Lesbrief Buitenland 1

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Lesbrief Buitenland 1"

Transcriptie

1 Lesbrief Buitenland 1 Hoofdstuk 1 Internationale arbeidsverdeling 1.1 Waarom handel? Omdat landen bepaalde producten niet zelf hebben Omdat andere landen het product goedkoper kunnen maken en / of betere kwaliteit Wat zijn de oorzaken van de verschillen in internationale concurrentiepositie? Anders gezegd: Waarom worden sommige producten goedkoper in het ene land en andere producten goedkoper in het andere land gemaakt? (1) de natuurlijke omstandigheden klimaat, aanwezigheid grondstoffen etc. (2) technische ontwikkeling: - loonkosten per product deze hangen af van de loonkosten per arbeider én de arbeidsproductiviteit (zie verderop)** - kwaliteit van de productie hangt af van innovatie, modernisering, goede scholing (3) infrastructuur betere havens, wegen, luchthavens etc. de productie verloopt soepeler kosten van productie lager. (4) soms speelt de historie een rol (bijv. Nederland met Indonesië) ** Als de loonkosten per arbeider in verhouding (procentueel) minder stijgen dan de arbeidsproductiviteit zullen de loonkosten per product dalen de concurrentiepositie verbetert. loonkosten per arbeider loonkosten per product = arbeidsproductiviteit loonkosten per arbeider (in indexcijfer) loonkosten per product = x 100 (in indexcijfer) arbeidsproductiviteit (in indexcijfer) 1.2 Vrijhandel en protectie Vrijhandel: we spreken van vrijhandel als de internationale handel niet wordt belemmerd. (geen invoer- en uitvoerbelemmeringen) Bij vrijhandel worden de producten daar gemaakt waar ze het goedkoopst gemaakt kunnen worden. Wanneer alle producten op de goedkoopst mogelijke manier gemaakt en verkregen kunnen worden is in theorie de totale welvaart* in de wereld het grootst. (als maatstaf voor welvaart wordt vaak het reële inkomen per hoofd gebruikt) *Welvaart: de mate waarin behoeften worden bevredigd met behulp van schaarse middelen Kanttekening: In landen met een slechte mensenrechtensituatie (kinderarbeid, lange werkdagen etc.) en slechte milieuwetgeving kan ongetwijfeld goedkoper geproduceerd worden, maar of daarmee de totale welvaart in de wereld wordt vergroot is nog maar de vraag. 1

2 Protectie: Het beschermen van de eigen economie door invoerbelemmeringen en / of uitvoersubsidies. Vormen van protectie: (1) Invoerrechten: er wordt een tarief (= een indirecte belasting) geheven op importproducten. Door invoerrechten op buitenlandse producten worden deze duurder op de binnenlandse markt. (2) Invoercontingentering: er mag per jaar slechts een bepaalde hoeveelheid van een (Contingent = quotering) product worden ingevoerd. (3) Het stellen van verscherpte kwaliteitseisen: er worden kwaliteitseisen gesteld waaraan buitenlandse producten niet en binnenlandse producten wel voldoen. (4) Administratieve protectie: het bewust ingewikkeld en tijdrovend maken van allerlei (rompslomp aan de grens) douaneformaliteiten (5) Subsidiëring van de binnenlandse productie: door binnenlandse producenten subsidies te geven kunnen deze goedkoper produceren en lagere prijzen vragen waardoor ze beter kunnen concurreren. (6) Subsidiëring van de export: hierdoor kan je producten goedkoper in het buitenland aanbieden. (1) (5) en (6) noemen we tarifaire handelsbelemmeringen. Tarifaire maatregelen hebben invloed op de prijs van het product. (2) en (3) en (4) noemen we non-tarifaire handelsbelemmeringen. Belangrijke motieven voor protectie: (1) Bescherming van de binnenlandse werkgelegenheid (2) Het beschermen van beginnende industrieën, die in het begin met hoge kosten te maken hebben en daardoor extra kwetsbaar zijn voor buitenlandse concurrentie (3) Onafhankelijkheid bewaren bij productie van strategische goederen en diensten (denk aan voedselproductie) (4) Als tegenmaatregel tegen het protectionisme van anderen Gevolgen van protectie: 1)* binnenlandse prijsstijging 2)* beperking van de keuze van goederen en diensten 3)* protectie lokt protectie uit (handelsoorlog) Op langere termijn levert protectionisme nadelen op voor consumenten (zie 1* en 2*) en niet of nauwelijks extra werkgelegenheid (zie 3*) 2

3 1.3 Vormen van economische integratie Economische integratie d.w.z. dat landen streven naar meer onderlinge vrijhandel en economische samenwerking. Factoren die een rol spelen voor economische integratie: - economische factoren (vrijhandel leidt tot lagere prijzen, hogere kwaliteit dus het vergroot de welvaart) - politieke factoren (economische samenwerking kan leiden tot onderlinge afhankelijkheid / verbroedering, minder kans op oorlog en als blok kun je economisch en politiek sterker staan tegenover andere landen) - mogelijkheid tot het maken van afspraken over het oplossen van grensoverschrijdende problemen Vormen van integratie (a) vrijhandelsgebied: (1) vrij verkeer van goederen en diensten (dus onderling géén invoerrechten) (2) géén gemeenschappelijk buitentarief. Om te voorkomen dat goederen van buiten het gebied worden ingevoerd via het land met de laagste invoerrechten, wordt gebruik gemaakt van certificaten van oorsprong. Voorbeeld: NAFTA (VS, Canada, Mexico) (b) douane-unie: (1) vrij verkeer van goederen en diensten (dus onderling géén invoerrechten) (2) een gemeenschappelijk buitentarief. Voorbeeld: Mercusor (Brazilië, Argentinië, Uruguay en Paraguay) (c) gemeenschappelijke markt: (1) vrij verkeer van goederen en diensten, arbeid en kapitaal (vrij verkeer van productiefactoren) (2) een gemeenschappelijk buitentarief. Voorbeeld: De Centraal Amerikaanse landen (d) economische unie: (1) vrij verkeer van goederen en diensten, arbeid en kapitaal (2) een gemeenschappelijk buitentarief; (3) coördinatie van de economische politiek; (4) gemeenschappelijke instellingen. (5) supranationale besluitvorming (e) economische en monetaire unie: alle kenmerken van een economische unie en waarbij één gemeenschappelijke geldeenheid (gemeenschappelijke munteenheid) wordt gebruikt. - een gemeenschappelijke munt - een supranationale centrale bank - een centraal (gecoördineerd) monetair beleid Voorbeeld: EMU 3

