Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties"

Transcriptie

1 i ^5 ^ Ö. ' ii BiS siü- BtS g,-ö -e.^r ^^?' i^^' -i^^?ii^- ^^ Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties > Retouradres Postbus EA Den Haag Aan de Koningin Constitutionele Zaleen en Wetgeving Wetgeving Staatsinrichting en grondrechten Herengracht EG Den Haag Postbus EA Den Haag Contactpersoon mr. Breunese T (070) Datum 8 juni 2012 Betreft Nader rapport inzake het voorstel van wet houdende wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met het beperken van de maximumduur van de uitkering Kenmerk Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 15 mei 2012, nr , machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 23 mei 2012, nr. W /1, bied ik U hierbij aan. 1. Het wetsvoorstel past in een ontwikkeling die in 2010 heeft geleid tot verdere normalisering van de arbeidsvoorwaarden van politieke ambtsdragers (Stb. 2010, 72). Dat laat onverlet dat de democratie gebaat is met gekwalificeerde mensen die bereid zijn om functies te vervullen in het openbaar bestuur en in de volksvertegenwoordigende organen. Het is van belang dat het vervullen van politieke functies voldoende aantrekkelijk blijft. Het rechtspositiebeleid dient nog steeds daarop te zijn gericht. De financiële rechtspositie en de arbeidsvoorwaardelijke omstandigheden mogen niet leiden tot een te eenzijdige personele samenstelling van het openbaar bestuur. Alle geledingen van de samenleving moeten zich in beginsel kunnen representeren. Politieke functies onderscheiden zich in een aantal opzichten wezenlijk van reguliere functies in de samenleving. Een kenmerkend aspect van politieke functies is dat deze een bepaalde onzekerheid met zich meebrengen, ook wel aangeduid als het politieke risico. Een politiek ambtsdrager functioneert op basis van de vertrouwensregel. Een herbenoeming in een politiek ambt is geen vanzelfsprekendheid. Aan een politieke functie kan abrupt en onverwacht een einde komen. Er is in dat geval geen opzegtermijn, ontslagbescherming of de mogelijkheid van een ontslagvergoeding. Voor ministers, gedeputeerden, wethouders en dagelijks bestuursleden waterschappen bestaan geen beroepsmogelijkheden om het ontslag aan te vechten. Voor commissarissen van de Koningin en burgemeesters zijn die beroepsmogelijkheden beperkt. Pagina 1 van 3

2 'ifep BS:.. ^S',1^ fs'. "^^ ' ^ ^s* "^^,J L De rechtspositionele onzekerheden vereisen specifieke voorzieningen. De Datum uitkeringsvoorziening op grond van de Algemene pensioenwet politieke ^ J""' ^ ^^ ambtsdragers (Appa) heeft daarom kenmerken die verband houden met de Kenmerk onzekerheid van het politieke ambt. Het kabinet hecht gelet op bovenstaande aan dit eigen uitkeringsregime voor politieke ambtsdragers. Dat neemt niet weg dat het uitkeringsregime periodiek moet worden geijkt aan wat maatschappelijk gezien gebruikelijk is. Volledige handhaving van het huidige regime, of een minder ver gaande versobering van de uitkeringsduur zou een verkeerd signaal naar de samenleving betekenen. Het voorstel om de maximumduur van de uitkering te verkorten van vier jaar naar drie jaar en twee maanden tast het eigenstandige karakter van de uitkeringsvoorziening van politieke ambtsdragers niet wezenlijk aan en komt tegemoet aan de wens om ook politieke ambtsdragers een bijdrage te laten leveren aan de maatregelen uit het Lenteakkoord. De memorie van toelichting is naar aanleiding van het advies van de Afdeling advisering aangevuld. 2.1 en 2.2. De Afdeling advisering vraagt aandacht voor de verwachtingen die de zittende politieke ambtsdragers hebben kunnen ontlenen aan de rechtspositieregeling waaronder zij hun ambt hebben aanvaard. Het Lente akkoord vergt veel van de gehele samenleving. Dat politieke ambtsdragers hierin het goede voorbeeld geven en een eigen bijdrage leveren, is wezenlijk voor het maatschappelijk draagvlak van de ingrijpende maatregelen die zijn aangekondigd in het Lente akkoord. Het kabinet is van oordeel dat dit aspect zwaarder dient te wegen dan de verwachtingen die de politieke ambtsdragers hebben kunnen ontlenen aan de rechtspositieregeling waaronder zij hun ambt hebben aanvaard. Met nadruk zij er bovendien op gewezen dat de versobering van de uitkeringsduur geen gevolgen heeft voor de hoogte van de uitkering, maar slechts voor de duur. De wijziging heeft dan ook geen directe financiële gevolgen voor de ambtsdrager. Die gevolgen treden slechts in indien de ambtsdrager na het verstrijken van de nieuwe uitkeringsduur nog geen nieuwe inkomsten verwerft. Dit geldt slechts voor een deel van de ambtsdragers. Het is bovendien aannemelijk dat de recent geïntroduceerde sollicitatieplicht voor gewezen ambtsdragers zal bijdragen aan een vermindering van het aantal ambtsdragers waarvoor dit geldt. Wel is naar aanleiding van het advies van de Afdeling advisering afgezien van het toekennen van terugwerkende kracht aan de voorgestelde versobering van de uitkeringsduur. Voor uitkeringen die zijn ingegaan vóór de datum van inwerkingtreding van dit wetsvoorstel geldt eerbiedigende werking. Nu geen sprake is van aantasting van uitkeringen die zijn ingegaan voor de inwerkingtreding van het wetsvoorstel, komt artikel 1, eerste Protocol, bij het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens naar het oordeel van het kabinet niet in beeld Het streven is er op gericht het wetsvoorstel met ingang van 1 september 2012 in werking te laten treden. Om dit streven te accentueren, is in artikel II bepaald dat het wetsvoorstel met ingang van die datum in werking treedt. De memorie van toelichting is naar aanleiding van het advies van de Afdeling advisering aangevuld. 3. Over de voorstellen heeft inmiddels overleg plaatsgevonden met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg, de Unie van Waterschappen, de Kring van commissarissen van de Koningin en de burgemeestersbonden. De memorie van toelichting is naar aanleiding van het advies van de Afdeling advisering aangevuld. Pagina 2 van 3

