor negentig studenten gerealiseerd. Mogelijk krijgen watersporters bij de toewijzing van kamers voorrang zodat een echte watersportcultuur ontstaat. Het complex is naar verwachting begin 2007 gereed. Rechts de studentenhuisvesting op het watersportcentrum Nieuwe sociëteit Asopos de Vliet Prinses Beatrix bij de opening van het nieuwe clubgebouw in De vereniging leerde veel op het gebied van koninklijk bezoek. Zo mocht de prinses niet in een roeiboot omdat men haar dan onder de rokken zou kunnen kijken, en evenmin per boot een brug passeren. Achteraf is de toenmalige praeses van Asopos de Vliet, Ronald Maaskant, vooral de koninklijke houding van de prinses bijgebleven: rechte rug, voeten en knieën tegen elkaar en een constante glimlach. 129

132 campus den haag Adres Lange Houtstraat 5-7 Objectcode 4003 Oppervlakte m 2, verdeeld over drie bouwlagen Bouwjaar Omstreeks 1750; verbouwing Status Rijksmonument (nummer 7) Functie Oorspronkelijk woonhuis, nu onderwijsgebouw Gebruiker Campus Den Haag Eigendom APO Immobilien Kapitalanlagegesellschaft 130

133 campus den haag Campus Den Haag werd in samenwerking met de gemeente Den Haag in 1999 opgericht. Die stad mag zich sindsdien voor het eerst universiteitsstad noemen. Campus Den Haag verzorgt opleidingen en incompany trainingen op het gebied van de rechten en de politieke wetenschappen en groeit gestaag. Sinds enige tijd heeft de campus ook onderzoeksinstituten op het gebied van internationaal recht en bestuurskunde. Het monumentale hoekpand aan de Lange Houtstraat in het centrum van Den Haag werd in 2002 als nevenvestiging van de Universiteit Leiden in gebruik genomen. De lijstgevel van de oorspronkelijke achttiende-eeuwse patriciërswoning is sinds 1974 een rijksmonument. Door de slechte staat waarin het pand verkeerde, werd in 1990 overgegaan tot een algehele renovatie of eigenlijk demontage en reconstructie: de voor- en zijgevel werden met moderne materialen in de originele stijl opgetrokken. Bij deze vernieuwbouw kreeg het interieur een geheel nieuwe opzet en werd het pand verheeld met het aanpalende Lange Houtstraat 5.In 2002 werd het interieur ten behoeve van de Universiteit Leiden die het dat jaar ook betrok, wederom verbouwd: er kwamen acht riante en volledig uitgeruste (college)zalen, een grote aula en foyer. Kenmerkend voor de gevel in Lodewijk XIV-stijl is de statige, symmetrische opzet met drie vensterassen en een sobere classicistische aankleding. In de middenas ligt de entree, geflankeerd door gepleisterde pilasters en twee grote achttiende-eeuwse schuifvensters met kleine roedenverdeling. Op de eerste verdieping zijn de twee schuifvensters iets kleiner en wordt het balkon met smeedijzeren balustrade gedragen door gekrulde consoles. De balkonentree wordt bekroond door een cartouche met rocaillemotieven. De vensters van de gedrukte tweede verdieping zijn kleiner. De gevel wordt bekroond door een fries en een dominante houten kroonlijst, en aan beide zijden afgesloten met geblokte lisenen van pleisterwerk. De eveneens vernieuwde zijgevel in de Casuariestraat heeft schuifvensters met een negentiende-eeuwse roedenverdeling. PLEIN LANGE HOUTSTRAAT BLEIJENBURG HERENGRACHT Lange Houtstraat 5-7 Ministerie van financiën Begin januari 2003 overhandigde de Haagse burgemeester Wim Deetman aan wetenschappelijk directeur Jouke de Vries van de Campus Den Haag en andere betrokkenen bij de Haagse vestiging, de zogenoemde Haagse Pluim. Deze onderscheiding, een bronzen beeldje, wordt jaarlijks uitgereikt aan een instelling of persoon die een opmerkelijk positieve bijdrage heeft geleverd aan de beeldvorming van de stad. Cartouche met rocaillemotieven boven de balkonentree Gekrulde console onder balkon 131

134 nederlands-vlaams instituut in caïro Adres 1 Dr. Mahmoud Azmi Street, Chiaklet Zamalek-South, Kism Kasr El Nil, Caïro, Egypte Oppervlakte 685 m 2 Functie Kantoor, bibliotheek en gastenverblijven Gebruiker Nederlands-Vlaams Instituut (NVIC) 132

135 nederlands-vlaams instituut in caïro Een buitenbeentje is het, het Nederlands-Vlaams Instituut in Caïro (NVIC). Het enige vastgoed dat de Universiteit Leiden in het buitenland bezit. Het staat sinds 1971 ten dienste van wetenschappers en studenten van Nederlandse, en sinds 1999 ook van enkele Vlaamse universiteiten. Het gaat in totaal om zeven universiteiten. Vóór de Vlaamse participatie heette het instituut NIAASC: Nederlands Instituut voor Archeologie en Arabische Studiën in Caïro. Het instituut vertegenwoordigt de zeven universiteiten in het Midden-Oosten in algemene zin maar de dagelijkse activiteiten richten zich voornamelijk op de arabistiek, de egyptologie, de archeologie en de papyrologie. Leiden is penvoerder van het NVIC. Het NVIC verzorgt cursussen in de archeologie van Egypte en cursussen arabistiek. Deze zijn integraal onderdeel van het curriculum van de studenten die in het kader van hun studie op het instituut verblijven. Het NVIC begeleidt studenten ook bij individuele studieactiviteiten, zoals het schrijven van papers en scripties. Verder organiseert het NVIC wetenschappelijke symposia. Het instituut heeft zes vaste medewerkers. Bedrijven en instellingen kunnen ook gebruik maken van de expertise van het NVIC: op aanvraag worden cursussen aan derden gegeven op het gebied van taal en cultuur van Egypte en het Midden-Oosten. De universiteit, die het pand met erf al jaren huurde, kreeg het op 18 oktober 1996 in bezit: de Nederlandse staat verkocht het voor één gulden. De staat op haar beurt, kreeg het van Gist-Brocades uit Delft (nu DSM geheten). De toenmalige ambassadeur in Egypte, mr. P. Buwalda, nam het in ontvangst. Het gebouw is te omschrijven als een stadsvilla. Het heeft drie verdiepingen, een souterrain en een dakterras. Bibliotheek begane grond Souterrain Het NVIC ligt op het eiland Zamalek in de Nijl. Begin jaren negentig steeg er onverwacht en onverklaarbaar het grondwaterpeil: in korte tijd kroop het vocht langs de muren van de kelder omhoog. Daar stonden de Egyptische en Koptische bibliotheek en een uniek Egyptisch krantenarchief vanaf ca De kelder werd ontruimd en volgens goed Hollands gebruik werden pompen geplaatst voor de droogmaling. Het grondwaterpeil daalde weer, de pompen blijven paraat. 133

