ANTIBIOTICABELEID Empirische behandelingsschema s
|
|
- Maria Verlinden
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 INFOBROCHURE ANTIBIOTICABELEID Empirische behandelingsschema s Mensen zorgen voor mensen
2 2 Empirische behandelingsschema s antibiotica samengesteld op basis van The Sanford Guide To Antimicrobial Therapy Antibiotica 2009 van de UZ Leuven Empirische behandelingsschema s HH Roeselare IDAB guidelines 2002, 2003, 2004 Nelson s Pediatric Antimicrobial Therapy
3 Inhoud 3 Woord vooraf... 5 Afkortingen... 6 Algemene principes... 7 IV -> PO switch Sepsis (Broncho)pneumonie Urineweginfecties Weke weefselinfecties Meningitis Abdominale infecties Gynaecologische infecties ORL infecties Orthopedie: prothese-infecties Oncologische patiënt Antibioticaprofylaxe in de chirurgie Chirurgie: richtlijnen per discipline Antifungale middelen Antivirale middelen Reserveantibiotica in empirisch gebruik Lijst en kostprijs van producten... 40
4 4 De leden van het ABTBG Dr. Kristof Bafort, Voorzitter Apr. Rita Kwanten, Secretaris Dr. Kurt Vandeurzen Dr. Jan Matheï Apr. Patrick Peeters Dr. Dirk Van Lier Dr. Helma Lammers Dr. Griet Vander Velpen Mevrouw Chris Swaelen Vroegere leden Dr. Louis Ide Dr Otto Soepenberg Dr. Jean Meekers Editie 2010
5 Woord vooraf 5 Dit is de eerste editie van het boekje Empirische behandelingsschema s antibiotica in het Mariaziekenhuis. Het is de vrucht van intensief samenwerken tussen alle artsen, ook met de collega s van het Revalidatie en MS centrum. De fundamenten kwamen tot stand dankzij de leden van de antibioticatherapiebeleidsgroep (ABTBG) die te rade gingen bij The Sanford Guide To Antimicrobial Therapy, Antibioticagids van de UZ Leuven, Nelson s Pediatric Antimicrobial Therapy, de IDAB guidelines, SWAB en Uptodate. Eens de fundamenten waren uitgetekend, werden alle diensten betrokken in dit schema. Het schema is in overleg tot stand gekomen en zal daardoor hopelijk veel gebruikt worden. Het zal mogelijks leiden tot minder antibioticaresistentie in het Mariaziekenhuis, waardoor er meer succes zal zijn bij de behandeling. Een goed antibioticabeleid is niet de enige voorwaarde tot slagen. Relevante medische microbiologie en ziekenhuishygiëne zijn ook noodzakelijke voorwaarden tot slagen. Het antibioticacomité van het Mariaziekenhuis en het Revalidatie en MS centrum hoopt dat dit boekje bruikbaar is voor haar specialisten en inviteert hen om al hun commentaren en suggesties door te geven voor een continue verbetering van de kwaliteit van ons antibioticabeleid. Tot slot wensen wij enerzijds de vorige voorzitter, dr. Louis Ide, die de aanzet gaf voor dit boekje, en anderzijds de secretaris van het ABTBG, Rita Kwanten, te bedanken voor hun inzet. Dr. Kristof Bafort, voorzitter
6 Lijst van de meest gebruikte afkortingen 6 ABTBG: AntiBioticaTherapieBeleidsGroep CDAD Clostridium Difficile Associated Diarrheae MRSA Methicilline Resistente Staphylococcus Aureus IM Intramusculair IV Intraveneus PO Per Os spp. species ESBL Extended Spectrum Beta Lactamase PID Pelvic Inflammatory Disease PCR Polymerase Chain Reaction
