G. Akkerman-Wielinga Ruimtelijke Ontwikkeling en Economische Zaken

Transcriptie

1 Gemeente Südwest-Fryslan Raadsvoorstel gemeente Südwest-Fryslan Ons nummer: R llllllllilllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll Onderwerp Bestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns Raadsvergadering van 25 september 2014 Commissie Doarp, Stêd en Omkriten Commissievergadering van 9 september 2014 Portefeuillehouder Team Behandelend ambtenaar G. Akkerman-Wielinga Ruimtelijke Ontwikkeling en Economische Zaken S.G. Faber Voorstel: 1. bijgevoegde reactienota zienswijzen bestemmingsplan "Kilewierwei 1 in Tirns" vast te stellen; 2. het bestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns gewijzigd vast te stellen ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan dat ter inzage heeft gelegen. Het betreft de volgende wijzigingen: - op de verbeelding wordt de locatie van de mestvergistingsinstallatie aangeduid; - In artikel 1, lid 30, is het begrip "negatief effect op een Natura 2000-gebied door stikstofdepositie" opgenomen met de volgende omschrijving hiervan: "een, in vergelijking met de stikstofdepositie op de referentiedatum van het betreffende Natura 2000-gebied, toename van de stikstofdepositie groter dan O mol stikstof per hectare per jaar op de voor stikstof gevoelige habitats in een Natura 2000-gebied". Artikel 1, lid 30 uit het ontwerpbestemmingsplan is artikel 1, lid 31 geworden en zo verder; - In artikel 3, lid 3.1, onder b. is de volgende regel opgenomen: "grondgebonden agrarische bedrijven met niet-grondgebonden agrarische nevenactiviteiten, waarvan de gezamenlijke oppervlakte niet meer dan 500 m^ bedraagt dan wel de bestaande gezamenlijke oppervlakte indien deze meer is, met dien verstande dat het houden van dieren ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch uitgesloten - houden van dieren" niet is toegestaan". Het onderstreepte deel van deze regel is een aanvulling op de regel in het ontwerpbestemmingsplan; - In artikel 3, lid 3.2, onder a.1. is de volgende regel opgenomen: "de nieuwe melk- en veestal, zoals beschreven in paragraaf 2.2 van de toelichting bij dit plan, mag uitsluitend gebouwd worden nadat: a. er technische maatregelen zijn getroffen voor het afsluiten en afzuigen van de opslagtanks met de uitvergiste mest, de opslagsilo's voor vloeibare grondstoffen en de hydrolysetank behorende bij de mestvergistingsinstallatie; b. een opslagkelder voor de vaste grondstoffen behorende bij de mestvergistingsinstallatie is gebouwd en technische maatregelen zijn getroffen voor het afzuigen ervan"; - In artikel 3, lid 3.4, onder a.1. tot en met a.3. zijn, in verband met het opnemen van de hiervoor bedoelde regel in artikel 3, lid 3.1. onder a.1., de verwijzingen naar de betreffende delen van het artikel gewijzigd; - In artikel 3, lid 3.5. onder a. is de volgende regel opgenomen: "het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van het houden van vee, zodanig dat er sprake is van een negatief effect op een Natura 2000-gebied door stikstofdepositie, met dien verstande dat: a. tot een gebruik strijdig met deze bestemming niet wordt aangemerkt het bestaand gebruik, waarbij als referentiedatum voor het bestaand gebruik, in afwijking van het bepaalde in artikel 1, onder 9., wordt verstaan de referentiedatum van het betref-fende Natura gebied; b. tot een gebruik strijdig met deze bestemming niet wordt aangemerkt het gebruik dat vergund is door middel van een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998, dan wel het gebruik waarvan het bevoegd gezag een verklaring is ontvangen dat een vergunning op 1

