Beantwoording vragen raadscommissie d.d inzake beheerplan civiele objecten

Transcriptie

1 Beantwoording vragen raadscommissie d.d inzake beheerplan civiele objecten De heer Zwijgers (CDA) geeft aan dat hij er vanuit gaat dat de genoemde bedragen maximale bedragen zijn. Klopt. Zo is er bijvoorbeeld bij de noodzakelijke vervanging van beschoeiingen gerekend met de complete vervanging van de beschoeiing, terwijl er in de praktijk misschien een deel kan worden omgevormd tot natuurvriendelijke oever. Hij vraagt verder hoe monitoren van o.a. de veiligheid plaatsvindt. Gebeurt dit door een externe adviseur? De objecten worden periodiek geïnspecteerd. Voor de actualisatie van het beheerplan zijn de objecten door een externe adviseur (Ingenieursbureau Westenberg) geïnspecteerd. Dit gebeurt op basis van objectieve criteria en met een frequentie van eens in de 3 5 jaar. Tussentijds worden de objecten (voor de opstelling van het jaarplan) jaarlijks geschouwd door de vakspecialist van de gemeente. Daarnaast wordt een aantal specifieke objecten (zoals de vissteiger Hitsertse Kade, oeververdediging Piershil, brug Wilhelminastraat N B e.d.) uit het oogpunt van de veiligheid frequenter geschouwd. De brug bij de Wilhelminastraat Nieuw Beijerland en de havenkade en oeververdediging in Piershil zijn van matige kwaliteit. Waarom is er voor de brug geen krediet opgenomen en voor de havenkade en oeververdediging wel? Beide zijn afhankelijk van een initiatiefnemer. Voor de uitbreiding van de dorpskern Nieuw Beijerland is een overeenkomst met de ontwikkelaar (Roosdom Tijhuis) opgesteld. De vervanging van de brug maakt deel uit van deze overeenkomst. De kosten voor vervanging van de brug zijn daarom in het beheerplan buiten beschouwing gelaten. De havenkade en oeververdediging in Piershil maken delen uit van het plangebied Swaneblake. Voor het plan Swaneblake is nog geen overeenkomst met een ontwikkelaar opgesteld. De kosten voor herstel/vervanging van de havenkade en oeververdediging zijn daarom (vooralsnog) opgevoerd. De heer Van Driel (GBK) vindt het een duidelijk stuk. Wij missen wat we besparen en zijn de kosten elders weer opgenomen? Het is nu nog niet aan te geven wat de uiteindelijk besparingen zijn. Voor veel zaken moet nader onderzoek worden verricht naar de haalbaarheid van de voorgestelde bezuinigingen. 1