7 7 Algemene principes Empirisch = op proefondervindelijke ervaring gebaseerd. Door de oprichting van antibioticacommissies en comités ziekenhuishygiëne, met uitgeschreven uniforme procedures, proberen we het voorkomen en het verspreiden van multiresistente kiemen te beperken en dit op een gestandaardiseerde methode. Ziekenhuishygiëne wil en de verspreiding van deze kiemen tegengaan in de ziekenhuispopulatie en daarbuiten. Zo probeert men te voorkomen dat (toekomstige) patiënten gekoloniseerd of geïnfecteerd worden met moeilijker te behandelen kiemen. Een gericht antibioticabeleid kan de druk op de normale niet pathogene flora verminderen zodat multiresistente kiemen niet kunnen overgroeien. Beide zijn dus volledig complementair. In onze schema's gaan we ervan uit dat men, bij de start van een anti-infectieuze empirische therapie, vaak nog niet met zekerheid weet of het inderdaad om een infectie gaat, of die van bacteriële oorsprong is en waar de focus ligt. Toch wordt er in onze empirische therapie een onderverdeling gemaakt in klinische entiteiten of orgaansystemen. Stop het empirisch schema van zodra focus en/of kiem bekend zijn Small is beautiful Van zodra iets meer over de infectie geweten is - en dat kan de focus zijn of een microbiologische documentatie - kunnen we meestal overschakelen op een meer gerichte therapie, die bovendien veelal een monotherapie zal zijn. Smalspectrummonotherapie is gebruiksvriendelijker en is ecologisch vriendelijker ten opzichte van de normale flora die ons koloniseert en beschermt. Breedspectrum starten en aanhouden betekent een grote kans op overgroei door gisten, gevaar voor clostridium difficile geassocieerde diarree (CDAD) en op kolonisatie en invasie door de ziekenhuis-kiemen zoals MRSA en multiresistente gramnegatieven. Ook een initieel gestart aminoglycoside (daling bacteriële lading) kan vrij snel afgebouwd worden zodra de meest acute fase voorbij is.
8 8 Nieuw en duurder zijn geen synoniemen voor beter De recentere en duurdere geneesmiddelen zijn niet noodzakelijk beter dan de oude: een methicilline gevoelige stafylokok beantwoordt beter en met minder kans op recidieven aan een antistafylokokkenpenicilline (flucloxacilline) dan aan vancomycine. Restrictie van ons antibioticagebruik Reserveantibiotica houden wij in reserve; zoniet krijgen wij gegarandeerd problemen: ceftazidime dient ter behandeling van Pseudomonas infecties; vancomycine dient om ernstige MRSA-infecties en betalactamresistente enterokokken aan te pakken; meropenem dient ter behandeling van zware menginfecties, vanuit de darm (kak in de buik). Man scheiβt nur einmal im Bauch. Chirurgische profylaxe: kort en eenvoudig Een infectie die volgt op een chirurgische profylaxe is niet meer te behandelen met het profylacticum. Thou shall not use quinolones in vain De quinolones (ofloxacine, levofloxacine en moxifloxacine) zijn zeer breedspectrum, maar zij vernietigen ook de beschermende normale flora. De oorsprong van de MRSA-epidemie werd mede veroorzaakt door het overvloedig gebruik van quinolones omdat, in 70% van de gevallen, de resistentie voor methicilline gebonden was aan die van quinolones. Quinolones selecteren als het ware de MRSA uit. Voor banale urineweginfecties kan men evengoed de urinaire antiseptica: fosfomycine of nitrofurantoine gebruiken! Infectiebeleid = overleg En dan zijn er de zovele gevallen die niet passen in een empirisch schema en waarvoor de kennis van de onderliggende pathologie, van de mogelijke verwekkers, van hun gevoeligheid binnen ons ziekenhuis en van de farmacokinetische eigenschappen van de mogelijke preparaten onontbeerlijk is voor een optimale therapie. Multidisciplinaire aanpak is ook hier de boodschap.