3 . %if rjl %j! -^,_f Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de Datum gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te ^ J""' 2012 zenden. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Kenmerk Mevrouw mr. drs. J.W.E. Spies Pagina 3 van 3

4 806'^ 0" 129 ww- B ' Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met het beperken van de maximumduur van de uitkering (Wet aanpassing uitkeringsduur Appa) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de maximumduur van de uitkering aan politieke ambtsdragers te beperken tot de maximumduur van een WW-uitkering; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: Artikel I De Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers wordt als volgt gewijzigd: In de artikelen 7, eerste lid, 52, eerste lid, en 132, eerste lid, wordt "de duur van vier jaren" vervangen door: de duur van drie jaren en twee maanden. B Na artikel 39 wordt een artikel toegevoegd dat luidt: Artikel 39a (behoort bij hoofdstuk 3) Ten aanzien van de uitkeringen die zijn toegekend ter zake van een ontslag vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet aanpassing uitkeringsduur Appa, blijft de uitkeringsduur van kracht zoals deze gold op de dag voorafgaand aan dat tijdstip. Na artikel 84a wordt een artikel ingevoegd dat luidt: Artikel 84b (behoort bij hoofdstuk 10) Ten aanzien van de uitkeringen die zijn toegekend ter zake van een ontslag of aftreden vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet aanpassing uitkeringsduur Appa, blijft de uitkeringsduur van kracht zoals deze gold op de dag voorafgaand aan dat tijdstip. Na artikel 163d wordt een artikel ingevoegd dat luidt: Artikel 163e (behoort bij hoofdstuk 21)

5 i---s 3«ü'S «.^' U'. mi.'a^ ^ W ^ i^ Ten aanzien van de uitkeringen die zijn toegekend ter zake van een ontslag of aftreden vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet aanpassing uitkeringsduur Appa, blijft de uitkeringsduur van kracht zoals deze gold op de dag voorafgaand aan dat tijdstip. Artikel II Deze wet treedt in werking met ingang van 1 september Artikel III Deze wet wordt aangehaald als: Wet aanpassing uitkeringsduur Appa. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

6 Memorie van toelichting I. Algemeen Inleiding In het Lente-akkoord is afgesproken dat per 1 september 2012 de maximumduur voor de wachtgeldregeling voor politici gelijk wordt gesteld aan de maximum duur van de uitkering op grond van de Werkloosheidswet (VWV).^ Het wetsvoorstel past in een ontwikkeling die in 2010 heeft geleid tot verdere normalisering van de arbeidsvoorwaarden van politieke ambtsdragers (Stb. 2010, 72). Dat laat onverlet dat de democratie gebaat is met gekwalificeerde mensen die bereid zijn om functies te vervullen in het openbaar bestuur en in de volksvertegenwoordigende organen. Het is van belang dat het vervullen van politieke functies voldoende aantrekkelijk blijft. Het rechtspositiebeleid dient nog steeds daarop te zijn gericht. De financiële rechtspositie en de arbeidsvoorwaardelijke omstandigheden mogen niet leiden tot een te eenzijdige personele samenstelling van het openbaar bestuur. Alle geledingen van de samenleving moeten zich in beginsel kunnen representeren. Politieke functies onderscheiden zich in een aantal opzichten wezenlijk van reguliere functies in de samenleving. Een kenmerkend aspect van politieke functies is dat deze een bepaalde onzekerheid met zich meebrengen, ook wel aangeduid als het politieke risico. Een politiek ambtsdrager functioneert op basis van de vertrouwensregel. Een herbenoeming in een politiek ambt is geen vanzelfsprekendheid. Aan een politieke functie kan abrupt en onverwacht een einde komen. Er is in dat geval geen opzegtermijn, ontslagbescherming of de mogelijkheid van een ontslagvergoeding. Voor ministers, gedeputeerden, wethouders en dagelijks bestuursleden waterschappen bestaan geen beroepsmogelijkheden om het ontslag aan te vechten. Voor commissarissen van de Koningin en burgemeesters zijn die beroepsmogelijkheden beperkt De rechtspositionele onzekerheden vereisen specifieke voorzieningen. De uitkeringsvoorziening op grond van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) heeft daarom kenmerken die verband houden met de onzekerheid van het politieke ambt. Het kabinet hecht gelet op bovenstaande aan dit eigen uitkeringsregime voor politieke ambtsdragers. Dat neemt niet weg dat het uitkeringsregime periodiek moet worden geijkt aan wat maatschappelijk gezien gebruikelijk is. Volledige handhaving van het huidige regime, of een minder ver gaande versobering van de uitkeringsduur zou een verkeerd signaal naar de samenleving betekenen. Het voorstel om de maximumduur van de uitkering te verkorten van vier jaar naar drie jaar en twee maanden tast het eigenstandige karakter van de uitkeringsvoorziening van politieke ambtsdragers niet wezenlijk aan en komt tegemoet aan de wens om ook politieke ambtsdragers een bijdrage te laten leveren aan de maatregelen uit het Lente-akkoord. Doelgroep In de Appa is de uitkering bij ontslag of aftreden geregeld. De verkorting van de uitkeringsduur naar drie jaar en twee maanden gaat gelden voor alle politieke ambtsdragers die onder de werking van de Appa vallen. Het betreft leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal^, ministers en staatssecretarissen, de Nationale ombudsman^, ' Kamerstukken II 2011/12, , nr 1, p. 33. ^ ln artikel 15, derde lid, van de Wet vergoedingen leden Eerste Kanner is bepaald dat de voorzitter van de Eerste Kamer voor de overeenkomstige toepassing van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers wordt gelijkgesteld met een lid van de Tweede Kamer. ^ In artikel 6 van de Wet Nationale ombudsman is bepaald dat de bepalingen van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers van overeenkomstige toepassing zijn op de ombudsman, met dien verstande dat deze wordt gelijkgesteld met een lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

