HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto 160 Gemeentewet;

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto 160 Gemeentewet;"

Transcriptie

1 RIS134042_22-DEC-2005 Gemeente Den Haag Ons kenmerk BSD/ RIS BELONINGSREGELING (HERDRUK ) HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag; - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto 160 Gemeentewet; - met instemming van de Commissie voor Georganiseerd Overleg; Besluit: vast te stellen de navolgende regeling: Beloningsregeling gemeente Den Haag I Algemeen Definities Artikel 1:1 Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: a ambtenaar: de ambtenaar in de zin van artikel 1:1 lid 1 sub a van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag; b salaris: het salaris, als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder b, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag; c uurloon: het uurloon als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder o van de Arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Den Haag; d schaal: de schaal als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder a, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag, opgenomen in bijlage II en IIa van die regeling; Postadres: Postbus , 2500 DJ Den Haag Telefoon: Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Fax: Internetadres:

2 BSD/ e maximumsalaris: het hoogste bedrag van een salarisschaal; f bezoldiging; de bezoldiging als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder c, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag; g betrekking: de betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder b, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag; h conversie: de vertaling van de gevonden rangorde naar salarisschalen; i volledige betrekking: de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder k, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag; j overwerk: het overwerk als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder l, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. II Salaris Recht op salaris. Artikel 2:1 1 Het recht op salaris vangt aan met de dag waarop de aanstelling van de ambtenaar ingaat. Indien in het aanstellingsbesluit geen datum van ingang is vermeld, vangt het recht op salaris aan met de dag waarop de ambtenaar feitelijk in dienst is getreden. 2 Het recht op salaris eindigt, in geval van ontslag, met ingang van de dag waarop het ontslag ingaat. Gebroken tijdvakken Artikel 2:2 Wanneer het salaris of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand. Onvolledige betrekking Artikel 2:3 Het salaris van de ambtenaar met een onvolledige betrekking wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een volledige betrekking.

3 BSD/ Salarisbedragen Artikel 2:4 1 De salarissen van de ambtenaren wier salaris niet bij of krachtens de wet is geregeld, worden vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage II of bijlage IIa als genoemd in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag of, indien voor zijn betrekking een door het college te bepalen vast bedrag geldt, dit bedrag. 2 De toepassing van de in het vorige lid genoemde bijlagen vindt plaats conform hetgeen is bepaald in artikel 3:1, derde t/m vijfde lid, van Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. Functiewaardering Artikel 2:5 1 Het college bepaalt met inachtneming van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek en aan de hand van de vastgestelde conversie de voor de functie geldende salarisschaal. Hierbij wordt rekening gehouden met aard en niveau van de functie 2 Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van een functiewaarderingsonderzoek en de daarbij te hanteren methode. Toepasselijke salarisschaal Artikel 2:6 1 Behoudens het in de leden 2 en 3 bepaalde wordt de ambtenaar ten hoogste gesalarieerd volgens de salarisschaal, die voor zijn functie geldt. 2 De ambtenaar die zijn functie niet volledig en/of niet tenminste voldoende vervult, wordt gesalarieerd volgens een lagere salarisschaal dan die voor zijn functie geldt, tenzij: a. er een salarisgarantie bestaat vanuit een eerder vervulde functie bij de gemeente; b. aan de ambtenaar reeds in een eerder stadium de aan zijn functie verbonden functionele salarisschaal is toegekend. 3 De ambtenaar die zijn functie volledig en tenminste voldoende vervult, kan vanaf de dag van de aanvaarding van die functie, gedurende maximaal twee jaar worden gesalarieerd volgens een lagere salarisschaal dan die voor zijn functie geldt. 4 Het bepaalde in de leden 1 tot en met 3 is niet van toepassing in geval van opleiding dan wel indien bij aanvaarding van de functie sprake is van toepassing van carrière- of groeilijnen, waarvan de duur zich uitstrekt over een periode van twee jaar of langer. 5 Het bepaalde in de leden 1 tot en met 3 is evenmin van toepassing in het kader van bijzondere projecten, zoals arbeidservaringsprojecten of projecten waarvoor een specifieke financiering geldt. 6 Anders dan bij het opdragen van passende arbeid als bedoeld in artikel 7:16 lid 2 ARG, dan wel bij wijze van disciplinaire straf, als bedoeld in artikel 16:1:2 ARG, kan zonder voorafgaand ontslag voor een ambtenaar geen salarisschaal gaan gelden met een lager maximumsalaris dan dat van de reeds voor hem geldende salarisschaal.

4 BSD/ Periodieke salarisverhoging Artikel 2:7 1 Aan de ambtenaar wordt bij indiensttreding het salaris toegekend, dat in de voor hem geldende salarisschaal is vermeld achter het salarisnummer 0, tenzij naar het oordeel van het college aanleiding bestaat tot toekenning van een hoger salarisbedrag. 2 Het salaris van de ambtenaar die voldoende functioneert, wordt binnen de voor hem geldende salarisschaal periodiek verhoogd tot het naasthogere bedrag. 3 De periodieke verhogingen worden toegekend aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, voor de eerste maal met ingang van de eerste dag van de maand waarin zijn aanstelling een jaar is verstreken en nadien telkens na een jaar. 4 Het tijdstip waarop ingevolge het vorige lid voor de eerste maal een periodieke verhoging wordt toegekend, kan worden vervroegd indien daartoe naar het oordeel van burgemeester en wethouders aanleiding bestaat. 5 Het salaris genoemd in bijlage II als bedoeld in artikel 2:4 wordt, indien de salarisschaal dit aangeeft en wanneer het maximumsalaris is bereikt, voor de eerste maal na drie jaar en vervolgens om de twee jaar verhoogd tot het naasthogere bedrag. 6 Bij toekenning van een salaris of een periodieke verhoging wordt de tijd gedurende welke de straf van uitstel van periodieke salarisverhoging of schorsing ten uitvoer wordt gelegd niet meegeteld. Bij toekenning van een salaris of een periodieke verhoging wordt de tijd gedurende welke buitengewoon verlof is toegekend, de maatregel van schorsing is toegepast of het dienstverband is verbroken niet meegeteld, indien dit langer dan twee maanden geduurd heeft. Extra salarisverhoging Artikel 2:8 1 Aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor zijn functie geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan een extra salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag, niet uitgaande boven het maximumsalaris, worden toegekend op grond van uitstekend functioneren. 2 Bij de toepassing van het vorige lid blijft het tijdstip waarop ingevolge artikel 2:7 een salarisverhoging wordt toegekend onverlet, tenzij anders wordt bepaald. Geen periodieke salarisverhoging Artikel 2:9 1 Indien een ambtenaar blijkens een formele beoordeling onvoldoende functioneert, kan worden bepaald dat de hem op grond van artikel 2:7 toekomende salarisverhoging achterwege blijft. 2 Nadien kan worden bepaald dat de salarisverhoging, welke met toepassing van het eerste lid achterwege is gelaten, al dan niet met terugwerkende kracht alsnog wordt toegekend. 3 Van een beslissing tot toepassing van het eerste lid wordt de ambtenaar zo spoedig mogelijk, doch in elk geval voor de datum waarop anders de salarisverhoging zou ingaan, schriftelijk mededeling gedaan, onder vermelding van de redenen welke tot de beslissing hebben geleid.

5 BSD/ De op grond van artikel 2:7 toekomende salarisverhoging blijft achterwege, indien de ambtenaar gedurende het voorafgaande jaar volledig arbeidsongeschikt is geweest. Indien de ambtenaar in het daaropvolgende jaar zijn arbeid weer hervat heeft en aan de overige voorwaarden voor een salarisverhoging op grond van artikel 2:7 voldaan heeft, wordt vervolgens de in de vorige volzin bedoelde salarisverhoging alsnog toegekend. Salaris bij overgang naar een hogere schaal Artikel 2:10 1 Wanneer een ambtenaar overgaat naar een salarisschaal met een hoger maximumsalaris, wordt: a voor de ambtenaar, als bedoeld in artikel 3:1, derde lid onder a, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag, het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het bedrag, gelegen onmiddellijk boven het salaris dat de ambtenaar in de oude schaal zou hebben genoten; b voor de ambtenaar, als bedoeld in artikel 3:1, derde lid onder b, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag, het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het eersthogere bedrag in die schaal, waarmee gerealiseerd wordt dat het verschil tussen het nieuwe salaris en het oude salaris van de ambtenaar tenminste 75% bedraagt van het verschil tussen het bedrag dat de ambtenaar laatstelijk genoot en het naasthogere bedrag in die oude schaal, dan wel het naastlagere bedrag in die oude schaal, indien het salaris in de oude schaal reeds overeenkwam met het hoogste bedrag uit die schaal. 2 Voorzover nodig zal - in afwijking van het eerste lid onder a - de vooruitgang in salaris tengevolge van de indeling in de schaal met een hoger maximumsalaris nimmer minder bedragen dan het geval zou zijn bij verhoging ingevolge artikel 2:7 in de schaal waarin de ambtenaar wordt ingedeeld. 3 Bij overgang als in het eerste lid bedoeld kan een hoger salaris toegekend worden, indien daartoe naar het oordeel van het college aanleiding bestaat. Deze extra verhoging van het salaris maakt geen onderdeel uit van de in het vorige lid bedoelde berekening. III Instrumenten van flexibele beloning Eenmalige beloning Artikel 3:1 1 Aan de ambtenaar, die een zeer bijzondere prestatie heeft verricht, grote inzet heeft getoond, voortdurend blijk geeft van buitengewone plichtsbetrachting, dan wel zijn volledige functie uitstekend vervult, kan een eenmalige beloning worden verleend. 2 De eenmalige beloning kan bestaan uit een gratificatie als bedoeld in artikel 15:1:28 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag of een vergoeding in natura. De vergoeding in natura bestaat uit een kleine beloning, zoals een boeken- of cadeaubon.

