Historische Geografie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Historische Geografie"

Transcriptie

1 Tijdschrift voor Historische Geografie LANDSCHAP STAD GESCHIEDENIS 1E JAARGANG 2016 NUMMER 3 De lege stad: Bunschoten Hopteelt in Nederland

2 1e jaargang (2016) 3 Het Tijdschrift voor Historische Geografie is mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Omslagfoto Luchtfoto Bunschoten (bron: Gemeente Bunschoten-Spakenburg). Aanwijzingen voor de auteurs Deze kunnen worden aangevraagd bij de redactie: redactiethg@gmail.com Over de auteurs Hester van den Ende studeerde Archeologie aan de Universiteit Leiden, met als afstudeeronderwerp Kees Volkers vingshistoricus en publicist op het gebied van stads- en landschapshistorie en wandelgidsen en werkt brouwer en -hopteler. Chris Kik - - Allium Karel Leenders - Boudewijn Bakker - Landschap en wereldbeeld. Van Van Eyck tot Rembrandt. Rolf Roos

3 Nieuwe hoop voor de Nederhop? Ondergang en opleving van de hopteelt in Nederland KEES VOLKERS en CHRIS KIK Voor de bereiding van bier is hop een onontbeerlijke grondstof. De hopteelt is een gespecialiseerde tak van gewassenverbouw die in Nederland veel voorkwam (Behre, 1999), maar die in de 18e en 19e eeuw snel in omvang afnam en uiteindelijk geheel is verdwenen. Pogingen tot herintroductie van de hopteelt in de 19e eeuw en in de jaren 1930 mislukten. Nu, honderd jaar later, worden her en der in Nederland weer veldjes met hop ingericht. De hernieuwde belangstelling in Nederland voor de hopteelt is niet los te zien van de snel groeiende belangstelling voor Nederlandse speciaalbieren en andere streekproducten. De hopveldjes worden opgezet met buitenlandse hoprassen, aangezien de oorspronkelijke Nederlandse rassen zijn verdwenen. Dit artikel geeft een beknopt overzicht van de historie van de Nederlandse hopcultuur, met name van na 1800: waar was zij geconcentreerd en waarom is zij verdwenen? Het artikel behandelt vooral de periode waarin de hopteelt in Nederland ten onder gaat en de vergeefse pogingen om haar nieuw leven in te blazen. Tegelijk wordt in kaart gebracht waar de Nederlandse hopteelt zich het langst heeft weten te handhaven. Dit kan van belang zijn om te achterhalen of er nog originele Nederlandse hoprassen bestaan. De hopteelt in Nederland tot circa 1750 Hop komt van nature in Nederland voor en tot halverwege de 18e eeuw was de hopteelt op de zuidelijke en oostelijke zandgronden wijd verbreid. Ook de stroomruggronden in het oostelijke rivierengebied waren geschikt voor de hopteelt. De klei- en veengronden in de westelijke provincies waren te nat en daarom ongeschikt voor de hopteelt. De Nederlandse hopteelt werd gekenmerkt door kleinschaligheid. Veel hop werd geteeld voor eigen gebruik of door lokale boeren als nevengewas. Daarbij moeten we bedenken dat de brouwerijen in de oostelijke en zuidelijke provincies vaak zeer klein waren. Bijna elk dorp had wel een brouwerij, waarbij het vak van brouwer vaak met dat van boer en dorpsherbergier werd gecombineerd. De omvang van de brouwerijen verschilde sterk: soms werd wekelijks gebrouwen, soms maar enkele keren per jaar. Een dorpsbrouwerij had aan één bunder 1 1 De bunder was 400 vierkante roede (circa m 2 ). Na 1820 is dit in Nederland genormaliseerd tot m 2 (1 ha). 147 TIJDSCHRIFT VOOR HISTORISCHE GEOGRAFIE 1 (3): (2016)

4 Over de hop (Humulus lupulus) en de hopteelt Hop is een snelgroeiende klimplant, waarvan de vrouwelijke vrucht de hopbel lupuline bevat, één van de belangrijkste grondstoffen voor het bereiden van bier (Patzak et al., 2010). De lupuline zorgt ervoor dat het bier lang bewaard kan blijven en geeft het bier zijn karakteristieke bittere smaak. De hopplanten komen in mei op en groeien in de zomer zo snel dat ze een hoogte kunnen bereiken van zeven meter. Een traditioneel hopveld wordt dan ook gekenmerkt door meters hoge palen. Tot ver in de 19e eeuw werd de hop in Nederland geteeld in hopkuilen : met mest gevulde kuilen waar drie of vier palen van een meter of vijf als een soort wigwam tegen elkaar werden gezet. De hop groeide rond deze palen. Een hopveld bestond uit tientallen tot honderden van deze hopkuilen. In de meeste landen werd de hopteelt bedreven op staakvelden : meters hoge houten palen, op enige afstand van elkaar recht in de grond gestoken, waar de hop zich omheen slingerde. Eind 19e eeuw kwam vanuit Duitsland het draadveld in zwang: een hopgerust dat bestond uit rijen van zo n zeven meter hoge palen en een netwerk van span- en leidraden, waarlangs de hop omhoog groeit. Het draadveld is nu wereldwijd het gangbare systeem. Eind augustus en begin september worden de hopbellen geplukt, waarna ze worden gedroogd in de hopeest. Daarna kunnen ze in de vorm van gedroogde hopbellen, of in geconcentreerde vorm als hop-pellets worden bewaard en aan het bier worden toegevoegd. Er is een grote variatie in hoprassen, zowel wat betreft bitterheid als in aroma. De hopteelt kan (en kon) zeer lucratief zijn, want het is een hoogwaardig gewas waarop ruime marges zijn te behalen. De hopteelt eist echter de nodige investeringen, daar het aanleggen van een hopveld niet goedkoop is en de hop flink veel mest nodig heeft. De hopteelt is bovendien zeer arbeidsintensief, zowel wat onderhoud betreft als het plukken. Het is ook een risicovolle teelt, omdat zij gevoelig is voor ziekten (meeldauw), plagen (hopluis) en extreme weersomstandigheden: een zware onweersbui met hagel en windstoten kan een hele oogst vernietigen. Hopbellen (foto: Kees Volkers). Humulus Lupulus (bron: Pinterest). 148 KEES VOLKERS EN CHRIS KIK

5 In Peize zijn enkele traditionele hopkuilen ingericht. De kuilen zijn volgestort met compost en mest en afgedekt met houtsnippers. Opname 2015 (bron: website Peize, peize.webnode.nl). Hoppluk op een staakveld in Kent (GB). Op de achtergrond de hopeesten. Litho, 1870 (bron: The Hop Atlas). Hopstaken (links), een draadveld (rechts) en hopeesten in Kent (bron: Museum of Kent Life, Maidstone, GB).

6 Een staakveld moest elk voorjaar opnieuw worden ingericht. Gravure,1875 (bron: The Hop Atlas). Draadveld in Reijmerstok (Limburg), waar hop wordt verbouwd voor de Gulpener Bierbrouwerij. Opname 2010 (foto: F. Fouarge). Oude hopeest bij een draadveld in Poperinge in België (foto: Kees Volkers). 150 KEES VOLKERS EN CHRIS KIK

7 genoeg om zijn jaarlijkse hopbehoefte te dekken. Maar ook de hopteelt in gebieden met een grotere hopvraag werd gekenmerkt door kleinschaligheid en versnippering van eigendom. Rond de bierstad Amersfoort, die in de 16e eeuw tussen de 20 en 30 brouwerijen telde, lagen tientallen hoptuinen. De helft daarvan werd door de verschillende brouwers zelf geëxploiteerd of gehuurd, de andere helft door zelfstandige hoptelers die een hophof gewoonlijk exploiteerden naast hun hoofdarbeid (Alberts, 2015). De Jonge (2012) deed onderzoek naar de brouwerijen en de hopteelt in Gelderland en constateerde dat kleinschalige hopteelt lange tijd vrij algemeen was in Nederland. Slechts in enkele plaatsen was zij zo belangrijk dat er een echte hopcultuur ontstond met gespecialiseerde hopboeren en afgeleide beroepen: De samenleving in dorpen als Schijndel, Vlijmen en Peize was af hankelijk van de hopteelt, met differentiatie in de landbouw, teelt voor een bovenlokale markt, nieuwe beroepen in de dienstverlening en hophandel. Er ontstond daar hopcultuur, compleet met hopoogstfeesten (De Jonge, 2012). In de provincie Gelderland was alleen in het rivierengebied sprake van zo n hopcultuur, met Ammerzoden en Opheusden als hopcentra en een aanzienlijke afzet buiten de regio. De noordelijke Veluwe, het gebied rond Epe, Emst en Heerde, was een typisch voorbeeld van kleinschalige hopteelt voor lokale productie die vooral bedoeld was voor de dorpsbrouwerijen in de regio. De kerngebieden produceerden ook voor brouwerijen buiten de regio, maar een grote reputatie hadden deze hoppen niet. Nederland kende altijd al veel invoer van buitenlandse hop, ondanks de grote vraag naar hop in de bloeitijd van de Nederlandse brouwnijverheid. De grotere brouwerijen in het westen van het land werkten vooral met Engelse en Vlaamse hoppen, zoals veelvuldig uit inventarissen van deze brouwerijen blijkt. Soms wordt daarin ook Gelderse of Heusdense hop genoemd, maar deze werden minder goed geacht. Brouwer Jacobus Buijs (1799) uit Klundert meldt in zijn handleiding dat hij vooral gebruik maakte van Vlaamse hop, maar dat de Engelse hop ook heel goed bekend stond. Met Luikse en Brunswijkse hop had hij weinig ervaring en de Nederlandse hop beschouwde hij duidelijk als tweederangs: De Gelderse en Heusdense oordeel ik alleen dienstig, uit hoofde van de minste kosten, in bier dat versch gedronken word achteruitgang van de hopcultuur Van export van Nederlandse hop naar het buitenland was in de 18e eeuw al nauwelijks sprake meer. In de ons omringende landen nam de hopteelt een grote vlucht en was de kwaliteit vaak beter. Alleen in het geval van misoogsten in het buitenland ging er nog wel eens hop de grens over. De grote brouwerijen in Holland gebruikten vooral buitenlandse hoprassen, incidenteel ook Gelderse en/of Heusdense hop. De meeste hopteelt in Nederland was vooral lokaal gericht. Toen de consumptie van bier in de 18e eeuw sterk begon te dalen door de toenemende populariteit van koffie, thee en jenever, had dat ook zijn weerslag op de hopproductie. Veel kleine brouwerijen verdwenen, en daarmee ook de markt voor de lokale hoptelers. Een andere factor die de hopteelt deed afnemen, was de introductie van nieuwe gewassen, zoals aardappelen, waar veel hopboeren in het rivierengebied op overstapten. De aardappelteelt was minder arbeidsintensief en minder risicovol. Het ontbreken van een echte hopcultuur maakte zo n overstap ook gemakkelijker. Ook in de kerngebieden nam de hopteelt snel in omvang af. De teelt in de Baronie van Breda die in de 17e eeuw een zekere vermaardheid moet hebben gehad, was rond 1800 verdwenen. Het zelfde gold voor de teelt rond Opheusden. In noord-drenthe ging het ook snel. Volgens Bieleman (1981) was in Peize het aantal hoptuinen in 1807 gedaald tot NIEUWE HOOP VOOR DE NEDERHOP? 151