7 %? ö.* ' ^.a..^ %# V 'V' ># * commissarissen van de Koning, leden van gedeputeerde staten, burgemeesters, wethouders, leden van het dagelijks bestuur van deelgemeenten, voorzitters en dagelijks bestuursleden van een waterschap en de Rijksvertegenwoordiger. De maximum uitkeringsduur voor deze ambtsdragers is sinds 2010 gesteld op vier jaar. Daarbij geldt op dit moment een uitzondering: diegenen op wie nog het overgangsrecht op grond van deze eerdere verkorting van de uitkeringsduur van toepassing is, kennen nog een maximumduur van de uitkering van zes jaar. Overgangsrecht De versobehng van de uitkeringsduur gaat gelden voor zittende en nieuwe ambtsdragers. Eerbiedigende werking geldt uitsluitend voor al eerder ingegane uitkeringen voor zover deze zijn ingegaan vóór de datum van inwerkingtreding van dit wetsvoorstel. Die is in artikel II bepaald op 1 september Het kabinet realiseert zich dat de planning om de behandeling van het wetsvoorstel voor die datum af te ronden ambitieus is. Hiermee wordt echter aangesloten bij de afspraken die zijn gemaakt in het Lente akkoord. Versnelde verhoging AOW leeftijd In het Lente akkoord is bepaald dat de pensioenleeftijd versneld omhoog gaat. Een eerste stap wordt al in 2013 gezet door de AOW leeftijd in dat jaar met één maand te verhogen. In de jaren daarna zal de AOW leeftijd in stappen verder worden verhoogd. Dit leidt ertoe dat uiterlijk in 2019 de pensioengerechtigde leeftijd van 66 wordt bereikt, en uiterlijk in 2024 een leeftijd van 67. Daarnaast wijzigen met ingang van 1 januari 2014 de fiscale kaders voor de opbouw van aanvullende pensioenen zoals de pensioenregeling in de Appa. In de Appa is de ingangsdatum van het aanvullend pensioen nu gefixeerd op 65 jaar. Het wijzigen van deze leeftijd in een flexibele pensioengerechtigde leeftijd vereist een complexere aanpassing van de Appa dan het onderhavige voorstel beoogt. Vanwege die complexiteit zal deze aanpassing in een separaat wetsvoorstel worden geregeld. Gekwalificeerde meerderheid Dit wetsvoorstel ziet onder meer op geldelijke voorzieningen voor leden en gewezen leden van de Tweede en de Eerste Kamer der Staten Generaal als bedoeld in artikel 63 van de Grondwet. Artikel 63 van de Grondwet bepaalt dat dergelijke geldelijke voorzieningen bij wet worden geregeld en dat deze wet alleen kan worden aangenomen met ten minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen. Consultatie Over de voorstellen heeft overleg plaatsgevonden met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg, de Unie van Waterschappen, de Kring van commissarissen van de Koningin en de burgemeestersbonden. Deze organisaties hebben begrip voor de wens om ook politieke ambtsdragers een bijdrage te laten leveren aan de maatregelen uit het Lente akkoord. Wel hebben zij er moeite mee dat zij niet op de gebruikelijke wijze zijn geconsulteerd over de voorstellen. Inhoudelijk hebben zij bezwaren tegen de aanvankelijk voorziene materiële terugwerkende kracht en met het feit dat de maximale uitkeringsduur zo kort na de eerdere wijziging daarvan in 2010 opnieuw wordt verkort, zonder dat bekend is welke effecten de eerdere wijziging heeft gehad. De organisaties staan een gefaseerde inwerkingtreding voor en pleiten er in dit kader voor een overgangsrechtelijke voorziening te treffen voor ambtsdragers die op het moment van inwerkingtreding van dit wetsvoorstel nog in functie zijn. Het overgangsrecht zou naar hun oordeel moeten worden vormgegeven conform

8 0 S o 8 2 IS i 2 w w B ^-» het overgangsrecht dat bij de eerdere verkorting van de uitkeringsduur is opgenomen. Dat betekent dat als peildatum de eerstvolgende verkiezing of benoemingstemnijn na inwerkingtreding van dit wetsvoorstel wordt gekozen. Meer in algemene zin vragen de organisaties aandacht voor de gevolgen van versobering van de rechtspositie van politieke ambtsdragers voor de aantrekkelijkheid van het ambt en de kwaliteit van het openbaar bestuur en roepen zij op bij toekomstige wijzigingen de rechtspositionele voorzieningen in onderling verband te bezien. Aan de bezwaren van de organisaties is deels tegemoet gekomen. De terugwerkende kracht is komen te vervallen. Ambtsdragers aan wie voor de datum van inwerkingtreding een uitkering is toegekend, houden recht op de thans geldende uitkeringsduur. Er is echter niet voorzien in een eerbiedigende werking voor ambtsdragers die op het moment van inwerkingtreding van dit wetsvoorstel nog in functie zijn. Het Lente-akkoord vergt veel van de gehele samenleving. Dat politieke ambtsdragers hierin het goede voorbeeld geven en een eigen bijdrage leveren, is wezenlijk voor het maatschappelijk draagvlak van de ingrijpende maatregelen die zijn aangekondigd in het Lente-akkoord. Het kabinet is van oordeel dat dit aspect zwaarder dient te wegen dan de verwachtingen die de politieke ambtsdragers hebben kunnen ontlenen aan de rechtspositieregeling waaronder zij hun ambt hebben aanvaard. Met nadruk zij er bovendien op gewezen dat de versobering van de uitkeringsduur geen gevolgen heeft voor de hoogte van de uitkering, maar slechts voor de duur. De wijziging heeft dan ook geen directe financiële gevolgen voor de ambtsdrager. Die gevolgen treden slechts in indien de ambtsdrager na het verstrijken van de nieuwe uitkeringsduur nog geen nieuwe inkomsten verwerft. Dit geldt slechts voor een deel van de ambtsdragers. Het is bovendien aannemelijk dat de recent geïntroduceerde sollicitatieplicht voor gewezen ambtsdragers zal bijdragen aan een vermindering van het aantal ambtsdragers waarvoor dit geldt. Financiële gevolgen De beperking van de uitkenngsduur van vier jaar naar drie jaar en twee maanden leidt tot een besparing op de uitkeringslasten. Maximaal kan een besparing van 20% worden bereikt door de beperking van de uitkeringsduur met 20%. Dit effect wordt overigens pas bereikt in het vierde jaar na de invoeringsdatum van de verkorting van de uitkeringsduur. Daarbij moet worden aangetekend dat in de praktijk de besparingen lager zullen zijn dan 20%: van de huidige uitkeringslasten. Niet alle Appa-gerechtigden behalen nu de maximale uitkeringsduur van vier jaar. Dat hangt in de eerste plaats samen met de duur van de ambtstermijn. In de tweede plaats wordt de uitkering voor de einddatum beëindigd als er nieuwe inkomsten worden verworven. Afwijken van vaste verandermomenten Ten aanzien van de inwerkingtreding van dit wetsvoorstel is op grond van aanwijzing 174, vierde lid, onder b, van de Aanwijzingen voor de regelgeving afgeweken van de vaste verandermomenten van 1 januari of 1 juli, opdat deze maatregel van het Lente-akkoord zo spoedig als mogelijk in werking kan treden. II. Artikelsgewijs Artikel t, onderdeel A In dit onderdeel worden de bepalingen aangepast die de duur van de uitkering na ontslag of aftreden van een politieke ambtsdrager regelen.

