Ambulancezorginstelling (meldkamer ambulancezorg & ambulancedienst)
|
|
- Irma Boer
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Zelfevaluatie-instrument voor de preparatie op spoedeisende medische zorgverlening bij grootschalige incidenten en rampen Ambulancezorginstelling (meldkamer ambulancezorg & ambulancedienst) (versie 5.0/januari 2007) Datum uitvoer zelfevaluatie.. - -
2 Inhoudsopgave Gebruiksaanwijzing zelfevaluatie-instrument 3 Achtergrond zelfevaluatie-instrument 3 Uitgangspunten zelfevaluatie-instrument 3 Toepassing van het zelfevaluatie-instrument 4 De eerste zelfevaluatie 4 Opvolgende zelfevaluaties (monitoring) 4 Nabespreking met onafhankelijke deskundigen 4 Praktische informatie voor het gebruik van het zelfevaluatie-instrument 4 Opbouw zelfevaluatie-instrument 4 Het invullen van het zelfevaluatie-instrument 5 Zelfevaluatie-instrument Ambulancezorginstelling 6 Procedures 6 Notitieblok: conclusies - actiepunten - realisatietermijn 8 Personeel en middelen 10 Notitieblok: conclusies - actiepunten - realisatietermijn 11 Opleiden, trainen en oefenen 12 Notitieblok: conclusies - actiepunten - realisatietermijn 15 Samenwerking 16 Notitieblok: conclusies - actiepunten - realisatietermijn 18 Woordenlijst 19 Pagina 2
3 Gebruiksaanwijzing zelfevaluatie-instrument Achtergrond zelfevaluatie-instrument Voor u ligt een zelfevaluatie-instrument waarmee u kunt toetsen hoe goed uw instelling is voorbereid op spoedeisende medische zorgverlening bij een grootschalig incident of een ramp. Dit instrument is ontwikkeld door het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg (NIVEL) in opdracht van het ministerie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Er is in Nederland nog weinig vastgesteld over de voorwaarden waaraan zorginstellingen moeten voldoen voor een goede preparatie op een ramp, maar het staat wel vast dat de reguliere zorg de basis is van waaruit opgeschaald wordt. Bij de ontwikkeling van het zelfevaluatie-instrument werd gebruik gemaakt van de inbreng van diverse nationale experts en koepelorganisaties, waarbij ondermeer bepaald werd waaraan een goede preparatie zou moeten voldoen. De inhoud van het zelfevaluatieinstrument sluit daardoor niet persé aan op de actuele situatie, maar weerspiegelt op een aantal punten de gewenste toekomstige situatie. Aan het einde van het zelfevaluatie-instrument is een verklarende woordenlijst opgenomen. Uitgangspunten zelfevaluatie-instrument Dit instrument is uitsluitend bedoeld om de voorbereidingen van de meldkamer ambulancezorg en/of de ambulancedienst op een ramp te evalueren. De voorbereiding op een ramp van de operationele GHOR-functies (CvD-G, Hoofd Gewondennest) die mogelijk door de ambulancezorginstelling worden ingevuld, worden niet geëvalueerd middels dit zelfevaluatieinstrument. Het zelfevaluatie-instrument is bedoeld voor een interne evaluatie van de voorbereidingen op spoedeisende medische zorgverlening bij externe rampen. Het instrument bevat onderwerpen die op orde zouden moeten zijn voor een goede preparatie. Met het voldoen aan alle aspecten toont u aan dat in de preparatiefase al het mogelijke gedaan is om daadwerkelijke zorgverlening tijdens een ramp zo goed mogelijk te laten verlopen. Vooralsnog zijn aan de praktische uitvoering van de aspecten die in het zelfevaluatie-instrument opgenomen zijn geen normen gekoppeld. Het zelfevaluatie-instrument is primair gericht op de voorbereiding op rampen waarbij er plotseling sprake is van een groot aantal gewonden, zoals bij een groot verkeersongeval of een explosie (al dan niet met gevaarlijke stoffen). Het is mogelijk dat bepaalde onderdelen van de voorbereiding op rampen (deels) onder de verantwoordelijkheid vallen van een externe partij, bijvoorbeeld het GHOR-bureau. Desalniettemin is elke instelling zelf verantwoordelijk voor een goede voorbereiding. 3
4 Toepassing van het zelfevaluatie-instrument De eerste zelfevaluatie Voor een complete zelfevaluatie wordt aanbevolen dat het zelfevaluatie-instrument gelijktijdig, maar afzonderlijk, door meerdere personen binnen uw instelling die zijn betrokken bij opgeschaalde ambulancezorg, wordt ingevuld. Vervolgens kunnen de bevindingen plenair nabesproken worden. Daarbij kan gedacht worden aan: Medisch manager Kwaliteitsfunctionaris Regionale Opleidingscoördinatoren (ROC) Hoofd meldkamer ambulancezorg Opvolgende zelfevaluaties (monitoring) Naast een eenmalige zelfevaluatie, kan het instrument meermaals toegepast worden om de kwaliteit van de preparatie te volgen in de tijd, bijvoorbeeld kort na iedere update van de procedures of na voltooiing van een oefenplan. Bij een vervolgevaluatie is het van belang om na te gaan (a) of er vorderingen geboekt zijn bij aspecten waaraan voorheen nog niet (geheel) voldaan werd en (b) of nog voldaan wordt aan de aspecten waaraan in een eerdere meting voldaan werd. Nabespreking met onafhankelijk deskundigen Voor het verbeteren van de preparatie wordt aanbevolen het resultaat van de zelfevaluatie voor advies met een externe partij te bespreken. Bij deze externe partij kan gedacht worden aan een onafhankelijke inhoudsdeskundige, bijvoorbeeld een andere zorginstelling. Daarnaast kan gedacht worden aan het GHOR-bureau of het traumacentrum. Praktische informatie voor het gebruik van het zelfevaluatie-instrument Opbouw zelfevaluatie-instrument Het zelfevaluatie-instrument bestaat uit vier domeinen met daarbinnen subdomeinen, namelijk: Procedures (opschalen; instandhouden opgeschaalde situatie; afschalen; evaluatie; interne verbetercyclus); Personeel en Middelen; Opleiden, Trainen en Oefenen (opleiden en trainen; oefenen; deskundigheidstoetsing); Samenwerking (1. binnen de ambulancezorginstelling; 2. met functionarissen van het GHORbureau; 3. met andere meldkamers ambulancezorg en ambulancediensten; 4. met andere acute zorg ketenpartners; 5. met GHOR, brandweer, politie en gemeenten). De domeinen omvatten een aantal genummerde stellingen (1.1, 1.2 etc.). De nummering begint bij elk domein opnieuw bij 1. Bij sommige stellingen is een onderverdeling gemaakt (1.1.1, etc.), waarbij geldt dat voldaan wordt aan de hoofdstelling als tenminste aan de bijbehorende deelstellingen wordt voldaan. 4
5 Het invullen van het zelfevaluatie-instrument U kunt de stellingen beantwoorden door de betreffende kolom aan te kruisen (Ja, Plan, of Nee). Er is tevens een vierde kolom voor toelichting op uw antwoord. Uitgangspunt daarbij is dat deze informatie voor uzelf helder is, zodat u in principe op een later tijdstip zou kunnen nagaan of er binnen uw instelling op dit punt veranderingen hebben plaatsgevonden. Aldus zijn er vier antwoordkolommen: De instelling voldoet volledig aan deze stelling. De instelling voldoet geheel niet aan deze stelling Er is concrete planvorming, waardoor in de nabije toekomst wel voldaan wordt aan deze stelling. Toelichting op het antwoord, bijvoorbeeld bij Nee waarom niet en bij Plan binnen welk tijdsbestek het plan gerealiseerd zal zijn Naast deze stellingen, wordt u een enkele keer verzocht een open vraag te beantwoorden, waarbij u uw antwoord op de stippenlijntjes in de laatste kolom kunt noteren. Bijvoorbeeld hoe vaak er een rampenoefeningen gehouden wordt:. keer per.maanden/jaar. Door deze informatie te noteren kunt u bijhouden hoe vaak een bepaalde activiteit heeft plaatsgevonden en of hierin regelmaat zit. Tot slot is er aan het einde van ieder domein ruimte gereserveerd voor notities, zoals hieronder weergegeven. In de notieblok kunt u uw conclusies op grond van uw antwoorden in dat domein noteren. Hieraan gekoppeld kunt u actiepunten noteren, inclusief een realisatietermijn waarbinnen u dat actiepunt gerealiseerd wilt hebben en wie daarvoor verantwoordelijk is. In een volgende zelfevaluatie kan geëvalueerd worden in hoeverre de actiepunten behaald zijn en kunnen eventuele vervolgacties genoteerd worden. Conclusies Actiepunten Realisatietermijn
