NEE. Van: L. van Dijk Tel nr: 8519 Nummer: 16A Datum: 11 oktober Team: Communicatie en Personeel

Transcriptie

1 VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Van: L. van Dijk Tel nr: 8519 Nummer: 16A Datum: 11 oktober 2016 Team: Communicatie en Personeel Tekenstukken: Nee Bijlagen: 2 Afschrift aan: Salarisadministratie, Ondernemingsraad N.a.v. (evt. briefnrs.): Onderwerp: Lokale regeling Individueel Keuze Budget (IKB) Advies: 1. Trek het Cafetariamodel gemeente Woerden in per 1 januari Stel de bijgaande lokale regeling Individueel Keuze Budget gemeente Woerden in principe vast met ingang van 1 januari Stel de Verlofregeling 2017 in principe vast met ingang van 1 januari Vraag in het Georganiseerd Overleg van 14 november 2016 overeenstemming over deze lokale regeling Individueel Keuze Budget gemeente Woerden en de Verlofregeling Begrotingsconsequenties NEE B. en W. d.d.:

2 Portefeuillehouder: burgemeester Inleiding: Als gevolg van de LOGA-circulaire van 29 juni 2016 over de IKB-regeling is het nodig om (aanvullend daarop) een lokale IKB-regeling vast te stellen. De LOGA-circulaire van 29 juni 2016 wordt u in november aangeboden ter vaststelling, tezamen met een LOGA-circulaire die in november 2016 wordt verwacht. De nog te verwachten LOGA-circulaire van november 2016 bevat diverse tekstuele aanpassingen van de CAR / UWO als gevolg van de invoering van het Individueel Keuze Budget (IKB). Met de LOGA-circulaire van 29 juni 2016 wordt de definitieve regeling Individueel Keuzebudget in de CAR / UWO opgenomen (in paragraaf 5 van hoofdstuk 3). In het cao-akkoord is afgesproken om het Individueel Keuzebudget in te voeren. Dit IKB wordt per 1 januari 2017 ingevoerd. Tevens komt bij de invoering van het IKB het hoofdstuk 4a Uitwisseling arbeidsvoorwaarden te vervallen. Dit hoofdstuk is de juridische basis voor ons cafetariamodel. Zodoende bestaat er de noodzaak om ons eigen cafetariamodel in te trekken per 1 januari 2017 en tevens een lokale IKB-regeling vast te stellen, zodat de doelen uit het cafetariamodel (fiets, fiscale uitruil woon-werkverkeer, vakbondscontributie) hierin een plek kunnen krijgen. Op die manier blijven onze lokale arbeidsvoorwaarden behouden, als goede secundaire arbeidsvoorwaarde aanvullend op de CAR / UWO. De bevoegdheid van het college komt voort uit de volgende wet - en/of regelgeving: Op grond van artikel 160 van de Gemeentewet is het College bevoegd om rechtspositieregelingen voor het personeel vast te stellen, te wijzigen en in te trekken. Beoogd effect: Een nieuwe lokale IKB-regeling, waarin de meeste doelen vanuit het (per 1 januari 2017 vervallen) Cafetariamodel behouden blijven. Een actuele lokale Verlofregeling. Argumenten: 1.1 Door het vervallen van de juridische basis van het Cafetariamodel per 1 januari 2017 is het nodig dit Cafetariamodel formeel in te trekken. Het huidige Cafetariamodel is een nadere uitwerking van artikel 4a:3 CAR / UWO. Met de komst van het IKB in de CAR / UWO, vervalt hoofdstuk 4a (uitwisseling arbeidsvoorwaarden) van de CAR / UWO. Het is dan ook noodzakelijk om deze lokale regeling in te trekken. De mogelijkheid om vakantie-uren te kopen is opgenomen in het IKB. De mogelijkheid om vakantie-uren (maximaal 72 voor een fulltimer) te verkopen is opgenomen in een nieuw artikel 3:36 CAR, wat geen onderdeel uitmaakt van het IKB. 2.1 De lokale IKB-regeling is nodig om (als aanvulling op het IKB-hoofdstuk in de CAR) de lokale doelen te verankeren zoals die tot 31 december 2016 in het Cafetariamodel zijn opgenomen. Voorgesteld wordt om de doelen fiets, vakbondscontributie en fiscale uitruil woon-werkverkeer mogelijk te maken via de lokale IKB-regeling.

