bestaande 4-schijvenstelsel, 'het oude stelsel' schijf lengte van de schijf belastingtarief % % 3 40.
|
|
- Sterre Boer
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Een oefentoets is niet de echte toets in een andere verpakking. Opgave 1 De regerende coalitie in een land wil de inkomstenbelasting (IB) vereenvoudigen door de 4e belastingschijf te laten vervallen en de lengte van de 2e schijf euro groter te maken. Dit 3-schijvenstelsel wordt 'het nieuwe stelsel' genoemd. Er is en blijft een algemene heffingskorting van Binnen de coalitie is nog onenigheid over aftrekposten. bestaande 4-schijvenstelsel, 'het oude stelsel' schijf lengte van de schijf belastingtarief % % % 4 50% Een sociaaldemocratische oppositiepartij die de vereenvoudiging helemaal niet ziet zitten geeft adviesbureau PAC (Public Affairs Count) de opdracht beide stelsels met elkaar te vergelijken. PAC maakt eerst een ruwe berekening voor het totaalbedrag IB in het oude stelsel: Op basis van 10 miljoen belastingplichtigen met een gemiddeld inkomen van maakt het bureau een schatting voor het totaalbedrag IB, uitgaande van de fictie dat iedereen verdient. Als de uitkomst van deze berekening slechts 5% of minder afwijkt van het feitelijke totaalbedrag IB, wil PAC aan deze fictie vasthouden bij zijn verdere berekeningen. a Bereken het geschatte totaalbedrag IB volgens de rekenmethode van PAC. b Wat is de bijbehorende gemiddelde belastingdruk volgens deze rekenmethode? Of het grootste deel van de 10 miljoen inkomens lager of juist hoger is dan het gemiddeld inkomen is onder andere van belang voor het realiteitsgehalte van de schatting waar PAC mee komt. c Als PAC aardig goed zit met z'n berekening, wat wil dat dan zeggen over de frequentieverdeling van het inkomen? Licht je antwoord toe door gebruik te maken van de inleiding op deze vraag, en door nog een factor erbij te betrekken. Hoewel de gemiddelde inkomstenbelastingdruk voor de lage inkomens niet zal oplopen door het nieuwe stelsel, vreest de oppositiepartij toch netto nadelen voor mensen met lage inkomens. Zij kijkt daarbij naar het effect van het nieuwe stelsel - zoals zij dat inkleurt - op het geheel van belastingen en uitkeringen op het reëel netto besteedbare inkomen. d Noem drie factoren waar de oppositiepartij aan zou kunnen denken. e Bereken het voor- of nadeel van invoering van het nieuwe stelsel voor iemand met een bruto inkomen van euro, die daardoor een aftrekpost van euro kwijtraakt. f Laat in figuur 1f grafisch zien dat de belastingdruk in punt 2 hoger is dan in punt 1. belasting 2 figuur 1f 1 inkomen
2 Opgave 2 macro-economisch geldkringloop en nationale rekeningen Enkele symbolen: Ŷ = bruto inkomen huishoudens. C = consumptie. B gez = inkomstenbelasting minus uitkeringen en toeslagen, zoals bijstand, AOW, huurtoeslag/zorgtoeslag. S gez = besparingen huishoudens. Er zijn 10 miljoen mensen met een inkomen. Het gemiddeld bruto inkomen is en het gemiddeld netto besteedbaar inkomen is De consumptie is 80% van het netto besteedbaar inkomen. a Toon met berekeningen aan dat Ŷ = 304, C = 208, B gez = 44 en S gezinnen = 52. Bedrijven I OL=700 bruto = 40 Buitenland Financiële sector Overheid Huishoudens Overige gegevens: Behalve B gez is er nog door bedrijven betaalde belasting: B bedr = 18. B bedr = saldo productgebonden belastingen en subsidies. M beschouwen we als import van grondstoffen. Bruto investeringen bedrijven: I bruto = 40. Afschrijvingen bedrijven: Â = 10. Ingehouden winst bedrijven: Ŵ = S bedrijven = 3. Onderlinge leveringen 'grondstoffen' van bedrijven aan bedrijven: OL = 700. Overheidsbestedingen: G = 64, waarvan 5 miljard ambtenarensalarissen. Export: E = 150. Import: M = 127. In deze opgave is er geen verschil tussen binnenlands en nationaal, dus bbp = nbp. b Bereken Y bruto marktprijzen, Y netto marktprijzen en Y netto basisprijzen.
