Voorzitter Naam: Telefoon: Chef Instructeur Naam: Telefoon: Contactpersoon audit Naam: Telefoon:

Transcriptie

1 Club audit Datum: Algemene informatie over de zweefvliegclub Naam zweefvliegclub: Straat: Postcode: Telefoon: Plaats: Voorzitter Naam: Telefoon: Chef Instructeur Naam: Telefoon: Terrein*: zweefvliegveld vliegveld mil. basis Aantal leden: totaal: waarvan EVO: GPL: Aantal instructeurs bevoegd: in opleiding: Startmethode: Lier Sleep Contactpersoon audit Naam: Telefoon: Auditors: Naam: Naam: Club functionaris: Naam/ functie:.. Naam/ functie: Auditrapport datum: 1. De organisatie en structuur van de opleiding 1.1 Structuur ja nee opm. 1.1 Is er iemand verantwoordelijk voor de opleiding en de organisatie van de zweefvliegopleiding? Wie? Is er iemand verantwoordelijk voor de opleiding van instructeurs? Wie? Wordt de instructeursopleiding bijgehouden volgens een opleidingsboek (bijvoorbeeld het KNVvLinstructeurshandboek)? Is er een afbakening van taken en verantwoordelijkheden van instructeurs en bestuursleden? Is er een instructiereglement waar deze afbakening in staat? Voldoen de mentoren aan de minimum norm? (=3 jaar actief als volledig bevoegd instructeur en als mentor aangemeld zijn bij het examensecretariaat) Is er een theorieopleiding in de winter en een examen daarna? Blz. 1 auditlijst CIV versie februari 2012

2 1. 2 Communicatie binnen het instructeurcorps ja nee opm. Worden er in een vliegseizoen twee of meer instructeurs vergaderingen gehouden? Worden de notulen daarvan ook aan alle actieve instructeurs ter kennis gebracht? Is er een instructiereglement waar deze werkwijze in staat? 1.3 Documentatie en communicatie t.a.v. de voortgang van de opleidingen ja nee opm. De voortgang van de leerlingen dient zodanig te worden bijgehouden dat de verschillende instructeurs weten waar ze aan toe zijn in de opleiding. Afhankelijk van de lokale noodzaak kan dit variëren van het goed bijhouden van het vluchtenboekje (ook achterin) tot internet-applicaties. Wordt de voortgang van de leerlingen bijgehouden? Houden de D.D.I s een dagrapport bij voor de volgende D.D.I.? 1. 4 Opvang nieuwe leden ja nee opm. Heeft de vereniging een methode om nieuwe leden op te vangen en wegwijs te maken op het gebied van opleiding, veiligheid, do s en don'ts. Wordt er op toe gezien dat ze het nodige lesmateriaal ter beschikking krijgen? 2. Veiligheidsbeleid 2.1 Autorisatieplan ja nee opm. Is er een lijst (b.v. clubreglement, instructie reglement) waarin staat wat men mag en met welke minimale ervaring? bv. t.a.v. instructeurs, lieristen, startleiders, overlandvliegen etc. Is zo n voorschrift op het veld te raadplegen? 2.2 Bevoegdhedenlijst ja nee opm. Een grote vereniging zal vaak een formele bevoegdhedenlijst per persoon hebben. Is die op het veld te raadplegen? Wordt deze actueel gehouden zodat een ieders bevoegdheden zonder twijfel duidelijk is? Blz. 2 auditlijst CIV versie februari 2012