Het bestaat uit een voorhuis dat gebouwd is in 1777, met een hardstenen gevel, en een dubbel

Het bestaat uit een voorhuis dat gebouwd is in 1777, met een hardstenen gevel, en een dubbel Over het Pand Het pand Prinsenstraat 61 is een Rijksmonument. Het bestaat uit een voorhuis dat gebouwd is in 1777, met een hardstenen gevel, en een dubbel achterhuis uit de 17e eeuw, deels verbouwd in

Nadere informatie

1.6 Reconstructie van de noordzijde van de Markt, omstreeks 1500 (AEH, RG)

1.6 Reconstructie van de noordzijde van de Markt, omstreeks 1500 (AEH, RG) 1.6 Reconstructie van de noordzijde van de Markt, omstreeks 1500 (AEH, RG). - 14 - - 15 - 3.23 3.24 3.26 3.25 vastgesteld. De verdieping in het voorhuis van dit pand had geen schouw, een balklaag met gekantrechte

Nadere informatie

Te koop: Rapenburg 41, Leiden

Te koop: Rapenburg 41, Leiden Te koop: Rapenburg 41, Leiden Vraagprijs 1.975.000 k.k. Wonen in Leiden Leiden een steeds mooier wordende Hollandse vestingstad met prachtige singels en grachten. Universiteitsstad bij uitstek waar alles

Nadere informatie

Rapenburg 75 en 77 Leiden. Architectenbureau Gerrit van der Vijver BNA. In opdracht van dhr. C. Houbolt en mevr. E. Wolters

Rapenburg 75 en 77 Leiden. Architectenbureau Gerrit van der Vijver BNA. In opdracht van dhr. C. Houbolt en mevr. E. Wolters Architectenbureau Gerrit van der Vijver BNA Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden Wabo 142562 / 1586089 Rapenburg 75 en 77 Leiden In opdracht van dhr. C. Houbolt en mevr. E.

Nadere informatie

Probusclub Merwestad Het Paleis op de Dam te Amsterdam

Probusclub Merwestad Het Paleis op de Dam te Amsterdam Cees de Wit Het Paleis op de Dam te Amsterdam 16 48-1665 Architect: Jacob van Campen Constructeur: Daniël Stalpaert Het paleis is In de 17 e eeuw gebouwd als Stadhuis van het toen rijke en oppermachtige

Nadere informatie

Schitterend monumentaal grachtenpand op een fenomenale locatie!

Schitterend monumentaal grachtenpand op een fenomenale locatie! Schitterend monumentaal grachtenpand op een fenomenale locatie! Keizersgracht 241 in Amsterdam Keizersgracht 241 adembenemend, mogelijkheden, rijke historie, voor de echte grachtenliefhebber die creatief

Nadere informatie

Typering van het monument: Woonhuis uit 1896 dat deel uitmaakt van de historische bebouwingsstructuur van de dorpskern Hunsel.

Typering van het monument: Woonhuis uit 1896 dat deel uitmaakt van de historische bebouwingsstructuur van de dorpskern Hunsel. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM088 Naam monument : n.v.t. Adres : Jacobusstraat 2 Postcode en plaats : 6013 KK Hunsel Kadastrale aanduiding : HSL00 sectie B nr(s) 2771 Coördinaten

Nadere informatie

TE KOOP - PETERSBURCH. Damplein 5 - Edam. Vraagprijs:

TE KOOP - PETERSBURCH. Damplein 5 - Edam. Vraagprijs: TE KOOP - PETERSBURCH Damplein 5 - Edam Vraagprijs: 1.950.000 www.reliplan.nl 2 Object Multifunctioneel Het object kan multifunctioneel aangewend worden voor bedrijvigheid, expositie, wonen en horeca.

Nadere informatie

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort Complexnummer: 514503 Smallepad 5 Wooncomplex Aantal complexonderdelen: Monumentnummers van complexonderdelen: 3 514505, 514504, 8164 Woonplaats : Gemeente: Provincie: Hoofdadres van hoofdobject: BY Loseweg

Nadere informatie

Inhoud. Clusius B 4 Hoogwaardige studentenhuisvesting op een centrale plek in Leiden. De Clusius campus 6 Nieuw elan op een plek met historie

Inhoud. Clusius B 4 Hoogwaardige studentenhuisvesting op een centrale plek in Leiden. De Clusius campus 6 Nieuw elan op een plek met historie Beleggen in Inhoud Clusius B 4 Hoogwaardige studentenhuisvesting op een centrale plek in Leiden De Clusius campus 6 Nieuw elan op een plek met historie Verdiepingsoverzicht 10 Studio s 12 Gezamenlijke

Nadere informatie

Quickscan Gemeente Drimmelen maart - april 2013

Quickscan Gemeente Drimmelen maart - april 2013 Quickscan Gemeente Drimmelen maart - april 2013 Wagenberg, Brouwerijstraat 3 Woonhuis met garage, ca. 1910. Kenmerken van Jugendstil. Rijk gedetailleerde voorgevel in rode strengperssteen met speklagen

Nadere informatie

OPEN MONUMENTENDAG 2019

OPEN MONUMENTENDAG 2019 OPEN MONUMENTENDAG 2019 Plekken van Plezier Zaterdag 14 september van 10.00 uur tot 17.00 uur Opening om 10.00 uur in de Wintertuin in het Cantonspark Voorwoord Tijdens Open Monumentendag staan de deuren

Nadere informatie

Typering van het monument: Karakteristiek woonhuis voorzien van een pleisterlaag op L-vormige plattegrond daterende uit circa 1910.