6 Domein: Procedures Er zijn schriftelijk vastgelegde procedures voor handen voor de preparatie op en uitvoering van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp. Deze procedures betreffen tenminste: Opschalen 1 De fase van opschalen van de spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp is voor de ambulancezorginstelling schriftelijk in procedures vastgelegd. Dit betreft tenminste: (1.1 t /m 1.10) 1.1 De meldkamer heeft de verwerking van een verhoogd aantal meldingen in een procedure vastgelegd. Dat wil tenminste zeggen: een richtlijn voor de verwerking van een verhoogd aantal incidentmeldingen; een richtlijn voor het continueren van de verwerking van reguliere meldingen tijdens een ramp; op welke wijze reguliere meldingen van incidentmelding gescheiden kunnen worden. 1.2 In richtlijnen is vastgelegd de besluitvorming omtrent het wel of niet inschakelen van de GHOR na melding van een incident. 1.3 In een procedure is vastgelegd welke acties door de meldkamer ambulancezorg bij afkondiging van een bepaalde GRIP-fase genomen moeten worden. 1.4 Er zijn afspraken gemaakt en schriftelijk vastgelegd inzake de bevoegdheid van meldkamercentralisten tot direct groot opschalen inclusief criteria voor dit besluit. 1.5 De meldkamer ambulancezorg heeft de interne en externe alarmering in procedure vastgelegd. Deze procedure omvat in ieder geval de volgende onderdelen: een beschrijving van de wijze van alarmering van de diverse GHOR-ketenpartners (ziekenhuizen, traumacentrum, Nederlandse Rode Kruis, huisartsen(-posten), GGD, GGZ); een beschrijving van de wijze van alarmering van de operationele GHOR-functies (onder andere RGF, HS-GHOR, CvDG, OvDG, SIGMA-team, AMBU-team); een beschrijving van de wijze van alarmering van extra ambulance-, en meldkamerpersoneel; de methode van alarmering binnen en buiten kantooruren; de back-up methode van alarmering in situaties waarin alarmering via de reguliere methode niet mogelijk is; gecontroleerd wordt of de alarmeringsnummers van de GHOR-ketenpartners en operationele GHORfunctionarissen actueel zijn; Is er voor het controleren van de alarmeringsnummers van de GHOR-ketenpartners en operationele GHOR-functionarissen een vaststaande frequentie vastgesteld? - Zo ja,.x per.. maand(en)/jaar (doorstrepen wat niet van toepassing is). - Hoe vaak werden de afgelopen 2 jaar de alarmeringsnummers gecontroleerd? keer. 6
7 1.5.7 de actualiteit van de telefoonnummers van het eigen ambulance-, en meldkamerpersoneel wordt gewaarborgd middels een periodieke update; Is er voor het updaten van de telefoonnummers van ambulance-, en meldkamerpersoneel een vaststaande frequentie vastgesteld? de inzetcriteria en de wijze van alarmering van het Medisch Mobiel Team; een richtlijn omtrent welke informatie bij alarmering aan de diverse GHOR-ketenpartners, operationele GHOR-functionarissen en extra meldkamer-, en ambulancepersoneel verstrekt moet worden; of en op welke wijze de opgeroepen functionaris de ontvangst van de alarmeringsboodschap moet bevestigen. 1.6 De meldkamer ambulancezorg beschikt over een richtlijn waarin de wijze van opschorten van uitstelbaar regulier vervoer (besteld vervoer) ten tijde van een ramp is vastgelegd. 1.7 De ambulancedienst heeft de taken en verantwoordelijkheden van de 1 e ambulance schriftelijk in een procedure vastgelegd. 1.8 De ambulancedienst beschikt over een procedure voor de pre-hospitale triage van een groot aantal slachtoffers tijdens een ramp. 1.9 Er zijn richtlijnen opgesteld voor de opvang van ambulance-, en meldkamerpersoneel die tijdens en/of na afloop van een ramp psychologische (nazorg) nodig hebben In een richtlijn is vastgelegd op welke wijze er door meldkamer-, en ambulancepersoneel ten tijde van een ramp met de pers moet worden omgegaan en welke informatie wel en niet verstrekt mag worden. - Zo ja,.x per.. maand(en)/jaar (doorstrepen wat niet van toepassing is). - Hoe vaak vond er de afgelopen 2 jaar een update van de telefoonnummers plaats? keer. Instandhouden opgeschaalde situatie 2 Het instandhouden van de opgeschaalde situatie voor de meldkamer ambulancezorg en de ambulancediensten gedurende de vereiste termijn, is schriftelijk in procedures vastgelegd. Dit betreft tenminste: (2.1 t /m 2.3) 2.1 De ambulancedienst beschikt over een procedure voor de registratie van grote aantallen slachtoffers bij een ramp. Deze procedure omvat in ieder geval een beschrijving van: wijze van registeren van het aantal vervoerde rampenslachtoffers en persoongegevens van de vervoerde slachtoffers; wijze van verwerking van de geregistreerde gegevens (aantal slachtoffers; persoonsgegevens); 7
8 2.1.3 op welke wijze en onder wiens verantwoordelijkheid de geregistreerde gegevens tijdens een ramp worden aangeleverd bij de gemeente ten behoeve van het Centraal Registratie en Inlichtingen Bureau (CRIB). 2.2 In richtlijnen is vastgelegd onder wiens verantwoordelijkheid en globaal op welke wijze de coördinatie van de inzet van personeel ten behoeve van de continuering van opgeschaalde zorgverlening plaatsvindt. Deze verantwoordelijkheid betreft tenminste: de coördinatie van opgeroepen en van spontaan opkomend meldkamer-, en ambulancepersoneel tijdens een ramp; het opstellen van aflossingsschema s voor meldkamer-, en ambulancepersoneel ten behoeve van de continuering van langdurige opgeschaalde spoedeisende medische zorg. 2.3 In richtlijnen is vastgelegd onder wiens verantwoordelijkheid en globaal op welke wijze het bevoorraden van ambulances met medisch/verpleegkundig materiaal, brandstof en voedsel gedurende de opgeschaalde situatie plaatsvindt. Afschalen 3 De fase van afschalen van de zorgverlening na een ramp is voor de meldkamer ambulancezorg schriftelijk in procedures vastgelegd. Dit betekent dat: (3.1) 3.1 De meldkamer ambulancezorg heeft voor de afschaling de beschikking over procedures waarin beschreven staat: welke functies de bevoegdheid hebben meldkamer-, en ambulancepersoneel opdracht te geven af te schalen; welke functionaris op de meldkamer ambulancezorg de coördinatie heeft over de afschaling; beschrijving van de acties die door de meldkamer ambulancezorg voor de externe afschaling (van de GHOR-keten) genomen moeten worden; beschrijving van de acties die door de meldkamer ambulancezorg voor de interne afschaling (meldkamer ambulancezorg en/of ambulancedienst) genomen moeten worden. Evaluatie 4 De fase van evaluatie binnen de eigen organisatie na een externe ramp is in richtlijnen vastgelegd. Dit betekent dat: (4.1 t /m 4.3) 4.1 In richtlijnen is vastgelegd onder wiens verantwoordelijkheid en globaal op welke wijze met de betrokken medewerkers na afloop van een ramp wordt geëvalueerd waarbij de persoonlijke beleving centraal staat. 4.2 In richtlijnen is vastgelegd onder wiens verantwoordelijkheid en globaal op welke wijze de interne processen en procedures voor zowel de meldkamer ambulancezorg als de ambulancedienst na afloop van een ramp worden geëvalueerd. 8
9 4.3 In richtlijnen is vastgelegd onder wiens verantwoordelijkheid en globaal op welke wijze de meldkamer ambulancezorg en de ambulancedienst een bijdragen leveren aan mono-, en multidisciplinaire evaluaties na een ramp. Interne verbetercyclus 5 De schriftelijk vastgelegde procedures voor de preparatie op en uitvoering van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp zijn ingebed in een interne verbetercyclus. Dit houdt tenminste in: (5.1 t /m 5.6) 5.1 Het opstellen, implementeren en actualiseren van procedures voor de meldkamer ambulancezorg en de ambulancedienst geschiedt in overleg tussen een functionaris van de ambulancedienst en/of meldkamer ambulancezorg en een functionaris van het GHOR-bureau. 5.2 De actualiteit van procedures voor de meldkamer ambulancezorg en de ambulancedienst wordt gewaarborgd middels een periodieke update. Wanneer omstandigheden hiertoe aanleiding geven, worden deze procedures tussentijds geactualiseerd. 5.3 Procedures die van toepassing zijn bij rampen zijn gebundeld voor de meldkamer ambulancezorg. 5.4 Meldkamer-, en ambulancepersoneel wordt op de hoogte gesteld van de voor hun relevante wijzigingen die bij een update in de procedures zijn aangebracht. 5.5 Procedures relevant bij rampen zijn ten alle tijde toegankelijk voor alle medewerkers. Dit houdt tenminste in dat: een papieren versie van de actuele procedures beschikbaar is op alle meldkamers en ambulanceposten; een elektronische versie van de actuele procedures beschikbaar is op alle meldkamers en ambulanceposten, bijvoorbeeld via intranet; de procedure 1 e ambulance beschikbaar is op alle ambulances. 5.6 Geüpdate procedures worden voor implementatie zowel door de ambulancezorginstelling als het GHORbureau geaccordeerd. Procedures: Conclusies Actiepunten Realisatietermijn