9 BMBB-^B±2BBBBB De maximale uitkeringsduur is nu (met als uitzondering bepaalde gevallen waarin een ambtsdrager 55 jaar of ouder is) vastgesteld op vier jaren. In de aanvullende maatregelen die zijn opgenomen in het Lente-akkoord is vastgelegd dat de maximumduur van de wachtgeldregeling voor politici gelijk wordt gesteld aan de maximum WW-duur. De maximale duur van een uitkering op grond van de Werkloosheidswet bedraagt drie jaren en twee maanden (artikel 42 Werkloosheidswet). Dit onderdeel bewerkstelligt dat de voor politieke ambtsdragers geldende maximale uitkeringsduur van vier jaar, wordt teruggebracht tot drie jaren en twee maanden. Artikel I, onderdelen B, C en D Deze onderdelen regelen het overgangsrecht ten aanzien van de in onderdeel A beschreven wijziging. Het overgangsrecht is toegelicht in het algemeen deel van de memorie van toelichting. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Meyré ir. drs. J.W.E. Spies

10 y S pt'.a^t^#^>»ft-ii vafnstat'ë NO.W /1 's-gravenhage, 23 mei Bij Kabinetsmissive van 15 mei 2012, no , heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet houdende wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met het beperken van de maximumduur van de uitkering, met memorie van toelichting. In het Stabiliteitsprogramma - het op 26 april 2012 gesloten akkoord tussen het kabinet en vijf fracties in de Tweede Kamer, dat diende als basis voor de rapportage aan de Europese Commissie en de Raad over de stand van zaken met betrekking tot de overheidsfinanciën - staat opgenomen: "De maximumduur van de wachtgeldregeling voor politici wordt per 1 september 2012 gelijkgesteld aan de maximum WW-duur." Het wetsvoorstel geeft uitvoering aan deze afspraak. Het voorziet erin dat in de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (APPA) het wachtgeld van een minister, staatssecretaris, lid van de Tweede Kamer, voorzitter van de Eerste Kamer, commissaris van de Koning, gedeputeerde, burgemeester, wethouder, bestuurder van een waterschappen, Rijksvertegenwoordiger of Nationale ombudsman - nu nog gesteld op vier jaar - wordt gemaximeerd op drie jaar en twee maanden, het maximum volgens de Werkloosheidswet (WW).^ De maatregel is niet van toepassing op uitkeringen die zijn toegekend ter zake van een ontslag of aftreden vóór 1 mei De Afdeling advisering van de Raad van State maakt opmerkingen over de aard van de rechtspositie van politieke ambtsdragers, de invoering van de voorgestelde maatregel en de consultatie van vertegenwoordigers van belanghebbenden. Zij is van oordeel dat in verband daarmee het voorstel nader dient te worden overwogen. 1. Rechtspositie politieke ambtsdragers De Afdeling constateert dat de regering zich in het voorstel heeft beperkt tot één onderdeel van de APPA, namelijk de maximale duur van de wachtgeldperiode. Daarbij blijft bovendien de wachtgeldperiode voor hen die de leeftijd hebben bereikt van 55 jaar buiten beschouwing.^ Oogmerk is gelijktrekking op het punt van de maximale duur van de wachtgeldperiode met de WW. De Afdeling merkt het volgende op. De APPA bevat een regeling van een aantal aspecten van de rechtspositie van politieke ambtsdragers. Deze regeling is getroffen met het oog op de bijzondere aard van politieke ambten en de omstandigheden waaronder zij (moeten) worden Artikel 42, tweede lid, onderdeel b, van de Werkloosheidswet. Artikelen 7, derde lid, 52, derde lid, en 132, tweede lid, APPA. AAN DE KONINGIN