Typering van het monument: Karakteristiek woonhuis voorzien van een pleisterlaag op L-vormige plattegrond daterende uit circa 1910. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM052 Naam monument : n.v.t. Adres : Napoleonsweg 33 Postcode en plaats : 6081 AA Haelen Kadastrale aanduiding : HLN02 sectie B nr(s) 1000 Coördinaten

Nadere informatie

TE KOOP. Voormalig kerkgebouw Berkenstraat 10 - Haarlem. Vraagprijs: k.k.

TE KOOP. Voormalig kerkgebouw Berkenstraat 10 - Haarlem. Vraagprijs: k.k. TE KOOP Voormalig kerkgebouw Berkenstraat 10 - Haarlem Vraagprijs: 850.000 k.k. www.reliplan.nl 2 Object Ligging - De locatie is gelegen aan de Berkenstraat 10 Haarlem. Perceel perceel 330 m² Oppervlakte

Nadere informatie

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort Complexnummer: 522705 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Complexnaam: Sonneheerdt Aantal complexonderdelen:

Nadere informatie

Monumentenregister Nijmegen. Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening

Monumentenregister Nijmegen. Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening Plaatselijke aanduiding monument Bottelstraat 10 Aanwijzingsbesluit 11-11-2015 MON ID-code 2743, 2744 Redengevende omschrijving

Nadere informatie

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Dorpstraat 35. Kadastrale aanduiding : BXM00 sectie E nr(s) 259 Coördinaten : x: y: 359.

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Dorpstraat 35. Kadastrale aanduiding : BXM00 sectie E nr(s) 259 Coördinaten : x: y: 359. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM006 Naam monument : n.v.t. Adres : Dorpstraat 35 Postcode en plaats : 6095 AE Baexem Kadastrale aanduiding : BXM00 sectie E nr(s) 259 Coördinaten

Nadere informatie

Beeldkwaliteitsplan Voormalige Eurobioscoop en omgeving.

Beeldkwaliteitsplan Voormalige Eurobioscoop en omgeving. Beeldkwaliteitsplan Voormalige Eurobioscoop en omgeving. Inleiding De tender voor de voormalige Eurobioscoop heeft als doel de kwaliteiten van het bijzondere gebouw weer een rol te laten spelen in de nieuwe

Nadere informatie

Geweldigershoek 2. Langs- en dwarsdoorsnede kapconstructie en zolderplattegrond van het hoofdhuis op de hoek. Geweldigershoek

Geweldigershoek 2. Langs- en dwarsdoorsnede kapconstructie en zolderplattegrond van het hoofdhuis op de hoek. Geweldigershoek GEWELDIGERSHOEK 2 Het huis ligt op de zuidoosthoek van de Geweldigershoek en de Dieserstraat en bestaat eigenlijk uit twee huizen, een groter witgepleisterd hoekhuis en een heel klein huisje daar links

Nadere informatie

Dorpsstraat 25 Ilpendam

Dorpsstraat 25 Ilpendam Dorpsstraat 25 Ilpendam opmerkingen: Voormalige pastorie, begin 19 de eeuw. Schilddak met geglazuurde oude Hollandse pannen en voorop origineel dakkapel. Originele wanden met origineel voegwerk. Imposant

Nadere informatie

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Stationstraat 17. Kadastrale aanduiding : BXM00 sectie E nr(s) 85 Coördinaten : x: y:

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Stationstraat 17. Kadastrale aanduiding : BXM00 sectie E nr(s) 85 Coördinaten : x: y: Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM017 Naam monument : n.v.t. Adres : Stationstraat 17 Postcode en plaats : 6095 BR Baexem Kadastrale aanduiding : BXM00 sectie E nr(s) 85 Coördinaten

Nadere informatie

Typering van het monument: Vrijstaand negentiende-eeuws woonpand van twee bouwlagen met karakteristiek dakoverstek.

Typering van het monument: Vrijstaand negentiende-eeuws woonpand van twee bouwlagen met karakteristiek dakoverstek. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM027 Naam monument : n.v.t. Adres : Heerweg 2 en 4 Postcode en plaats : 6082 AC Buggenum Kadastrale aanduiding : BGN04 sectie A nr(s) 2109 Coördinaten

Nadere informatie

De gebouwen en stijlen in chronologische volgorde

De gebouwen en stijlen in chronologische volgorde De gebouwen en stijlen in chronologische volgorde STIJL GEBOUW LOCATIE Romaans Oude Kerk (toren) Naaldwijk Gotisch Oude Kerk (kerkgebouw) Naaldwijk Renaissance Oude Raadhuis Naaldwijk Classicisme Nederhof

Nadere informatie

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Eindstraat 11

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Eindstraat 11 Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM078 Naam monument : n.v.t. Adres : Eindstraat 11 Postcode en plaats : 6085 AE Horn Kadastrale aanduiding : HOR02 sectie D nr(s) 1403 Coördinaten :

Nadere informatie

Typering van het monument: Statig woonhuis met symmetrische indeling en karakteristieke trapgevels ter plaatste van de topgevels.

Typering van het monument: Statig woonhuis met symmetrische indeling en karakteristieke trapgevels ter plaatste van de topgevels. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM043 Naam monument : n.v.t. Adres : Lindestraat 7a Postcode en plaats : 6096 BW Grathem Kadastrale aanduiding : GTM sectie C nr(s) 1628 Coördinaten

Nadere informatie

Rreestraat 56. Naar teekening van H. Jesse.