8 Hopmarkt Neurenberg circa Ansichtkaart (bron: The Hop Atlas). slechts een derde van het oorspronkelijke aantal. In 1840 was de hopteelt in de andere dorpen al verdwenen en had ze in Peize nauwelijks betekenis meer. Toch wordt de Peizer hopteelt in de Staat van den Landbouw nog in 1864 genoemd, zij het dat de teelt hier nog in zeer kleine hoeveelheid wordt gepraktiseerd. In de gebieden rond Ammerzoden (Bommelerwaard), Vlijmen, Nieuwkuik (Land van Heusden) en Schijndel nam de hopteelt in de 19e eeuw ook sterk af, maar zij bleef in de kerndorpen voorlopig nog van belang. Wel wisselde het areaal en de opbrengsten per jaar sterk. Na een paar slechte jaren daalde het hopareaal al snel, als de vooruitzichten beter werden, groeide ook het aantal hoptuinen weer. Dit wijst er al op dat de teelt kleinschalig was en er veel boeren waren die het er bij deden. Ook wilde hop werd overigens nog verzameld. In 1834 meldt De Staat dat deze in de hakbossen door arme lieden wordt opgezocht en aan bierbrouwers tegen lagere prijzen verkocht. Kwaliteit De sterk dalende bierconsumptie en de opkomst van andere gewassen waren niet de enige oorzaken van de inkrimping van de hopteelt. Ook de kwaliteit van de Nederlandse hop was niet geweldig, wat de importhop een voorsprong gaf. De mindere kwaliteit lag niet eens zozeer aan de kwaliteit van de geoogste hopbellen. Vooral de verwerking van de hopbellen schoot tekort: er werd slechter geplukt (de hop was vaak vermengd met stelen en bladeren) en het drogen en bewaren van de hop vormde in Nederland een probleem. Het drogen gebeurde op zolders of in primitieve eesten en de opslag was vaak ontoereikend. In 1843 lezen we in de Staat van den Landbouw : De Engelschen kopen in overvloedige jaren de hop in Vlaanderen voor geringe prijzen op en weten dezelve door hunne stoompersen zoo dicht ineen te pakken dat er volstrekt geen lucht bij kan komen en de kracht niet vervliegen kan. Vervolgens worden de balen in droge donkere plaatsen gelegd en in schrale tijden met veel winst weer naar Europa geëxporteerd. De Engelsen hadden dus een aanzienlijke technische voorsprong, waardoor zij niet alleen een betere kwaliteit hop konden leveren, maar ook de internationale markt konden manipuleren. Bij de Nederlandse dorpsbrouwerijen echter konden de lokale hoptelers nog wel terecht. Zelfs wilde hop werd door sommige brouwers blijkbaar nog steeds gebruikt, al zal dat vooral ter aanvulling zijn geweest van andere hopsoorten. Nog in 1868 meldt de Landbouwcourant de pluk van wilde hop in de 152 KEES VOLKERS EN CHRIS KIK

9 Hopschuur uit circa 1880 op Den Treek, onder Amersfoort. De opname is uit 2006, vlak voor de restauratie (foto: Jos Stöver). Nederbetuwe, waarbij vooral Groesbekers betrokken waren. Een jaar later meldt dezelfde Courant dat in de Bommelerwaard vooral in tijden dat de hop erg duur is, het plukken van wilde hop nog voorkomt. Wat we in de 15e en 16e eeuw al in Amersfoort zagen, was in de 19e eeuw nog niet veel veranderd: veel hopvelden werden door brouwers onderhouden voor eigen gebruik. Vooral in Limburg was dat volgens Staat van den Landbouw het geval. De nog aanwezige hopteelt was daar zeer kleinschalig. De hopvelden lagen bijna allemaal op de Maasterrassen, het totale areaal was echter zeer klein, zo blijkt uit de jaarlijkse verslagen in de Staat mislukte pogingen om de hopteelt nieuw leven in te blazen De ontwikkeling van de hopteelt in Nederland vertoont veel parallellen met die van de brouwnijverheid. Met het verdwijnen van de kleine dorpsbrouwerijen zien we ook de hopteelt afnemen. Toch waren er halverwege de 19e eeuw nog vrij veel lokale brouwerijen actief, vooral in de oostelijke en zuidelijke provincies. Deze lokale brouwers waren de voornaamste afnemers van Nederlandse hop. In de tweede helft van de 19e eeuw voltrok zich een revolutie in de brouwnijverheid die ook voor de Nederlandse hopteelt grote gevolgen had. Deze ontwikkeling was te danken aan de komst van de Beierse bieren die volgens een andere techniek werden gebrouwen en de bierconsumptie voor het eerst sinds tijden weer deed stijgen. In Nederland ging men er al snel toe over deze bieren (zoals Münchener en Pilsener) zelf te brouwen, waarvoor geheel nieuwe, industrieel opgezette brouwerijen verrezen. Een van de eerste was de Nederlandsche Beijersch Bierbrouwerij in Amsterdam, die in 1863 werd opgericht. Nieuwe hoop voor de hop? De stijgende bierconsumptie leek gunstige vooruitzichten te bieden voor de hopteelt in Nederland. Voor landbouw- en nijverheidsorganisaties was dit het moment om de hopteelt weer nieuw leven in te blazen. Immers, waarom al die hop invoeren, als we het zelf ook konden verbouwen? Premies werden uitgeloofd en prijsvragen uitgeschreven om proeven te nemen met de hopteelt en de bevindingen te rapporteren. Deze initiatieven liepen niet geheel toevallig parallel met een ander speerpunt van het Nederlandse landbouwbeleid: NIEUWE HOOP VOOR DE NEDERHOP? 153

10 de ontginning van woeste gronden. Zo had men grote verwachtingen van de hopteelt op heidegrond. Dat zou de welvaart en de werkgelegenheid in de armere plattelandsstreken aanzienlijk kunnen doen toenemen. Tussen 1850 en 1880 werden zo n 15 tot 20 proefhopvelden ingericht. In het zuiden waren het vooral boeren en brouwers die van de uitgeloofde premies gebruik maakten om een hopveld aan te leggen. Dit gebeurde onder meer in Zeeland in Wemeldinge en Westdorpe en in Brabant in Oirschot en Middelbeers. In het midden van het land waren het grootgrondbezitters die meestal ook een bestuursfunctie hadden in de Maatschappij van Landbouw met zijn vele onderafdelingen. Een aantal van hen richtte een proeftuin in op hun eigen landgoed. Voorbeelden hiervan zijn Schober in Putten, De Beaufort in Leusden, Insinger op Pijnenburg, Gevers Deijnoudt in Loosduinen en Ribbius in Twello. Om de slaagkans te vergroten kozen de proefnemers vooral voor buitenlandse hoprassen die superieur werden geacht aan de Nederlandse. De proeven van Schober en De Beaufort werden alleen gedaan met gerenommeerde buitenlandse hoprassen. De Beaufort experimenteerde bovendien al met een draadveld (Schober, 1865, De Beaufort, 1881). Mogelijk werden in het zuiden van Nederland wel Nederlandse hopvariëteiten gebruikt. In ieder geval is bekend dat een boomkweker annex brouwer in Wemeldinge zijn proeftuin inrichtte met hop uit Drunen, nabij Heusden. Achterstand De proeven waren gedeeltelijk succesvol, maar niet genoeg om ze door te zetten. J.H. Schober, die in 1859 twee proefhopvelden inrichtte met Belgische en Beijersche hoprassen op een stuk heidegrond bij Putten, deed uitvoerig verslag van zijn proefnemingen. Op zijn landgoed Schovenhorst richtte hij een veld in met hopkuilen die volgestort werden met compost en mest. In elke kuil staken drie stokken die aan de bovenkant bijeen werden gebonden tot een soort wigwam. Een schapenstal werd na de eerste oogst omgebouwd tot hopeest. Na vier oogsten concludeerde Schober dat de teelt van hop op heidegrond weliswaar mogelijk was, maar dat deze nooit kon concurreren met de buitenlandse hop, zowel in prijs als in kwaliteit. Vooral de kosten van bemesting en (onkundige) arbeid wogen niet op tegen de opbrengsten. De hop was bovendien slecht af te zetten, brouwers vertrouwden de Nederhop niet. Ook kende de proef veel tegenslag (schimmel, te droog, te nat, stormen). De achterstand op het buitenland was erg groot. Om de hopteelt winstgevend te maken zouden hoge investeringen nodig zijn en veel kennis en ervaring opgedaan moeten worden (Schober, 1865). Publicist en hoplobbyist J. Nagel, die zelf een proefveld had in Hatert bij Nijmegen, nam het initiatief om een landelijk onderzoek te doen naar de hopteelt, inclusief een inventarisatie van de grootste problemen waar de hoptelers tegenaan liepen. De bevindingen werden in 1880 gepubliceerd in de Landbouwcourant. De geconstateerde problemen bleken vooral te maken te hebben met gebrekkige kennis, met name wat betreft het drogen en bewaren van de hop, concurrentie van betere hop uit het buitenland, maar ook banale zaken als gebrek aan mest, gebrek aan plukkers, en ook weer het gebrek aan afnemers: de Nederlandse brouwers wantrouwden de lokale hop. Ook Nagel kwam tot de conclusie dat deze problemen slechts overwonnen zouden kunnen worden als de hopteelt professioneler en grootschaliger zou worden opgezet en hij pleitte dan ook voor het oprichten van een Hopmaatschappij. Daar zou het echter nooit van komen (Nagel, 1881). Weggevaagd De hopteelt bleef dus beperkt tot de kleinschalige productie in de overgebleven gebiedjes, waar zij in de jaren daarna nog verder zou afnemen. De laatste dorpsbrouwerijen werden door de industriële brou- 154 KEES VOLKERS EN CHRIS KIK