9 9 Spaar de antifungische middelen Antifungische preparaten en antivirale middelen worden in deze eerste editie summier besproken. Vaak vinden we overgroei door gisten bij patiënten behandeld met een breedspectrumantibioticum. Hun pathogeniciteit bij patienten met een normaal aantal neutrofielen is echter laag. IV breed IV smal PO smal of IM 1x/24h There are many winning teams De drie stappen in een verstandige antibioticatherapie zien er ongeveer zo uit: de eerste dagen een brede dekking, als de verwekker en/of focus ongekend zijn; meestal geeft men breedspectrum of een combinatietherapie van een β-lactamantibioticum met een aminoglycoside. Daaropvolgend kan men bij positieve evolutie vlug vereenvoudigen: smalspectrum monotherapie of een antibioticum van de combinatie stoppen. Standaard wordt na 2 dagen uitgekeken voor de IV naar PO switch voor producten met betrouwbare farmacokinetiek (als de patiënt kan eten, kan hij ook pillen slikken) of naar een parenteraal product (eventueel IM te geven) met een lang halfleven dat maar één keer per 24 uur dient toegediend te worden. Bepaling van spiegels en aanpassingen van de dosering bij Amikacine en Vancomycine Amikacine Dalspiegel: vlak voor een nieuwe gift. Topspiegel: 1 uur na de start van een gift toegediend over 30 minuten. Interpretatie (algemeen): Topspiegel > 30, maximaal 50 mg/l, mits de dalspiegel < 4 mg/l. Deze richtlijn gaat uit van behandeling met een startdosering afhankelijk van de nierfunctie: -normale nierfunctie (> 80 ml/min): 1 dd 15 mg/kg -matig gestoorde nierfunctie (50-80 ml/min): 1 dd 12 mg/kg -ernstig gestoorde nierfunctie (10-50 ml/min): 1 dd 8 mg/kg -terminale nierfunctie (<10 ml/min): 1 dd 8 mg/kg -hemodialyse patiënt: 8 mg/kg na elke dialyse
10 10 Voor de controle van bloedspiegels geldt de volgende indeling: 1. Therapie korter dan 3 dagen en een normale nierfunctie : geen spiegelcontrole 2. Therapie langer dan 3 dagen en een normale nierfunctie (> 80 ml/min): alleen een dalspiegel laten bepalen uiterlijk vóór de vierde gift. Vervolgens 2x per week een dalspiegel laten bepalen zolang de therapie in dezelfde dosering en bij ongewijzigde nierfunctie wordt voortgezet. Na iedere aanpassing van de dosering zowel een topspiegel als een dalspiegel laten bepalen na de eerstvolgende gewijzigde gift. Interventies: - dalspiegel > 5 mg/l: dosering halveren vanaf de volgende gift en aansluitend top- en dalspiegel laten bepalen. Vervolgens dosis optimaliseren. - dalspiegel < 5 mg/l: dosering handhaven en dalspiegel herhalen na 3 dagen. 3. Therapie bij gestoorde nierfunctie (kreatinineklaring < 80 ml/min) of tijdens continue niervervangende therapie: zowel een topspiegel als een dalspiegel laten bepalen aansluitend op de eerste gift. 4. Hemodialyse of hemodiafiltratie: de spiegel vlak vóór dialyse afnemen en bij interpretatie rekening houden met concentratiedaling door dialyse. Korte achtergrond: de hoogte van de topspiegels van amikacine zijn gerelateerd aan het antimicrobiële effect, de dalspiegel is een indicatie voor de kans op (nefro)toxiciteit. Tijdens kortdurende therapie met amikacine bij patiënten met een normale nierfunctie, wordt zelden aminoglycoside gerelateerde nefrotoxiciteit waargenomen en is de bepaling van dalspiegels dus van beperkte waarde. Daarnaast wordt bij deze patiënten met een dosering van 1dd 15 mg/kg vrijwel altijd een voldoende therapeutisch effect bereikt met een verwaarloosbare kans op toxiciteit. Bepaling van topspiegels is daarom alleen zinvol om aanvullende informatie over de individuele farmacokinetiek te verkrijgen. Vancomycine Dalspiegel: vlak voor een nieuwe gift. Topspiegel: 1 uur na het einde van de toedieningsduur (de toedieningsduur is afhankelijk van de dosis). Interpretatie: - dalspiegel: 8 15 mg/l; - dialysepatiënten: dalspiegel minimaal 12 mg/l.
