STATUTEN LOKALE WELZIJNSRAAD TIELT

Transcriptie

1 STATUTEN LOKALE WELZIJNSRAAD TIELT

2 INLEIDING EN SITUERING In het lokaal sociaal beleidsplan Tielt voor de periode worden onder Hoofdstuk 8: Participatie de beginselen vastgelegd voor de oprichting van een Tieltse lokale welzijnsraad. De lokale welzijnsraad krijgt als belangrijkste taak de implementatie van het lokaal sociaal beleidsplan op te volgen en adviezen te geven over de concrete uitvoering. In die zin wordt het een instrument in uitvoering van artikel 4 van het decreet lokaal sociaal beleid. 2 De lokale welzijnsraad dient te voldoen aan drie functies, m.n. een sturende functie, een adviserende functie en een overlegfunctie. De algemene vergadering van de lokale welzijnsraad is samengesteld uit publieke, semipublieke en private welzijnsorganisaties actief in Tielt. Dit zijn dus ook bovenlokale organisaties die een werking in Tielt ontplooien. Private welzijnsorganisaties kunnen zowel vrijwilligersorganisaties die op het sociale vlak actief zijn als welzijnsorganisaties met beroepskrachten en/of met deskundigen betreffende welzijnsmateries zijn. De algemene vergadering kan op vraag van, of op eigen initiatief informeren, signaleren of adviseren over aangelegenheden betreffende het welzijnsbeleid om zodoende te streven naar een beter welzijnsbeleid. De algemene vergadering moet ook initiatieven kunnen nemen om het welzijnsbeleid te bevorderen. Tenslotte zal de lokale welzijnsraad de inspraak en de participatie van het beleid bevorderen. Gezien het brede spectrum van het welzijnsveld zijn thematische werkgroepen of clusters noodzakelijk om concrete acties of voorstellen uit te werken. Deze werkgroepen hebben een adviserende opdracht naar de raad van bestuur toe. De afbakening van de werkgroepen ligt niet vast. Het is mogelijk dat een themagroep tijdelijk wordt samengesteld om één specifiek project verder uit te werken. De raad van bestuur moet worden samengesteld zowel uit stemgerechtigde leden als uit beleidsverantwoordelijken van de stad en het OCMW. De raad van bestuur heeft vooral de opdracht de werkzaamheden van de verschillende werkgroepen te coördineren en de verschillende behoefte en/of

3 omgevingsanalyses samen te brengen tot één geheel. Het is de bedoeling dat een afgevaardigde uit de sociale sector het voorzitterschap van de lokale welzijnsraad opneemt. De coördinatie van de lokale welzijnsraad zal gebeuren door het OCMW. 3 Tevens dient rekening te worden gehouden met de bepalingen uit het gemeentedecreet, meer specifiek deze van art Zo bijv. dienen volgende bepalingen in ieder geval in de statuten te worden ingeschreven: ten hoogste twee derde van de leden mogen van hetzelfde geslacht zijn; gemeenteraadsleden en leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen stemgerechtigd lid zijn van de lokale welzijnsraad. In het ontwerp van statuten wordt dit laatste uitgebreid tot de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn. In bijgevoegd ontwerp van statuten wordt gepoogd bovenstaande beginselen ook statutair vast te leggen. Jan Mortier voorzitter OCMW schepen lokaal sociaal beleid

4 STAPPENPLAN Voorontwerp 4 Overleg sociale sector: 19 december 2008 Bespreking in de gemengde stuurgroep lokaal sociaal beleid: 13 januari 2009 Ontwerp Bespreking in het college van burgemeester en schepenen: 11 februari 2009 Definitief ontwerp Goedkeuring in de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 februari 2009 Goedkeuring in de gemeenteraad van 5 maart 2009

