SSe e r r " Ceg.dat, 31/03/2015) Jan van Bergen (0512)

Transcriptie

1 gemeente w SSe e r r " Ceg.dat, 31/03/2015) Aan de gemeenteraad Uw kenmerk: Uw brief van: Ons kenmerk: Behandeld door: Tel.nr.: Bijlagen: Jan van Bergen (0512) Onderwerp: Beetsterzwaag, 14 april 2015 overzicht verleende omgevingsvergunningen met algemene Verzonden op: /s"-o</- ^ ť : - / *~ verklaring van geen bedenkingen Geachte raad, De gemeenteraad kan categorieën van gevallen aanwijzen waarvoor geen verklaring van geen bedenkingen nodig is bij de verlening van omgevingsvergunningen die afwijken van een bestemmingsplan en die via de uitgebreide procedure van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) tot stand komen. Op 2 april 2012 heeft uw raad besloten dat voor alle aanvragen voor een omgevingsvergunning zoals hiervoor aangegeven, geen verklaring van geen bedenkingen van uw raad nodig is. In plaats daarvan worden deze omgevingsvergunningen verleend met een algemeen verklaring van geen bedenkingen en wordt de procedure overgelaten aan ons college. Het raadsbesluit van 2 april 2012 is in kopie bijgevoegd. De achterliggende gedachte hiervan is dat de omgevingsvergunning sneller verleend kan worden en dat daarmee een betere dienstverlening geboden kan worden. Verder wordt een bijdrage geleverd aan de deregulering. Een uitspraak van de Raad van State van 27 augustus 2014 heeft echter tot gevolg dat geen gebruik meer kan worden gemaakt van de algemene verklaring. Jaarlijkse rapportage U wordt via een jaarlijkse rapportage op de hoogte gehouden van de omgevingsvergunningen die met deze algemene verklaring van geen bedenkingen zijn verleend. In 2014 zijn zeven omgevingsvergunningen verleend met de algemene verklaring van geen bedenkingen (zie bijlage). Consequenties uitspraak Raad van State In een uitspraak van 27 augustus 2014 oordeelde de Raad van State dat een raadsbesluit dat een verklaring van geen bedenkingen nooit is vereist, niet kan worden aangemerkt als een aanwijzing van categorieën van gevallen als bedoeld in artikel 6.5 van het Besluit omgevingsrecht (Bor). De bevoegdheid tot het maken van uitzonderingen kan niet worden gebruikt om de hoofdregel, zoals gegeven in artikel 6.5 lid 1 van het Bor geheel te omzeilen. Een raadsbesluit dat ziet op het nooit hoeven verlenen van een verklaring van geen bedenkingen is daarom onverbindend. Postbus Hoofdstraat 82 T (0512) E gemeente@opsterland.nl IBAN NL82 BNGH ZP Beetsterzwaag 9244 CR Beetsterzwaag F (0512) I BTW NL B01

2 gemeente a Dit betekent dat geen gebruik meer kan worden gemaakt van de algemene verklaring van 2 april Aanvragen voor omgevingsvergunningen zullen dan ook weer aan uw raad worden voorgelegd voor het afgeven van de verklaring van geen bedenkingen. Voor de reeds afgegeven vergunningen heeft dit geen verdere gevolgen. Wij zullen u in de loop van dit jaar een voorstel doen om alsnog categorieën van gevallen aan te wijzen waarvoor geen verklaring nodig is. Met vriendelijke groet, burgemeester en wethouders, de gemeentesecretaris, A de burgemeester, Koen van ^ Ellen van Selm Postbus Hoofdstraat 82 T (0512) E gemeente@opsterland.nl IBAN NL82 BNCH ZP Beetsterzwaag 9244 CR Beetsterzwaag F (0512) I BTW NL B01