11 Deze richtlijn gaat uit van behandeling met een startdosering afhankelijk van de nierfunctie: Volwassenen: -normale nierfunctie (> 80 ml/min): 2 dd 1 g -matig gestoorde nierfunctie (50-80 ml/min): 1-2 dd 1 g -ernstig gestoorde nierfunctie (10-50 ml/min): eerste gift 1 g, daarna onder geleide van spiegel(s). -terminale nierfunctie (< 10 ml/min): 1e gift 1 g, daarna onder geleide van spiegel(s). -hemodialyse: 500 mg na elke hemodialyse (onderhoud) -hemodiafiltratie: 2x per week 1 g (bij gewicht >50 kg) Voor de controle van bloedspiegels geldt de volgende indeling: 1. Therapie korter dan 3 dagen en een normale nierfunctie: geen spiegelcontrole. 2. Therapie langer dan 3 dagen en een normale nierfunctie (> 80 ml/min): Alleen een dalspiegel laten bepalen 48 uur na de start. Vervolgens 1x per week een dalspiegel laten bepalen bij gelijkblijvende nierfunctie en zolang de therapie in dezelfde dosering wordt voortgezet. Interventies: - dalspiegel > 15 mg/l: keerdosis handhaven, frequentie halveren. - dalspiegel 8-15 mg/l: dosering handhaven en dalspiegel herhalen na 1 week. - dalspiegel < 8 mg/l: dagdosis met 50% verhogen en dalspiegel herhalen na 3 dagen 3. Therapie bij gestoorde nierfunctie (kreatinineklaring < 80 ml/min) of tijdens continue niervervangende therapie: Een dalspiegel laten bepalen na de eerste gift. 11
12 IV -> PO switch Wanneer switchen naar oraal? 12 Patiënt moet hemodynamisch stabiel zijn. Ook moeten de tekenen en verschijnselen van de infectie aan het verbeteren zijn en de temperatuur en een eventuele leukocytose moeten een duidelijke tendens tot normaliseren vertonen. Met het orale regime moeten ter plekke van de infectie voldoende hoge spiegels bereikt worden. Dit betekent dat orale therapie meestal onmogelijk is in geval van: - meningitis, intracraniële abcessen - endocarditis - ernstige weke-delen infecties, zoals bijv. Streptococcus pyogenes infecties - mediastinitis - infecties van/met kunstmateriaal, o.a. lijnsepsis - S. aureus bacteriëmie - Pseudomonas sepsis (in overleg) - Legionella pneumonie - cystic fibrosis - ongedraineerde abcessen en empyeem - bij diepe neutropenie (granulocyten < 500 mm3) verdient intraveneuze therapie de voorkeur. Bij leverabcessen, gedraineerde empyemen, osteomyelitis en artritis kan evt. in overleg na twee weken worden overgegaan op orale medicatie. Patiënt moet in staat zijn medicatie in te nemen, en er mogen geen aanwijzingen zijn voor malabsorptie. - Bij gebruik van Ca of Mg bevattende antacida of sucralfaat, moet bedacht worden dat dit de opname van ciprofloxacine en clindamycine verstoort. - Het gebruik van hoge dosering of sterk werkzame opiaten kan de opname van antibiotica vertragen. Met inachtneming van bovengenoemde is een switch meestal verantwoord na twee tot drie dagen intraveneuze therapie.
13 13 Welke antibiotica Levofloxacine Moxifloxacine Clarithromycine Clindamycine Linezolid Sulfamethoxazol/Trimethroprim Metronidazol Ornidazol Fluconazol Peni-allergie 1. Uitgestelde reactie zonder aanwijzing voor directe [IgE gemedieerde] reactie en geen Stevens-Johnson-syndroom of exfoliatieve dermatitis: Gebruik niet toegestaan: alle breed-en smalspectrum penicillines en hun combinatiepreparaten (o.a. penicilline G, amoxicilline, amoxicilline/clavulaanzuur, flucloxacilline, piperacilline/tazobactam) en de carbapenems ( imipenem, meropenem). Gebruik toegestaan: in overleg: de cefalosporinen (o.a. cefuroxim, ceftriaxon, ceftazidim, cefazolin (1ste generatie cefalosporinen geeft vaker kruisovergevoeligheid), aztreonam en niet ß-lactam antibiotica. 2. Aanwijzingen voor directe of versnelde reactie: Gebruik niet toegestaan: alle β-lactam antibiotica: dit zijn alle penicillinen, cefalosporinen, carbapenems (imipenem, meropenem), behalve aztreonam. NB. bij dwingende reden tot gebruik β-lactam antibiotica: overleg ivm desensitizatie. Gebruik toegestaan: niet- ß-lactam antibiotica, aztreonam (in overleg!). 3. Doorgemaakte Stevens-Johnson-syndroom of exfoliatieve dermatitis: Gebruik niet toegestaan: alle β-lactam antibiotica inclusief aztreonam, sulfonamiden. Gebruik toegestaan: alleen niet-β-lactam antibiotica.
