1 Opening, mededelingen en vaststelling agenda

Transcriptie

1 Concept-besluitenlijst van de zesde openbare vergadering van de Voorbereidingscommissie Fusie, gehouden op 13 september 2016 om uur bij het Waterschapsbedrijf Limburg te Roermond Aanwezig: mevrouw J.S.E. Van Wersch, alsmede de heren J.A.M. Arntz, R.H.T. van Beusekom, Ph. Bossenbroek, M.B.D. Huver, A.J.M. van Iersel, G.P.J. Lemlijn, P.J.C.W. Stelder, M.P.J. Stoffels, H.L. Stribos en G.J.H.M. Wagemans - de heer G.H.M. Driessen (voorzitter wnd. WPM) - de heer J.J. Schrijen (voorzitter WRO) - de heer R.E.W.M. Dupont (DB-lid WPM) - de heer R.L.M. Sleijpen (DB-lid WRO) - de heer W.J.M. Evers (secretaris-directeur WPM) - de heer J.M.G. In den Kleef (secretaris/directeur WRO) - mevrouw M.H.M.G. Leenders-Stassen (adjunct-directeur WRO) - de heer E.H.G.M. Wijnands (WRO/verslaglegging) Aanwezig als toehoorder: de dames J.C.L. Aelen, M.A. den Broeder, V.M.H.J. Kissels-Waelen, A.M.C. Nusteling, E.H.M. Vanderheijden-Knops en F.M.M.U. Wijnen-Kivit, alsmede de heren M.A.T.M. Bouts, J.H. Hanbeukers, G.H.J. Huls, J.C. Jonker, R.P.E. Pustjens, H.G.H.M. Quaedvlieg en L.M.E.G.M. Wolters (AB-leden WRO); mevrouw J.W. Kersten, alsmede de heren H.E.G. Frenken, L.J.G.M. Heldens, A.A.A. Jansen, F.L.E. Maesen, G.P. Roelofs en Th. A.M. Witjes (AB-leden WPM). Verder aanwezig: mevrouw M. Jacobs en de heer S. de Clerck van Republiq, de heer F. Spruit, jurist en E. de Vetten, architect/bouwkundig adviseur (in verband met agendapunt 13) Afwezig met bericht van verhindering: de heren M.A.M. Breugelmans, H.L.M. van Dijck, J.M. Janssen en E.H.W.J.E. Michiels (leden commissie); de dames N.J.A.G. Alofs, M.M. Dielissen en F.P.J. Verheij-Péters, alsmede de heren M.A.J. Bongers, J.J.A.M. van den Borne, A.J.A. Felling, L.L.A.M. Geurts, W.E.G.M. Hermans, H.G.H. van Heur, H.M.M. Lemmen, J.M.H. Middelveld en J.P.A. Selen (overige AB-leden); de heer A.P.R. Kickken (adjunct-directeur WPM) 1 Opening, mededelingen en vaststelling agenda De heer Driessen fungeert als voorzitter. Hij opent de vergadering en heet iedereen van harte welkom. Hij somt vervolgens op van wie bericht van verhindering is ontvangen /9

2 Met de voorliggende agenda wordt ingestemd, met dien verstande dat in verband met de aanwezigheid van mevrouw Jacobs en de heren De Clerck, Spruit en De Vetten zal worden begonnen met de behandeling van agendapunt Huisvesting Waterschap Limburg; stand van zaken en beschikbaarstelling uitvoeringskrediet Dit agendapunt wordt ingeleid met enkele presentaties van achtereenvolgens de heren De Clerck, Spruit en De Vetten. Naar aanleiding van vragen van diverse commissieleden worden de navolgende aandachtspunten benoemd die in het kader van de aanbestedingsprocedure zoveel mogelijk meegenomen moeten worden: de financiële risico s tijdens de bouw; de gunningscriteria in het kader van EMVI; de relatie tussen WsL en WBL in het kader van het opdrachtgeverschap; informatiebeveiliging in relatie tot het flexibele werkplekconcept; het feit dat WBL in het gebouw blijft zitten tijdens de verbouwing; het al dan niet uitbreiden van de al aanwezige noodstroomvoorzieningen; en de WBL-besluitvorming die nog moet plaatsvinden. Voorafgaan d aan het 2AB-overleg in de financiële commissies van de beide waterschap pen een nadere toelichting geven op de cijfers achter het voorstel. Diverse commissieleden vinden de financiële paragraaf erg summier en/of onduidelijk. Naar aanleiding hiervan wordt door de voorzitter toegezegd dat in de financiële commissies van de beide waterschappen een nadere toelichting zal worden gegeven op de cijfers achter het voorstel. 2 Vaststelling ontwerpadvieslijst van de vijfde vergadering van 14 juni Voorstel inzake programma-indeling begroting Waterschap Limburg De heer Arntz vraagt of de voorgestelde programmaindeling betekent dat de informatieverstrekking op een hoger abstractieniveau dan tot nu toe zal gaan plaatsvinden en dus minder gedetailleerd zal zijn, Vastgesteld /9