3 vervolg opgave 2 Bedrijven keren Y netto basisprijzen minus Ŵ uit aan gezinnen. c Stel het geldkringloopschema samen, met een aparte geldlijn van overheid naar huishoudens voor de ambtenarensalarissen. d Stel de nationale boekhouding op. Verbanden tussen de gegevens van deze opgave: i Y netto marktprijzen = C + I netto + G + E M Y netto basisprijzen = Ynetto mp saldo productgebonden belastingen Y bruto mp = C + I bruto + G + E M ii Y netto = C + B + S Y bruto = C + B + S +  iii S = S gezinnen + Ŵ S = S gezinnen + Ŵ iv S gez = (I netto Ŵ) + (G B) + (E M) S gez = (I bruto  Ŵ) + (G B) + (E M) v S = I netto + (G B) + (E M) S +  = I bruto + (G B) + (E M) De bijdrage van bedrijven aan het bbp is op drie manieren te berekenen: omzet intermediair verbruik via de finale bestedingen:.. factorbeloningen + saldo productgebonden belastingen + afschrijvingen. Opgave 3 op volgende blad
4 Opgave 3 Balans per 1 januari van GAB, de gezamenlijke algemene banken ( mld euro) a1 Tegoed bij CB (de centrale bank) 12 a2 Verhandelbare vorderingen 410 a3 Debiteuren (krediet aan publiek) 706 a4 Dollartegoeden bij Am. banken p1 Betaaltegoeden publiek 1) p2 Spaartegoeden publiek p3 Krediet van CB Eigen vermogen (EV): p4 Aandelenkapitaal en reserves p5 Winst 1) publiek = alles behalve de centrale overheid, dus bedrijven en gezinnen Aannames: - Eisen liquiditeit en solvabiliteit: a1 2% p1; EV 10% (a2 + a3 + a4) - De (Rijks)overheid heeft geen betaalrekening bij GAB, maar bij CB. - Met buitenland bedoelen we de landen buiten de EMU. - Tussen het buitenland en de EMU wordt met dollars betaald. - Al het geldverkeer giraal. Spaartegoeden (p2) blijven gelijk. Vraag nul. Bankbalanskennistest. Wat zit er achter balansmutaties a t/m j? 0 a) a3+ en p1+ b) a4+ en p1+ c) a2+ en a4- d) a1- en p1- e) p1+ en p2- f) a1- en p3- g) p1- en p4+ De volgende gaan over winst en verlies. Neem aan dat rente aan spaarrekeninghouders wordt overgemaakt naar hun betaalrekening. h) p1+ en p5- i) a1+ en p5+ j) a4+ en p5+ GAB heeft al 706 uitgeleend aan het publiek. a Toon aan dat GAB vanwege de solvabiliteit deze kredietverlening niet kan uitbreiden. GAB heeft belegd in staatsobligaties. CB koopt voor 60 mld staatsobligaties van GAB (Dit heet kwantitatieve verruiming) in de hoop dat GAB krediet gaat verstrekken aan bedrijven. b Welke balansmutaties geeft dit bij GAB? Na de kwantitatieve verruiming breidt GAB haar kredietverlening aan bedrijven maximaal uit. c1 Bereken de maximaal mogelijke kredietexpansie. 2 Wat is het effect op de rentetarieven? 3 Wat is het effect op de valutakoers van de euro? 4 Helpen c2 en c3 bij het tegengaan van deflatie? We beschouwen GAB hierna als (slechts) een van banken in de EMU, en concentreren ons op de betalingsbalans (BB), de valutamarkt voor de euro en de koers van de euro. Deze banken betalen elkaar via hun tegoed bij CB. d1 Verklaar dat a4+ en p1+ de vraag naar de euro weerspiegelt (de pluszijde van de BB), en a4- en p1- het aanbod van de euro (de minzijde van de BB). 2 Geef voor a4+ en p1+ vijf voorbeelden, één voor elke deelrekening van de BB (handels-, diensten-, inkomens- en financiële rekening). 3 Verklaar dat a1-/+ en a4+/- afgeleide mutaties zijn, door de BB veroorzaakt. 4 Verklaar dat als de gezamenlijke EMU-banken per saldo dollars van elkaar willen kopen de koers van de euro daalt.