Rreestraat 56. Naar teekening van H. Jesse. Rreestraat 56. Naar teekening van H. Jesse. Breestraat 56. De gevel van het huis Breestraat 56 alhier heeft zich handhaven, in verminkten staat. Vermoedelijk onbewust hebben de achtereenvolgende eigenaren,

Nadere informatie

Oostpaan IS, 20, Maasland

Oostpaan IS, 20, Maasland Oostpaan IS, 20, Maasland Concept Oostgaag 18/20, 3155 CG Maasland Het pand staat aangegeven op de kadastrale minuut van ca. 1820. Het wordt dan bewoond door Pieter de Wilde, arbeider. Het was dus een

Nadere informatie

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Dorpstraat 45

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Dorpstraat 45 Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM007 Naam monument : n.v.t. Adres : Dorpstraat 45 Postcode en plaats : 6095 AE Baexem Kadastrale aanduiding : BXM00 sectie E nr(s) 675 Coördinaten

Nadere informatie

HilberinkboscH architecten Wamberg sM - berlicum. Bossche School woning Rosmalen 150 t

HilberinkboscH architecten Wamberg sM - berlicum. Bossche School woning Rosmalen 150 t HilberinkboscH architecten Wamberg 5-5258sM - berlicum Bossche School woning Rosmalen 150 t.073-6900136 - hetburo@hb-a.nl Bossche School woning van der Laan In 1956 heeft de architect Nico van der Laan

Nadere informatie

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort Complexnummer: 521251 Smallepad 5 Woonhuis/tabakskerverij Aantal complexonderdelen: Monumentnummers van complexonderdelen: 2 521253, 521252 Woonplaats : Gemeente: Provincie: Hoofdadres van hoofdobject:

Nadere informatie

Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 1. Geschiedenis...3 2. Interieur...4 3. Copy...5

Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 1. Geschiedenis...3 2. Interieur...4 3. Copy...5 De Kerk Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 1. Geschiedenis...3 2. Interieur...4 3. Copy...5 2 1. Geschiedenis De grote bevolkingsgroei in de tweede helft van de 14de eeuw maakte het noodzakelijk nieuwe kerken

Nadere informatie

Kerngegevens gemeentelijk monument: : Berikstraat 11a

Kerngegevens gemeentelijk monument: : Berikstraat 11a Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM020 Naam monument : n.v.t. Adres : Berikstraat 11a Postcode en plaats : 6082 AM Buggenum Kadastrale aanduiding : BGN04 sectie C nr(s) 1124 Coördinaten

Nadere informatie

GEMEENTE OLDEBROEK gemeentelijk monument; raadsbesluit 24 juni 2003

GEMEENTE OLDEBROEK gemeentelijk monument; raadsbesluit 24 juni 2003 straat + huisnummer : Zuiderzeestraatweg 230 postcode + plaats : 8096 CH OLDEBROEK naam object : kadastrale aanduiding : gemeente Oldebroek, sectie AF, nr. 275 bescherming : gemeentelijk monument registratienummer

Nadere informatie

Brouwerskolkweg 2. Datum foto : 09-08-2010

Brouwerskolkweg 2. Datum foto : 09-08-2010 Brouwerskolkweg 2 Straat en huisnummer : Brouwerskolkweg 2 Postcode en plaats : 2051 ED Overveen Kadastrale aanduiding : E2236 Complexonderdeel : Gemeentewerf Naam object : Publieke Werken Bouwjaar : 1936

Nadere informatie

TE KOOP / TE HUUR Turfmarkt 111, Gouda

TE KOOP / TE HUUR Turfmarkt 111, Gouda TE KOOP / TE HUUR Turfmarkt 111, Gouda Uniek multifunctioneel rijksmonument in het centrum van Gouda Aan deze verkoopinformatie kunnen geen rechten worden ontleend. 1. Omschrijving Dit prachtige rijks

Nadere informatie

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Margarethastraat 33

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Margarethastraat 33 Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM094 Naam monument : n.v.t. Adres : Margarethastraat 33 Postcode en plaats : 6014 AD Ittervoort Kadastrale aanduiding : ITV00 sectie B nr(s) 1138 Coördinaten

Nadere informatie

e jaargetijden 4Herengracht 498. Amsterdam.

e jaargetijden 4Herengracht 498. Amsterdam. e jaargetijden 4Herengracht 498. Amsterdam. 4 es Saisons Herengracht 498. Amsterdam. 4 keer een foto van de ornamenten 4 jaargetijden FOTOGRAFEREN! L es4saisons Herengracht 498. Kantoor met charisma in

Nadere informatie

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Dorpstraat 16, 16a en 18

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Dorpstraat 16, 16a en 18 Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM066 Naam monument : n.v.t. Adres : Dorpstraat 16, 16a en 18 Postcode en plaats : 6093 EC Heythuysen Kadastrale aanduiding : HHS00 sectie C nr(s) 3948,

Nadere informatie

GRONINGEN Hondsruglaan 17

GRONINGEN Hondsruglaan 17 GRONINGEN Hondsruglaan 17 Vraagprijs: 895.000 Omschrijving GRONINGEN - Hondsruglaan 17 Een schitterende monumentale helft van een DUBBEL LANDHUIS, gebouwd in 1930 in opdracht van U. van Dijk voor de toenmalige

Nadere informatie

Monumentenregister Nijmegen. Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening

Monumentenregister Nijmegen. Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening Plaatselijke aanduiding monument Burchtstraat 53 Aanwijzingsbesluit 11-11-2015 MON ID-code 2746 Redengevende omschrijving

Nadere informatie

Typering van het monument: Statig vrijstaand woonhuis met een vooruitspringend linkerdeel dat in de voorgevel eindigt in een topgevel met zadeldak.

Typering van het monument: Statig vrijstaand woonhuis met een vooruitspringend linkerdeel dat in de voorgevel eindigt in een topgevel met zadeldak. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM021 Naam monument : n.v.t. Adres : Dorpstraat 14 Postcode en plaats : 6082 AP Buggenum Kadastrale aanduiding : BGN04 sectie A nr(s) 2231 Coördinaten

Nadere informatie

Bouwhistorisch onderzoek

Bouwhistorisch onderzoek Bouwhistorisch onderzoek BOUWHISTORISCHE NOTITIE Adres : Gedempte Zuiderdiep 8 Status : Gemeentelijk monument Periode : januari 2003 Onderzocht door : Taco Tel en Henk Wierts Auteur : Taco Tel Datum :

Nadere informatie

Brouwerij De Kroon. Marcellienstraat te Geleen. Samenvatting

Brouwerij De Kroon. Marcellienstraat te Geleen. Samenvatting Brouwerij De Kroon Marcellienstraat 18 + 20 te Geleen Samenvatting Dit rijks monumentale complex is een typisch voorbeeld van een verscholen parel in een beschermd dorpsgebied. Verscholen in de kern van

Nadere informatie

Oorspronkelijke functie : paardenstalling (begane grond) en feestzaal (verdieping)

