Blokhutten. Blokhutmodellen / Actiemodellen MONTAGEHANDLEIDING. Benodigd gereedschap

Transcriptie

1 MONTAGEHANDLEIDING Blokhutten Blokhutmodellen / Actiemodellen Benodigd gereedschap Accuschroefboor Waterpas Lijmtang Nijptang Zakrolmaat Hamer Voor het opbouwen zijn doorgaans twee personen voldoende. Bij grotere tuinhuisjes is het echter raadzaam om de werkzaamheden met drie personen uit te voeren.

2 STAP 1 Belangrijke informatie vooraf! Bouw het tuinhuisje altijd op een horizontale, effen ondergrond. Controleer dus voordat u begint het fundament. Over het algemeen worden alle modellen in onbewerkte staat geleverd(ongelakt en zonder dakshingles). Eventuele afwijkingen zijn afhankelijk van uw specifieke bestelling. Maak het pakket open en leg alle delen overzichtelijk op de grond (op de opbouwlocatie) zodat u het gewenste deel zonder zoeken kunt pakken en monteren. Deze stap vereenvoudigt de montage van het tuinhuisje. Leg ter bescherming altijd iets onder de afzonderlijke elementen, ook als deze niet zijn gelakt. (Neem voor het onderleggen de houtresten uit de pakketten.) De huissleutel De huissleutel is met een schroef aan de zijkant op het deurelement bevestigd. U dient deze altijd voor montage van de deur te verwijderen om beschadiging te voorkomen. BELANGRIJK: Bekijk voordat u met het opbouwen begint eerst de bouwtekening. Want alleen dan heeft u een idee van waar de afzonderlijke delen moeten komen. Tel op de bouwtekening het aantal plankenrijen zodat u weet wanneer de juiste hoogte is bereikt. Het pakket bevat altijd een paar extra planken voor de wanden, het dak en de vloer als reserve. (Wij adviseren u om de schroeven altijd met een accuschroefboor in het hout te schroeven. Alleen het hang- en sluitwerk voor de ramen en de deur dient u met een handschroevendraaier te bevestigen.) 2 Wij zijn niet aansprakelijk voor schade die tijdens de montage ontstaat!

3 STAP 2 Ordenen van de vloerbalken Neem de vloerbalken (geïmpregneerd) en verdeel deze met ongeveer dezelfde tussenafstanden over het fundament. Neem vervolgens de twee houten planken die aan de onderzijde geen groef hebben waardoor ze slechts half zo hoog zijn als de andere wandplanken en leg deze op de reeds geplaatste vloerbalken. De plank met de uitsparing (deur) komt aan de voorzijde. Neem nu een plank voor de zijwand en bevestig deze met de planken aan de voor- en de achterzijde (steeds links en rechts). Op deze manier ontstaat een raamwerk. Zorg ervoor dat de planken van de zijwanden op de hoeken aan onderzijde zonder tussenruimte aansluiten op de planken van de wanden aan voor- en achterzijde. Positioneer de linker- en rechtervloerbalk nu zo dat de buitenzijde van de linker- en rechterzijwand gelijk komt met de buitenzijde van respectievelijk de linker- en rechtervloerbalk. Hetzelfde geld voor de voor-en achterzijde. Schroef nu de vier hoeken steeds in het midden van de hoekverbinding met de daaronderliggende vloerbalken. Verdeel vervolgens de resterende vloerbalken met dezelfde tussenafstanden in het huis. De eenvoudigste methode is om de afzonderlijke assen van de vloerbalken onderaan op de voorste en achterste wandplank af te tekenen. Bevestig aansluitend vanuit het midden werkend links en rechts de afzonderlijke vloerbalken met schroeven aan de voorste en achterste wandplank. Zorg ervoor dat uitgaande van de middelste vloerbalk de afstand links en rechts bij de wandplanken aan voor- en achterzijde hetzelfde is (controleer dit met een zakrolmaat). Controleer bovendien of de vloerbalken aan voor- en achterzijde gelijk liggen. Mocht u problemen hebben met het opbouwen, neemt u dan contact op met uw dealer. 3