3 waarop de voorzitter zegt dat dit niet het geval is. Mevrouw Van Wersch is van mening dat de zuiveringstaak in het geheel wat onderbelicht blijft en zij vraagt zich af hoe ervoor wordt gezorgd dat de zuiveringstaak op de agenda van Waterschap Limburg komt en blijft. Voor het overige deelt mevrouw Van Wersch mee prima te kunnen leven met de voorgestelde programma-indeling, waarbij zij ervan uitgaat dat er sprake is van een dynamische indeling die later naar behoefte kan worden aangepast. De voorzitter zegt dat het aspect zuiveren onderdeel uitmaakt van de programma s en dus ook zijn aandacht zal krijgen. Feit is echter ook, dat er een WBL is en er ook na 1 januari 2017 nog zal zijn. WBL is eigenstandig en blijft dat ook totdat eventueel anders wordt besloten. Dat is nu echter niet aan de orde. In feite verandert er voor wat betreft het aspect zuiveren weinig. De heer Stribos zegt de argumentatie te missen voor het voorstel om te kiezen voor een organisatorische indeling van de begroting. Spreker zegt voorstander te zijn van een taakgerichte indeling. Als gekozen wordt voor een organisatorische indeling, verdient het volgens de heer Stribos de voorkeur om te kiezen voor meer dan 3 programma s. Minder programma s betekent immers dat de met de vaststelling van de begroting geautoriseerde kredieten dagelijks bestuur hoger zijn dan dat er gekozen zou worden voor meer programma s. In het laatste geval heeft het algemeen bestuur wat meer zicht op het totaal. De voorzitter antwoordt dat met de voorgestelde programma-indeling wordt aangesloten bij de taken van het waterschap. Eigenlijk is er sprake van een kip en ei -verhaal. Binnen een organisatie heb je taken en uitgaande van die taken organiseer je. Met andere woorden: een en ander verschilt niet echt wezenlijk. Helder is dat er twee belangrijke opdrachten liggen waterschap en dat is enerzijds het waterkeringenverhaal en anderzijds het watersysteemverhaal. Daar wordt met de voorgestelde programma-indeling bij aangesloten. Het gaat om de inhoud /9

4 4 Verordening elektronisch bestuurlijk verkeer In artikel 2, lid 2 van de verordening wordt gesproken over sms en msn. De heer Huver stelt voor om deze termen te vervangen door de term social media, omdat deze term de lading beter dekt. De heer Schrijen zegt toe dat deze suggestie vooarafgaand aan het 2AB-overleg bekeken zal worden. 5 Verordening elektronisch kennisgeven Desgevraagd door de heer Maesen deelt de voorzitter mee dat kostenbesparing het hoofdmotief is voorliggende voorstel. Waterschap Limburg sluit hiermee aan bij alle andere overheden. 6 Archiefverordening Waterschap Limburg De heer Huver vraagt waarom er gekozen wordt voor het kantoor in Venlo als archiefbewaarplaats voor Waterschap Limburg. Hoe verhoudt zich deze keuze tot de voorgenomen verkoop van het pand in Venlo? Verder vraagt spreker of er bij de Limburgse gemeenten is geïnventariseerd of er wellicht archiefcapaciteit over is. Mevrouw Van Wersch vraagt of er ook digitale archivering overwogen is teneinde zodoende fysieke ruimte te besparen. De heer Evers deelt mee, dat de archiefbewaarplaats van Waterschap Peel en Maasvallei in Venlo aan alle wettelijke eisen voldoet. Er zijn nu ook al archieven van Waterschap Roer en Overmaas in ondergebracht. Deze situatie willen we graag even laten voortduren zodat goed kan worden nagedacht over de toekomst. Verder deelt de heer Evers mee, dat de waterschappen al langer bezig zijn met het digitaliseren van de archieven. Het volledig digitaliseren van de archieven kost echter enorm veel geld. Er wordt momenteel een inhaalslag gemaakt, maar er zal altijd een stuk papieren archief blijven bestaan. De heer Arntz vraagt of het gebouw van Waterschap Peel en Maasvallei met de thans gemaakte keuze /9