Oorspronkelijke functie : paardenstalling (begane grond) en feestzaal (verdieping) Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM015 Naam monument : Phillokaal Adres : Gats 1a Postcode en plaats : 6131 EM Sittard Kadastrale aanduiding : STD00 sectie F nr(s) 2291 Coördinaten

Nadere informatie

Leeuwenmolen. Sint Pieterstraat 29 te Maastricht Oude stadscentrum (Jekerkwartier) Samenvatting

Leeuwenmolen. Sint Pieterstraat 29 te Maastricht Oude stadscentrum (Jekerkwartier) Samenvatting Leeuwenmolen Sint Pieterstraat 29 te Maastricht Oude stadscentrum (Jekerkwartier) Samenvatting Hoe exclusief wilt u het hebben? Deze authentieke watermolen aan de Jeker is zonder twijfel een van de meest

Nadere informatie

Ubbo Emmiussingel 63, Groningen

Ubbo Emmiussingel 63, Groningen Ubbo Emmiussingel 63, Groningen Kenmerken Overdracht Vraagprijs 1.475.000 k.k. Aangeboden sinds 08-08-2017 Conditie Kosten koper Waarborgsom nee Bankgarantie ja Ontbindende voorwaarden financiering nee

Nadere informatie

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort Complexnummer: 525745 Smallepad 5 Schoolcomplex Aantal complexonderdelen: Monumentnummers van complexonderdelen: 2 525761, 525743 Woonplaats : Gemeente: Provincie: Hoofdadres van hoofdobject: Jan Smitzlaan

Nadere informatie

De St. Petrus Canisiusschool en Liduinaschool.

De St. Petrus Canisiusschool en Liduinaschool. De St. Petrus Canisiusschool en Liduinaschool. Onder leiding van pastoor Van de Pavoort werden er op een perceel grond naast de kerk 2 scholen gebouwd voor de kinderen uit de nieuwe parochie. Zoals gebruikelijk

Nadere informatie

Monumentenregister Nijmegen. Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening

Monumentenregister Nijmegen. Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening Plaatselijke aanduiding monument Ganzenheuvel 71/ Lange Brouwerstraat 55 Aanwijzingsbesluit 11-11-2015 MON ID-code 2749 Redengevende

Nadere informatie

Nathan Vestens 1MAK 1C Architectuurtypologie

Nathan Vestens 1MAK 1C Architectuurtypologie Nathan Vestens 1MAK 1C2 2015-2016 Architectuurtypologie BESCHRIJVING VAN HET GOED Volgens onroerenderfgoed.be Een enkelhuis van vier bouwlagen met mansardedak (leien) dat voorzien is van dakkapellen, uit

Nadere informatie

De achterkant van Kampen door Ernst Hupkes

De achterkant van Kampen door Ernst Hupkes De achterkant van Kampen door Ernst Hupkes Wanneer een bezoeker voor de eerste keer de oude binnenstad van Kampen betreedt kan deze zomaar het gevoel krijgen een 19de-eeuwse stad binnen te treden. Met

Nadere informatie

Tuin van Geloven. Stadsklooster Den Haag Westeinde 101, 2512 GW Den Haag Telefoon: 070 389 50 55

Tuin van Geloven. Stadsklooster Den Haag Westeinde 101, 2512 GW Den Haag Telefoon: 070 389 50 55 Tuin van Geloven Stadsklooster met kloostertuin aan het Westeinde in Den Haag In het stadsklooster St. Jozefs Bescherming aan het Westeinde 101 in Den Haag wonen en werken al vanaf 1861 broeders van de

Nadere informatie

Gevels: Het pand is opgetrokken in bruine baksteen, gemetseld in kruisverband en platvol gevoegd. De gevels hebben een gepleisterde plint.

Gevels: Het pand is opgetrokken in bruine baksteen, gemetseld in kruisverband en platvol gevoegd. De gevels hebben een gepleisterde plint. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM051 Naam monument : Vogelhuys Adres : Kasteellaan 14 Postcode en plaats : 6081 AN Haelen Kadastrale aanduiding : HLN02 sectie A nr(s) 5034 Coördinaten

Nadere informatie

Typering van het monument: Voormalige directeurswoning en het smeedijzeren hekwerk van de voormalige Huyben s Bierbrouwerij De Kroon.

Typering van het monument: Voormalige directeurswoning en het smeedijzeren hekwerk van de voormalige Huyben s Bierbrouwerij De Kroon. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM077 Naam monument : voormalige brouwerij Huybens De Kroon Adres : Dorpstraat 55 en 57 Postcode en plaats : 6085 BE Horn Kadastrale aanduiding : HOR02

Nadere informatie

FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID LEIDEN

FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID LEIDEN FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID LEIDEN Architect prof. ir. Hans Ruijssenaars Opdrachtgever Universiteit Leiden Constructeur Aronsohn Raadgevend Ingenieursbureau Hoofdaannemer Heymans IBC Bouw Opdracht

Nadere informatie

HANS LENDERS SPANNEND WONEN SPANNEND WONEN. Wilhelminapark 14a, Venlo. Aanvaarding in overleg

HANS LENDERS SPANNEND WONEN SPANNEND WONEN. Wilhelminapark 14a, Venlo. Aanvaarding in overleg Aanvaarding in overleg Adres: Wilhelminapark 14a Venlo Onderhoudsstaat: Uitstekend Omschrijving: Zonder enige terughoudendheid kunnen wij hier stellen dat deze riante, vrijstaande villa gebouwd in neorenaissancestijl

Nadere informatie

Bouwhistorische beschrijving Westerstraat 160 en 160A, Enkhuizen

Bouwhistorische beschrijving Westerstraat 160 en 160A, Enkhuizen Bouwhistorische beschrijving Westerstraat 160 en 160A, Enkhuizen door Klaas Koeman en Gerrit Vermeer Vereniging Oud Enkhuizen juni 2017 1 2 ò ò Afb. 1. De minuutkaart van Enkhuizen uit 1832. De rode pijl

Nadere informatie

Kaart met bescherming

Kaart met bescherming Kaart met bescherming Gemeentelijke Monumentenlijst monumentnr. GM229 Pagina 4 van 4 - 2 - gelet op: de verordening Cultuurhistorie Sittard-Geleen 2008 ; besluit: Het object Veestraat 72 te Sittard op