4 Hoofdstuk 2 Europese Integratie 2.1 Van EGKS naar EMU Een eerste stap richting integratie was de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS), die in 1952 van start ging (vrij verkeer van kolen en staal). Zes landen deden mee: Frankrijk, West- Duitsland, Italië, Nederland, België en Luxemburg. Deze eerste stap van economische samenwerking had vooral een politieke reden (kans op een oorlog verkleinen). Bij het verdrag van Rome (1957) kwam de EEG (Europese Economische Gemeenschap) tot stand. (streven naar een gemeenschappelijke markt en coördinatie van economische politiek, met name op het gebied van landbouw) De economische samenwerking diende niet alleen de welvaart (economische reden), maar zou ook tot een betere verhouding tussen de landen leiden. In 1991 werd het Verdrag van Maastricht de Europese Unie (EU) opgericht. De landen besloten niet alleen economisch, maar ook politiek samen te gaan werken: een gemeenschappelijk buitenlands beleid, samenwerking op het gebied van politie en justitie, sociale zaken etc. De EEG ging als het ware op in de EU. De EU bestaat nu uit 27 landen: Nederland, België, Luxemburg, Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje, Portugal, het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Griekenland, Denemarken, Oostenrijk, Zweden, Finland en de in mei 2004 toegetreden landen: Polen, Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Slovenië, Litouwen, Estland, Letland, Cyprus en Malta. Roemenië en Bulgarije zijn in januari 2007 lid geworden. Sluitstuk van de Europese economische integratie is de EMU, de Economische en Monetaire Unie. De EMU is in 1999 ingegaan. Met de EMU is er een gemeenschappelijke munt gekomen: de euro. Overigens doen niet alle EU-landen meteen mee met de EMU. Denemarken, Zweden en Engeland en de na 2002 toegetreden landen (met uitzondering van Slovenië, Malta en Cyprus) houden een eigen munt en wisselkoers. Mogelijk treden zij later toe. 2.2 Bestuur en begroting van de EU De EU kent de volgende supranationale organen: (a) Het Europese Parlement: de direct gekozen Europese volksvertegenwoordiging. Het Europese Parlement adviseert de Raad van Ministers en controleert de Europese Commissie. Het parlement heeft zéér beperkte wetgevende bevoegdheden en daardoor vrijwel geen invloed op de besluiten van de Raad van Ministers. Het Europees Parlement stelt de Europese begroting vast. (b) De Europese Commissie: het uitvoerend orgaan van de EU ( het dagelijks bestuur) De leden van de Europese Commissie voeren de besluiten uit van de Raad van Ministers. De Commissie ziet ook toe op de naleving van Europese wetten. De Commissie doet voorstellen aan de Raad van Ministers en het Europees Parlement en ze geeft adviezen. (c) De Raad van Ministers: de wetgevende macht van de Unie (het hoogste besluitvormend orgaan). De besluiten van de Raad van Ministers hebben het karakter van wetten. Deze Europese wetten staan boven de nationale wetten. (d) Het Europese Hof van Justitie: dit is de Europese rechtbank. arbitrageorgaan voor geschillen binnen de EU. (wettelijke controle) Het Europees recht gaat boven het nationale recht. 4

5 (e) De Europese Raad van regeringsleiders: Hoewel zij formeel geen besluiten kunnen nemen hebben de afspraken van de regeringsleiders veel invloed op de besluitvorming van de Raad van Ministers. De invloed van burgers op de Europese besluitvorming blijft klein omdat het Europese Parlement weinig macht heeft. Zij heeft namelijk beperkte wetgevende bevoegdheid. Wanneer de Raad van Ministers een wet heeft aangenomen hebben de nationale parlementen geen mogelijkheid om die wet af te keuren of te wijzigen. Tegenstanders van verdergaande integratie wijzen vaak op dit democratisch tekort. De Europese begroting ziet er als volgt uit: Inkomsten: - invoerrechten (van producten buiten de EU) - BTW (een gedeelte van de geïnde BTW van elke lidstaat) - bijdrage gebaseerd op BNP Uitgaven: - landbouw (grootste post) - structurele maatregelen (achterstandsgebieden) - intern beleid (bijv. onderwijs) - extern beleid (bijv. ten aanzien van ontwikkelingslanden) - administratie Hoofdstuk 3 Beleid van de EU 3.1 Landbouwbeleid Inkomensonzekerheid voor de boeren (vanwege sterk schommelende landbouwprijzen) en het feit dat West-Europa niet genoeg voedsel voor zichzelf produceerde (jaren 50) leiden tot het ontstaan van het Europese landbouwbeleid. Doelstellingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid: - één Europese landbouwmarkt - het vergroten van de productiviteit in de landbouw - het stabiliseren van de prijzen - een redelijk inkomen voor de boeren - het veilig stellen van de voedselvoorziening - redelijke prijzen voor de consument Om de prijzen te stabiliseren en de boeren van een redelijk en vast inkomen te voorzien werd een systeem van garantieprijzen (= minimumprijzen) ingesteld. Deze garantieprijs wordt ook wel interventieprijs genoemd. Hiermee garandeert het EU-landbouwfonds de boeren een kunstmatige hoge prijs voor hun producten. Door de boeren een prijs te garanderen die boven de marktprijs ligt ontstaan er aanbodoverschotten. Consumenten kopen bij een kunstmatig hoge prijs namelijk minder, terwijl producenten meer gaan produceren. De aanbodoverschotten worden opgekocht door het EUgarantiefonds. 5

6 Zie onderstaande figuur. qv = - 10 p qa = 20 p qv = qa p = prijs van melk in eurocenten per liter qv = gevraagde hoeveelheid in miljoenen liters qa = aangeboden hoeveelheid in miljoenen liters Er komt een evenwichtsprijs tot stand van 30 eurocent en een evenwichtshoeveelheid van 600 miljoen liter. Deze prijs is voor de boeren te laag om een redelijk inkomen te hebben. De overheid stelt nu een prijs (minimumprijs) vast van 40 eurocent. Het aanbodoverschot wordt door de overheid opgekocht en eventueel opgeslagen. Wat kost dit nu de overheid? Bij een prijs van 40 eurocent is de qa = 20 x 40 = 800 miljoen liter. Bij een prijs van 40 eurocent is de qv = - 10 x = 500 miljoen liter. Het aanbodoverschot van = 300 miljoen liter melk wordt door de overheid opgekocht tegen de minimumprijs, te weten 40 eurocent. Dit kost de overheid 300 miljoen x 40 eurocent = miljoen eurocent = 120 miljoen euro. Daarnaast kan de overheid ook nog met opslagkosten zitten. Voor de consument is het een duur systeem: (1) de landbouwproducten zijn duurder dan het geval zou zijn bij werking van de vrije markt (2) de kosten van het opkopen en opslaan van de overschotten wordt betaald met belastinggeld Op landbouwproducten van buiten de EU zitten hoge invoerrechten, zodat de Europese boeren niet weggeconcurreerd worden. Een deel van de overschotten wordt verkocht op de wereldmarkt. Omdat de wereldmarktprijzen onder de EU-prijzen liggen verstrekt de EU exportsubsidies. Zo kunnen de producten concurreren op de wereldmarkt. Er is lange tijd veel kritiek op het landbouwbeleid: enorme overschotten milieuvervuiling door overbemesting hoge kosten Om deze problemen het hoofd te bieden is begonnen met hervormingen in de landbouw: : het instellen van een productiequotum voor melk - subsidies voor boeren die een deel van hun landbouwgrond braak laten liggen - interventieprijzen (garantieprijzen) verlaagd 6