4 Wanneer u de eerste laag wandplanken heeft vastgeschroefd op alle vloerbalken, controleer dan of het raamwerk een perfecte rechthoek vormt. Meet dit met een zakrolmaat. Eventueel moet u nog enkele correcties uitvoeren. Als alles goed is, neem dan een paar stukken afvalhout uit het pakket en schroef deze in twee hoeken op de vloerbalken. Zo voorkomt u dat het raamwerk verschuift. Controleer nogmaals of alle vloerbalken zijn bevestigd aan de eerste laag wandplanken. Schroef ook de beide zijdelen nog twee keer vanuit het midden vast aan de daaronderliggende vloerbalken. STAP 3 Montage van de wanden Neem steeds om en om de planken voor de voor- en de achterwand en dan de planken voor links en rechts. Schuif de planken zorgvuldig in elkaar en gebruik het toegevoegde klophout om de planken stevig in elkaar zetten. Vergelijk steeds weer het aantal gemonteerde rijen planken met het aantal op de bouwtekening. Zo voorkomt u dat u fouten maakt. Plaatsen van de deuren Plaats de deur wanneer u drie rijen wandplanken heeft gemonteerd. Neem de deur en verwijder de transportbeschermingen onderaan het kozijn door deze eraf te schroeven. Steek de deur nu op de bovenste plankenrij en laat deze vervolgens voorzichtig en zonder kantelen over de planken zakken. Hierna kunt u verder gaan met de montage van de resterende rijen wandplanken zoals hiervoor wordt beschreven. Bij de deur kunt u de planken eenvoudigweg in het kozijn schuiven. Tel voor het raam eveneens de rijen planken op de bouwtekening. Verwi- 4 Wij zijn niet aansprakelijk voor schade die tijdens de montage ontstaat!

5 jder net als bij de deur voor het aan brengen van het raam de transportlatten. Laat het raam ook zonder het te kantelen in de uitsparing glijden. Controleer steeds weer op de bouwtekening het aantal te monteren rijen planken. Voltooi aansluitend de wanden volgens de tekening. De laatste plank voor de linker- en de rechterzijde van het huis is aan de bovenzijde afgeschuind en daarmee aangepast aan de dakhellingsgraad. STAP 4 De dakconstructie De afzonderlijke gevelelementen voor de voor- en achterzijde van het huis zijn reeds voorgemonteerd in het pakket aanwezig. Neem de twee eerste delen en plaats deze aan voor- en achterzijde op de wanden. Zorg dat de elementen goed vastzitten. Sla eventueel met de hamer links en rechts op de gevel zodat deze goed vastzit op de wand. Dit geldt ook voor de gevel aan achterzijde. Plaats nu de twee middelste daksparren in de daarvoor bedoelde uitsparingen in de gevel. Zorg dat de balken (daksparren) gelijkliggen met de gevel en onder dezelfde hoek staan. Voer eventueel kleine correcties uit met de hamer. Steek daarna het tweede (kleinere) deel van de gevel tussen de twee daksparren links en rechts op het reeds gemonteerde geveldeel aan de voorzijde. Doe hetzelfde voor de gevel aan achterzijde. Vervolgens dient u nog de nokgording in de bovenste uitsparing van de gevel te plaatsen. Mocht u problemen hebben met het opbouwen, neemt u dan contact op met uw dealer. 5

6 STAP 5 Het dakbeschot Het dakbeschot is reeds op de juiste lengte gezaagd zodat u alleen nog maar de planken van voor naar achteren hoeft te leggen. Begin aan de voorzijde en positioneer de eerste plank zodanig dat deze aan kopzijde gelijk ligt met de nokgording/ middengording en de gootbeplanking. Zorg hierbij dat de plank met de kopzijde exact op het midden van de dakgording wordt gepositioneerd. De dakplanken moeten zo worden gemonteerd om te voorkomen dat ze bij de nok oversteken waardoor er voor de planken voor de andere dakhelft te weinig bevestigingsruimte is. Bevestig de dakplanken nu op de nokgording, de middengording en de gootbeplanking telkens met twee spijkers. Vervolgens kunt u de resterende dakplanken tot helemaal naar achteren gaan monteren. Meet regelmatig na of de planken aan kopzijden in lijn liggen en of de afstand tot de wandelementen overal gelijk is. De plank die helemaal achteraan komt (laatste), moet meestal op maat worden gezaagd. Aansluitend dient de andere helft van het dakbeschot te worden gemonteerd zoals hiervoor wordt beschreven. Monteer nu de gevelplanken aan de voor- en achterzijde. Bevestig de gevelplanken met schroeven aan het dakbeschot en de nokgording/middengording. De afstand van bovenzijde gevelplank tot bovenzijde dakbeschot dient ca. 5-6 cm te bedragen. (Bovendien is het handig wanneer u op de nokgording met een potlood het midden markeert. Zo kunt u bij de montage van de gevelplanken niet onbedoeld over het midden komen.) Monteer de gootplanken met schroeven aan het dakbeschot. Voorkom daarbij dat de bovenzijde van de plank boven het dakbeschot uitsteekt. 6 Wij zijn niet aansprakelijk voor schade die tijdens de montage ontstaat!

