Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen"

Transcriptie

1 Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 11 januari 2017 Beslissingen i.v.m. studiebetwistingen Arrest nr van 19 januari 2017 in de zaak 2016/

2 Arrest nr van 19 januari 2017 in de zaak 2016/500 In zake: Tegen: Sarah PEREZ Woonplaats kiezend te 1800 Vilvoorde Davidstraat 5 VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten Alain François en Allan Magerotte kantoor houdend te 1050 Brussel Louizalaan 99 Bij wie woonplaats wordt gekozen I. Voorwerp van de vordering Het beroep, ingesteld op 26 september 2016, strekt tot nietigverklaring van de beslissing van de interne beroepsinstantie van 15 september 2016 waarbij het intern beroep van verzoekster ontvankelijk, maar niet gegrond werd verklaard. II. Verloop van de rechtspleging Verwerende partij heeft een antwoordnota ingediend. De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 9 november Kamervoorzitter Bertel De Groote heeft verslag uitgebracht. Advocaat Allan Magerotte, die verschijnt voor de verwerende partij, is gehoord. De Raad heeft middels beschikking 2016/II/005 van 12 december 2016 partijen de mogelijkheid geboden standpunt in te nemen omtrent een ambtshalve opgeworpen exceptie. Verwerende partij heeft een toelichtende nota ingediend. De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 11 januari 2017.

3 Kamervoorzitter Bertel De Groote heeft verslag uitgebracht. Advocaat Allan Magerotte, die verschijnt voor de verwerende partij, is gehoord. III. Feiten Verzoekster is sinds academiejaar ingeschreven in de opleiding Bachelor in de psychologie. Aan het eind van academiejaar kreeg ze een bindende voorwaarde opgelegd, wegens het niet-behalen van een credit voor het opleidingsonderdeel Ontwikkelingspsychologie I na vier examenkansen. De bindende voorwaarde hield in dat verzoekster bij herinschrijving in dezelfde opleiding voor minstens 50% van de opgenomen studiepunten diende te slagen, waaronder het betrokken opleidingsonderdeel. Verzoekster behaalde in academiejaar van de 66 opgenomen studiepunten. Zij slaagde na twee bijkomende examenkansen niet voor het opleidingsonderdeel Ontwikkelingspsychologie I. De examencommissie besliste op 9 september 2016 de herinschrijving van verzoekster in de opleiding Bachelor in de psychologie te weigeren, gezien zij haar bindende voorwaarde niet was nagekomen. Verzoekende partij stelde op datum van 9 september 2016 een intern beroep in bij de interne beroepsinstantie van de onderwijsinstelling. Bij beslissing van de interne beroepsinstantie op datum van 15 september 2016 werd het intern beroep ontvankelijk, maar ongegrond verklaard. De interne beroepsinstantie stelt dat zij akte neemt van het overlijden van de grootvader van verzoekster en hiervoor begrip heeft. Niettemin stelt de interne beroepsinstantie vast dat verzoekster de verplaatsing van het examen Biologische Psychologie II, gepland op 18 augustus 2016, heeft aangevraagd en bekomen, en pas op 29 augustus examen heeft afgelegd.

4 Daarnaast was zij op 22 augustus aanwezig op het examen voor het opleidingsonderdeel Persoonlijkheids- en gedragsstoornissen, waarvoor zij wel slaagde met 10/20. Tenslotte stelt de interne beroepsinstantie vast dat verzoekster haar examenkans van de eerste zittijd voor het opleidingsonderdeel Ontwikkelingspsychologie I niet heeft benut, hoewel zij wist dat zij in academiejaar voor dit opleidingsonderdeel diende te slagen. De interne beroepsinstantie is dan ook niet overtuigd dat de ingeroepen familiale context van dien aard is dat het de gebrekkige studievoortgang van het afgelopen academiejaar als geheel verklaart, te meer daar verzoekster diverse examenkansen niet benut heeft, zowel voor het betrokken opleidingsonderdeel Ontwikkelingspsychologie I als voor andere opleidingsonderdelen. Verder stelt de interne beroepsinstantie dat overeenkomstig artikel 85, 2 van het Onderwijsen Examenreglement (op grond waarvan de bindende voorwaarde destijds werd opgelegd), aan de student ingeschreven onder diplomacontract een bindende voorwaarde wordt opgelegd indien hij reeds tweemaal voor een bepaald opleidingsonderdeel was ingeschreven en hiervoor geen creditbewijs behaalde. De student dient bij een herinschrijving via diplomacontract voor dezelfde opleiding voor minstens de helft van de opgenomen studiepunten credits te verwerven, waaronder het betrokken opleidingsonderdeel. Wanneer de student niet aan deze bindende voorwaarde voldoet, wordt de inschrijving voor dezelfde opleiding evenals voor opleidingsonderdelen ervan geweigerd (onder welk contracttype ook). De student kan uitzonderlijke omstandigheden laten gelden ter rechtvaardiging van de gebrekkige studievoortgang. De interne beroepsinstantie stelt op basis van het dossier vast dat verzoekster reeds sinds het academiejaar als dagstudent ingeschreven is in de opleiding Bachelor in de psychologie van 180 studiepunten en dat zij na 4 academiejaren nog steeds 38 studiepunten moet verwerven. De interne beroepsinstantie wijst op de manifest gebrekkige studievoortgang van verzoekster. De interne beroepsinstantie stelt ook vast dat aan verzoekster reeds bindende voorwaarden werden opgelegd, zodat ze afdoende gewaarschuwd was dat zij voldoende studievoortgang diende te maken teneinde een weigering voor het academiejaar te ontlopen. Verzoekster was hiervan op de hoogte en heeft dit uitdrukkelijk bevestigd, zoals blijkt uit haar beroepsschrift. De door haar ingeroepen familiale context is verder, en ondanks het begrip dat de interne beroepsinstantie hiervoor enigszins kan opbrengen, niet van dien aard dat het de door de examencommissie genomen beslissing onredelijk, laat staan kennelijk