7 In 2000 zijn er nieuwe doelstellingen geformuleerd voor het Europese landbouwbeleid: - vergroten van het concurrentievermogen van de landbouw - verbeteren van de kwaliteit en veiligheid van levensmiddelen - stabilisatie van de inkomens in de landbouw - integratie van bescherming van milieu en natuur in het landbouwbeleid - ontwikkeling van de levensvatbaarheid van plattelandsgebieden De laatste jaren wordt het systeem van prijssteun geleidelijk vervangen door inkomenssteun, d.w.z. geen interventieprijzen meer, maar inkomenssteun voor boeren die sterk in inkomen achteruitgaan. De noodzaak om de landbouw te hervormen is alleen maar groter geworden door de komende toetreding van veel Oost-Europese landen. Deze landen hebben een relatief grote boerenbevolking. Bij ongewijzigd beleid zal dit leiden tot sterk stijgende uitgaven in het kader van het Europees landbouwbeleid. 3.2 Monetair beleid Monetair beleid: beleid dat zich via rente- en geldhoeveelheidpolitiek richt op de waarde van de munt. Doel monetair beleid: het stabiel houden van de koopkracht van de euro door de inflatie laag te houden. De vuistregel die de ECB hanteert is dat de geldhoeveelheid niet sterker mag toenemen dan het reële nationaal inkomen. Dit betekent dat de groei van de geldhoeveelheid niet groter mag zijn dan de groei van de productie. Anders kans op bestedingsinflatie dat wil zeggen bestedingen groter zijn dan de productiecapaciteit waardoor prijzen stijgen. Op kosteninflatie (wanneer bedrijven hun gestegen kosten doorberekenen in de prijzen) en op winstinflatie (als door de hogere winstmarge van bedrijven de prijzen stijgen) heeft ECB minder invloed. De ECB regelt de geldhoeveelheid met behulp van de geldmarktrente. Dus: Overbesteding en hoge inflatie ECB zal de rente verhogen besparingen nemen toe en lenen neemt af bestedingen nemen af inflatie neemt af. Onderbesteding en werkloosheid ECB zal de rente verlagen besparingen nemen af en lenen neemt toe bestedingen nemen toe werkloosheid neemt af. De ECB kan haar rentepolitiek aan banken opleggen omdat banken bij haar lenen. Als de ECB bijvoorbeeld haar rente verhoogt, moeten banken duurder bij haar lenen en zullen ze de hogere rente doorberekenen aan de cliënten. Als banken over zoveel kasmiddelen beschikken dat zij niet bij de ECB hoeven aan te kloppen kan de ECB ze dwingen dit geld op een aparte rekening te zetten (die niet meetelt voor de voorraad dekkingsmiddelen) waardoor ze toch gedwongen zijn bij haar te lenen. Op die manier kan de ECB haar rentebeleid effectief maken. 3.3 Mededingingsbeleid In de EU moet voldoende concurrentie of mededinging zijn tussen producenten. Concurrentie leidt tot lagere prijzen, tot efficiëntere productiemethoden en tot innovatie. De EU wordt daardoor sterker ten opzichte van andere handelsblokken. Maatregelen die concurrentievervalsend werken zijn op enkele uitzonderingen na verboden. Ook kartels zijn verboden. Om misbruik van machtsposities te voorkomen moeten grote ondernemingen die willen gaan fuseren hun fusieplannen voorleggen aan de Europese Commissie. 7

8 Om de concurrentie te bevorderen maakt de Commissie voorschriften en normen ten aanzien van milieu, gezondheid en arbeidsomstandigheden in heel de EU gelijk. Ook de belastingverschillen, bijvoorbeeld bij btw, worden zo klein mogelijk gemaakt. 3.4 Sociaal beleid Als er in de lidstaten verschillende regels zijn op het gebied van arbeidsrecht en arbeidsomstandigheden dan leidt dat tot concurrentievervalsing met als gevolg dat het land met de minst strakke regels de laagste productiekosten heeft. Er zijn regels nodig om de werknemers te beschermen tegen slechte arbeidsomstandigheden. Daarom is er een gemeenschappelijk beleid uitgestippeld met als doel de regelgeving in de verschillende landen te harmoniseren zodat de verschillen kleiner worden. Er is een Europees Sociaal Fonds dat gebruikt wordt om herstructureringen sociaal te begeleiden. 3.5 Structuurbeleid Het structuurbeleid van de Europese Unie is gericht op versterking van de sociale en de economische samenhang tussen de regio s in de EU. Met subsidies uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling worden gebieden zoals Oost Polen, Flevoland en Zuid Italië geholpen. 3.6 Ontwikkelingsbeleid Op het terrein van ontwikkelingshulp werken de lidstaten onder meer samen met voormalige kolonies in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Zuidzee (de ACS-landen). Deze landen krijgen ontwikkelingshulp die gericht is op versterking van hun economie. Bovendien mogen zij hun producten vrijwel zonder belemmeringen exporteren naar de EU. Hoofdstuk 4 Schaalvergroting Grotere markten met meer concurrentie kunnen leiden tot lagere prijzen voor de burgers en een betere kwaliteit van de goederen en de dienstverlening. 4.1 Lagere prijzen voor consumenten De belangrijkste reden voor oprichting van de EMU is het bevorderen van de internationale handel binnen de EU. Het grote voordeel van internationale handel is dat de producten daar gemaakt kunnen worden waar de productie het goedkoopst is. De invoering van één munt leidt om verschillende redenen tot meer internationale handel. (1) Handelaren besparen de kosten die het verzekeren van koersrisico s met zich meebrengt. (2) Handelaren en consumenten hebben geen omwisselingkosten meer. (3) De markt wordt transparanter (doorzichtiger) omdat alle prijzen binnen de EU in dezelfde munt luiden, in euro s. 4.2 Marktvergroting en schaalvoordelen 8