10 Domein: Personeel en Middelen De inzet van personeel en middelen voor de preparatie op en de uitvoering van spoedeisende medische zorgverlening door meldkamer-, en ambulancepersoneel bij een ramp wordt gewaarborgd. Personeel 1 Er wordt een personeelsbeleid gevoerd ten aanzien van de bijzondere aspecten van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp. Dit beleid voldoet tenminste aan: (1.1 t /m 1.3) 1.1 Schriftelijk is vastgelegd, door welke personen onderstaande functies worden ingevuld: beheer van de procedures voor de meldkamer ambulancezorg en de ambulancedienst, dit betreft het opstellen, het onderhouden en daarmee ook de actualisering en de implementatie van deze procedures; voor deze taak is structureel tijd beschikbaar; een crisisteam/ crisiscoördinator voor de interne bedrijfsvoering tijdens een ramp; zorgdragen voor het opleidings-, en trainingsplan en het (laten) voorbereiden, begeleiden en evalueren van opleidingen en trainingen voor meldkamer-, en ambulancepersoneel; zorgdragen voor het oefenplan en het (laten) voorbereiden, begeleiden en evalueren van oefeningen voor meldkamer-, en ambulancepersoneel; contact met de pers tijdens een ramp over ambulancezorg; 1.2 Bovengenoemde functies zijn schriftelijk vastgelegd, alsmede de taken, bijbehorende bevoegdheden en verantwoordelijkheden. 1.3 Voor bovengenoemde functies is bepaald wie 7 x 24 uur beschikbaar/ paraat dient te zijn en voor deze functies is een beschikbaarheids-, en/of paraatheidsregeling ingesteld. Middelen 2 Er wordt gewaarborgd dat communicatiemiddelen die nodig zijn bij een ramp bedrijfszeker en per direct inzetbaar zijn. Dit betreft tenminste: (2.1 t /m 2.3) 2.1 Alle aansluitingen op het noodnet worden, naast de KPN-test, door de meldkamer ambulancezorg periodiek getest waarmee de bedrijfszekerheid gewaarborgd wordt. Is er voor het testen van de noodnet aansluitingen een vaststaande frequentie vastgesteld? 2.2 De meldkamer ambulancezorg is voor de ambulancebijstand bij een ramp aangesloten op een systeem, zodat grootschalige interregionale ambulancebijstand mogelijk is, bijvoorbeeld de module Ambulancebijstand van het project Octopus. - Zo ja,.per. maand(en)/jaar (doorstrepen wat niet van toepassing is. - Hoe vaak werden de noodnet aansluitingen de afgelopen 2 jaar getest?... keer. 10
11 2.3 De meldkamer ambulancezorg is voor de gewondenspreiding bij een ramp aangesloten op een systeem, zodat grootschalige regionale en interregionale gewondenspreiding mogelijk is, bijvoorbeeld de module Gewondenspreiding van het project Octopus. 3 Er wordt gewaarborgd dat middelen die noodzakelijk zijn voor de ambulancezorgverlening bij een ramp bedrijfszeker en per direct beschikbaar zijn. Dit houdt tenminste in dat: (3.1 en 3.2) 3.1 Op iedere ambulance zijn blanco Nationale Gewondenkaarten en ritformulieren aanwezig. 3.2 Op iedere ambulance zijn middelen aanwezig (zoals kleding) waarmee ambulancepersoneel dat de rol van 1 e ambulance moet vervullen, deze rol herkenbaar kan maken. 4 De locaties, die vereist zijn voor rampgebonden functies zijn schriftelijk vastgelegd. Dit betreft tenminste: (4.1) 4.1 Het loodspostenplan*, waarin potentiële locaties voor loodsposten zijn beschreven, is op de meldkamer ambulancezorg en op iedere ambulance aanwezig. 5 In de begroting is opgenomen de financiering van de preparatie op een ramp van ambulance-, en meldkamerpersoneel. Dit betreft tenminste: (5.1 t /m 5.3) 5.1 De financiering van het opleidingsbeleid van meldkamer-, en ambulancepersoneel ten behoeve van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp. 5.2 De financiering van het oefenbeleid van meldkamer-, en ambulancepersoneel ten behoeve van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp. 5.3 De financiering van middelen die specifiek nodig zijn voor spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp. Personeel en Middelen: Conclusies * zie woordenlijst. Actiepunten Realisatietermijn
12 Domein: Opleiden, Trainen en Oefenen De ambulancezorginstelling waarborgt de inzet van geschoold, getraind en geoefend meldkamer-, en ambulancepersoneel voor de uitvoering van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp. Opleiden en Trainen 1 Er wordt een opleidingsbeleid (inclusief trainen) gevoerd ten aanzien van de bijzondere aspecten van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp. Dit beleid houdt tenminste in dat: (1.1 t /m 1.3) 1.1 Er is een termijn vastgesteld waarbinnen nieuw meldkamer-, en ambulancepersoneel opgeleid is voor hun rol bij een ramp. 1.2 Het meldkamer-, en ambulancepersoneel functiespecifieke opleidingen (inclusief trainingen) gevolgd heeft voor hun rol bij een ramp. Dit betreft tenminste: het meldkamer-, en ambulancepersoneel heeft kennis van de organisatie en coördinatie op de rampplek, bijvoorbeeld door het volgen van de 'Basismodule GHOR' of equivalent daarvan; het ambulancepersoneel is opgeleid om de rol van 1 e ambulance te kunnen vervullen bij een ramp; het ambulancepersoneel is bekend met en getraind in het gebruik van het geneeskundig materiaal van de haakarmbak; het ambulancepersoneel heeft kennis van het landelijke protocol Decontaminatie; operationele uitvoering van kleinschalige chemische besmetting. 1.3 Het meldkamer-, en ambulancepersoneel houdt de functiespecifieke kennis en vaardigheden bij met betrekking tot hun rol bij een ramp, bijvoorbeeld door het volgen van nascholing. 2 Het opleidingsbeleid ten aanzien van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp is ingebed in een interne verbetercyclus. Dit houdt tenminste in dat: (2.1 en 2.2) 2.1 Doorlopende verbetering van het opleidingsbeleid en niveau van meldkamer-, en ambulancepersoneel ten aanzien van de preparatie op een ramp, wordt gewaarborgd, middels planvorming, structurele evaluaties en bijstellingen. 2.2 De gevolgde opleidingen van het meldkamer-, en ambulancepersoneel met betrekking tot hun specifieke rol bij een ramp wordt periodiek geregistreerd. 12
13 Oefenen 3 Er wordt een oefenbeleid gevoerd voor meldkamer-, en ambulancepersoneel ten aanzien van de bijzondere aspecten van spoedeisende medische zorgverlening bij een ramp. Dit beleid houdt tenminste in: (3.1 t /m 3.4) 3.1 Er wordt voor meldkamerpersoneel oefeningen georganiseerd voor hun specifieke rol bij een ramp. Dit betreft tenminste: interne rampoefeningen voor de meldkamer ambulancezorg; Is er voor dergelijke oefeningen een vaststaande frequentie vastgesteld? - Hoeveel van dergelijke oefeningen worden er op jaarbasis georganiseerd? In totaal... interne rampoefeningen per jaar voor meldkamercentralisten. - Dit betekent dat er per meldkamercentralist.... interne rampoefeningen beschikbaar zijn per jaar supraregionale oefeningen met de meldkamers ambulancezorg van andere veilgheidsregio; Is er voor dergelijke oefeningen een vaststaande frequentie vastgesteld? -Zo ja,.x per maand(en)/jaar (doorstrepen wat niet van toepassing is). - Hoe vaak werd de afgelopen 4 jaar een dergelijke oefening georganiseerd?...keer. Jaartal(len): multidisciplinaire rampoefeningen voor de meldkamer ambulancezorg met centralisten van de meldkamers brandweer en politie van de eigen veilgheidsregio; Is er voor dergelijke oefeningen een vaststaande frequentie vastgesteld? -Zo ja,.x per maand(en)/jaar (doorstrepen wat niet van toepassing is). - Hoe vaak werd de afgelopen 4 jaar een dergelijke oefening georganiseerd?...keer. Jaartal(len):. 3.2 Er wordt voor ambulancepersoneel oefeningen georganiseerd voor hun specifieke rol bij een ramp. Dit betreft tenminste: oefeningen voor ambulancemedewerkers, waarin de rol van 1 e ambulance wordt geoefend. Is er voor dergelijke oefeningen een vaststaande frequentie vastgesteld? - Hoeveel van dergelijke oefeningen worden er op jaarbasis georganiseerd? In totaal... oefeningen per jaar voor de rol van 1 e ambulance. - Dit betekent dat er per ambulancemedewerker e ambulance oefeningen beschikbaar zijn per jaar. 13