6 BSD/ Eenmalige groepsbeloning Artikel 3:2 1 Aan een groep ambtenaren die een uitstekende collectieve prestatie hebben geleverd, kan een eenmalige groepsbeloning worden toegekend. 2 De eenmalige groepsbeloning kan bestaan uit een gratificatie of een vergoeding in natura. Tijdelijke persoonlijke toelage Artikel 3:3 1 Aan de ambtenaar die zijn functie volledig uitoefent, het maximumsalaris van de voor zijn functie geldende salarisschaal heeft bereikt en blijkens een over hem uitgebrachte personeelsbeoordeling tenminste goed functioneert kan een tijdelijke, persoonlijke toelage worden toegekend. 2 De in het eerste lid bedoelde toelage bedraagt ten hoogste het verschil tussen het maximumsalaris van de voor de functie geldende salarisschaal en het maximumsalaris van de naasthogere salarisschaal. De toelage wordt behoudens uitzondering met een periodieke verhoging per jaar opgebouwd. Op deze periodieke verhogingen zijn de algemeen geldende beloningsvoorschriften van toepassing. 3 De in het eerste lid bedoelde toelage wordt toegekend voor ten hoogste het tijdvak, dat overeen komt met het aantal periodieke verhogingen tussen het maximumsalaris van de voor de functie geldende salarisschaal en het maximumsalaris van de naasthogere salarisschaal, en vervalt van rechtswege na afloop van genoemd tijdvak. Artikel 3:4 Na afloop van het in artikel 3:3 derde lid genoemde tijdvak kan aan de ambtenaar wederom op basis van een tenminste goede beoordeling een tijdelijke, persoonlijke toelage worden toegekend. Deze toelage behoeft niet opnieuw te worden opgebouwd zoals bedoeld in artikel 3:3 tweede lid. Beloning i.v.m. de arbeidsmarkt (periodieke toelage) Artikel 3:5 1 Aan de ambtenaar die zijn functie volledig uitoefent, het maximumsalaris van de voor zijn functie geldende salarisschaal heeft bereikt en blijkens een over hem uitgebrachte personeelsbeoordeling tenminste goed functioneert kan om redenen van werving en behoud een toelage worden toegekend. 2 De in het eerste lid bedoelde toelage bedraagt ten hoogste het verschil tussen het maximumsalaris van de voor de functie geldende salarisschaal en het maximumsalaris van de naasthogere salarisschaal. 3 De toelage kan worden toegekend voor een periode van maximaal vijf jaar. Beloning i.v.m. de arbeidsmarkt (eenmalige uitkering)

7 BSD/ Artikel 3:6 1 Aan de ambtenaar die zijn functie volledig uitoefent, blijkens een over hem uitgebrachte personeelsbeoordeling tenminste goed functioneert en voor een termijn van minimaal een jaar en maximaal drie jaar in dienst van deze gemeente blijft, kan om redenen van werving en behoud een uitkering worden toegekend. 2 De uitkering bedraagt ten hoogste 10% van het over de in het eerste lid bedoelde termijn voor de ambtenaar geldende bedrag aan bezoldiging met een maximum van ,00. 3 De in het eerste lid bedoelde uitkering wordt na afloop van de in dat lid genoemde termijn in een keer uitgekeerd of in gedeelten, steeds na afloop van delen van die termijn. 4 Aan de toekenning van een uitkering kunnen nadere voorwaarden worden verbonden. Aan de ambtenaar die niet heeft voldaan aan deze voorwaarden door een aan hemzelf te wijten oorzaak, kan de uitkering gedeeltelijk worden toegekend. IV Overige beloningen Waarnemingstoelage Artikel 4:1 Een waarnemingstoelage kan worden toegekend overeenkomstig hetgeen is geregeld in artikel 3:1:2 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. Overwerk- en verschuivingsvergoeding Artikel 4:2 1 Overwerkvergoeding kan worden toegekend overeenkomstig hetgeen is geregeld in artikel 3:2 en artikel 3:2:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. 2. Geen aanspraak op overwerkvergoeding heeft de ambtenaar, die gesalariëerd wordt volgens salarisschaal 10 of hoger. 3. Verschuivingsvergoeding wordt toegekend conform hetgeen is geregeld in artikel 3:4 en artikel 3:4:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. Toelage onregelmatige dienst Artikel 4:3 1 Aan de ambtenaar voor wie een salarisschaal geldt met een lager maximumsalaris dan dat van salarisschaal 11 en die anders dan bij wijze van overwerk, regelmatig of vrij regelmatig arbeid verricht op de dagen en uren als genoemd in artikel 3:3 Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag, wordt een toelage toegekend. 2 Geen toelage wordt toegekend voor de uren, die vallen binnen de overeenkomstig onderdeel 9 van de Rechtspositionele Kaders 36-urige werkweek aangewezen periode. 3 De toelage bedraagt per gewerkt uur een percentage van het voor de ambtenaar geldende salaris per uur en wel: a 20 procent voor de uren op maandag tot en met vrijdag tussen en uur en tussen en uur;

8 BSD/ b 40 procent voor de uren op zaterdag tussen en uur en voor de uren op maandag tot en met zaterdag tussen en uur en tussen en uur; c 65 procent voor de uren op zondag en op de feestdagen genoemd in artikel 4:2:1 lid 3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag met dien verstande, dat genoemde percentages worden berekend over ten hoogste het salaris per uur, dat is afgeleid van het salaris behorende bij het maximum van salarisschaal 6. 4 Voor de in het vorige lid onder a. genoemde morgen- en avonduren wordt de toelage slechts toegekend, indien de arbeid is aangevangen voor uur, respectievelijk is beëindigd na uur. 5 De toelage onregelmatige dienst wordt maandelijks betaalbaar gesteld aan de hand van de werkelijk gewerkte uren. 6 De periodieke toelage als in het vorige lid bedoeld wordt in geval van ziekte doorbetaald ter grootte van hetgeen gemiddeld in de voorafgaande twaalf volle kalendermaanden is genoten. 7 In afwijking van het bepaalde in lid 5 kan de toelage om administratieve redenen worden vastgesteld op een vast bedrag per maand. Toelage bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst Artikel 4:4 Het college dient een nadere regeling vast te stellen overeenkomstig het bepaalde in artikel 3:3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. Inconveniëntentoelage Artikel 4:5 Het college kan een regeling vaststellen op grond waarvan een vergoeding wordt toegekend aan de ambtenaar, die tijdelijk wordt belast met bijzonder moeilijk, gevaarlijk en/of vuil werk of met werk, dat onder bezwarende omstandigheden moet worden verricht. Toelage minimum-inkomen Artikel 4:6 1 Indien het salaris minder is dan het maandbedrag van het voor zijn leeftijd geldende minimumloon, wordt aan de ambtenaar een toelage toegekend ten bedrage van het verschil. 2 Voor de ambtenaar met een onvolledige werktijd, wordt de in het eerste lid bedoelde toelage naar evenredigheid vastgesteld. Vakantietoelage Artikel 4:7 1 Vakantietoelage kan worden toegekend overeenkomstig hetgeen is geregeld in artikel 6:3 en artikel 6:3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. 2 Wanneer de ambtenaar wegens ziekte slechts een gedeelte van zijn bezoldiging geniet, wordt hij voor de toepassing van de in het eerste lid genoemde bepalingen geacht in het genot van zijn volle bezoldiging te zijn.

9 BSD/ Wanneer de feitelijke bezoldiging is teruggebracht tot het bedrag van het op de ambtenaar te verhalen gedeelte van de pensioenbijdrage, wordt hij voor de toepassing van de in het eerste lid genoemde bepalingen geacht geen bezoldiging te genieten. 4 Aan de ambtenaar kan in verband met uitgaven ten behoeve van de vakantie op schriftelijk verzoek een voorschot wordt verleend op de vakantie -uitkering. Dit voorschot wordt bij de eerstvolgende uitbetaling van de vakantie -uitkering verrekend. Gratificatie en verlof bij jubilea Artikel 4:8 1 Een gratificatie kan worden toegekend overeenkomstig hetgeen is geregeld in artikel 3:5 en 3:5:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. 2. Voor de berekening van de duur van een dienstbetrekking bij de overheid wordt uitgegaan van de diensttijd, zoals bepaald in de artikelen 4, 5 en 6 van de Regeling gratificatie bij ambtsjubileum (besluit Minister van Binnenlandse Zaken d.d. 3 november 1989, Stcrt. 223, zoals nadien gewijzigd). 3 De ambtenaar, die naar het oordeel van het college daarvoor in aanmerking komt, ontvangt bij voltooiing van: a. een diensttijd van 25 jaren twee extra verlofdagen; b. een diensttijd van 40 jaren drie extra verlofdagen; c. een diensttijd van 50 jaren zes extra verlofdagen. Bij het bepalen van een verlofdag wordt uitgegaan van de formele arbeidsduur per week, naar evenredigheid verminderd indien de ambtenaar is aangesteld voor een formele arbeidsduur van minder dan 36 uur per week. 4 Voor de berekening van de in het derde lid genoemde diensttijd is artikel 3:5:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag en het tweede lid van overeenkomstige toepassing. 5 Indien een jubileumdatum is gelegen in een tijdvak gedurende welk de ambtenaar buitengewoon verlof geniet, komt hij eerst voor extra verlof in aanmerking nadat hij zijn werkzaamheden heeft hervat. 6 Indien elders reeds extra verlof is genoten, dat overeenkomt met extra verlof op grond van dit artikel, blijft toekenning van laatstbedoelde extra verlof achterwege. Onderscheidingen bij jubilea Artikel 4:9 1 Wegens langdurige trouwe gemeentedienst kan het college aan de ambtenaar een herinneringsinsigne toekennen. 2 De in het eerste lid bedoelde herinneringsinsigne bestaat bij: a. 25-jarige gemeentedienst uit een in goud uitgevoerde insigne; b. 40-jarige gemeentedienst uit een in goud uitgevoerde insigne voorzien van een briljant; c. 50-jarige gemeentedienst uit een in goud uitgevoerde insigne voorzien van twee briljanten. 3 De ambtenaar aan wie functioneel leeftijdsontslag is verleend, kan slechts voor een insigne in aanmerking komen, indien hij bij aanblijven tot de 65-jarige leeftijd een gemeentelijke diensttijd van ten minste 25 jaar zou hebben volbracht.