5 onredelijk maakt, daar verzoekster er bovendien zelf voor heeft gekozen om bepaalde examenkansen niet te benutten los van deze familiale context. Ter rechtvaardiging van haar gebrekkige studievoortgang verklaart verzoekster tijdens haar mondelinge toelichting aan de interne beroepsinstantie dat zij lijdt onder faalangst, zelfs in die mate dat verzoekster verklaart zich meermaals tot aan de onderwijsinstelling te hebben verplaatst voor bepaalde examens maar uit angst te zijn teruggekeerd zonder het betrokken examen af te leggen. De interne beroepsinstantie stelt evenwel vast dat, hoewel verzoekster beweert te kampen met faalangst, zij dit op geen enkele wijze aantoont. Bovendien wijst de interne beroepsinstantie erop dat het studiebegeleidingscentrum van de onderwijsinstelling workshops organiseert en hulp aanbiedt in geval van faalangst. Verzoekster geeft zelf toe geen hulp te hebben gezocht bij het studiebegeleidingscentrum. Vermits de thans ingeroepen omstandigheden, waarvoor de interne beroepsinstantie weliswaar enig begrip kan opbrengen, niet ernstig bewezen zijn door verzoekster en zij bovendien tot nu toe geen stappen ondernam om hieraan te remediëren, is de interne beroepsinstantie van oordeel dat het niet onredelijk, laat staan kennelijk onredelijk is dat de ingeroepen omstandigheden als niet in die mate bijzonder worden beoordeeld om, ondanks de manifest gebrekkige studievoortgang en het niet-vervullen van de eerder opgelegde bindende voorwaarden, toch nog toegelaten te worden. De interne beroepsinstantie stelt bovendien vast dat er geen overtuigende elementen worden aangebracht om aan te nemen dat het in het volgende academiejaar beter zal gaan met de studievoortgang van verzoekster. Loutere voornemens van verzoekster volstaan naar het oordeel van de interne beroepsinstantie niet om de weigeringsbeslissing in het gedrang te brengen. Verzoekster geeft slechts aan dat zij, vermits de interne beroepsinstantie haar hierop wees, hulp wil gaan zoeken bij het studiebegeleidingscentrum inzake faalangst. Desondanks wijst de interne beroepsinstantie erop dat verzoekster los hiervan verklaart dat er te veel leerstof is en bepaalde vakken te detaillistisch zijn en dat ze hiermee moeilijkheden ondervindt. Gelet op al het voorgaande blijkt volgens de interne beroepsinstantie dat verzoekster geen gegronde uitzonderlijke omstandigheden kan laten gelden ter rechtvaardiging van haar gebrekkige studievoortgang en dat een volgende inschrijving bovendien geen positief resultaat zal opleveren. De interne beroepsinstantie is dan ook van oordeel dat de beslissing om verzoekster te weigeren niet onredelijk, laat staan kennelijk onredelijk is. Rekening

6 houdend met de zeer gebrekkige studievoortgang van verzoekster de voorbije jaren, het nietbenutten van examenkansen en de afwezigheid van concrete verbeteringsperspectieven, meent de interne beroepsinstantie dan ook dat het niet onredelijk, laat staan kennelijk onredelijk is om de door de examencommissie genomen weigeringsbeslissing te bevestigen. De interne beroepsinstantie beslist dan ook dat het beroep ontvankelijk, maar niet gegrond is. De bestreden beslissing wordt bevestigd. De interne beroepsinstantie adviseert verzoekster contact op te nemen met de studietrajectbegeleiders om de mogelijkheden tot heroriënteren te bespreken. Zo zou verzoekster een professionele bachelor kunnen volgen en later eventueel door middel van een schakelprogramma opnieuw een academische opleiding trachten aan te vatten. De beslissing op intern beroep werd per van 22 september 2016 aan verzoekende partij overgemaakt. Bij aangetekend schrijven van 26 september 2016 diende verzoekende partij een verzoekschrift in bij de Raad. IV. Ontvankelijkheid Verwerende partij betwist de ontvankelijkheid van het verzoekschrift niet. De Raad ziet evenmin redenen om zulks ambtshalve te doen. Het beroep is ontvankelijk. V. De middelen A. Eerste middel Uit het verzoekschrift kan worden opgemaakt dat de verzoekende partij zich in een eerste middel beroept op het redelijkheidsbeginsel. Standpunt van partijen Verzoekster stelt dat haar grootvader, met wie zij een heel sterke band en dagelijks contact had, op 17 augustus 2016 (2 dagen voor het examen Ontwikkelingspsychologie I ) is overleden. Tijdens die periode werden verzoekster, haar ouders en broer overdonderd door dit grote verlies en alle praktische gevolgen. Deze overmachtssituatie stelde verzoekster niet in

7 staat haar voorbereiding voor het examen verder af te werken en haar kennis tijdens het examen te bewijzen. Door deze overweldigende situatie is verzoekster er niet altijd in geslaagd haar latent aanwezige faalangst onder controle te houden. Door bovenvermelde overmachtssituatie kon zij tijdelijk niet meer normaal functioneren, maar legde ze het examen toch af. Naast faalangst heeft verzoekster ook slaapproblemen en ervaart zij veel stress, waardoor er soms maagklachten rezen. Verzoekster heeft hierover gesproken met haar huisdokter, waarvan zij een brief in bijlage heeft gevoegd. Verder stelt verzoekster dat zij bereid is contact op te nemen met professor Van Den Broeck om verder advies te vragen over hoe zij het vak Ontwikkelingspsychologie I het beste aanpakt en studeert. Ze is eveneens bereid om contact op te nemen met het studiebegeleidingscentrum om aan haar faalangst te werken. Daarnaast wil ze ook verdere verbeteringen aan haar studiemethode aanbrengen. Hiervoor zal verzoekster regelmatig contact opnemen met het studiebegeleidingscentrum voor feedback. In academiejaar slaagde verzoekster voor een totaal van 45 studiepunten. Om haar bachelorsdiploma te behalen moet verzoekster nog 38 studiepunten verwerven. Het is de bedoeling van verzoekster om zich dit academiejaar enkel voor deze vakken in te schrijven. Zo verhoogt zij haar slaagkansen in haar laatste bachelorjaar. Omwille van deze overmachtssituatie, vraagt verzoekster de toelating om zich in te schrijven voor het opleidingsonderdeel Ontwikkelingspsychologie I. Verzoekster hoopt dat er begrip kan worden opgebracht voor de uitzonderlijke omstandigheden en dat zij de kans krijgt om haar opleiding verder te zetten. In haar antwoordnota stelt verwerende partij dat beslissingen tot het opleggen van maatregelen van studievoortgangsbewaking hun wettelijke grondslag vinden in artikel II.246 van de Codex Hoger Onderwijs. Verwerende partij blijft ook na 1 september 2015 bevoegd om bij wijze van studievoortgangsbewakingsmaatregel een bindende voorwaarde op te leggen, bijvoorbeeld de verplichting om in het nieuwe academiejaar voor een bepaald percentage van de opgenomen studiepunten te slagen. Indien de betrokken student niet aan deze bindende studievoortgangsmaatregel voldoet, dan kan verwerende partij de inschrijving