11 werijen in enkele decennia weggevaagd en daarmee verloren de Nederlandse hoptelers ook hun laatste klanten. Rond 1900 was de hopteelt in Nederland nagenoeg dood. In 1903 werd in Schijndel nog een proef genomen met het telen van Beijersche hop, in een poging om de hopteelt, thans in Noord-Brabant zo treurig in verval, opnieuw te doen opbloeien. Volgens de Amersfoortsche Courant telde Nederland nog 49 ha hoptuinen. Om de hopteelt te leeren kennen, moet men in Nederland naar Noord Brabant in de streken van Vlijmen en Nieuwkuik gaan of naar Zeeland in Koewacht, waar ook nog hoptuinen waren. Met de kaalslag onder de lokale brouwerijen in de tweede helft van de 19e eeuw verdwenen ook de laatste hopvelden uit Nederland. De nieuwe industriële brouwerijen betrokken hun hop op grote schaal uit de gevestigde hopstreken in het buitenland, waar de hopteelt qua omvang en kennis op een veel hoger niveau stond en de zekerheid van levering groter was. Daarbij richtten de brouwers hun vizier niet meer alleen op Vlaanderen en Kent, maar steeds meer op Beieren en Tsjechië, gebieden die dankzij de spoorwegen nu goed waren ontsloten. Tegen de combinatie van een grootschalige teelt en een betere kwaliteit waren de kleinschalige en primitieve hoptelers in Nederland kansloos. Rond 1914 draaiden niet alleen de laatste dorpsbrouwerijen de bierkraan dicht, maar moet ook de laatste hopboer zijn verdwenen. Jaren 1930 hernieuwde pogingen tot introductie van de hopteelt In de jaren 1930 zijn nieuwe pogingen ondernomen om met steun van de Nederlandse overheid de toen verdwenen hopteelt te herintroduceren. Deze pogingen waren onder meer ingegeven om Nederland uit de recessie te helpen. Nederlandse brouwerijen voerden jaarlijks voor driekwart miljoen gulden aan hop in: die centen konden we beter ten goede laten komen aan onze eigen economie, zo was de opvatting. Bij Amerongen werd begin jaren 1930 een groot hopveld ingericht, dat mede was bedoeld als compensatie voor de ineengestorte tabaksteelt. De eisen die aan de hopteelt werden gesteld, onder andere veel mest en arbeid, waren te vergelijken met die van de tabaksteelt maar met kans op hoge opbrengsten. Het project was echter geen succes. Als oorzaken werden de ongeschikte grond aangevoerd en ondeskundig drogen. In 1934 zou de hele oogst verloren zijn gegaan door een verkeerde droogtechniek. Na 1935 wordt van de hopteelt op de Heuvelrug niets meer vernomen. In datzelfde jaar werd een proefveld ingericht in Vlijmen om de hopcultuur, die hier in het verleden zo belangrijk was geweest, nieuw leven in te blazen. Hiertoe werd op initiatief van M.A. van Wagenberg de Vlijmense Hopvereniging opgericht. Bij het experiment waren ook het Ministerie van Landbouw en de Nationale Christelijke Bond van Landbouwers betrokken. De hop die werd gebruikt kwam uit Duitsland (Hallertau en Tettnang) en Engeland (Fuggles). De eerste oogsten waren behoorlijk, zodat buiten het proefveld ook enkele boeren tot de hopteelt overgingen. Aan de Stationsweg, naast de groenteveiling, verrees in 1940 een moderne hopdrogerij en een jaar later werd een hopschool gestart om de kennis van hop en de behandeling daarvan op een hoger plan te brengen. De pogingen leken dus goed aan te slaan, maar in 1942 werden geen nieuwe vergunningen meer uitgegeven, naar verluidt omdat de kwaliteit nog te veel achter bleef bij de buitenlandse hop. Hoewel nog in 1943 een goede oogst werd gemeld, kwam er in de oorlog toch een einde aan de Vlijmense hopteelt. Na de oorlog kwam zij niet meer terug. De hoploods werd toen door de lokale groenteveiling in gebruik genomen. In 1965 werden veiling en hoploods gesloopt (Boom, 1989). In 1941 zouden ook nog proefvelden zijn ingericht in Standdaarbuiten (West-Brabant), waarover in 1942 nog wordt bericht, maar waarvan daarna niets meer wordt vernomen. NIEUWE HOOP VOOR DE NEDERHOP? 155

12 Het proefveld bij Amerongen, begin jaren 1930 (bron: Het Utrechts Archief). Het proefveld bij Vlijmen in 1939 (bron: Streekarchief Langstraat Heusden Altena). Primitief bakhuisje annex hopeest nabij Vlijmen. Opname 1954 (bron: Streekarchief Langstraat Heusden Altena). 156 KEES VOLKERS EN CHRIS KIK

13 Nieuwe hoptuinen in Nederland Met de recente opleving van de biercultuur is ook de interesse in de hopteelt in ons land weer toegenomen. Heel wat hobbybrouwers hebben in de tuin of op het balkon een hopplant staan. Sinds enkele jaren zijn er ook serieuze initiatieven om de hopteelt te doen herleven door de aanleg van authentieke hopvelden en het aanwenden van Nederlandse hop voor Nederlandse bieren. In plaats van Nederlandse hop kunnen we echter beter spreken van in Nederland geteelde hop, want authentieke Nederlandse hopvariëteiten zijn verloren gegaan. In feite gaat het in alle gevallen om uit het buitenland ingevoerde hopvariëteiten, meestal Duitse en Amerikaanse, maar ook wel Engelse. De oudste hoptuin ligt in Peize, waar in 1992 initiatief werd genomen om de hopteelt weer zichtbaar te maken. Er staan twintig ouderwetse hopkuilen. Dit is een van de weinige locaties met hopkuilen, de andere hopvelden bestaan uit draadvelden. Het grootste hopveld met verschillende hopsoorten ligt in Reijmerstok, Zuid Limburg, waar de Gulpener Bierbrouwerij de hop verwerkt in haar bieren. De eerste oogst werd hier in 2003 geplukt. De hopvelden dekken anno nu ongeveer driekwart van de eigen hopbehoefte. Ook brouwerij Sint Servattemus in Schijndel brouwt sinds enige jaren bier van een eigen hopveld, dat een hele akker beslaat. Dit zijn in feite de enige economisch geëxploiteerde hopvelden in Nederland. Achter de bierbrouwerij van het Openluchtmuseum in Arnhem is onlangs ook een hoptuin ingericht, met een draadveld en een aantal hopkuilen. Kleinere initiatieven vinden plaats in Epe en Houten, waar de hop van het eigen hopveld ongedroogd in de bierketels gaat voor een eenmalig seizoensbrouwsel (green hops beer genoemd in Kent). En er komen steeds meer van deze kleine hopveldjes als nevenactiviteit van ambachtelijke brouwerijen. Deze hopteelt moet in de meeste gevallen meer gezien worden als een cultuurhistorische dan een economische activiteit. Bier met een verhaal doet het goed en een eigen Hoppluk in de hoptuin van Brouwerij Hommeles in Odijk. Opname 2015 (foto: Kees Volkers). NIEUWE HOOP VOOR DE NEDERHOP? 157

14 Het hopveldje in Zuuk, bij Epe. Opname 2014 (foto: Kees Volkers). hoptuin draagt daar toe bij. Ongetwijfeld zullen komende jaren meer initiatieven worden ontplooid door kleine brouwers om een bescheiden hopveld in te richten. Of dit zal leiden tot een nieuwe, wellicht alternatieve Nederhopcultuur zal moeten blijken. Nederhop: bestaat er (nog) inheemse Nederlandse hop? Nu de hopteelt hier en daar weer de kop opsteekt, en cultuurhistorische motieven daarbij een belangrijke rol spelen, zou het interessant zijn om te weten of er nog originele Nederlandse hoprassen bestaan. Hoe komen we daar achter? Aangezien het vrij zeker is dat ze de hele laatste eeuw niet meer geteeld werden, zijn er twee mogelijkheden: via genenbanken die mogelijk nog oude variëteiten van Nederlandse hop hebben bewaard, of via het opsporen en analyseren van wilde hop die nog steeds groeit in Nederland en die mogelijk afstamt van de hop die hier vroeger werd geteeld. Genenbanken In de nationale genenbank cgn, die onderdeel is van Wageningen ur, worden geen oude variëteiten van hop bewaard (zie website cgn). Ook één van de belangrijkste hopgenenbanken in Europa, die van Wye College in Engeland, met een internationale collectie die terug gaat tot de 18e eeuw, deelt desgevraagd mee geen Nederlandse hoprassen te bezitten. Daar is ook een veelbetekenende verklaring voor: Wye College bewaart vooral edele hoprassen en de Nederlandse hop stond niet als zodanig bekend. Dit maakt 158 KEES VOLKERS EN CHRIS KIK