9 De toegenomen internationale handel binnen de EU als gevolg van introductie van de euro heeft verschillende gevolgen voor bedrijven: - de afzetmarkt wordt groter waardoor zij meer potentiële klanten hebben. - doordat de welvaart als gevolg van meer internationale handel kan stijgen, zullen er meer producten worden afgezet. - internationaal opererende bedrijven hebben minder kosten: minder omwisselingkosten, minder kosten om de wisselkoersrisico s af te dekken, eenvoudigere boekhouding. De verwachting is dat vooral grote bedrijven zullen overleven en kleine het loodje zullen leggen. Grote bedrijven hebben: - meer mogelijkheden om hun productiekosten te drukken - een beter netwerk om de grote EU-markt te bedienen - schaalvoordelen: als de kostprijs (GTK) daalt bij uitbreiding van de productie - grote bedrijven kunnen goedkoper inkopen Omdat, zo wordt verwacht, vooral grootschalig opererende bedrijven een goede kans hebben in het nieuwe Europa met meer concurrentie, is er de laatste jaren een tendens naar grootschaligheid. Er vinden veel fusies en overnames plaats. fusies: het samengaan van twee of meer zelfstandige, min of meer gelijkwaardige bedrijven die ongeveer even groot zijn. Dit samengaan is vrijwillig. Die vrijwilligheid hoeft er bij een overname niet te zijn. overname (acquisitie): meestal een grote onderneming die een kleinere opkoopt. De EU voert een mededingingsbeleid om er voor te zorgen dat er concurrentie blijft bestaan. Want als door fusies en overnames de concurrentie verdwijnt en een bedrijf door zijn monopoliepositie zelf zijn prijzen kan vaststellen, is dat ongunstig voor de consument. Hoofdstuk 5 Arbeidsmarkt in de EMU 5.1 De situatie voor de EMU Vóór de totstandkoming van de EMU hadden de EU-landen verschillende mogelijkheden om de werkloosheid te bestrijden. Als een land te kampen had met een hoge werkloosheid kon het een aantal maatregelen overwegen: (1) De centrale bank kon de rente verlagen (het rente-instrument) Lagere rente geld lenen goedkoper en sparen minder aantrekkelijk bestedingen stijgen productie stijgt werkgelegenheid stijgt (2) De overheid kon besluiten om haar bestedingen te vergroten bijv. meer uitgaven aan wegen (begrotingsbeleid) Grotere overheidsbestedingen productie stijgt werkgelegenheid stijgt (3) De wisselkoers kon aangepast worden (het wisselkoersinstrument) Via devaluatie konden de producten voor het buitenland goedkoper worden gemaakt export stijgt productie stijgt werkgelegenheid stijgt. (4) De lonen konden gematigd worden Loonmatiging: lonen stijgen minder dan nominale stijging arbeidsproductiviteit Door loonmatiging kostprijs per product dalen verkoopprijzen dalen concurrentiepositie verbetert export stijgt productie stijgt werkgelegenheid stijgt Mogelijkheid 1, 2 en 3 werd veel gedaan bij conjuncturele werkloosheid Mogelijkheid 3 en 4 bij structurele werkloosheid Met name mogelijkheid 3 is vaak gebruikt om werkgelegenheid in stand te houden. Een land dat zijn concurrentiepositie zag verslechteren door hoge inflatie kon dit compenseren door 9

10 devaluaties. 5.2 De situatie na de start van de EMU Door deelname aan de EMU hebben de afzonderlijke landen nog slechts één instrument om de werkloosheid te bestrijden; namelijk alleen via loonmatiging!!! De mogelijkheden om zelfstandig begrotingsbeleid of rentebeleid te voeren en vooral de mogelijkheid om de wisselkoers te veranderen zijn weggevallen. (1) Het rente-instrument is in handen van de ECB. (2) Het begrotingsbeleid het financieringstekort mag niet groter zijn dan 3% van het nationaal inkomen en er moet gestreefd worden naar een financieringstekort van nul. (3) Wisselkoersaanpassingen zijn niet meer mogelijk. (4) Dus alleen loonmatiging zal overblijven. Maar er zijn ook andere mogelijkheden in zo n situatie: - de werklozen emigreren naar een ander EMU land waar wel werk is. Zo daalt de werkloosheid (vanwege culturele verschillen gebeurt dit in de EU nog niet veel) - de lonen dalen niet omdat de vakbonden dit tegenhouden en de werklozen willen niet emigreren gevolg oplopende werkloosheid 5.3 Beleidsconcurrentie Beleidsconcurrentie: dat overheden van verschillende landen elkaar beconcurreren met gunstige belastingtarieven en vestigingsvoorwaarden voor bedrijven en dat vakbonden elkaar beconcurreren door akkoorden met werkgevers te sluiten over matige looneisen Bij beleidsconcurrentie gaat het dus niet om bedrijven die concurreren, maar om overheden en / of vakbonden, die streven naar behoud of vergroting van de werkgelegenheid. Tegenstanders van de EMU verwachten dat landen tegen elkaar op gaan bieden met lage belastingen om bedrijven te lokken. De bezuinigingen die hiervan het gevolg zijn zullen de sociale zekerheid, de arbeidsomstandigheden en het milieu in Euroland aantasten. Hoofdstuk 6 Europa en het nationalisme 6.1 Verdieping en verbreding van de EU De EMU is een verdere stap in de diepte. Op veel terreinen is er nu samenwerking en integratie. Er is vrij verkeer van goederen, diensten, kapitaal en arbeid. Er is één munt en één centrale bank en dus één monetair beleid. Het begrotingsbeleid is meer op elkaar afgestemd. Er is Europese wetgeving en er zijn supranationale Europese bestuursorganen. Maar op veel terreinen voeren de landen ook een apart economisch en sociaal beleid. (denk aan verschil in hoogte van uitkeringen, belastingtarieven, drugsbeleid etc.) Om beleidsconcurrentie tegen te gaan zullen de belastingtarieven in de EMU-landen in de toekomst worden geharmoniseerd. Ook op het terrein van asielzoekers en drugs valt meer harmonisatie te verwachten. 6.2 De soevereiniteit van de lidstaten 10

11 Met de verdieping van de EU is de soevereiniteit van de lidstaten steeds kleiner geworden. Er is steeds meer Europese wetgeving en deze staat boven de nationale wetgeving. De Europese wetgeving strekt zich over steeds meer terreinen uit (bijv. het vetgehalte in chocoladerepen). Over het afstaan van meer bevoegdheden aan Brussel wordt verschillend gedacht. De voorstanders wijzen op de gunstige gevolgen van economische en politieke integratie, namelijk meer welvaart en minder conflicten. Een gemeenschappelijk bestuur hoort daarbij. Anderen wijzen op het democratisch tekort: naarmate Brussel meer bevoegdheden krijgt is het des te erger dat het Europese Parlement weinig controlerende en geen wetgevende bevoegdheden heeft. Zo ontstaat er een Brusselse bestuursmacht en democratie die zijn eigen gang kan gaan, terwijl de Europese burger daar nauwelijks invloed op heeft. Op sommige terreinen zou de samenwerking tussen de lidstaten nog veel verder moeten gaan. Het gaat dan om grensoverschrijdende zaken als asielbeleid en immigratie, milieubeleid en criminaliteitsbestrijding. Bij deze zaken is het effectiever om ze gemeenschappelijk aan te pakken. 6.3 De EU nu De EU telt nu 27 lidstaten met in totaal 487 miljoen inwoners. Dat is meer dan de 300 miljoen inwoners van de VS. 11

Samenvatting Economie Internationale Handel

Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 1611 woorden 9 september 2001 6,5 169 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel Hoofdstuk 1 Nederland is erg

Nadere informatie

Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen

Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen Economie VWO 2011/2012 www.lyceo.nl H5: Internationale betrekkingen Economie 1. Inkomen 2. Consument 3. Producenten 4. Markt en Overheid 5. Internationale betrekkingen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Internationale handel

Samenvatting Economie Internationale handel Samenvatting Economie Internationale handel Samenvatting door een scholier 1484 woorden 7 oktober 2003 5,5 44 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Internationale handel HS 1 Nederland handelsland Par.