8 van de student in het daaropvolgende academiejaar weigeren. Dit werd nader geconcretiseerd in artikel 85 van het OER. Zoals de Raad eerder reeds terecht opmerkte, behoort het beslissen over het al dan niet inschrijven van studenten tot de essentie van de autonomie van elke onderwijsinstelling. Met verwerende partij moet dan ook worden aangenomen dat de examencommissie en de interne beroepsinstantie over een discretionaire bevoegdheid beschikt wanneer zij ten aanzien van studenten maatregelen van studievoortgangsbewaking neemt. In dit verband past het erop te wijzen dat het de Raad als jurisdictioneel orgaan niet toekomt dergelijke beslissingen te toetsen op hun opportuniteit. De Raad is enkel bevoegd om de wettigheid van de voor hem bestreden beslissingen te toetsen. In gevallen waarin het bestuur over beleidsvrijheid beschikt, zoals te dezen het geval is, wordt enkel een marginale toetsing van die beleidsvrijheid aanvaard, waaraan bezwaarlijk kan worden verweten dat het jurisdictioneel orgaan zich daarmee in de plaats van het bestuur zou hebben gesteld. Die marginale toetsing maakt het voor een jurisdictioneel orgaan zoals de Raad mogelijk onredelijke administratieve rechtshandelingen te sanctioneren, maar slechts wanneer de onredelijkheid zo evident is dat het oordeel van de (administratieve) rechter met een algemeen gedeelde rechtsovertuiging overeenstemt, i.e. wanneer hij geconfronteerd wordt met een beoordeling waartoe geen enkel redelijk denkend mens bij afweging van de betrokken belangen had kunnen komen. Die rechtspraak wordt door de Raad overigens consequent toegepast, niet alleen ten aanzien van examenbeslissingen, maar ook ten aanzien van examentuchtbeslissingen en beslissingen waarbij een maatregel van studievoortgangsbewaking wordt opgelegd. Uit de rechtspraak blijkt dat de Raad zich niet in de plaats mag stellen van het bevoegde bestuur, wat de Raad overigens niet doet, ook niet wanneer voor hem beslissingen worden bestreden waarbij maatregelen van studievoortgangsbewaking worden opgelegd. Tevens blijkt dat wanneer het bestuur overweegt om al dan niet een dergelijke maatregel op te leggen en, in voorkomend geval, wanneer het overweegt welke van de maatregelen het in concreto zal opleggen, dit bestuur zich bij het nemen van de beslissing in hoofdzaak laat leiden door de eerder behaalde studieresultaten van de betrokken student. Het staat de student vrij andere elementen aan te voeren, die het bestuur in zijn beoordeling kan betrekken. In casu is er volgens verwerende partij in de bestreden beslissing geen sprake van een schending van het redelijkheidsbeginsel. Verwerende partij stelt vast dat verzoekster zich op familiale en persoonlijke problemen beroept, die de interne beroepsinstantie ertoe hadden

9 moeten aanzetten de initiële weigeringsbeslissing te herzien en verzoekster alsnog toe te laten tot de bacheloropleiding. Verzoekster haalt concreet het overlijden van haar grootvader en faalangst aan. Wat het door verzoekster aangehaalde overlijden van haar grootvader betreft, wil verwerende partij opmerken dat zij vanzelfsprekend begrip kan opbrengen voor dit verlies en de ernst hiervan niet wil betwisten of minimaliseren. Met verwerende partij moet evenwel tegelijk worden vastgesteld dat zij verzoekster reeds tegemoet is gekomen. Verwerende partij heeft immers de verplaatsing van het examen van verzoekster voor het opleidingsonderdeel Biologische Psychologie II op 18 augustus naar 29 augustus 2016 toegestaan wegens overmacht, overeenkomstig de procedure vastgelegd in artikel 111 van het OER. Indien verzoekster ook voor het opleidingsonderdeel Ontwikkelingspsychologie I een verplaatsing van het examen had gevraagd (dit examen was gepland op 19 augustus), dan zou haar dit ook zijn toegestaan. Verzoekster heeft dit echter nagelaten. Verder moet met verwerende partij worden opgemerkt dat verzoekster op 22 augustus 2016 wél aanwezig was op het examen van het opleidingsonderdeel Persoonlijkheids- en gedragsstoornissen, waarvoor zij 10/20 behaalde. Verwerende partij meent op basis hiervan dan ook dat de door verzoekster ingeroepen familiale omstandigheden niet van dien aard zijn dat zij verklaren waarom verzoekster de haar opgelegde bindende voorwaarden niet naleefde, noch dat deze omstandigheden de beslissing van de interne beroepsinstantie onredelijk, laat staan kennelijk onredelijk zouden maken. Dit temeer verzoekster in eerste zittijd de examenkans voor Ontwikkelingspsychologie I onbenut liet, hoewel zij zich ervan bewust was dat hieraan een bindende voorwaarde was verbonden. Wat betreft de door verzoekster ingeroepen faalangst, moet met verwerende partij worden vastgesteld dat verzoekster geen enkel concreet relevant stuk in haar intern beroep ter staving van deze situatie heeft bijgebracht, op basis waarvan de interne beroepsinstantie diende te oordelen. Het is slechts ter zitting van de interne beroepsinstantie dat verzoekster, naast het door haar aangehaalde overlijden van haar grootvader, mondeling melding maakte van faalangst ter verklaring voor het niet-voldaan hebben aan de haar opgelegde bindende voorwaarden. Dat werd evenwel op geen enkele manier gestaafd. Met verwerende partij moet worden vastgesteld dat wanneer dergelijke situatie ter staving van een verzoek tot herinschrijving naar voor wordt gebracht, het wel aan verzoekster is om de interne beroepsinstantie hiervan te overtuigen. Verzoekster nam tijdens het academiejaar geen enkel

10 initiatief om verwerende partij van haar situatie op de hoogte te stellen. Verzoekster bracht dit met andere woorden voor het eerst en onverwacht naar voor tijdens de interne beroepsprocedure, zonder enig stavingsstuk. In die omstandigheden meent verwerende partij dat het niet kennelijk onredelijk is dat louter het poneren van het feit dat verzoekster onder faalangst lijdt, de interne beroepsinstantie niet heeft kunnen overtuigen om de initiële weigeringsbeslissing te herzien. Verwerende partij wil hier nog aan toevoegen dat er ter gelegenheid van het intern beroep geen overtuigende elementen in het dossier van verzoekster aanwezig waren die zouden wijzen op een merkelijke verbetering naar academiejaar toe. Verzoekster gaf ter zitting van de interne beroepsinstantie zelf toe dat er te veel leerstof is en bepaalde vakken te detaillistisch zijn en ze hiermee moeilijkheden ondervindt. Zij stelde toen eveneens slechts mondeling ter zitting dat ze hulp zou gaan zoeken bij het studiebegeleidingscentrum van verwerende partij, maar slechts nadat de interne beroepsinstantie haar op deze mogelijkheid wees. In het kader van het extern beroep verklaart verzoekster nu voor het eerst bereid te zijn contact op te nemen met professor Van Den Broeck voor advies en haar studiemethode verder te willen verbeteren. Zij herhaalt verder contact te willen opnemen met het studiebegeleidingscentrum. Met verwerende partij moet evenwel worden vastgesteld dat loutere voornemens van verzoekster niet volstaan, te meer daar deze bijzonder laattijdig (en, wat de voorgenomen contactname met de titularis betreft, ook onontvankelijk) zijn. In het kader van haar extern beroep brengt verzoekster voor het eerst een door haar dokter handgeschreven attest bij. Verwerende partij is evenwel van oordeel dat dit stavingsstuk, dat voor het eerst wordt aangehaald in het extern beroep, als onontvankelijk moet worden verworpen. Niets belette verzoekster om dit stuk ter gelegenheid van het intern beroep voor te leggen, wat zij echter heeft nagelaten. Ook de grief van verzoekster volgens dewelke zij moeite heeft om in slaap te vallen, grote stress ondervindt en hierdoor soms maagklachten heeft wordt voor het eerst aangehaald in het extern beroep. Overeenkomstig de vaste rechtspraak van de Raad kan een middel dat niet in het intern beroep werd opgeworpen, niet op ontvankelijke wijze voor het eerst in de procedure voor de Raad worden aangevoerd. Deze grief moet eveneens als onontvankelijk worden verworpen. Met verwerende partij moet worden vastgesteld dat verzoekster sinds academiejaar voor de opleiding Bachelor in de psychologie is ingeschreven en thans haar