14 14 Sepsis Van ongekende oorzaak, zonder duidelijke primaire aard Amoxicilline/ clavulaanzuur is een product voor spoedgevallen en kan snel vervangen worden door een meer gerichte therapie => thuis opgelopen: EERST en VOORAL : culturen afnemen! amoxicilline/clavulaanzuur 6 x 1 g/d IV + amikacine 25 mg/kg gedurende 3 dagen 1 dd IV. Amoxicilline/clavulaanzuur heeft een kort halfleven, opletten wel met leverlijders. opmerkingen: te verwachten pathogenen: vooral Escherichia coli maar ook Streptococcus pneumoniae, Staphylococcus aureus. Aminoglycosiden worden best kortstondig gebruikt, maximum drie dagen tenzij in specifieke gevallen. Nadien bloedspiegels. cfr p8 Ceftriaxone en amikacine alleen gebruiken bij de patiënt met ernstige infectie die al een tijd gehospitaliseerd is => in het ziekenhuis opgelopen: (begin infectie 48 uur na opname) met aanwezigheid van koorts en positieve hemocultuur. Een belangrijk deel van onze ziekenhuisgebonden sepsisgevallen hebben hun oorsprong in een intraveneuze katheter. Overweeg het verwijderen van de katheter. Correct aanbrengen en verzorgen van intravasculaire katheters is een prioriteit voor het voorkomen van nosocomiale sepsis. ceftriaxone 1 x 2 g/d tot maximaal 2 x 2 g/d IV (cave sludge galblaas) + amikacine 25 mg/kg/dag éénmalig IV op intensieve zorgen en in geval van recente instrumentele manipulatie: piperacilline/ tazobactam 4 x 4 g/d IV + amikacine in geval van gedocumenteerde Pseudomonas aeruginosa: ceftazidime 3 x 2 g/d IV (of 4 g/d in continu infuus, na bolus 2 gram) + amikacine 15 tot 25 mg/ kg/d IV gedocumenteerde MRSA sepsis: vancomycine 2 x 1 g/d IV.
15 15 Opmerkingen: 1. Te verwachten pathogenen: gramnegatieven (Enterobacter, Pseudomonas, Citrobacter, Serratia, Klebsiella), MRSA. 2. Ook hier gelden dezelfde regels als voor de thuis opgelopen sepsis naar monitoring toe van aminoglycosiden en overschakeling naar smalspectrumantibiotica bij een gekende verwekker g ceftriaxone kan ook intramusculair toegediend worden; intraveneuze toediening verdient uiteraard de voorkeur in de acute fase. 4. Neutropene patiënt: zie oncologische patiënt. Bronchopneumonie => Thuis opgelopen: CAP I, II : ambulante behandeling CAP III: voorkeur: 4 x 1 g (6x1 g kan overwogen worden) amoxicilline/clavulaanzuur IV of cefuroxime 3 x 1,5 g IV Penicilline is nog bruikbaar bij pneumokokkenpneumonie In geval van lobaire pneumonie en massief grampositieve diplokokken in het sputum: penicilline G 6 x 2 MIU/d IV (ook bij minder gevoelige pneumokokken), maximale dosis 6 x 4 MIU/d IV. In geval van primaire atypische pneumonie of suggestieve Mycoplasma of Chlamydia serologie: clarithromycine 2 X 500 mg/d IV of PO In geval van purulente opstoot bij een COPD patiënt zonder duidelijke bronchopneumonie, is en blijft cotrimoxazole 2 x 1 tablet "forte" /d PO (160/800) een geschikte behandeling (of 2 X 2 amp 80/400 IV).
16 16 Boven de 60 jaar of bij risicopatiënten: vaccineer om de 5 jaar tegen pneumokokken! Opmerkingen: 1. Te verwachten pathogenen: de pneumokok (Streptococcus pneumoniae) is en blijft de belangrijkste pathogeen en moet zeker gedekt worden in een empirisch schema. Andere pathogenen zijn Haemophilus influenzae, Moraxella catarrhalis (is weinig invasief en enkel belangrijk bij onderliggend lijden), Mycoplasma pneumoniae, Chlamydia psittaci, Chlamydia pneumoniae, Klebsiella pneumoniae en Staphylococcus aureus (beide laatste bij onderliggende aandoeningen: COPD, alcoholisme, voorafgaande influenza-episode). Legionella blijft een rariteit. 2. slikpneumonieën (neuropatiënten) kunnen behandeld worden met clindamycine 3 x 600 mg/d IV 3. vaccinatie tegen pneumokokken en influenza blijft een belangrijke preventiemaatregel 4. Moxifloxacin wordt in België geprofileerd bij ßlactamovergevoeligheid, intolerantie, falen of bij mogelijkheid tot per orale therapie. CAP IV Clarithromycine 2 x 500 mg IV per dag + ceftriaxone 1x 2 g IV per dag => In het ziekenhuis opgelopen: Ceftriaxone 1(à 2) x 2 g/d IV, de eerste dagen eventueel gecombineerd met amikacine 15 mg/kg/d - 25 mg/kg/d in één dosis per dag) Ciprofloxacine 2 x 400 mg IV per dag bij pleura aantasting of slechtere nierfunctie in plaats van amikacine. Opmerkingen: Te verwachten pathogenen: enterobacteriaceae (Enterobacter spp., Serratia spp., Citrobacter spp., Escherichia coli, Proteus spp.) naast Pseudomonas spp., Staphylococcus aureus, enz.