15 meteen duidelijk dat de kans klein is dat ergens in het buitenland nog een Nederlandse hopvarië teit is te vinden, al is het niet uitgesloten. Dat het wel degelijk mogelijk is om oude hoprassen via zo n bank weer terug te kweken, bewijst het verhaal van de Groene Belle, een originele Vlaamse hopvariant uit de omgeving van Aalst. Dit hopras werd voor het laatst in de jaren 1950 geoogst en raakte daarna uit de gratie. In een Sloveense hopgenenbank werd de Groene Belle echter teruggevonden! In het kader van een biologieproject in de schooltuin van een middelbare school in Aalst werd de Groene Belle weer uitgezet. In 2014 werd op kleine schaal weer Groene Belle geoogst en verwerkt in een speciaal bier (Lyceum Aalst, 2014). Om zeker te weten of nog ergens een Nederlandse hopsoort bewaard is gebleven, zouden hop- en genenbanken wereldwijd, bijvoorbeeld in emigrantengebieden, geraadpleegd moeten worden. In de genenbank van het United States Department of Agriculture (usda) is echter geen Nederlandse hop aanwezig. Volgens usda voerden de Nederlandse kolonisten voor hun bier gedroogde hop in uit eigen land. Engelsen kolonisten daarentegen brachten hun eigen hopplanten mee om de Engelse hop zelf te gaan telen (zie website usda). De kansen voor het terugvinden van een oude Nederlands hopvariëteit lijken dus zeer klein, omdat deze variëteiten hoogstwaarschijnlijk al veel eerder verdwenen zijn. Daarbij komt dat, zoals gezegd, de Nederlandse hop geen grote reputatie had. De hopvariëteiten met de beste reputatie waren waarschijnlijk de Gelderse en Heusdense die ook in de grotere brouwerijen in Holland wel werden gebruikt in de 18e eeuw. Export van hop schijnt wel voorgekomen te zijn, zowel uit Gelre, Heusden, Drenthe als Schijndel, maar dat was ver terug in de tijd: de 17e eeuw of eerder. De grotere brouwerijen importeerden al in de 17e en 18e eeuw vooral Vlaamse, Engelse en ook wel Brunswijkse hop. Ook de stadsbrouwer van Klundert gaf daar de voorkeur aan. Wilde hop Wilde hop komt van nature in ruime mate voor in Nederland. Wilde hop is echter van veel mindere kwaliteit dan gecultiveerde hop. Desondanks zagen we dat wilde hop in sommige gebieden in Nederland werd verzameld door de armere plattelandsbevolking die deze hop voor een habbekrats verkocht aan lokale dorpsbrouwers. De vraag is of we tussen de wilde hop nog een originele Nederlandse cultuurhop kunnen aantreffen nu de commerciële hopteelt al zo n jaar geleden is verdwenen. De Nederlandse cultuurhop zal zijn verwilderd en gedegenereerd. Daarbij is het de vraag of er überhaupt nog wel geteeld werd met Nederlandse hop. Met name in de vele proefhoptuinen die in de tweede helft van de 19e eeuw en in de jaren 1930 zijn ingericht, werden vooral Duitse en Vlaamse hoppen geteeld, omdat die bekend stonden om hun betere kwaliteit. Van de proeftuinen in Putten (rond 1860) en Leusden (rond 1880) is zeker dat ze met buitenlandse hop werden opgezet en het ligt voor de hand dat dit in andere tuinen ook zo was. Wel is bekend dat de hop voor de proef in Wemeldinge waar de lokale brouwer in 1849 een omvangrijk hopveld inrichtte uit Drunen kwam (1849). Willen we nog resten vinden van in de vorige eeuwen gecultiveerde Nederlandse hopvariëteiten, dan zullen we waarschijnlijk niet moeten zoeken in de gebieden waar na 1850 proefhoptuinen zijn ingericht. Daarmee vallen echter ook oude kerngebieden als Vlijmen en wellicht Schijndel af. In Schijndel (1903) en Vlijmen (vanaf 1935) heeft men de hopteelt nieuw leven willen inblazen met Duitse en Vlaamse hop. Dergelijke initiatieven gingen bovendien gepaard met het zo veel mogelijk uitroeien van wilde (en verwilderde) hop in de verre omgeving, omdat deze wilde hop de kwaliteit van de gecultiveerde planten NIEUWE HOOP VOOR DE NEDERHOP? 159

16 ernstig zou kunnen schaden. Hierbij is de kans groot dat de (ver)wilde(rde) Nederlandse hopvariëteiten zijn gesneuveld. Zoekgebieden De grootste kans om nog een Nederlandse (cultuur)hopvariëteit aan te treffen, vinden we in die gebieden waar de hopteelt het langst heeft plaatsgevonden met originele Nederlandse hopsoorten, zonder dat deze later zijn vervangen door buitenlandse hop. Dit is echter moeilijk vast te stellen, omdat we dan van elk gebied moeten weten welke hop er geteeld werd. Maar gezien de grote investeringen die nodig zijn voor een dergelijke vernieuwing, en de lange levensduur van een hopplant tot 20 jaar zullen deze vernieuwingen niet zomaar zijn doorgevoerd. We zullen daarom naar de oude kerngebieden moeten kijken met de minste kans op genetische vermenging door buitenlandse hop: Land van Heusden, Schijndel, noord-drenthe en de Bommelerwaard. In het Land van Heusden (Nieuwkuik, Vlijmen) is een grote kans op genetische vermenging van buitenlandse hop door de herintroductie in de jaren Dit ging gepaard met uitroeiingsmaatregelen van wilde hop. Mogelijk dat aan de rand van dit kerngebied, in oude hopplaatsen als Drunen en Oud- Heusden nog verwilderde Heusdense hop is aan te treffen. In Schijndel heeft men in 1903 de hopteelt een nieuwe impuls willen geven met de aanplant van Beijerse hop. Of dit gepaard is gegaan met het uitroeien van wilde hop in de omgeving is niet bekend, maar wel waarschijnlijk. Dit zal nader onderzocht moeten worden om de kansen in te schatten of hier nog originele Schijndelse hop in verwilderde vorm is aan te treffen. Er wordt sinds enkele jaren in Schijndel overigens weer (buitenlandse) hop verbouwd, waarvan de impact op de wilde hop niet bekend is. Over noord-drenthe zijn geen meldingen bekend van buitenlandse hop. De hopteelt is daar echter al vrij lang verdwenen. De laatste serieuze melding komt in 1864 uit Peize. In de omliggende dorpen was de hopteelt al enkele decennia eerder verdwenen. Hier zou wellicht verwilderde Drentse hop te vinden zijn, zij het dat de periode van verwildering dan al 150 jaar bestrijkt. In 1992 werd in Peize opnieuw een hoptuin opgezet, vooral als hommage aan het verleden. Volgens een medewerker is deze tuin destijds geheel ingericht met lokale wilde hoppen, maar is deze hop verder nooit geanalyseerd. Dit zou wellicht kansen bieden op oorspronkelijk genetisch materiaal. In de Bommelerwaard zijn ook geen meldingen bekend van de introductie van buitenlandse hop, wat niet wil zeggen dat we het moeten uitsluiten. Hier heeft de hopteelt zich tot in het begin van de 20e eeuw gehandhaafd in Ammerzoden en Hedel. Dit lijken de meest voor de hand liggende locaties om nog verwilderde Gelderse hop aan te treffen. Nader historisch-geografisch onderzoek zou wellicht in kaart kunnen brengen om welke percelen het gaat en waar gezocht zou moeten worden. Dit sluit natuurlijk niet uit dat elders nog concentraties verwilderde Nederhop zijn te vinden. Een voorbeeld zou het dorp Wemeldinge (bij Goes) kunnen zijn, waar na 1850 geruime tijd een groot veld heeft gestaan met Heusdense hop, dat daarna waarschijnlijk niet is aangetast door exotische hoppen. De oude hopteeltgebiedenkaart van Nederland De bevindingen van deze verkenning die voornamelijk zijn gebaseerd op secundair bronnenonderzoek, zijn samengevat op een (bodem)kaart van Nederland afkomstig uit de Bosatlas. De kaart laat goed zien dat de hopteelt zich concentreerde in enkele kerngebieden die voornamelijk op de zandgronden en de stroomruggen in het rivierengebied gelegen waren. De kerngebieden 160 KEES VOLKERS EN CHRIS KIK

17 * * ** * De oude hopteeltgebiedenkaart van Nederland. Met asterisk zijn de vier hopcentra in de 19e eeuw aangegeven, met blauwe stip de verdwenen hopdorpen van voor 1800, met rode stip gevuld de overige hopdorpen in de 19e eeuw, met rode stip open de locaties van de hopproefvelden, voornamelijk van na 1850, en met cirkels de hopteelt kerngebieden in Nederland (ondergrond: De Grote Bosatlas, Wolders-Noofdhoff, Groningen, 1971). NIEUWE HOOP VOOR DE NEDERHOP? 161