11 bachelordiploma nog niet heeft behaald. Zij dient nog altijd 38 studiepunten te behalen met het oog op haar bachelordiploma. Verzoekster is er met andere woorden nog niet. Het kwam aan verzoekster zelf toe om de nodige stappen inzake studiebegeleiding te zetten en om de interne beroepsinstantie aan de hand van concrete inzichten in hoe het volgende academiejaar zou worden aangepakt te overtuigen de initiële weigeringsbeslissing te herzien. Met verwerende partij moet evenwel worden vastgesteld dat verzoekster naliet dit te doen; zij beriep zich slechts op loutere voornemens. Gelet op het voorafgaande is het volgens verwerende partij niet onredelijk, laat staan kennelijk onredelijk dat de interne beroepsinstantie de beslissing van de examencommissie, waar verzoekster werd geweigerd zich opnieuw in te schrijven voor de opleiding Bachelor in de psychologie, heeft bevestigd. Beoordeling De Raad herinnert eraan dat hij zijn beoordeling over de studievoortgang van een student niet in de plaats mag stellen van de bevoegde instanties van de onderwijsinstelling, maar dat hij evenwel nagaat of de bestreden beslissing niet onregelmatig tot stand is gekomen en of deze niet kennelijk onredelijk is. Deze appreciatiebevoegdheid van de Raad is niet anders wat een studievoortgangsbeslissing betreffende het weigeren van een inschrijving betreft. Inzake de door de decreetgever aan een hoger onderwijsinstelling toegekende beoordelingsbevoegdheid om bindende voorwaarden op te leggen en een inschrijving te weigeren, heeft de Raad reeds in eerdere rechtspraak gesteld dat elk geval op zijn eigen merites moet worden onderzocht en beoordeeld, rekening houdende met de gegevens eigen aan de zaak. Aldus dringt een beoordeling in concreto door de hoger onderwijsinstelling zich op. De vaststelling dat instellingen werken met in hun reglementering voorafgaandelijk uitgewerkte richtlijnen en beleidsregels wat de invulling van de bindende voorwaarden en de weigering van inschrijving betreft, doet daaraan geen afbreuk. De Raad is dan ook van oordeel dat een instelling voldoende rekening moet houden met de bijzondere omstandigheden waarin de student zich bevond bij het nemen van de betreffende

12 studievoortgangsbeslissing. Daar staat evenwel tegenover dat de student de beroepsinstantie tijdig en onderbouwd in kennis dient te stellen van de bijzondere omstandigheden waarin hij zich bevindt. In artikel II.246 Codex Hoger Onderwijs wordt het opleggen van bindende studievoorwaarden voor diplomastudenten gekoppeld aan een minimaal te leveren relatieve studieprestatie. Ingeval een student niet voldoet aan deze bindende voorwaarden, kan het academiejaar nadien een inschrijving worden geweigerd. De Raad stelt dat bij de beoordeling van een studievoortgangsmaatregel dient rekening te worden gehouden, enerzijds met de door de verzoekende partij geboekte studievoortgang, eventueel met de omstandigheden die een gebrek aan studievoortgang kunnen verklaren, en anderzijds met de informatie over de wijze waarop verzoekende partij in de toekomst meent een voldoende studievoortgang te kunnen boeken. De Raad stelt in casu vast dat beslissing van de interne beroepsinstantie van verwerende partij ten aanzien van verzoekende partij - waarbij de weigering tot inschrijving van verzoekende partij werd bevestigd - is gebaseerd op de vaststelling dat verzoekende partij voor de derde maal niet slaagde voor het opleidingsonderdeel Ontwikkelingspsychologie I en aldus niet voldeed aan de haar opgelegde bindende voorwaarde. De verplichting om voor het betrokken opleidingsonderdeel te slagen, zat vervat in de studievoortgangsbewakingsmaatregel waarop de weigeringsbeslissing teruggaat. Artikel 85 2 van het OER van verwerende partij bepaalt dat aan een student die al tweemaal voor een opleidingsonderdeel is ingeschreven en hiervoor geen credit behaalde, bindende voorwaarden worden opgelegd. De Raad leest hieromtrent het volgende: Artikel 85 (opleggen van een maatregel van studievoortgangsbewaking) (...) 2. Aan de student ingeschreven onder diplomacontract wordt een bindende voorwaarde opgelegd wanneer hij reeds tweemaal voor een bepaald opleidingsonderdeel was ingeschreven en hiervoor geen creditbewijs behaalde. De student dient bij een herinschrijving via diplomacontract voor dezelfde opleiding voor minstens de helft van de opgenomen

13 studiepunten credits te verwerven, waaronder het betrokken opleidingsonderdeel. Wanneer de student niet aan deze bindende voorwaarde voldoet, wordt de inschrijving voor dezelfde opleiding, evenals voor opleidingsonderdelen ervan geweigerd onder welk contracttype ook (...). Verzoekende partij kreeg dan ook aan het einde van academiejaar conform het onderwijs- en examenreglement van verwerende partij een bindende voorwaarde opgelegd. Verzoekende partij heeft op het ogenblik dat de betrokken voorwaarde werd opgelegd, niet te kennen gegeven het met de opgelegde voorwaarde niet eens te zijn. De beslissing waarbij de voorwaarde werd opgelegd, is bijgevolg definitief geworden. De niet-inlossing van deze voorwaarde heeft vervolgens tot de weigering van inschrijving geleid. Verzoekende partij kan immers worden geacht de voorwaarde te hebben aanvaard. Het bindend karakter van de voorwaarde heeft tot gevolg dat het niet voldoen aan deze voorwaarde, zoals in casu, op zich een weigering van inschrijving het academiejaar nadien kan verantwoorden. Niettegenstaande de Raad dient vast te stellen dat verzoekende partij in huidige procedure voor de Raad evenmin aanvoert van oordeel te zijn dat verwerende partij bij het opleggen van de bindende voorwaarde haar decretaal verleende bevoegdheid heeft overschreden, wenst de Raad ambtshalve een exceptie in te roepen omtrent deze bevoegdheid. De Raad onderzoekt bijgevolg of verwerende partij in casu binnen het decretaal kader de bindende studievoortgangsbewakende voorwaarde heeft opgelegd. Immers, het niet nakomen van deze voorwaarde door verzoekende partij leidde tot de weigeringsbeslissing die voor de Raad wordt aangevochten. De Raad herinnert er vooreerst aan de partijen kennis te hebben gegeven van zijn voornemen voormelde bevoegdheidsproblematiek ambtshalve te onderzoeken en hen de kans te hebben geboden hieromtrent schriftelijk en mondeling standpunt in te nemen, hetgeen hij bij het beraad heeft betrokken. Verwerende partij heeft in een aanvullende nota haar standpunt toegelicht. Verwerende partij stelt samengevat dat de initiële studievoortgangsbeslissing (bindende voorwaarde) op 11 september 2015 aan verzoekende partij ter kennis werd gebracht. Verzoekende partij heeft echter geen intern beroep ingesteld tegen deze beslissing, waardoor deze definitief is geworden en niet meer kan worden betwist. Naar het oordeel van verwerende partij kan de na afloop van het academiejaar opgelegde bindende