10 BSD/ V Overige bepalingen Emolumenten Artikel 5:1 Het college kan een regeling vaststellen met betrekking tot de toepassing van een korting op de bezoldiging voor van gemeentewege verstrekt genot van: a. woning, verwarming van de woning en gebruik van energie en leidingwater, indien de werkelijke kosten daarvan de ambtenaar niet in rekening worden gebracht; b andere verstrekkingen in natura. Toelage andere gevallen Artikel 5:2 1 Aan de ambtenaar kan een toelage boven het salaris toegekend worden in andere dan de in hoofdstuk IV bedoelde gevallen. 2 Deze toelage kan slechts toegekend worden, voor zover: a de bezoldigingsverhoudingen daardoor niet worden verstoord, b de in de vorm van salaris toe te kennen beloning in de gegeven omstandigheden ontoereikend is en c er geen andere wijze van beloning voorhanden is. 3 De in het eerste lid bedoelde toelage kan bij wijziging van de in het tweede lid bedoelde bezoldigingsverhoudingen of omstandigheden verlaagd of ingetrokken worden. Afbouwtoelage Artikel 5:3 Het college kan een regeling vaststellen op grond waarvan aan de ambtenaar een toelage wordt toegekend ter voorkoming, beperking of vertraging van achteruitgang in inkomen als gevolg van verlaging of intrekking van een periodieke toelage, beloning of vergoeding als bedoeld in hoofdstuk IV of artikel 5:2, dan wel als gevolg van de invoering of wijziging van een kortingsregeling. Onvoorziene gevallen Artikel 5:4 1 In individuele gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, besluit het college. 2 Voor bijzondere situaties kan het college in afwijking van of in aanvulling op deze regeling een nadere regeling vaststellen. Overgangsrecht Artikel 5:5 De ambtenaar aan wie op grond van artikel B 11 van de Algemene beloningsregeling 1992 een persoonlijke toelage is toegekend, behoudt deze toelage tot de datum van ontslag uit gemeentedienst.

11 BSD/ Slotbepaling Artikel 5:6 1 Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2006 en kan worden aangehaald als: Beloningsregeling. 2 De Beloningsregeling, zoals vastgesteld op 1 juni 2004 (kenmerk: BSD/ ) wordt met ingang van de in het eerste lid genoemde datum ingetrokken. Den Haag, 20 december 2005 Het college van burgemeester en wethouders, de secretaris, de burgemeester, D.M.F. Jongen W.J. Deetman

12 BSD/ TOELICHTING ALGEMEEN Uit het door Leeuwendaal advies bv opgestelde Rapport inzake Vergelijking van het Ambtenarenreglement s-gravenhage (ARG) met het CAR/UWO-model (januari 2003) is niet alleen gebleken, dat de meeste inhoudelijke verschillen tussen ARG en CAR/UWO voorkomen op het terrein van salaris en vergoedingen. Ook blijkt uit de analyse, dat de gemeentelijke regelgeving op het gebied van beloning vrij ondoorzichtig en complex in elkaar steekt, terwijl verschillende regelingen elkaar deels overlappen. Op grond van deze laatste bevinding is geconcludeerd, dat het noodzakelijk is om de Bezoldigingsverordening 1986 en de Algemene beloningsregeling 1992 te integreren, te actualiseren en te ontdoen van hetgeen reeds in hoofdstuk 3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag (ARG) is geregeld en in de eerstvolgende herdruk van de ARG (2003-2) zal worden geregeld. Dit zal per saldo een substantiëel dereguleringseffect op de regelgeving hebben. Bij het opstellen van de nieuwe beloningsregeling is tevens - voor zover de verschillen tussen ARG en CAR/UWO (de sectorale gemeentelijke cao) dat toelaten - aansluiting gezocht bij de Voorbeeld-bezoldigingsverordening van het VNG, omdat de ARG zich ook inhoudelijk steeds meer ontwikkelt in de richting van de CAR/UWO. Ten opzichte van beide oorspronkelijke regelingen zijn naast de technische en redactionele verschillen enkele inhoudelijke verschillen aangebracht: het is mogelijk om een eenmalige groepsbeloning toe te kennen, het is niet mogelijk om een periodieke salarisverhoging toe te kennen, indien er in het voorafgaande jaar sprake is geweest van volledige arbeidsongeschiktheid, en het is niet mogelijk om een tijdelijke persoonlijke toelage om te zetten in een vaste persoonlijke toelage. De nieuwe beloningsregeling omvat derhalve ter uitwerking van en in aanvulling op hoofdstuk 3 ARG een regeling met betrekking tot bezoldiging, salaris, toelagen en vergoedingen (in de zin van toelagen). De tekst van deze regeling is digitaal te raadplegen op Intranet (PersoneelPortaal).

13 BSD/ ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Artikel 1:1, onderdeel f (bezoldiging) Wat het begrip bezoldiging betreft, wordt eenvoudigheidshalve verwezen naar artikel 3:1 ARG. In het tweede lid van genoemde bepaling wordt bezoldiging gedefinieerd als het salaris, vermeerderd met het bedrag van de aan de ambtenaar toegekende emolumenten en toelagen - niet zijnde onkostenvergoedingen - alsmede het bedrag van de functioneringstoelage en waarnemingstoelage. Op grond van deze definitie vallen de periodieke toelagen van de hoofdstukken III en IV in beginsel onder het begrip bezoldiging. Ook de inconveniëntentoelage wordt derhalve tot de bezoldiging gerekend. De kostenvergoedingen en schadevergoedingen behoren daarentegen op grond van de bezoldigingsdefinitie niet tot de bezoldiging. Incidentele toelagen, zoals gratificatie, groepsgratificatie, overwerkvergoeding en verschuivingsvergoeding, vallen op grond van hun niet-structurele karakter evenmin onder het begrip bezoldiging. De toelage bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst (ook wel wachtdienstvergoeding genoemd) behoort vanwege het structurele karakter wel tot het bezoldigingsbegrip. Ook voor de vakantieuitkering geldt dit, mede gezien het feit, dat deze uitkering niet op hoofdstuk 3 ARG is gebaseerd. Artikel 2:4 (salarisbedragen) Er is voor gekozen om te verwijzen naar bijlagen II en IIa als bedoeld in de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag en niet naar bijlagen toegevoegd aan deze beloningsregeling. Het voordeel is dat als de bijlagen II en IIa wijzigen, dit automatisch ook geldt voor deze beloningsregeling. Hetgeen oorspronkelijk in artikel 3 en artikel 5 leden 2 en 3 van de Bezoldigingsverordening 1986 was geregeld ten aanzien van salarisregelingen, is in het eerste lid geïncorporeerd. Indien op grond hiervan een vast bedrag wordt gehanteerd, zijn de bepalingen van deze regeling daarop zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing. In het tweede lid wordt wat betreft de toepassing van bijlagen II en IIa verwezen naar artikel 3:1, derde tot en met vijfde lid, ARG. Artikel 2:5 en 2:6 (Functiewaardering en salariëring) Hetgeen hier geregeld is, was oorspronkelijk opgenomen in artikelen 2, 4 en 9 van de Bezoldigingsverordening 1986 en de artikelen B1, B2 en B3 van de Algemene beloningsregeling Als uitgangspunt geldt, dat alleen organieke functies worden gewaardeerd en dat in beginsel al deze functies worden ingedeeld in een salarisschaal. Zie ook de Regeling Functiewaardering Bovendien geldt als uitgangspunt, dat de ambtenaar uiteindelijk gesalariëerd wordt overeenkomstig de functionele salarisgroep, d.w.z. de salarisschaal, die gebaseerd is op de uitkomst van de waardering van zijn functie.