Nadere informatie

Brederodelaan 57-75, 77, Van Ewijckweg 2-8, Duinlustparkweg 3-23

Brederodelaan 57-75, 77, Van Ewijckweg 2-8, Duinlustparkweg 3-23 Brederodelaan 57-75, 77, Van Ewijckweg 2-8, Duinlustparkweg 3-23 Straat en huisnummer : Brederodelaan 57-77, Van Ewijckweg 2-8, Duinlustparkweg 3-23 Postcode en plaats : 2061 KH, 2061 KL, 2061 LA Kadastrale

Nadere informatie

Gemeentelijk monument nr. : LEE 1. Adres : Maarsbergseweg 21-23. Kadastrale aanduiding : LSM00 B 00588 G 0000. : 1929-1933 en later

Gemeentelijk monument nr. : LEE 1. Adres : Maarsbergseweg 21-23. Kadastrale aanduiding : LSM00 B 00588 G 0000. : 1929-1933 en later Gemeentelijk monument nr. : LEE 1 Adres : Maarsbergseweg 21-23 Plaats : Leersum Kadastrale aanduiding : LSM00 B 00588 G 0000 Bouwjaar Type : 1929-1933 en later : Industrieel complex Omschrijving Inleiding

Nadere informatie

Een uitzonderlijk mooi appartement in een prachtig Rijksmonument

Een uitzonderlijk mooi appartement in een prachtig Rijksmonument Een uitzonderlijk mooi appartement in een prachtig Rijksmonument Kloveniersburgwal 103-I voor te Amsterdam Algemeen: Een schitterend appartement op de eerste verdieping van een prachtig grachtenpand dat

Nadere informatie

Lookwatering 1, 2635 CJ Den Hoorn

Lookwatering 1, 2635 CJ Den Hoorn Lookwatering 1, 2635 CJ Den Hoorn De bescherming betreft de voormalige tuinderswoning uit 1929 aan de Lookwatering 1. De recente serre valt niet onder de bescherming. De tuinderswoning is gelegen in het

Nadere informatie

Typering van het monument: Vrijstaand woonhuis uit 1935 met karakteristieke ronde erker met glas-in-loodramen.

Typering van het monument: Vrijstaand woonhuis uit 1935 met karakteristieke ronde erker met glas-in-loodramen. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM056 Naam monument : n.v.t. Adres : Roggelseweg 2 Postcode en plaats : 6081 CT Haelen Kadastrale aanduiding : HLN02 sectie A nr(s) 3843 Coördinaten

Nadere informatie

Cultuurhistorische inventarisatie gemeente Groningen Gemeente Groningen, dienst RO/EZ, afdeling Bouw- Woningtoezicht en Monumenten

Cultuurhistorische inventarisatie gemeente Groningen Gemeente Groningen, dienst RO/EZ, afdeling Bouw- Woningtoezicht en Monumenten Cultuurhistorische inventarisatie gemeente Groningen Gemeente Groningen, dienst RO/EZ, afdeling Bouw- Woningtoezicht en Monumenten BOUWHISTORISCHE VERKENNING Adres: Brugstraat 22 Status: BBP Periode: veldwerk

Nadere informatie

Saxion Hogeschool Enschede

Saxion Hogeschool Enschede De nieuwbouw voor Saxion op de locatie van het gesloopte Natuurhistorisch Museum, vormt de laatste schakel in de stadscampus voor de Hogeschool Saxion. Deze locatie is een van de mooiste van, langs een

Nadere informatie

Hofman Dujardin Architecten. Hofman Dujardin Architecten BarentsKrans

Hofman Dujardin Architecten. Hofman Dujardin Architecten BarentsKrans Hofman Dujardin Architecten BarentsKrans Receptie balie in ontmoetingsgebied Atrium met bibliotheek Nieuw huis voor gerenommeerd advocaten- en notariskantoor Het gebouw stamt uit 1950 en heeft een vloeroppervlak

Nadere informatie

De leidsche Monumenten. ) DE VERANDERINGEN IN HET STADSBEELD.

De leidsche Monumenten. ) DE VERANDERINGEN IN HET STADSBEELD. De leidsche Monumenten. ) DE VERANDERINGEN IN HET STADSBEELD. De oude stadhuisgevel, door brand deerlijk geteisterd, is weder vernieuwd met gebruikmaking van menig oorspronkelijk bouwfragment. Voor de

Nadere informatie

co z Bouwhistorisch onderzoek

co z Bouwhistorisch onderzoek co z Bouwhistorisch onderzoek Boerderij aan de Graafdijk oost 24b te Molenaarsgraaf nummer: 2507 datum : 26-05 -2015 opdrachtgever Fam. K. de Jong IJsselstein 26-05- 2015 Wout van Vliet Bouwkundige Prins

Nadere informatie

Dag van het Kasteel 2012

Dag van het Kasteel 2012 Dag van het Kasteel 2012 wandelen rond Zeeuwse kastelen en buitenplaatsen Schouwen-Duiveland Slot Moermond, Renesse Zuid-Beveland De Hellenburg, Baarland Walcheren Westhove, Oostkapelle Zeeuws-Vlaanderen

Nadere informatie

Typering van het monument: Vrijstaande villa uit de jaren dertig in een kenmerkende baksteenarchitectuur gebouwd als burgemeesterswoning.

Typering van het monument: Vrijstaande villa uit de jaren dertig in een kenmerkende baksteenarchitectuur gebouwd als burgemeesterswoning. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM036 Naam monument : n.v.t. Adres : Brugstraat 32 Postcode en plaats : 6096 AB Grathem Kadastrale aanduiding : GTM sectie D nr(s) 946 Coördinaten :

Nadere informatie

Brochure. Oeverstraat 28 - Wijk Bij Duurstede. Vraagprijs ,-- k.k.

Brochure. Oeverstraat 28 - Wijk Bij Duurstede. Vraagprijs ,-- k.k. Brochure Oeverstraat 28 - Wijk Bij Duurstede Vraagprijs 575.000,-- k.k. Omschrijving Oeverstraat 28 - Wijk bij Duurstede In het historische centrum van Wijk bij Duurstede, op loopafstand van de pittoreske

Nadere informatie

TE KOOP. Commandeurshof TA Maasland k.k.