14 voorwaarde thans niet meer in vraag worden gesteld. Artikel II.246 Codex Hoger Onderwijs geeft naar het oordeel van de Raad beperkt aan wanneer een bindende voorwaarde kan worden opgelegd door de onderwijsinstelling. De Raad leest hieromtrent het volgende: Art. II Het instellingsbestuur kan maatregelen van studievoortgangsbewaking nemen : 1 indien een student geen 60% van de ingeschreven studiepunten verworven heeft een vorig academiejaar kan bij een nieuwe inschrijving aan eenzelfde of andere instelling een bindende voorwaarde opgelegd worden. Deze bindende voorwaarden betreffen in beginsel geen evaluatie- en/of deliberatiecriteria die strenger zijn dan de regels die in de instelling algemeen gelden. Het instellingsbestuur kan de studievoortgang van de student wel afhankelijk maken van een deliberatie door het orgaan of de persoon die verantwoordelijk is voor de bepaling van de studievoortgang. Bij het niet naleven van deze bindende voorwaarde kan de student een volgend academiejaar geweigerd worden in dezelfde instelling waar de bindende voorwaarde is opgelegd; 2 indien uit de gegevens van het dossier blijkt dat een volgende inschrijving in het hoger onderwijs geen positief resultaat zal opleveren kan de inschrijving van de student geweigerd worden. Dit betreft derhalve de situatie waarbij een student een studierendement van minder dan 60% behaalt (verhouding opgenomen en verworven studiepunten). Aan verzoekende partij die in het academiejaar voor 36 van de opgenomen 60 studiepunten (60%) een credit behaalde - werd een bindende voorwaarde opgelegd, omdat zij voor het opleidingsonderdeel Ontwikkelingspsychologie I reeds tweemaal ingeschreven was en geen credit behaalde. De Raad is van oordeel dat verwerende partij haar decretaal toegekende beleidsvrijheid, om binnen een strikt vastgelegde decretale grens bindende voorwaarden op te leggen, overschreden heeft.

15 De Raad slaat hierbij acht op het feit dat het opleggen van een bindende voorwaarde binnen de graduele opbouw van artikel II.246 Codex Hoger Onderwijs zeer zwaarwichtige gevolgen heeft voor een student. Bij het niet voldoen aan deze voorwaarde, kan hij geweigerd worden om zich het volgende academiejaar nog in te schrijven in de betreffende opleiding/instelling. De decreetgever heeft zelf de contouren willen bepalen waarbinnen deze bevoegdheid, die de vrije toegang tot het onderwijs betreft, kan uitgeoefend worden door verwerende partij. Daar staat tegenover dat de decreetgever wel de discretionaire bevoegdheid aan verwerende partij heeft toegekend wat de inhoudelijke invulling van de bindende voorwaarden betreft. In casu gaat het echter niet over de invulling van de bindende voorwaarde, maar over het opleggen ervan buiten het decretaal vastgelegde kader. De Raad oordeelt dat de bevoegdheid van verwerende partij bij het nemen van maatregelen van studievoortgangsbewaking, haar niet toelaat studievoortgangsbewakingsmaatregelen op te leggen buiten de in artikel II.246 Codex Hoger Onderwijs bedoelde contouren. Dat verzoekende partij door de studievoortgangsbewakingsmaatregel an sich niet geweigerd is om zich in te schrijven en dat zij over de kans beschikte de bindende voorwaarden die met haar inschrijving gepaard gingen, na te komen, doet hieraan geen afbreuk. De Raad weerhoudt de ambtshalve ingeroepen exceptie over de invulling van de bevoegdheid van verwerende partij, die de openbare orde raakt, in het kader van studievoortgangsbewaking en vernietigt de weigeringsbeslissing die voortgaat op de onbevoegd door de verwerende partij genomen maatregel van studievoortgangsbewaking. BESLISSING

16 1. De Raad vernietigt de beslissing van de interne beroepsinstantie van 15 september De bevoegde instantie van verwerende partij neemt uiterlijk tegen 31 januari 2017 een nieuwe beslissing. Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare terechtzitting van 19 januari 2017, door de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen, IIe Kamer, samengesteld uit: Bertel De Groote Jean Goossens Piet Versweyvelt bijgestaan door Melissa Thijs kamervoorzitter bijzitter bijzitter secretaris De secretaris De voorzitter Melissa Thijs Bertel De Groote Tegen dit arrest is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten arrest, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep.

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 10 september 2015 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 2.321 van 10 september 2015 in de zaak 2015/213... 2 Arrest nr. 2.322 van

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 10 december 2015 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 2.713 van 10 december 2015 in de zaak 2015/645... 2 Arrest nr. 2.714 van

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 9 november 2016 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 3.348 van 30 november 2016 in de zaak 2016/510... 2 Arrest nr. 3.362 van

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 20 april 2016 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 2.892 van 20 april 2016 in de zaak 2016/104... 2 Arrest nr. 2.893 van 20 april

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 26 januari 2016 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 2.800 van 26 januari 2016 in de zaak 2016/014... 2 Arrest nr. 2.800 van 26

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 29 april 2016 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 2.909 van 2 mei 2016 in de zaak 2016/103... 2 Arrest nr. 2.918 van 4 mei 2016

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 17 augustus 2016 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 3.007 van 17 augustus 2016 in de zaak 2016/172... 2 Arrest nr. 3.008 van

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 13 juni 2017 Beslissingen i.v.m. gelijkwaardigheid buitenlandse diploma s Arrest nr. 3.650 van 13 juni 2017 in de zaak 2017/140...

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 30 januari 2015 Beslissingen i.v.m. overmacht Rolnr. 2014/537-30 januari 2015... 2 Rolnr. 2014/538-30 januari 2015... 5 Rolnr. 2015/005-30

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 3 september 2015 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 2.306 van 3 september 2015 in de zaak 2015/210... 2 Arrest nr. 2.307 van

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 06 augustus 2015 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 2.227 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/082... 2 Arrest nr. 2.228 van

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2015 OVERM MACHT DEEL 5 Zitting van 1 december 2015 rolnummer 2015/592 rolnummer 2015/593 rolnummer 2015/594 rolnummer 2015/601

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2013 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 3 Inhoud Zitting van 17 oktober 2013... 5 Rolnr. 2013/247 17 oktober 2013... 6 Rolnr. 2013/248

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 21 mei 2015 Beslissingen i.v.m. gelijkwaardigheid buitenlandse diploma s Rolnr. 2015/071-21 mei 2015... 2 Rolnr. 2015/073-21 mei 2015...