11 n?^ 8 2 *4«"i -A. ^J ^ U X 'ï vervuld,^ in vergelijking met 'gewone' functies op de arbeidsmarkt. Die aard is mede gelegen in het belang van onafhankelijkheid van waaruit politieke ambtsdragers hun ambt moeten kunnen vervullen.* Een adequate regeling van de rechtspositie van de dragers van politieke ambten ontleent mede haar betekenis aan het algemene belang dat steeds weer voldoende daartoe gekwalificeerde personen bereid kunnen worden gevonden om zich beschikbaar te stellen voor dergelijke ambten. Gelet hierop, mist de Afdeling in de toelichting aandacht voor de vraag of en in hoeverre het verantwoord is om de wachtgeldregeling voor politieke ambtsdragers zo veel mogelijk gelijk te trekken met die voor werknemers, ingevolge de WW. Als voldoende reden kan worden gevonden voor een dergelijke gelijktrekking, mist de Afdeling voorts aandacht voor de plaats van de thans voorgestelde maatregel binnen het bredere verband van de rechtspositie van politieke ambtsdragers, alsmede voor het onderscheid tussen de verschillende categorieën politieke ambtsdragers. De Afdeling adviseert de toelichting in verband met het voorgaande aan te vullen. 2. Invoering 2.1. Eerbiedigende werking Volgens de toelichting is ervoor gekozen om de zittende politieke ambtsdragers ook al te brengen onder de voorgestelde beperking van de uitkeringsduur. Dit is gebeurd met het oog op de bedoeling van het Stabiliteitsprogramma dat ook zij een bijdrage moeten leveren aan de aanvullende maatregelen uit dit programma. Aldus is niet gekozen voor eerbiedigende werking. De Afdeling merkt in dit verband op dat het voorstel strekt tot aantasting van een onderdeel van de rechtspositieregeling waaronder de zittende politieke ambtsdragers hun ambt hebben aanvaard, en waaraan zij verwachtingen hebben mogen ontlenen. Een dergelijke maatregel vereist daarom een toereikende motivering, die onder meer ingaat op mogelijke implicaties van de bedoelde aantasting uit een oogpunt van artikel 1, eerste Protocol, bij het EVRM.^ Zoals de ongewistieid die inherent is aan de vervulling van politieke ambten. Deze ambten kennen, naar hun aard, bij voorbeeld niet de althans voor werknemers gebruikelijke regels voor de bescherming bij ontslag. Bij de hoogte en duur van de wachtgeldregeling heeft steeds vooropgestaan dat voorkomen moet worden dat betrokkenen gedurende hun ambtstermijn beïnvloed zouden worden door zorg over het vinden van een nieuwe betrekking na afloop van de ambtstermijn. Hoe korter de termijn, des te groter dat risico. Een tweede oogmerk was om te voorkomen dat betrokkenen nog voor het eind van hun ambtstermijn al zouden gaan zoeken naar nieuwe betrekkingen vanwege de beperktheid van de wachtgeldperiode. Nog weer een andere overweging was om de onmiskenbare drempels die er zijn voor personen op wie een beroep wordt gedaan om een politiek ambt te aanvaarden, te compenseren door een ruime wachtgeldregeling, mochten zij onverhoeds weer 'op straat komen te staan'. Een en ander geldt a fortiori voor de voorgestelde terugwerkende kracht, waarop hierna, onder 2.2., zal worden ingegaan.

12 ' *J-to' 'd. 'J X 'A '# ^' 'J De Afdeling adviseert het voorstel op dit punt in het licht van het voorgaande te heroverwegen Terugwerkende kracht Zoals al opgemerkt, heeft de regering ervoor gekozen om ook de zittende politieke ambtsdragers te brengen onder de voorgestelde beperking van de uitkeringsduur. Dit zal echter niet gebeuren met onmiddellijke werking (na plaatsing van de wet in het Staatsblad), maar met terugwerkende kracht, tot 1 mei Eerbiedigende werking geldt uitsluitend voor al eerder ingegane uitkeringen, voor zover deze zijn ingegaan vóór de datum dat het Stabiliteitsprogramma bekend werd. Het stabiliteitsprogramma is op 27 april 2012 door de minister van Financiën aan de Tweede Kamer aangeboden. Hiervan uitgaande, wordt in het wetsvoorstel 1 mei 2012 aangehouden als peildatum, zo meldt de toelichting.^ Aldus heeft het wetsvoorstel terugwerkende kracht^ tot en met 1 mei 2012, met als aangrijpingspunt het tijdstip waarop het ontslag of aftreden ingaat. Een uitgangspunt voor de regelgeving is dat aan belastende regelingen^ geen formele of materiële terugwerkende kracht wordt gegeven, tenzij bijzondere omstandigheden een afwijking van dit uitgangspunt rechtvaardigen. Zulke bijzondere omstandigheden kunnen worden gevormd door aanmerkelijke aankondigingseffecten, of doordat de maatregel bedoeld is om een omvangrijk oneigenlijk gebruik of misbruik van een wettelijke voorziening te voorkomen of te beëindigen.^ Voorwaarde daarbij is dat de beoogde terugwerkende kracht voldoende kenbaar is geweest. Aan gewezen politieke ambtsdragers wordt wachtgeld toegekend voor een duur gelijk aan de tijd waarin de belanghebbende het ambt heeft vervuld, maarten minste voor twee jaar en ten hoogste voor vier jaar (heeft hij het ambt korter dan drie maanden vervuld, dan duurt de uitkering zes maanden). Dit betekent dat de belanghebbende die na 1 mei maar vóór de inwerkingtreding van het wetsvoorstel aftreedt, en die bijvoorbeeld vier jaar het ambt heeft vervuld, thans nog gedurende vier jaar recht heeft op uitkering. Na inwerkingtreding van het voorstel wordt dat recht echter met terugwerkende kracht beperkt tot drie jaar en twee maanden. Het wetsvoorstel zal in die situatie neerkomen op een aantasting achteraf van toegekende rechten. Dit roept de vraag op naar de aanvaardbaarheid van deze terugwerkende kracht, gelet op het hiervoor genoemde uitgangspunt, alsmede bezien Toelichting, onder "Overgangsrecht". Het stabiliteitsprogramma is opgenomen in Kamerstukken II 2011/12, , nr. 910, dat gedateerd is op 26 april De passage over de wachtgelden staat op blz. 9. Een term die in de toelichting overigens niet wordt gebruikt. Waaronder ook maatregelen zijn te begrijpen die een inbreuk maken op bestaande rechten en aanspraken, Advies van de Raad van State van 1 7 mei 1995 inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968, de Wet op belastingen van rechtsverkeer en enkele andere belastingwetten in verband met de bestrijding van constructies met betrekking tot onroerende zaken, Kamerstukken II , , A, punt 1-2. Dit advies is onderschreven door de Staatssecretaris van Financiën in zijn brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 25 juni 1997, Kamerstukken II 1996/97, , nr. 2. Zoals mede blijkt uit de toelichting op aanwijzing 167 van de Aanwijzingen voor de regelgeving, is deze beleidslijn ontwikkeld voor belastende fiscale maatregelen, maar kan zij ook buiten het terrein van de fiscale wetgeving worden toegepast.