2 Gemeente Südwest-Fryslan grond van de Natuurbeschermingswet 1998 niet nodig is". - Artikel 3, lid 3.5, onder a. uit het ontwerpbestemmingsplan is artikel 3, lid 3.5, onder b. geworden en zo verder; - In artikel 3, lid 3.5, onder g. is de volgende regel opgenomen: "het gebruik van gronden ten behoeve van opslag van biomassa ten behoeve van de mestvergistingsinstallatie zonder dat deze is afgedekt". 3. te bepalen dat voornoemd bestemmingsplan langs de elektronische weg is vastgelegd in het GML-bestand NL. IMRO BPkileww1-vast; 4. te bepalen dat voor de locatie van de geometrische planobjecten gebruik is gemaakt van een ondergrond welke is ontleend aan de Grootschalige BasisKaart Nederland (GBKN); 5. de PlanMER Tirns - Kilewierwei 1 (uitbreiding veehouderij) vast te stellen; 6. geen exploitatieplan voor het bestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns vast te stellen; 7. een verzoek in te dienen bij Gedeputeerde Staten om de vaststelling van het bestemmingsplan eerder bekend te maken, conform het voorstel van het ministerie VROM. Inleiding: Op het perceel Kilewierwei 1 in Tirns is het veehouderijbedrijf van Mts. Schaap gevestigd. Als agrarische nevenactiviteit is op het perceel ook een grote mestvergistingsinstallatie opgericht. Mts. Schaap is voornemens om de ligboxenstal te vervangen en te vergroten om het aantal melkkoeien in de toekomst uit te breiden tot 450 stuks. Om dit mogelijk te maken, is een bestemmingsplan opgesteld dat een bouwperceel met een oppervlakte van maximaal 3 hectare mogelijk maakt. Het ontwerpbestemmingsplan heeft gedurende zes weken ter inzage gelegen. Gedurende deze termijn zijn twee zienswijzen ingediend. Doel: Vaststelling van het bestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns en de PlanMER Tirns - Kilewierwei 1 (uitbreiding veehouderij) Argumenten: a. De bevoegdheid om een bestemmingsplan vast te stellen ligt bij de gemeenteraad. b. Een van de twee zienswijzen geeft aanleiding het bestemmingsplan gewijzigd vast te stellen. Voor de inhoudelijke argumentatie wordt verwezen naar de bijgevoegde reactienota. Kortgezegd wordt in de regels een voorwaardelijke bepaling opgenomen om te bewerkstelligen dat geurbeperkende maatregelen eerst worden uitgevoerd. N.B.: Met de indiener van de zienswijze is telefonisch contact opgenomen. Het telefonisch contact heeft geleid tot een aanvulling van de zienswijze. c. De PlanMER Tirns - Kilewierwei 1 (uitbreiding veehouderij) is nu in overeenstemming met het advies van de commissie MER. Zowel de uitkomsten van de aanvulling als van de PlanMER zijn in het bestemmingsplan verwerkt. Het bestemmingsplan maakt de beoogde uitbreiding van de veestapel tot 450 melkkoeien mogelijk. Daarom is het bestemmingsplan mer-plichtig. De commissie MER heeft advies uitgebracht over de PlanMER. Dit advies heeft geleid tot een aanvulling van de PlanMER. d. Het advies van de commissie MER heeft geleid tot een nadere aanduiding op de verbeelding. Door een aanduiding op de verbeelding op te nemen, wordt voorkomen dat er een uitwisseling van de verschillende bedrijfsactiviteiten op het perceel plaats kan vinden. Op deze wijze wordt tevens voorkomen dat het gehele perceel wordt benut voor het huisvesten van vee. e. Het betreft een particulier initiatief waarmee geen gemeentelijke exploitatiekosten zijn gemoeid. Het is dan ook niet noodzakelijk een exploitatieplan als bedoeld in artikel van de Wet ruimtelijke ordening vast te stellen. f. Om vertraging van de uitvoering van de mogelijkheden te voorkomen. Bij een gewijzigde vaststelling van een bestemmingsplan geldt op grond van artikel 3.8, lid 4 Wet ruimtelijke ordening een langere termijn voor de bekendmaking