TE KOOP. Commandeurshof TA Maasland k.k. TE KOOP Commandeurshof 9 3155 TA Maasland 895.000 k.k. KENMERKEN Vraagprijs Status Oplevering Soort woonhuis Soort bouw Bouwjaar Onderhoud binnen Onderhoud buiten Bijzonderheden Oppervlakte Overig Inhoud

Nadere informatie

Typering van het monument: Voormalige boerderij met woongedeelte in een traditionele, negentiende-eeuwse bouwstijl.

Typering van het monument: Voormalige boerderij met woongedeelte in een traditionele, negentiende-eeuwse bouwstijl. Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM081 Naam monument : Pand 'Peeters' Adres : Kasteelstraat 9 Postcode en plaats : 6085 BH Horn Kadastrale aanduiding : HOR02 sectie D nr(s) 2105 Coördinaten

Nadere informatie

TRIPPENHUISCOMPLEX, AMSTERDAM

TRIPPENHUISCOMPLEX, AMSTERDAM Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen Amsterdam 2015 2019 Adres: Kloveniersburgwal 27,29,31 Amsterdam Opdrachtgever en eigenaar: Rijksvastgoedbedrijf Gebruiker: Koninklijke Nederlandse Akademie

Nadere informatie

KEIZERSGRACHT 8 1015 CN AMSTERDAM THE NETHERLANDS +31(0)20 8456190 OFFICE@MIRCK.EU

KEIZERSGRACHT 8 1015 CN AMSTERDAM THE NETHERLANDS +31(0)20 8456190 OFFICE@MIRCK.EU MIRCK ARCHITECTURE KEIZERSGRACHT 8 1015 CN AMSTERDAM THE NETHERLANDS +31(0)20 8456190 OFFICE@MIRCK.EU Titel: Opdrachtgever: Programma: Oppervlakte: Locatie: Architect: Team: Uitbreiding faculteit, Leiden

Nadere informatie

Alternatieve woonlocaties november 2016

Alternatieve woonlocaties november 2016 Alternatieve woonlocaties november 2016 Bij ons leer je de wereld kennen. Woord vooraf De Universiteit Leiden heeft gezocht naar alternatieve woonlocaties voor de bewoners van het Doelencomplex. Op verzoek

Nadere informatie

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort Complexnummer: 512738 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Complexnaam: Complex Rennemigstraat

Nadere informatie

SPELREGELS START. Loop vanaf het Tongerloplein richting Molenstraat en sla rechtsaf de hoek om.

SPELREGELS START. Loop vanaf het Tongerloplein richting Molenstraat en sla rechtsaf de hoek om. SPELREGELS De speurtocht start en eindigt op het Tongerloplein te Roosendaal. Blijf bij je groepje en let op het verkeer! START Loop vanaf het Tongerloplein richting Molenstraat en sla rechtsaf de hoek

Nadere informatie

Locatie. Plantsoen, eind 19 e eeuw. Verpleeghuis vanaf jaren 50

Locatie. Plantsoen, eind 19 e eeuw. Verpleeghuis vanaf jaren 50 Leiden Locatie, eind 19 e eeuw Het in Leiden staat bekend om de historische uitstraling van zowel het stadspark, dat rond 1840 op de stadswallen werd aangelegd in de stijl van Zocher, als de aangrenzende

Nadere informatie

Gent 24b. De Predikherenlei anno 1820 door de Hollandse soldaat Wynantz. Onderbergen. Het pand van de Dominicanen. Predikherenlei

Gent 24b. De Predikherenlei anno 1820 door de Hollandse soldaat Wynantz. Onderbergen. Het pand van de Dominicanen. Predikherenlei De Predikherenlei anno 1820 door de Hollandse soldaat Wynantz Gent 24b Onderbergen. Het pand van de Dominicanen Predikherenlei Rue de la Valléé nr 40 /Onderbergen Onderbergen nr 57 in 1940 Tweede gedeelte

Nadere informatie

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort Complexnummer: 514208 Smallepad 5 Bemuurde Weerd O.Z. 19 Aantal complexonderdelen: Monumentnummers van complexonderdelen: 2 514210, 514209 Woonplaats : Gemeente: Provincie: Hoofdadres van hoofdobject:

Nadere informatie

Te Koop Café Restaurant " Het Verenigingsgebouw" Veenhuizen

Te Koop Café Restaurant  Het Verenigingsgebouw Veenhuizen Te Koop Café Restaurant " Het Verenigingsgebouw" Veenhuizen Advertentienr. 2930 OG: 295.000 INV/GW: 45.000 Huur: 6.250 /mnd. excl.btw Omschrijving Het Verenigingsgebouw in Veenhuizen geeft het gevoel weer

Nadere informatie

Project 150 Voormalig woonhuis en kantoor architect van der Laan Gele Hoeve, Rosmalen

Project 150 Voormalig woonhuis en kantoor architect van der Laan Gele Hoeve, Rosmalen Project 150 Voormalig woonhuis en kantoor architect van der Laan Gele Hoeve, Rosmalen Opdrachtgever: Particulier januari 2010 - juni 2012 Tuinontwerp: P.A.M. Buijs, Vught, 1956 & 2012 Fotograaf: René de

Nadere informatie

Werkomschrijving. Project: Voorbeeld Monumenten Werkomschrijving Opdrachtgever: Datum: 16 mei 2012 Onderwerp: Werkomschrijving

Werkomschrijving. Project: Voorbeeld Monumenten Werkomschrijving Opdrachtgever: Datum: 16 mei 2012 Onderwerp: Werkomschrijving Willem Beukelsstraat 35 HS 1097 CR Amsterdam T 020 6403306 F 020 6402507 www.amsterdamsvastgoedbeheer.nl info@amsterdamsvastgoedbeheer.nl Werkomschrijving ABN Amro 432013660 KvK 34276475 BTW 1733.80.505.B01

Nadere informatie

: Turlings, Roermond; het ontwerp van de tuin is van J. Cuypers

: Turlings, Roermond; het ontwerp van de tuin is van J. Cuypers Kerngegevens gemeentelijk monument: Monumentnummer : GM086 Naam monument : Pand 'Schlangen' Adres : Rijksweg 1 Postcode en plaats : 6085 AA Horn Kadastrale aanduiding : HOR02 sectie D nr(s) 1993 Coördinaten