13 vanuit het eerder genoemde artikel 1, eerste Protocol, EVRM. Dit alles stelt eisen aan de motivering in de toelichting. De toelichting bevat geen motivering voor de voorgestelde terugwerkende kracht, anders dan de relatie die wordt gelegd met de totstandkoming van het Stabiliteitsprogramma. Volgens de toelichting is gekozen voor terugwerkende kracht tot en met 1 mei, omdat de korting op de wachtgelden op dat moment was aangekondigd. Gelet op de criteria voor het maken van een uitzondering op de hoofdregel dat geen terugwerkende kracht wordt verleend, heeft de Afdeling ten aanzien van de kenbaarheidseis niet kunnen vaststellen dat al bij de aankondiging van de nu voorgestelde maatregel de datum van 1 mei 2012 is genoemd. Wat daar verder ook van zij, uit de toelichting blijkt niet dat moet worden gevreesd voor aanmerkelijke aankondigingseffecten.^ Evenmin wordt in de toelichting aangevoerd dat ervoor moet worden gevreesd dat, in de periode tot de plaatsing van de voorgestelde wijziging in het Staatsblad, van de bestaande regeling op omvangrijke schaal misbruik of oneigenlijk gebruik zal worden gemaakt. Vooralsnog is de Afdeling er dan ook niet van overtuigd dat voldoende rechtvaardiging kan worden gevonden voor de voorgestelde terugwerkende kracht. De Afdeling adviseert het voorstel in het licht van het voorgaande te heroverwegen. 2.3 Tijdpad van besluitvorming Voor het geval de regering zou blijven bij haar standpunt dat moet worden afgezien van het toekennen van eerbiedigende werking, merkt de Afdeling ten overvloede nog het volgende op. Ziet de Afdeling het goed, dan streeft de regering met de in het Stabiliteitsprogramma genoemde datum van 1 september 2012 er naar om het voorstel in werking te laten treden nog vóór de komende verkiezingen voor de Tweede Kamer, op 1 2 september De Afdeling meent dat het nog mogelijk moet zijn om dit streven te effectueren als het wetsvoorstel met spoed bij de Tweede Kamer aanhangig wordt gemaakt, en als de beide kamers der Staten- Generaal bereid worden gevonden tot een spoedige behandeling. In zoverre zou in dat geval kunnen worden volstaan met onmiddellijke werking, en lijkt er geen dringende noodzaak te bestaan voor terugwerkende kracht als zodanig, laat staan tot 1 mei De Afdeling adviseert in de toelichting op het voorgaande in te gaan. 3. Consultatie Blijkens de toelichting zijn de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg, de Unie van Waterschappen en het georganiseerd overleg van ' Bij voorstellen in de fiscale sfeer gaat het dan in de regel om de vrees voor financieel nadeel voor de schatkist als gevolg van de aankondiging. Een dergelijk financieel effect lijkt in deze zaak hoe dan ook niet aan de orde.

14 burgemeesters niet over de voorgestelde maatregel geconsulteerd. In de toelichting wordt hierover slechts opgemerkt dat dit niet mogelijk was, gelet op het tijdschema in het Stabiliteitsprogramma, en dat de betrokken organisaties per brief zijn geïnformeerd.'^ Temeer nu het hier gaat om een maatregel in de rechtspositionele sfeer, acht de Afdeling deze enkele verwijzing ontoereikend als rechtvaardiging voor het geheel achterwege laten van overleg. Zij adviseert de genoemde organisaties op zo kort mogelijke termijn alsnog te consulteren over de voorgestelde maatregel, en de uitkomst tijdig in te brengen in de behandeling van het voorstel door de Tweede Kamer. De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet niet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, dan nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden. De vice-president van de Raad van State, Toelichting, onder "Consultatie".

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 20 202 33 298 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met het beperken van de maximumduur van de uitkering (Wet aanpassing

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met de aanpassing van de duur van de voortgezette uitkering (Wet aanpassing duur voortgezette uitkering Appa) Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Aanpassing uitkeringsduur Appa Informatie

Aanpassing uitkeringsduur Appa Informatie de commisssarissen van de Koningin, gedeputeerde staten en de griffiers, de burgemeesters, het college van burgemeester en wethouders en de gemeentesecretarissen, de voorzitter, leden van het dagelijks

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Sociale Verzekeringen Nr. SV/GSV/01/52463 Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 946 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers en van de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer in verband met een verkorting

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Bijstand en Gemeentelijke Activeringsbeleid Nr. B&GA/GAB/02/8727 Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet inkomensvoorziening

Nadere informatie

ci reu aire Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

ci reu aire Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties De commissarissen van de Koning, gedeputeerde staten en de provinciesecretarissen, de burgemeesters, de colleges van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen 21 juni 2012. I. Algemeen

NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen 21 juni 2012. I. Algemeen 33 298 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met het beperken van de maximumduur van de uitkering (Wet aanpassing uitkeringsduur Appa) Nr. 6 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 424 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers, de Wet privatisering ABP, de Werkloosheidswet en de Ziektewet in verband met

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 422 Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet, strekkende tot het opnemen van de rechtstreekse

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 99 Besluit van 17 februari 2007 tot wijziging van het Rechtspositiebesluit burgemeesters, het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 298 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met het beperken van de maximumduur van de uitkering (Wet aanpassing

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 277 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met de herziening van de definities van gezin en middelen (Wet afschaffing huishoudinkomenstoets)

Nadere informatie

Interprovinciaal Overleg

Interprovinciaal Overleg Herengracht 23 2511 EG Den Haag telefoon (070) 888 12 12 www.ipo.n1 Aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties mevrouw drs. K.H. 011ongren Postbus 20011 2500 EA 's-gravenhage Interprovinciaal

Nadere informatie

Het kabinet is de Afdeling erkentelijk voor de voortvarendheid waarmee het advies inzake het bovenvermelde voorstel is uitgebracht.

