Onderwerp Vaststellen van de nieuwe Telecommunicatieverordening Oirschot 2010.

Transcriptie

1 Raadsvoorstel Bevoegdheid Raad Vergadering Gemeenteraad Oirschot Vergaderdatum: 28 juni 2010 Registratienummer: 2010/42 Agendapunt nummer: 9 Onderwerp Vaststellen van de nieuwe Telecommunicatieverordening Oirschot Inleiding/aanleiding In 2007 heeft de VNG naar aanleiding van de wijzing van de Telecommunicatiewet een nieuwe Model-Telecommunicatieverordening opgesteld. De gemeente Oirschot heeft verzuimd deze verordening te laten vaststellen zodat de verordening van 1999 nog van kracht is. Op basis van de inmiddels opgedane opgedane ervaringen en de inwerkingtreding van de Wet Informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION) heeft de VNG recent de modelverordening 2007 aangepast. De Model-Telecommunicatieverordening 2010 vervangt de Model Telecommunicatieverordening uit Voorstel 1. De telecommunicatieverordening Oirschot 2010 vast te stellen. 2. De telecommunicatieverordening Oirschot 1999, die is vastgesteld op 28 september 1999, in te trekken. Argumenten 1.1 De huidige telecommunicatie verordening uit 1999 en 2007 voldoet niet meer aan de Telecommunicatiewet. De nieuwe regelgeving biedt meer mogelijkheden voor de invulling van de coördinatierol van de gemeente bij de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels. Zo kan de gemeente medegebruik van voorzieningen afdwingen en kunnen de verschillende graafwerkzaamheden beter op elkaar worden afgestemd. Daarnaast is onderscheid gemaakt tussen werkzaamheden van al dan niet ingrijpende aard en is een procedure opgenomen voor spoedeisende werkzaamheden. De nu voorliggende verordening voldoet aan de nieuwe Telecommunicatiewet. 1.2 De toepassing van de telecommunicatieverordening is geuniformeerd voor SRE gemeenten De ontwerpverordening van de VNG is getoetst door de juriste van de gemeente Helmond. (Secretariaat van de werkgroep Kabels en Leidingen SRE zit in Helmond) Er is overleg geweest met collega Dries Ewalds over de verordening. Hij is van mening dat wij als gemeente, gelet op de samenwerking tussen de SRE gemeente op het gebied van kabels en leidingen, mee moeten gaan in de opgestelde en getoetste verordening. 09.Raadsvoorstel telecom. verordening 2010\blz. 3

2 De ontwerpverordening is door de Werkgroep Kabels en Leidingen van het SRE verspreid onder alle SRE-gemeenten, zodat alle gemeenten dezelfde verordening hanteren. Dit past in het regionale streven om een uniforme werkwijze te hanteren ten aanzien van nutsbedrijven en telecombedrijven. Kanttekeningen Kosten en dekking Aan de vaststelling van de nieuwe verordening zijn geen kosten verbonden. Draagvlak en Communicatie Besluit van de raad puibliceren in het weekjournaal De verordening plaatsen op Website gemeente. Procedures, Planning en Uitvoering Evaluatie Bijlagen ter inzage Telecommunicatieverordening Wijzigingen van de verordening 2010 t.oz. van Oirschot, 17 mei 2010 burgemeester en wethouders, Paula Perriëns, secretaris Ruud Severijns, burgemeester 09.Raadsvoorstel telecom. verordening 2010\blz. 4

3 Raadsbesluit Vergadering: Gemeenteraad Oirschot Vergaderdatum: 28 juni 2010 Registratienummer: 2010/42 De raad der gemeente Oirschot; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.1 juni 2010; gegeven de agendering door het Presidium d.d. 8 juni 2010; besluit: 1. De telecommunicatieverordening Oirschot 2010 vast te stellen. 2. De telecommunicatieverordening Oirschot 1999, die is vastgesteld op 28 september 1999, in te trekken. Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Oirschot van 28 juni 2010, De gemeenteraad, Han Struijs, griffier Ruud Severijns, voorzitter 09.Raadsvoorstel telecom. verordening 2010\blz. 5

4 TELECOMMUNICATIEVERORDENING Oirschot 2010 De raad van de gemeente Oirschot; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders 1 juni 2010 gelet artikel 5.4 van de Telecommunicatiewet en artikel 149 van de Gemeentewet; besluit: I. Vast te stellen de Telecommunicatieverordening Oirschot 2010 II. In te trekken de Telecommunicatieverordening Oirschot 1999 Hoofdstuk 1 Algemeen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. wet: Telecommunicatiewet; b. voorzieningen: ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken als bedoeld in artikel 5.15 van de wet, en kabels; c. aanbieder: degene die een openbaar elektronisch communicatienetwerk aanbiedt als bedoeld in artikel 1.1 onder i van de wet en degene bedoeld in artikel 5.1 van de wet; d. werkzaamheden: werkzaamheden in verband met het aanleggen, het in stand houden en het opruimen van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk in of op openbare gronden; e. gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de wet; f. college: college van burgemeester en wethouders; g. huisaansluiting: het gedeelte van een kabel met een lengte minder dan 25 meter in openbare gronden, dat een openbaar elektronisch communicatienetwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt als bedoeld onder artikel 1.1 onder k van de wet; h. werkzaamheden van niet ingrijpende aard: - het aanbrengen of verwijderen van kabels in al aangebrachte voorzieningen; - reparaties aan het openbare elektronische communicatienetwerk met een lengte van minder dan 25 meter en niet vallend onder artikel 6, eerste lid van deze verordening; - het maken van huisaansluitingen met een lengte van minder dan 25 meter; én - het openen en dichten van een ondergrondse handhole. i. HKL: het Handboek Kabels en Leidingen, zoals afzonderlijk vastgesteld door alle bij het samenwerkingsverband Regio Eindhoven aangesloten gemeenten. Artikel 2 Nadere regels Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

5 Hoofdstuk 2 Melding en instemmingsbesluit Artikel 3 Wijze van melding van voorgenomen werkzaamheden 1. Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, meldt dit voornemen ten minste acht weken voor aanvang aan het college door middel van een door het college vastgesteld formulier en volgens het HKL. 2. Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, kan hierover vooroverleg voeren met het college om de melding, bedoeld in het eerste lid voor te bereiden. 3. Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente, dan stelt de aanbieder het college uiterlijk vier weken na ontvangst van de melding in het eerste lid, schriftelijk in kennis van de resultaten van het overleg tussen de aanbieder en de andere gedoogplichtige. 4. Voor het verrichten van werkzaamheden van niet ingrijpende aard kan de aanbieder volstaan met een melding aan het college minimaal drie dagen voorafgaand aan die werkzaamheden door middel van een daarvoor door het college vastgesteld formulier en volgens het HKL. Artikel 4 Ernstige belemmeringen en storingen 1. Bij spoedeisende werkzaamheden als gevolg van een ernstige belemmering of storing van de communicatie in de zin van artikel 5.6, tweede lid van de wet, volstaat de aanbieder met een melding voorafgaand aan de start van de werkzaamheden. 2. De aanbieder maakt achteraf binnen één werkdag, melding van de werkzaamheden bij de burgemeester door middel van een door de burgemeester vastgesteld formulier en volgens het HKL. Artikel 5 Beslistermijn en aanhouding a. Binnen acht weken na ontvangst van de melding als bedoeld in artikel 3, neemt het college een besluit. b. Het college kan zijn besluit, als bedoeld in het eerste lid, met ten hoogste vier weken verdagen. Van de verdaging wordt schriftelijk mededeling gedaan. c. De beslissing wordt aangehouden, indien er in verband met werkzaamheden ten behoeve van het openbare elektronisch communicatienetwerk een vergunning als bedoeld in de Woningwet, de Wet milieubeheer of een kapontheffing ingevolge de Algemene Plaatselijke Verordening Oirschot is vereist.

6 Artikel 6 Voorschriften en beperkingen bij instemming 1. Indien binnen 3 jaar na groot onderhoud of herinrichting van de openbare gronden de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren, verlangt het college specifiek schadeherstel 2. Indien de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren in bijzondere bestrating, verlangt het college specifiek schadeherstel. 3. De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en medegebruik van voorzieningen moet plaatsvinden volgens het HKL. Artikel 7 Aanvullende verplichtingen van aanbieder De aanbieder is verplicht omwonenden en bedrijven ter plaatse minimaal 3 dagen voor aanvang van de uit te voeren werkzaamheden op de hoogte te stellen. Artikel 8 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg 1. Een aanbieder is verplicht om bij de aanleg van kabels in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van bestaande, door andere aanbieders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde voorzieningen. 2. Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels, dient de aanbieder een alternatief tracé te kiezen, of aan andere aanbieders een redelijk verzoek tot medegebruik van kabels te doen, op grond van artikel 5.12 van de wet. Artikel 9 Zakelijk karakter en overdracht voorzieningen 1. Indien de eigendom, exploitatie of beheer van de voorziening wordt overgedragen aan een andere aanbieder, gaan de rechten en plichten die betrekking hebben op de voorziening van de oude aanbieder over op de nieuwe netwerkaanbieder. 2. De aanbieder stelt het college binnen een maand schriftelijk in kennis van het feit dat de eigendom, de exploitatie of het beheer van de voorziening verandert of dat de voorziening niet langer ten dienste staat van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk in of op openbare gronden. Artikel 10 Digitale gegevens Het college kan van de aanbieder verlangen dat deze gegevens in digitale vorm verstrekt. Artikel 11 Vooroverleg 1. De gemeente organiseert periodiek vooroverleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente bekende aanbieders worden uitgenodigd. 2. In dit overleg worden de plannen van de gemeente en van de diverse aanbieders besproken en eventueel afgestemd in het kader van de bepalingen van deze verordening.

7 Hoofdstuk 3 Handhaving en toezicht Artikel 12 Toezicht en handhaving Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college aan te wijzen personen. Artikel 13 Bevoegdheid college Het college is bevoegd de werkzaamheden stil te leggen, indien er wordt gewerkt: a. zonder voorafgaande melding, als bedoeld in artikel 3 van deze verordening; of b. in strijd met het in het instemmingsbesluit opgenomen tijdstip van aanvang of voltooiing en de wijze van uitvoering. Hoofdstuk 4 Slotbepalingen Artikel 14 Overgangsrecht 1. De Telecommunicatieverordening Oirschot 1999 blijft van kracht op meldingen waarover al is beslist, maar waarvan de uitvoering op het moment van inwerkingtreding van deze verordening nog niet is gerealiseerd. 2. Indien voor de inwerkingtreding van de Telecommunicatieverordening Oirschot 2010 een melding is ingediend waar nog niet op is beslist, dan is deze verordening van toepassing. Artikel 15 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking de eerste dag na bekendmaking. Aldus besloten in zijn openbare vergadering van. De raad voornoemd, De griffier, Han Struijs De voorzitter, Ruud Severijns

8 Raadsbijlage Wijzigingen Inleiding In 2007 heeft de VNG naar aanleiding van de wijzing van de Telecommunicatiewet een nieuwe Model-Telecommunicatieverordening opgesteld. Op basis van de inmiddels opgedane opgedane ervaringen en de inwerkingtreding van de Wet Informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION)heeft de VNG recent deze modelverordening aangepast. De Model- Telecommunicatieverordening 2010 vervangt de Model-Telecommunicatieverordening uit De nieuwe regelgeving biedt meer mogelijkheden voor de invulling van de coördinatierol van de gemeente bij de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels. Zo kan de gemeente medegebruik van voorzieningen afdwingen en kunnen de verschillende graafwerkzaamheden beter op elkaar worden afgestemd. Daarnaast is onderscheid gemaakt tussen werkzaamheden van al dan niet ingrijpende aard en is een procedure opgenomen voor spoedeisende werkzaamheden. Ook is de verordening getoetst en waar mogelijk aangepast op de mogelijkheden tot deregulering. De nu voorliggende verordening voldoet aan de nieuwe Telecommunicatiewet. De ontwerpverordening is door de Werkgroep Kabels en Leidingen van het SRE verspreid onder alle SRE-gemeenten, zodat alle gemeenten dezelfde verordening hanteren. Dit past in het regionale streven om een uniforme werkwijze te hanteren ten aanzien van nutsbedrijven en telecombedrijven. Argumenten De huidige Telecommunicatieverordening voldoet niet geheel aan de Telecommunicatiewet. Wettelijk verplichting uit de Telecommunicatiewet De gemeente moet telecomkabels in de grond die zij beheert gedogen. Als beheerder van openbare grond heeft de gemeente een coördinerende taak wat betreft graafwerkzaamheden voor de aanleg, instandhouding en opruiming van telecomkabels (hierna: graafwerkzaamheden). Immers, deze werkzaamheden dragen een veiligheidsrisico met zich mee en kunnen overlast geven voor omwonenden en in de buurt gelegen bedrijven. Ook kunnen de werkzaamheden effect hebben op de verkeerssituatie. Om invulling te kunnen geven aan de coördinerende taak van de gemeente schrijft de wet voor dat de gemeenteraad een verordening vaststelt waarin algemene regels worden opgenomen met betrekking tot graafwerkzaamheden (artikel 5.4, lid 4 van de wet). De wet biedt daarnaast de mogelijkheid voor het college om specifieke voorwaarden te stellen in het instemmingsbesluit dat wordt afgegeven na een melding (artikel 5.4, lid 2 en 3). De wijzigingen bij de Model-Telecommunicatieverordening 2010 In de Model-Telecommunicatieverordening 2010 zijn t.o.v. de modelverordening uit 2007 de

9 volgende wijziging doorgevoerd: Aanhef: In de aanhef wordt nu verwezen naar artikel 5.4, vierde lid van de Telecommunicatiewet. Artikel 3 is vernummerd tot Artikel 2, en het oude artikel 2 is komen te vervallen. Artikel 4 en 5 zijn samengevoegd tot één artikel, en de beslistermijn voor het nemen van een instemmingsbesluit naar aanleiding van een melding is in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen verruimd van 4 naar 8 weken (redelijke termijn). Overigens wordt in 90% van de gevallen binnen 4 weken een instemmingsbesluit genomen. Artikel 6 vernummerd tot artikel 4 Artikel 7 vernummerd tot artikel 5 en de termijn is aangepast van 4 naar 8 weken conform de wet. Artikel 8 is vernummerd tot artikel 6; lid 1 en 2 zijn vervallen. Lid 1: aanvang van de werkzaamheden is nu geregeld in artikel b van de Telecommunicatiewet. Lid 2: het opnemen van nadere regels in een instemmingsbesluit is nu geregeld in artikel 2 van de verordening. Artikel 9 is vernummerd tot artikel 7; lid 2 is vervallen. Lid 2: het verstrekken van ligginggegevens is nu geregeld in de Wet Informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION) Artikel 10 is vernummerd tot artikel 8. Artikel 11 is vernummerd tot artikel 9. Artikel 12 is vernummerd tot artikel 10. Artikel 13 is vernummerd tot artikel 11. Artikel 14 is vernummerd tot artikel 12. Artikel 15 is vernummerd tot artikel 13. Artikel 16 is vernummerd tot artikel 14. Artikel 17 is vernummerd tot artikel 15. De toevoegingen bij de Model-Telecommunicatieverordening 2010 Indien bij de melding meerdere gedoogplichtigen betrokken zijn, dan beslist het college binnen acht weken na ontvangst van de melding en alle bijbehorende instemmingen van de betreffende gedoogplichtigen.