Reanimatie pediatrie. Richtlijnen 2010

Transcriptie

1 Reanimatie pediatrie Richtlijnen 2010

2 Belangrijkste aandachtspunten : minimaal 1/3 diepte van de borstkas. Tempo minimaal 100 per minuut Zeer sterke focus op minimale onderbreking van de reanimatie!

3 Belangrijkste wijzigingen Is de hulpverlener-ambulancier een leek of een professionele hulpverlener? = professionele hulpverlener ALS

4 Advanced Life Support ritme en toedienen shock = Enkel de handelingen stellen die wettelijk toegelaten zijn voor de H/A!

5 Shock nodig Shock niet nodig CPR 15:2 gedurende 2 minuten

6 Baby en Shock nodig Shock niet nodig : jezelf, slachtoffer, omstanders? Controle bewustzijn schud voorzichtig de schouders of prikkel de voetzool en vraag luid: "ben je ok?"

7 Baby en Shock nodig Shock niet nodig Zorg voor een vrije luchtweg: kantel het hoofd + kinlift neutrale positie Controleer de ademhaling kijk, luister, voel naar tekens van een normale ademhaling gedurende 10 seconden en niet langer

8 Baby Normale ademhaling? = regelmatige, adequate ademhaling. NIET: zeer trage ademhaling gasping

9 Baby Vraag ten laatste na de controle van de ademhaling de MUG bij. Shock nodig Shock niet nodig

10 Baby Startbeademing Geef 5 beademingen open de luchtweg geef een beademing tot de borstkas uitzet gedurende 1 sec herhaal deze handeling 5 keer Shock nodig Shock niet nodig

11 Baby Ballonbeademing Gebruik van de beademingsballon blijft de eerst aanbevolen methode. Gebruik de hoogste concentratie aan zuurstof. Na intubatie: continue beademing 12 à 20/x per minuut.

12 Mond-op-mond&neus beademing Baby Enkel als je geen hulpmiddelen hebt! open de luchtweg: plaats het hoofd in een neutrale positie adem normaal in, zet de mond over de mond en de neus van het slachtoffer en beadem gedurende 1 sec (tot de borstkas uitzet); neem je mond van mond en neus van het slachtoffer en observeer de borstkas herhaal deze handeling 5 maal.

13 De borstkas zet niet uit tijdens de beademing? kijk in de mond en verwijder eventuele zichtbare obstructies. controleer of de luchtweg adequaat is vrijgemaakt. gebruik niet meer dan 5 pogingen om te beademen. nog steeds geen goede beademing: start met 15 hartmassages

14 Baby baby Start hartmassage onderste helft van het borstbeen (= 1 vinger boven het zwaardvormig aanhangsel) frequentie: 15 2 vingers (alleen) of 2 duimen diepte: 1/3 tempo: min. 100/minuut (max. 120/minuut) Shock nodig Shock niet nodig

15 Baby Geef 2 beademingen open de luchtweg geef een beademing tot de borstkas uitzet gedurende 1 sec Shock nodig Shock niet nodig

16 Baby? Zinvol gebruik van een bij kinderen onder de 1 jaar is niet algemeen aangetoond. Shock nodig Shock niet nodig Enkele cases beschrijven gebruik van bij kinderen onder de 1 jaar. pediatrische elektroden vermogenreductie

17 Baby Shock aanbevolen zorg dat niemand het slachtoffer aanraakt. opgelet met zuurstof Shock nodig Shock niet nodig

18 Baby Shock aanbevolen dien de shock toe. herstart onmiddellijk CPR na de shock. Shock nodig Shock niet nodig

19 Baby Geen shock aanbevolen Start onmiddellijk met CPR. Shock nodig Shock niet nodig

20 Baby CPR 15:2 gedurende 2' Shock nodig Shock niet nodig minimale onderbreking. let bij hartmassage op: diepte en ontspanning tempo plan acties voor onderbreking. beadem met zuurstof. continue hartmassage na intubatie.

21 Shock nodig Shock niet nodig CPR 15:2 gedurende 2 minuten

22 Kind en Shock nodig Shock niet nodig : jezelf, slachtoffer, omstanders? Controle bewustzijn schud voorzichtig de schouders en vraag luid: "ben je ok?"