3 gemeente Overzicht verleende omgevingsvergunningen met algemene verklaring van geen bedenkingen in januari 2014 bouw overdekte longeercirkel Kromhoek 38 Frieschepalen; 12 maart 2014 bouw bergschuur Binnenwei 26 Siegerswoude; 19 maart 2014 bouw kapschuur Dwêrsfeart 24 Gorredijk; 2 april 2014 vergroten opslagloods De Biskop 9 Wijnjewoude; 16 april 2014 vestigen handelsonderneming Tjalling Harkeswei 101 Wijnjewoude; 15 mei 2014 realiseren drie wooneenheden in een bijgebouw Weinterp 44 Wijnjewoude; 21 mei 2014 vergroten vleeskalverenstal Tjalling Harkeswei 95 Wijnjewoude; Postbus Hoofdstraat 82 T (0512) E gemeente@opsterland.nl IBAN NL82 BNGH ZP Beetsterzwaag 9244 CR Beetsterzwaag F (0512) I BTW NL B01

4 gemeente RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Agendapunt Onderwerp Portefeuillehouder 2 april Algemene verklaring van geen bedenkingen Klaas de Boer Beetsterzwaag, 13 februari 2012 Voorstel 1. Vast te stellen dat voor alle aanvragen om een omgevingsvergunning waarbij sprake is van een afwijking van het bestemmingsplan op grond van artikel 2:12 lid 1 sub a onder 3 0 van de Wabo geen verklaring van geen bedenkingen nodig is van de raad. Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen (Wabo) in werking getreden. Met de inwerkingtreding van de Wabo is de bevoegdheid om een omgevingsvergunning te verlenen voor het afwijken van een bestemmingsplan op grond van artikel 2.12 lid 1sub a onder 3 0 van de Wabo gelegd bij het college van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning met een uitgebreide voorbereidingsprocedure). Uw raad dient echter op grond van artikel 2.27 van de Wabo per geval nog wel een verklaring van geen bedenkingen af te geven. De raad kan echter ook bepalen dat deze verklaring niet nodig is. Dit kan met het afgeven van de algemene verklaring van geen bedenkingen. Beoogd effect en/of resultaat Een snelle en efficiënte dienstverlening, waarbij het college een omgevingsvergunning kan verlenen op grond van de door de raad afgegeven algemene verklaring van geen bedenkingen. Argumenten 1.1 De algemene verklaring van geen bedenkingen zorgt voor vereenvoudigd proces Na vaststelling van de algemene verklaring van geen bedenkingen kan het college zelfstandig aanvragen om een omgevingsvergunning afhandelen. De vergunningsprocedure kan worden opgestart zonder dat de raadsprocedure nodig is. Dit vereenvoudigt het proces. 1.2 De algemene verklaring van geen bedenkingen zorgt voor versnelde besluitvorming Met de vaststelling van een algemene verklaring van geen bedenkingen ontstaat een snel(ler) besluitvormingsproces. Het niet hoeven wachten op besluitvorming van de raad scheelt vaak meer dan vier weken. Op deze manier kunnen de aanvragen binnen een relatief korte tijdspanne worden afgehandeld. Daarnaast wordt de kans dat de vergunning niet wordt verleend binnen de voorgeschreven termijn van 26 weken tot een minimum beperkt. Hierdoor lopen we minimaal risico op het verbeuren van een dwangsom wegens termijnoverschrijding. 1.3 De algemene verklaring van geen bedenkingen zorgt voor betere dienstverlening Een van de doelstellingen van de Wabo is dat een ieder die een aanvraag indient bij de gemeente voor een omgevingsvergunning, gebaat is bij een zo spoedig mogelijke afwikkeling van een aanvraag. Het afgeven van een algemene verklaring van geen bedenkingen draagt bij aan een goede dienstverlening richting burgers en ondernemers doordat omgevingsvergunningen die moeten worden voorbereid met een uitgebreide voorbereidingsprocedure, sneller kunnen worden afgehandeld. 1.4 De algemene verklaring van geen bedenkingen draagt bij aan deregulering In het kader van het project 'Snoad Betochť heeft de raad zich uitgesproken voor verregaande deregulering. Het voorstel dat voor u ligt sluit aan bij dit project en leidt tot minder regelgeving. 1/3