14 3.3 Meldkamer-, en ambulancepersoneel neemt deel aan monodisciplinaire oefeningen met de andere GHORketenpartners (ziekenhuizen, SIGMA, MMT, GHOR-bureau enz.). 3.4 Meldkamer-, en ambulancepersoneel neemt deel aan multidisciplinaire oefeningen met de andere GHOR ketenpartners, brandweer, politie en overheidsinstanties. - Hoe vaak heeft de meldkamer ambulancezorg de afgelopen 2 jaar deelgenomen aan een dergelijke oefening?... keer. Jaartal(len ): - Hoe vaak heeft de ambulancedienst de afgelopen 2 jaar deelgenomen aan een dergelijke oefening?... keer. Jaartal(len ): - Hoe vaak heeft de meldkamer ambulancezorg de afgelopen 2 jaar deelgenomen aan een dergelijke oefening?... keer. Jaartal(len ): - Hoe vaak heeft de ambulancedienst de afgelopen 2 jaar deelgenomen aan een dergelijke oefening?... keer. Jaartal(len ): 4 Het oefenbeleid ten aanzien van spoedeisende medische zorgverlening door meldkamer-, en ambulancepersoneel bij een ramp is ingebed in een interne verbetercyclus. Dit beleid houdt tenminste in: (4.1 t /m 4.4) 4.1 Periodiek wordt een (één of meerjarig) oefenplan opgesteld voor de meldkamer ambulancezorg en de ambulancedienst, met daarin een globale inhoudelijke en tijdsplanning van de voorgenomen oefenactiviteiten voor de bijzondere aspecten van zorgverlening bij een ramp. Dit betreft tenminste de volgende onderdelen: het oefenplan wordt na afloop geëvalueerd op het behalen van de vastgestelde oefenfrequentie en oefendoelen; aanbevelingen voor verbetering worden verwerkt in het nieuwe oefenplan; na afloop van de planperiode wordt per meldkamer-, en ambulancefunctionaris het aantal deelgenomen oefeningen geregistreerd; een periodieke inventarisatie onder het meldkamer-, en ambulancepersoneel van de behoefte aan oefenactiviteiten met betrekking tot preparatie op een ramp; er worden naast real-time oefeningen ook erkende virtuele oefeningen aangeboden aan meldkamer-, en ambulancepersoneel (bijvoorbeeld Emergo Train System (ETS)). 4.2 Voor iedere oefening wordt een oefendraaiboek opgesteld, dat wil zeggen een schematische uitwerking van de oefening, waarin bijvoorbeeld is uitgewerkt: gekozen scenario, alle activiteiten van voorbereiding, knelpunten uit voorgaande oefening, oefendoelen, personele bezetting, evaluatie/ nazorg van de oefening. 14
15 4.3 Iedere oefening wordt geleid door een gekwalificeerde oefenleider. 4.4 Iedere oefening wordt geëvalueerd. Dit houdt tenminste in: een nabespreking op het niveau van de meldkamer ambulancezorg en/ of de ambulancedienst; hierbij is aandacht voor: persoonlijke aspecten (bijvoorbeeld bejegening, persoonlijke beleving); procesmatige aspecten (uitvoering in relatie tot oefendoelen, knelpunten, mogelijke verbeteringen) een evaluatieverslag; met daarin tenminste verslaglegging van: de uitvoering van het oefendraaiboek en het behalen van de oefendoelen, met vermelding van mogelijke knelpunten aanbevelingen voor toekomstige oefeningen of aanpassingen van bestaand beleid. De genoemde aanbevelingen en beleidsaanpassingen worden vertaald in actiepunten en verbonden aan een realisatietermijn; na het verstrijken van die termijn wordt geëvalueerd welke resultaten er per actiepunt zijn geboekt. Deskundigheidstoetsing 5 Gewaarborgd wordt de deskundigheid van meldkamer-, en ambulancepersoneel ten aanzien van hun specifieke rol bij een ramp. Dit betreft tenminste: (5.1) 5.1 De deskundigheid van het meldkamer-, en ambulancepersoneel (rol 1 e ambulance), ten aanzien van hun specifieke rol bij een ramp wordt getoetst, volgens een vooraf vastgestelde frequentie en methode (profcheck). Hierbij valt te denken aan een kennistoets en of wordt voldaan aan de opleidings-, trainings-, en oefeneisen. Opleiden, Trainen en Oefenen: Conclusies Actiepunten Realisatietermijn
16 Domein: Samenwerking Het volgende domein gaat over samenwerking in de preparatie op spoedeisende medische zorgverlening op verschillende niveaus. Achtereenvolgens komen aan de orde de samenwerking: (1) binnen de ambulancezorginstelling; (2) met functionarissen van het GHOR-bureau; (3) met andere meldkamers ambulancezorg en ambulancediensten; (4) met andere acute zorg ketenpartners (zoals ziekenhuizen, traumacentrum, huisartsen(-posten), spoedafdelingen van GGZ, GHOR-bureau); (5) met GHOR, brandweer, politie en gemeenten. Er wordt binnen de ambulancezorginstelling, met functionarissen van het GHOR-bureau, met andere meldkamers ambulancezorg en ambulancediensten, met de acute zorg ketenpartners en met vertegenwoordigers van GHOR, brandweer, politie en gemeenten samengewerkt in de preparatie op rampen ten behoeve van een optimale uitvoering van spoedeisende medische zorgverlening ten tijde van een ramp. Samenwerking binnen de ambulancezorginstelling 1 Er wordt binnen de ambulancezorginstelling samengewerkt in de preparatie op een ramp. Dit houdt tenminste in: (1.1 t /m 1.3) 1.1 Er vindt intern overleg plaats tussen functionarissen die betrokken zijn bij de preparatie op een ramp zoals: directie, zorgmanagers, contactpersoon GHOR-bureau, Regionaal oefencoördinator (ROC) kwaliteitsfunctionaris, hoofd meldkamer ambulancezorg. 1.2 Er wordt tijdens deze overlegvormen afspraken gemaakt over de verbetering van bestaand beleid voor de preparatie op spoedeisende medische zorgverlening bij externe rampen. Deze afspraken worden schriftelijk vastgelegd. 1.3 Meldkamer-, en ambulancepersoneel wordt van de voor hen relevante actuele ontwikkelingen ten aanzien van de voorbereiding op rampen op de hoogte gesteld. Samenwerking met functionarissen van het GHOR-bureau 2 Er wordt samengewerkt met functionarissen van het GHOR-bureau in de preperatie op een ramp. Dit houdt tenminste in dat: (2.1 t /m 2.3) 2.1 Er vindt bilateraal* overleg plaats met functionarissen van het GHOR-bureau ten aanzien van de preparatie op rampen. Dit overleg heeft betrekking op: de invulling van de operationele GHOR-functies (CvDG, OvDG, Hoofd Gewondennest, Coördinator Gewonden Vervoer, enz.); op welke wijze het GHOR-bureau de ambulancezorginstelling kan ondersteunen in de preperatie van de meldkamer ambulancezorg en ambulancedienst op rampen. * zie woordenlijst 16
17 2.2 Er zijn samenwerkingsafspraken gemaakt met functionarissen van het GHOR-bureau met betrekking tot de preparatie op spoedeisende medische zorgverlening bij rampen door de meldkamer ambulancezorg en de ambulancediensten. Deze afspraken zijn schriftelijk vastgelegd en hebben tenminste betrekking op: de benodigde opleiding, training en oefening van meldkamer-, en ambulancepersoneel (incl. 1 e ambulance); het ontwikkelen en updaten van rampenprocedures voor de meldkamer ambulancezorg en de ambulancediensten (bijvoorbeeld alarmering; gewondenspreidingsplan, 1 e ambulance enz.); de te leveren zorgcapaciteit van de ambulancediensten ten tijde van een ramp. 2.3 Er zijn samenwerkingsafspraken gemaakt met functionarissen van het GHOR-bureau ten aanzien van operationele GHOR-functies die door de ambulancezorginstelling ingevuld kunnen worden. Deze afspraken zijn schriftelijk vastgelegd en hebben betrekking op: de personele invulling per operationele GHOR-functie en wat de bijbehorende taken en verplichtingen zijn; de paraatheid of bereikbaarheid van de operationele GHOR-functionarissen; de benodigde opleidingen, trainingen en oefeningen van de operationele GHOR-functionarissen; benodigde middelen ten aanzien van de invulling van de operationele GHOR-functies, inclusief financiële middelen. Samenwerking met andere meldkamers ambulancezorg en ambulancediensten 3 Er wordt samengewerkt met andere meldkamers ambulancezorg en ambulancediensten in de preparatie op rampen. Dit houdt tenminste in: (3.1) 3.1 Met andere meldkamers ambulancezorg en ambulancediensten wordt samengewerkt in de preparatie op rampen, bijvoorbeeld ten aanzien van oefening of het verbeteren van procedures. Samenwerking met andere acute zorg ketenpartners (zoals ziekenhuizen, traumacentrum, huisartsen(-posten), spoedafdelingen van GGZ, GHOR -bureau) 4 Er wordt samengewerkt met de acute zorg ketenpartners in de preparatie op een ramp. Dit houdt tenminste in dat: (4.1 t /m 4.3) 4.1 Er vindt overleg plaats met de acute zorg ketenpartners over samenwerking ten aanzien van de preparatie op en uitvoering van spoedeisende medische zorgverlening bij rampen. 4.2 Er worden samenwerkingsafspraken gemaakt met de acute zorg ketenpartners over de preparatie op en uitvoering van spoedeisende medische zorgverlening bij rampen. 4.3 Er worden samenwerkingsafspraken gemaakt waardoor de meldkamer ambulancezorg 7 x 24 uur inzicht kan verwerven in de SEH-capaciteit, IC-capaciteit, beademde en niet- beademde beddencapaciteit van de ziekenhuizen/ traumacentrum in de omgeving. 17
18 Samenwerking met GHOR, brandweer, politie en gemeenten 5 Er wordt samengewerkt met vertegenwoordigers van GHOR, brandweer, politie en gemeenten ten aanzien van de preparatie op en uitvoering van spoedeisende medisch zorgverlening bij een ramp. Dit houdt tenminste in: (5.1 en 5.2) 5.1 Er vindt overleg plaats met vertegenwoordigers van GHOR, brandweer, politie en gemeenten over samenwerking ten aanzien van de preparatie op en uitvoering van spoedeisende medisch zorgverlening bij een ramp. 5.2 Er worden (samenwerkings)afspraken gemaakt met vertegenwoordigers van GHOR, brandweer, politie en gemeenten ten aanzien van de preparatie op en uitvoering van specifieke hulpverlening bij een ramp. Deze afspraken worden schriftelijk vastgelegd en hebben betrekking tenminste op: afstemming met vertegenwoordigers (van de meldkamers) van GHOR, brandweer, politie en gemeenten over de informatie die tijdens een ramp onderling wel en niet uitgewisseld moet worden; afstemming met vertegenwoordigers van GHOR, brandweer, politie en gemeenten ten aanzien van multidisciplinaire oefeningen; afstemming met vertegenwoordigers van GHOR, brandweer, politie en gemeenten ten aanzien van multidisciplinaire procedures (zoals opschalen, afschalen). Samenwerking: Conclusies Actiepunten Realisatietermijn