14 BSD/ Artikel 2:7 t/m 2:9 (Salarisverhoging) In artikel 2:7 t/m 2:9 wordt respectievelijk geregeld: de periodieke salarisverhoging, de extra salarisverhoging en het onthouden van een periodieke salarisverhoging. In deze artikelen is gekozen voor normen, die een positief oplopende reeks van kriteria vormen: onvoldoende (art. 2:9), voldoende (art. 2:7) of uitstekend (art. 2:8) functioneren. Deze kriteria zijn dezelfde als die op grond van de beoordelingsregeling gehanteerd worden voor het het samenvattend oordeel. In het midden is overigens gelaten of de beslissing tot het toekennen van een (extra) periodieke verhoging moet zijn gebaseerd op een personeelsbeoordeling. Uitgangspunt is, dat beloningsbeschikkingen overeenkomstig de Algemene wet bestuurswet gemotiveerd dienen te zijn en dat negatieve beloningsbeschikkingen in beginsel mede op een formele beoordeling moeten zijn gebaseerd. Dehalve is voor een besluit tot onthouding van een periodieke salarisverhoging bepaald, dat aan dit besluit een formele beoordeling ten grondslag dient te liggen. Het vijfde lid van artikel 2:7 gaat in op de uitloopperiodieken in de schalen 1 tot en met 5 in de oude salarisstructuur. Als er geen medewerkers meer zijn ingeschaald volgens de salaristabel van de oude structuur, zal dit lid geschrapt worden. In artikel 2:9 is tevens gebruik gemaakt van de mogelijkheid, die artikel 7:8:2 ARG biedt, aangezien het instrument van salarisverhoging uitsluitend ziet op tenminste voldoende functioneren. Het is derhalve niet meer mogelijk om een periodieke salarisverhoging toe te kennen, indien in het voorafgaande jaar sprake is geweest van volledige arbeidsongeschiktheid. Indien betrokkene echter in het daaropvolgende jaar zijn werk (al dan niet volledig) weer heeft hervat en ook aan de overige voorwaarden voor een periodieke salarisverhoging voldaan heeft, wordt de niet toegekende periodieke salarisverhoging alsnog toegekend. Aan deze toekenning wordt echter geen terugwerkende kracht verleend. Artikel 2:10 (Overgang naar een hogere schaal) In dit artikel wordt de systematiek geregeld volgens welke de overgang naar een hogere salarisschaal plaats vindt. Het eerste lid onder b geeft de aanvullende regels voor de nieuwe salarisstructuur weer (zie ook LOGA-brief van 20 december 1995, nummer Lbr. 95/259). Dit betreft CAR bijlage IIa. Binnen deze nieuwe salarisstructuur wordt de ambtenaar, bij overgang naar een hogere schaal, ingeschaald op het naasthogere bedrag in de nieuwe schaal. Echter, in het geval dat het verschil tussen dit naasthogere bedrag en het oude salaris minder bedraagt dan 75% van het salarisverschil tussen het bedrag dat de ambtenaar aan salaris zou hebben ontvangen indien hij niet zou zijn overgegaan naar de nieuwe schaal, maar in zijn oude schaal een periodieke verhoging zou hebben gekregen, en het bedrag van zijn oude salaris, wordt de ambtenaar in de nieuwe schaal ingeschaald op het bedrag dat direct volgt op het naasthogere bedrag. Het eerste lid onderdeel a en het tweede lid zullen vervallen als er geen medewerkers meer zijn ingeschaald volgens de salaristabel van de oude structuur (CAR bijlage II).

15 BSD/ Artikel 3:1 t/m 3:6 (Beloning of gratificatie, persoonlijke toelage en arbeidsmarkttoelage en - uitkering) In artikel 3:1 t/m 3:6 worden de volgende instrumenten van flexibele beloning geregeld: eenmalige beloning, eenmalige groepsbeloning, tijdelijke persoonlijke toelage, tijdelijke arbeidsmarkttoelage en eenmalige arbeidsmarktuitkering. Al deze instrumenten hebben als kenmerk dat hiermee op flexibele wijze kan worden gedifferentieerd in beloning. De flexibiliteit zit in het tijdelijke karakter van deze instrumenten. Dit in tegenstelling tot het toekennen van (extra) periodieken, dat een structureel karakter heeft. Ook zijn andere, minder flexibele beloningsinstrumenten denkbaar, zoals vaste toelagen. Een nadeel van vaste toelagen is - naast de kosten die dit structureel met zich meebrengt - dat de prikkel die van de toelage uit zou moeten gaan vermindert, zo niet verdwijnt. Van de genoemde instrumenten van flexibele beloning hebben de eenmalige beloning en de eenmalige groepsbeloning het meest een incidenteel karakter. Meestal worden deze instrumenten meteen na de prestatie toegepast. In het midden is gelaten of de toepassing van een beloningsinstrument is gebaseerd op een beoordeling. Ook hier geldt als uitgangspunt, dat beloningsbeschikkingen overeenkomstig de Algemene wet bestuurswet gemotiveerd dienen te zijn en dat negatieve beloningsbeschikkingen in beginsel mede op een formele beoordeling moeten zijn gebaseerd. Met betrekking tot de tijdelijke, persoonlijke toelage is er voor gekozen om te bepalen, dat de toekenningsbeschikking op een formele beoordeling gebaseerd dient te zijn. De arbeidsmarkttoelage is gericht op het succesvol werven van nieuwe medewerkers in niet of moeilijk te vervullen functies en voor het behouden van medewerkers in dergelijke functies. Een arbeidsmarkttoelage is uitdrukkelijk geen automatisch recht voor iedereen. De functies die in aanmerking komen voor toekenning van een arbeidsmarkttoelage kunnen in overleg met de ondernemingsraad worden aangewezen. De eenmalige arbeidsmarktuitkering, ook wel bindingspremie genoemd, is een maatregel die toegesneden is op de individuele medewerker. Deze uitkering is een instrument om met het oogmerk van werving of behoud een bepaalde waardevolle functionaris te binden. De uitkering wordt vooraf in het vooruitzicht gesteld en wordt ineens na afloop van de bindingstermijn uitgekeerd. Ook is het mogelijk de uitkering uit te keren in gedeelten na afloop van delen van de bindingstermijn. De uitkering wordt, vanwege het eenmalige karakter, niet gerekend tot de bezoldiging. De tijdelijke persoonlijke toelage is gebaseerd op artikel 3:7:8 ARG en enigszins vergelijkbaar met de vroegere functioneringstoelage. Het is een tijdelijke toelage, die als regel jaarlijks met een periodieke verhoging wordt opgebouwd. Op deze periodieke verhoging is voor zover nodig artikel 2:7 van overeenkomstige toepassing. Na beëindiging van het aantal jaren waarvoor de toelage is toegekend, vervalt deze van rechtswege. De mogelijkheid is aanwezig om daarna opnieuw een tijdelijke persoonlijke toelage toe te kennen die dan niet opnieuw behoeft te worden opgebouwd.

16 BSD/ Voorkomen moet echter worden dat dit een automatisme wordt. Het streven moet zijn om een medewerker die lange tijd achtereen tenminste goed functioneert, door te laten stromen naar een functie die beter aansluit bij zijn capaciteiten. Het aantal jaarlijks toe te kennen tijdelijke persoonlijke toelagen is niet aan een maximum gebonden. Wel geldt de voorwaarde dat er, blijkend uit een uitgebrachte persoonsbeoordeling, sprake is van tenminste goed functioneren. De mogelijkheid om de tijdelijke persoonlijke toelage om te zetten in een vaste toelage is vervallen. In de praktijk blijkt, dat deze mogelijkheid een rem zet op het toekennen van een toelage aan diegenen die de leeftijd van 55 naderen of deze reeds bereikt hebben. Bovendien past deze mogelijkheid niet bij het karakter van de toelage en zal het omzetten in een vaste toelage t.z.t. tot gevolg hebben, dat deze toelage niet meer pensioengevend is. De gratificatie is niet aan een maximum gebonden. Dat neemt niet weg, dat per dienst de mogelijkheid bestaat om gratificaties aan een maximum te binden. Hoe inhoud wordt gegeven aan het beleid om gratificaties toe te kennen (criteria, hoogte bedragen etc.) is onderwerp van overleg met de ondernemingsraad. Hierbij kan naast individuele toekenning aan een medewerker ook worden gedacht aan toekenning van een groepsgratificatie aan de medewerkers, die deel uitmaken van een groep. Onder een groep wordt in dit verband verstaan een aantal medewerkers, die zich gemeenschappelijk bezig gehouden hebben met een taak of een project. Bij de eenmalige groepsbeloning geldt overigens als uitgangspunt, dat de kosten binnen redelijke proporties dienen te blijven. Voor zover hierbij gekozen wordt voor vergoeding in natura, kan gedacht worden aan zaken als een etentje of een educatieve excursie. Hierbij dient rekening gehouden te worden met eventuele fiscale consequenties. Artikel 4:1 en 4:2 (waarnemingstoelage, overwerkvergoeding en verschuivingsvergoeding) Artikel 4:1(waarnemingstoelage; ook wel vervangingstoelage genoemd) en 4:2 (overwerk- en verschuivingsvergoeding) verwijzen naar de regelingen in hoofdstuk 3 ARG. Ten aanzien van overwerk geldt als uitgangspunt, dat structureel overwerk zo veel mogelijk voorkomen dient te worden. Bij het harmoniseren van de ARG met de CAR-UWO is de salarisgrens, waarboven overwerk niet vergoed wordt, in de ARG vervallen. Daarbij is verzuimd deze salarisgrens in de onderhavige regeling op te nemen. Deze omissie is met de invoering van het tweede lid van art. 4:2 hersteld. Artikel 4:3 (toelage onregelmatige dienst) Deze bepaling is een nadere uitwerking van artikel 3:3 Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag. Bij het bepalen van het in het zevende lid bedoelde vaste bedrag geldt als uitgangspunt, dat over - niet ingeroosterd - verlof of ADV geen TOD verstrekt wordt.