17 17 1. Bij een gedocumenteerde of vermoede infectie (risicodiensten) door Pseudomonas spp. wordt gebruik gemaakt van de combinatie ceftazidime 3 x 2 g/d IV (of 4g/d in continu infuus) + amikacine mg/kg/d IV. 2. Op diensten van intensieve zorgen of bij een ernstig verloop, wordt met het oog op snelle verspreiding van kiemen resistent tegen de derde generatie cefalosporinen en daarmee samengaand tegen een hele reeks andere antibiotica, en met inachtneming van het gevaar voor een infectie door Pseudomonas aeruginosa, de combinatie gebruikt van piperacilline/ tazobactam 4 x 4 g/d IV + amikacine 15 à 25 mg/kg/d IV onder drugmonitoring. 3. Gedocumenteerde MRSA infectie wordt behandeld met vancomycine 2 x 1 g/d IV onder drugmonitoring. 4. Slikpneumonie, in het ziekenhuis opgelopen: ceftriaxone 1(à 2) x 2 g/d IV + clindamycine 3 x 600 mg/ d IV (tweede keuze: clindamycine + quinolone). Urineweginfecties Norfloxacine is OK voor een gewone cystitis; de andere quinolones dienen voor de gecompliceerde urineweginfecties Antibiotica + verblijfsonde= resistentie Cystitis: ongecompliceerde cystitis: norfloxacine 2 x 400 mg/d PO gedurende 3 dagen. Of fosfomycine 3 g éénmalig. minuutbehandeling met cotrimoxazole 2 tabletten "forte" in één keer voor de ambulante patiënt mogelijk. opmerkingen: 1. behandeling van een cystitis of bacteriurie bij iemand met een verblijfsonde lukt niet wegens de aanwezigheid van een onaantastbare film van bacteriën op buiten- en binnenwand van de sonde.
18 18 Afnametechniek en transport van urine zijn cruciaal voor de interpretatie van sediment en kweek 2. Urinestalen afkomstig van iemand met een verbijfsonde worden anders verwerkt en geïnterpreteerd dan gewone geloosde stalen. Afname met spuit en naald via de insteekplaats van de sonde en opsturen in de spuit garandeert én correcte afname én correcte verwerking. Midstreamurine is midstreamurine; ochtendurine is ochtendurine: andere stalen zijn minderwaardig. 3. Asymptomatische bacteriurie wordt alleen behandeld bij zwangerschap en indien persisterend (> 5 dagen) na urologische instrumentatie of na verwijdering van blaassonde. 4. Enterokokken zijn slechts zelden echte verwekkers van urineweginfecties; ze wijzen veeleer op contaminatie door perineale flora, zeker als ze in een mengcultuur geïsoleerd worden. Acute pyelonefritis: Let op voor peesontsteking, ook bij gebruik van levofloxacine! levofloxacine 1 x 500 mg IV + eventueel een aminoglycoside, eventueel gevolgd door een peroraal weefselpenetrerend quinolone indien activiteit tegen de verwekker bewezen is. Duur: minimum 2 weken met nadien controle kweek en sediment. opmerkingen: 1. Als pyelonefritis na instrumentatie optreedt: piperacilline/tazobactam 4 X 4 g/d IV + amikacine 15 mg/kg/d IV (mogelijkheid van Pseudomonas spp. of Acinetobacter spp.). 2. Sinds 1992 zijn de gramnegatieven, verantwoordelijk voor ernstige urineweginfecties (gepaard met sepsis), in toenemende mate resistent aan het worden tegen alle quinolones.
19 19 Prostatitis: Levofloxacine 1x 500 mg/d PO gedurende min. 3 weken. Acute prostatitis: levofloxacine 2 x 500 mg/ d + aminoglycoside. