GELOOF KOMT UIT IN DADEN 1. Dood geloof - zonder daden 2. Levend geloof - met daden 3. Eenheid van geloof en daden.

Transcriptie

1 12 juni Votum en groet Zingen Ps 100 Gebed Kind en bijbeluur Schriftlezing Hebr 11:17-19; 31 Rom 3:28-4:6 Zingen Ps 86: 4 Prediking Jakobus 2:14-26 Zingen LB 838 Belijden Nicea Zingen GK 155: 1,3,4,5 Gebed Collecte Slotzang GK 133 Zegen 14 Broeders en zusters, wat heeft het voor zin als iemand zegt te geloven, maar hij handelt er niet naar? Zou dat geloof hem soms kunnen redden? 15 Als een broeder of zuster nauwelijks kleren heeft en elke dag eten tekortkomt, 16 en een van u zegt dan: Het ga je goed! Kleed je warm en eet smakelijk! zonder de ander te voorzien van de eerste levensbehoeften-wat heeft dat voor zin? 17 Zo is het ook met geloof: als het zich niet daadwerkelijk bewijst, is het dood. 18 Maar dan zegt iemand: De een gelooft, de ander doet. Laat mij maar eens zien dat je kunt geloven zonder daden; ik zal u door mijn daden tonen dat ik geloof. 19 U gelooft dat God de enige is? Daar doet u goed aan. Maar de demonen geloven dat ook, en ze sidderen. 20 Dwaas, wilt u het bewijs dat geloof zonder daden nutteloos is? 21 Werd het onze voorvader Abraham niet als een rechtvaardige daad toegerekend dat hij zijn zoon Isaak op het altaar wilde offeren? 22 U ziet hoe geloof en handelen daar hand in hand gaan, en hoe het geloof vervolmaakt wordt door daden. 23 Zo ging in vervulling wat de Schrift zegt: Abraham vertrouwde op God, en dat werd hem toegerekend als een rechtvaardige daad. Hij wordt zelfs Gods vriend genoemd. 24 U ziet dus dat iemand rechtvaardig wordt verklaard om wat hij doet, en niet alleen om zijn geloof. 25 Werd niet ook Rachab, de hoer, rechtvaardig verklaard om wat ze deed, toen ze de verkenners ontving en langs een andere weg liet vertrekken? 26 Zoals het lichaam dood is zonder de ziel, zo is ook geloof zonder daden dood. 1

2 Gemeente, Feijenoord zingt geen woorden maar daden * In de kerk vinden we de leer en echt geloof belangrijk. -Terecht. Maar hoe merken gemeenteleden en buren, dat je God lief hebt? Hoe herkent de buitenstaander je geloof in je gedrag? * Paulus benadrukt: alleen door geloof, alleen door genade. Niet door werken. Maar Jakobus benadrukt de andere kant: Geloof zonder daden is dood en brengt geen redding Je krijgt behoud om wat je uit geloof doet. GELOOF KOMT UIT IN DADEN 1. Dood geloof - zonder daden 2. Levend geloof - met daden 3. Eenheid van geloof en daden. 1. Dood geloof - zonder daden Jakobus legt in heel zijn brief de nadruk op de levenspraktijk van de gelovige. Hij vertelt, hoe God de mensen tot leven roept met zijn Woord. (1,18) * Zo riep Hij Adam en Eva al uit het struikgewas vandaan. Met zijn Woord maakt God mensen die nieuw leven met Hem. Verbonden aan God doorstaan ze de beproevingen van het leven. Jakobus wil dat de gemeente uit Gods levenwekkend Woord leeft. Jezus zegt (Mat 7): Niet wie Heer, Heer zegt, maar wie de wil van mijn hemelse Vader doet Leef volgens de wet van het hemels koninkrijk. We zijn in geloof verbonden aan Jezus Christus, de hemelse Koning. Hij wekt de gelovigen met zijn Geest en Woord tot nieuw leven. Jakobus wijst op de Bijbel. Kijk voortdurend in de spiegel van de Koninklijke wet. De Bijbel is de Wet van Vrijheid. Jezus bevrijdt van zonde en oordeel en Hij bevrijdt tot dienst aan God. Jakobus zegt: U moet wat u gehoord hebt ook doen. (1, 22) Bewijs liefde aan je medemens. * Dan ontvang je Gods barmhartig oordeel. (1,27) Maar over wie niet liefdevol naar zijn medemens omziet Over hem komt onbarmhartig Gods oordeel. 2

3 In 2,14 zegt Jakobus, dat geloof zonder daden je niet redt. Wat voor zin heeft het als iemand zegt te geloven, maar er niet naar handelt. Dat geloof kan hem niet redden. Wat bedoelt Jakobus met als iemand zegt te geloven? Er staat: Als iemand van zijn geloof getuigt, maar er niet naar handelt. * Je bent een vrome praatjesmaker, als je daden er niet mee kloppen. Je kunt Welkom op een bordje schrijven Maar hoe biedt je een gast of je vriend te drinken aan? Deze christenen getuigen van hun geloof in Jezus. Dat doen ze onder hun Joodse broeders en zusters. Dat is het ware geloof en daar zijn ze enthousiast over. Toch zien ze het geloof los van de levenspraktijk. Daarom zie je in hun levenspraktijk niets van dat geloof. Je discrimineert medegelovigen. (2, 1-13) Je helpt de arme en hongerige in de gemeente niet verder. (2,15) Zo n geloof heeft geen enkele uitstraling en werfkracht. * Jakobus legt daarom de volle nadruk op het praktisch leven uit geloof. Als je een band hebt met Jezus zal dat blijken in je daden. Dat is het thema dat Jakobus aansnijdt in Geloof zonder daden kan je niet redden. * Jakobus geeft een schokkend voorbeeld uit de gemeente. Een broeder of zuster heeft nauwelijks eten of kleding Er is onmiddellijk hulp nodig, maar er komen alleen mooie woorden. In je medemens ontmoet je God! Je ziet het beeld voor je van het laatste oordeel in Matteüs 25. * Daar staan de mensen voor Jezus rechterstoel. Jezus zegt daar dat Hij in je medemens zelf naar je toekomt. Hij zegt: ik had honger en u hebt me niet te eten gegeven. Deze gelovige zegt nog: Sjaloom, het ga je goed. Maar hij helpt de hongerige niet aan eten en drinken. Is dat Sjaloom? Jezus oordeel klinkt: je had mooie woorden, maar zonder daden. Jij bewijst geen liefdedienst aan je medemens, niet aan Mij. Dat is niet barmhartig naar de wet van de vrijheid. Dan onderga je ook onbarmhartig het oordeel van die wet (2.13) 3

4 Volgende week ontmoeten we onze God bij brood en wijn. Hoe komt ons geloof uit in onze daden? Kunnen we daarmee voor God verschijnen? Jakobus vergelijkt geloof met en zonder daden. Woorden zonder daden is schijnheilig christendom. Mooie geloofswoorden klinken, maar de ziel van de daden is er uit. Jakobus vergelijkt dood geloof met een ontzield mens. (2,26) * Toen God Adam schiep, maakte Hij een pop waarin Hij de adem blies. Hij bezielt Adam en brengt hem tot leven. Het lichaam zonder ziel is dood het is een dood wassenbeeld. In Madame Tussauds zijn de beelden net echt, maar levenloos. Levend geloof brengt een mens tot nieuw leven voor God. Maar geloof zonder daden is als een dood mens zonder ziel. Als de daden ontbreken baat dat geloof niets. Je kunt bidden en Bijbellezen, naar de kerk gaan en je geloof belijden. Je kunt wel van je geloof getuigen en mooi praten Maar leef je volgens Gods Woord? Want zonder die daden is je geloof waardeloos en dood. Mensen zien je dan als een schijnheilige vrome praatjesmaker. 2. Levend geloof gaat samen met daden. * Geloof zonder daden kan niet. * Verbonden aan de Heer Jezus leeft de Geest van Jezus in je. Dan ga je uit liefde het goede doen. Maar ondertussen is hierover in de gemeente van Jakobus discussie. Iemand zegt: de een gelooft, de ander doet. Alsof geloof en daden los van elkaar kunnen bestaan. Jakobus antwoord komt onmiddellijk: Laat mij maar eens zien dat je kunt geloven zonder daden; ik zal u door mijn daden tonen dat ik geloof. Je geloofshouding is oncontroleerbaar en verborgen. Je daden scheppen duidelijkheid over je geloof. Levend geloof moet blijken in je daden. Jakobus gaat het bewijs uit de Bijbel geven. 4

5 Allereerst uit Deuteronomium 6: 4. * Dat is de centrale geloofsbelijdenis uit het OT. Luister, Israël: de HEER, onze God, de HEER is de enige! Jakobus zegt dit is een goed geloof. En toch helpt dat geloof je niet verder! Want de duivel gelooft het ook dat God de enige is. Hij beeft van angst. Demonen werden vaak uitgedreven met deze tekst. God zal met zijn gericht over zondige daden oordelen. De Heer duldt de zonde niet! Het vervolg van Deut 6 vertelt hoe je die ene God moet dienen. Heb daarom de HEER lief met hart en ziel en met inzet van al uw krachten. Houd de geboden die ik u vandaag opleg steeds in gedachten. God in geloof dienen is verbonden aan het doen van zijn wil. Hij vraagt dat je van binnenuit leeft naar de wet van vrijheid. Geloof zonder daden komt dicht bij het geloof van de duivelen! Jakobus levert hij nog meer bewijs dat geloof zonder daden dood is. Hij neemt twee voorbeelden uit het OT dat Joden en Christenen aanspreekt. Als eerste noemt Jakobus Gen 22. Abraham was bereid zijn zoon Izaäk te offeren. * Die daad rekent God hem toe als een rechtvaardige daad. Om zijn daad is Abraham dus gerechtvaardigd. Deze uitspraak trekt onze aandacht. Abraham staat als gelovige naast Mozes en Elia. Hij is de vader van de gelovigen voor de Joden. Maar ook voor christenen uit joden en heidenen. Hij staat niet voor niets in de rij met voorbeeldige gelovigen in Hebr. 11. Juist bij Abraham staat dat hij is gerechtvaardigd om zijn daden. Jakobus beschrijft deze geschiedenis uit Genesis heel speciaal. * Want waar staat nu in Genesis: Abraham vertrouwde op God, en dat werd hem toegerekend als een rechtvaardige daad. Dat staat niet bij de geschiedenis van Genesis 22 over het offer van Izaäk. 5