5 Opgave 4 Deze opgave gaat onder ander over productie van bedrijven: bruto toegevoegde waarde in constante prijzen arbeidsproductiviteit: productie per arbeidsjaar werkgelegenheid: aantal arbeidsjaren dat is ingevuld, dus de vacatures vallen erbuiten arbeidsinkomensquote (a.i.q.) loonontwikkeling: ontwikkeling loon per eenheid arbeidstijd prijsontwikkeling: ontwikkeling nominale toegevoegde waarde per product Gegevens van jaar 2 in procentuele mutaties (ten opzichte van jaar 1) productie van bedrijven +1,4% loonindex +1,7% arbeidsproductiviteit +2,1% prijspeil +0,8% De arbeidsinkomensquote in jaar 1 was 80,2% Hou in berekeningen en het eindantwoord de nauwkeurigheid van de gegevens aan. a Bereken de procentuele mutatie van de werkgelegenheid in jaar 2. b Bereken de procentuele mutatie van de loonkosten per product in jaar 2. c Bereken de arbeidsinkomensquote in jaar 2. De minister van economische zaken is positief over de cijfers van jaar 2. In een praatprogramma zegt hij (nummering 1, 2 en 3 in zijn verhaal is door ons aangebracht) : Ik verwacht voortgaande groei van de productie. (1) Dat de werkgelegenheid nog niet aantrekt komt omdat bedrijven in de moeilijke jaren die we nu achter ons laten personeel hebben vastgehouden waarvoor eigenlijk te weinig werk was. (2) Verder zijn er juist nu reorganisaties aan de gang waarvoor kortgeleden het geld ontbrak. (3) Toenemende dienstverlening via internet en robotisering helpen op korte termijn ook niet, maar zullen op lange termijn juist werkgelegenheid kunnen opleveren. d e Welke toename van de arbeidsproductiviteit zou je verwachten voor jaar 2 op basis van alleen punt 1 uit het verhaal van de minister. Leg punt 2 uit het verhaal van de minister uit.
6 Opgave 5 aantal uren zonneschijn + stroomproductie zonnecellen Hierboven is als voorbeeld een positieve relatie weergegeven tussen oorzaak zonneschijn en gevolg stroomproductie. In onderstaand schema worden op deze wijze macro-economische relaties weergegeven. Alle grootheden gaan over het eurogebied als geheel. De betekenis van enkele van deze grootheden is: Technologie: index toegepaste innovaties Prijspeil: index prijspeil bbp gedeeld door dezelfde (gewogen) index bij belangrijke buitenlandse handelspartners. Rente%: index voor de hoogte van belangrijke rentetarieven gedeeld door dezelfde (gewogen)index bij belangrijke andere landen. Concurrentiepositie: een getal tussen 0 en 10 dat aangeeft hoe sterk bedrijven staan op de markten waarop zij concurreren met buitenlandse bedrijven. oorzaak Y Technologie Concurrentiepositie Prijspeil Investeringen bedrijven Exportsaldo (netto export) oorzaak X Arbeidsinkomensquote Koers euro Rente% Oorzaak Z a b Geef een aannemelijke invulling voor oorzaak X, Y en Z, en schrijf het erbij in het bijbehorende tekstvak. Plaats langs elke pijl een dik plus- of minteken bij een positief of negatief verband. ##
bruto inkomen (per persoon)
Opgave 1 Lorenzcurve en economische kringloop Definities: Bruto inkomen Loon/pensioen, interest, winst/dividend, huur/pacht Netto inkomen Bruto inkomen inkomstenbelasting (IB) Netto besteedbaar inkomen
Nadere informatieHandel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8
betalingsbalans Zweden behoort tot de EU maar (nog) niet tot de EMU. Dat maakt Zweden een leuk land voor opgaven over wisselkoersen, waarbij een vrij zwevende kroon overgaat naar een kroon met een vaste
Nadere informatieSamenvatting Economie Toetsweek 2
Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN
Nadere informatieINLEIDING: Het BBP als welvaartsindicator van een land
INLEIDING: Het BBP als welvaartsindicator van een land A. Inleidende begrippen 1. Het begrip BBP Het BBP is de som van alle bruto toegevoegde waarden geproduceerd door alle ondernemingen in 1 land in een
Nadere informatieGezinnen. Overheid. Bedrijven. Buitenland
Hoofdstuk 2 Basisinzichten Opgave 1 NBP fk 990 S = 120 Gezinnen Bg = 50 C = 820 Overheid NBPov = 90 Indir. Bel. = 70 Cov = 50 Iov = 10 NBPb = 900 Bedrijven I = 110 X = 910 M = 930 Buitenland B NBPfk Bg
Nadere informatieWelvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?
