Definitief, 22 maart 2007 School of Social Work Rotterdam, Hogeschool INHOLLAND.

Transcriptie

1 Definitief, 22 maart 2007 School of Social Work Rotterdam, Hogeschool INHOLLAND. In de meta-evaluatie is een aantal onderzoeken naar de stand van zaken op de School of Social Work Rotterdam gebundeld. Hieruit komt een goed beeld naar voren van de school: wat zijn zaken die goed gaan, welke actiepunten kunnen worden onderscheiden? Kijkend naar items die goed gaan, vallen de volgende zaken op: Medewerkers zijn over een aantal zaken tevreden, zo blijkt uit de resultaten van het medewerkerstevredenheidsonderzoek, met name over de functie die zij bekleden, over hun collega s en de taakverdeling binnen het team. Ook over leidinggevenden zijn zij tevreden. De taakverdeling binnen het team is hierbij belangrijk, immers: het delen van kennis leidt er ook toe dat collega s het werk, en daarmee de werkdruk, onderling kunnen verdelen. Bij de studentenevaluaties vallen in positieve zin op: de mate van vereiste zelfstandigheid van studenten en de mate waarin van studenten planmatig werken wordt gevraagd. Ook de praktijkgerichtheid wordt goed beoordeeld. Toch zou, gezien de score op het buitenschools programma en de relatie tussen werkervaring en opleiding, nog wat meer aandacht moeten worden besteed aan het aanscherpen van kritische beroepssituaties en het binnenhalen van gastdocenten. Alumni zijn over het algemeen tevreden over de opleiding. Met name de volgende items scoren goed: de opleiding is voldoende om de competenties verder te ontwikkelen, de opbouw van het programma, de samenhang tussen de vakken en de kwaliteit van docenten. Tot slot komt uit de managementrapportage van de directeur nog een aantal positieve punten naar voren. Het gaat dan om de onderwijsontwikkeling, het instellen van de toetscommissie, de relatie met kenniskring en lectoraten (conferenties, studiedagen enzovoort), de implementatie en uitvoering van de klachtenprocedure, de mate van betrokkenheid van managers bij het team. Op dit laatste punt is veel actie ondernomen, goed is ook dat dit terug te zien is in de scores van het medewerkerstevredenheidsonderzoek. Tenslotte heeft de School veel gedaan op het gebied van regionale contacten (inbedding), inclusief de samenwerking met de ROC s. Een groot deel van de actiepunten naar aanleiding van de onderzoeken en evaluaties die in de meta-evaluatie worden samengevoegd, is al in afzonderlijke actieplannen opgepakt, zie bijvoorbeeld de plannen: MTO, medewerkerspanel; STO, en hoe nu verder? Werkdrukonderzoek 2006.

2 Daarnaast komt uit de meta-evaluatie nog een aantal zaken naar voren (met name naar aanleiding van de evaluaties) die (extra) aandacht behoeven in het studiejaar Bij deze punten worden aanbevelingen gedaan voor acties. Blended learning Om blended learning te bevorderen, zou er meer gebruik moeten worden gemaakt van Blackboard, te beginnen met het maken van leeromgevingen in Blackboard. Daarnaast zal de ontwikkeling van digi-sw (een digitale Social Work-opleiding) een positieve impuls zijn hiervoor. Ook het digitaal aanbieden van formatieve toetsen bevordert het gebruik van ICT. Buitenschools programma (relatie opleiding/ werkervaring) De toetsen en de leeromgeving moeten beter aansluitenbij de actuele ontwikkelingen in de beroepspraktijk, bijvoorbeeld door ze samen met lectoraat en beroepenveldcommissie te ontwikkelen. Uiteraard kunnen deze ook worden aangedragen door docenten vanuit hun ervaring in de praktijk. Met name voor deeltijders zou hun werkervaring meer terug moeten komen in de leeromgeving. Internationalisering Internationale ontwikkelingen in de beroepskolom dienen explicieter in het onderwijs terug te komen. Er kan meer internationale literatuur (eventueel vertaald) worden gebruikt bij het onderwijs. Ook kunnen de aanwezige internationale contacten meer worden aangewend tbv het onderwijs. Het plan internationalisering dient te worden vastgesteld en, uiteraard, te worden uitgevoerd. Vanuit de onderwijsregiegroep zou ook meer sturing kunnen worden uitgeoefend op deze zaken (internationalisering, buitenschools programma en internationale literatuur). Alumni Voor onze alumni valt op dit moment niet genoeg te halen bij de school. Hier kan een verbeterslag gemaakt worden. Te denken valt hierbij aan gratis scholing voor alumni (deskundigheidsbevordering) of aan workshops over actuele ontwikkelingen in het beroep. Alumni zullen worden uitgenodigd voor de conferenties die de School organiseert, en er worden alumnidagen georganiseerd, zowel voor de voltijd- als voor de deeltijd-alumni. Het alumniplan dient de worden vastgesteld en, uiteraard, te worden uitgevoerd. Studieloopbaanbegeleiding Inmiddels is er nieuw SLB-beleid opgezet. Uit de SLB-scan is gebleken dat dit beleid accreditatiewaardig is. Ook van docenten en studenten horen we positieve geluiden over het nieuwe SLB-beleid. Op dit moment is het daarom niet nodig op dit gebied nieuwe actiepunten te benoemen; doorzetten van het nieuwe beleid is vooralsnog afdoende. De inhoud van het nieuwe beleid is goed, de praktische uitvoering kan