5 niet onverkoopbaar wordt, waarop de heer Evers antwoordt dat dit niet het geval is. De intentie blijft immers om het archief elders onder te brengen. 7 Klachtenverordening Waterschap Limburg De heer Stribos constateert dat het bestuur een commissie instelt, maar hij vindt nergens terug waaruit die commissie bestaat, wie erin zit. De heer Arntz merkt in het verlengde hiervan op vanwege de objectiviteit voorstander te zijn van een externe klachtencommissie. Verder stelt de heer Arntz voor om de tekst van artikel 7 aan te passen in die zin, dat de tekst De klachtencommissie hoort zo dikwijls als nodig is wordt gewijzigd in De klachtencommissie hoort zo dikwijls als de commissie nodig acht. Ook de heer Huls is voorstander van een onafhankelijke klachteninstantie. Hij verwijst in dit verband naar de positieve ervaringen van de gemeente Maastricht hiermee. De voorzitter zegt toe dat de laatste suggestie van de heer Arntz zal worden overgenomen. Het is immers inderdaad de commissie die beoordeelt hoe vaak er gehoord moet worden en niet een derde partij. Voor wat betreft de opmerkingen die zijn gemaakt over de onafhankelijkheid van de klachtenafhandeling deelt de voorzitter mee, dat de besturen in dit geval een andere keuze hebben gemaakt. Mocht een klacht niet naar tevredenheid worden afgehandeld, dan is er altijd een mogelijkheid om te escaleren naar de Nationale ombudsman. De heer Schrijen voegt hieraan toe, dat het gaat om gedragingen, om bejegening van mensen. In de 11 jaar dat hij voorzitter is van Waterschap Roer en Overmaas heeft hij welgeteld 3 klachten in dit verband moeten afhandelen. Ook bij WPM is het aantal klachten in de afgelopen jaren zeer beperkt geweest. Mocht in de toekomst blijken dat er aanleiding is om de keuze met betrekking tot de wijze van afhandeling van klachten te heroverwegen, dan is dat uiteraard altijd mogelijk. De heer Stribos vraagt om te zijner tijd aan het /9

6 algemeen bestuur mee te delen wie in de klachtencommissie is benoemd, hetgeen door de voorzitter wordt toegezegd. De heer Jansen vraagt waarom wel de klachtenverordening van WRO wordt ingetrokken en niet die van WPM, waarop de voorzitter meedeelt dat WPM de klachten tot dusverre afhandelt op basis van de Algemene wet bestuursrecht. Er hoeft derhalve geen WPM-verordening te worden ingetrokken. 8 Inspraakverordening Waterschap Limburg De heer Arntz vraagt waarom de inspraakverordening alleen maar van toepassing is op besluiten van het algemeen bestuur, waarop de voorzitter zegt dat het gaat om beleidsmatige aangelegenheden. Vaststelling van beleid is voorbehouden aan het algemeen bestuur. De heer Huver constateert dat er geen inspraak wordt verleend indien de uitvoering van een beleidsvoornemen spoedeisend is. Hij vraagt of in dat geval wel achteraf nog inspraak wordt verleend. De voorzitter zegt dat inspraak achteraf weinig zinvol is omdat er dan al sprake is van een voldongen feit. De heer Huver vraagt tenslotte wie bepaalt wie er belanghebbende is in het kader van de inspraak, waarop de voorzitter zegt daarover meer dan voldoende jurisprudentie voorhanden is. 9 Verordening Watersysteemheffing, Verordening Zuiveringsheffing en Verordening Verontreinigingsheffing Onder verwijzing naar het bepaalde in artikel 13 van de Verordening watersysteemheffing vraagt de heer Huver waarom een aanslag die een bedrag van 5,- niet te boven gaat, niet wordt opgelegd. De voorzitter deelt mee dat dit louter een kosten/baten-verhaal is /9