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2013 OVERMACHT DEEL 1 Inhoud Zitting van 11 januari 2013... 5 Rolnr. 2012/335 11 januari 2013... 6 Zitting van 22 januari

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 18 december 2014 Beslissingen i.v.m. gelijkwaardigheid buitenlandse diploma s Rolnr. 2014/404-18 december 2014... 2 Rolnr. 2014/404-18

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2013 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 1 Inhoud Zitting van 11 januari 2013... 5 Rolnr. 2012/337 11 januari 2013... 6 Rolnr. 2012/339

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 15 januari 2015 Beslissingen i.v.m. gelijkwaardigheid buitenlandse diploma s Rolnr. 2014/536-15 januari 2015... 2 Rolnr. 2014/536-15

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2012 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 3 Inhoud Zitting van 9 november 2012... 4 Rolnr. 2012/220 9 november 2012... 5 Rolnr. 2012/225

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. XIVe KAMER A R R E S T. nr. 216.840 van 13 december 2011 in de zaak A. 198.115/XIV-32.

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. XIVe KAMER A R R E S T. nr. 216.840 van 13 december 2011 in de zaak A. 198.115/XIV-32. RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK XIVe KAMER A R R E S T nr. 216.840 van 13 december 2011 in de zaak A. 198.115/XIV-32.556 In zake : XXX bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Steven Hooyberghs

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2015 OVERM MACHT DEEL 2 Zitting van 3 september 2015 rolnummer 2015/210 rolnummer 2015/211 rolnummer 2015/212 rolnummer 2015/216

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 30 juni 2015 Beslissingen i.v.m. overmacht Rolnr. 2015/053-30 juni 2015... 2 Rolnr. 2015/057-30 juni 2015... 5 Rolnr. 2015/065-30

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 26 november 2015 Beslissingen i.v.m. studietwistingen Arrest nr. 2.689 van 4 december 2015 in de zaak 2015/546... 2 Arrest nr. 2.690

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/4.8.14/2014/0038 van 24 juni 2014 in de zaak 1314/0216/A/4/0183 In zake: de heer Daniël VANDERVELPEN bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Geert DEMIN

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/4.8.14/2015/0033 van 4 augustus 2015 in de zaak 1415/0262/A/2/0254 In zake: 1. de heer Marc DE SMET 2. de heer Marnix DECOCK beiden wonende te 8500 Kortrijk,

Nadere informatie

II. Verloop van de rechtspleging

II. Verloop van de rechtspleging RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK VOORZITTER VAN DE XIIe KAMER A R R E S T nr. 206.888 van 12 augustus 2010 in de zaak A. 195.910/XII-6147 In zake: Luc VAN PAESSCHEN bijgestaan en vertegenwoordigd

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 7 oktober 2016 Beslissingen i.v.m. studiebetwistingen Arrest nr. 3.163 van 7 oktober 2016 in de zaak 2016/348... 2 Arrest nr. 3.164

Nadere informatie

Zitting van 16 januari 2014 rolnummer 2013/406. Zitting van 17 februari 2014 rolnummer 2014/004. Zitting van 6 maart 2014 rolnummer 2014/008

Zitting van 16 januari 2014 rolnummer 2013/406. Zitting van 17 februari 2014 rolnummer 2014/004. Zitting van 6 maart 2014 rolnummer 2014/008 RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2014 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 1 Zitting van 16 januari 2014 rolnummer 2013/406 Zitting van 17 februari 2014 rolnummer 2014/004

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2015 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 6

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2015 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 6 RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2015 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 6 Zitting van 17 november 2015 rolnummer 2015/472 rolnummer 2015/475 rolnummer 2015/498 rolnummer

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2014/0287 van 22 april 2014 in de zaak 1213/0576/A/1/0539 In zake: mevrouw Martine VAN BOCXLAER, wonende te 9940 Evergem, Langerbrugsestraat 36 verzoekende

Nadere informatie

zitting van 2 oktober 2014 rolnummer 2014/210 zitting van 16 oktober 2014 rolnummer 2014/256 zitting van 23 oktober 2014 rolnummer 2014/303

zitting van 2 oktober 2014 rolnummer 2014/210 zitting van 16 oktober 2014 rolnummer 2014/256 zitting van 23 oktober 2014 rolnummer 2014/303 RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2014 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 3 zitting van 2 oktober 2014 rolnummer 2014/210 rolnummer 2014/218 rolnummer 2014/219 rolnummer

Nadere informatie

0384/09/N Commissie van Beroep van 9 juni 2009 (definitieve beslissing)

0384/09/N Commissie van Beroep van 9 juni 2009 (definitieve beslissing) 0384/09/N Commissie van Beroep van 9 juni 2009 (definitieve beslissing) Beroep tegen een terechtwijzing. (...) In de zaak 0384/09/A(...)/N van: de heer [X], bedrijfsrevisor, wonende te (...), aanwezig

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2016 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 10

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2016 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 10 RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2016 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 10 Zitting van 21 november 2016 rolnummer 2016/531 rolnummer 2016/543 rolnummer 2016/547 rolnummer

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 15 januari 2015 Beslissingen i.v.m. studiebetwistingen Rolnr. 2014/532-15 januari 2015... 2 Rolnr. 2014/540-15 januari 2015... 5 Rolnr.

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 13 oktober 2015 Beslissingen i.v.m. studietwistingen Arrest nr. 2.438 van 13 oktober 2015 in de zaak 2015/307... 2 Arrest nr. 2.462

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 16 oktober 2014 Beslissingen i.v.m. studiebetwistingen Rolnr. 2014/256-16 oktober 2014... 2 Rolnr. 2014/288-16 oktober 2014... 4 Rolnr.

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 28 juli 2015 Beslissingen i.v.m. studietwistingen Arrest nr. 2207 van 28 juli 2015 in de zaak 2015/098... 2 Arrest nr. 2208 van 28

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. VIIe KAMER A R R E S T. nr. 232.747 van 29 oktober 2015 in de zaak A. 211.970/VII-39.075.

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. VIIe KAMER A R R E S T. nr. 232.747 van 29 oktober 2015 in de zaak A. 211.970/VII-39.075. RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK VIIe KAMER A R R E S T nr. 232.747 van 29 oktober 2015 in de zaak A. 211.970/VII-39.075. In zake : de BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/0901 van 5 april 2016 in de zaak 1213/0305/SA/1/0295 In zake: de heer Geert STANDAERT bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaten Koen GEELEN

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2015/0008 van 13 januari 2015 in de zaak 1314/0021/A/2/0050 In zake: 1. de heer Albert VRANKEN 2. mevrouw Marie-Joanna BRABANTS bijgestaan en vertegenwoordigd

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. VOORZITTER VAN DE IXe KAMER ARREST. nr van 18 oktober 2018 in de zaak A. 217.

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. VOORZITTER VAN DE IXe KAMER ARREST. nr van 18 oktober 2018 in de zaak A. 217. RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK VOORZITTER VAN DE IXe KAMER ARREST nr. 242.698 van 18 oktober 2018 in de zaak A. 217.780/IX-8773 In zake: het OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN

Nadere informatie

waarbij het cassatieberoep toelaatbaar wordt verklaard;

waarbij het cassatieberoep toelaatbaar wordt verklaard; RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. A R R E S T nr. 188.355 van 28 november 2008 in de zaak A. 185.724/XIV-29.882. In zake : 1. XXX, 2. XXX, handelend in eigen naam en als wettelijke vertegenwoordigers

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/1294 van 28 juni 2016 in de zaak 1314/0440/A/4/0401 In zake: de heer Alain CHABEAU advocaat Dominique VERMER kantoor houdende te 1160 Brussel, Tedescolaan

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 19 juni 2018 met nummer RvVb/A/1718/1022 in de zaak met rolnummer 1516/RvVb/0396/A Verzoekende partij Verwerende partij mevrouw Marina VERPLANCKE, wonende te

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2011 OVERMACHT Inhoud Zitting van 7 oktober 2011... 4 Rolnr. 2011/119-7 oktober 2011... 5 Rolnr. 2011/120-7 oktober 2011...