1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte
Nadere informatieHoofdstuk 15 Economische relaties
Hoofdstuk 15 Economische relaties Open vragen 15.1 Gegeven is de onderstaande economische kringloop: Verder is nog gegeven dat de afschrijvingen van bedrijven gelijk zijn aan 200. De overheid schrijft
Nadere informatie4 Toon met twee verschillende berekeningen aan dat het ontbrekende gemiddelde inkomen (a) in de tabel gelijk moet zijn aan 70 000 euro.
Grote opgave personele inkomensverdeling Blz. 1 van 4 personele inkomensverdeling Inkomensverschillen tussen personen kunnen te maken hebben met de verschillende soorten inkomen. 1 Noem drie soorten primair
Nadere informatieKeuzeonderwerp. Keynesiaans model. Gesloten /open economie zonder/met overheid met arbeidsmarkt. fransetman.nl
Keuzeonderwerp Keynesiaans model Gesloten /open economie zonder/met overheid met arbeidsmarkt Vraag op de goederenmarkt Alleen gezinnen en bedrijven kopen op de goederenmarkt. C = 0,6 Y Aa = 4 mln mensen
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 6
Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting door een scholier 2139 woorden 16 oktober 2005 7,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Paragraaf 1 Micro-economie: als we de productie door 1
Nadere informatieLever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART 2016 08.45-10.15 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle
Nadere informatieEindexamen havo economie oud programma 2012 - I
Opgave 1 Beleggingen leiden tot inkomensverschillen Aangetrokken door voorspoedige ontwikkelingen op de effectenbeurs, zijn in een land de mensen steeds meer gaan beleggen in aandelen en obligaties. Mede
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)
Nadere informatieBruto binnenlands product
Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen
Nadere informatieEindexamen economie havo II
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 import: 250 + 29 + 139 + 415 460
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18
Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18 Samenvatting door Suzanne 4057 woorden 20 september 2017 4,2 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting hoofdstuk 16,17,18 Paragraaf 16.1
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vakbonden, werkgeversbonden, individuele
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 van het aanbod van arbeid
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2004-II
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 artikel 1 Een verklaring waaruit
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2007-II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 0,15 0,12 100% = 25%
Nadere informatieExamen VWO. economie. tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur
Examen VWO 2013 tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur economie Dit examen bestaat uit 26 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 59 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2006-II
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2003-II
4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Zakelijk boeren 1 maximumscore 1 A, B, D, E, F, H Opmerking
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI 2015 15:30-17:00 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2003-I
4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juiste berekening
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2004-I
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juiste berekening
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART 2016 08.45-10.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie Woensdag 9 maart 2016 B / 9 2015 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (21
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 5 opgaven en omvat 20 vragen.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat
Nadere informatieTENTAMEN. HvA-HES ALGEMENE ECONOMIE