18 Hopveld bij de Friese Brouwerij, Bolsward (foto: Kees Volkers). Bommelerwaard, Land van Heusden, en Schijndel grenzen min of meer aan elkaar en vormen in feite een aaneengesloten hopteeltregio rond Den Bosch. Daarbuiten was vooral noord-drenthe van grotere betekenis, dankzij de nabijheid van de stad Groningen, waar de hop werd afgezet bij de lokale brouwerijen en waar de benodigde mest vandaan kwam. In Limburg was de hopteelt in de 19e eeuw geconcentreerd op de Maasterrassen, maar zeer lokaal en kleinschalig, en voornamelijk voor eigen gebruik. De proefnemingen na 1850 vonden zeer verspreid plaats, voornamelijk op de zandgronden of de grenzen daarvan. New hope for the Nederhop? Decline and revival of hops production in the Netherlands For the making of beer, hops are an essential ingredient. In earlier days hop farming used to be very common in the Netherlands. In the 18th and 19th century however hop farming was rapidly decreasing and by 1900 she had almost disappeared. Programs for revitalizing hop farming in the Netherlands with foreign hop varieties failed. In recent years however small hop-gardens have reappeared in different places in the Netherlands, initiated by local brewers. This is a development directly related to the upcoming craft-beer movement. Most hop gardens are small and set up with foreign hop varieties, since original Dutch varieties have disappeared. Being a country with an important beer culture the absence of hop farming in the Netherlands is remarkable. Geography plays an important part in this. Hop farming concentrated almost exclusively in the south and east of the Netherlands on the alluvial grounds above sea level and on the higher river sediments. The production was mainly intended for local breweries. The wet grounds in the west where the main breweries were found were unsuitable for hop farming. Traditionally the breweries in the west preferred English and Flemish hops that could easily be transported over sea. A real hop culture never came to develop in the Netherlands. Concentrations of hop farming were to be found around s Hertogenbosch (Bommelerwaard, Land van Heusden, Vlijmen en Schijndel) and in the north of Drenthe (Peize). These places showed a certain level of specialization and local hop culture. In other areas, as in Limburg, the scale of hop farming was very small and primarily focused on local (village) breweries. Local hop farmers and with them Dutch hop varieties disappeared rapidly with the closing of the local breweries in the 18th and 19th century. The new large scale industrial breweries, coming up in the 1860-ies and focusing on Bavarian beers, exclusively used imported hop varieties, especially from Bavaria and Moravia. 162 KEES VOLKERS EN CHRIS KIK

19 Literatuur Alberts, L. (2015). Brouwen aan de Eem. Amersfoort, een Stichtse bierstad in de late middeleeuwen. Dissertatie, Leiden. Barth, H.J., C. Klinke en C. Schmidt (1994). The Hop Atlas. Neurenberg. Beaufort, J.B. de (1881). Voordracht over de hopteelt en de hopcultuur. In: Het Utrechts Archief, inv.nr Behre, K-E. (1999). The history of beer additives in Europe a review. Veget. Hist Archaeobot 8, pp Beijers, H. (2005). De Schijndelse hopteelt vroeger. Schijndel. Bieleman, J. (1981). De Noord-Drentse hopteelt. Nieuwe Drentse volksalmanak (98), pp Boom, A. (1989). Nieuwkuik en Haarsteeg in grootmoeders tijd. Vlijmen. Brabants Historisch Informatie Centrum (bhic) (2009). De hopteelt. de-hopteelt. Buijs, J. (1799). De Bierbrouwer. Tilburg (heruitgave 1986). Cheyns, Matthias (2009). Kort, rap en zonder blad. Hoppepluk tussen 1880 en Brugge. Deneire, B. (1994). Zeven X Hop. Brugge. Jonge, E. de (2011). Bier brouwen op de Veluwe. Barneveld. Jonge, E. de (2012). De hopteelt in Gelderland (15e-19e eeuw). Bijdragen en Mededelingen Gelre. Historisch Jaarboek voor Gelderland 103, pp Krantenarchief Koninklijke Bibliotheek, Den Haag. Lyceum Aalst (2014). Project Aalsterse Hoppen. Aalst. Nagel, J. (1881). Diverse bijdragen. De Landbouwcourant, 27-1 tot en met Patzak, J. et al. (2010). Assessment of the genetic diversity of wild hops (Humulus lupulus L.) in Europe using chemical and molecular analyses. Biochem Syst Ecol 38, pp Schober, J.H. (1865). De teelt van hop op heidegrond. Tijdschrift uitgegeven door de Nederlandsche Maatschappij ter Bevordering van Nijverheid 28, pp Staat van den Landbouw in Nederland ( ). Den Haag (Google Books). Nationaal overzicht land- en tuinbouwgewassen (1871). Tijdschrift uitgegeven door de Nederlandsche Maatschappij ter Bevordering van Nijverheid 34, p Uilkens, Th. Fr., en P.A. de Jong (1855). Groot Warmoezeniershandboek. Gorinchem. Volkers, K. (2007). Wandelen over de Bierkaai. Bierhistorische gids voor Utrecht. Zaltbommel. Geraadpleegde websites: (usda) (cgn) NIEUWE HOOP VOOR DE NEDERHOP? 163

20 1e jaargang (2016) 3 Het Tijdschrift voor Historische Geografie is mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Omslagfoto Luchtfoto Bunschoten (bron: Gemeente Bunschoten-Spakenburg). Aanwijzingen voor de auteurs Deze kunnen worden aangevraagd bij de redactie: redactiethg@gmail.com Over de auteurs Hester van den Ende studeerde Archeologie aan de Universiteit Leiden, met als afstudeeronderwerp Kees Volkers vingshistoricus en publicist op het gebied van stads- en landschapshistorie en wandelgidsen en werkt brouwer en -hopteler. Chris Kik - - Allium Karel Leenders - Boudewijn Bakker - Landschap en wereldbeeld. Van Van Eyck tot Rembrandt. Rolf Roos

21 INHOUD Tijdschrift voor Historische Geografie 1e jaargang (2016) 3 Redactioneel 129 Artikelen De lege stad. Over het ontstaan en de ontwikkeling van middeleeuws Bunschoten 130 Hester van den Ende Nieuwe hoop voor de Nederhop? Ondergang en opleving van de hopteelt in Nederland 147 Kees Volkers en Chris Kik Bomen en hakhout in de Meierij van s-hertogenbosch in K.A.H.W. Leenders Landschap op papier. De vallei van Saxenburg, gezien door Rembrandt en zijn vrienden 178 Boudewijn Bakker en Rolf Roos Tijdschrift voor Historische Geografie 1 (2016) 3 Boekbesprekingen 181 Literatuuroverzicht 185 Berichten 189

Hopflash - november 2016

Hopflash - november 2016 Hopflash - november 2016 Bijeenkomst van het IHGC (Commissie Economie) in Nürnberg (Duitsland) De bijeenkomst van het IHGC (Commissie Economie) vond plaats aan de vooravond van de BrauBeviale in Nürnberg,

Nadere informatie

Toeristen in Nederland

Toeristen in Nederland Toeristen in Nederland Het is bijna zomer. Veel Nederlanders gaan lekker op vakantie naar het buitenland. Maar er komen ook heel veel buitenlandse toeristen naar Nederland. Hoeveel zijn dat er eigenlijk?

Nadere informatie

1 Teeltgebieden in Nederland

1 Teeltgebieden in Nederland 1 Teeltgebieden in Nederland Oriëntatie Als beginnend vakgenoot heb je je misschien wel eens afgevraagd waar je je planten vandaan moet halen. Uiteraard niet bij de bloemist op de hoek, maar ook niet bij

Nadere informatie

Starten in een dal, profiteren van de top

Starten in een dal, profiteren van de top M200715 Starten in een dal, profiteren van de top drs. A. Bruins drs. D. Snel Zoetermeer, november 2007 2 Starten in een dal, profiteren van de top Ondernemers die in 2003 een bedrijf begonnen, waren zich

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. De notitie is als volgt ingedeeld: 1. Samenvatting.

Nadere informatie

Ontwikkeling leerlingaantallen

Ontwikkeling leerlingaantallen Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging

Nadere informatie

Herintroductie en exploitatie van oude Zeeuwse landbouwrassen. ArndJan van Wijk

Herintroductie en exploitatie van oude Zeeuwse landbouwrassen. ArndJan van Wijk Herintroductie en exploitatie van oude Zeeuwse landbouwrassen ArndJan van Wijk Stichting Op Goede Gronden Doelstelling In standhouden traditionele Zeeuwse landbouw Oude landbouwrassen Paarden tractie Oude

Nadere informatie

Handboek snijmaïs. 1 Inleiding 1.1 Herkomst en introductie maïs... 7 1.2 Arealen... 7 1.3 Rasontwikkelingen... 8 1.4 Gebruiksvormen van maïs...

Handboek snijmaïs. 1 Inleiding 1.1 Herkomst en introductie maïs... 7 1.2 Arealen... 7 1.3 Rasontwikkelingen... 8 1.4 Gebruiksvormen van maïs... 1 Inleiding 1.1 Herkomst en introductie maïs... 7 1.2 Arealen... 7 1.3 Rasontwikkelingen... 8 1.4 Gebruiksvormen van maïs... 10 6 1 Inleiding Na gras is snijmaïs het belangrijkste gewas voor de melkveehouderij.

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. 1 In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de periode vanaf 1 januari tot 1 juli 2004.

Nadere informatie

Eijsden. Economische activiteit

Eijsden. Economische activiteit Eijsden Eijsden Eijsden is met ruim 8000 inwoners de grootste kern van de Limburgse gemeente Eijsden-Margraten. Deze fusiegemeente, die in 2011 ontstond, bestaat verder uit 14 andere kernen, en 25 gehuchten

Nadere informatie

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar Ontwikkeling van de WW in de periode 21 24 Ton Ferber Tussen eind 21 en eind 24 is het aantal WW-uitkeringen bijna verdubbeld. Vooral het aantal uitkeringen aan mannen jonger dan 45 is sterk gestegen.