17 BSD/ Het vaste bedrag kan bepaald worden door het aan de hand van het vastgestelde jaarrooster berekende maandbedrag te vermenigvuldigen met een breuk. Deze breuk is 8/10, indien er sprake is van volledige - niet ingeroosterde - ADV. De breuk is 9/10, indien er geen sprake is van ADV. Artikel 4:4 (wachtdienstvergoeding of toelage bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst) Artikel 4:4 verwijst naar de regeling in hoofdstuk 3 ARG. Deze bepaling is nader uitgewerkt in de Regeling vergoeding wachtdiensten Artikel 4:5 (inconveniëntentoelage) Deze toelage wordt niet apart in de ARG genoemd. De toelage wordt tot de bezoldiging gerekend. Deze bepaling is nader uitgewerkt in de Regeling inconveniënten. Artikel 4:6 (Toelage minimum-inkomen) Ook deze toelage wordt niet apart in de ARG genoemd. Het minimum(jeugd)loon wordt periodiek gewijzigd per 1 januari en per 1 juli. Aan deze wijzigingen wordt in de pers ruimschoots bekendheid gegeven. Artikel 4:7 (Vakantietoelage) De vakantietoelage wordt geregeld in de artikelen 6:3 en 6:3:1 ARG. Uitbetaling vindt in beginsel in de maand mei plaats. Artikel 4:8 en 4:9 (Gratificatie, verlof en onderscheidingen bij jubilea) De ambtsjubileumgratificaties zijn geregeld in de artikelen 3:5 en 3:5:1 ARG. Ter uitvoering van een en ander zij ook nog verwezen naar de Regeling faciliteiten ambtsjubileum en afscheid. Voor het vaststellen van het verlof wordt uitgegaan van 7,2 uur per dag, naar evenredigheid verminderd indien er sprake is van deeltijd. Voor de berekening van de diensttijd is aansluiting gezocht bij de op art. 79 ARAR gebaseerde ministeriële regeling ter zake van gratificatie bij ambtsjubileum, die voor zover hier van belang luidt: Artikel 4 Als dienstijd voor de toepassing van een ambtsjubileumgratificatie geldt de tijd, doorgebracht: a. in een burgerlijke dienstbetrekking bij de Nederlandse overheid, waaronder te deze mede wordt begrepen de voormalige NV Artillerie-Inrichtingen ; b. in een betrekking (vóór 1 januari 1966) als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Pensioenwet 1922 (Stb. 1922, 240), een betrekking als bedoeld in artikel B2 van de Algemene burgerlijke pensioenwet (Stb. 1966, 6) of een betrekking als bedoeld in artikel B3 van evengenoemde wet, alsmede (vóór en na 1 januari 1966) in een betrekking tot bedoeld in artikel U2 van die wet; c. in burgerlijke dienst bij de overheid in de landen Suriname (tot 25 november 1975), de Nederlandse Antillen en Aruba, bij de voormalige gouvernementen van Suriname, Curaçao en Nieuw-Guinea en (tot 27 december 1949) bij de voormalige Indische Pensioenfondsen; d. in dienst bij het niet-openbaar onderwijs in de onder c genoemde landen en voormalige overzeese rijksdelen, voor zover zulks de betrokkene onder de werkingssfeer van een overheidspensioenregeling bracht of zou hebben gebracht indien hij in vaste dienst was geweest; e. tot en met 31 december 1954 in dienst van de Republiek Indonesië, voor zover die tijd door de Garantiewet Burgerlijk Overheidspersoneel Indonesië wordt bestreken;

18 BSD/ f. in Nederlandse militaire dienst of daarmede voor de toepassing van het Algemeen Rijksambtenarenreglement gelijkgestelde dienst, waaronder begrepen dienst bij het voormalig KNIL en de troepen in Suriname (tot 25 november 1975) en de Nederlandse Antillen en Aruba; g. als volontair met een volledige dagtaak; h. de tijd waaronder rechtsherstel is verleend. Artikel 5 1. Als diensttijd in de zin van dit besluit wordt niet aangemerkt dienstijd welke niet in actieve dienst is doorgebracht wegens het bekleden van een politiek ambt. 2. Voorts komt als diensttijd niet in aanmerking diensttijd welke, zonder dat werkzaamheden zijn verricht, is doorgebracht buiten het genot van inkomsten uit de dienstbetrekking, behoudens voor zoveel het tijd betreft, gedurende welke betrokkene mede in het algemeen belang buitengewoon verlof heeft genoten. 3. Evenmin wordt als diensttijd aangemerkt fictieve diensttijd, onverminderd het gestelde in artikel 4 onder h. Artikel 6 Diensttijd, gelijktijdig in meer dan één betrekking doorgebracht telt voor de vaststelling van de datum van het ambtsjubileum slechts eenmaal mede. De volledige tekst is digitaal te vinden op de site van wetten.nl. Artikel 5:1 (Emolumenten) Deze bepaling is nader uitgewerkt in de Regeling dienstwoningen en emolumenten. Artikel 5:2 (Toelage andere gevallen) Deze regeling was oorspronkelijk opgenomen in artikel 10 vierde en vijfde lid van de Bezoldigingsverordening De bepaling geeft geen bevoegdheid om andere flexibele beloningsinstrumenten te hanteren dan genoemd in hoofdstuk III. De toelage kan ook een tijdelijk karakter dragen. Artikel 5:3 (Afbouwtoelage) Deze bepaling ziet niet op de flexibele beloningsinstrumenten genoemd in hoofdstuk III. De bepaling is nader uitgewerkt in de Afbouwregeling. Artikel 5:5 (Overgangsrecht) Deze bepaling garandeert, dat diegene die volgens de oude regeling op grond van het feit, dat hij 55 jaar of ouder is de aan hem toegekende tijdelijke persoonlijke toelage behoudt, deze vaste toelage ook na invoering van de nieuwe regeling behoudt tot zijn ontslag uit gemeentedienst.

RIS113255a_18-FEB-2004

RIS113255a_18-FEB-2004 RIS113255a_18-FEB-2004 Gemeente Den Haag Ons kenmerk BSD/2003.901 I ALGEMEEN Uit het door Leeuwendaal advies bv opgestelde ARapport inzake Vergelijking van het Ambtenarenreglement >s-gravenhage (ARG) met

Nadere informatie

gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag,

gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag, RIS113255_18-FEB-2004 Gemeente Den Haag HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, Ons kenmerk BSD/2003.901 I RIS 113255 gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente

Nadere informatie

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto 160 Gemeentewet;

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto 160 Gemeentewet; RIS116781_08-FEB-2006 Gemeente Den Haag Ons kenmerk BSD/2004.2645 RIS 116781 BELONINGSREGELING (HERDRUK 2004-I) HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005.

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005. Gemeente Leeuwarderadeel Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Leeuwarderadeel; gehoord de Commissie voor Georganiseerd

Nadere informatie

Verordening regelende de bezoldiging van de ambtenaren in dienst van de gemeente Leek

Verordening regelende de bezoldiging van de ambtenaren in dienst van de gemeente Leek CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR61670_2 1 juni 2016 Verordening regelende de bezoldiging van de ambtenaren in dienst van de gemeente Leek Burgemeester en wethouders van de gemeente Leek; gelet

Nadere informatie

overwegende dat het aanbeveling verdient om de bezoldigingsverordening te actualiseren;

overwegende dat het aanbeveling verdient om de bezoldigingsverordening te actualiseren; Burgemeester en wethouders van Menaldumadeel; overwegende dat het aanbeveling verdient om de bezoldigingsverordening te actualiseren; Besluit: vast te stellen de navolgende verordening: Verordening tot

Nadere informatie

Bezoldigingsregeling gemeente Hoogeveen I Begripsbepalingen

Bezoldigingsregeling gemeente Hoogeveen I Begripsbepalingen Bezoldigingsregeling Het college van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Hoogeveen, gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Collectieve gehoord de Commissie

Nadere informatie

gelet op het resultaat van het overleg in de commissie van georganiseerd overleg (GO) van 22 november 2000;

gelet op het resultaat van het overleg in de commissie van georganiseerd overleg (GO) van 22 november 2000; De raad van de gemeente Menaldumadeel; overwegende dat VNG een voorbeeld bezoldigingsverordening heeft ontworpen als handreiking voor gemeenten die hun locale verordening willen aanpassen; dat het aanbeveling

Nadere informatie

BEZOLDIGINGSREGELING

BEZOLDIGINGSREGELING BEZOLDIGINGSREGELING Algemene bepaling Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. medewerker De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, lid 1onder a van de CAR b. werkgever

Nadere informatie

i. betrekking: de betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder b van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

i. betrekking: de betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder b van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling; CVDR Officiële uitgave van Hoogeveen. Nr. CVDR111941_1 29 maart 2016 Bezoldigingsregeling Het college van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Hoogeveen, gelet op artikel 160 van de Gemeentewet;

Nadere informatie

j. volledige betrekking: de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder k van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

j. volledige betrekking: de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder k van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling; CVDR Officiële uitgave van Geldermalsen. Nr. CVDR102747_1 8 mei 2018 BEZOLDIGINGSREGELING Burgemeester en wethouders van de gemeente Geldermalsen, gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en op het bepaalde

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Coevorden;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Coevorden; Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Coevorden; overwegende dat met betrekking tot de beloningsmogelijkheden voor de medewerkers een regeling dient te worden vastgesteld, waarin een

Nadere informatie

GEMEENTE KAAG EN BRAASSEM

GEMEENTE KAAG EN BRAASSEM GEMEENTE KAAG EN BRAASSEM Burgemeester en wethouders van Kaag en Braassem; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Kaag en Braassem (CAR/UWO); gelet op de bereikte

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR57769_1. Bezoldigingsverordening Enkhuizen 2000

CVDR. Nr. CVDR57769_1. Bezoldigingsverordening Enkhuizen 2000 CVDR Officiële uitgave van Enkhuizen. Nr. CVDR57769_1 4 oktober 2016 Bezoldigingsverordening Enkhuizen 2000 De raad van de gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 november 1999, nummer:

Nadere informatie

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd.