5 Kanttekeningen 1. Er is een alternatief, namelijk het aanwijzen van een lijst met categorieën In lid 3 van artikel 6.5 van het BOR biedt de raad het alternatief om in plaats van een algemene verklaring van geen bedenkingen, een lijst van categorieën vast te stellen waarbij een dergelijke verklaring van geen bedenkingen niet vereist is. Met betrekking tot die gevallen die op die lijst staan, is het college zelf bevoegd te beoordelen of een activiteit in overeenstemming of in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Wij vinden dat een dergelijke lijst met categorieën de procedure onnodig ingewikkeld maakt en opteren voor de algemene verklaring van geen bedenkingen. Bij de evaluatie kan deze keuze worden getoetst. 2. Van het delegeren van de bevoegdheid van artikel 19 lid 1 WRO is in het verleden afgezien. In het verleden is uw raad terughoudend geweest in het delegeren van ruimtelijke bevoegdheden. Bij de voorlichtingsbijeenkomst over de Wabo (14 december 2010) heeft u zich welwillend opgesteld om deze bevoegdheid over te dragen aan het college. Daarnaast zenden wij u jaarlijks een rapportage van alle verleende omgevingsvergunningen ex artikel 2.12 lid 1sub a onder 3 0 van de Wabo, zodat u inzicht krijgt in de wijze waarop wij uw besluit hebben uitgevoerd. Middelen Met de vaststelling van dit besluit zijn geen middelen gemoeid Evaluatie Naast de jaarlijkse rapportage zullen we de nieuwe bevoegdheid verdeling voor het einde van de raadsperiode evalueren. Bijlagen 1. Achtergrondinformatie en procedure beschrijving Ter inzage gelegde stukken Er zijn geen stukken ter inzage gelegd. Burgemeester en wethouders van de Gemeente, De secretaris, De burgemeester, Koen van Veen Francisca Ravestein Afdeling : Publiekszaken Behandelend ambtenaar : Brechtje Kroese-Rink Telefoonnummer : adres : Brechtje.Kroese@opsterland.nl 2/3

6 gemeente raadsbesluit Raadsvergadering : 2 april 2012 Agendapunt : 8 Onderwerp : Algemene verklaring van geen bedenkingen De raad van de Gemeente, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 13 februari 2012, gelet op het bepaalde in artikel 2.27 lid 1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, in samenhang met artikel 6.5 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht, overwegende dat de bevoegdheid om af te wijken van het bestemmingsplan op grond van de Wabo is neergelegd bij het college van burgemeester en wethouders; de gemeenteraad voor ieder geval waarbij met toepassing van artikel 2.12 lid 1 sub a onder 3 0 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht omgevingsvergunning wordt verleend om af te wijken van een bestemmingsplan een verklaring van geen ebdenkingen moet afgeven en dat de mogelijkheid bestaat om categorieën aan te wijzen waarvoor geen verklaring is vereist,, dat deze procedure kan worden versneld en vereenvoudigd, zodat een betere dienstverlening aan aanvragers van een omgevingsvergunning kan worden geboden besluit: 1. Vast te stellen dat voor alle aanvragen om een omgevingsvergunning waarbij sprake is van een afwijking van het bestemmingsplan op grond van artikel 2:12 lid 1 sub a onder 3 0 van de Wabo geen verklaring van geen bedenkingen nodig is van de raad. Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de Gemeente van 2 april De griffier, De voorzitter, eke Zwart Francisc 3/3