Nadere informatie

Kruid Europa Dit kruid is een tweejarige, winterharde, kruidachtige plant uit de schermbloemenfamilie. Dit betekent dat hij 2 jaar lang leeft voor hij

Kruid Europa Dit kruid is een tweejarige, winterharde, kruidachtige plant uit de schermbloemenfamilie. Dit betekent dat hij 2 jaar lang leeft voor hij Kruid Europa Dit kruid is een tweejarige, winterharde, kruidachtige plant uit de schermbloemenfamilie. Dit betekent dat hij 2 jaar lang leeft voor hij dood gaat. De plant groeit op rijke, vochtige en diep

Nadere informatie

Marktsituatie voor groenten en fruit vier maanden na de afkondiging van de Russische boycot

Marktsituatie voor groenten en fruit vier maanden na de afkondiging van de Russische boycot Marktsituatie voor groenten en fruit vier maanden na de afkondiging van de Russische boycot Siemen van Berkum en Gerben Jukema, LEI Wageningen UR, 17 december 2014 Deze notitie geeft een beknopt overzicht

Nadere informatie

Werkstuk Dordtologie november 2014

Werkstuk Dordtologie november 2014 Werkstuk Dordtologie november 2014 Hilde van Kruiningen VAN BIERBROUWEN. NAAR BLAUWBILGORGEL Omdat ik in dit gebied woon en me dagelijks over de Groenmarkt en het Buddingh plein begeef hebben de geschiedenis

Nadere informatie

5,1. Samenvatting door Anoniem 686 woorden 2 maart keer beoordeeld. Geschiedenis. Hoofdstuk 3 De tijd van monniken en ridders.

5,1. Samenvatting door Anoniem 686 woorden 2 maart keer beoordeeld. Geschiedenis. Hoofdstuk 3 De tijd van monniken en ridders. Samenvatting door Anoniem 686 woorden 2 maart 2013 5,1 27 keer beoordeeld Vak Methode Geschiedenis Memo Hoofdstuk 3 De tijd van monniken en ridders. Paragraaf 1 De Romeinen trekken zich terug. 1. Welke

Nadere informatie

Netwerk Eeuwig Moes en de rol van het CGN

Netwerk Eeuwig Moes en de rol van het CGN Netwerk Eeuwig Moes en de rol van het CGN Chris Kik, Noor Bas, Lau Simonse & Sierd Zijlstra CGN, Wageningen, the Netherlands Overzicht presentatie Introductie bioculturele initiatieven in Nederland sterkte-zwakte

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de jaren 2002 en 2003. De notitie is als

Nadere informatie

Evolutie van de Belgische voorraden

Evolutie van de Belgische voorraden Evolutie van de Belgische voorraden 2012-2013 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), P. Lebrun (FIWAP) Samenvatting Jaarlijks houden FIWAP, CARAH, PCA en Inagro een enquête om de evolutie van de aardappelvoorraden

Nadere informatie

Evolutie van de Belgische voorraden

Evolutie van de Belgische voorraden Evolutie van de Belgische voorraden 2015-2016 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), P. Lebrun (FIWAP) Samenvatting Jaarlijks houden FIWAP, CARAH, PCA en Inagro een enquête om de evolutie van de aardappelvoorraden

Nadere informatie

Karakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2014)

Karakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2014) Karakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2014) V. César (CRA-W) Samenvatting Het Waals onderzoekscentrum voor de landbouw onderzoekt sinds 1999 de populaties van de aardappelplaag.

Nadere informatie

Bedrijfsruimtemarkt zuid-nederland Limburg en Noord-Brabant

Bedrijfsruimtemarkt zuid-nederland Limburg en Noord-Brabant Landelijke marktontwikkelingen Na een korte opleving in 2011 viel de opname van bedrijfsruimte in 2012 opnieuw terug. Tegen de verwachting in bleef het aanbod echter redelijk stabiel. Wel wordt een steeds

Nadere informatie

South Germany Part of a parcel : flooding followed by drought and heat

South Germany Part of a parcel : flooding followed by drought and heat HARVEST 2013 South Germany Part of a parcel : flooding followed by drought and heat - Water shortage despite some heavy downpours - Extra warning due to drought conditions Flemish fries are getting more

Nadere informatie

Vastgoedbericht december 2010

Vastgoedbericht december 2010 Vastgoedbericht december 20 Het Kadaster brengt maandelijks een vastgoedbericht uit. Hierin worden statistieken gepresenteerd met de ontwikkelingen van de afgelopen maand: de prijsindex, het aantal verkochte

Nadere informatie

Project lj1 Adaptability

Project lj1 Adaptability Project lj1 Adaptability 2015-2016 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Mens en Maatschappij GG 23 februari 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/72423

Nadere informatie

Project lj1 Adaptability

Project lj1 Adaptability Project lj1 Adaptability 2015-2016 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Mens en Maatschappij GG 23 februari 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/72423

Nadere informatie

Project lj1 Adaptability

Project lj1 Adaptability Auteur Mens en Maatschappij GG Laatst gewijzigd 23 February 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/72423 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs

Nadere informatie

Onderzoekmemorandum Innovatie en de Lissabonagenda

Onderzoekmemorandum Innovatie en de Lissabonagenda Onderzoekmemorandum Innovatie en de Lissabonagenda Inleiding Nederland werkt, net als de andere Europese landen aan de Lissabon-doelstellingen van de EU om te komen tot een dynamische en concurrerende

Nadere informatie

1. Het begrip kan weg, omdat de overgebleven begrippen. Het begrip kan ook weg, omdat de overgebleven begrippen

1. Het begrip kan weg, omdat de overgebleven begrippen. Het begrip kan ook weg, omdat de overgebleven begrippen Welk Woord Weg Dynamiek en Stagnatie Aanloop 1. commerciële landbouw moedernegotie malthusiaanse spanning - nijverheid 2. waterschappen feodaliteit gilden - Hanze 3. stapelmarkt nijverheid Nederlanden

Nadere informatie

Werkstuk Geschiedenis Franse Revolutie

Werkstuk Geschiedenis Franse Revolutie Werkstuk Geschiedenis Franse Revolutie Werkstuk door een scholier 2119 woorden 15 april 2004 4,1 38 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Inleiding In nu volgend werkstuk ga ik proberen de vraag: Ging het slecht

Nadere informatie

Eerste uitkomsten werkgelegenheidsonderzoek 2014. Gelderland

Eerste uitkomsten werkgelegenheidsonderzoek 2014. Gelderland Eerste uitkomsten werkgelegenheidsonderzoek 2014 Gelderland Provinciale Werkgelegenheids Enquête Gelderland - 1 - De uitvoering van de PWE 2014 vond plaats in opdracht van de onderstaande instanties: Gemeenten

Nadere informatie

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2011 / 4

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2011 / 4 ECONOMISCHE MONITOR EDE 20 / 4 De Economische Monitor geeft een beeld van de economie van de gemeente Ede in de afgelopen periode van 2008 tot 20. De Economische Monitor is verdeeld in twee delen: Het

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2018

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2018 Graydon Kwartaal monitor 1 Voorwoord Inhoud De economie zit duidelijk in de lift. Na eerdere positieve berichten over de groeiende omvang van het Nederlandse bedrijfsleven, blijkt ook uit deze Graydon

Nadere informatie

Resultaten werkgelegenheidsonderzoek. Provinciaal Arbeidsplaatsen Register (PAR)

Resultaten werkgelegenheidsonderzoek. Provinciaal Arbeidsplaatsen Register (PAR) Resultaten werkgelegenheidsonderzoek Provinciaal Arbeidsplaatsen Register (PAR) 2015 Maarten Bergmeijer Provincie Utrecht afdeling MEC, team Economie par@provincie-utrecht.nl www.provincie-utrecht.nl/par

Nadere informatie

Sterkste groei vacatures in Zeeland

Sterkste groei vacatures in Zeeland Sterkste groei vacatures in Zeeland Cijfers Adzuna : Gemiddeld aangeboden salaris in vacatures neemt met 4,6% toe. AMSTERDAM De Nederlandse arbeidsmarkt heeft in het eerste kwartaal van 2017 de groei verder

Nadere informatie

Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek

Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek Planvoornemen In opdracht van de gemeente Delfzijl, vertegenwoordigd door mevr. E. van Joolen, is een cultuurhistorisch

Nadere informatie

Thema 4 Platteland. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 5

Thema 4 Platteland. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 5 Meander Samenvatting groep 5 Thema 4 Platteland Samenvatting Landbouw Bijna alles wat je eet, komt van de landbouw. De akkerbouwer verbouwt bijvoorbeeld aardappelen, tarwe of mais. Hij strooit eerst mest

Nadere informatie

Genetisch gewijzigde aardappelen ter bestrijding van de aardappelziekte. met de medewerking van

Genetisch gewijzigde aardappelen ter bestrijding van de aardappelziekte. met de medewerking van Genetisch gewijzigde aardappelen ter bestrijding van de aardappelziekte met de medewerking van De aardappelziekte De aardappelziekte wordt veroorzaakt door Phytophthora infestans, een schimmelachtig organisme.

Nadere informatie

Van oude rasschen, de dingen die voorbijgaan. ArndJan van Wijk

Van oude rasschen, de dingen die voorbijgaan. ArndJan van Wijk Van oude rasschen, de dingen die voorbijgaan ArndJan van Wijk Stichting Op Goede Gronden Opgericht 14 december 2009 Doelstelling In standhouden traditionele Zeeuwse landbouw Oude landbouwrassen Paardentractie

Nadere informatie

Brauerei Ibing Friedrich en Richard Ibing werden geboren als de jongste zonen van een befaamd lakenmakersgeslacht, dat al ruim 200 in de textielindust

Brauerei Ibing Friedrich en Richard Ibing werden geboren als de jongste zonen van een befaamd lakenmakersgeslacht, dat al ruim 200 in de textielindust Brauerei Ibing Friedrich en Richard Ibing werden geboren als de jongste zonen van een befaamd lakenmakersgeslacht, dat al ruim 200 in de textielindustrie actief was. De achteruitgang van deze industrie

Nadere informatie

Limburg tussen staf en troon 1000 jaar graafschap Loon. les 1: Wie waren de graven van Loon

Limburg tussen staf en troon 1000 jaar graafschap Loon. les 1: Wie waren de graven van Loon Limburg tussen staf en troon 1000 jaar graafschap Loon les 1: Wie waren de graven van Loon Na deze les kan je de geschiedenis van het graafschap Loon aanduiden op je tijdbalk; kan je informatie opzoeken

Nadere informatie

Stop met zeuren over Rusland. Die tijd komt nooit meer terug.