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER TUSSENARREST nr. S/2015/0029 van 24 maart 2015 in de zaak 1213/0772/SA/3/0732 In zake: 1. de stad TIELT, vertegenwoordigd door het college

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-13/35-VK van 18 april 2013 In de zaak van de BVBA [ ] met maatschappelijke zetel te [ ] voor en namens wie optreedt mr. Albert COPPENS, advocaat, met kantoor te 9300

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 7 juli 2015 Beslissingen i.v.m. studietwistingen Rolnr. 2015/034-7 juli 2015... 2 Rolnr. 2015/035-7 juli 2015... 4 Rolnr. 2015/036-7

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 15 DECEMBER 2006 F.05.0019.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.05.0019.N 1. S.W., en zijn echtgenote, 2. O.W., eisers, vertegenwoordigd door mr. Pierre van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof van

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2011/0068 van 11 mei 2011 in de zaak 2010/0306/A/3/0288 In zake: mevrouw..., wonende te 1020 Brussel,... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Damien

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 25 juni 2019 met nummer RvVb-A-1819-1144 in de zaak met rolnummer 1718-RvVb-0447-A Verzoekende partijen de gemeente SINT-KATELIJNE-WAVER, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA

EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA TUSSEN DE ONDERGETEKENDEN, De Vrije Universiteit Brussel met zetel te 1050 Brussel, Pleinlaan 2, die rechtspersoonlijkheid geniet bij wet van 28 mei 1970

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. IXe KAMER A R R E S T. nr van 23 oktober 2018 in de zaak A /IX-9318

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. IXe KAMER A R R E S T. nr van 23 oktober 2018 in de zaak A /IX-9318 RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK IXe KAMER A R R E S T nr. 242.741 van 23 oktober 2018 in de zaak A. 224.155/IX-9318 In zake : Gunter CARLIER bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Sven

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER TUSSENARREST nr. S/2013/0269 van 17 december 2013 in de zaak 1112/0485/SA/3/0437 In zake: 1. de heer..., wonende te... 2. mevrouw..., wonende

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. IXe KAMER A R R E S T. nr van 25 januari 2010 in de zaak A /IX-5893

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. IXe KAMER A R R E S T. nr van 25 januari 2010 in de zaak A /IX-5893 RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK IXe KAMER A R R E S T nr. 199.862 van 25 januari 2010 in de zaak A. 187.639/IX-5893 In zake : Dennis X. bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Karel S.

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2012/0457 van 7 november 2012 in de zaak 1011/0835/A/3/0784 In zake: de heer.., wonende te.. bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Geert VRINTS kantoor

Nadere informatie

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST 1e blad. rep.nr. ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST OPENBARE TERECHTZITTING VAN 24 MAART 2011 7e KAMER SOCIALE ZEKERHEIDSRECHT WERKNEMERS - werkloosheid tegensprekelijk definitief kennisgeving art. 580, 2, Ger.

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER ARREST nr. S/2011/00007 van 9 februari 2011 in de zaak 2010/0401/SA/3/0363 In zake: 1.... 2.... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2014/0492 van 22 juli 2014 in de zaak 2010/0393/A/3/0470 In zake: de heer..., wonende te... verzoekende partij tegen: de deputatie van de provincieraad van

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. XIVe KAMER A R R E S T. nr. 231.042 van 29 april 2015 in de zaak A. 209.461/XIV-35.

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. XIVe KAMER A R R E S T. nr. 231.042 van 29 april 2015 in de zaak A. 209.461/XIV-35. RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK XIVe KAMER A R R E S T nr. 231.042 van 29 april 2015 in de zaak A. 209.461/XIV-35.106 In zake : X bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Alain Tytgat

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/129

Zaaknummer : 2013/129 Zaaknummer : 2013/129 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 13 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bindend negatief studieadvies, finale geschillenbeslechting,

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2016 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 1

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2016 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 1 RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2016 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 1 Zitting van 12 januari 2016 rolnummer 2015/461 rolnummer 2015/522 rolnummer 2015/527 rolnummer

Nadere informatie

tegen: I. Voorwerp van het administratief cassatieberoep II. Verloop van de rechtspleging

tegen: I. Voorwerp van het administratief cassatieberoep II. Verloop van de rechtspleging RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK IXe KAMER A R R E S T nr. 242.992 van 20 november 2018 in de zaak A. 222.071/IX-9060 In zake: de ARTESIS PLANTIJN HOGESCHOOL ANTWERPEN bijgestaan en vertegenwoordigd

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2010/0033 van 20 oktober 2010 in de zaak 2010/0309/A/3/0291 In zake:... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Geert AMPE kantoor houdende te 8400

Nadere informatie

die woonplaats kiest bij advocaat N. DE CLERCQ, kantoor houdende te BRUGGE, Stockhouderskasteel, Gerard Davidstraat 46 bus 1 tegen :

die woonplaats kiest bij advocaat N. DE CLERCQ, kantoor houdende te BRUGGE, Stockhouderskasteel, Gerard Davidstraat 46 bus 1 tegen : RAAD VAN STATE, AFDELING ADMINISTRATIE. A R R E S T nr. 164.645 van 13 november 2006 in de zaak A. 174.219/IX-5353. In zake : Martial DESPLENTER, die woonplaats kiest bij advocaat N. DE CLERCQ, kantoor

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. XIVe KAMER A R R E S T. nr. 217.599 van 31 januari 2012 in de zaak A. 198.888/XIV-32.

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. XIVe KAMER A R R E S T. nr. 217.599 van 31 januari 2012 in de zaak A. 198.888/XIV-32. RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK XIVe KAMER A R R E S T nr. 217.599 van 31 januari 2012 in de zaak A. 198.888/XIV-32.784 In zake : de BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de staatssecretaris

Nadere informatie

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2015 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 5

RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2015 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 5 RAAD VOOR BETWISTINGEN INZAKE STUDIEVOORTGANGSBESLISSINGEN UITSPRAKEN WERKJAAR 2015 STUDIEBETWISTINGEN DEEL 5 Zitting van 13 oktober 2015 rolnummer 2015/307 rolnummer 2015/336 rolnummer 2015/347 rolnummer

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 3 februari 2017 Beslissingen i.v.m. studiebetwistingen Arrest nr. 3.524 van 3 februari 2017 in de zaak 2017/022... 2 Arrest nr. 3.524

Nadere informatie

401l10/N - Commissie van Beroep van 18 oktober 2010 (defmitieve beslissing)

401l10/N - Commissie van Beroep van 18 oktober 2010 (defmitieve beslissing) 401l10/N - Commissie van Beroep van 18 oktober 2010 (defmitieve beslissing) Beroep tegen een terechtwijzing. "(... ) verschijnt. In de zaak 0401l10/(... )/N van: de heer [X], bedrijfsrevisor, wonende (...