19 Woordenlijst Afschalen De acties die door de meldkamer ambulancezorg uitgezet moeten worden om de spoedeisende medische zorgverlening geleverd door de ambulancedienst terug te brengen naar de dagelijkse situatie en de GHOR-ketenpartners van het besluit tot afschalen op de hoogte te stellen. AMBU team Geneeskundig team, dat deel uitmaakt van de geneeskundige combinatie en bestaat uit één ambulance verpleegkundige en één ambulancechauffeur die beide werkzaam zijn op het rampterrein en geen vervoerstaak hebben. 1 e ambulance Ambulance die als eerste op het rampterrein arriveert en verantwoordelijk is voor het in kaart brengen van de situatie en rapportage hiervan aan de meldkamer ambulancezorg. Daarnaast geeft de 1 e ambulance leiding aan de geneeskundige dienst(en) op de rampplek tot de OvDG arriveert. Ambulancebijstandplan Plan waarin de centrale posen ambulancevervoer op volgorde van afstand zijn vermeld. Daarbij is aangegeven welk aantal ambulances maximaal voor bijstand beschikbaar is en binnen welke tijd deze beschikbaar kunnen zijn. Basismodule GHOR Theoretische basiscursus voor alle geneeskundige zorgverleners die ten tijde van een ramp ingezet kunnen worden op het rampterrein. Beschikbaarheid Bereikbaar en aanwezig binnen op vooraf gestelde tijd en locatie. Bilateraal overleg Overlegvorm waar maximaal twee verschillende partijen bij betrokken zijn. Bijvoorbeeld overleg tussen de meldkamer ambulancezorg en het GHOR-bureau. Computer gestuurd Methode om groepen zorgverleners simultaan telefonisch te alarmeren en te informeren. oproepsysteem Emergo Train System (ETS) Externe ramp of grootschalig incident Toetsings-, en oefensysteem afkomstig uit Zweden, waarmee men een rampsituatie kan nabootsen en dat personen de kans geeft alle aspecten van hulpverlening (pre-hospitaal en in het ziekenhuis) te oefenen zonder grote inzet van middelen en personen. Een gebeurtenis waardoor een ernstige verstoring van de openbare veiligheid is ontstaan, waarbij het leven en de gezondheid van veel personen, het milieu en/of grote materiële belangen in ernstige mate worden bedreigd of zijn geschaad, en waarbij een gecoördineerde inzet van diensten en organisaties is vereist om de dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken. Gewondenspreidingsplan Overzicht van de afstand tot en de medische behandelcapaciteit van de ziekenhuizen, met als doel gewonden bij een ramp zo spoedig mogelijk naar het voor hem meeste geschikte ziekenhuis te vervoeren, waarbij rekening wordt gehouden met de (actuele) behandelcapaciteit. GHOR /ghor Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen Rampen (in hoofdletters: de organisatie; in kleine letters: het zorgverleningproces) GHOR-bureau Het bureau waar per (veiligheids-)regio de Regionaal Geneeskundig Functionaris (RGF) en zijn/haar medewerkers zijn gevestigd GHOR-ketenpartners Instellingen die in het kader van de opvang en verzorging van gewonde rampenslachtoffers samenwerken binnen de geneeskundige keten, zoals GHOR-bureau, ambulancezorg, ziekenhuizen, traumacentra, NRK, GGD, GGZ en huisartsen(-posten). GRIP-fasen Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdings Procedure. GRIP is een opschalingsprocedure die onderscheid maakt in verschillende opschalingstadia (GRIP 1 t/m 4). Bij elk opschalingstadia wordt de organisatie verder opgebouwd en krijgen organisatieonderdelen en functionarissen specifieke taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden toegewezen ten behoeve van de hulpverlening bij grootschalige incidenten en rampen. Haakarmbak Een aanhangwagen met daarin geneeskundig materiaal, die tijdens een ramp ingezet wordt om gebruikt materiaal aan te vullen. 19
20 Interne oefening Loodspost Mobiel Medisch Team (MMT) Monodisciplinaire oefening Multidisciplinaire oefening Nationale gewondenkaart Nationale Noodnet Opschalen Paraatheid Preparatie Real-time oefening Regionaal Geneeskundig Functionaris (RGF) SIGMA Spoedeisende Medische Zorgverlening Supraregionale oefening Triage Rampenoefening binnen de eigen geneeskundige hulpverleningsdienst waaraan alleen medewerkers van de eigen organisatie deelnemen, bijvoorbeeld oefeningen voor de meldkamer ambulancezorg of de ambulancedienst in het kader van de rol van 1 e ambulance. Een loodspost is een vooraf bepaalde, gemakkelijk te vinden plaats waar het bijstandverlenend potentieel (bijstandsambulances en andere geneeskundige bijstand) wordt opgevangen en van waaruit het naar een gewenste plaats wordt geleid. Dit is meestal de ambulance opstelplaats. Een loodspost moet goed bereikbaar en veilig zijn en voldoende ruimte bieden. Zo mogelijk zijn faciliteiten aanwezig zoals een benzinestation en/of restaurant met grote parkeerplaats. De potentiële locaties voor loodsposten zijn beschreven in een loodspostenplan. Geneeskundig team, bestaande uit één MMT-arts, één MMT-verpleegkundige en één chauffeur/ helikopterpiloot, dat in staat is ter plaatse (buiten een ziekenhuis) triage uit te voeren en specialistische hulp te verlenen. Rampenoefening waaraan verschillende geneeskundige hulpverleningsdiensten deelnemen, zoals ziekenhuizen, ambulancediensten, meldkamers ambulancezorg enz. Rampenoefening waaraan naast de geneeskundige hulpverleningsdienst(en) ook politie, brandweer, GHOR en gemeenten deelnemen. Kaart voor het registreren van medische gegevens en persoongegevens op het rampterrein, zoals de gemeten vitale waarden, toegediende medicatie. Een besloten telefoonnet met een beperkt aantal aansluitingen. Als het reguliere telefoonnetwerk overbelast raakt, is telefoneren met anderen die aangesloten zijn op het Nationaal Noodnet te allen tijde mogelijk. De acties die uitgezet moeten worden om de parate diensten en het (openbaar) bestuur aan te passen vanuit de dagelijkse situatie opdat een ramp kan worden bestreden. Per acuut inzetbaar. Alles dat voorbereid moet worden om slachtoffers van rampen op te vangen en geneeskundig te kunnen behandelen. In dit verband moet men denken aan het opstellen van plannen en procedures, het opleiden, trainen en oefenen van personeel. Oefening waarbij men tracht een echte ramp zoveel mogelijk na te bootsen. Tijdens dergelijke oefeningen wordt er gewerkt met een casus en worden lotusslachtoffers ingezet. Hoogst leidinggevende en ambtelijk eindverantwoordelijk functionaris binnen de GHOR in een GHOR-regio. Hij/zij staat op gelijk niveau als de regionale brandweercommandant en de regionale leidinggevende van de politie. Snel Inzetbare Groep ter Medische Assistentie; een team van acht vrijwilligers van het Nederlandse Rode Kruis, bestaande uit één leider, één chauffeur en zes leden, dat de professionele geneeskundige hulpverleners assisteert en ondersteunt bij een grootschalige incident of ramp. Het in georganiseerd verband verrichten van niet-uitstelbare (acute) medische hulpverlening aan slachtoffers van een ramp, vanaf de afhandeling van de eerste incidentmelding door de meldkamer ambulancezorg tot aan de opvang van slachtoffers door geneeskundige diensten. Oefening waaraan de meldkamers van twee of meer veiligheidsregio s deelnemen. Het classificeren van gewonden naar de ernst van het opgelopen letsel. Deze classificatie resulteert in een aantal urgentieklassen voor behandeling en vervoer. 20
Zelfevaluatie-instrument voor de preparatie op spoedeisende medische zorgverlening bij grootschalige incidenten en rampen SIGMA
Zelfevaluatie-instrument voor de preparatie op spoedeisende medische zorgverlening bij grootschalige incidenten en rampen SIGMA (versie 5.0/januari 2007) Datum uitvoer zelfevaluatie.. - - 1 Inhoudsopgave
Nadere informatieZiekenhuizen & Traumacentra
Zelfevaluatie-instrument voor de preparatie op spoedeisende medische zorgverlening bij grootschalige incidenten en rampen Ziekenhuizen & Traumacentra (versie 5.0/januari 2007) Datum uitvoer zelfevaluatie..