3 Er wordt voor gekozen om het doel bedrijfsfitness (zoals dat was opgenomen in het Cafetariamodel) niet meer op te nemen in de lokale IKB-regeling. Met het directievoorstel 16A (evaluatie Werkkostenregeling) is het standpunt gevraagd om dit doel geen onderdeel van de IKB-regeling te laten zijn. De redenen hiervoor zijn kortweg: Dit is het enige doel waarbij relatief een grote bijdrage vanuit de gemeente wordt verstrekt; Relatief weinig collega s maken van de regeling gebruik (in 2016 minder dan 25 medewerkers); Het is alleen te gebruiken voor fitnessscholen die zijn aangesloten bij fitnessonline.nl. en dus niet van toepassing op andere sporten, en daardoor discriminerend (contributie van een andere sportbeoefening komt niet in aanmerking); Het is een grote administratieve last voor de salarisadministratie (gemiddeld 80 uur op jaarbasis). 3.1 Het basisverlof (artikel 1) in onze lokale Verlofregeling moet aangepast worden, als gevolg van de CARwijziging om 14,4 uur (bovenwettelijk) verlof in het IKB te plaatsen. De enige wijziging van de lokale Verlofregeling is de aanpassing van het basisverlof in artikel 1 van 177,6 uur naar 163,3 uur met ingang van 1 januari In het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden (LOGA) is volledige overeenstemming bereikt over verlaging van het vakantieverlof, zoals vastgelegd in artikel 6:2 CAR, met 14,4 uur. Daardoor is het nodig om met ditzelfde aantal (14,4 uur) ons lokale vakantieverlof te verminderen. Deze 14,4 uur zijn omgerekend naar 0,8% bovenwettelijke vakantieuren die per 1 januari 2017 in het IKB worden opgenomen. Aan de ene kant ontvangt de medewerker minder vakantieverlof, maar aan de andere kant ontvangt hij de financiële tegenwaarde van dit vakantieverlof in het IKB. 4.1 Voor het vaststellen van rechtspositionele regelingen is overeenstemming met het Georganiseerd Overleg vereist (op grond van artikel 12:2 CAR). In het technisch beraad van 3 oktober 2016 is in grote lijnen gesproken over de ideeën voor een lokale IKB-regeling. Afgesproken is om de IKB-regeling formeel op de GO agenda van 14 november 2016 te plaatsen. Kanttekening: - Financiën: N.v.t. Er worden geen (financiële) arbeidsvoorwaarden toegevoegd. Uitvoering: Na uw principe besluit over deze lokale IKB-regeling en de Verlofregeling 2017 zal formeel aan het Georganiseerd Overleg overeenstemming worden gevraagd. Het Georganiseerd Overleg vindt plaats op 14 november Communicatie / Website: In de domeinpresentatie van Bedrijfsvoering (op 27 oktober 2016) zal er o.a. aandacht worden besteed aan het IKB. De komende maanden zal Personeelszaken iedere maand een IKB-nieuwsbrief op PIM zetten. Ook zal hierin aandacht worden besteed aan Workforce, het salarissysteem waarin de medewerk vanaf januari 2017 zelf zijn IKB-keuzes kan aangeven. Ondernemingsraad: Ter kennisname.

4 Samenhang met eerdere besluitvorming: Directiebesluit 16A Evaluatie Werkkostenregeling 2016 Bijlagen: 1. Ter informatie: LOGA-circulaire d.d. 29 juni 2016, kenmerk ECW GO/U , betreffende IKB-regeling ( ). 2. In te trekken per 1 januari 2017: Cafetariamodel gemeente W oerden ( ) 3. Lokale regeling Individueel Keuze Budget gemeente Woerden

5 LOGA College TŪOÏ Arbeidszaken/VN G FNV OvertiekJ CNV OrerheLd CMHF Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Landelij k Overleg Gemeentelijke Arb cidsvo ontaarden informatiecentrum tel. uw kenmerk bijlage(n) (070) betreft ons kenmerk datum 1KB regeling ECWGO/U juni 2016 Lbr. 16/053 CvA/LOGA 16/14 Samenvatting Deze ledenbrief gaat over de definitieve regeling IKB (Individueel Keuzebudget). De regeling treedt in werking op 1 januari De regeling is als bijlage bij de brief bijgesloten.