Het kabinet is de Afdeling erkentelijk voor de voortvarendheid waarmee het advies inzake het bovenvermelde voorstel is uitgebracht. > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de Koningin Directie Algemene Fiscale Politiek Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl Ons kenmerk AFP2011/642

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 5 Besluit van 17 december 2007, houdende wijziging van het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken in verband met de wijziging van de hoogte van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 32 047 Goedkeuring van verdragen met het oog op het voornemen deze toe te passen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, en van het voornemen tot opzegging

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 32622 24 juni 2016 Advies Raad van State inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet opslag duurzame energie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 924 Regeling van het conflictenrecht met betrekking tot het geregistreerd partnerschap (Wet conflictenrecht geregistreerd partnerschap) B ADVIES

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 48280 30 december 2015 Advies Raad van State inzake het ontwerp van een algemene maatregel van bestuur houdende vaststelling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 726 Wijziging van de Werkloosheidswet in verband met wijziging van de instroom in de wachtgeldfondsen alsmede enkele andere wijzigingen in de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 871 Wijziging van de wet van 22 april 1855, houdende regeling der verantwoordelijkheid van de Hoofden der Ministeriële Departementen (Stb. 1855,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8219 2 april 2013 Advies Raad van State, betreffende het besluit van... tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 691 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 945 (R 1737) Goedkeuring van het op 28 mei 1999 te Montreal tot stand gekomen Verdrag tot het brengen van eenheid in enige bepalingen inzake

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de wet van 22 april 1855, houdende regeling der verantwoordelijkheid van de Hoofden der Ministeriële Departementen (Stb. 1855, 33) en aanpassing van daarmee verband houdende bepalingen in

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 396 Wet van 13 juli 2002 tot wijziging van belastingwetten in verband met dividendstripping en het verlenen van optierechten aan werknemers Wij

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 568 Wijziging van de Financiële-verhoudingswet in verband met een vereenvoudiging van het verdeelmodel van het provinciefonds Nr. 4 ADVIES AFDELING

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 19 308 Wijziging van de Algemene burgerlijke pensioenwet en de Spoorwegpensioenwet met betrekking tot aanspraken van deelgerechtigden die de leeftijd

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 769 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen Nr.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 165 Wet van 19 maart 2009, houdende tijdelijke regels voor experimenten met een gebiedsgerichte bestemmingsheffing ten behoeve van aanvullende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 581 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers, de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer en enkele andere wetten in verband

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 378 Besluit van 1 augustus 1995 tot wijziging van het Besluit rechtspositie rechterlijke ambtenaren (aanvulling invaliditeitspensioen bij door

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 545 Wet van 30 november 2000 tot wijziging van titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot vakantie en ouderschapsverlof

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. TWEEDE KAMER DER STATEN- 2 GENERAAL Vergaderjaar 2012-2013 33 691 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 95 Wet van 9 februari 2006, houdende regels inzake de openbaarmaking van beloningen bij rechtspersonen of organisaties die deel uit maken van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 499 Voorstel van wet van het lid Ulenbelt tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet financiering sociale verzekeringen ter

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de wet van 22 april 1855, houdende regeling der verantwoordelijkheid van de Hoofden der Ministeriële Departementen (Stb. 1855, 33) en aanpassing van daarmee verband houdende bepalingen in

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 209 Regeling van de tijdelijke vervanging van wethouders en gedeputeerden wegens zwangerschap en bevalling of ziekte B MEMORIE VAN ANTWOORD

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 236 Voorstel van wet van de leden Duivesteijn en Santi tot wijziging van de Woningwet (landelijke ombudsman voor huurders) Nr. 2 VOORSTEL VAN

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 523 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele aanverwante wetten naar aanleiding van de evaluatie van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 725 Wet van 22 december 2005 tot wijziging van de Gemeentewet in verband met het afschaffen van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet in verband met het verbeteren van de kwaliteit van bestuur en toezicht bij verenigingen en stichtingen alsmede de uniformering van enkele bepalingen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 10390 14 juli 2009 Besluit van..., houdende nadere regels inzake buitengerechtelijke kosten bij tenuitvoerlegging van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 494 Wet van 6 november 2008, houdende regeling van de rechtspositie van de vice-president van de Raad van State, de staatsraden en de staatsraden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 097 Wijziging van de Waterschapswet tot het invoeren van de verkiezing van de vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 980 Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met een regeling over samenhangende besluiten (Wet samenhangende besluiten Awb) Nr. 2 VOORSTEL

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 936 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met aanpassing van het recht op bijstand bij verblijf buiten Nederland Nr. 4 ADVIES RAAD

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 258 Besluit van 3 juli 2007, houdende aanpassing van enige fiscale uitvoeringsbesluiten Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 67 Wet van 13 december 2000, houdende wijziging van enige wetten teneinde de aanspraak jegens bestuursorganen op verstrekkingen, voorzieningen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 242 Besluit van 27 juni 2014 tot Wijziging van het bedrag, genoemd in artikel 1, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit koopkrachttegemoetkoming

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 145 Wet van 7 maart 2002 tot wijziging van de Wet tot behoud van cultuurbezit in verband met een evaluatie van die wet Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2 Vergaderjaar 2010-2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 943 Wijziging van enige wetten teneinde de aanspraak jegens bestuursorganen op verstrekkingen, voorzieningen en uitkeringen afhankelijk te maken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 765 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet in verband met waardeoverdracht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 206 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 274 Wet van 18 juni 2012 tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de aanpassing van het recht van enquête 0 Wij Beatrix,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 626 Wijziging van de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer, de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer, de Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 929 Wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met het ongewijzigd laten van het verplicht eigen risico voor de zorgverzekering tot en