7 STAP 6 Vloer / dakbedekking Leggen van de vloerplanken Begin bij de deur met het leggen van de vloerplanken. Deze zijn reeds op de juiste lengte gezaagd. Ze dienen met de groef naar de muur gelegd en bevestigd te worden. Spijker de eerste vloerplank één keer van boven aan de groefzijde (ca. 1 cm van de wand) en één keer van voren bij de messing op de onderliggende vloerbalken vast. Zorg dat de afstand tussen vloerplank en wand ca. 5 mm bedraagt. Deze afstand moet absoluut worden aangehouden. Plaats de volgende vloerplank en druk deze vast tegen de reeds gelegde vloerplank. Timmer deze net als de eerste aan messingzijde vast op de vloerbalken. Let op: Voorkom dat de messing bij het inslaan van de spijker wordt beschadigd. Gebruik daarvoor een hulpmiddel. Op deze wijze dienen de vloerplanken één voor één gelegd en bevestigd te worden. Meestal moet de laatste vloerplank nog op maat worden gezaagd. Zorg ook hier dat de afstand tussen vloerplank en wand van ca. 5 mm wordt gehandhaafd. Monteer aansluitend de geleverde plinten aan de wand. De hoeken moeten in verstek worden gezaagd. Aanbrengen van het asfaltpapier Asfaltpapier niet bij het pakket inbegrepen. Als toebehoren verkrijgbaar bij de handelaar. Rol het asfaltpapier van de ene zijde naar de andere en begin daarbij aan de onderzijde van het dak. Zorg dat het asfaltpapier enkele centimeters oversteekt en snijd dat later eraf. Bevestig het asfaltpapier met daarvoor geschikte asfaltpapierspijkers of nieten op het dakbeschot. Het asfaltpapier mag links/rechts en onderaan enkele centimeters oversteken. Snijd het overstekende asfaltpapier met een scherp cuttermes en een houten lat netjes langs de randen van de planken af. Leg de banen zodanig dat de volgende baan altijd ca cm over de daaronder liggende baan ligt. De banen asfaltpapier dienen altijd van onderen naar boven gelegd te worden, waarbij de laatste baan op de nok (punt van het dak) als laatste over beide dakhelften wordt gelegd. Bij het monteren van een dakgoot (als speciaal toebehoren leverbaar), is het raadzaam om het asfaltpapier bij de gootplank 5 cm te laten oversteken zodat het water direct in de goot kan stromen. Bertsch Holzbau adviseert om op het aangebrachte asfaltpapier nog bitumendakshingles aan te brengen (bitumendakshingles optioneel leverbaar). Hierdoor is het dak en daarmee het tuinhuisje nog beter beschermd. Mocht u problemen hebben met het opbouwen, neemt u dan contact op met uw dealer. 7

8 Aanwijzing: Deze montagehandleiding dient als ondersteuning voor een correcte montage. De volgorde van de beschreven stappen is niet per se verplicht. Als u desondanks problemen ondervindt bij het opbouwen van uw tuinhuisje, vraagt u dan deskundig advies bij u dealer. Hij of zij helpt u graag verder. Bertsch Holzbau is niet aansprakelijk voor schade die is ontstaan door onjuiste montage of grove nalatigheid. Bekijk voordat u begint met de montage altijd eerst zorgvuldig de bouwtekening en lees deze montagehandleiding goed door. Controleer bovendien van tevoren of er elementen zijn beschadigd. Hartelijk bedankt dat u heeft gekozen voor een product van Bertsch Holzbau. Wij wensen u veel plezier (vrije tijd) in uw nieuwe tuinhuisje. Zie voor montagevideo s onze website