TENTAMEN HvA-HES ALGEMENE ECONOMIE 2012- H2 Onderwijseenheid : AECVS2FE01-1 & AECVS2FS01-1 Opleiding FRE & FSM 2 e jaars Datum : 5 juli 2012 Tijd : 17.15 19.15 uur VRJ NB Opgave 1, 2 en 3 moet door iedereen
Nadere informatieSamenvatting Economie Nationale Rekeningen
Samenvatting Economie Nationale Rekeningen Samenvatting door een scholier 1747 woorden 18 november 2004 4,8 57 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie 1.1 Macro-economie Kenmerk macro-economie
Nadere informatieNetto toegevoegde waarde: loon + huur + rente + winst Bruto toegevoegde waarde: waarde van verkopen waarde van productiebenodigdheden
Paragraaf 1 Nationaal inkomen en welvaart Economie samenvatting H8 Om de welvaart in een land te meten gebruik je het bbp (bruto binnenlands product). Dat is de omvang van de totale productie in het hele
Nadere informatieExamen HAVO. Economie 1
Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed
Nadere informatieNationale rekeningen 2004 Revisie 2001
Centraal Bureau voor de Statistiek Publicatiedatum CBS-website 9 mei 2005 Nationale rekeningen 2004 Revisie 2001 Enkele belangrijke uitkomsten revisiejaar 2001 Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI UUR UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI 2015 14.45 UUR 16.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene Economie 22 juni 2015 B / 11 2015 NGO - ENS B / 11 Opgave 1 (21 punten) Vraag
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2008-I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vergemakkelijken van het ontslaan
Nadere informatieMACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD
pdf18 MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD De macro-vraaglijn of geaggregeerde vraaglijn geeft het verband weer tussen het algemeen prijspeil en de gevraagde hoeveelheid binnenlands product. De macro-vraaglijn
Nadere informatiePersbericht. Herzien BBP 2001 ruim 18 miljard euro hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek. Consumptie huishoudens ruim 11 miljard hoger
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-047 20 april 2005 9.30 uur Herzien BBP 2001 ruim 18 miljard euro hoger Het bruto binnenlands product (BBP) van 2001 is door herziening van definities
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een voorbeeld van een
Nadere informatieEindexamen vwo economie 2014-I
Opgave 1 1 maximumscore 2 De kredietcrisis in de VS leidt ertoe dat Nederlandse banken verlies lijden op hun beleggingen in de VS en daardoor minder makkelijk krediet verstrekken aan bedrijven. Hierdoor
Nadere informatieMaak bij de beantwoording van de volgende vraag gebruik van onderstaande grafiek.
Opgave 1 M-vragen Maak bij de beantwoording van de volgende vraag gebruik van onderstaande grafiek. Euros to 1 RL 1 Is in de periode 31 maart 17 april sprake van een devaluatie van de euro ten opzichte
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieEconomie 1,2 (nieuwe stijl) en economische wetenschappen I en recht (oude stijl)
Economie 1,2 (nieuwe stijl) en economische wetenschappen I en recht (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Voor dit examen zijn maximaal 60 punten te behalen; het examen bestaat
Nadere informatie6 Geaggregeerde vraag en geaggregeerd aanbod
6 Geaggregeerde vraag en geaggregeerd aanbod Opgave 1 a Noem vier factoren die bij een gegeven prijsniveau tot een verandering van de Effectieve Vraag kunnen leiden. b Met welke (macro-economische) instrumenten
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2007-II
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat
Nadere informatieStatistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012
Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren
Nadere informatieDomein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)
1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen heeft 5 opgaven en omvat 21 vragen.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen heeft 5
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2002-II
4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 0,15 Een voorbeeld van een juiste verklaring