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER ARREST nr. A/2013/0075 van 19 februari 2013 in de zaak 2010/0528/SA/3/0681 In zake: de nv... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Haagse Hogeschool (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Haagse Hogeschool (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : CBHO 2015/293 en 2015/293.1 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 12 januari 2016 Partijen : Appellant en Haagse Hogeschool Trefwoorden : bindend negatief studieadvies BNSA duidelijkheid

Nadere informatie

Rolnummer 4792. Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T

Rolnummer 4792. Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T Rolnummer 4792 Arrest nr. 65/2010 van 27 mei 2010 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 4, 2, en 6, 2, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 SEPTEMBER 2007 S.07.0003.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.07.0003.F A. T., Mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN LUIK.

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 20 augustus 2019 met nummer RvVb-S-1819-1323 in de zaak met rolnummer 1819-RvVb-0607-SA Verzoekende partijen 1. de heer Jules DHOOGHE 2. mevrouw Evelyne VAN

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 3 2 1 2

U I T S P R A A K 1 3 2 1 2 U I T S P R A A K 1 3 2 1 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen de Examencommissie Propedeuse van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 0-1 2 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen Bachelor Examencommissie Instituut Politieke Wetenschappen,

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2011/0162 van 9 november 2011 in de zaak 2010/0276/SA/3/0255 In zake: 1.... 2.... beiden wonende te... advocaat Gert BUELENS kantoor houdende te 2800 Mechelen,

Nadere informatie

Rolnummer Arrest nr. 27/2013 van 28 februari 2013 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 27/2013 van 28 februari 2013 A R R E S T Rolnummer 5401 Arrest nr. 27/2013 van 28 februari 2013 A R R E S T In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 6 van de wet van 19 januari 2012 tot wijziging van de wetgeving met betrekking tot de

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/261

Zaaknummer : 2013/261 Zaaknummer : 2013/261 Rechter[s] : mr. Troostwijk Datum uitspraak : 27 maart 2014 Partijen : Appellante tegen CBE De Haagse Hogeschool Trefwoorden : Begeleiding, BNSA, gelijkheidsbeginsel, [extra]herkansing,

Nadere informatie

II. Verloop van de rechtspleging

II. Verloop van de rechtspleging RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK XIVe KAMER A R R E S T nr. 244.249 van 23 april 2019 in de zaak A. 221.219/XIV-37.287 In zake: de NV LEUNENS bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Valerie

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/0697 van 1 maart 2016 in de zaak RvVb/1415/0538/SA/0518 In zake: het college van burgemeester en schepenen van de stad OUDENBURG bijgestaan en vertegenwoordigd

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/0601 van 16 februari 2016 in de zaak RvVb/1415/0481/A/0466 In zake: de heer Theodoor GORISSEN bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Antoon

Nadere informatie

Bij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven.

Bij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven. Zaaknummer : CBHO 2014/045 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 23 juni 2014 Partijen : Appellant tegen Hogeschool Leiden Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, duale opleiding NBSA, negatief bindend

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/1202 van 7 juni 2016 in de zaak 1213/0253/SA/8/0233 In zake: de heer David DE CORTE mevrouw Mia LEFEVRE 3. de heer Luc LEFEVRE 4. de heer Wouter

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/1485 van 30 augustus 2016 in de zaak 1314/0012/A/1/0008 In zake: INTERCOMMUNALE WATERLEIDINGSMAATSCHAPPIJ VAN VEURNE-AMBACHT, met zetel te 8670

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. VIIe KAMER A R R E S T. nr van 22 november 2018 in de zaak A /VII

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. VIIe KAMER A R R E S T. nr van 22 november 2018 in de zaak A /VII RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK VIIe KAMER A R R E S T nr. 243.017 van 22 november 2018 in de zaak A. 217.399/VII-39.524. In zake : de VZW GEZONDHEIDS- EN BEJAARDENZORG ZUIDWEGE bijgestaan

Nadere informatie

A R R E S T. nr van 30 december 2010 in de zaak A /XII-6069

A R R E S T. nr van 30 december 2010 in de zaak A /XII-6069 RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK XIIe KAMER A R R E S T nr. 210.195 van 30 december 2010 in de zaak A. 194.978/XII-6069 In zake: de UNIVERSITEIT GENT bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat

Nadere informatie

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2013/10/ / 3 JULI 2013

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2013/10/ / 3 JULI 2013 1 KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2013/10/ / 3 JULI 2013 Inzake, wonende,, bijgestaan door, advocaat te, Verzoekende partij Tegen, dat deel uitmaakt van,,, vertegenwoordigd door, waarnemend

Nadere informatie

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie Vlaamse Regering Diensten voor het Algemeen Regeringsbeleid Afdeling Kanselarij Boudewijnlaan 30, bus 20 1000 Brussel

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : 2013/068 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 6 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : Beleidsvrijheid, in stand laten rechtsgevolgen,

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC/M/1516/0030 van 26 november 2015 In de zaak van de bvba 10POND, met maatschappelijke zetel te 9770 Kruishoutem, Duifhuisstraat 21, voor en namens wie optreedt mr. Koen

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING ADMINISTRATIE. A R R E S T. nr van 23 april 2007 in de zaak A /IX-3642.

RAAD VAN STATE, AFDELING ADMINISTRATIE. A R R E S T. nr van 23 april 2007 in de zaak A /IX-3642. RAAD VAN STATE, AFDELING ADMINISTRATIE. A R R E S T nr. 170.302 van 23 april 2007 in de zaak A. 130.668/IX-3642. In zake : het BEROEPSINSTITUUT VAN VASTGOEDMAKELAARS, dat woonplaats kiest bij advocaat

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2011/0212 van 20 december 2011 in de zaak 2010/0705/A/2/0711 In zake:... verzoekende partij tegen: het college van burgemeester en schepenen van de gemeente

Nadere informatie

REGLEMENT COMMISSIE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. MBO - opleidingen Stichting STC-Group

REGLEMENT COMMISSIE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. MBO - opleidingen Stichting STC-Group REGLEMENT COMMISSIE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS MBO - opleidingen Stichting STC-Group Artikel 1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: a. WEB: de Wet Educatie en Beroepsonderwijs; b..

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 3 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Governance and Global Affairs,

Nadere informatie

3 oktober 2012 heeft plaatsgevonden, leidt niet tot een ander oordeel.

3 oktober 2012 heeft plaatsgevonden, leidt niet tot een ander oordeel. Zaaknummer : 2013/073 Rechter(s) : mrs. Loeb, Troostwijk, Van der Spoel Datum uitspraak : 7 oktober 2013 Partijen : Appellante tegen Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden : Aanmelding, afstudeertijdstip,

Nadere informatie

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen Zitting van 8 december 2015 Beslissingen i.v.m. studietwistingen Arrest nr. 2.698 van 8 december 2015 in de zaak 2015/435... 2 Arrest nr. 2.697

Nadere informatie