2 Zo zal er bij het afstoten of verwijderen van objecten moeten worden nagegaan welke afspraken er in het verleden zijn gemaakt (en vastgelegd). Vervolgens zal moeten worden bekeken of (en hoe) deze afspraken kunnen worden teruggedraaid. Het voorstel is dan ook om gedurende de uitvoering van het beheerplan te trachten de kosten te reduceren door middel van het uitvoeren van de in het advies voorgestelde maatregelen. Vooralsnog zijn de kosten voor instandhouding/vervanging van de eventueel af te stoten objecten nog in het beheerplan opgenomen. De in het beheerplan genoemde bedragen zijn dus de maximale bedragen. Is besparing haalbaar en we gaan nu uit van aanhouden niveau 3. Wat zijn gevolgen niveau 2 en 4? Niveau 3 (kwalificatie redelijk ) is het basis onderhoudsniveau voor een adequaat en doelmatig beheer van de objecten. Met onderhoud op niveau 3 wordt er voor gezorgd dat een onderdeel of constructie zijn functie niet verliest. Objecten kunnen plaatselijk gebreken aan afwerklagen, materialen, onderdelen en constructies vertonen. Bij onderhoud op dit niveau komt een aantal onderhoudsmaatregelen met betrekking tot de toonbaarheid te vervallen, waardoor gebreken, in de vorm van verwering enz., plaatselijk tot regelmatig kunnen voorkomen. Bij maatregelen met betrekking tot de duurzaamheid worden lagere frequenties gehanteerd dan bij niveau 2. Door lagere frequenties te hanteren wordt voor bepaalde onderdelen een verslechtering van de onderhoudstoestand geaccepteerd, echter de gebreken hebben geen invloed op het functioneren van het object. Bij niveau 2 (kwalificatie goed ) zal het onderdeel behandeld worden met het oog op de duurzaamheid. Gebreken aan de objecten in de vorm van materiaalaantasting en veroudering van afwerklagen, materialen, onderdelen en constructies komen incidenteel voor. Op dit niveau zal het onderdeel zo lang mogelijk meegaan, zonder dat het zijn functionaliteit verliest. Bij een aantal onderdelen spreken we niet van duurzaam maar van comfort. Als er gesproken wordt van comfort, zal het onderhoud gepleegd worden voordat het gebruik als oncomfortabel ervaren wordt. Bij niveau 4 (kwalificatie matig ) wordt er slechts onderhoud gepleegd als de veiligheid in het geding komt. Objecten vertonen regelmatig gebreken aan afwerklagen, materialen, onderdelen en constructies. Plaatselijk kunnen storingen in het functioneren van de objecten optreden. Functieverlies van diverse onderdelen wordt getolereerd. Bij dit niveau wordt er meer calamiteitenonderhoud uitgevoerd. Bij niveau 3 wordt de beste prijs kwaliteitverhouding verkregen. Op dit niveau is de theoretische levensduur van een object maximaal bij beperkte onderhoudskosten. Financieel gezien is dit het meest voordelige niveau, waarbij het functioneren van constructies gewaarborgd is en onveilige situaties worden voorkomen. Een verhoging van het niveau (naar niveau 2) zal leiden tot hogere onderhoudskosten. Een verlaging van het niveau (naar niveau 4) zal leiden tot kapitaalvernietiging. 2

3 De heer Stelpstra (PvdA) is blij met het stuk. Hij is enthousiast, het stuk gaat uit van de gedachte dat het college op het geld moet passen. Oeververdediging Spui Piershil: budget verschilt van tot , waarom adviseren we nu te reserveren? Primair is het waterschap verantwoordelijk voor de oeververdediging langs het Spui. De gemeente heeft hier echter in het verleden (ten behoeve van recreatie) een wijziging in de oeververdediging aangebracht. Daardoor is de verantwoordelijkheid voor dit stuk oeververdediging overgegaan naar de gemeente. Inmiddels zijn er gebreken aan deze oeververdediging ontstaan die (op termijn) moeten worden hersteld. In het beheerplan is uitgegaan van twee varianten. De eerste variant betreft het herstellen van de huidige oeververdediging overeenkomstig de bestaande situatie. Hiervoor is een bedrag geraamd van Na deze herstelwerkzaamheden blijft de gemeente verantwoordelijk voor deze oeververdediging. Bij deze variant blijft de recreatieve functie behouden. N.B. Uitspoeling van de huidige oeververdediging blijft een terugkerend probleem, tenzij de complete oeververdediging wordt vervangen. Bij de tweede variant wordt de huidige oeververdediging vervangen door stortstenen met de intentie deze vervolgens over te dragen aan het waterschap. De kosten voor het omvormen van de oeververdediging naar een stortstenen oeverconstructie worden geraamd op Bij deze variant komt de recreatieve functie te vervallen. Het voordeel van deze variant is dat dit een eenmalige actie betreft. Na overdracht is het waterschap verantwoordelijk voor de oeverconstructie. Het al dan niet handhaven van de oeververdediging in zijn huidige vorm (recreatieve doeleinden) is een bestuurlijke keuze. De betreffende oeververdediging valt binnen het plangebied Swaneblake. Het voorstel is dan ook om in afwachting van de verdere ontwikkeling van het plan Swaneblake de herstelwerkzaamheden uit te stellen. Op het moment dat verder uitstel uit het oogpunt van de veiligheid niet meer mogelijk is (of wanneer het plan Swaneblake niet wordt uitgevoerd) moet de oeververdediging alsnog worden aangepakt. Wij adviseren dan te kiezen voor variant 2. Voorgesteld wordt om vooralsnog een bedrag van in de begroting te reserveren. De heer Van den Brom (CDA) merkt naar aanleiding van pagina 4 op: brug Wilhelminastraat, voor veiligheid blijven we brug wel onderhouden. Wanneer wordt brug ontvangen in relatie tot het project. Zijn hier geen afspraken over te maken met ontwikkelaar? De brug maakt deel uit van de afspraken met de ontwikkelaar van Nieuw Beijerland Zuid, Roosdom Tijhuis. De aansluitende Wilhelminastraat zal ook voor een beperkt gedeelte worden aangepast. Hoe en wanneer is nog niet bekend. De ontwikkelaar wil in het komende najaar een begin maken met de (voorbereiding tot) ontwikkeling van de locatie. Op welk 3