Stop met zeuren over Rusland. Die tijd komt nooit meer terug. Stop met zeuren over Rusland. Die tijd komt nooit meer terug. Als Limburgse wijnmaker en distillateur zag ik zich het drama in de Limburgse fruitteelt voltrekken. Fruittelers die hun hele hebben en houden

Nadere informatie

Beleidsplan Oudheidkundige Kring De Vier Ambachten

Beleidsplan Oudheidkundige Kring De Vier Ambachten Beleidsplan Oudheidkundige Kring De Vier Ambachten Pagina 1 van 9 Inhoud Inleiding... 4 Aanleiding... 4 Betrokkenen... 4 Geldigheidsduur... 4 Publicatie... 4 Organisatie... 4 Rechtspersoonlijkheid....

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt 1 januari 2000 tot en met 30 juni 2001

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt 1 januari 2000 tot en met 30 juni 2001 Dienst Landelijk Gebied Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt 1 januari 2000 tot en met 30 juni 2001 Inleiding. In deze notitie wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de agrarische grondprijzen

Nadere informatie

memo gemeente Lingewaard, Dion Steenbergen , hoofdlijnen mitigatieplan kleine wolfsmelk Houtakker II, Bemmel

memo gemeente Lingewaard, Dion Steenbergen , hoofdlijnen mitigatieplan kleine wolfsmelk Houtakker II, Bemmel memo aan: van: gemeente Lingewaard, Dion Steenbergen SAB, Eric Verkaik c.c.: datum: 15 september 2017 betreft: 160472, hoofdlijnen mitigatieplan kleine wolfsmelk Houtakker II, Bemmel INLEIDING Aan de Houtakker

Nadere informatie

Vastgoedbericht november 2010

Vastgoedbericht november 2010 21 december 20 Vastgoedbericht november 20 Het Kadaster brengt maandelijks een vastgoedbericht uit. Hierin worden statistieken gepresenteerd met de ontwikkelingen van de afgelopen maand: de prijsindex,

Nadere informatie

3/13/2014. Klimaatverandering vraagt om innovatie. Crises op meerdere fronten

3/13/2014. Klimaatverandering vraagt om innovatie. Crises op meerdere fronten Klimaatverandering vraagt om innovatie De crisis als voorbode van grote veranderingen in economie en maatschappij Brabantse Waterdag 28 februari 2014 s Hertogenbosch door Pier Vellinga Hoogleraar aan Wageningen

Nadere informatie

Hoe evolueert de aardappelteelt in de toekomst?

Hoe evolueert de aardappelteelt in de toekomst? Hoe evolueert de aardappelteelt in de toekomst? Oudenaarde, 31 januari 2017 Guy Vandepoel, Lid Hoofdbestuur Boerenbond Een sector in expansie BE aardappelproductie groeit sneller ten opzichte van Europese

Nadere informatie

De Regio Top 40. Economisch presteren van het regionale bedrijfsleven

De Regio Top 40. Economisch presteren van het regionale bedrijfsleven Economisch presteren van het regionale bedrijfsleven September 2008 Een nieuwe naam, een nieuw model Ook dit jaar kent onze Regio Top 40 weer enkele verrassende uitkomsten. Lees in deze uitgave hoe winnaars

Nadere informatie

Hoofdweg 39 te Slochteren (gemeente Slochteren) Een Archeologisch Bureauonderzoek

Hoofdweg 39 te Slochteren (gemeente Slochteren) Een Archeologisch Bureauonderzoek Hoofdweg 39 te Slochteren (gemeente Slochteren) Een Archeologisch Bureauonderzoek Administratieve gegevens provincie: gemeente: plaats: Groningen Slochteren Slochteren toponiem: Hoofdweg 39 bevoegd gezag:

Nadere informatie

SPRUITKOOLMARKT IN EUROPA

SPRUITKOOLMARKT IN EUROPA SPRUITKOOLMARKT IN EUROPA SPRUITKOOL STUDIEAVOND INAGRO 6 MAART 2015 M. Smetryns Portfolio Manager Brassica Europe North EVOLUTIE VAN HET SPRUITKOOLAREAAL IN BELGIE 4.000 3.500 3.000 2.500 2.000 1.500

Nadere informatie

Hypotheek Index Q1 2018

Hypotheek Index Q1 2018 Hypotheek Index Q1 2018 De Hypotheker schetst de situatie op de huizenmarkt. Waterbedeffect goed zichtbaar in Randstad Huizenkopers wijken uit naar gemeenten rondom de grote steden. Zo steeg het aantal

Nadere informatie

Nederlander minder op vakantie in 2010

Nederlander minder op vakantie in 2010 Vakantieparticipatie De vakantieparticipatie geeft het percentage van de Nederlandse bevolking weer dat in het onderzoeksjaar minstens één keer op vakantie is geweest. In de vorige eeuw is de vakantieparticipatie,

Nadere informatie

KWARTAALMONITOR JULI Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland

KWARTAALMONITOR JULI Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland KWARTAALMONITOR JULI 2017 Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland Inhoud 3 HERSTELLENDE MARKT HUNKERT NAAR HERZIENINGEN 4 FREELANCERS EN FLEXWERKERS ONVERMINDERD POPULAIR 5 JONGE

Nadere informatie

Kwartaalmonitor Q

Kwartaalmonitor Q Kwartaalmonitor Q4 215. Inhoud Persbericht 4 Inleiding 6 Overzicht per branche 7 Vergelijking Q1 215, Q2 215, Q3 215 en Q4 215 Starters per branche 7 Opgeheven bedrijven naar branche 7 Failliete bedrijven

Nadere informatie

Van baan naar eigen baas

Van baan naar eigen baas M200912 Van baan naar eigen baas drs. A. Bruins Zoetermeer, juli 2009 Van baan naar eigen baas Ruim driekwart van de ondernemers die in de eerste helft van 2008 een bedrijf zijn gestart, werkte voordat

Nadere informatie

De economische structuur van het Oldambt*

De economische structuur van het Oldambt* 98 De economische structuur van het Oldambt* Onder het Oldambt verstaan wij thans de gemeenten Termünten, Noordbroek, Zuidbroek, Meeden, Scheemda, Midwolda, Finsterwold, Beerta, Nieuwe Schans, Winschoten,

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013 Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013 n 18 T/3 www.notaris.be VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 87,7 101,6 100 99,8 101 102,1 102,6 106,4 106,8 101,7 99,2 99,2 102,8 94,1

Nadere informatie

Vastgoedbericht mei 2010

Vastgoedbericht mei 2010 Vastgoedbericht mei 20 Het Kadaster brengt maandelijks een vastgoedbericht uit. Hierin worden statistieken gepresenteerd met de ontwikkelingen van de afgelopen maand: de prijsindex, het aantal verkochte

Nadere informatie

Nijverheidsstatistiek Struve en Bekaar

Nijverheidsstatistiek Struve en Bekaar Nijverheidsstatistiek Struve en Bekaar 1887-1889 Nederlandsch Economisch-Historisch Archief (NEHA) Cruquiusweg 31 1019 AT Amsterdam Nederland hdl:10622/arch03875 IISG Amsterdam 2015 Inhoudsopgave Nijverheidsstatistiek

Nadere informatie

VERSLAG VAN EESTERENGESPREK #16 TUINEN VAN WEST BRENGT STAD EN LAND DICHTER BIJ ELKAAR

VERSLAG VAN EESTERENGESPREK #16 TUINEN VAN WEST BRENGT STAD EN LAND DICHTER BIJ ELKAAR VERSLAG VAN EESTERENGESPREK #16 TUINEN VAN WEST BRENGT STAD EN LAND DICHTER BIJ ELKAAR In 2012 stond het eerste drieluik Van Eesterengesprekken, met bijbehorende excursies, in het teken van openbaar groen,

Nadere informatie

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal Graydon kwartaal monitor Kwartaal 2 216 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Overzicht per branche 5 Vergelijking Q4-215, Q1 216 en Q2 216 Starters per branche 5 Opheffingen per branche 6 Faillissementen

Nadere informatie

Rijksmonumenten - nabijheid

Rijksmonumenten - nabijheid De Erfgoedmonitor Home > Indicatoren > Rijksmonumenten - nabijheid Rijksmonumenten - nabijheid Publicatiedatum: 18 januari 2018 Rijksmonumenten zijn in Nederland, met uitzondering van Flevoland, bijna

Nadere informatie

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak? QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak? Komt er QE in de eurozone? Sinds enige maanden wordt er op de financiële markten gezinspeeld op het opkopen van staatsobligaties door de Europese

Nadere informatie

Vastgoedbericht juli 2010

Vastgoedbericht juli 2010 19 augustus 20 Vastgoedbericht juli 20 Het Kadaster brengt maandelijks een vastgoedbericht uit. Hierin worden statistieken gepresenteerd met de ontwikkelingen van de afgelopen maand: de prijsindex, het

Nadere informatie

Hoog tijd voor een écht duurzame landbouw

Hoog tijd voor een écht duurzame landbouw nnnnnnnnnnnnnnnnnnnnnn... Hoog tijd voor een écht duurzame landbouw een visie over de hervormingen in de landbouw Oktober 2013 nnnnnnnnnnnnnnnnnnnnnn... Inleiding Landbouwbeleid heeft grote invloed op

Nadere informatie

Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, augustus 2008

Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, augustus 2008 Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 26-28 augustus 2008 - Wim Giesen, 30 augustus 2008 25-28 augustus 2008 is een bezoek gebracht aan de mitigatielocaties op Tholen (Dortsman Noord en Krabbenkreek

Nadere informatie

PLANTAGELANDBOUW IN LATIJNS-AMERIKA

PLANTAGELANDBOUW IN LATIJNS-AMERIKA PLANTAGELANDBOUW IN LATIJNS-AMERIKA 0 Lesschema 1 WAT IS PLANTAGELANDBOUW? 1.1 Bestudeer de afbeeldingen en satellietbeelden van plantages 1.2 Input, proces en output 2 WAAR DOET MEN AAN PLANTAGELANDBOUW?