3 2.3 Voorlichting leden ja nee opm. Is er een adequaat kanaal om de leden op de hoogte te stellen van eisen op het gebied van veiligheid en gebruik? Zeg maar: de memo van de baas. Bijvoorbeeld door nieuwsbrieven. Is er een totaaloverzicht en is dit ook te raadplegen? Is er een voorlichtings- of bijpraatbijeenkomst over operationele zaken? Zijn er briefings over nieuw materiaal of methoden? (b.v transponders) 2.4 Calamiteitenplan ja nee opm. Is er een calamiteitenplan (zoiets als het voorbeeld calamiteitenplan van de CIV?) Is dit ten alle tijden te raadplegen? Wordt er regelmatig gecontroleerd of het (nog) praktisch uitvoerbaar is? 2.5 Currency beleid ja nee opm. Is er een norm wanneer iemand een checkvlucht moet hebben? Hoe wordt die toegepast op instructeurs? (aantal diensten per jaar, checkvluchten) Welke currency eis wordt gesteld t.a.v. overlandvliegen? En passagiervliegen? Wordt het gehandhaafd? 2.6 EASA, i.v.m. ATO en SMS (VMS) ja nee opm. Beschikt de club (al) over een Safety Management System? (=VMS) Wat is het contact adres voor de SMS zaken? Hoe / worden SMS onderwerpen gearchiveerd? Blz. 3 auditlijst CIV versie februari 2012

4 3. Operationeel 3.1 Informatiebronnen vluchtvoorbereiding ja nee opm. De wet schrijft voor dat een piloot op de hoogte is van de relevante informatie voor zijn vlucht(en). De wet schrijft niet voor dat men bij elke vlucht allerhande evident overbodige info gaat ophalen. De eisen zijn afhankelijk van het bedrijf. Wordt er aandacht besteed aan de eis dat voor de vlucht relevante informatie moet worden verzameld? Is er toegang tot b.v AIP, AIC-B, NOTAMS s, weersinformatie? Wordt spoedeisende veiligheidsinformatie zodanig betrouwbaar doorgegeven aan de D.D.I. dat deze daarop mag vertrouwen? Wordt er overlegd met b.v. verkeersleiding indien van toepassing? 3.2 Openingsbriefing ja nee opm. Wordt er altijd een openingsbriefing gehouden? Worden afwezigen nog apart voorgelicht? Maakt de gang van zaken en de taakverdeling bij het starten van het bedrijf een heldere, ordelijke indruk? 3.3 Opstarten van het vliegbedrijf ja nee opm. Is er voldoende structuur, routine en taakverdeling voor een gecontroleerde opstart van het zweefvliegbedrijf?. Wordt het materiaal op een beheerste manier uit de hangaar gehaald, met een minimale kans op schade? Is het de leden duidelijk wat er van hen verwacht wordt bij het uitpakken en opstellen? 3.4 Vliegprocedures en het volgen van de standaard ja nee opm. Wordt het instructeurs handboek gevolgd, voor bijvoorbeeld: circuitprocedures, kabelbreuk procedures, etc. Worden de vlieghandboeken gevolgd qua gebruik? Hoe wordt dit geborgd? Blz. 4 auditlijst CIV versie februari 2012

5 3.5 Orde en veiligheidsbewustzijn bij de deelnemers ja nee opm. Orde en veiligheidsbewustzijn wordt bereikt door een goede en vaste structuur/routine die door de organisatie gedragen wordt en niet alleen door een strenge instructeur of startofficier. Als het er schijnbaar nonchalant aan toe gaat, is dat niet noodzakelijkerwijs slecht. Als het slecht gaat is nonchalance wel killing. Gaat het er geordend aan toe? Is het collectief veiligheidsbewustzijn voldoende aanwezig? Het is daarbij geen pré dat men om de haverklap maar alles stil legt, maar wel dat men met verstand met de aanwezige risico s om gaat, ze begrijpt en elkaar onderwijst. 3.6 Veiligheid van inrichting en gebruik ja nee opm. Liggen lier en sleepbedrijf logisch, storen ze elkaar niet? Ligt het landingsveld goed? Zijn de looproutes daarop aangepast? Komt men voldoende hoog over bomen en/of publiek. Is de veiligheid van gasten en publiek geregeld? Hoe? Zijn er alternatieven als het landingsveld vol is? 3.7 Uitvoering lesvluchten ja nee opm. Worden lesvluchten voldoende zorgvuldig gegeven? Bijvoorbeeld, zijn briefings en de-briefings van voldoende kwaliteit? Neemt de instructeur daar voldoende tijd voor? Geldt dit ook voor de instructie aan solisten? Worden leerlingen op dagelijkse basis aan een instructeur gekoppeld? 3.8 EVO ja nee opm. Wordt het EVO-boekje 3 e druk gebruikt? Zijn er onderdelen waarbij de club afwijkt van de methode zoals beschreven in het EVOboekje? Wordt er opgeleid volgens het Instructeurshandboek? Blz. 5 auditlijst CIV versie februari 2012