3 beter. Studieloopbaanbegeleiding moet meer gedragen worden door het docententeam. Behalen van nakijktermijnen Uit het studententevredenheidsonderzoek blijkt nog steeds dat de nakijktermijnen niet behaald worden. Ook uit de tweewekelijkse metingen t.b.v. de verbeterbarometer komt dit beeld naar voren. Probleem is vaak niet zozeer het nakijken van toetsen zelf, alswel de communicatie naar de backoffice en het invoeren van de cijfers in peoplesoft. Op dit moment neemt de School deel in het project INControl, dat zich over dit soort zaken buigt. Het managementteam dient daarnaast meer te sturen op basis van de rapportages die de backoffice aanlevert. Inhoudelijke terugkoppeling op toetsen. De inhoudelijke terugkoppeling van toetsen naar studenten is een belangrijk onderdeel van de PDCA-cyclus in het toetsbeleid. Dàt de toetsen moeten worden teruggekoppeld naar studenten, daar is iedereen het wel over eens. De vraag is alleen hoe. Dit zal in de eerstvolgende bijeenkomsten van de studentpanels besproken worden door de managers. Een aantal (externe) onderzoeken is nog eens extra naast elkaar gelegd, te weten: het Elsevier-onderzoek; de keuzegids Hoger Onderwijs; HBO-monitor; Studententevredenheidsonderzoek (intern onderzoek). (Zie voor de resultaten hierna) Het beeld dat hieruit naar voren komt (voor wat betreft de actiepunten), is niet erg afwijkend van het voorgaande, namelijk: internationalisering; SLB; Inhoudelijke terugkoppeling toetsen; Nakijktermijnen; Roosters (op tijd & de naleving van); Communicatie met studenten. Twee nieuwe zaken worden in deze laatste opsomming genoemd: Roosters (op tijd & de naleving van) Op dit moment zijn deze twee zaken nog teveel communicerende vaten: als de roosters op tijd zijn, wil er nog wel eens een aantal wijzigingen volgen. Dat er een en ander kan worden verbeterd als het gaat om de roosters is evident. Hiervoor zijn twee oorzaken aan te wijzen: enerzijds wordt gewerkt met een nieuw onderwijsconcept, dat ook een

4 compleet nieuw rooster met zich meebrengt, anderzijds is het proces vóór het opleveren van het rooster niet optimaal. Dit laatste aspect wordt meegenomen in het project INControl (zie hiervoor). Het eerste aspect is een tijdelijk fenomeen. Communicatie met studenten Dit wordt opgepakt in de beleidsnotitie communicatie, waar op dit moment aan gewerkt wordt. Sowieso wordt de studentennieuwsbrief meer structureel opgepakt.

5 Onderzoek: Elsevier (10-punts) Keuzegids (10-puntsschaal) STO (5-puntsschaal) HBO-monitor (10 puntsschaal) (2005) (2006) (2004) RD DH RD DH RD DH RD DH RD DH RD DH Docenten totaal Inrichting opleiding Inhoud Samenhang Keuzeruimte Werkvormen Voorber. loopbaan Stimulans ervaring opdoen buitenland Vold. aandacht internat. ontw. SLB is zinvol Toetsing Inhoudelijke terugkoppeling Minder dan 20 respondenten

6 Onderzoek: Elsevier (10-punts) Keuzegids (10-puntsschaal) STO (5-puntsschaal) HBO-monitor (10 puntsschaal) (2005) (2006) (2004) RD DH RD DH RD DH RD DH RD DH RD DH Faciliteiten Gebouwen Organisatie, communicatie & kleine kwaliteit Cijfers op tijd bekend Communicatie met student Tentamen- en collegeroosters Lesrooster algemeen Lesroosters op tijd Naleving lesroosters Tentamenroosters Alleen bij deze vraag van het STO geldt een 10-puntsschaal 3 Minder dan 20 respondenten

7 Onderzoek: Elsevier (10-punts) Keuzegids (10-puntsschaal) STO (5-puntsschaal) HBO-monitor (10 puntsschaal) (2005) (2006) (2004) RD DH RD DH RD DH RD DH RD DH RD DH op tijd Tevreden opl. problemen/ klachtafhandeling Verbeteringen nav evaluaties Na de opleiding 4 Kwalificatie Allocatie (waar komt men terecht) Extern rendement (vb/.loon: wat levert het op?) 4 Scores van de drie opleidingen zijn landelijk laag. INHOLLAND valt niet in positieve danwel negatieve zin op.