7 10 Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Limburg 2017; ingekomen zienswijze op ontwerp-besluit De heer Arntz deelt mee dat hij in principe geen problemen heeft met het voorliggende voorstel. Hij maakt echter een voorbehoud voor wat betreft de beantwoording van de door mevrouw Den Broeder in dit verband aan het DB van WRO gestelde vragen. De heer Wagemans merkt op dat voor wat betreft de tariefsdifferentiatie voor verharde openbare wegen op basis van een politiek-bestuurlijke afweging is besloten om te kiezen voor 400%. Tegen deze achtergrond is het vreemd dat mevrouw Den Broeder dit politieke besluit nu weer ter discussie stelt. Positief met een voorbehoud voor wat betreft de beantwoordi ng van de door mevrouw Den Broeder gestelde vragen. De voorzitter deelt mee dat de vragen van mevrouw Den Broeder vóór het 2AB-overleg zullen worden beantwoord. Alle AB-leden krijgen vervolgens een afschrift van de beantwoording. 11 Kwijtscheldingsbeleid Waterschap Limburg 12 Samenwerking in de waterketen; voorstel om in te stemmen met het ontwerp-kader en de voorgestelde proceslijn De voorzitter deelt mee dat wat voorligt moet worden gezien als een tussenstap in het proces. Tijdens het 2AB-overleg zal een definitieve versie van de stukken voorliggen en zal een en ander aan de hand van een presentatie nader worden toegelicht. Dan ook kan er een open discussie plaatsvinden. Vooralsnog voor kennisgevin g aangenome n. Mevrouw Van Wersch vindt de door de voorzitter geschetste procesgang prima, maar wil namens de fractie waterbelang toch al enkele aandachts- c.q. vraagpunten meegeven: toekomstige samenwerking dient beleidsarm te zijn en sec gericht op uitvoeringstaken; de fractie hecht aan autonomie en zeggenschap van Waterschap Limburg; wat zijn de efficiëncyvoordelen? /9

8 de overheids NV als toekomstige organisatievorm heeft niet de voorkeur van de fractie; waar zit de synergie met de WML? waar zit de winst in de samenwerking tussen een waterbedrijf en het zuiveringsbedrijf? Tenslotte deelt mevrouw Van Wersch nog mee dat er voor wat betreft de fractie Waterbelang sprake moet zijn van een zorgvuldig proces waarvoor de tijd moet worden genomen. Dit proces mag het fusieproces niet frustreren. De heer Arntz zegt bij het lezen van de naam Waterhuis Limburg en de term robuuste organisatie meteen het beeld van weer een heel ambtenarenapparaat voor ogen te hebben gekregen. Dat kan naar zijn mening toch niet de bedoeling zijn van deze hele excercitie. De voorzitter licht toe dat een en ander tot duverre is opgepakt overeenkomstig het eerder hieromtrent besprokene. Waterzuivering blijft ook in de toekomst gewoon bij de waterschappen. Onderdelen van de waterketen zullen samen met andere partijen worden opgepakt. Dat is het deel wat nu verkend wordt. Uiteindelijke doel is dat de burger er beter van wordt. Er moeten derhalve voordelen worden behaald, doelmatigheidswinst. Spreker stelt voor de voorliggende stukken vooralsnog voor kennisgeving aan te nemen. Voor de vergadering van het 2AB-overleg ontvangt iedereen een nieuwe, volledig geactualiseerde, set stukken. Op basis daarvan kan er vervolgens een open discussie worden gevoerd. 14 Mededeling inzake implementatie vennootschapsbelastingplicht en discussie met de Belastingdienst 15 Stand van zaken frictiekosten per 25 augustus 2016 Voor kennisgevin g aangenome n. Voor kennisgevin g aangenome n /9

9 16 Rondvraag en sluiting Van de rondvraag wordt geen gebruik gemaakt. Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter onder dankzegging voor de geleverde inbreng om uur de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de Voorbereidingscommissie Fusie van Waterschap Peel en Maasvallei, G.H.M. Driessen, voorzitter wnd. Waterschap Roer en Overmaas, dr. J.J. Schrijen, voorzitter /9