Nadere informatieGrootschalige Geneeskundige Bijstand Geneeskundige hulpverlening bij grote incidenten
Grootschalige Geneeskundige Bijstand Geneeskundige hulpverlening bij grote incidenten Roel Kerkhoff Beleidsmedewerker GHOR Reggie Diets Regionaal Opleidingscoördinator RAV / Officier van Dienst Geneeskundig
Nadere informatieProcedure communicatie & gewondenspreiding tijdens opgeschaalde zorg / rampopvang
Procedure communicatie & gewondenspreiding tijdens opgeschaalde zorg / rampopvang Document-informatie onderdeel van het kritische proces opschaling opgesteld door manager MKA & directie Ambulance Amsterdam
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 26 956 Beleidsnota Rampenbestrijding 2000 2004 Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE
Nadere informatieCONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES
CONVENANT SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES 2012 Ondergetekenden: 1. Het Slotervaart, gevestigd te Amsterdam, in deze rechtsgeldig
Nadere informatieAmbulancebijstand gewondenspreiding en slachtofferregistratie
Ambulancebijstand gewondenspreiding en slachtofferregistratie OGS symposium 9 oktober 2007 Th. Vullers Aanleiding Enschede Volendam Hercules ramp Deze presentatie hoe werkt ambulance bijstand gewondenspreiding
Nadere informatieKwaliteitskader Crisisbeheersing en OTO
addendum Kwaliteitskader Crisisbeheersing en OTO De zorgsector aantoonbaar voorbereid op rampen en crises Landelijke Huisartsen Vereniging inhoudsopgave Inhoudsopgave I Voorwoord 5 II Definities III Leeswijzer
Nadere informatieOvereenkomst betreffende de samenwerking tussen
Overeenkomst betreffende de samenwerking tussen Veiligheidsregio Zeeland & Ziekenhuis ZorgSaam & Ziekenhuis ADRZ. 2/10 Overeenkomst betreffendee de samenwerking tussen de Veiligheidsregio Zeeland en de
Nadere informatieSamenhang. GHOR Zuid-Holland Zuid. uw veiligheid, onze zorg
Samenhang GHOR Zuid-Holland Zuid uw veiligheid, onze zorg De GHOR (geneeskundige hulpverleningsorganisatie in de regio) is belast met de coördinatie, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening
Nadere informatieRAV Kennemerland voorbereid op Grootschalige Geneeskundige Bijstand (GGB)
December 2016 RAV Kennemerland voorbereid op Grootschalige Geneeskundige Bijstand (GGB) Sinds begin 2016 werken de RAV en Meldkamer Ambulance met de nieuwe landelijke werkwijze Grootschalige Geneeskundige
Nadere informatieDe mate van voorbereiding van zorgaanbieders op rampen en crises
De mate van voorbereiding van zorgaanbieders op rampen en crises Bestuurlijke rapportage 2018 Afdeling Steller Vastgesteld door: Crisisbeheersing, team GHOR Roel Kerkhoff Directeur Publieke Gezondheid
Nadere informatieProgramma. Even voorstellen. Beeldvorming. De Calamiteiten coördinator VRGZ
Programma Even voorstellen Beeldvorming De Calamiteiten coördinator VRGZ Even voorstellen Beeldvorming Gemeenschappelijke meldkamer Gelderland-Zuid Brandweer Meldkamer Ambulance Politie Calamiteiten coördinator
Nadere informatieImplementatieplan. bij het. model opschalingsplan ambulancezorg
Implementatieplan bij het model opschalingsplan ambulancezorg Project RAV s voorbereid september 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1 Omschrijving en doel... 3 1.2 Context... 3 1.3 Uniform opschalingsmodel
Nadere informatieReferentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s
Kennispublicatie Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s 1 Infopunt Veiligheid In 2006 heeft de toenmalige Veiligheidskoepel een landelijk Referentiekader GRIP opgesteld. De op 1 oktober 2010
Nadere informatieProductenboek Basisvoorzieningen GHOR Veiligheidsregio NHN
Productenboek Basisvoorzieningen GHOR Veiligheidsregio NHN versie 3 april 2014 Productenboek Basisvoorzieningen GHOR Veiligheidsregio NHN Over dit document Versie 3 april 2014 Inhoud Het productenboek
Nadere informatieZelfevaluatie van de voorbereidingen op opgeschaalde Spoedeisende Medische Zorgverlening Op weg naar een benchmark
Zelfevaluatie van de voorbereidingen op opgeschaalde Spoedeisende Medische Zorgverlening Op weg naar een benchmark Drs. K.F.J. Spijkers Dr. J.E. van den Bosch Dr. C.J. IJzermans Augustus 2006 ISBN 90-6905-796-4
Nadere informatieProgramma van eisen door GHOR en GGD aan toekomstige Landelijke Meldkamerorganisatie
Programma van eisen door GHOR en GGD aan toekomstige Landelijke Meldkamerorganisatie Datum: 17 december 2015 1. Inleiding. Dit programma geeft aan welke eisen er vanuit de opgeschaalde geneeskundige hulpverlening
Nadere informatieDe GHOR Wij zijn er voor jou. samenwerken aan veiligheid en gezondheid 1
De GHOR Wij zijn er voor jou. samenwerken aan veiligheid en gezondheid 1 Dit e-magazine is een kennismaking met de Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (GHOR) van Veiligheidsregio Limburg-Noord;
Nadere informatieAfsprakenlijst behorende bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en ProRail
Afsprakenlijst behorende bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen s, Politie en Art. 1 Doelen Partijen maken afspraken over: 1. organiseert bijeenkomsten voor de Doorlopend naar - Het vergroten
Nadere informatieDE MATE VAN VOORBEREIDING
DE MATE VAN VOORBEREIDING ZORGAANBIEDERS OP RAMPEN EN CRISES Bestuurlijke rapportage 2017 Colofon Sector: GHOR Auteur(s): R.L.H. Kerkhoff Datum: Versienummer: Versie 0.1 Status: 1 e concept, 14 mei 2018
Nadere informatieHan Rozemeijer: sectormanager Ambulancezorg, GGD, veiligheidsregio Kennemerland
RAV S NOORD-HOLLAND EN FLEVOLAND KOMEN MET ÉÉN BOVENREGIONAAL GEWONDENSPREIDINGSPLAN In de provincies Noord-Holland en Flevoland zijn vijf Regionale Ambulance Voorzieningen (RAV s) werkzaam, die ieder
Nadere informatieBovenregionaal Gewondenspreidingsplan. voor de regio s Noord-Holland en Flevoland
Bovenregionaal Gewondenspreidingsplan voor de regio s Noord-Holland en Flevoland Versie 4.0 : 16 maart 2018 Bekrachtigt : ROAZ 16 juni 2017 Auteurs Frank Berg Jan Filippo Corina de Groot Karin Meijer Arjan
Nadere informatieGRIP-teams en kernbezetting
GR P Wat is GRIP? GRIP is de afkorting van Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdings Procedure en staat voor: het snel en multidisciplinair organiseren van de juiste mensen en middelen die nodig
Nadere informatiePartijen: Het Röpcke-Zweers ziekenhuis, hierna te noemen 'het ziekenhuis', vertegenwoordigd door mevr. P. Terwijn, lid Raad van Bestuur,
Overeenkomst tussen Veiligheidsregio IJsselland en de Saxenburgh Groep, Röpcke-Zweers Ziekenhuis, over de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen, rampen en crises Partijen: Het Röpcke-Zweers ziekenhuis,
Nadere informatieOvereenkomst Groene Hart Ziekenhuis - Veiligheidsregio Hollands Midden
Overeenkomst Groene Hart Ziekenhuis - Veiligheidsregio Hollands Midden B.7 bijlage 2 Ondergetekenden, en de Veiligheidsregio Hollands Midden, gevestigd te Leiden, rechtsgeldig vertegenwoordigd door drs.
Nadere informatieCBRN Opleidingsplan SEH afdelingen Ziekenhuizen 2012-2013
CBRN Opleidingsplan SEH afdelingen Ziekenhuizen 2012-2013 Opgesteld door Regionaal CBRN-OTO project Auteur C. de Groot Versie 1.1 Datum 19 juli 2012 INLEIDING Met het regionale CBRN-OTO project wil TraumaNet
Nadere informatieGecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen
Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen 25 juni 2007 Inhoudsopgave Inleiding... 1 1 Niveaus in de incident- en crisismanagementorganisatie... 1 1.1 Operationeel niveau...
Nadere informatieRegionale Overeenkomst SIGMA
Regionale Overeenkomst SIGMA Veiligheidsregio Zeeland en Het Nederlandse Rode Kruis, Noodhulpregio Zeeland Opgesteld door : W.v.d. Dorpel, GHOR Zeeland en A. Kuipers, het Nederlandse Rode Kruis Datum :
Nadere informatie(Landelijk Model) Regionale overeenkomst
(Landelijk Model) Regionale overeenkomst VEILIGHEIDSREGIO (GHOR).. en Regionale Ambulancevoorziening.. Opgesteld door : GGD GHOR Nederland en AmbulanceZorg Nederland Datum : 13 juli 2015 Versie : Toelichting
Nadere informatieBovenregionaal Gewondenspreidingsplan. voor de regio s Noord-Holland en Flevoland
Bovenregionaal Gewondenspreidingsplan voor de regio s Noord-Holland en Flevoland Versie 3.0 : 21 juli 2017 Bekrachtigt : ROAZ 16 juni 2017 Auteurs Frank Berg Jan Filippo Corina de Groot Karin Meijer Arjan
Nadere informatiePaul van Limbeek. School shooting ook in Nederland? Psychosociale hulpverlening in de hoogste versnelling. Lessons Learn
Psychosociale hulpverlening in de hoogste versnelling. Lessons Learn (Leider kernteam PSH Maatschappelijke Onrust en Zeden) Inhoudsopgave Situatie schets incident scholengemeenschap in Roermond 14 september
Nadere informatiePilot inrichten en verbeteren niet-acute meldfunctie. Monitoringscriteria. Utrecht, 2 maart 2018 Geraline Boonzaaijer, MSc Ir. Saskia van der Erf
Pilot inrichten en verbeteren niet-acute meldfunctie Monitoringscriteria Utrecht, 2 maart 2018 Geraline Boonzaaijer, MSc Ir. Saskia van der Erf Inhoud Eenmalig in te vullen formulier bij start van pilot
Nadere informatieVerslag GRIP 2 Evacuatie VUmc
Verslag GRIP 2 Evacuatie VUmc Datum 8 september 2015 Op basis van de inzetverslagen van ingezette functionarissen, GMS en LCMS schetst de GHOR het verloop van het incident en formuleert indien nodig aandachtspunten
Nadere informatiePilot versterken APH-triagefunctie. Monitoringscriteria. Utrecht, 2 maart 2018 Geraline Boonzaaijer, MSc Ir. Saskia van der Erf
Pilot versterken APH-triagefunctie Monitoringscriteria Utrecht, 2 maart 2018 Geraline Boonzaaijer, MSc Ir. Saskia van der Erf Inhoud Eenmalig in te vullen formulier bij start van pilot 2 Minimaal driemaandelijks
Nadere informatieErratum Regionaal Crisisplan Uitwerking calamiteitencoördinator (CaCo)
Erratum Regionaal Crisisplan Uitwerking calamiteitencoördinator (CaCo) Erratum Calamiteitencoördinator (CaCo) Dit erratum geeft invulling aan de huidige taakopvatting en werkwijze van de CaCo en dient
Nadere informatieMultidisciplinair Opleiden en Oefenen
Toetsingskader en positiebepalingssystematiek (definitieve versie) Inhoudsopgave Inleiding. Verdeling in oordeel, hoofdonderwerpen, onderwerpen, hoofd- en subaspecten. Banden voor positiebepaling. Prestatieniveaus.
Nadere informatieBOSZ. BASIS OPLEIDING SLEUTELFUNCTIONARISSEN ZIROP Netwerk Acute Zorg regio VUmc INFORMATIE VOOR DEELNEMERS
BOSZ BASIS OPLEIDING SLEUTELFUNCTIONARISSEN ZIROP Netwerk Acute Zorg regio VUmc 2015 INFORMATIE VOOR DEELNEMERS Inhoudsopgave Algemene gegevens... 3 Accreditatie... 3 Algemene doelen... 3 Concretisering
Nadere informatieBijlage E: Observatievragen
Bijlage E: Observatievragen Inhoudsopgave Waarnemervragen Meldkamer (MK) Waarnemervragen Commando Plaats Inicident (CoPI) Waarnemervragen Regionaal Operationeel Team (ROT) Waarnemervragen Team Bevolkingszorg
Nadere informatieModel opschalingsplan ambulancezorg. RAV S VOORBEREID Juni 2014
Model opschalingsplan ambulancezorg RAV S VOORBEREID Juni 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 4 1.1 Omschrijving en doel... 4 1.2 Context... 4 1.3 Referenties... 4 1.4 Uniformiteit... 5 1.5 Implementatie...