6 LOGA College TŪOÏ Arbeidszaken/VN Ľ FNV Orerhekd CNV OrerheLd Aan de leden Landelij k Overleg 1 ; Arbeidsvoorwaarden CMHF informatiecentrum tel. uw kenmerk bijlage(n) (070) betreft ons kenmerk datum 1KB regeling ECWGO/U juni 2016 Lbr. 16/053 CvA/LOGA 16/14 Geacht college en gemeenteraad, In het cao-akkoord is afgesproken om het Individueel Keuzebudget (IKB) in te voeren. In deze ledenbrief informeren wij u dat het LOGA op 24 juni 2016 de definitieve regeling Individueel Keuzebudget heeft vastgesteld. In de bijlage bij deze brief vindt u de definitieve regeling Individueel Keuzebudget. Deze regeling wordt bij de invoering van het IKB op 1 januari 2017 als paragraaf 5 onderdeel van het nieuwe beloningshoofdstuk 3. Per 1 januari 2017 krijgt iedere medewerker de beschikking over het IKB. Het IKB is een budget in geld dat elke medewerker maandelijks kan inzetten voor door hem gekozen doelen. Met het IKB krijgen medewerkers meer keuzevrijheid over de inhoud van hun arbeidsvoorwaardenpakket. Medewerkers kunnen hierdoor keuzes maken die gerichter aansluiten bij hun werk en privésituatie. Het IKB geeft invulling aan de moderne arbeidsverhoudingen, waarin de eigen verantwoordelijkheid en zeggenschap van de medewerkers centraal staat. Bronnen van het IKB Het IKB is opgebouwd uit de volgende bronnen: ' Vakantietoelage (80) ' Eindejaarsuitkering (60) ' Levensloopbijdrage (1,5 O) ' Bovenwettelijke verlof (0,80)

7 Met ingang van 1 januari 2017 wordt 14,4 uur bovenwettelijk verlof, voortvloeiend uit artikel 6:2 CAR, toegevoegd aan het IKB. Dit percentage bedraagt 0,800) van het voor de medewerker in de maand van opbouw geldende salaris. Medewerkers houden recht op een aanspraak op het wettelijke verlof van 144 uren. Gemeenten kunnen lokaal bronnen toevoegen. Besteding IKB Medewerkers kunnen alleen dat deel van het IKB besteden dat op dat moment in het IKB is opgebouwd. Indien er geen keuze wordt gemaakt, dan wordt het IKB gereserveerd. Het IKB moet in het zelfde kalenderjaar volledig worden genoten en kan niet naar het volgend kalenderjaar meegenomen worden. Resterend of volledig budget in december wordt in die maand uitbetaald. Gemeenten kunnen lokaal doelen toevoegen. Vervallen hoofdstuk 4a CAR Hoofdstuk 4a Uitwisselen van arbeidsvoorwaarden komt bij de invoering van het IKB te vervallen. Het cafetariamodel dat in dit hoofdstuk is opgenomen is geïntegreerd in de artikelen 3:29 en 3:36. Hiermee wordt het in het IKB mogelijk om vakantie-uren te kopen en te verkopen. Eenmalige uitkering vakantietoelage 2016 Na invoering van het IKB op 1 januari 2017 is de vakantietoelage opgenomen in het IKB. De opbouw van het IKB vindt maandelijks plaats van januari tot en met december van een kalenderjaar. De vakantietoelage over juni 2016 tot en met december 2016 maakt geen onderdeel uit van het IKB per 1 januari 2017 en wordt eenmalig uitgekeerd in mei Deze eenmalige uitkering komt ten laste van de begroting Keuzemodule IKB Voor de uitvoering van het IKB wordt geadviseerd om gebruik te maken van een digitale keuzemodule. Er zijn verschillende salarisbureaus die een keuzemodule IKB aanbieden. Het LOGA heeft in een programma van eisen vastgelegd aan welke eisen en criteria een keuzemodule in de gemeentelijke sector moet voldoen. Met dit programma van eisen worden gemeenten ondersteund in hun keuze bij de aanschaf van de keuzemodule IKB. Het programma van eisen kunt u vinden op de IKB themapagina op de website van de VNG. Gemeenten die nog geen keuzemodule IKB hebben aangeschaft wordt geadviseerd om een keuze voor een ICTleverancier te maken om verzekerd te zijn van tijdige ondersteuning bij implementatie van de keuzemodule. Betreft IKB regeling Datum 29 juni /04