7 Bijlage 1 Achtergrond informatie Wettelijke regeling Per 1 oktober 2010 is de Wabo ingevoerd. De Wabo heeft niet alleen een wezenlijke verandering meegebracht voor bijvoorbeeld de Woningwet, maar ook voor de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Over de gevolgen hiervan wordt u hierbij geadviseerd. In de Wro is het gemeentelijk bestemmingsplan het belangrijkste instrument in de ruimtelijke ordening. De invoering van de Wabo verandert dit uitgangspunt niet. Wel is het projectbesluit, zoals dat gold onder de Wet ruimtelijke ordening (voorheen artikel 19 lid 1 WRO procedure), verdwenen. Dit projectbesluit was, zoals de naam ook al aangeeft, met name bedoeld voor het realiseren van projecten. Door de mogelijkheid van delegatie naar het college en de aanpassing in de Crisis- en herstelwet werd het projectbesluit een bruikbaar instrument om in relatief korte termijn ruimtelijke ontwikkelingen te realiseren. Met de invoering van de Wabo is het projectbesluit verdwenen, maar daarvoor in de plaats is een vergelijkbaar instrument gekomen. Hieronder wordt kort aangegeven wat de gevolgen van de Wabo zijn voor de ruimtelijke ordeningsprocedures in het algemeen en in het bijzonder voor het hiervoor genoemde projectbesluit en zijn opvolger. Bevoegd gezag Wabo In de Wabo zijn 25 verschillende vergunningsstelsels geïntegreerd in de omgevingsvergunning. In de meeste gevallen is het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waarin het project plaatsvindt het bevoegd gezag voor de omgevingsvergunning. Een uitzondering wordt gemaakt wanneer er sprake is van een provinciaal of nationaal belang, dan zijn Gedeputeerde Staten of de minister bevoegd. Als het college bevoegd gezag is voor de omgevingsvergunning, dan beslist het over alle onderdelen van de omgevingsvergunning dus ook over eventueel benodigde afwijkingen van het bestemmingsplan. Procedure omgevingsvergunning De Wabo kent een reguliere en een uitgebreide procedure. In de meeste gevallen is de reguliere procedure van toepassing en dient er binnen 8 weken te worden beslist op de aanvraag. In bepaalde gevallen is de uitgebreide procedure van toepassing, waarbij een ontwerp-omgevingsvergunning conform afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht gedurende 6 weken ter inzage wordt gelegd en zienswijzen kunnen worden ingediend. Bij een dergelijke procedure is sprake van een beslistermijn van 26 weken. De beslistermijn wordt onder bepaalde omstandigheden opgeschort, bijvoorbeeld wanneer de aanvrager onvoldoende gegevens heeft verstrekt. Ook kan het bevoegd orgaan besluiten de termijn met maximaal 6 weken te verlengen. Afwijken van het bestemmingsplan Een aanvraag omgevingsvergunning voor bouwen wordt getoetst aan het bestemmingsplan. Wanneer de aanvraag hiermee strijdig is kan het worden geweigerd, of kan de omgevingsvergunning worden verleend in afwijking van het bestemmingsplan (in de Wro werd de term ontheffing gebruikt). Het kan daarbij gaan om: binnenplans afwijken: een afwijking die reeds in het bestemmingsplan is opgenomen als bevoegdheid (reguliere procedure); buitenplans: een afwijking die valt onder de kruimelgevallen genoemd in het Besluit omgevingsvergunning (reguliere procedure); voor een tijdelijke behoefte, voor maximaal 5 jaar (uitgebreide procedure); 'Wabo-projectbesluiť: voor grotere afwijkingen van het bestemmingsplan, indien voorzien van een goede ruimtelijke onderbouwing (uitgebreide procedure). Korte procedure bij beperkte afwijking van het bestemmingsplan Zoals hierboven vermeld geldt onder de Wabo voor kleinere afwijkingen van het bestemmingsplan de korte, reguliere procedure van de omgevingsvergunning met een standaard beslistermijn van 8 weken. Onder de Wro was het zo dat bij het verlenen binnenplanse en buitenplanse ontheffingen eerst een ontwerp-ontheffingsbesluit ter inzage werd gelegd. Omwonenden konden naar aanleiding daarvan een zienswijze indienen. Bij 'buitenplanse' afwijkingen was de standaardtermijn voor terinzagelegging van 6 weken, bij 'binnenplans' afwijken was die termijn geregeld in het bestemmingsplan (meestal 2, soms 6 weken).