Nadere informatie

Innovatie, modernisering, goede scholing - een land levert dan goede kwaliteit. Afnemers; goede verhouding prijs en kwaliteit

Innovatie, modernisering, goede scholing - een land levert dan goede kwaliteit. Afnemers; goede verhouding prijs en kwaliteit Samenvatting door een scholier 1633 woorden 8 juni 2007 6,5 4 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel. Hoofdstuk 1 Nederland handelsland. Nederland afhankelijk van handel omdat het

Nadere informatie

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende

Nadere informatie

De groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld

De groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld Samenvatting door een scholier 1909 woorden 17 april 2007 4,8 30 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Import: goederen uit het buitenland kopen Export: producten aan het buitenland verkopen Uitvoersaldo:

Nadere informatie

ECONOMIE. Begrippenlijst H7 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

ECONOMIE. Begrippenlijst H7 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H7 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Hoofdstuk 7 Europese grenzen? Paragraaf 7.1 Wat

Nadere informatie

Antwoorden Economie Handel

Antwoorden Economie Handel Antwoorden Economie Handel Antwoorden door een scholier 973 woorden 14 april 2004 4,8 61 keer beoordeeld Vak Economie Begrippen: Open Economie: Bijvoorbeeld: Nederland exporteert veel goederen en diensten

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie Samenvatting door een scholier 2379 woorden 23 maart 2004 5,4 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 3 Economische Integratie

Nadere informatie

1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur

1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur Samenvatting door een scholier 1067 woorden 13 juli 2001 4 44 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting:Internationale Handel Hoofdstuk 1: ****Nederland Handelsland**** 1.1 Export/Import: de waarde van

Nadere informatie

Ontstaan van de EU Opdrachtenblad Schooltv-beeldbank

Ontstaan van de EU Opdrachtenblad Schooltv-beeldbank Ontstaan van de EU Opdrachtenblad Schooltv-beeldbank GROEP / KLAS.. Naam: Ga www.schooltv.ntr.nl Zoek op trefwoord: EU Bekijk de clip Het ontstaan van de EU en maak de volgende vragen. Gebruik de pauzeknop

Nadere informatie

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering. Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel

Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel Samenvatting door een scholier 1819 woorden 4 mei 2004 8,2 97 keer beoordeeld Vak Economie INTERNATIONALE HANDEL COMPLETE SAMENVATTING: H 1 T/M 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2005-I

Eindexamen economie 1-2 havo 2005-I 4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 8 per kg 1 Een voorbeeld van een juist antwoord

Nadere informatie

Onderzoek gunstige prijsligging.

Onderzoek gunstige prijsligging. Onderzoek gunstige prijsligging. BMW 3 Serie Model 320D. 22 Eu-Lidstaten. Jordy Reijers Marketing/Onderzoek P van. Prijs 1 Inhoud Opgave Onderzoek informatie over Eu landen Welke landen hanteren de euro?

Nadere informatie

MODULE I EUROPA: NOOIT MEER OORLOG!

MODULE I EUROPA: NOOIT MEER OORLOG! MODULE I EUROPA: NOOIT MEER OORLOG! I.I De geboorte van de Europese Unie Zoals jullie waarschijnlijk wel weten zijn er de vorige eeuwen veel oorlogen in Europa geweest. Vooral de Eerste en de Tweede Wereldoorlog

Nadere informatie

AEG deel 3 Naam:. Klas:.

AEG deel 3 Naam:. Klas:. AEG deel 3 Naam:. Klas:. 1-Video Grensverleggend Europa; Het moet van Brussel. a-in welke Europese stad staat Jan Jaap v.d. Wal? b-beschrijf in het kort waarom een betere Europese samenwerking nodig was.

Nadere informatie

Internationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: 25-2-2013. Waar komt het vandaan?

Internationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: 25-2-2013. Waar komt het vandaan? Internationale handel H7 1 Waar komt het vandaan? Economie voor het vmbo (tot 8,35 m.) Internationale handel Importeren = invoeren (betalen) Exporteren = uitvoeren (verdienen) Waarom importeren: Meer keuze

Nadere informatie

Profielwerkstuk Economie De euro en de gevolgen voor de werkgelegenheid

Profielwerkstuk Economie De euro en de gevolgen voor de werkgelegenheid Profielwerkstuk Economie De euro en de gevolgen voor de werkgelegenheid Profielwerkstuk door een scholier 2839 woorden 6 maart 2002 6,2 126 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Op 1 Januari 2002 was

Nadere informatie

Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt

Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt Door: F. De Smyter en P. Holvoet 1. Geef een correcte omschrijving van de volgende economische begrippen: a) Globalisering:.

Nadere informatie

Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz)

Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz) Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz) Lees ter voorbereiding de volgende teksten en bekijk de vragen en antwoorden van de quiz. De juiste antwoorden zijn vetgedrukt. Wat wil en doet

Nadere informatie

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg Wanneer u op basis van uw daadwerkelijkaantal zendingen boven de 49 zendingen per jaar uitkomt, dan kunt u ons contacteren voor verbeterde tarieven. Wij passen uw prijzen dan direct aan. Volume: 0-49 zendingen

Nadere informatie

1. De oorzaken van internationale arbeidsverdeling beschrijven en verklaren.

1. De oorzaken van internationale arbeidsverdeling beschrijven en verklaren. Samenvatting door een scholier 3866 woorden 28 november 2007 7,2 38 keer beoordeeld Vak Economie Internationale handel: Hoofdstuk 1: 1. De oorzaken van internationale arbeidsverdeling beschrijven en verklaren.