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 Voorbeeld van een juiste berekening: 47,5 27,5 100% = 72,73% 27,5
Nadere informatieModule 4. aanvulling theorie pag. 2. opgaven uit werkboek.. pag. 12 *** oefenopgaven. pag. 13 ***
Module 4 aanvulling theorie pag. 2 opgaven uit werkboek.. pag. 2 *** oefenopgaven. pag. 3 *** Aanvulling theorie European economies Vroom, sputter, sputter, bang Nov 2th 2004 Is the European recovery over
Nadere informatieOpdracht 1 Macro-economie [30p]
Opdracht 1 Macro-economie [30p] De effectieve vraag van land Angeloziё bestaat uit de voorgenomen consumptie van de gezinnen en de voorgenomen investeringen van de bedrijven. In dit land was het Bruto
Nadere informatieSamenvatting Economie Rekonomie
Samenvatting Economie Rekonomie Samenvatting door een scholier 1570 woorden 24 oktober 2011 5,3 76 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Rekonomie Hoofdstuk 1 De cijfers achter de komma worden ook
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2000-II
4 Antwoordmodel Opgave voorbeeld van een juiste berekening: 84.760.000 4 = 2.080 uur 63.000 2 voorbeeld van een juist antwoord: Een antwoord waaruit blijkt dat uitzendkrachten in deeltijd werken. 3 voorbeelden
Nadere informatieEindexamen economie vwo I
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave maximumscore 2 Door de vermindering van
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2006-II
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juiste berekening
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2005-I
Opgave 1 Nijvere Europeanen Een onderzoeksbureau heeft berekend dat de arbeidsproductiviteit per gewerkt uur in de Europese Unie (EU) gemiddeld lager is dan in de Verenigde Staten van Amerika (VS). In
Nadere informatieEindexamen economie vwo 2010 - I
Opgave 1 Grenzeloze industrie In een lidstaat van de Europese Unie (EU) is in 2004 onderzoek gedaan naar het verplaatsen van een deel van de industriële productie naar lagelonenlanden. Deze verplaatsing
Nadere informatieAls de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.
Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie
Nadere informatieExamen VWO. Economie 1,2 (nieuwe stijl) en economische wetenschappen I en recht (oude stijl)
Economie 1,2 (nieuwe stijl) en economische wetenschappen I en recht (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Voor dit examen zijn maximaal 62 punten te behalen; het examen bestaat
Nadere informatieDomein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl
Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die
Nadere informatie6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE
Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende
Nadere informatieExamen HAVO. economie. tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.
Examen HAVO 2010 tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur economie tevens oud programma economie 1,2 Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 27 vragen. Voor dit examen zijn maximaal
Nadere informatieExamen VWO. economie 1
economie 1 Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 30 mei 13.30 16.30 uur 20 05 Voor dit examen zijn maximaal 60 punten te behalen; het examen bestaat uit 30 vragen. Voor
Nadere informatieEindexamen economie 1 havo 2000-I
Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van
Nadere informatieEconomische effecten van een verlaging van de administratieve lasten
CPB Notitie Datum : 7 april 2004 Aan : Projectdirectie Administratieve Lasten Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten 1 Inleiding Het kabinet heeft in het regeerakkoord het
Nadere informatieExamen HAVO. economie. tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.
Examen HAVO 2012 tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.00 uur oud programma economie Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 28 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 60 punten te behalen.