6 3.9 VVO-1 ja nee opm. Wordt het VVO-boekje gebruikt (of de webversie)? Zijn er onderdelen waarbij de club afwijkt van de methode zoals beschreven in VVO-1? Wordt er opgeleid volgens het Instructeurshandboek? 3.10 VVO-2 (niet verplicht) ja nee opm. Wordt er aan overlandtraining gedaan? Wordt er aan kunstvliegen gedaan? Wordt het verantwoord gedaan? (b.v. vlgs. KNVvL kunstvlieg syllabus?) 3.11 Overlandvliegen ja nee opm. Is de overlandvoorbereiding voldoende op het gebied van vlucht en vliegtuig? Wordt de vluchtvoorbereiding ook van de (privé) vliegers verwacht? Krijgen ze er voldoende gelegenheid en rust voor? Is er s- avonds ook nog duidelijk wie er onderweg zijn? 3.12 Beëindiging van het vliegbedrijf ja nee opm. Is er voldoende structuur, routine en taakverdeling voor een gecontroleerde beëindigen van het zweefvliegbedrijf? VERVALT besluit CI/LCO conf. februari Wordt het materiaal op een beheerst wijze in de hangaar geplaatst, zonder kans op schade? Is het de leden duidelijk wat er van hen verwacht wordt bij het inpakken van de hangaar? Worden de vliegtuigjournaals ingevuld en afgetekend Afhandeling Praktijk examens ja nee opm. Worden de richtlijnen gevolgd volgens het KEI examenreglement? Blz. 6 auditlijst CIV versie februari 2012

7 3.14 Afhandeling Theorie examens ja nee opm. Worden de richtlijnen gevolgd volgens het KEI examenreglement? (b.v. zoals minimum eisen die gesteld worden aan examinatoren.) 4. Technische staat 4.1 Start materiaal vold onvold. opm. Algemene indruk? Opvallendheden/opmerkingen? 4.2 Zweefvliegtuigen ja nee opm. Het is niet de bedoeling een gerichte inspectie uit te voeren, maar is de algemene indruk goed? (zoals:administratie, kussentjes), (de rest niet in 2012 beoordelen n.a.v. LOC overleg 20 november 2010, dus cockpit stikkers, lood, limieten, etc.) 4.3 Terrein ja nee opm. Voldoet het terrein aan de (bv. wettelijke) eisen volgens de voorschriften van het zweefvliegen? RVGLT, art. 20: Is de hoogte van het gewas geen belemmering voor starten of landen? CIV- advies: gewaslengte < 15 cm. (conform vervallen AIC-B 83-92) Voor militaire velden (VDRL): graslengte < 15 cm. Zijn er zaken die opvallen? Is de graslengte binnen de wettelijke grenzen? 4.4 Communicatiemiddelen ja nee opm. Is de algemene indruk van de gebruikte communicatiemiddelen goed? 5. Algemene indruk ja nee opm. Is de algemene indruk goed? Zijn er zaken die opvallen? Blz. 7 auditlijst CIV versie februari 2012

8 Opmerkingen: Blz. 8 auditlijst CIV versie februari 2012