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. 35 223 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet op de loonbelasting 1964, de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd, de Wet versnelling stapsgewijze verhoging AOW-leeftijd en de Wet tegemoetkomingen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2019 246 Wet van 3 juli 2019 tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet op de loonbelasting 1964, de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 122 Wet van 25 februari 1999 tot wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet rampen en zware ongevallen en de Arbeidsomstandighedenwet ter uitvoering

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 236 Besluit van 2 mei 2011, houdende wijziging van het Besluit overgangsrecht FLO-functies 0 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 30 Wet van 17 december 2003, houdende gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid, beroep en beroepsonderwijs (Wet gelijke behandeling

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 718 Wijziging van de Wet melding collectief ontslag in verband met de uitbreiding van de reikwijdte en ter bevordering van de naleving van deze

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 279 26 287 Wijziging Wet Luchtverkeer (implementatie LVB-evaluatie) GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 24 juni 1999 Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 525 Besluit van 27 oktober 2011, houdende wijziging van het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk en wijziging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 693 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de definitieve invoering van begeleid rijden Nr. 4 ADVIES AFDELING ADVISERING RAAD

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 35 099 (R2114) Voorzieningen voor de behandeling van geschillen tussen het Koninkrijk en de landen (Rijkswet Koninkrijksgeschillen) A GEWIJZIGD

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 786 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet financiële markten BES en de Wet toezicht trustkantoren in verband met de introductie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 517 Wet van 18 oktober 2001, houdende wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet milieugevaarlijke stoffen en de Wet bodembescherming (verbetering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 699 Wijziging van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enige andere wetten in verband met onder meer de formalisering van de Arbeidsvoorwaardenovereenkomst

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 215 Besluit van 26 april 2012, houdende wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, het Ambtenarenreglement Staten-Generaal en het Reglement

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 768 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet in verband met de samenloop van de vordering op de boedel ingeval

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 864 Wijziging van de Omgevingswet en enkele andere wetten met het oog op het beschermen van de bodem, met inbegrip van het grondwater, en het

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 224 Wet van 21 mei 2012 tot wijziging van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen in verband met aanpassing van de dienstverlening

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 770 Invoering van en aanpassing van wetgeving aan de Vaststellingswet titel 7.10 Burgerlijk Wetboek (arbeidsovereenkomst) (Invoeringswet titel

Nadere informatie

~dviesaanvraag i.v.m. wijziging Kiesbesluit

~dviesaanvraag i.v.m. wijziging Kiesbesluit Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Datum 27 oktober 2000 Ons kenmerk CWOO/U91698 De Kiesraad Postbus 2001 1 2500 EA Den Haag Onderdeel directie Constitutionele Zaken en Wetgeving

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 767 Wijziging van de lgemene Ouderdomswet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de loonbelasting 1964 in verband met verhoging van de

Nadere informatie

Regels voor bedrijveninvesteringszones (Wet op de bedrijveninvesteringszones)

Regels voor bedrijveninvesteringszones (Wet op de bedrijveninvesteringszones) Regels voor bedrijveninvesteringszones (Wet op de bedrijveninvesteringszones) VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 440 Wet van 27 september 2012 tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek ter verduidelijking van de artikelen 297a en 297b 0 Wij Beatrix,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 231 Voorstel van wet van de leden Van Oosten, Kuiken en Groothuizen tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van enige andere

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 313 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met wijzigingen

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. wijziging van de Mededingingswet in verband met wijziging van de bepalingen over markt en overheid en wijzigingen in het concentratietoezicht, en wijziging van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en de Overgangswet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 740 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet tarieven in burgerlijke zaken en enkele andere wetten ter verhoging van de opbrengst

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 116 28 018 Wijziging van de Wet melding ongebruikelijke transacties en de Wet identificatie bij financiële dienstverlening 1993 met het oog

Nadere informatie

Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het financieringsbeleid van openbare lichamen (Wet financiering decentrale overheden)

Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het financieringsbeleid van openbare lichamen (Wet financiering decentrale overheden) (Tekst geldend op: 26-08-2014) Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het financieringsbeleid van openbare lichamen (Wet financiering decentrale overheden) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. (Tekst geldend op: 27-06-2013) Wet van 17 december 2003, houdende gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid, beroep en beroepsonderwijs (Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 221 Rijkswet van 8 mei 2003 tot wijziging van de rijkswet van 20 december 1989, houdende regeling van pensioenen en uitkeringen aan Gouverneurs

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 573 Wet van 22 december 1999 tot wijziging van de Mediawet in verband met nieuwe regels omtrent de financiering van de publieke omroep (afschaffing

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 170 Gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid, beroep en beroepsonderwijs (Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 855 Wijziging van de Algemene nabestaandenwet en de Wet uitkeringen burgeroorlogsslachtoffers 1940 1945 in verband met een technische aanpassing

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 244 26 079 Wijziging van titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) van het urgerlijk Wetboek met betrekking tot vakantie en ouderschapsverlof GEWIJZIGD

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 112 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met een verkorting van de duur van de voortgezette uitkering (Wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 451 Wet van 21 november 2015 tot wijziging van de Participatiewet in verband met de bescherming van lijfrenteopbouw en de vrijlating van inkomsten

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 299 Wet van 5 juli 2000 tot wijziging van de Wet inkomensvoorziening kunstenaars teneinde kunstenaars met een eigen woning niet langer van een

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 084 Wijziging van enige wetten en het treffen van voorzieningen in verband met de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden. RMC-wet 2001. Jaargang 2001 Staatsblad 2001 636 1

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden. RMC-wet 2001. Jaargang 2001 Staatsblad 2001 636 1 RMC-wet 2001 636 Wet van 6 december 2001 tot wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de invoering van de verplichting

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 495 Besluit van 24 oktober 2011, houdende wijziging van het reglement van orde voor de ministerraad in verband met de opheffing van de Nederlandse

Nadere informatie