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd. III.1 BEZOLDIGINGSREGELING 1997 - Besluit van de gemeenteraad van Voorst 24 maart 1997. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Deze regeling verstaat onder: 1 Ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Leiderdorp;

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Leiderdorp; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Leiderdorp Nr. 169917 7 augustus 2018 Beloningsbeleid Gemeente Leiderdorp 2016 Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Leiderdorp; gelet op

Nadere informatie

Regeling bezoldiging gemeente Nieuwkoop 2011

Regeling bezoldiging gemeente Nieuwkoop 2011 CVDR Officiële uitgave van Nieuwkoop. Nr. CVDR365504_1 13 juli 2016 Regeling bezoldiging gemeente Nieuwkoop 2011 Regeling bezoldiging gemeente Nieuwkoop 2011 Begripsomschrijvingen Artikel 1 Voor de toepassing

Nadere informatie

Regeling bezoldiging. Artikel 1. Begripsbepalingen. Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

Regeling bezoldiging. Artikel 1. Begripsbepalingen. Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: Regeling bezoldiging Artikel 1. Begripsbepalingen Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: A. Bevoegd gezag: het college van burgemeester en wethouders; B. Ambtenaar: de ambtenaar in

Nadere informatie

Aanbiedingsformulier BESLUITEN. Korte overwegingen. bezoldigingsverordening

Aanbiedingsformulier BESLUITEN. Korte overwegingen. bezoldigingsverordening Aanbiedingsformulier Onderwerp bezoldigingsverordening BESLUITEN behoudens advies van de Commissie voor Onderwijs, Welzijn, Zorg en Emancipatie bijgaand concept-raadsvoorstel vast te stellen. Dit besluit

Nadere informatie

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging 3 Salaris en vergoedingsregelingen Bezoldiging Artikel 3:1 1 Met inachtneming van artikel 1:2:1 wordt aan de ambtenaar binnen het kader van een lokaal vast te stellen bezoldigingsregeling een bezoldiging

Nadere informatie

Bezoldigingsbesluit gemeenten Sint Anthonis en Boxmeer Bezoldigingsbesluit van de gemeenten Sint Anthonis en Boxmeer 2010

Bezoldigingsbesluit gemeenten Sint Anthonis en Boxmeer Bezoldigingsbesluit van de gemeenten Sint Anthonis en Boxmeer 2010 Bezoldigingsbesluit van de gemeenten Sint Anthonis en Boxmeer 2010 Inhoud: Artikel 1 Begripsomschrijving... 3 Artikel 2 Reikwijdte besluit... 4 Artikel 3 Recht op salaris... 4 Artikel 4 Salaris bij deeltijd...

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 Burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis; gezien de instemming van de plaatselijke commissie voor georganiseerd overleg; besluiten: vast te stellen de volgende: VERORDENING,

Nadere informatie

Regeling Jubilea. Kenmerk: CvB UIT 3877 Datum vastgesteld: Datum laatste wijziging vastgesteld: Auteur: Koopmans

Regeling Jubilea. Kenmerk: CvB UIT 3877 Datum vastgesteld: Datum laatste wijziging vastgesteld: Auteur: Koopmans Regeling Jubilea Kenmerk: CvB UIT 3877 Datum vastgesteld: 1-07-2010 Datum laatste wijziging vastgesteld: 11-04-2019 Auteur: Koopmans Inhoudsopgave I. BEGRIPSBEPALINGEN... 2 Artikel 1... 2 II. AMBTSJUBILEUM...

Nadere informatie

Regeling salaris en vergoedingen medewerkers gemeente Krimpenerwaard

Regeling salaris en vergoedingen medewerkers gemeente Krimpenerwaard GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Krimpenerwaard. Nr. 7429 27 januari 2015 Regeling salaris en vergoedingen medewerkers gemeente Krimpenerwaard 2015 Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Bezoldigings Regeling. gemeente Oldambt

Bezoldigings Regeling. gemeente Oldambt Bezoldigings Regeling gemeente Oldambt Doel: Deze regeling heeft tot doel regels te stellen om duidelijkheid te verschaffen over de wijze van bezoldiging in de gemeente Oldambt. Datum en nummer ingetrokken

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 14515 20 mei 2014 Regeling van de minister voor Wonen en Rijksdienst van 15 mei 2014, nr. 2014-0000264200, inzake de gratificatie

Nadere informatie

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van 9 november 2010, nr. I , tot vaststelling van de Bezoldigingsverordening 2010

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van 9 november 2010, nr. I , tot vaststelling van de Bezoldigingsverordening 2010 Gemeenteblad Elektronisch uitgegeven van de gemeente Tubbergen Jaargang: 2010 Nummer: 28 Besluit van het college van burgemeester en wethouders van 9 november 2010, nr. I10.008766, tot vaststelling van

Nadere informatie

Gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en artikel 3:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

Gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en artikel 3:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling; Burgemeester en wethouders van Goeree-Overflakkee Gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en artikel 3:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling; Gehoord de Commissie voor Georganiseerd Overleg,

Nadere informatie

I. Algemene bepalingen

I. Algemene bepalingen Sector : II Nr. : 69 De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 mei 1998, nummer 21/69.98; gelet op artikel 147 van de Gemeentewet en hoofdstuk 3

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht) Besluit van Burgemeester en wethouders Burgemeester en wethouders van Wijk bij Duurstede; Gelet op artikel 160, eerste lid sub c van de Gemeentewet; Gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Collectieve

Nadere informatie

gelezen hebbende de voorstellen van het cluster P&O d.d. 19 juli 2007 en 19 augustus 2008;

gelezen hebbende de voorstellen van het cluster P&O d.d. 19 juli 2007 en 19 augustus 2008; h gemeente Hardinxveld-Giessendam Burgemeester en wethouders van Hardinxveld-Giessendam gelezen hebbende de voorstellen van het cluster P&O d.d. 19 juli 2007 en 19 augustus 2008; gelet op de overeenstemming

Nadere informatie

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, RIS133696_13-DEC-2005 Gemeente Den Haag Ons kenmerk BSD/2005.956 RIS 133696 REGELING DIENSTWONINGEN EN EMOLUMENTEN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - gelet op het bepaalde in artikel 15:1:18

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR69857_6. Bezoldigingsverordening gemeente Teylingen. I Begripsbepalingen

CVDR. Nr. CVDR69857_6. Bezoldigingsverordening gemeente Teylingen. I Begripsbepalingen CVDR Officiële uitgave van Teylingen. Nr. CVDR69857_6 5 september 2017 Bezoldigingsverordening gemeente Teylingen Burgemeester en wethouders van Teylingen; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Collectieve

Nadere informatie

Bezoldigingsbesluit van de gemeenten Sint Anthonis en Boxmeer 2010

Bezoldigingsbesluit van de gemeenten Sint Anthonis en Boxmeer 2010 Bezoldigingsbesluit van de gemeenten Sint Anthonis en Boxmeer 2010 Overeengekomen en vastgesteld d.d. 1 februari 2010 1 Inhoud: Artikel 1 Begripsomschrijving... 3 Artikel 2 Reikwijdte besluit... 4 Artikel

Nadere informatie

College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Haaren;

College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Haaren; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haaren. Nr. 121515 16 december 2015 Bezoldigingsregeling gemeente Haaren College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Haaren; gelet op het bepaalde

Nadere informatie

Bezoldigingsregeling 2014 Krimpen aan den IJssel

Bezoldigingsregeling 2014 Krimpen aan den IJssel Hoofdstuk I Begripsbepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In aanvulling op de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) en de Uitwerkingsovereenkomst (UWO) wordt in deze regeling verstaan onder:

Nadere informatie

Bezoldigingsregeling 2014 gemeente Noordoostpolder

Bezoldigingsregeling 2014 gemeente Noordoostpolder GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Noordoostpolder. Nr. 5079 4 februari 2014 Bezoldigingsregeling 2014 gemeente Noordoostpolder Bezoldigingsregeling gemeente Noordoostpolder 2014 Burgemeester

Nadere informatie

Jubileumgratificatieregeling provincie Noord-Holland Begripsbepalingen

Jubileumgratificatieregeling provincie Noord-Holland Begripsbepalingen Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 11 augustus 2010, nr. 2010-41656, tot afkondiging van hun besluit inzake de vaststelling van de Jubileumgratificatieregeling provincie Noord-Holland

Nadere informatie

Artikel 4 Aan de salarisschalen wordt een rangsbenaming gekoppeld als weergegeven in bijlage A.

Artikel 4 Aan de salarisschalen wordt een rangsbenaming gekoppeld als weergegeven in bijlage A. CVDR Officiële uitgave van Hardinxveld-Giessendam. Nr. CVDR75223_1 8 augustus 2017 Bezoldigingsverordening 1991 De raad van de gemeente Hardinxveld-Giessendam;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling 14 4 BELONING 4.1 Beloning en inschaling 4.1.1 Inschaling Artikel 28 1. Het niveau van de functie bij de werkgever wordt bepaald aan de hand van het systeem van functiewaardering dat is overeengekomen

Nadere informatie

Eigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel

Eigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Veghel. Nr. 128592 30 december 2015 Eigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel Het college van burgemeester en wethouders en de raadsvoorzitter van

Nadere informatie

Beloningsregeling Gemeente Geertruidenberg Burgemeester en wethouders van de gemeente Geertruidenberg;

Beloningsregeling Gemeente Geertruidenberg Burgemeester en wethouders van de gemeente Geertruidenberg; CVDR Officiële uitgave van Geertruidenberg. Nr. CVDR415109_1 8 mei 2018 Beloningsregeling Gemeente Geertruidenberg 2015 Burgemeester en wethouders van de gemeente Geertruidenberg; gelet op het bepaalde

Nadere informatie

Gelet op artikel C.22 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies;

Gelet op artikel C.22 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies; Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 12 juli 2016, nr. 805709, tot vaststelling van de Jubileumgratificatieregeling Noord-Holland 2016 Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; Gelet op artikel

Nadere informatie

Gemeente Den Haag. - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto artikel 160 Gemeentewet,