8 Ondersteuning Op de website van de VNG onder het dossier 'arbeidsvoorwaarden en personeelsbeleid' kunt u onder 'Individueel Keuzebudget (IKB)' alle nodige informatie vinden over het IKB. Op het werkgeversforum van gemeenten staat ook veel bruikbare informatie. Pilotgemeenten die het IKB per 1 januari 2016 ingevoerd hebben zijn hierop ook actief. Wijzigingen Vaststelling van de regeling Individueel Keuzebudget leidt tot nadere technische wijzigingen in de CAR en in de toelichting. Deze wijzingen zullen wij komend najaar in een ledenbrief aan u bekend maken. Rechtskrachtbepaling. Op grond van de statuten van de VNG en het reglement van het CvA zijn gemeenten gehouden om uitvoering te geven aan de in het LOGA overeengekomen CAR-bepalingen en de nadien overeengekomen wijzigingen daarvan. Voor gemeenten die bij de UWO zijn aangesloten, geldt dat eveneens voor de zogenoemde UWO-bepalingen. De CAR en de UWO zijn geen CAO in de zin van de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst, waardoor overeengekomen wijzigingen niet rechtstreeks doorwerken in de aanstelling van individuele ambtenaren. Op grond van artikel 125 Ambtenarenwet en artikel 160 Gemeentewet is het college verplicht, respectievelijk bevoegd, voor gemeenteambtenaren een lokale arbeidsvoorwaarden- en rechtspositieregeling vast te stellen in de vorm van een algemeen verbindend voorschrift. Op grond van artikel 107e Gemeentewet heeft de raad deze bevoegdheid voor de griffie. De gemeentelijke rechtspositieregeling is een algemeen verbindend voorschrift. Artikel 139 Gemeentewet bepaalt dat besluiten, die algemeen verbindende voorschriften inhouden, pas verbinden wanneer zij op de juiste manier zijn bekendgemaakt. Betreft IKB regeling Datum 29 juni /04

9 Sinds 1 januari 2014 dient dit te geschieden door vermelding in een elektronisch en algemeen toegankelijk gemeenteblad, overeenkomstig de 'Regeling elektronische bekendmaking en beschikbaarstelling regelgeving decentrale overheden'. Hoogachtend, Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden Mw. mr. S. Pijpstra secretaris Deze ledenbrief staat ook op onder brieven. Betreft IKB regeling Datum 29 juni /04

10 Bijlage 1 bij LOGA brief A Artikel 3:18a wordt geschrapt. B De nummering van artikel 3:27 wordt, inclusief koptekst, gewijzigd in artikel 3:38. C Aan hoofdstuk 3 wordt een nieuwe paragraaf 5 toegevoegd met de titel 'Individueel Keuzebudget'. 5 Individueel Keuzebudget Artikel 3:27 Algemeen 1. De ambtenaar heeft recht op een Individueel Keuzebudget, hierna te noemen: IKB. 2. Het college is beheerder van het IKB. 3. Het IKB is een maandelijks, in geld uitgedrukt budget dat de ambtenaar naar keuze kan gebruiken voor de doelen genoemd in artikel 3:29,op de wijze zoals vastgelegd is in deze paragraaf. Artikel 3:28 Opbouw IKB 1. Het IKB wordt per maand opgebouwd en bestaat uit een deel waarover pensioen wordt opgebouwd en een deel waarover geen pensioen wordt opgebouwd. 2. Het deel van het IKB waarover pensioen wordt opgebouwd bedraagt: a. 80o van het voor de ambtenaar in de maand van opbouw geldende salaris vermeerderd met de salaristoelagen genoemd in paragraaf 3 van dit hoofdstuk, met dien verstande dat dit ten minste een bedrag is van C 146,65 bij een volledig dienstverband, en b. 60 van het voor de ambtenaar in de maand van opbouw geldende salaris, met dien verstande dat dit ten minste een bedrag is van C 145,83 bij een volledig dienstverband, en c. 1,50 van het in de maand van opbouw geldende salaris, voor de ambtenaar die geboren is na 31 december 1949, met dien verstande dat dit ten minste een bedrag is van C 33,33 bij een volledig dienstverband, en d. indien en voor zolang hoofdstuk 9a van toepassing is op de ambtenaar, 10 van het voor de ambtenaar in de maand van opbouw geldende salaris, met dien verstande dat dit voor maximaal 20 jaar geldt, tenzij artikel 9a:9, lid 1, onderdeel b, van toepassing is.. 3. Het deel van het IKB waarover geen pensioen wordt opgebouwd bedraagt 0,80 van het voor de ambtenaar in de maand van opbouw geldende salaris. 4. Indien in een maand het salaris of de salaristoelagen niet volledig zijn uitbetaald dan wordt het IKB in die maand berekend op basis van het uitbetaalde salaris en de uitbetaalde salaristoelagen. Ontvangt de ambtenaar in een maand geen salaris dan wordt in die maand geen IKB opgebouwd. 5. Indien in een maand het salaris en de salaristoelagen niet volledig zijn uitbetaald op grond van artikel 7:3, lid 2 tot en met 4, dan wordt, in afwijking van lid 4 van dit artikel, het IKB in die maand berekend op basis van het volledige salaris en de volledige salaristoelagen. 6. Het college kan bronnen toevoegen aan het IKB. Een bron kan zijn een persoonlijk budget, voor zover dat in de gemeente bestaat en niet is opgenomen in de TOR zoals omschreven in paragraaf 7 in hoofdstuk 3. De toelichting op artikel 3:28 komt als volgt te luiden:

11 Lid 2 In dit lid is geregeld wat de bronnen van het pensioengevende deel van het IKB zijn. De bronnen komen uit arbeidsvoorwaarden die tot 1 januari 2017 onder een andere naam in de CAR UWO geregeld waren. Het IKB is opgebouwd uit: a. De vakantietoelage, zoals tot 1 januari 2017 geregeld in artikel 6:3. b. De eindejaarsuitkering, zoals tot 1 januari 2017 geregeld in artikel 3:18a. c. De levensloopuitkering, zoals tot 1 januari 2017 geregeld in artikel 6a:7, lid 1. d. De levensloopuitkering, zoals tot 1 januari 2017 geregeld in artikel 6a:7, lid 2. Lid 3 Deze bron bestaat uit de financiële tegenwaarde van 14,4 uren bovenwettelijk vakantieverlof. Tot 1 januari 2017 had de ambtenaar op grond van artikel 6:2 recht op ten minste 158,4 uren vakantieverlof per kalenderjaar. Met ingang van 1 januari 2017 is de aanspraak op vakantieverlof verminderd tot 144 uren per kalenderjaar. De financiële tegenwaarde van 14,4 uren vakantieverlof is per diezelfde datum opgenomen in het IKB. Artikel 3:29 Doelen IKB 1. De ambtenaar kan het IKB gebruiken voor: a. het kopen van vakantie-uren, tot een maximum van vier maal de aanstellingsduur per week gedurende het kalenderjaar; b. extra inkomen door uitbetaling van het IKB tot een maximum van het tot aan de datum van uitbetaling opgebouwde IKB; c. het financieren van een opleiding, indien en voor zover deze niet door de gemeente wordt vergoed en de geldende fiscale regelgeving de besteding van het IKB aan dit doel belastingvrij mogelijk maakt. 2. Het college kan de bestedingsdoelen zoals omschreven in lid 1 aanvullen. Artikel 3:30 1. De ambtenaar kan elke maand een keuze maken om zijn IKB te gebruiken voor een of meerdere van de in artikel 3:29 genoemde doelen. Hij heeft voor deze keuze geen toestemming nodig. 2. Het college wijst in verband met de salarisverwerking voor elke maand een uiterste datum aan waarop de ambtenaar zijn keuze kenbaar moet maken. 3. Als de ambtenaar geen keuze maakt, of bij zijn keuze slechts een deel van zijn IKB gebruikt, dan wordt het IKB over die maand, of het resterende deel daarvan, gereserveerd. De ambtenaar kan het gereserveerde IKB op een later moment in het lopende kalenderjaar besteden. 4. Heeft de ambtenaar na de sluitingsdatum van de salarisverwerking in december nog een resterend IKB dan wordt dit bij de salarisbetaling van die maand uitbetaald. 5. Besteding van het IKB kan alleen voor zover het beschikbare budget toereikend is. De keuze voor een doel heeft uitsluitend betrekking op hetzelfde kalenderjaar. 6. Bedragen die uit het IKB zijn gebruikt, kunnen niet meer worden teruggestort in het IKB. Artikel 3:31 Waarde van een vakantie-uur Als de ambtenaar kiest voor het kopen van vakantie-uren dan wordt het IKB per vakantie-uur verlaagd met het voor de ambtenaar geldende uurloon in de maand waarin hij de vakantie-uren koopt. Artikel 3:32 Uitbetaling IKB bij einde dienstverband