van het vastgestelde bestemmingsplan (6 in plaats van 2 weken). Het vastgestelde bestemmingsplan mag eerder gepubliceerd worden als er geen sprake is van nationaal belang en de gemeenteraad expliciet besluit een verzoek tot eerder publiceren indient bij Gedeputeerde Staten. Alternatieven: Het bestemmingsplan niet vaststellen, met als gevolg dat de uitbreiding van de ligboxenstal niet gerealiseerd kan worden. Daarmee vervalt dan ook de financiële basis voor de bouw van de geur beperkende maatregelen en blijft er sprake van geuroverlast voor Tirns e.o. 2

3 an Risico's: Indieners van zienswijzen kunnen beroep tegen een vastgesteld bestemmingsplan indienen. Belanghebbenden kunnen tegen de gewijzigde onderdelen van een bestemmingsplan beroep aantekenen. Kaders: Wet ruimtelijke ordening en Besluit ruimtelijke ordening. Verordening Romte 2014 Uitgangspuntennotitie Buitengebied Financiële aspecten/gevolgen: Het onderhavige bestemmingsplan leidt niet tot kosten voor de gemeente. Duurzaamheid: De op het perceel aanwezige mestvergistingsinstallatie draagt bij aan het verwerken van mest en andere restproducten. In de vergistingsinstallatie worden deze stoffen omgezet in energie, in de vorm van gas en stroom. Het gas wordt opgewerkt tot aardgas en geïnjecteerd in het gasnet. De opgewekte stroom is voor eigen gebruik van het bedrijf en wordt ook geleverd aan het net. In Sneek worden ongeveer 1200 huishoudens per jaar van gas van de vergistingsinstallatie voorzien. Vervolgproces: Communicatie en afstemming: Schaap brengt meerdere keren per jaar een nieuwsbrief uit waarin de inwoners van Tirns worden geïnformeerd. Naar aanleiding van de ingediende zienswijze is op 22 juli 2014 telefonisch contatct geweest met mevrouw Hijlkema, zie reactienota. Het gewijzigd vastgestelde bestemmingsplan wordt ter inzage gelegd. De ter inzage legging wordt met een publicatie bekend gemaakt. Bijlage(n) Meegezonden: reactienota zienswijzen bestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns ( ); ontwerpbestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns ( ); ambtelijke wijzigingen o.a. n.a.v. zienswijzen ( ) aangepaste verbeelding en regels; - ontwerpplanmer ( ) - aanvulling PlanMER ( ) Ter inzage: Burgemeester en wethouders van Südwest-Fryslan. drs. H.H. Apotheker, burgemeester. drs. J. Krul, gemeentesecretaris. 3

4 Raadsbesluit gemeente Südwest-Fryslan Onderwerp Bestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns De raad van de gemeente Südwest-Fryslan; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 augustus 2014; gelet op Artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening; overwegende dat het ontwerpbestemmingsplan gedurende 6 weken ter inzage heeft gelegen; gedurende deze termijn een ieder in de gelegenheid is gesteld een zienswijze in te dienen; gedurende deze termijn twee zienswijzen zijn ingediend; één zienswijze aanleiding geeft om het bestemmingsplan gewijzigd vast te stellen; het bestemmingsplan geen ontwikkelingen mogelijk maakt waarvoor kosten verhaald moeten worden; een gewijzigd vastgesteld bestemmingsplan na zes weken na datum vaststelling gepubliceerd mag worden; besluit: 1. bijgevoegde reactienota zienswijzen bestemmingsplan "Kilewierwei 1 in Tirns" vast te stellen; 2. het bestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns gewijzigd vast te stellen ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan dat ter inzage heeft gelegen. Het betreft de volgende wijzigingen: - op de verbeelding wordt de locatie van de mestvergistingsinstallatie aangeduid; - In artikel 1, lid 30, is het begrip "negatief effect op een Natura 2000-gebied door stikstofdepositie" opgenomen