4 moment de brug daadwerkelijk wordt vervangen is nog niet bekend. Eind van het jaar zal daar meer duidelijkheid over kunnen bestaan. Met betrekking tot de veiligheid zullen we de scheuren in de brug blijven monitoren. Picknickplaats, het vermoeden is dat dit niet of nauwelijks gebruik wordt. Dhr. Van den Brom weet dat er geen gebruik van wordt gemaakt, daarom bedrag onderzoek besparen. Dit betreft een bestuurlijke keuze. Als de raad (of het college) besluit om zonder voorafgaand (buurt)onderzoek de picknickplaats te verwijderen zal dit uiteraard op die wijze worden uitgevoerd. Steiger Wilhelminastraat NB, wordt gebruikt als visplek en ontmoetingsplaats, daarom toch van belang. Heroverweging om toch te handhaven. Dit betreft een bestuurlijke keuze. De huidige steiger verkeert in een slechte conditie. Als de raad (of het college) besluit om de steiger te handhaven zal deze op korte termijn (in 2015) moeten worden vervangen. De heer Aan de Wiel (GL): vraag oeververdediging recreatieterrein Piershil. Deze was vroeger niet aanwezig. Waarom moeten wij daar nu geld aan uitgeven? Dit is toch zwemmen etc voor eigen risico?! Moeten we dit wel doen? Zie beantwoording vraag van de heer Stelpstra. Als eigenaar/beheerder is de gemeente verantwoordelijk (heeft een zorgplicht) voor de door haar aangebrachte voorzieningen (zowel m.b.t. de veiligheid voor gebruikers als de zorg voor een deugdelijke oeververdediging). Dit staat los van het feit dat het op die locatie zwemmen op eigen risico is. De heer Matze (SGP) geeft aan dat beelden (foto s) hem kunnen helpen bij de beoordeling. Ter indicatie treft u hierbij een tweetal voorbeelden uit de beeldkwaliteitscatalogus van het CROW aan. Niveau 3 komt (nagenoeg) overeen met het beeldkwaliteitsniveau B. Niveau 2 met A en niveau 4 met C. 4

5 Opgemerktwordtdathetbeheerplanisgebaseerdopdetechnischekwaliteitvande objecten.eenbeheerplangebaseerdopdebeeldkwaliteitisvoordecivieleobjectenniet raadzaam.zokaneenbijvoorbeeldeenhoutenbrugerophetooggoeduitzien,maaraande onderzijdeaanzienlijkehoutrotschadeindedraagconstructiehebben.dezebrugzouop basisvandebeeldkwaliteitgeenonderhoudbehoeven,terwijlhijopbasisvandetechnische kwaliteitopkortetermijnmoetwordenvervangen. 5