Nadere informatie

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag Samenvatting Economie Europa Samenvatting door S. 1608 woorden 27 maart 2017 7,5 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het

Nadere informatie

2 De goederen en pakketjes worden daar overgeladen om snel op de eindbestemming afgeleverd te kunnen worden.

2 De goederen en pakketjes worden daar overgeladen om snel op de eindbestemming afgeleverd te kunnen worden. Hoofdstuk 8 Over economische grenzen Intro Exportmedewerker 1 Bijvoorbeeld: - Goede beheersing van het Engels - Goede communicatieve vaardigheden - Goed met mensen kunnen omgaan - Goed in een team kunnen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Internationale Handel

Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 2653 woorden 21 januari 2002 7 392 keer beoordeeld Vak Economie Internationale handel Hoofdstuk 1 Nederland Handelsland Er is

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Waar produceren

Hoofdstuk 1: Waar produceren Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het buitenland, importeert & exporteert veel Er is meer keuze aan goederen of diensten dan in een gesloten economie Concurrentiepositie

Nadere informatie

Wie bestuurt de Europese Unie?

Wie bestuurt de Europese Unie? Wie bestuurt de Europese Unie? De Europese Unie (EU) is een organisatie waarin 28 landen in Europa samenwerken. Eén ervan is Nederland. Een aantal landen werkt al meer dan vijftig jaar samen. Andere landen

Nadere informatie

Thema 2 Om ons heen. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 7. Landschappen. Klimaten. Samenwerking. de regering. Onder de loep.

Thema 2 Om ons heen. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 7. Landschappen. Klimaten. Samenwerking. de regering. Onder de loep. Meander Samenvatting groep 7 Thema 2 Om ons heen Samenvatting Landschappen Landschappen in Europa zijn heel verschillend. Nederland is een heel vlak land. Frankrijk is een land met heuvels en bergen. Zweden

Nadere informatie

Samenvatting Economie Internationale Handel

Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 3059 woorden 10 juni 2004 6,4 124 keer beoordeeld Vak Economie 1.1 Introductie Bij export en import praten we over de waarde van

Nadere informatie

Examen HAVO. Economie 1

Examen HAVO. Economie 1 Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed

Nadere informatie

5,2. 1.Het ontstaan van de Europese Unie. 2.Geschiedenis van de EU: Werkstuk door een scholier 1839 woorden 10 oktober keer beoordeeld

5,2. 1.Het ontstaan van de Europese Unie. 2.Geschiedenis van de EU: Werkstuk door een scholier 1839 woorden 10 oktober keer beoordeeld Werkstuk door een scholier 1839 woorden 10 oktober 2002 5,2 13 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Hoofdstuk 1 1.Het ontstaan van de Europese Unie Op 18 april 1951 werd de eerste stap gezet richting een

Nadere informatie

KIJK VOOR MEER INFORMATIE EN LESTIPS OP WWW.EUROPAEDUCATIEF.NL HET STARTPUNT VOOR EUROPA IN HET ONDERWIJS. werkvel - 1. Tweede Fase Havo/vwo

KIJK VOOR MEER INFORMATIE EN LESTIPS OP WWW.EUROPAEDUCATIEF.NL HET STARTPUNT VOOR EUROPA IN HET ONDERWIJS. werkvel - 1. Tweede Fase Havo/vwo werkvel - 1 De Europese Unie (EU). Je hebt er dagelijks mee te maken. Al is het alleen al omdat je niet alleen Nederlander bent, maar ook Europeaan. Of dat er bijvoorbeeld euro s in je portemonnee zitten.

Nadere informatie

Eindexamen economie havo I

Eindexamen economie havo I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat

Nadere informatie

Tarieven Europa: staffel 1

Tarieven Europa: staffel 1 Tarieven Europa: staffel 1 Wanneer u op basis van uw daadwerkelijkaantal zendingen boven de 49 zendingen per jaar uitkomt, dan kunt u ons contacteren voor verbeterde tarieven. Wij passen uw prijzen dan

Nadere informatie

Wie bestuurt de Europese Unie?

Wie bestuurt de Europese Unie? Wie bestuurt de Europese Unie? De Europese Unie (EU) is een organisatie waarin 28 landen in Europa samenwerken. Eén ervan is Nederland. Een aantal landen werkt al meer dan vijftig jaar samen. Andere landen

Nadere informatie

EUROPESE SAMENWERKING

EUROPESE SAMENWERKING ECONOMIE EUROPESE SAMENWERKING HOOFDSTUK 1: HET BUITENLAND 1.1 OVER DE GRENS Bij uitvoer oefent het buitenland vraag uit naar Nederlandse producten. Tegenover goederen- en dienstenstromen staan geldstromen.

Nadere informatie

Hoe is de EU tot stand gekomen?

Hoe is de EU tot stand gekomen? Verslag door? 2035 woorden 4 februari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Hoe is de EU tot stand gekomen? de geschiedenis de EU is tegenwoordig niet meer weg te denken van politieke tot economische

Nadere informatie

3 Bij deze korte ritten worden levende dieren vervoerd en producten die snel kunnen bederven. Die moeten snel op de plaats van bestemming zijn.

3 Bij deze korte ritten worden levende dieren vervoerd en producten die snel kunnen bederven. Die moeten snel op de plaats van bestemming zijn. Hoofdstuk 7 Nederland handelsland De grens over 1 Vanuit Nederland 10.000 365 (dagen) = 3.650.000 ritten per jaar 3.650.000 =... % van 7.400.000 3.650.000 7.400.000 100 = 49,3% 2 Binnen de EU is er vrij

Nadere informatie

De organisatie van de EU

De organisatie van de EU I De organisatie van de EU 1 Inleiding De Europese Unie (EU) bestaat inmiddels uit 28 lidstaten. Nadat zes lidstaten het samenwerkingsverband begonnen, hebben de EU en haar rechtsvoorgangers verschillende

Nadere informatie

Wie bestuurt de Europese Unie?

Wie bestuurt de Europese Unie? Wie bestuurt de Europese Unie? 2 De Europese Unie (EU) is een organisatie waarin 28 landen in Europa samenwerken. Eén ervan is Nederland. Een aantal landen werkt al meer dan vijftig jaar samen. Andere

Nadere informatie

DE BRIEVEN BRIGADE HET VERHAAL VAN DE EUROPESE UNIE TIJDSLIJN

DE BRIEVEN BRIGADE HET VERHAAL VAN DE EUROPESE UNIE TIJDSLIJN DE BRIEVEN BRIGADE HET VERHAAL VAN DE EUROPESE UNIE TIJDSLIJN INTRO VOOR DE LEERKRACHT Deze tijdslijn illustreert het verhaal van de Europese Unie. U kunt de tijdslijn in verschillende stukken afdrukken

Nadere informatie

1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij:

1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij: 9. ENERGIE 1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij: 31973 D 0045: Besluit 73/45/Euratom van de Raad van 8 maart

Nadere informatie

ALGEMENE ECONOMIE /03

ALGEMENE ECONOMIE /03 HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Productiefactoren: alle middelen die gebruikt worden bij het produceren: NOKIA: natuur, ondernemen, kapitaal,

Nadere informatie

Profielwerkstuk Maatschappijleer Uitbreiding van de Europese Unie

Profielwerkstuk Maatschappijleer Uitbreiding van de Europese Unie Profielwerkstuk Maatschappijleer Uitbreiding van de Europese Unie Profielwerkstuk door een scholier 1933 woorden 26 mei 2003 5,8 48 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Uitbreiding van de Europese Unie

Nadere informatie

pdf05 GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID in de EU

pdf05 GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID in de EU pdf05 GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID in de EU MARKT- en PRIJSBELEID Het gemeenschappelijk landbouwbeleid beoogt o.a. de agrarische bevolking een redelijk inkomen te verschaffen en de consumenten te verzekeren

Nadere informatie

Deel 3. Wat doet de Europese Unie? 75

Deel 3. Wat doet de Europese Unie? 75 DEEL 3.4 DE EURO Deel 3. Wat doet de Europese Unie? 75 3.4. DE EURO DOEL - De leerlingen/cursisten ontdekken de voordelen van het gebruik van de eenheidsmunt: wisselen van geld is niet meer nodig, je spaart

Nadere informatie

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken. Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Bankzaken 1 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste verklaring: De inflatie van 1,6% is een gemiddelde waarin de

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari keer beoordeeld

Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari 2009 8 3 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 11 Arbeidsmarkt = geheel vraag naar en aanbod van arbeid. Ondoorzichtige markt = werknemers+werkgevers

Nadere informatie

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.9.2018 COM(2018) 651 final ANNEX BIJLAGE bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de werking van Richtlijn 2011/24/EU betreffende de toepassing

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 16.5.2007 COM(2007) 256 definitief 2007/0090 (CNS) Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD overeenkomstig artikel 122, lid 2, van het Verdrag betreffende

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 havo 2000-I

Eindexamen economie 1 havo 2000-I Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957 13 (1957) Nr. 18 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 40 A. TITEL 1) Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957 B. TEKST De Franse

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens?

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? 8.1 Waarom handel met het buitenland? Importeren = het kopen van goederen en diensten uit het buitenland. Waarom? -Goedkoper of van betere kwaliteit -Bepaalde

Nadere informatie

Tarieven Europa: staffel 1

Tarieven Europa: staffel 1 Tarieven Europa: staffel 1 Wanneer u op basis van uw daadwerkelijkaantal zendingen boven de 49 zendingen per jaar uitkomt, dan kunt u ons contacteren voor verbeterde tarieven. Wij passen uw prijzen dan

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo I

Eindexamen economie 1-2 vwo I Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 nivellering 38,2 : 9,6 = 3,98 : 1 2 maximumscore

Nadere informatie

Praktische opdracht Economie Euro

Praktische opdracht Economie Euro Praktische opdracht Economie Euro Praktische-opdracht door een scholier 1619 woorden 17 februari 2003 6,7 12 keer beoordeeld Vak Economie 1 Onderzoeksvraag. Mijn onderzoeksvraag is: Wat zijn de voor- en

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2008-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2008-II Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 De werkgelegenheid verandert met

Nadere informatie

Ik ga het in mijn werkstuk over de euro en de Europese Unie hebben. De volgende punten zal ik in mijn werkstuk verwerken;

Ik ga het in mijn werkstuk over de euro en de Europese Unie hebben. De volgende punten zal ik in mijn werkstuk verwerken; Werkstuk door een scholier 2376 woorden 29 november 2001 7,3 29 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Ik ga het in mijn werkstuk over de euro en de Europese Unie hebben. De volgende punten zal ik in mijn

Nadere informatie

Beknopte gids over de euro

Beknopte gids over de euro Beknopte gids over de euro Economische en Financiële Zaken Over de euro De euro bestaat sinds 1999. Hij verscheen aanvankelijk alleen op loonstrookjes, rekeningen en facturen. Op 1 januari 2002 kwamen

Nadere informatie

nr. 571 van LYDIA PEETERS datum: 18 april 2017 aan JOKE SCHAUVLIEGE Appel- en perenteelt - Interventievergoedingen

nr. 571 van LYDIA PEETERS datum: 18 april 2017 aan JOKE SCHAUVLIEGE Appel- en perenteelt - Interventievergoedingen SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 571 van LYDIA PEETERS datum: 18 april 2017 aan JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW Appel- en perenteelt - Interventievergoedingen Ten gevolge van de

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I 4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 twee van de volgende voorbeelden

Nadere informatie

wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590?

wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590? wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590? 1,3644 * 590 = $805 2300 is dan 1,3644 * 2300 =$3138,12 Hoeveel euro is $789? 1,3644 dollar = 1 euro $789 / 1,3644 =578,28 euro Bereken

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 mei 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 mei 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 18 mei 2017 (OR. en) 9438/17 ADD 1 MAP 12 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 17 mei 2017 aan: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretaris-generaal van

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2006-I

Eindexamen economie 1-2 vwo 2006-I 4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord

Nadere informatie

5. Protocol tot vaststelling van het statuut van de. Europese Investeringsbank

5. Protocol tot vaststelling van het statuut van de. Europese Investeringsbank De Slotakte vermeldt de verbindende protocollen en de niet-verbindende verklaringen Slotakte De CONFERENTIE VAN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LIDSTATEN, bijeen te Brussel op 30 september

Nadere informatie

Bijlage B4. Werken aan de start. Freek Bucx

Bijlage B4. Werken aan de start. Freek Bucx Bijlage B4 Werken aan de start Freek Bucx Inhoud Tabel B4.1... 3 Tabel B4.2... 5 Tabel B4.3... 6 Tabel B4.4... 7 Tabel B4.5... 8 Tabel B4.6... 9 Tabel B4.7... 10 Tabel B4.8... 11 Tabel B4.9... 12 Tabel

Nadere informatie

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-GL en TL Bijlage VMBO-GL en TL 2015 tijdvak 2 economie CSE GL en TL GT-0233-a-15-2-b Zelfstandig of niet informatiebron 1 Cijfers Kamer van Koophandel over 2013 Starters 113.823 Bedrijfsbeëindigingen 136.640 informatiebron

Nadere informatie

Bijlage B4. Eerste treden op de arbeidsmarkt. Freek Bucx

Bijlage B4. Eerste treden op de arbeidsmarkt. Freek Bucx Bijlage B4 Eerste treden op de arbeidsmarkt Freek Bucx Inhoud Tabel B4.1... 3 Tabel B4.2... 4 Tabel B4.3... 5 Tabel B4.4... 6 Tabel B4.5... 7 Tabel B4.6... 8 Bijlage B4 Eerste treden op de arbeidsmarkt

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-I

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 q v = 200 1,25 + 450 = 200 q a

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2016/1613 VAN DE COMMISSIE

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2016/1613 VAN DE COMMISSIE L 242/10 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2016/1613 VAN DE COMMISSIE van 8 september 2016 tot vaststelling van buitengewone aanpassingssteun voor melkproducenten en landbouwers in andere veehouderijsectoren

Nadere informatie

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 23 (2008) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2013 Nr. 147 A. TITEL Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds en

Nadere informatie

Europa in crisis. George Gelauff. Rijksacademie voor Financiën, Economie en Bedrijfsvoering

Europa in crisis. George Gelauff. Rijksacademie voor Financiën, Economie en Bedrijfsvoering Europa in crisis George Gelauff Rijksacademie voor Financiën, Economie en Bedrijfsvoering Opzet Baten en kosten van Europa Banken en overheden Muntunie en schulden Conclusie 2 Europa in crisis Europa veruit

Nadere informatie

Verhoging fiscale inkomsten op tabak kan staatskas 200 à 300 miljoen opbrengen.