Gemeente Den Haag. - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto artikel 160 Gemeentewet, RIS151950_30-JAN-2008 Gemeente Den Haag Ons kenmerk BSD/2007.4102 RIS 151950 REGELING 36-URIGE WERKWEEK HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - gelet op het bepaalde in artikel 4:2 van de Arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

Bezoldigingsregeling gemeente Drimmelen 2006;

Bezoldigingsregeling gemeente Drimmelen 2006; CVDR Officiële uitgave van Drimmelen. Nr. CVDR37513_1 17 oktober 2017 Bezoldigingsregeling gemeente Drimmelen 2006 Burgemeester en Wethouders van de gelet op het bepaalde in artikel 3:1, lid 1 van de Collectieve

Nadere informatie

Bezoldigingsverordening

Bezoldigingsverordening Bezoldigingsverordening Artikel 1 Begripsomschrijvingen Deze verordening verstaat onder: a. ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) in openbare

Nadere informatie

AFDELING I. BEGRIPSBEPALINGEN

AFDELING I. BEGRIPSBEPALINGEN CVDR Officiële uitgave van Dronten. Nr. CVDR_ 0 januari 0 Bezoldigingsverordening De raad van de gemeente Dronten, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, d.d. maart, no. 00/ca; gelezen de

Nadere informatie

Wijziging van de CAR-UWO gemeente Waterland. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland,

Wijziging van de CAR-UWO gemeente Waterland. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Waterland. Nr. 120876 17 december 2015 Wijziging van de CAR-UWO gemeente Waterland Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland, overwegende

Nadere informatie

(CAR) Oss opgenomen in bijlage IIa, behorend bij de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling

(CAR) Oss opgenomen in bijlage IIa, behorend bij de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling CVDR Officiële uitgave van Oss. Nr. CVDR229391_1 20 maart 2018 Tab B Bezoldigingsverordening Oss 2012 BEZOLDIGINGSVERORDENING OSS Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

Nadere informatie

gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitwerkingsovereenkomst (CAR/UWO) gemeente Marum;

gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitwerkingsovereenkomst (CAR/UWO) gemeente Marum; Burgemeester en wethouders van de gemeente Marum; gelet op het gestelde in artikel 160 van de Gemeentewet; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitwerkingsovereenkomst

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr

GEMEENTEBLAD. Nr GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hulst. Nr. 22436 24 februari 2016 Aanvullende regeling arbeidsvoorwaarden gemeente Hulst; treedt de dag na bekendmaking in werking, zulks met terugwerkende kracht

Nadere informatie

Bezoldigingsregeling gemeente Drimmelen 2014;

Bezoldigingsregeling gemeente Drimmelen 2014; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Drimmelen. Nr. 45837 15 augustus 2014 Bezoldigingsregeling gemeente Drimmelen 2014 gelet op het bepaalde in artikel 3:1, lid 1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

het salaris, als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder b, van de CAR-UWO;

het salaris, als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder b, van de CAR-UWO; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerde. Nr. 105446 10 november 2015 Bezoldigingsbesluit gemeente Heerde I Begripsbepalingen Begrippen Artikel 1: Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan

Nadere informatie

Bezoldigingsverordening gemeente Haaren 2000

Bezoldigingsverordening gemeente Haaren 2000 CVDR Officiële uitgave van Haaren. Nr. CVDR71844_1 9 januari 2018 Bezoldigingsverordening gemeente Haaren 2000 De raad van de gemeente Haaren;bijeen in zijn openbare vergadering van 18 mei 2000;gezien

Nadere informatie

Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014

Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Overbetuwe. Nr. 26527 13 mei 2014 Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014 Ons kenmerk: 12BB00004 De burgemeester van de

Nadere informatie

gelet op artikel 3:1 van de CAR/UWO; gelet op overeenstemming met het Georganiseerd Overleg GR BAR-organisatie d.d...;

gelet op artikel 3:1 van de CAR/UWO; gelet op overeenstemming met het Georganiseerd Overleg GR BAR-organisatie d.d...; Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling BAR-organisatie besluit: gelet op artikel 125 van de Ambtenarenwet; gelet op artikel 30 Wet gemeenschappelijke regelingen jo Gemeenschappelijke Regeling

Nadere informatie

HOOFDSTUK3SALARIS, VERGOEDINGEN, TOELAGEN EN UITKERINGEN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GRONINGEN:

HOOFDSTUK3SALARIS, VERGOEDINGEN, TOELAGEN EN UITKERINGEN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GRONINGEN: CVDR Officiële uitgave van Groningen. Nr. CVDR392185_1 21 november 2017 HOOFDSTUK3SALARIS, VERGOEDINGEN, TOELAGEN EN UITKERINGEN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GRONINGEN: Gelet op de Algemene

Nadere informatie

besluiten: vast te stellen de volgende regeling aanstellings- en beloningsbeleid.

besluiten: vast te stellen de volgende regeling aanstellings- en beloningsbeleid. CVDR Officiële uitgave van Hellevoetsluis. Nr. CVDR93779_1 7 november 2017 Regeling aanstellings- en beloningsbeleid 2006 Burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis; in vergadering bijeen op 9 oktober

Nadere informatie

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Paragraaf 8 Afbouwtoelage. Artikel 3.40 afbouwtoelage

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Paragraaf 8 Afbouwtoelage. Artikel 3.40 afbouwtoelage Bijlage bij B&W-besluit d.d. 28 april 2015 (BD2015-005438) Wijziging garantieregeling Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA) De tekst van en toelichting bij de hierna volgende bepalingen

Nadere informatie

weduwe, weduwnaar of geregistreerd partner. het geheel van werkzaamheden dat door de ambtenaar is te verrichten conform artikel 3:1.

weduwe, weduwnaar of geregistreerd partner. het geheel van werkzaamheden dat door de ambtenaar is te verrichten conform artikel 3:1. 1 Bijlage 1 bij ledenbrief 201401849 Op 1 januari 2016 wordt hoofdstuk 3 van de CAR-UWO in zijn geheel vervangen door een nieuw hoofdstuk. In deze bijlage staat het nieuwe hoofdstuk3 en de bijhorende begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Artikel 5 Bepalen functieschaal In een aparte regeling wordt vastgelegd de wijze waarop de functies worden beschreven en gewaardeerd.

Artikel 5 Bepalen functieschaal In een aparte regeling wordt vastgelegd de wijze waarop de functies worden beschreven en gewaardeerd. Artikel 1 Begripsomschrijvingen De begripsomschrijvingen van de CAR-UWO zijn van toepassing. Verwijzingen naar de belangrijkste omschrijvingen zijn opgenomen in de regeling. Daarnaast gelden aanvullend

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 60956 22 november 2016 Tijdelijke regeling van de Minister van Economische Zaken en de Minister voor Wonen en Rijksdienst

Nadere informatie

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement; Regeling uitkering substantieel bezwarende functies 2006 [Regeling vervalt per 01-04-2015.] Zichtdatum 07-02-2018 Geldend van 01-01-2010 t/m 31-03-2015 Regeling uitkering substantieel bezwarende functies

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 49gg, achtste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 49gg, achtste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 1206 12 januari 2016 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 7 januari 2016, nr. 2016-0000006820, houdende

Nadere informatie

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Nr 3213 ar. JZio GEMEENTE DORDRECHT UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel l Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambtenarenreglement

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen en fiscale aspecten

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen en fiscale aspecten Onderwerp: Bezoldigingsregeling gemeente Overbetuwe 2014. Ons kenmerk: 13BWB00076 De burgemeester van de gemeente Overbetuwe; gelet op het Algemeen mandaatbesluit rechtspositie personeel gemeente Overbetuwe;

Nadere informatie

a arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten: de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) en uitwerkingsovereenkomst (UWO)

a arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten: de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) en uitwerkingsovereenkomst (UWO) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Bunschoten. Nr. 78351 26 augustus 2015 Bezoldigingsregeling I Begripsbepalingen Begripsbepalingen Artikel 1 Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan

Nadere informatie

Toelichting Bezoldigingsregeling Gemeente Stichtse Vecht

Toelichting Bezoldigingsregeling Gemeente Stichtse Vecht Toelichting Bezoldigingsregeling Gemeente Stichtse Vecht 1 van 10 Algemene toelichting In deze Bezoldigingsregeling wordt geregeld welke beloningsvormen binnen de gemeente Stichtse Vecht toegepast kunnen

Nadere informatie

Wijziging Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam in verband met de gewijzigde garantieregeling(3b, 2015, 108)

Wijziging Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam in verband met de gewijzigde garantieregeling(3b, 2015, 108) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 50913 10 juni 2015 Wijziging Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam in verband met de gewijzigde garantieregeling(3b, 2015, 108) Afdeling

Nadere informatie

overwegende dat hoofdstuk 3 van de CAR/UWO ingrijpend is gewijzigd en als gevolg daarvan de lokale bezoldigingsregelingen komen te vervallen;

overwegende dat hoofdstuk 3 van de CAR/UWO ingrijpend is gewijzigd en als gevolg daarvan de lokale bezoldigingsregelingen komen te vervallen; Dit elektronisch gemeenteblad is een officiële uitgave van het college van de gemeente Reusel-De Mierden www.reuseldemierden.nl/bekendmakingen Nummer : 2017-009 Datum : 24 februari 2017 Burgemeester en

Nadere informatie

Toelichting Bezoldigingsregeling Gemeente Stichtse Vecht

Toelichting Bezoldigingsregeling Gemeente Stichtse Vecht Toelichting Bezoldigingsregeling Gemeente Stichtse Vecht 1 van 11 Algemene toelichting In deze Bezoldigingsregeling wordt geregeld welke beloningsvormen binnen de gemeente Stichtse Vecht toegepast kunnen

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard: GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Krimpenerwaard Nr. 180939 19 juli 2019 Verordening van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard houdende regels omtrent Arbeidsvoorwaarden

