Copyright SBR, Rotterdam

Transcriptie

1

2 Het doel van de Stichting is het coördineren, stimuleren en begeleiden van speurwerk op het gebied van de bouwvoorbereiding, de bouwtechniek en de bedrijfstechniek in de bouwnijverheid, alsmede de yerbreiding van de resultaten daarvan, zowel ten behoeve van de opleiding als tot de vorming van kennis bij het bouwen. De Stichting verstrekt opdrachten aan researchinstituten; zij vormt stuurgroepen en studiecommissies voor onderwerpen die zij in opdracht geeft. De Stichting sluit iedere aansprakelijkheid uit voor schade voortvloeiende uit het gebruik van de iil deze publikatie vervatte gegevens.

3 Beveiliging van gebouwen ter voorkoming van het optreden van calamiteiten

4

5 Beveiliging van gebouwen ter voorkoming van het optreden van calamiteiten Deel I : ALGEMENE BESCHOUWINGEN Deel : PRAKTISCHE AANBEVELINGEN door ir. W. J. Copier in samenwerking met SBR-commissie B6' 60 Kluwer Technische Boeken B.V. - Deventer - Antwerpen Ten Hagen B.V. - Den Haag

6 ISBN <D 978 Kluwer Technische Boeken B.V. - Deventer - Antwerpen V 978 Ten Hagen B.V. - Den Haag Ie druk 978 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgeefster. No part of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher.

7

8 - 0 - VOORWOORD De Bouwresearch-commissie B6: genaamd 'Beveiliging van gebouwen tegen explosies en andere calamiteiten' heeft in 973 het SBR-rapport nr. 39 uitgebracht, getiteld: 'Constructieve maatregelen tegen aardgasexplosies in hoge woongebouwen'. Daar de TGB 972 (NEN 3850) melding maakt van het begrip bijzondere invloed, waaronder alle soorten oorzaken worden verstaan welke calamiteiten tot gevolg kunnen hebben, heeft de commissie haar blik verlegd naar dit bredere gebied. Dit heeft geleid tot het uitbrengen van dit rapport, dat uit twee delen bestaat. In deel I zijn opgenomen enige algemene beschouwingen over de begrippen 'bijzondere invloed' en 'voortgaande instorting'. In deel vindt men de praktische aanbevelingen gericht op het voorkomen van grote schade als gevolg van een betrekkelijk kleine oorzaak. De commissie bestaat uit de volgende leden: Ir. E.J.A. Corsmit Ir. A.D. Eeckhout Ir. C.J. van Coevorden Ir. P. Hooftman Ir. J.H. van Loenen J. Rietberg P.J.M. Ruyters Ir. J. Siebelinck Ir. W.R. de Sitter Ir. J.Th. Slot Prof.lr. J. Witteveen Ir. W.J. Copier - voorzitter - secretaris - TNO-rapporteur De betreffende studie werd uitgevoerd bij het Instituut TNO voor Bouwmaterialen en Bouwconstructie$ door de rapporteur van de commissie Ir. W.J. Copier. Bij het tot stand komen van het rapport heeft Ir. M. Dragosavié voor veel opbouwende kritiek zorggedragen. Helaas is de bovengenoemde voorzitter Ir. E.J.A. Corsmit

9 - - ons inmiddels ontvallen en heeft dit resultaat van de studie, waarvan hij enthousiaste leider en stimulator was, niet kunnen meemaken. Dit eindrapport is onder voorzitterschap van Ir. P. Hooftman klaargekomen. De Rapporteur.

10 - 2 - Deel I ALGEMENE BESCHOUWINGEN INHOUD Blz.. Inleiding 4. Algemeen 4.2 Veranderingen ten aanzien van het bouwen 4.3 Consequenties van de waargenomen veranderingen 5.4 Enige voorbeelden uit de historie 5.5 Evaluatie naar eventuele maatregelen 7 2. Bijzondere invloeden 2. Aard van de bijzondere invloeden 2.2 De kans op optreden 2.3 Bijzondere invloeden in relatie tot voortgaande instorting Het begrip schade 3. Materiële schade 3.2 Het verlies van menselijk leven als schade Invloed van het constructie type van het gebouw 9 4. Voorbeelden 4.2 Schaalvergroting Noodzaak van maatregelen 5. Economische beschouwingen 5.2 Gevoelsmatige beschouwingen Maatregelen ter beveiliging Maatregelen ter voorkoming van bijzondere invloeden Constructieve maatregelen tegen bijzondere invloeden van bekende aard en intensiteit 42