Nadere informatie

Lesbrief MAASVLAKTE 2 OPDRACHT 1 - TOPOGRAFIE EN AARDRIJKSKUNDE

Lesbrief MAASVLAKTE 2 OPDRACHT 1 - TOPOGRAFIE EN AARDRIJKSKUNDE Lesbrief Onderbouw voortgezet onderwijs - HAVO MAASVLAKTE 2 De haven van Rotterdam wordt te klein, omdat we steeds meer goederen bestellen uit verre landen. Daarom komt er een nieuw stuk haven: Maasvlakte

Nadere informatie

Vastgoedbericht augustus 2010

Vastgoedbericht augustus 2010 Vastgoedbericht augustus 20 Het Kadaster brengt maandelijks een vastgoedbericht uit. Hierin worden statistieken gepresenteerd met de ontwikkelingen van de afgelopen maand: de prijsindex, het aantal verkochte

Nadere informatie

Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, september 2008

Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, september 2008 Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 25-26 september 2008 - Wim Giesen, 2 oktober 2008 25-26 september is een bezoek gebracht aan de mitigatielocaties op Tholen (Dortsman Noord en Krabbenkreek Zuid),

Nadere informatie

Oppervlak en concentratie bloembollenteelt en boomteelt,

Oppervlak en concentratie bloembollenteelt en boomteelt, Oppervlak en concentratie bloembollenteelt en boomteelt, 2003-2006 Indicator 8 december 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij. Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude

Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij. Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude 8 + 9 september 2012 Vanaf dit punt had u voor 1759 uitzicht op de Hazerswoudse Plas, al het ingekleurde

Nadere informatie

Oost-Nederland REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT. Marktstructuur. Vraag. Aanbod

Oost-Nederland REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT. Marktstructuur. Vraag. Aanbod REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT Oost-Nederland Marktstructuur Voorraad kantoorruimte in Oost-Nederland (*1. m²) 43.8 4.136 2.481 Overig Nederland In de oostelijke provincies is ruim 13% van

Nadere informatie

Nederlands eerste witbier Witte Raaf terug van weggeweest

Nederlands eerste witbier Witte Raaf terug van weggeweest 14 mei 2019, 11:05 (CEST) Nederlands eerste witbier Witte Raaf terug van weggeweest Hertog Jan en Bronckhorster Brewing Company herintroduceren Nederlands witbier Arcen, 14 mei 2019 Aanstaande donderdag

Nadere informatie

OMMETJE VEENSCHAP:GESCHIEDENIS

OMMETJE VEENSCHAP:GESCHIEDENIS OMMETJE VEENSCHAP:GESCHIEDENIS ROUTE 6 km 20 18 Wandeling door het unieke Veenschap met haar typische Vriezenveense verkavelingspatroon: lange smalle akkers. Dit ommetje voert o.a. over het mooie knuppelpad

Nadere informatie

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, Fact sheet nummer 1 maart 2004 Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, 1994-2003 Waar in Amsterdam wonen allochtone jongeren en ouderen? Allochtonen wonen vaker dan autochtonen in gezinsverband

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Over de. Bernard van Leer Foundation

Over de. Bernard van Leer Foundation Over de Bernard van Leer Foundation Wie wij zijn De Bernard van Leer Foundation gelooft dat het realiseren van een sterke start voor alle jonge kinderen niet alleen goed is om te doen vanuit moreel perspectief,

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. De notitie is als volgt ingedeeld: 1. Samenvatting 2. Achtergrond

Nadere informatie

Bever, Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Bever, Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving ( Indicator 3 december 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Dankzij herintroducties (vanaf

Nadere informatie

Archol bv. Ivo van Wijk. Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein

Archol bv. Ivo van Wijk. Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein 2012 Archol bv Ivo van Wijk Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat

Nadere informatie

1.4 Factoren die bepalend zijn voor reële convergentie

1.4 Factoren die bepalend zijn voor reële convergentie Productiviteit, concurrentiekracht en economische ontwikkeling Concurrentiekracht wordt vaak beschouwd als een indicatie voor succes of mislukking van economisch beleid. Letterlijk verwijst het begrip

Nadere informatie

Beleidsplan 2015 en volgende jaren

Beleidsplan 2015 en volgende jaren Beleidsplan 2015 en volgende jaren A. Inleiding De Stichting Vrienden van Brabantse Landgoederen is medio 2012 opgericht. Doelstelling van de stichting is het bij een groter publiek onder de aandacht brengen

Nadere informatie

Internationale handel visproducten

Internationale handel visproducten Internationale handel visproducten Marktmonitor ontwikkelingen 27-211 en prognose voor 212 Januari 213 Belangrijkste trends 27-211 Ontwikkelingen export De Nederlandse visverwerkende industrie speelt een

Nadere informatie

Vastgoedbericht april 2010

Vastgoedbericht april 2010 Vastgoedbericht april 20 Het Kadaster brengt maandelijks een vastgoedbericht uit. Hierin worden statistieken gepresenteerd met de ontwikkelingen van de afgelopen maand: de prijsindex, het aantal verkochte

Nadere informatie

SNIJBOON ONDER GLAS 2015

SNIJBOON ONDER GLAS 2015 SNIJBOON ONDER GLAS 215 1. Snijboon - vergelijking stengelheid en frequentie TOAGLA15SJB_TT1 Doel van de proef Bepalen wat de invloed is van de stengelheid en de frequentie van ken op de arbeidsduur en

Nadere informatie

Duiven. Introductie. Bron:

Duiven. Introductie. Bron: Duiven Duiven Introductie Duiven is een levendige gemeente, bestaande uit het dorp Duiven en de kleinere kernen Groessen en Loo, respectievelijk ten zuidoosten en zuidwesten van het dorp Duiven. De gemeente

Nadere informatie

Levende cultuur in ons landschap. Geert Boink SZH Landgoed Mariënwaerdt Beesd 20-04-2012

Levende cultuur in ons landschap. Geert Boink SZH Landgoed Mariënwaerdt Beesd 20-04-2012 Levende cultuur in ons landschap Geert Boink SZH Landgoed Mariënwaerdt Beesd 20-04-2012 Onderwerpen De levende cultuur Ons landschap Levende cultuur behouden conclusies De levende cultuur Cultuurhistorische

Nadere informatie

DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ Vlaamse overheid Koning Albert II-laan 35 bus BRUSSEL T F

DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ Vlaamse overheid Koning Albert II-laan 35 bus BRUSSEL T F DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ Vlaamse overheid Koning Albert II-laan 35 bus 40 1030 BRUSSEL T 02 552 77 05 F 02 552 77 01 www.vlaanderen.be VERSLAG BEHEERSCOMITÉ VARKENS 19 SEPTEMBER 2018 ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

Van kleine boer tot robot

Van kleine boer tot robot Van kleine boer tot robot Modernisering in de Nederlandse landbouw 1945-2015 Lezing bij ICAG Leuven (KU Leuven) 10 december 2015 Dr. Erwin H. Karel Rijksuniversiteit Groningen Nederlands Agronomisch Historisch

Nadere informatie

Markten en steden hv123

Markten en steden hv123 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 11 september 2017 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/62232 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van

Nadere informatie

Nationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016

Nationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016 Nationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016 Geldshop heeft uitgebreid onderzoek naar leningaanvragen in Nederland 2016 uitgevoerd. In totaal werd de data van 29.501 aanvragen

Nadere informatie

Gezonde bodem, precisielandbouw & weerbaar gewas. onderdeel van Koepelproject plantgezondheid bomen en vaste planten

Gezonde bodem, precisielandbouw & weerbaar gewas. onderdeel van Koepelproject plantgezondheid bomen en vaste planten Gezonde bodem, precisielandbouw & weerbaar gewas onderdeel van Koepelproject plantgezondheid bomen en vaste planten Doel van project Door middel van beperkte eerste ervaringen in een project waarin boomkwekers

Nadere informatie

Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af

Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af Inleiding Door de opkomst van moderne informatie- en communicatietechnologieën is het voor huishoudens eenvoudiger en goedkoper geworden om de vrije besparingen,

Nadere informatie

BOERMARKEN IN DRENTHE

BOERMARKEN IN DRENTHE BOERMARKEN IN DRENTHE Historie Geschiedenis gaat ver terug. Het begrip Boermarke, ook wel Marke genoemd, gaat in feite terug tot de tijd van de Germanen die zich op vaste plaatsen gingen vestigen. MARKE,

Nadere informatie

buitenruimte mcdonald s Leiden zuid

buitenruimte mcdonald s Leiden zuid buitenruimte mcdonald s Leiden zuid Colofon Opdrachtgever: McDonald s locatie: Leiden zuid Door: Donkergroen Harste 5 Postbus 145 8600 AC Sneek Tel. (0515) 41 73 25 Fax. (0515) 42 63 25 Klantnummer: 174410

Nadere informatie

Eikenprocessierups en klimaatverandering,

Eikenprocessierups en klimaatverandering, Indicator 31 januari 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Sinds de eerste waarneming van

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/21974 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Hermans, Dagobert Bernardus Maria Title: Middeleeuwse woontorens in Nederland :

Nadere informatie

VEENBRANDEN EN BOEKWEIT

VEENBRANDEN EN BOEKWEIT VEENBRANDEN EN BOEKWEIT Een grote veenbrand van 1833 Het voorjaar van 1833 was droog geweest. De laatste dagen waren warm, zelfs heet geweest. Op maandag 10 juni 1833 om 12 uur s middags is het op weerstation

Nadere informatie