Nadere informatieVoorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur
Economische wetenschappen 1 en recht Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur 19 99 Dit examen bestaat uit 34 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2005-I
4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 102,4 100 = 101,4866 1,49% 100,9 Voor het antwoord:
Nadere informatieModule 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging
Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit
Nadere informatieExamen VWO. Economie 1,2 (nieuwe stijl)
Economie 1,2 (nieuwe stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 2 juni 13.3 16.3 uur 2 1 Voor dit examen zijn maximaal 84 punten te behalen; het examen bestaat uit 3
Nadere informatieEindexamen vwo economie 2013-I
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit
Nadere informatieExamen HAVO. economie 1. tijdvak 1 donderdag 22 mei 13.30-16.00 uur
Examen HAVO 2008 tijdvak 1 donderdag 22 mei 13.30-16.00 uur economie 1 Dit examen bestaat uit 30 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 60 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met
Nadere informatieEindexamen economie havo II
Opgave 1 Werkt de arbeidsmarkt? Een van de problemen van de Nederlandse arbeidsmarkt is de gebrekkige aansluiting tussen de vraag naar arbeid en het aanbod van arbeid. Dat blijkt onder andere uit het tegelijkertijd
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Opgave 1 Verdienen ministers te weinig? Een commissie stelt dat een minister meer zou moeten verdienen dan zijn topambtenaren. Uit onderzoek van de commissie blijkt echter dat in 2005 het salaris van een
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2003-II
Opgave 1 Van protectie naar vrijhandel De overheid in een opkomend industrieland wil de economische ontwikkeling stimuleren. Daartoe is een aantal jaren geleden een auto-industrie opgezet. Een dergelijke
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2001-I
Opgave 1 Hoge druk op de arbeidsmarkt Gedurende een aantal jaren groeide de economie in Nederland snel waardoor de druk op de arbeidsmarkt steeds groter werd. Het toenemende personeelstekort deed de vrees
Nadere informatieEindexamen economie havo II
Opgave 1 Buitenland en overheid in de kringloop In de economische wetenschap wordt gebruikgemaakt van modellen. Een kringloopschema is een model waarmee een vereenvoudigd beeld van de economie van een
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2002-I
4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn:
Nadere informatieEconomische conjunctuur
Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. Ontstaat door veel vraag naar producten Trend (Gemiddelde groei over groot aantal jaren) laagconjunctuur
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Modellen
Samenvatting Economie Lesbrief Modellen Samenvatting door een scholier 1385 woorden 6 mei 2006 6,2 13 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H. 1, Crisis. Conjunctuurtheorie = theorie over crisis met
Nadere informatieTe weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.
Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2007-I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 q v = 200 1,25 + 450 = 200 q a
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 5 opgaven en omvat 20 vragen.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER 2015 15.15-16.45 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat
Nadere informatieDomein Goede Tijden, Slechte Tijden
Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Zie steeds de eenvoud!! havo Frans Etman Hoog- of laagconjunctuur Het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) heeft 2 filmpjes gemaakt over de indicatoren van de economie.
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2004-I
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord
Nadere informatieNATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen
NATIONALE REKENINGEN 1999 - Derde kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie
Nadere informatieEindexamen vwo economie I
Opgave 1 1 maximumscore 1 Uit het antwoord moet blijken dat de hoogte van de arbeidsinkomensquote 0,7 / 70% is. 2 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat als b 1 daalt, het inkomen na belastingheffing
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2000-I
4 Antwoordmodel Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 voorbeelden van juiste antwoorden: Een antwoord
Nadere informatieLever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER 2016 09.00 10.30 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 12 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle
Nadere informatieMacro-economisch scorebord 2015K4
Macro-economisch scorebord 2015K4 Saldo lopende rekening als % bbp Netto extern vermogen als % bbp Reële effectieve wisselkoers (36 handelspartners) 3-jaars voortschrijdend gemiddelde 3-jaars mutatie in
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de
Nadere informatieoefentoets 3 e periode 0910 vier opgaven pagina 1 van 4
oefentoets 3 e periode 0910 vier opgaven pagina 1 van 4 Opgave 1 valutamarkt Groot-Brittannië behoort niet tot de Economische Monetaire Unie (EMU). Het Britse pond ( ) is op de valutamarkt nog een zelfstandig
Nadere informatieOverzicht bijstellingen Sectorrekeningen 2012 Definitief, 2013 Nader voorlopig en 2014 Voorlopig
Overzicht bijstellingen Sectorrekeningen 2012 Definitief, 2013 Nader voorlopig en 2014 Voorlopig Actualisering van de uitkomsten van eerder gepubliceerde ramingen is noodzakelijk omdat na verloop van tijd
Nadere informatieEindexamen economie havo 2011 - I
Opgave 1 AWBZ-zorgen Havo-leerling Dick besluit voor economie een profielwerkstuk te maken over de stijgende uitgaven van de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten). Hieronder staan drie delen van
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23
Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23 Samenvatting door H. 1617 woorden 18 november 2012 6,5 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hfd 17 Het Bruto Binnenlands Product (blz 24 & 25) 17.1 Een
Nadere informatie