Nadere informatie

Vastgesteld 10 januari 2014. Inwerkingtreding met terugwerkende kracht tot 1 januari 2014

Vastgesteld 10 januari 2014. Inwerkingtreding met terugwerkende kracht tot 1 januari 2014 Onderwerp Vaststelling Bezoldigingsregeling Veiligheidsregio Groningen 2014 Vastgesteld 10 januari 2014 Inwerkingtreding met terugwerkende kracht tot 1 januari 2014 Blad bekendmakingen 2014 nr 3, uitgegeven

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 125 Besluit van 10 maart 2015, houdende wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken, en tot

Nadere informatie

Voorbeeld Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand versie per 1 januari 2018

Voorbeeld Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand versie per 1 januari 2018 Voorbeeld Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand versie per 1 januari 2018 Burgemeester en wethouders van de gemeente, gelet op het reglement houdende bepalingen

Nadere informatie

Bijlage gemeente Houten: IS

Bijlage gemeente Houten: IS Bijlage gemeente Houten: IS18.00294 Burgemeester en wethouders van Houten; Gelet op artikel 160, eerste lid sub c van de Gemeentewet; Gelet op hoofdstuk 4, 4a en 6 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand gemeente Scherpenzeel 2015

Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand gemeente Scherpenzeel 2015 Inhoud Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand gemeente Scherpenzeel 2015... 2 Artikel 1 Begripsbepaling... 2 Artikel 2 Aanstelling... 2 Artikel 3 Bezoldiging... 2 Artikel

Nadere informatie

ARBEIDSVOORWAARDENREGELING GEMEENTE GRONINGEN. Gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet, de Ambtenarenwet;

ARBEIDSVOORWAARDENREGELING GEMEENTE GRONINGEN. Gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet, de Ambtenarenwet; CVDR Officiële uitgave van Groningen. Nr. CVDR56417_2 21 november 2017 ARBEIDSVOORWAARDENREGELING GEMEENTE GRONINGEN DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN; Gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet,

Nadere informatie

3 SALARIS, VERGOEDINGEN, TOELAGEN EN UITKERINGEN

3 SALARIS, VERGOEDINGEN, TOELAGEN EN UITKERINGEN Inhoudsopgave 3 SALARIS, VERGOEDINGEN, TOELAGEN EN UITKERINGEN 1 Algemene bepalingen Artikel * Functies en functiewaardering 3:1 * Recht op Salaris, vergoedingen, salaristoelagen en uitkeringen 3:2 2 Salaris

Nadere informatie

Aanvullende bezoldigings- en vergoedingsregeling provincie Gelderland

Aanvullende bezoldigings- en vergoedingsregeling provincie Gelderland Aanvullende bezoldigings- en vergoedingsregeling Geldig sinds: 1-7-2011 Wetstechnische informatie Type overheidsorganisatie Naam overheidsorganisatie WWW-adres overheidsorganisatie Type informatie Bestandsformaat

Nadere informatie

(070) 373 8021. Wijziging salarisbedragen, eindejaarsuitkering en levensloop Lbr. 08/31 CvA/LOGA 08/08. 17 maart 2008

(070) 373 8021. Wijziging salarisbedragen, eindejaarsuitkering en levensloop Lbr. 08/31 CvA/LOGA 08/08. 17 maart 2008 Brief aan de leden T.a.v. het college informatiecentrum tel. (070) 373 8021 uw kenmerk bijlage(n) 18 betreft Wijziging salarisbedragen, ons kenmerk ECCVA/U200800195 eindejaarsuitkering en levensloop Lbr.

Nadere informatie

In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f.

In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f. CAR-teksten Bijlage bij ledenbrief TAZ/U201900344 A B In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f. Artikel 9a:11 wordt, inclusief koptekst,

Nadere informatie

IKAP-Regeling rijkspersoneel

IKAP-Regeling rijkspersoneel (Tekst geldend op: 02-02-2015) IKAP-Regeling rijkspersoneel De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Gelet op artikel 21c van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en artikel 34c van

Nadere informatie

Collegebesluit. Onderwerp Actualisering HRM-regelingen (mei 2017)

Collegebesluit. Onderwerp Actualisering HRM-regelingen (mei 2017) Collegebesluit Onderwerp Actualisering HRM-regelingen (mei 2017) Nummer 2017/164910 Portefeuillehouder Spijk, J.K.N. van Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen Afdeling MS/HRM Auteur Mak-van

Nadere informatie

Gelet op de Arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Katwijk;

Gelet op de Arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Katwijk; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Katwijk. Nr. 26215 3 maart 2016 Uitvoeringsregeling hoofdstuk 3 Burgemeester en wethouders van Katwijk; Stellen vast de volgende beleidsregels ter uitvoering

Nadere informatie

Gemeente s-gravenhage

Gemeente s-gravenhage RIS135128_06-FEB-2006 Gemeente s-gravenhage Ons kenmerk BSD/2006.195 RIS 135128 WIJZIGING VAN ARG (HERDRUK 2005-1) HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet

Nadere informatie

Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis. Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis

Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis. Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hellevoetsluis. Nr. 8894 30 januari 2015 Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis; gelet

Nadere informatie

Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische bereikbaarheid

Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische bereikbaarheid Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische Nummer: 10.0003457 Versie: 1.0 Vastgesteld door het AB d.d. 7 april 2011 Instemming GO d.d. 7 april 2011 Deze regeling treedt in werking op 1 mei

Nadere informatie

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Artikel 6.28 doorbetaling bij ouderschapsverlof

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Artikel 6.28 doorbetaling bij ouderschapsverlof Bijlage bij B&W-besluit 16 december 2014 (BD 2014-012864) Wijziging Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA) in verband met het einde van de ouderschapsverlofkorting en het vervallen van

Nadere informatie

3 SALARIS EN VERGOEDINGSREGELINGEN

3 SALARIS EN VERGOEDINGSREGELINGEN 3 SALARIS EN VERGOEDINGSREGELINGEN Inhoudsopgave Onderwerp Artikel ========= ===== * Bezoldiging 3:1 * Algemeen 3:1:1 * Overige begripsomschrijvingen 3:1:2 * Algemene bepalingen betreffende het salaris

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 28294. Gemeente Raalte Regeling attenties. 21 mei 2014. Officiële uitgave van gemeente Raalte.

GEMEENTEBLAD. Nr. 28294. Gemeente Raalte Regeling attenties. 21 mei 2014. Officiële uitgave van gemeente Raalte. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Raalte. Nr. 28294 21 mei 2014 Gemeente Raalte Regeling attenties Het college van de gemeente Raalte, gelet op artikel 125 Ambtenarenwet; gelet op de wens het

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD BEZOLDIGINGSREGELING GEMEENTE MAASSLUIS 2015

GEMEENTEBLAD BEZOLDIGINGSREGELING GEMEENTE MAASSLUIS 2015 Officiële uitgave van de gemeente Maassluis GEMEENTEBLAD Nummer: 74 Datum bekendmaking: 23 december 2014 Onderwerp: Bezoldigingsregeling gemeente Maassluis 2015 BEZOLDIGINGSREGELING GEMEENTE MAASSLUIS

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR330171_2

CVDR. Nr. CVDR330171_2 CVDR Officiële uitgave van Raalte. Nr. CVDR330171_2 8 mei 2018 Regeling attenties gemeente Raalte Het college van de gemeente Raalte, gelet op artikel 125 Ambtenarenwet; gelet op artikel 160 Gemeentewet;

Nadere informatie

Aanvullende rechtspositieregeling voor de ambtenaar in een instelling voor kunsteducatie

Aanvullende rechtspositieregeling voor de ambtenaar in een instelling voor kunsteducatie Hoofdstuk 19b Aanvullende rechtspositieregeling voor de ambtenaar in een instelling voor kunsteducatie Paragraaf 1 Algemene bepalingen Werkingssfeer Artikel 19b:1 Dit hoofdstuk is van toepassing op ambtenaren

Nadere informatie

Gemeente Spijkenisse: Bijlage 2a Regeling Flexibele Werktijden en Verlof

Gemeente Spijkenisse: Bijlage 2a Regeling Flexibele Werktijden en Verlof GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Spijkenisse. Nr. 60059 27 oktober 2014 Gemeente Spijkenisse: Bijlage 2a Regeling Flexibele Werktijden en Verlof Het college van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

Toelichting arbeidsvoorwaarden

Toelichting arbeidsvoorwaarden Toelichting arbeidsvoorwaarden Maart 2016 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding Pagina 3 2. Individueel Keuze Budget (IKB) Pagina 4 3. Functioneringstoelage / uitloopschalen / promotieronde (Cao wijziging) Pagina

Nadere informatie

Lid 3 Over het uitbetaalde salaris en de salaristoelagen wordt maandelijks een digitale loonstrook verstrekt.

Lid 3 Over het uitbetaalde salaris en de salaristoelagen wordt maandelijks een digitale loonstrook verstrekt. Wijzigingen in het Reglement Arbeidsvoorwaarden Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant) per 1 juli 2016 als gevolg van de gemaakte afspraken aangaande lokale regelingen. Aan Hoofdstuk 3 van het Reglement

Nadere informatie

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Cao Openbare Bibliotheken 2015-2019 Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Gewijzigde artikelen met terugwerkende kracht per 1 januari 2018 Hoofdstuk II Salariëring en vergoedingen Artikel

Nadere informatie

Zundertse Regelgeving

Zundertse Regelgeving *ZD17036648* Zundertse Regelgeving Zaaknummer: Z16-001446 Documentnummer: ZD17036648 Rubriek: Personeel en organisatie Naam regeling: Regeling generatiepact gemeente Zundert 2017-2018 Citeertitel: Regeling

Nadere informatie