5 STATUTEN LOKALE WELZIJNSRAAD TIELT 5 Hoofdstuk I: Doel Artikel 1 In de stad Tielt wordt een lokale welzijnsraad opgericht als instrument in uitvoering van artikel 4 van het decreet lokaal sociaal beleid en op basis van artikel 200 van het gemeentedecreet. De lokale welzijnsraad is zowel erkend door de gemeenteraad als door de raad voor maatschappelijk welzijn. De lokale welzijnsraad krijgt de naam lokale welzijnsraad Tielt en heeft haar zetel in het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, Deken Darraslaan 17 te 8700 Tielt. Artikel 2 De lokale welzijnsraad is een onafhankelijk organisme van het gemeentelijk lokaal sociaal beleid in de stad Tielt. Artikel 3 De lokale welzijnsraad heeft als doel bij te dragen tot de ontwikkeling van een kwalitatief en coherent integraal lokaal sociaal beleid. Hierbij wordt bijzondere aandacht besteed aan kansengroepen. In het bijzonder heeft de lokale welzijnsraad als taak de implementatie van het lokaal sociaal beleidsplan op te volgen en adviezen te geven over de concrete uitvoering. De lokale welzijnsraad neemt volgende functies op zich: een signalerende functie door het detecteren, bespreken en aanbrengen bij het lokaal beleid van de problemen die verband houden met het welzijn van de bevolking in het algemeen of met de dienstverlening of het bestaande hulpaanbod in het bijzonder;

6 een adviesfunctie door het adviseren van het lokaal bestuur inzake welzijnsbeleid, eventueel in samenwerking met andere raden, als voorbereiding op de beleidsvorming; 6 een overleg- en coördinerende functie door het begeleiden, ondersteunen en stimuleren van overleg en samenwerking tussen welzijnsorganisaties en voorzieningen binnen de stad, zowel tussen de sectoren als binnen de sectoren, om de werkzaamheden en het hulp- en dienstverleningsaanbod op elkaar af te stemmen en/of te komen tot samenwerking en hierbij de problemen van algemeen maatschappelijk welzijn te benaderen vanuit een breed atypisch draagvlak; een ondersteunende functie door het stimuleren van welzijnsinitiatieven om te voldoen aan noden, behoeften en problemen inzake welzijn in de gemeente; het nemen van initiatieven ter bevordering van het algemeen welzijn en het functioneren van welzijnsvoorzieningen. Hoofdstuk II: samenstelling van de algemene vergadering Artikel 4 Om de doelstellingen te bereiken, kunnen alle publieke, semipublieke en private welzijnsorganisaties en diensten, actief op het grondgebied Tielt en actief in de welzijnssector opgenomen worden in de algemene vergadering van de lokale welzijnsraad. Het lidmaatschap wordt ingevuld door één effectieve en één plaatsvervangende vertegenwoordiger namens de organisatie voor te dragen. Onder private welzijnsorganisaties wordt verstaan vrijwilligersorganisaties die op het sociale vlak actief zijn en welzijnsorganisaties met beroepskrachten en/of met deskundigen betreffende welzijnsmateries. Zij vormen met uitzondering van lokale instellingen en diensten die rechtstreeks onder het beheer vallen van het lokaal bestuur samen de

7 stemgerechtigde leden van de algemene vergadering van de lokale welzijnsraad. Met uitzondering van het eerste werkjaar moeten deze organisaties zich jaarlijks opgeven vóór 31 januari. De kandidaturen ingediend in de loop van het jaar worden op de eerstvolgende vergadering van de algemene vergadering voor aanvaarding voorgelegd. Nadere regels omtrent de modaliteiten van toetreding kunnen worden vastgelegd in een huishoudelijk reglement. 7 Daarnaast telt de algemene vergadering van de lokale welzijnsraad volgende niet-stemgerechtigde leden: de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn of een door hem aan te duiden afgevaardigde; de schepen van lokaal sociaal beleid of een door hem aan te duiden afgevaardigde ; de andere leden van de gemengde stuurgroep lokaal sociaal beleid; het diensthoofd van de sociale dienst van het OCMW of een op voorstel van de OCMW-secretaris door de raad voor maatschappelijk welzijn aangeduide medewerker van de sociale dienst, die fungeert als secretaris en instaat voor de administratieve ondersteuning en de opmaak van de notulen; een op voorstel van de stadssecretaris door het college van burgemeester en schepenen aangeduide medewerker van het stadsbestuur. de verantwoordelijke of zijn plaatsvervanger van de lokale instellingen en diensten die rechtstreeks onder het beheer vallen van het lokaal bestuur.

8 Deze voordrachten worden enkel hernieuwd na ontslag van het betreffende lid uit de vergadering of binnen de zes maanden na de volledige hernieuwing van de gemeenteraad of de raad voor maatschappelijk welzijn. 8 Artikel 5 De lokale welzijnsraad beraadslaagt op eigen initiatief of op aanvraag van het schepencollege, de gemeenteraad, het vast bureau of de raad voor maatschappelijk welzijn. Artikel 6 De lokale welzijnsraad kan deskundigen ad hoc uitnodigen met raadgevende stem. Artikel 7 De algemene vergadering vergadert minstens twee maal per jaar. Artikel 8 Leden van het college van burgemeester en schepenen, gemeenteraadsleden en leden van de raad voor maatschappelijk welzijn die hun mandaat in Tielt uitoefenen, hebben geen stemrecht, ook niet wanneer zij een organisatie zoals bedoeld in artikel 4, eerste lid vertegenwoordigen. Een effectief lid kan slechts één dienst of organisatie vertegenwoordigen. Enkel wie op de vergadering aanwezig is, kan stemmen. Er wordt niet met volmacht gewerkt. Artikel 9 Ten hoogste twee derde van de leden van de hierboven vermelde algemene vergadering is van hetzelfde geslacht. Artikel 10 De leden kunnen deelnemen aan de verschillende werkgroepen.

9 Hoofdstuk III: raad van bestuur Artikel 11 9 De algemene vergadering kiest de leden van de raad van bestuur onder zijn stemgerechtigde leden uit de voorgedragen kandidaten. De raad van bestuur mag niet minder dan 5 en niet meer dan 15 stemgerechtigde leden bedragen. Zij oefenen hun mandaat uit voor een periode van 3 jaar. Zij zijn onbeperkt herkiesbaar. Naast deze leden maken volgende leden ambtshalve deel uit van de raad van bestuur met raadgevende stem: de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn of een door hem aan te duiden afgevaardigde; de schepen van lokaal sociaal beleid of een door hem aan te duiden afgevaardigde ; het diensthoofd van de sociale dienst van het OCMW of een op voorstel van de OCMW-secretaris door de raad voor maatschappelijk welzijn aangeduide medewerker van de sociale dienst die fungeert als secretaris en instaat voor de administratieve ondersteuning en de opmaak van de notulen; twee leden van de gemengde stuurgroep lokaal sociaal beleid waarvan er minstens één behoort tot een politieke fractie in oppositie. De raad van bestuur zorgt voor het voorbereidende werk, de dossieropvolging, de coördinatie en de communicatie tussen betrokken partijen. Zij bepaalt de te behandelen thema s zoals bepaald in artikel 3 en 5 en richt in functie hiervan de werkgroepen op. De raad van bestuur dient in elke werkgroep vertegenwoordigd te zijn door minstens 1 afgevaardigde.

10 Artikel 12 De raad van bestuur kiest onder zijn stemgerechtigde leden, bedoeld in artikel 11 een voorzitter en een ondervoorzitter. Zij verzorgen het voorzitterschap van de algemene vergadering en van de vergaderingen van de raad van bestuur. 10 Hoofdstuk IV: de werkgroepen Artikel 13 De werkgroepen werken de opdrachten uit zoals bepaald in artikel 11 en geven verslag aan de raad van bestuur. De leden van de werkgroepen dienen, met uitzondering van hetgeen bepaald is in artikel 11, laatste lid geen deel uit te maken van de algemene vergadering en/of de raad van bestuur. Werkgroepen of clusters kunnen ondermeer worden opgericht met betrekking tot volgende domeinen: Wonen en begeleiding Arbeid en begeleiding Gezinsondersteuning Vrije tijd en ondersteuning Inclusie en vorming Gezondheidszorg Hoofdstuk V: algemene inspraakwaarborgen Artikel 14 Het stadsbestuur en het OCMW waarborgen een recht op informatie aan de lokale welzijnsraad en streven naar een goede onderlinge informatieuitwisseling. Om dit te garanderen engageert het OCMW zich minstens bij iedere vergadering van de raad van bestuur of de algemene vergadering de aanwezigheid te waarborgen van het diensthoofd van de sociale dienst of zijn door de raad voor maatschappelijk welzijn aangeduide vervanger. De door het OCMW aangeduide medewerker staat in voor het secretariaat. Het OCMW