12 1. Bij beëindiging van het dienstverband wordt het resterende 1KB bij de laatste salarisbetaling aan de ambtenaar uitbetaald. 2. Bij overlijden van de ambtenaar wordt in aanvulling op de overlijdensuitkering het resterende IKB uitbetaald aan de nagelaten betrekkingen zoals omschreven in artikel 3:23, lid 2 en 3. Artikel 3:33 Wet- en regelgeving 1. Het gebruik van het IKB kan gevolgen hebben voor loonheffingen, pensioen en sociale verzekeringen. De ambtenaar wordt geacht deze gevolgen te kennen. 2. Als blijkt dat een bedrag uit het IKB ten onrechte belastingvrij is uitgekeerd doordat de ambtenaar onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt, verhaalt het college de verschuldigde loonheffing of eventuele boetes op de ambtenaar. 3. Als een netto voordeel voor de ambtenaar vervalt door wijzigingen van wet- en regelgeving dan wordt dat niet gecompenseerd door het college. 4. Alle transacties in het IKB moeten in overeenstemming zijn met geldende wet- en regelgeving. Artikel 3:34 Vakantietoelage De vakantietoelage die de ambtenaar heeft opgebouwd in de periode van juni 2016 tot en met december 2016 op grond van artikel 6:3 zoals dat gold op 31 december 2016 wordt uitbetaald bij de salarisbetaling van mei Dit bedrag maakt geen onderdeel uit van het IKB. 2. Indien de ambtenaar ontslag verleend wordt voor 1 mei 2017 dan wordt de opgebouwde vakantietoelage over 2016 uitbetaald bij de laatste salarisbetaling. Artikel 3:35 Overige bepalingen Voor de ambtenaar die werkzaam is in de kunsteducatie en op wie artikel 19b:10 van toepassing is, is artikel 3:28, lid 3, niet van toepassing. D De nummering van paragraaf 6 wordt gewijzigd in paragraaf 7. E Na paragraaf 5 wordt een nieuwe paragraaf 6 toegevoegd met als titel 'Overige individuele keuzemogelijkheden' 6 Overige individuele keuzemogelijkheden Artikel 3:36 Verkoop van vakantie-uren 1. De ambtenaar kan elk kalenderjaar een verzoek doen om ten hoogste 72 uren bovenwettelijk vakantieverlof te verkopen. Bij een deeltijd dienstverband wordt dit aantal naar rato vastgesteld. 2. Een verzoek als bedoeld in lid 1 wordt toegewezen, tenzij zwaarwegende bedrijfsof dienstbelangen zich daartegen verzetten. 3. Het college kan regels stellen over de aanvraagprocedure. 4. Het bepaalde in artikel 3:31 is van overeenkomstige toepassing. F Hoofdstuk 4a wordt geschrapt. G Artikel 6:3 wordt geschrapt. H Artikel 6a:7 wordt geschrapt.

13 Het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Woerden; Gezien de circulaire van het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden, kenmerk ECWGO/U van 29 juni 2016, houdende de definitieve regeling Individueel Keuze Budget; Gelet op het gestelde in artikel 160 van de Gemeentewet waarbij de bevoegdheid tot het vaststellen, wijzigen en intrekken van de rechtspositieregelingen voor het gemeentelijk personeel en gewezen personeel wordt opgedragen aan het College; Gelet op het feit dat in het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden volledige overeenstemming is en de wijzigingen zoals deze zijn opgenomen in de hiervoor genoemde circulaire van het LOGA daaruit voortvloeien; Gelet op de verkregen instemming van het Georganiseerd Overleg d.d ; Besluit: A. In te trekken met ingang van 1 januari 2017 van het Cafetariamodel gemeente Woerden (zijnde de nadere uitwerking van artikel 4a:3 CAR/UWO), zoals met instemming van het Georganiseerd Overleg d.d. 9 maart 2015 is vastgesteld. B. Vast te stellen de lokale regeling Individueel Keuze Budget (IKB) met ingang van 1 januari 2017, als aanvulling op paragraaf 5 van hoofdstuk 3 CAR / UWO. De lokale regeling Individueel Keuze Budget van de gemeente Woerden luidt als volgt: Artikel 1 Definities In deze regeling wordt verstaan onder: a. Bronnen : lokale arbeidsvoorwaarden die ingezet worden voor de opbouw van het IKB. b. Doelen : lokale arbeidsvoorwaarden waar de medewerker het IKB voor kan benutten. c. Workforce : het salarissysteem, waarin de IKB-module voor iedere medewerker toegankelijk is. Artikel 2 Bronnen Het college voegt geen lokale bronnen toe aan de bronnen zoals die in artikel 3:28 CAR/UWO zijn vastgelegd. Artikel 3 Doelen Op grond van artikel 3:29 lid 2 CAR/UWO voegt het college de volgende doelen toe aan het IKB: Aanschaffen fiets Vakbondscontributie De niet op andere wijze vergoede reiskosten van woon-werkverkeer Artikel 4 Procedure 1. De medewerker kan zelf zijn keuzes maken in Workforce; er is geen toestemming van de leidinggevende nodig. Alleen het reeds opgebouwde IKB-budget is financieel beschikbaar. Er kan geen voorschot op toekomstige IKB-gelden genomen worden. 2. De keuzes die gemaakt zijn voor de 10 e van de maand worden diezelfde maand verwerkt. 3. In de maand januari kan geen IKB-keuze gemaakt worden. Het eerste keuze moment is de maand februari. 4. Het gestelde in artikel 3:33 CAR/UWO is op deze regeling van toepassing. Artikel 5 Aanschaffen fiets via IKB 1. De medewerker, die zelf een fiets koopt en betaalt voor woon-werkverkeer, kan het IKB fiscaal voordelig aanwenden voor het doel aanschaf fiets. 2. De verrekening van de fiets moet in hetzelfde jaar plaatsvinden als de aanschaf van de fiets. 3. De medewerker mag eenmaal per drie kalenderjaren een fiets aanschaffen via het IKB. 4. Maximaal 749,- van het IKB-budget mag ingezet worden voor de aanschaf van de fiets. 5. Maximaal 82,- van het IKB-budget mag per kalenderjaar voor de kosten voor accessoires worden ingezet. Lokale IKB-regeling Pagina 1