met de volgende omschrijving hiervan: "een, in vergelijking met de stikstofdepositie op de referentiedatum van het betreffende Natura 2000-gebied, toename van de stikstofdepositie groter dan O mol stikstof per hectare per jaar op de voor stikstof gevoelige habitats in een Natura 2000-gebied". Artikel 1, lid 30 uit het ontwerpbestemmingsplan is artikel 1, lid 31 geworden en zo verder; - In artikel 3, lid 3.1, onder b. is de volgende regel opgenomen: "grondgebonden agrarische bedrijven met niet-grondgebonden agrarische nevenactiviteiten, waarvan de gezamenlijke oppervlakte niet meer dan 500 m^ bedraagt dan wel de bestaande gezamenlijke oppervlakte indien deze meer is, met dien verstande dat het houden van dieren ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch uitgesloten - houden van dieren" niet is toegestaan". Het onderstreepte deel van deze regel is een aanvulling op de regel in het ontwerpbestemmingsplan; - In artikel 3, lid 3.2, onder a.1. is de volgende regel opgenomen: "de nieuwe melk- en veestal, zoals beschreven in paragraaf 2.2 van de toelichting bij dit plan, mag uitsluitend gebouwd worden nadat: a. er technische maatregelen zijn getroffen voor het afsluiten en afzuigen van de opslagtanks met de uitvergiste mest, de opslagsilo's voor vloeibare grondstoffen en de hydrolysetank behorende bij de mestvergistingsinstallatie; b. een opslagkelder voor de vaste grondstoffen behorende bij de mestvergistingsinstallatie is gebouwd en technische maatregelen zijn getroffen voor het afzuigen ervan"; - In artikel 3, lid 3.4, onder a.1. tot en met a.3. zijn, in verband met het opnemen van de hiervoor bedoelde regel in artikel 3, lid 3.1. onder a.1., de verwijzingen naar de betreffende delen van het artikel gewijzigd; - In artikel 3, lid 3.5. onder a. is de volgende regel opgenomen: "het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van het houden van vee, zodanig dat er sprake is van een negatief effect op een Natura 2000-gebied door stikstofdepositie, met dien verstande dat: 4

5 a. tot een gebruik strijdig met deze bestemming niet wordt aangemerkt het bestaand gebruik, waarbij als referentiedatum voor het bestaand gebruik, in afwijking van het bepaalde in artikel 1, onder 9., wordt verstaan de referentiedatum van het betref-fende Natura 2000-gebied; b. tot een gebruik strijdig met deze bestemming niet wordt aangemerkt het gebruik dat vergund is door middel van een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998, dan wel het gebruik waarvan het bevoegd gezag een verklaring is ontvangen dat een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 niet nodig is". - Artikel 3, lid 3.5, onder a. uit het ontwerpbestemmingsplan is artikel 3, lid 3.5, onder b. geworden en zo verder; - In artikel 3, lid 3.5, onder g. is de volgende regel opgenomen: "het gebruik van gronden ten behoeve van opslag van biomassa ten behoeve van de mestvergistingsinstallatie zonder dat deze is afgedekt". 3. te bepalen dat voornoemd bestemmingsplan langs de elektronische weg is vastgelegd in het GMLbestand NL. IMRO BPkileww1 -vast; 4. te bepalen dat voor de locatie van de geometrische planobjecten gebruik is gemaakt van een ondergrond welke is ontleend aan de Grootschalige BasisKaart Nederland (GBKN); 5. de PlanMER Tirns - Kilewierwei 1 (uitbreiding veehouderij) vast te stellen; 6. geen exploitatieplan voor het bestemmingsplan Kilewierwei 1 in Tirns vast te stellen; 7. een verzoek in te dienen bij Gedeputeerde Staten om de vaststelling van het bestemmingsplan eerder bekend te maken, conform het voorstel van het ministerie VROM. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 25 september