DERDE FAILLISSEMENTSVERSLAG IN HET FAILLISSEMENT VAN SEPATEC BV. d.d. 1 oktober : Midden-Nederland, locatie Lelystad

Transcriptie

1 Dit verslag ziet uitsluitend op hetgeen zich in de afgelopen verslagperiode heeft voorgedaan. Daar waar de nummering ontbreekt, zijn de hoofdstukken reeds afgesloten en wordt voor informatie verwezen naar de eerdere openbare verslagen. DERDE FAILLISSEMENTSVERSLAG IN HET FAILLISSEMENT VAN SEPATEC BV d.d. 1 oktober 2013 Gegevens onderneming Faillissementsnummer : de besloten vennootschap Sepatec BV : 16/13/198 F Datum uitspraak : 19 februari 2013 Curator Rechter-Commissaris Rechtbank : mr J.A.A. Boers : mr E.W.A. Vonk : Midden-Nederland, locatie Lelystad Activiteiten onderneming : technische ontwerp en advies voor procestechniek. Het ontwerpen en/of leveren en/of installeren en/of service verlenen en/of opstarten van machines en/of installaties voor industrie en overheid. Omzetgegevens : 2010 : ,00; 2011 : ,00; 2012 : ,00. Personeel gemiddeld aantal : 11 Verslagperiode : 29 juni 2013 tot en met 30 september 2013 Bestede uren in verslagperiode : 47:05 (bijlage 1) Bestede uren totaal : 154:24 (bijlage 2) 1

2 1. Inventarisatie 2. Personeel 2.4 Vorderingen op personeel Behoudens voor een bedrag van 283,78 heeft het UWV de vordering van de failliet op de heer C.F. Nikkels verrekend met hetgeen het UWV terzake van de overgenomen loon-verplichtingen aan de heer C.F. Nikkels verschuldigd was. Het UWV is gerechtigd tot deze verrekening. Aldus resteerde door de heer C.F. Nikkels aan de boedel te voldoen een bedrag 283,78. Dit bedrag heeft de heer C.F. Nikkels inmiddels overgemaakt naar de boedelrekening. 2.5 UWV/boedelvorderingen personeel Op 11 maart 2013 heeft de curator een activaovereenkomst gesloten met Lübbers Friesland B.V. Artikel 2.2 bepaalt, voor zover in casu van belang dat de koper de curator een nader door partijen vast te stellen boedelbijdrage betaalt voor de loonkosten van de personeelsleden, die vanaf 14 maart 2013 tot het einde van de opzegtermijn van de arbeidsovereenkomsten, maar in ieder geval tot 1 april 2013 voor Lübbers Friesland B.V. werkzaam zijn. Inmiddels heeft Lubbers Friesland B.V. deze vergoeding aan de boedel betaald. Uiteindelijk ging het om 7 medewerkers die op 1 april 2013 in dienst zijn getreden van Lübbers Friesland B.V. In het kader van de eindafrekening door het UWV stelde het UWV zich ten aanzien van deze medewerkers op het standpunt dat de uren vanaf 14 maart 2013 tot en met 31 maart 2013 in mindering worden gebracht op de uitkering van deze medewerkers. Het UWV beroept zich terzake op artikel 62 WW lid 2. Het standpunt komt er op neer dat, indien de curator de werknemers op detacheringsbasis laat werken, de uren bij die medewerkers worden gekort. De medewerkers hebben inmiddels loonvorderingen over deze periode bij de curator ingediend en verzoeken de curator deze loonvorderingen te erkennen en tot directe uitbetaling daarvan over te gaan. 2

3 In het volgende verslag komt de curator op deze kwestie terug. 2.6 Vordering op MPE Groep N.V. Tijdens de opzegperiode zijn twee medewerkers van de failliet deels werkzaam geweest ten behoeve van MPE Groep N.V. althans aan MPE Groep N.V. gelieerde ondernemingen. De curator heeft aanspraak gemaakt op betaling van de brutoloonsom over die gewerkte uren. In totaliteit gaat het om een bedrag van 7.546,03. MPE Groep N.V. betwist het totaal aantal uren, de hoogte van de vordering en stelt schade te hebben geleden als gevolg van het feit dat de werkzaamheden tijdens de opzegtermijn plotseling zijn beëindigd. In het kader van een totaalregeling met de curator heeft MPE Groep B.V. aangegeven zonodig bereid te zijn terzake 7.500,00 aan de boedel te voldoen. In het volgende verslag komt de curator hierop terug. 3. Activa 3.12 Andere activa Tijdens deze verslagperiode is aan rente op de boedelrekening bijgeschreven een bedrag van 262,13. Het totaal van de ontvangen rente komt daarmee op 435, Debiteuren 4.1 Omvang debiteuren Per faillissementsdatum was de debiteurenstand ,53. Zoals aangegeven in het vorige verslag, weigeren twee grote debiteuren te betalen namelijk MPE Groep N.V. en Coöperatieve Zuivelfabriek Rouveen. Met MPE Groep N.V. heeft inmiddels overleg plaatsgevonden. De vordering van de failliet op MPE Groep N.V. bedraagt ,69. Daartegenover heeft MPE Groep N.V. een vordering op de failliet van in totaliteit ,43. Tot op heden heeft de curator deze laatste vordering betwist. MPE Groep N.V. is van oordeel dat deze vordering hard is. De vordering heeft betrekking op de 3