14 6. De medewerker levert in Workforce digitaal een kopie in van de fiets en / of de accessoires. Artikel 6 Vakbondscontributie via IKB 1. De medewerker, die lid is van een vakbond die de belangen van medewerkers in de gemeentelijke sector behartigt, kan het IKB fiscaal voordelig aanwenden voor het doel vakbondscontributie. 2. De vakbondscontributie van een jaar kan alleen in datzelfde jaar via het IKB verrekend worden. 3. De medewerker levert in Workforce digitaal een kopie in van de vakbondscontributie. Artikel 7 De niet op andere wijze vergoede reiskosten woon-werkverkeer 1. De reiskosten voor woon-werkverkeer, die niet op andere wijze vergoed worden, kunnen via het IKB fiscaal voordelig verrekend worden met de fiscaal maximaal onbelast toegestaan te vergoeden kilometervergoeding. 2. De medeweker kan een gedeelte van het IKB uitruilen tegen een netto vergoeding voor deze reiskosten. 3. In de IKB-module wordt door de Salarisadministratie rekening gehouden met de volgende gegevens t.b.v. de nog onbelast te vergoeden woon-werkkilometers: - de afstand woon-werkverkeer, zoals berekend op basis van de Reiskostenregeling woonwerkverkeer gemeente Woerden; - perioden van afwezigheid wegens ziekte, langdurig verlof om andere redenen en eventuele tussentijdse verhuizingen. Artikel 8 Slotbepalingen 1. Deze lokale regeling Individueel Keuze Budget treedt in werking op 1 januari In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, beslist de directie. Aldus besloten in de vergadering van 2016; Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woerden, drs. M.H.J. van Kruijsbergen MBA secretaris V.J.H. Molkenboer burgemeester Lokale IKB-regeling Pagina 2