23 Kind en Shock nodig Shock niet nodig Zorg voor een vrije luchtweg: kantel het hoofd + kinlift Controleer de ademhaling kijk, luister, voel naar tekens van een normale ademhaling gedurende 10 seconden en niet langer

24 Kind Normale ademhaling? = regelmatige, adequate ademhaling. NIET: zeer trage ademhaling gasping

25 Kind Vraag ten laatste na de controle van de ademhaling de MUG bij. Shock nodig Shock niet nodig

26 Kind Startbeademing Geef 5 beademingen open de luchtweg geef een beademing tot de borstkas uitzet gedurende 1 sec herhaal deze handeling 5 keer Shock nodig Shock niet nodig

27 Kind Ballonbeademing Gebruik van de beademingsballon blijft de eerst aanbevolen methode. Gebruik de hoogste concentratie aan zuurstof. Na intubatie: continue beademing 12 à 20/x per minuut.

28 Kind Mond-op-mond beademing Enkel als je geen hulpmiddelen hebt! open de luchtweg; sluit de neus van het slachtoffer met duim en wijsvinger; open de mond van het slachtoffer terwijl u de kinlift aanhoudt; adem normaal in, zet de mond op de mond van het slachtoffer en beadem gedurende 1 sec (tot de borstkas uitzet); neem je mond van de mond van het slachtoffer en observeer de borstkas herhaal deze handeling 5 maal.

29 De borstkas zet niet uit tijdens de beademing? kijk in de mond en verwijder eventuele zichtbare obstructies. controleer of de luchtweg adequaat is vrijgemaakt. maximaal 5 pogingen om te beademen zo geen resultaat, start 15 hartmassages

30 Kind kind Start hartmassage onderste helft van het borstbeen (= 1 vinger boven het zwaardvormig aangangsel) frequentie: 15 1 of 2 handen diepte: 1/3 tempo: min. 100/minuut (max. 120/minuut) Shock nodig Shock niet nodig

31 Kind Geef 2 beademingen open de luchtweg geef een beademing tot de borstkas uitzet gedurende 1 sec Shock nodig Shock niet nodig

32 Kind Leg de aan van zodra beschikbaar en start de analyse. Bij kinderen tussen 1 en 8 jaar bij voorkeur gebruik van pediatrische elektroden. Shock nodig Shock niet nodig

33 Kind Shock aanbevolen zorg dat niemand het slachtoffer aanraakt. opgelet met zuurstof Shock nodig Shock niet nodig

34 Kind Shock aanbevolen dien de shock toe. herstart onmiddellijk CPR na de shock. Shock nodig Shock niet nodig

35 Kind Geen shock aanbevolen Start onmiddellijk met CPR. Shock nodig Shock niet nodig

36 Kind CPR 15:2 gedurende 2' Shock nodig Shock niet nodig minimale onderbreking. let bij hartmassage op: diepte en ontspanning tempo plan acties voor onderbreking. beadem met zuurstof. continue hartmassage na intubatie.

37 Shock nodig Shock niet nodig CPR 15:2 gedurende 2 minuten

38 ROSC = Return Of Spontanous Circulation Enkel controle circulatie indien de aangeeft dat er geen shock aanbevolen is. Indien ROSC ABC, niet verwijderen, overweeg veiligheidshouding indien adequate ademhaling.

39 ALS-protocol MUG idem als ambulancier intubatie IV-toegangsweg na 3de shock: Adrenaline 10 µg/kg elke 3-5 minuten Amiodarone 5 µg/kg (Cordarone)

40 Omkeerbare oorzaken Hypoxie Hypovolemie Hypo-/hyperkalemie/metabool Hypothermie 100% zuurstof herstel intravasculair volume CaCl rekening houden bij verdrinking Trombose Harttamponade Toxines Spanningspneumothorax trombose oplossen moeilijke diagnose diagnose via labo snelle 'decompressie'

41 Vragen? Deze presentatie kwam tot stand met inbreng en medewerking van alle Vlaamse scholen.