4 door MPE Groep N.V. aan de failliet verleende diensten, waaronder management en ITondersteuning alsmede het betalen van verzekeringspremies, autokosten, kopieerkosten, administratiekosten en loonkosten. Dit gebeurde ook in het verleden. MPE Groep stelt dat deze kosten niet in het zicht van het faillissement zijn opgevoerd, maar dat deze kosten sinds jaar en dag werden doorberekend. De vordering van failliet op MPE Groep N.V. is verpand aan ABN AMRO Bank. MPE Groep N.V. is hoofdelijk aansprakelijk voor een mogelijk tekort van de failliet bij ABN AMRO Bank. Het belang van de boedel is dus de 10% boedelbijdrage die de curator met de ABN AMRO is overeengekomen in het kader van de incasso debiteuren. MPE Groep N.V. stelt dat zij, nu zij een compensabele vordering heeft, niets aan de boedel verschuldigd is. Bovendien zou betaling van het bedrag ,89 haar positie jegens de ABN AMRO Bank niet wijzigen, behoudens voor zover het de 10% boedelbijdrage betreft. Bij niet betaling blijft het bedrag, waarvoor MPE Groep N.V. hoofdelijk aansprakelijk is hoger. Indien zij wel betaalt, is zij dit bedrag weliswaar kwijt, maar verlaagt het bedrag, waarvoor zij hoofdelijk aansprakelijk is, dienovereenkomstig. Het belang van de boedel is dus maximaal 10% over het bedrag dat de failliet van debiteur MPE Groep N.V. heeft te vorderen. Inmiddels heeft hierover overleg plaatsgevonden. In het volgende verslag komt de curator op deze kwestie terug. Tot op heden is Coöperatieve Zuivelfabriek Rouveen niet bereid gebleken het openstaande ad ,00 te voldoen evenmin een deel. In de komende verslagperiode zal de curator deze zaak trachten af te wikkelen. 4.2 Opbrengst Tijdens deze verslagperiode heeft een debiteur uit Duitsland, DMK GmbH 2.425,00 aan de boedel betaald. Naar aftrek van de 10% boedelbijdrage heeft de curator 2.182,50 doorbetaald aan ABN AMRO. De totale boedelbijdrage in het kader van de incasso debiteuren bedraagt derhalve thans 9.315,73. 4

5 7. Rechtmatigheid 7.4 Stortingsverplichting aandelen Indien en voor zover niet aan de stortingsverplichting aandelen is voldaan, is de vordering terzake verjaard. Failliet is op 30 mei 2005 opgericht. 7.5 Onbehoorlijk bestuur Tijdens deze verslagperiode heeft de curator onderzoek verricht naar het antwoord op de vraag of het bestuur zich heeft schuldig gemaakt aan kennelijk onbehoorlijk bestuur. De curator zal in de volgende verslagperiode dit onderzoek afronden. 7.6 Paulianeus handelen Kremer Industriële Automatisering BV is verzocht en gesommeerd aan de boedel te voldoen hetgeen zij juist enkele weken voor faillissementsdatum in het kader van een tussen de failliet, haar en Coöperatieve Zuivelfabriek Rouveen gesloten overeenkomst van laatstgenoemde heeft ontvangen. De curator is van mening dat deze betaling door Coöperatieve Zuivelfabriek Rouveen aan Kremer Industriële Automatisering BV in strijd is met artikel 47 Faillissementswet en artikel 54 Faillissementswet. Kremer Industriële Automatisering BV heeft zich tot een advocaat gewend, die de vordering van de curator betwist. Nader onderzoek en bericht volgen. 8. Crediteuren 8.1 Boedelvorderingen Met betrekking tot de boedelvorderingen van een zevental medewerkers verwijst de curator naar het gestelde onder 2.5. Tijdens deze verslagperiode heeft de curator het taxatierapport van FDR en Associés ad 1.200,00 exclusief BTW voldaan alsmede een aantal verschotten, bestaande uit uittreksels uit de Kamer van Koophandel ad 21,50 exclusief BTW. 5

6 Het UWV heeft inmiddels haar boedelvordering bij de curator ingediend ad in totaliteit ,19. Voor een specificatie terzake wordt verwezen naar bijlage 3a bij het financieel verslag. 8.2 Preferente vorderingen van de fiscus: , Preferente vorderingen van het UWV Het UWV heeft inmiddels een preferente vordering bij de curator ingediend van ,94. Voor een specificatie wordt verwezen naar bijlage 3b van het financieel verslag. 8.4 Andere preferente vorderingen Op dit moment onbekend. 8.5 Aantal concurrente crediteuren Bedrag concurrente crediteuren Het totaalbedrag aan concurrente crediteuren bedraagt ,79. Voor een specificatie wordt verwezen naar de bijlage 3c van het financieel verslag. 10. Overig 10.1 Termijn afwikkeling faillissement Onbekend Plan van aanpak - Incasso restant debiteuren; - afronding onderzoek onbehoorlijk bestuur; - standpuntbepaling inzake paulianeus handelen Kremer Industriële Automatisering BV; - gebruikelijke werkzaamheden. 6

7 10.3 Indiening volgend verslag 1 januari 2014 Veenendaal, 1 oktober 2013 Mr J.A.A. Boers Curator Bijlagen: - Bijlage 1 : urenoverzicht verslagperiode; - Bijlage 2 : urenoverzicht besteden uren totaal; - Bijlage 3 : financieel verslag; - Bijlage 3a : overzicht boedelvorderingen; - Bijlage 3b : overzicht preferente vorderingen; - Bijlage 3c : overzicht concurrente vorderingen; - Bijlage 4 : laatste afschrift boedelrekening. 7