15 Toelichting lokale regeling Individueel Keuze Budget Door de komst van het IKB wordt hoofdstuk 4a CAR/UWO (uitwisselen van arbeidsvoorwaarden) geschrapt. Daardoor vervalt de grondslag voor ons huidige cafetariamodel van de gemeente Woerden. De meeste doelen die in het cafetariamodel stonden worden via deze lokale IKB-regeling weer opgenomen. Uitganspunt is dat de invoering van het IKB niet leidt tot een wijziging van de pensioengrondslag. De bronnen van het IKB zijn voor een groot deel pensioengevend (vakantiegeld, eindejaarsuitkering, levensloopbijdrage). De twee bovenwettelijke vakantiedagen (14,4 uur) zijn niet pensioengevend. Wat de medewerker doet met het IKB-budget is niet relevant voor de pensioengrondslag. Onderstaand wordt per artikel een toelichting gegeven. Artikel 4 Procedure Het fiscaal uitruilen van een doel heeft geen gevolgen voor het pensioengevend inkomen, zolang de uitruil niet meer bedraagt dan 30% van het gebruikelijke loon. Door uit te ruilen daalt het fiscale loon. Dit kan leiden tot een eventuele toekomstige lagere uitkeringen die o.a. voortvloeien uit de sociale verzekeringswetgeving (o.a. WW-uitkering, WIA-uitkering, ZW-uitkering). Artikel 5 Aanschaffen fiets via IKB Met dit doel kan de medewerker een belast deel van zijn opgebouwde IKB-budget uitruilen tegen een onbelaste vergoeding van de kosten (maximaal 749,--) van een fiets, die voor woon-werkverkeer gebruikt word. Per kalenderjaar kan maximaal 82,-- onbelast worden vergoed voor accessoires, zoals een fietsverzekering, onderhoudsbeurten / reparaties, regenkleding, sloten e.d. Een kopie van de nota van de aangeschafte fiets en / of de accessoires wordt digitaal in Workforce bijgevoegd. Artikel 6 Vakbondscontributie via het IKB Met dit doel kan de medewerker een belast deel van zijn IKB-budget uitruilen tegen een onbelaste vergoeding voor de vakbondscontributie. Een kopie van de nota van de vakbondscontributie van het desbetreffende jaar wordt digitaal in Workforce bijgevoegd. Artikel 7 De niet op andere wijze vergoede reiskosten woon-werkverkeer De gemeente Woerden vergoedt minder reiskosten voor woon-werkverkeer dan fiscaal is toegestaan. Via de IKB-module van Workforce kan een medewerker een gedeelte van het opgebouwde IKB uitruilen tegen een netto vergoeding voor de niet vergoede reiskosten. Het nettoloon wordt daardoor hoger. Het belastingtarief van de medewerker bepaalt de hoogte van het voordeel, dit varieert afhankelijk van de hoogte van het inkomen. Als de omstandigheden veranderen, bijvoorbeeld door verhuizing of doordat een medewerker op minder dagen gaat werken, dan wordt de mogelijkheid tot uitruil dienovereenkomstig aangepast. Belangrijk is wel (met name voor degenen die veel kilometers woon-werkverkeer hebben) dat medewerkers niet hun IKB-budget al hebben laten uibetalen, waardoor er aan het einde van het jaar niet meer voldoende IKB-budget is voor de fiscale uitruil van woon-werkverkeer. Dit betekent dat een medewerker bewust moet kiezen. Voorbeeldberekening Met het onderstaande rekenvoorbeeld wordt vereenvoudigd inzicht gegeven in het fiscale voordeel dat een medewerker heeft met het via het IKB uitruilen van de voor eigen rekening blijvende reiskosten woon-werkverkeer. Stel: - De medewerker werkt fulltime; de fiscus rekent dan met 214 werkdagen per jaar. - De medewerker reist iedere dag 75 km enkele reis, dus 150 km per dag. - De medewerker heeft een salaris van 3.650,-- bruto per maand. Lokale IKB-regeling Pagina 3

16 Van de Belastingdienst mag de werkgever (214 dagen à 150km) * 0,19 = 6.099,-- maximaal vergoeden voor reiskosten De gemeente Woerden vergoedt aan reiskosten 130,-- per maand * 12 maanden = 1.560,-- Beschikbaar voor fiscale uitruil (dit is de 6.099,-- minus 1.560,-- = 4.539,-- zogenaamde fiscale ruimte ) De medewerker bouwt aan IKB het volgende op 3.650,-- * 16,3% = 595,- per maand, Dus 7.139,-- per jaar. Optie 1: IKB laten uitbetalen Deze medewerker heeft een IKB ter grootte van 7.139,-- bruto. Uitgaande van een belastingtarief van 45% houdt de medewerker hiervan 3.927,-- netto aan over. Optie 2: Via IKB fiscaal voordelig reiskosten verrekenen Deze medeweker heeft een IKB ter grootte van 7.139,-- bruto. Beschikbaar voor de fiscale uitruil woon-werkverkeer kosten van deze medewerker is 4.539,--. Er blijft vervolgens ( / ) een bedrag van 2.600,-- bruto aan IKB over. Uitgaande van een belastingtarief van 45% houdt de medewerker hier 1.430,-- aan over. Totaal heeft deze medewerker dus: 4.539,-- (netto uitgeruild) ,-- = 5.969,-- aan netto IKB. Conclusie: Door gebruik te maken van de fiscale mogelijkheden via het IKB de voor eigen rekening blijvende reiskosten woon-werkverkeer uit te ruilen tegen een bruto bestanddeel, houdt de medewerker netto meer over van het IKB. In bovenstaande voorbeeldberekening is het verschil 2.042,--. Lokale IKB-regeling Pagina 4