Bijzonder gewoon en gewoon bijzonder

Transcriptie

1 Bijzonder gewoon en gewoon bijzonder Onderwijsvoorziening Stichting Fioretti-Teylingen locatie KTS & SWV Duin- en Bollenstreek V(S)O en Regulier waar mogelijk, maatwerk indien nodig juli 2015 H. Verbaas 1

2 Inhoud 1. Het vertrekpunt De plaats van de KTS binnen het samenwerkingsverband Welke leerlingen? Toelatingscriteria Behoefte...4 Voorzichtige prognose:...5 Conclusie:...5 2

3 1. Het vertrekpunt Binnen de Duin- en Bollenstreek zijn er een aantal leerlingen, die moeite hebben een plaats te vinden op een gewone binnen het reguliere voortgezet onderwijs. Voorheen gingen deze leerlingen naar het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) Het is de taak van het samenwerkingsverband om de goede plek voor deze leerlingen te vinden, maar toch de instroom naar het VSO te beperken. Sinds de invoering van de Wet Passend Onderwijs is die taak ingebed in een wettelijk kader. Hiermee worden meer kansen geboden aan de leerling. De scholen hebben hierop gereageerd door meer mogelijkheden te bieden aan deze leerlingen, zodat ze binnen de setting van een reguliere school voor Voortgezet Onderwijs (VO) een diploma kunnen halen. Daarmee vergroten zij hun kansen op een goede plek op de arbeidsmarkt of het vervolgonderwijs. Bijkomend voordeel is de kostenbesparing; een plek binnen het VSO is vele malen duurder dan een plek binnen een reguliere setting. 2. De plaats van de KTS binnen het samenwerkingsverband Leerlingen van het VSO, die het niet redden om een diploma op Theoretische Leerweg te halen, maar qua niveau daaronder zitten, zouden de gelegenheid moeten hebben om een beroepsgericht diploma voortgezet onderwijs te halen. Normaal gesproken kan dat op een beroepsgericht vmbo, zoals de KTS. De scholen voor VSO zijn niet in staat (noch bevoegd) om de praktijkvakken aan te bieden, die bij het beroepsgerichte diploma op basis- of kaderniveau horen. De KTS heeft zelf een symbioseklas opgestart vanaf leerjaar 3, met het doel vanuit zijn maatschappelijke betrokkenheid en onderwijsvisie: Iedere leerling verdient een geschikte onderwijsplek. In een later stadium hebben we deze klas ook opengesteld voor leerlingen die vanuit andere scholen, al dan niet vanuit het VSO, behoefte hadden aan deze voorziening. 3. Welke leerlingen? a) Leerlingen vanuit het VSO (b.v. Leo Kanner, Auris/voorheen de Weerklank, PC Hooft), b) Leerlingen van de KTS of andere scholen binnen het Samenwerkingsverband, die naar het VSO zouden gaan, c) Leerlingen vanuit de basisschool (PO), die normaal gesproken rechtstreeks naar het VSO zou gaan. d) Leerlingen vanuit het speciaal basisonderwijs, waarvoor de overstap naar regulier voortgezet onderwijs een te grote stap is (b.v. Don Bosco). 4. Toelatingscriteria De symbiose is bedoeld voor de leerlingen die een VMBO verwijzing hebben, maar die niet in een reguliere setting passen (zie hierboven). Het gaat dan om leerlingen in de Basisberoepsgerichte Leerweg (ev. Leerweg Ondersteunend Onderwijs, LWOO) 3

4 Kaderberoepsgerichte Leerweg Theoretische Leerweg Uiteraard gaat er een traject vooraf aan een plaatsing in het Speciaal Onderwijs, dus ook aan de plaatsing in een symbioseklas. 1 Als start van de symbiose, doorloopt de leerling een speciaal traject binnen de school. 2 Dit noemen we een arrangement. Tijdens dit arrangement wordt nauwkeurig nagegaan wat de mogelijkheden en kansen, maar ook de beperkingen, van de leerling zullen zijn in de symbioseklas. Het beroepsprofiel van de leerling moet aansluiten bij het aanbod van de scholen uit de Duin- en Bollenstreek. Vanaf leerjaar 1 is er plaats voor alle leerlingen met een dergelijke vmbo verwijzing. Voor leerlingen vanaf klas 3 kunnen alle leerlingen op de KTS in de symbioseklas terecht voor de algemene vakken (AVO vakken, zoals Nederlands, Engels, etc.). Leerlingen kiezen in leerjaar 3 voor een beroepsrichting. Op de KTS bieden we Techniek (PIE en BWI) en Horeca (HBR) aan. Mocht een leerling een andere richting hebben gekozen, dan werken we samen met de andere scholen in het samenwerkingsverband. Mocht een leerling bijvoorbeeld Zorg en Welzijn willen kiezen, dan zoeken we een oplossing. 5. Behoefte Deze bijzondere leerlingen hebben bijzondere behoeftes. Hierbij valt te denken aan een vaste ruimte, zodat ze niet elk lesuur van lokaal hoeven te wisselen. Dit dient een prikkelarme omgeving te zijn, dus niet elk lokaal is geschikt. Ook zijn vaste docenten noodzakelijk; voor elk vak een andere docent is ook te onrustig. Dit zijn voorwaarden om de noodzakelijke structuur te bieden. Symbioseleerlingen volgen zo veel mogelijk het reguliere programma. Dit heeft een praktische insteek, want de voorzieningen zijn uitgebreider in een reguliere setting. Denk hierbij aan technieklokalen, de keuken en de l.o. Wel is er extra ondersteuning aanwezig tijdens deze uren. Deze ondersteuning valt buiten de gewone begroting, en wordt door de KTS gedragen. De uren in de beroepsgerichte vakken, worden betaald door de KTS. Ook de materiaalkosten vormen hier een substantieel onderdeel van. 1 Zie bijlage : Symbiose als onderwijsvoorziening, M. Swart, juni Zie bijlage : Arrangementen in de school, , Teylingen College, KTS, H. Verbaas, juli

5 Voorzichtige prognose: Door de toestroom naar deze faciliteit, en dus de vermindering van toestroom naar het VSO, verwachten wij een groei. Op dit moment kunnen we nog niet starten met leerlingen die in leerjaar 2 willen (en kunnen) instromen, door ruimtegebrek. Deze kinderen zijn doorverwezen naar het speciaal onderwijs. Hopelijk kunnen zij in leerjaar 3 instromen op een later moment. Ook aanvragen vanuit het VSO voor leerlingen in de bovenbouw, leerjaar3, kunnen we niet meer plaatsen in schooljaar met de huidige capaciteit. Dit in overweging nemend, hebben we een voorzichtige prognose gemaakt: Leerjaar 1. Leerjaar 2. Leerjaar 3. Leerjaar 4. Totaal 2014 / / vanaf / / Conclusie: Er is vraag naar Passend Onderwijs voor bijzondere leerlingen. Om aan deze vraag te voldoen, hebben we vooral meer ruimte nodig. De expertise en de docenten zijn aanwezig, en de route is duidelijk. De hierboven getoonde prognose is een voorzichtige; wij verwachten dat met grotere naamsbekendheid, ook de groei en dus de prognose daarvan aangepast zal worden. Bijlagen 5