Verhoging fiscale inkomsten op tabak kan staatskas 200 à 300 miljoen opbrengen. Verhoging tabaksaccijnzen : meer inkomsten en minder rokers PERSBERICHT Verhoging fiscale inkomsten op tabak kan staatskas 200 à 300 miljoen opbrengen. In België werden er in 2009 11.617 miljoen sigaretten

Nadere informatie

Zuivelproductie per land 2015 Dairy production by country

Zuivelproductie per land 2015 Dairy production by country Zuivelproductie per land 2015 Melkaanvoer en productie EU-28 2015 Milk deliveries and production EU-28 index: 2014=100 EU-28 jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec cumulatief index Melkaanvoer

Nadere informatie

1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet.

1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet. AANVULLENDE SPECIFIEKE TIPS ECONOMIE VWO 2007 1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet. : Leg uit dat loonmatiging in een open economie kan leiden tot

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX [ ](2013) XXX draft MEDEDELING VAN DE COMMISSIE Uitvoering van artikel 260 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie Aanpassing van de gegevens die worden

Nadere informatie

Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten.

Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten. Samenvatting door een scholier 1593 woorden 27 juni 2003 4,4 11 keer beoordeeld Vak Economie Leerstof Economie 1: Hoofdstuk 4: Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding

Nadere informatie

MODULE III BESLISSINGEN NEMEN IN EUROPA? BEST LASTIG!!!

MODULE III BESLISSINGEN NEMEN IN EUROPA? BEST LASTIG!!! MODULE III BESLISSINGEN NEMEN IN EUROPA? BEST LASTIG!!! De Europese Unie bestaat uit 27 lidstaten. Deze lidstaten hebben allemaal op dezelfde gebieden een aantal taken en macht overgedragen aan de Europese

Nadere informatie

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD pdf18 MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD De macro-vraaglijn of geaggregeerde vraaglijn geeft het verband weer tussen het algemeen prijspeil en de gevraagde hoeveelheid binnenlands product. De macro-vraaglijn

Nadere informatie

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17 2.2. EUROPESE UNIE 2.2.1. Droogte remt groei melkaanvoer af Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) 2005 2015 2017 2018 % 18/17 België 3 022 3 988 4 025 4 190 4,1 Denemarken 4 451 5 278 5

Nadere informatie

10889/10 VP/mg DG G I

10889/10 VP/mg DG G I RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 juni 2010 (OR. en) 10889/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0135 (E) ECOFIN 360 UEM 209 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD overeenkomstig

Nadere informatie

ZA6284. Flash Eurobarometer 413 (Companies Engaged in Online Activities) Country Questionnaire Belgium (Flemish)

ZA6284. Flash Eurobarometer 413 (Companies Engaged in Online Activities) Country Questionnaire Belgium (Flemish) ZA8 Flash Eurobarometer (Companies Engaged in Online Activities) Country Questionnaire Belgium (Flemish) FL - Companies engaged in online activities BEN A Doet uw bedrijf aan online verkoop en/of maakt

Nadere informatie

ONTSTAAN VAN DE EUROPESE UNIE

ONTSTAAN VAN DE EUROPESE UNIE ONTSTAAN VAN DE EUROPESE UNIE Hoe het begon 1870: Frans-Duitse oorlog om Elzas-Lotharingen Elzas-Lotharingen Welke grondstoffen vindt men terug in dit gebied? Hoe het begon 1870: Frans-Duitse oorlog om

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2008-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2008-II Opgave 1 Arbeidsmarkt in beweging De overheid wil de sociale zekerheid betaalbaar houden door de verhouding tussen het aantal inactieven en het aantal actieven, de i/a-ratio, te verlagen. De overheid wil

Nadere informatie

Algemene informatie over de respondent

Algemene informatie over de respondent Openbare raadpleging over de Refit-evaluatie van de EU-wetgeving inzake gewasbeschermingsmiddelen en bestrijdingsmiddelenresiduen Velden met een * zijn verplicht. Algemene informatie over de respondent

Nadere informatie

Antwoorden Aardrijkskunde Antwoorden Discovery par. 1

Antwoorden Aardrijkskunde Antwoorden Discovery par. 1 Antwoorden Aardrijkskunde Antwoorden Discovery par. 1 Antwoorden door een scholier 1209 woorden 24 februari 2013 4,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Terra Discovery 1: Noord- Europa IJsland

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 34 (2007) Nr. 7 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2015 Nr. 4 A. TITEL Verdrag van Lissabon tot wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting

Nadere informatie

Valutamarkt. fransetman.nl

Valutamarkt. fransetman.nl euro in dollar wisselkoers Wisselkoers (ontstaat op valutamarkt) Waarde van een munt uitgedrukt in een andere munt Waardoor kan de vraag naar en het aanbod van veranderen? De wisselkoers van de euro in

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 vwo I

Eindexamen economie 1 vwo I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vakbonden, werkgeversbonden, individuele

Nadere informatie

Centraal Planbureau 1 Europa in crisis

Centraal Planbureau 1 Europa in crisis 1 Europa in crisis Waarom dit boek? Vergelijkbaar met De Grote Recessie van 2 jaar geleden qua vorm en stijl qua beoogde doelgroep Euro-crisis ingrijpend voor ons dagelijkse leven / welvaart oplossing

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Rek in het arbeidsaanbod 1 maximumscore 2 Doordat het aanbod van

Nadere informatie

Titel 1 (eigen middelen): miljoen EUR. Titel 3 (overschotten, saldi en aanpassingen): miljoen EUR

Titel 1 (eigen middelen): miljoen EUR. Titel 3 (overschotten, saldi en aanpassingen): miljoen EUR Raad van de Europese Unie Brussel, 17 juni 2016 (OR. en) 9586/16 BUDGET 15 TOELICHTING Betreft: Ontwerp van gewijzigde begroting nr. 2 bij de algemene begroting 2016: Boeking van het overschot van het

Nadere informatie