Nadere informatie

Complexnummer:

Complexnummer: Complexnummer: 525375 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Complexnaam Hofje van Belois Aantal

Nadere informatie

Vrijblijvende projectinformatie Te huur / te koop Sint Antoniusstraat 9 te Eindhoven

Vrijblijvende projectinformatie Te huur / te koop Sint Antoniusstraat 9 te Eindhoven Vrijblijvende projectinformatie Te huur / te koop Sint Antoniusstraat 9 te Eindhoven Adres Sint Antoniusstraat 9 te Eindhoven Algemeen Dit unieke monumentale kantoorgebouw is gelegen in het centrum van

Nadere informatie

Open Monumentendag 2013. Macht & Pracht. www.mitros.nl

Open Monumentendag 2013. Macht & Pracht. www.mitros.nl Open Monumentendag 2013 Macht & Pracht www.mitros.nl Plattegrond van de stad Utrecht met directe omgeving rond 1570. Plattegrond van het midden-gedeelte van de binnenstad van Utrecht rond 1585, waarop

Nadere informatie

TE HUUR: Beukenrodelaan 2 K 3941 ZP Doorn - P/M. Landgoed Beukenrode Doorn. Patist Makelaardij en Taxatiebureau

TE HUUR: Beukenrodelaan 2 K 3941 ZP Doorn - P/M. Landgoed Beukenrode Doorn. Patist Makelaardij en Taxatiebureau TE HUUR: Beukenrodelaan 2 K 3941 ZP Doorn - P/M Landgoed Beukenrode Doorn Patist Makelaardij en Taxatiebureau 2 patistmakelaardij.nl "Sparrenhof", 2K Fraai gelegen Kantoorgebouw bestaande uit 2 verdiepingen

Nadere informatie

Molenstraat 29, Roosendaal

Molenstraat 29, Roosendaal Molenstraat 29, Roosendaal Bouwjaar: 1893 Gegevens monument Locatie: CBS Typering: Molenstraat 29, 4701 JM Roosendaal Woonhuis Bouwjaar: 1893 Architect: Soort monument: C. van Gastel Gemeentelijk Monumentnummer:

Nadere informatie

Monumenten fietsroute Nijbroek

Monumenten fietsroute Nijbroek Monumenten fietsroute Nijbroek Ter gelegenheid van de Open Monumentendag op 12 september 2015 is voor de Nijbroekse polder een speciale fietsroute samengesteld die u langs tal van rijks- en gemeentelijke

Nadere informatie

VAARTWEG 108 5106 NE DONGEN

VAARTWEG 108 5106 NE DONGEN TE KOOP VAARTWEG 108 5106 NE DONGEN Omschrijving Object Uniek, spectaculair, monumentaal en gelegen in een prachtige landelijke omgeving. De Hubertuskerk in Dongen Vaart betreft een zeer

Nadere informatie

VOORONTWERP FLORIS VERSTERSTRAAT 10. 25 april 2012

VOORONTWERP FLORIS VERSTERSTRAAT 10. 25 april 2012 VOORONTWERP FLORIS VERSTERSTRAAT 10 25 april 2012 5 Floris Versterstraat 10 Bestaande situatie 1:200 BEGANE GROND EERSTE VERDIEPING 6 TWEEDE VERDIEPING DERDE VERDIEPING ACHTERGEVEL VOORGEVEL 7 Floris Versterstraat

Nadere informatie

Burgermeester de Beaufortweg 61-63

Burgermeester de Beaufortweg 61-63 een toekomstgerichte oplossing voor de renovatie van twee kenmerkende gebouwen in Leusden Burgermeester de Beaufortweg 61-63 nieuwbouw renovatie restauratie herbestemming multifunctioneel woningbouw industrie

Nadere informatie

Lensvelt de Architect Interieurprijs 2006 / Hanzesociëteit, Groningen. Hanzesociëteit, Groningen

Lensvelt de Architect Interieurprijs 2006 / Hanzesociëteit, Groningen. Hanzesociëteit, Groningen Lensvelt de Architect Interieurprijs 006 / Hanzesociëteit, Groningen Hanzesociëteit, Groningen Lensvelt de Architect Interieurprijs 006 / Hanzesociëteit, Groningen Projectinformatie Hanzesociëteit Locatie

Nadere informatie

Voormalig zusterklooster Moerdijk. Steenweg 41, Moerdijk

Voormalig zusterklooster Moerdijk. Steenweg 41, Moerdijk Voormalig zusterklooster Moerdijk Steenweg 41, Moerdijk Foto's Voormalig zusterklooster Moerdijk Kenmerken Adres Steenweg 41 Huidige functie Woonhuis Postcode/plaats Oorspronkelijke functie Bouwjaar MIP-code

Nadere informatie

Ruimtelijke motivering ten behoeve van een dakopbouw op het pand van de voormalige V&D aan de Schapenmarkt 4-6

Ruimtelijke motivering ten behoeve van een dakopbouw op het pand van de voormalige V&D aan de Schapenmarkt 4-6 Ruimtelijke motivering ten behoeve van een dakopbouw op het pand van de voormalige V&D aan de Schapenmarkt 4-6 Gemeente s-hertogenbosch december 2016 Inhoudsopgave 1.1 Inleiding 1.2 Aanleiding 1.3 Vigerend

Nadere informatie

Bouwhistorisch onderzoek

Bouwhistorisch onderzoek Bouwhistorisch onderzoek BOUWHISTORISCHE NOTITIE Adres : (tussen Poelestraat 12 en 14) Status : BBP Periode : september 2010 Onderzocht door : Taco Tel Auteur : Taco Tel Datum : Groningen, 16 september

Nadere informatie

ROUTEBESCHRIJVING STADSWANDELING OIRSCHOT

ROUTEBESCHRIJVING STADSWANDELING OIRSCHOT ROUTEBESCHRIJVING STADSWANDELING OIRSCHOT Een van de mooiste marktpleinen van Brabant ligt in Oirschot. Dit marktplein is beschermd dorpsgezicht en de kastanje- en lindebomen, de gaaf bewaarde oude huizen,

Nadere informatie