6 Nee, dat staat in Genesis 15: 6. * Dan sluit de Heer een verbond met Abraham Hij belooft hem het land en een groot nageslacht. En Abraham vertrouwt daar op God. Maar het zal nog jaren duren voor hij Izaäk zou krijgen. Abrahams geloof wordt tot het uiterste beproefd. * Hij moest jaren wachten op deze enige zoon Daarna moet hij Izaäk ook nog offeren op de berg Moria. Dit was een tocht van ongekend zware beproeving. God verbood een mensenoffer en nu vroeg Hij het Abraham. God had de oude Abraham lang laten wachten op een zoon. Met Isaak zou God de hele mensheid zegenen. Hoe moet dat nu verder? Wat een beproeving! Dit werd een tocht van geloof. Hij moet daarbij wel hulp van Gods Geest gehad hebben. Hij komt tot een daad die voor een mens onmogelijk is. Abraham geloofde dat God Izaäk uit de dood kon opwekken. Zo legt Abraham zijn leven en Gods belofte in Gods hand terug. Hij blijft niet in zijn tent mokken. Nee, zijn geloof brengt hem tot daden. Hij grijpt zelfs het mes om Izaäk te offeren! Kijk nu zie je hoe Jakobus de Bijbel las. In Genesis 15 rekent God Abrahams geloof toe als rechtvaardige daad. Abraham stond goed voor God: hij deed wat God van hem vroeg. In Genesis 22 blijkt dat geloof in zijn daden. Nu verbindt Jakobus Abrahams daden aan zijn geloof! Levend geloof bewijst zich in daden! Hier kun je ook zien hoe God met beproevingen het geloof sterkt. Jakobus zei dit al in 1,2: wees blij met uw beproeving. God sterkt er je geloof mee tot je volkomen bent. Dat je geestelijk helemaal gezond bent, wat blijkt in je daden. Dat je volgroeid bent in je geloof. 6

7 3. Eenheid van geloof en daden. Geloof gaat hand in hand met daden - geloof werkt samen met daden. Nee, niet als twee paarden die samen de wagen trekken. Alsof geloof en werken samen de kar de hemel in trekken. Nee, het geloof gaat voorop en geeft leiding aan de daden. * De daden maken het geloof volkomen. God verklaart Abraham rechtvaardig. Geloof blijkt uit zijn daden. Hij redt ook Rachab, om haar daden waarmee ze de verkenners beschermt. Zo gaat met Jericho ook het land van de beloften open. God beloont Rachab om haar werken. * Brengt Jakobus dan een ander evangelie dan Paulus? * Paulus zegt steeds zo scherp de andere kant: behoud krijg je alleen door geloof, niet door werken. Paulus en Jakobus spreken tegen een ander publiek. Paulus verzet zich tegen werkheiligheid. * Tegen mensen die het van hun werken verwachten. Alsof je met goed daden de ladder naar de hemel kunt oplopen. Daartegen verzet Paulus zich, omdat Hij Jezus heeft leren kennen. Behoud heb je alleen door geloof in Jezus. Goede werken verdienen niets! * Jakobus verzet zich tegen werkenloosheid: geloof zonder werken. * Geloof zonder werken is dood. Er is geen behoud zonder werken.* Hier zie je de eenheid van Paulus en Jakobus. Uit geloof het goede werken * Paulus belicht vooral: goede werken verdienen niets. Jakobus zegt: Met levend geloof komen er goede werken in je leven. Paulus is dat helemaal met Jakobus eens. Jezus zuivert je leven, zodat je kind van God bent. De Heilige Geest vernieuwt je tot leven als kind van God. Op de basis van verzoening geef je je leven een nieuwe richting. 7

8 Paulus schrijft in Gal 5 over de vrijheid waartoe we geroepen zijn. Als gelovige laat je je leiden door Gods Geest Zo groeit in je leven de vrucht van de Geest. * Je nieuwe leven begint met luisteren naar Gods Woord. Zijn hartslag klinkt voortdurend in je oren. Herboren hoor je bij God. (Jak 1,18) Levend geloof ontplooit zich in daden. Komt in uw daden levend geloof uit? Amen. 8