Nadere informatieOefenen inzet ambulancezorg bij rampen en grootschalige ongevallen.
Oefenen inzet ambulancezorg bij rampen en grootschalige ongevallen. Inleiding Het vermogen om zo goed mogelijk de gevolgen van rampen en grootschalige, zware ongevallen te bestrijden vergt van onder meer
Nadere informatieDoorontwikkeling Toezicht Nationale Veiligheid
Doorontwikkeling Toezicht Nationale Veiligheid Koers 1. Periodiek een beeld over het functioneren van de uitvoering 2. Achterliggende oorzaken 3. Meer op de keten gericht 4. Risicogericht toezicht (monitor)
Nadere informatieCrisisplan RAV. Ruud Houdijk, januari 2015
Crisisplan RAV Ruud Houdijk, januari 2015 Visie op operationele planvorming Praktijkgericht Vakbekwame professionals, maar meerwaarde door relevante informatie te bieden Alleen vastleggen wat je echt kunt
Nadere informatieRampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen
Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen Rampenplan Gemeente Assen 2007 versie 9 mei 2007 Inleiding Het voorliggende Rampenplan Gemeente Assen 2007 beschrijft de organisatie en werkwijze van de
Nadere informatieB2 - Hoofdproces Coördinatie en Commandovoering: GRIP Noord-Holland Noord
B2 - Hoofdproces Coördinatie en Commandovoering: GRIP Noord-Holland Noord B2-0 Overzicht Samenvatting In dit deel is de Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdings- Procedure (GRIP) Noord-Holland Noord
Nadere informatieB4 - Hoofdproces Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen
B4 - Hoofdproces Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen B4-0 Inleiding en leeswijzer Inleiding Dit deelplan heeft betrekking op de wijze van organisatie van de Geneeskundige Hulpverlening
Nadere informatiePastorale zorg bij rampen
2 Inhoud: 1. Doelstelling pag. 3 2. Realisatie pag. 4 3. Begrippen pag. 5 4. Verantwoordelijkheid pag. 6 5. Pastorale verzorger pag. 7 6. Taken pastorale verzorger pag. 8 7. Coördinator pastorale zorg
Nadere informatieConvenant inzake Opleiden, trainen en oefenen ter voorbereiding op rampen en crises
Convenant inzake Opleiden, trainen en oefenen ter voorbereiding op rampen en crises Partijen De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, handelend als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van
Nadere informatieAmbulancehulpverlening in hoofdstedelijk risicogebied Prepareren op bijzondere omstandigheden. Simon Visser teammanager Ambulance Amsterdam
Ambulancehulpverlening in hoofdstedelijk risicogebied Prepareren op bijzondere omstandigheden Simon Visser teammanager Ambulance Amsterdam Onderwerpen Grootschalige Geneeskundige Bijstand (Landelijk) Specialisme
Nadere informatieOpleiding Liaison CoPI voor zorginstellingen
Opleiding Liaison CoPI voor zorginstellingen Uitgangspunten Opdracht Ontwikkelen van een opleiding om vertegenwoordigers van zorginstellingen toe te rusten als liaison in het CoPI. Pilot voor vijf Limburgse
Nadere informatieBrand Paulus Potterstraat
Brand Paulus Potterstraat 07-01-2015 Monodisciplinaire evaluatie witte kolom Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Wat is het tijdsverloop met betrekking tot het incident?... 4 2.1. Acute fase... 4 2.2. Herstel-
Nadere informatieProductenboek Basisvoorzieningen Gemeenschappelijke Meldkamer Veiligheidsregio NHN
Productenboek Basisvoorzieningen Gemeenschappelijke Meldkamer Veiligheidsregio NHN versie 3 april 2014 Productenboek Gemeenschappelijke Meldkamer Veiligheidsregio NHN Over dit document Versie 3 april 2014
Nadere informatieBEDRIJFSNOODPLAN. Amstelveen
BEDRIJFSNOODPLAN Amstelveen 1. Inleiding Algemeen De Arbo-wet verplicht ieder bedrijf of instelling om passende bedrijfshulpverlening (BHV) te organiseren teneinde de gevolgen voor werknemers bij ongevallen
Nadere informatieDE MATE VAN VOORBEREIDING
DE MATE VAN VOORBEREIDING ZORGAANBIEDERS OP RAMPEN EN CRISES Bestuurlijke rapportage 2016 Colofon Sector: GHOR Auteur(s): J. Luermans Datum: Versienummer: Versie 5.0 Status: Definitief d.d. 17 oktober
Nadere informatieDe nieuwe GHOR Verantwoordelijkheden van de GHOR en de geneeskundige keten op basis van nieuwe wet- en regelgeving
De nieuwe GHOR Verantwoordelijkheden van de GHOR en de geneeskundige keten op basis van nieuwe wet- en regelgeving Waarom dit document? Op 1 oktober 2010 is de Wet Veiligheidsregio s (WVR) in werking getreden.
Nadere informatieDE NIEUWE GHOR. 24 NOVEMBER 2011 Jan Woldman
DE NIEUWE GHOR 24 NOVEMBER 2011 Jan Woldman De GHOR komt in de pubertijd 13 jaar WAT NU? Andere omgeving Nieuwe Rector Nieuwe conrectrice De werelden van zorg en veiligheid Wetgeving Departement Sturing
Nadere informatieDE MATE VAN VOORBEREIDING
DE MATE VAN VOORBEREIDING ZORGAANBIEDERS OP RAMPEN EN CRISES Bestuurlijke rapportage 2015 Colofon Sector: GHOR Auteur(s): J. Luermans Datum: 13 september 2016 Versienummer: Versie 3.0 Status: Definitief
Nadere informatieWat betekent de Directeur Publieke Gezondheid (DPG) voor het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ)?
Wat betekent de Directeur Publieke Gezondheid (DPG) voor het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ)? Een toelichting voor de acute zorg op de gewijzigde Wet publieke gezondheid Februari 2012 Aanleiding Vanaf
Nadere informatieA 2015 N 51 PUBLICATIEBLAD
A 2015 N 51 PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 4 de augustus 2015, no. 15/2524, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Landsverordening rampenbestrijding D e G o u v e r n e u r v a
Nadere informatiePlan van aanpak Doorontwikkeling Crisismanagementorganisatie
Plan van aanpak Doorontwikkeling Crisismanagementorganisatie Versie 1.0 27 maart 2013 Aanleiding Naar aanleiding van Project X is er in opdracht van het MT een interne evaluatie van de eigen crisismanagementorganisatie
Nadere informatieVoorzitter Crisisbeleidsteam
- generieke - - Voorzitter Crisisbeleidsteam Naam: Reguliere functie: Crisisfunctie sinds: ROP-coördinator: Organisatie: Periode: Typering van de functie De voorzitter van het Crisisbeleidsteam is (in
Nadere informatieGeneeskundige Hulpverlening Geneeskundige Hulpverlening Somatisch H. Broekman
Veiligheidsregio Utrecht Bureau GHOR Utrecht November 2008 Draaiboek Titel Draaiboek coördinator Geneeskundige Hulpverlening Geneeskundige Hulpverlening H. Broekman Doelstelling Doelgroep Verantwoordelijkheid
Nadere informatieFuncties en teams in de rampenbestrijding
B Functies en teams in de rampenbestrijding De burgemeester - De burgemeester heeft de eindverantwoordelijkheid voor en de algehele leiding bij het bestrijden van incidenten in de eigen gemeente; - De
Nadere informatieInzetvoorstellen en codes
Inzetvoorstellen en codes GHOR Groningen en de Meldkamer Ambulancezorg werken bij grootschalige calamiteiten met inzetvoorstellen. Een inzetvoorstel geeft aan hoeveel ambulances, functionarissen en eventueel
Nadere informatieBLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Nr. 420 14 december 2015 Organisatiebesluit Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
Nadere informatieWorkshop Elementen van het Gedeelde Geneeskundig Beeld (GGB)
Workshop Elementen van het Gedeelde Geneeskundig Beeld (GGB) Ontwerpfase Erik-Jan Broeken Lex Bubbers Inhoud Voorstelronde Resultaten vorige workshop Inventarisa?e van informa?e processen en producten:
Nadere informatieIJsselland. TIJD VOOR ACTIE Continuïteit van zorg onder alle omstandigheden
IJsselland TIJD VOOR ACTIE Continuïteit van zorg onder alle omstandigheden Captain crisis campagne In december 2013 is het project Captain Crisis gelanceerd. Het GHOR-bureau hielp de zorginstellingen om:
Nadere informatieProcedure GHOR. Regio Drenthe
Procedure GHOR Regio Drenthe GHOR Drenthe Oktober 2004 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 2 INLEIDING... 4 3.1 ONGEVALLEN EN RAMPEN... 5 3.1.1 Dagelijkse hulpverlening... 5 3.1.2 Grote ongevallen... 5 3.1.3
Nadere informatiegelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004
No: 5.4/260204 Onderwerp: Verordening brandveiligheid en hulpverlening De Raad van de gemeente Noordenveld; - gelet op artikel 1, tweede lid, en artikel 12 van de brandweerwet 1985 - gelet op artikel 8,
Nadere informatieOrganisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007
Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007 1 Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord, in vergadering d.d. 28 februari 2007 bijeen; overwegende: 1. dat de Veiligheidsregio
Nadere informatieCrisisorganisatie uitgelegd
GRIP Snelle opschaling, vaste teams, eenhoofdige leiding Wat kan er gebeuren? KNOPPENMODEL Meer tijd voor opschaling, maatwerk in teams en functionarissen GRIP 4 / 5 STRATEGISCH OPERATIONEEL / TACTISCH
Nadere informatieOperationele Regeling VRU
Operationele Regeling VRU Uitwerking van de Wet veiligheidsregio s over de organisatie en werking van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding en crisisbeheersing van de Veiligheidsregio Utrecht. Vastgesteld
Nadere informatie1 De coördinatie van de inzet
1 De coördinatie van de inzet Zodra zich een incident voordoet of dreigt voor te doen, wordt de rampenbestrijdingsorganisatie via het proces van opschaling opgebouwd. Opschalen kan worden gedefinieerd
Nadere informatieSamen voor de beste zorg
Samen voor de beste zorg Introductie TraumaNet AMC ondersteunt, stimuleert en faciliteert alle ketenpartners in de acute zorg met als doel om ervoor te zorgen dat de acute patiënt zo snel mogelijk de best
Nadere informatieEvaluatieverslag SIS-oefening als onderdeel van oefening Artefacto Veiligheidsregio IJsselland op 23 juni Samenvatting
Evaluatieverslag SIS-oefening als onderdeel van oefening Artefacto Veiligheidsregio IJsselland op 23 juni 2017 Samenvatting Inhoud 1. Inleiding 2. Verloop van de SIS-inzet 3. Bevindingen 4. Aanbevelingen
Nadere informatiePublieke Zorg. Regionaal Crisisplan - Bevolkingszorg
Publieke Zorg Regionaal Crisisplan - Bevolkingszorg Publieke Zorg Handboek Bevolkingszorg Deel C Datum: Kenmerk: Auteurs: Werkgroep Regionaal Crisisplan Bevolkingszorg Pagina 2 van 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding...