11 bevordert eveneens de aanwezigheid van minstens één van haar medewerkers in de werkgroepen. Deze medewerker neemt het secretariaat waar van de werkgroep. 11 Het diensthoofd van de sociale dienst van het OCMW of zijn door de raad voor maatschappelijk welzijn aangeduide vervanger zorgt voor de communicatie tussen de lokale welzijnsraad en het OCMW. De medewerker verbonden aan het stadsbestuur staat in voor deze relatie met het stadsbestuur. Artikel 15 Het college van burgemeester en schepenen en de beraadslagende organen van het OCMW verbinden er zich daarnaast toe om op eigen initiatief informatie door te geven bij de voorbereiding van belangrijke beleidsbeslissingen m.b.t. het welzijnsbeleid. Artikel 16 De lokale welzijnsraad heeft ook het recht om op eigen initiatief, dus zonder dat het lokaal bestuur erom verzoekt, adviezen uit te brengen aan het stadsbestuur en het OCMW. De informatie, nodig voor de formulering van de adviezen, zal op zijn verzoek ter beschikking worden gesteld. Artikel 17 De adviezen moeten ook de minderheidsstandpunten van de stemgerechtigde leden weergeven en worden gericht aan het college van burgemeester en schepenen en aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn. De verslagen en einddocumenten van de lokale welzijnsraad worden overeenkomstig art. 200, 4 van het gemeentedecreet meegedeeld aan de gemeenteraad. Tevens worden zij ter kennis gebracht van de raad voor maatschappelijk welzijn.

12 Hoofdstuk VI: werking Artikel Het stadsbestuur en het OCMW stellen alle adviesvragen schriftelijk aan de voorzitter van de lokale welzijnsraad. Naast opgave van de concrete vraag worden de wettelijke en financiële randvoorwaarden opgegeven waarmee rekening moet gehouden worden. Artikel 19 De lokale welzijnsraad brengt de adviezen schriftelijk uit aan het college van burgemeester en schepenen en aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn. Er wordt melding gemaakt hoe het advies tot stand kwam en op welke wijze de betrokkenen werden geraadpleegd. Het standpunt van de lokale welzijnsraad wordt ondubbelzinnig weergegeven. Artikel 20 Indien er voor een betreffende materie een aparte erkende adviesraad of andere overlegstructuur actief is, zal hiermee voorafgaandelijk overleg worden gepleegd. Artikel 21 Het college van burgemeester en schepenen, het vast bureau of de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn zullen telkens voor de materies waarvoor zij respectievelijk bevoegd zijn schriftelijk aan de voorzitter van de lokale welzijnsraad laten weten in welke mate met het advies rekening werd gehouden en de motieven kenbaar maken waarom al dan niet op een advies werd ingegaan. Artikel 22 De lokale welzijnsraad is ertoe gehouden aan het college van burgemeester en schepenen en aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn:

13 ten minste 8 dagen vooraf uitnodigingen en agenda's toe te sturen van zijn vergaderingen; 13 minstens jaarlijks verslag uit te brengen van zijn werking. Artikel 23 Het stadsbestuur en het OCMW verbinden zich ertoe de agenda's van de raadszittingen, samen met een bondige toelichting bij de te behandelen punten, aan de voorzitter van de lokale welzijnsraad toe te sturen op hetzelfde moment als de uitnodiging aan de raadsleden. Artikel 24 Alle werkingskosten en administratieve kosten zijn ten laste van het OCMW. Hiervoor zal de raad voor maatschappelijk welzijn jaarlijks in haar budget een specifiek bedrag inschrijven voor de werking van de lokale welzijnsraad. Artikel 25 Huidige statuten worden respectievelijk ter goedkeuring voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn en de gemeenteraad. Ze worden van kracht vanaf de dag van goedkeuring door de gemeenteraad.