Nadere informatieEvaluatieverslag SIS-oefening als onderdeel van ZiROP-oefening Ik vertrek Maxima Medisch Centrum en Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost op 17 juni 2017
Evaluatieverslag SIS-oefening als onderdeel van ZiROP-oefening Ik vertrek Maxima Medisch Centrum en Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost op 17 juni 2017 Samenvatting Inhoud 1. Inleiding 2. Verloop van de
Nadere informatiePilot verbeteren proces melding
Pilot verbeteren proces melding Monitoringscriteria voor centralisten en basisteams Utrecht, 2 maart 2018 Geraline Boonzaaijer, MSc Ir. Saskia van der Erf Inhoud Eenmalig in te vullen formulier bij start
Nadere informatieOmgevingszorg. Regionaal Crisisplan - Bevolkingszorg
Omgevingszorg Regionaal Crisisplan - Bevolkingszorg Omgevingszorg Handboek Bevolkingszorg Deel D Datum: Kenmerk: Auteurs: Werkgroep Regionaal Crisisplan Bevolkingszorg Pagina 2 van 12 Inhoudsopgave 1.
Nadere informatieDecember Deelproces Verslaglegging en archivering
December 2006 Deelproces Verslaglegging en archivering Deelproces verslaglegging en archivering December 2006 Inhoudsopgave 1 Algemeen...2 2 Verslaglegging en dossiervorming...2 2.1 Doel...2 2.2 Doelgroep...2
Nadere informatieVerordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998
Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Coevorden Officiële naam regeling Verordening brandveiligheid
Nadere informatiePROTOCOLLEN MELDINGEN BESCHIKBAARHEID ZIEKENHUIZEN
PROTOCOLLEN MELDINGEN BESCHIKBAARHEID ZIEKENHUIZEN calamiteit, time-out, capaciteitsbeperking Auteur: Opdrachtgever: Werkgroep meldingen beschikbaarheid ziekenhuizen ROAZ Drenthe/Groningen en ROAZ Friesland
Nadere informatieIncident Monstertruck Haaksbergen
Tijs Klaassen, Rapid Responder Ambulance Oost OvD-G GHOR Twente Start incident 28 september 2015 15:59:30 uur - Totaal 8 112-meldingen - Tijdens de eerste meldingen wordt door de melders aangegeven dat
Nadere informatieSamenwerkingsovereenkomst. Huisartsenzorg. GHOR Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond
Samenwerkingsovereenkomst Huisartsenzorg en GHOR Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond Vastgesteld op 1 juli 2013 te Rotterdam Inhoudsopgave I. Partijen... 3 II. Overwegingen... 3 III. Doel en begrippen...
Nadere informatiePastorale zorg bij rampen
2 Inho ud: 1. Doelstelling pag. 4 2. Realisatie pag. 5 3. Begrippen pag. 6 4. Verantwoordelijkheid pag. 7 5. Pastorale verzorger pag. 8 6. Taken pastorale verzorger pag. 8 7. Coördinator pastorale zorg
Nadere informatieConvenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland
Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland Partijen A. De Veiligheidsregio s Twente, IJsselland, Noord- en Oost-Gelderland, Gelderland
Nadere informatieRegionale ketenfuncties en afspraken Opvang (verdachte) patiënten Ebola Viraal Hemorhagische Koorts (VHK)
Regionale ketenfuncties en afspraken Opvang (verdachte) patiënten Ebola Viraal Hemorhagische Koorts (VHK) Auteur: Opdrachtgever: Expertgroep Ebola / Infectiecommissie UMCG ROAZ Drenthe/Groningen en ROAZ
Nadere informatieWERKEN IN CRISISSITUATIES DAAR MOET JE OP TRAINEN. Onderdeel van Twente Safety Campus
WERKEN IN CRISISSITUATIES DAAR MOET JE OP TRAINEN Onderdeel van Twente Safety Campus 1 2 De totstandkoming van Safety Care Center is ontstaan na een gedeelde behoefte om specifiek voor organisaties in
Nadere informatieGecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure GRIP) bijlage van het Regionaal Crisisplan Veiligheidsregio Twente
Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure GRIP) bijlage van het Regionaal Crisisplan Veiligheidsregio Twente Autorisatie OPSTELLERS: Barrett,Annelies Voorde ten, Jaqueline BIJDRAGE IN DE
Nadere informatieEvaluatie Cafébrand Volendam. Inspectie voor de Gezondheidszorg
Evaluatie Cafébrand Volendam Inspectie voor de Gezondheidszorg Den Haag, juni 2001 Colofon Inspectie voor de Gezondheidszorg Postbus 16119 2500 BC s-gravenhage Tel.: 070-3407911 Inhoudsopgave Voorwoord
Nadere informatieVerpleegkundig Centralist/ Verpleegkundig Centralist i.o.
Voor onze Meldkamer (MKA) zijn wij op zoek naar kandidaten voor de functie van: Verpleegkundig Centralist/ Verpleegkundig Centralist i.o. Arbeidsduur: Functie-inhoud: 36 uur per week Als Verpleegkundig
Nadere informatieBeschrijving Functiegebied Medisch Management binnen de ambulancezorg
Beschrijving Functiegebied Medisch Management binnen de ambulancezorg Opdrachtgever : Ambulancezorg Nederland Opsteller : THYMOS training & advies Status : definitief, bestuurlijk vastgesteld op 22 april
Nadere informatieGRIP 1, partyboot Egmond aan Zee 9 april 2017, gemeente Bergen
GRIP 1, partyboot Egmond aan Zee 9 april 2017, gemeente Bergen 1. Overzicht Incident 9 april 2017 Ongeval partyboot, Egmond aan Zee Gemeente Bergen GRIP 1 Omschrijving Op zondag 9 april 2017 krijgt het
Nadere informatieGHOR Academie. Opleiding OMAc GHOR Functiegerichte opleiding voor de Operationeel Medewerker Actiecentrum (OMAc) GHOR
GHOR Academie Opleiding OMAc GHOR Functiegerichte opleiding voor de Operationeel Medewerker Actiecentrum (OMAc) GHOR De GHOR Academie heeft met de opleiding OMAc een goed product toegevoegd. Wat ik echt
Nadere informatieDe veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband tussen 26 gemeenten.
BELEIDSPLAN 2011-2015 VEILIGHEIDSREGIO MIDDEN- EN WEST-BRABANT Bijlage 3. Sturing en organisatie De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband
Nadere informatieBeslisnotitie Veiligheidsregio Hollands Midden
B.1 1. Algemeen Onderwerp: Beslisnotitie Veiligheidsregio Hollands Midden Implementatie Slachtoffer Informatie Systematiek (SIS) in de VRHM en opzeggen convenanten Nederlandse Rode Kruis Opgesteld door:
Nadere informatieLandelijk Protocol Coördinatie Grootschalige Brandwonden Incidenten, openbaar
Landelijk Protocol Coördinatie Grootschalige Brandwonden Incidenten, openbaar Doelstellingen: Het Landelijk Protocol Coördinatie Grootschalige Brandwonden Incidenten (LPCGBI) heeft twee doelstellingen
Nadere informatieGewondenspreidingsplan 2013
Gewondenspreidingsplan 2013 Versie: december 2013 vastgesteld in ROAZ Groningen, Friesland en Drenthe Gewonden spreidingsplan per 1 januari 2013. Inleiding Na zo n 10 jaar is het gewondenspreidingsplan
Nadere informatieKwaliteitskader Crisisbeheersing en OTO De zorgsector aantoonbaar voorbereid op rampen en crises
Kwaliteitskader Crisisbeheersing en OTO Opsteller: Werkgroep OTO kwaliteit en effectmeting Datum: 26 november 2012 Versie: 3.0 conceptversie Kwaliteitskader Crisisbeheersing en OTO Voorwoord 3 Definities
Nadere informatieVOORSTEL VOOR HET AB. Datum vergadering: 14 januari Agendapunt: 13. Portefeuillehouders: De heer Wolfsen/mevrouw Westerlaken
VOORSTEL VOOR HET AB Datum vergadering: 14 januari 2013 Agendapunt: 13 Datum: 20 december 2012 Contactpersoon: Adriaan Buitink Telefoon: 06-21206470 E-mail: a.buitink@vru.nl Portefeuillehouders: De heer
Nadere informatie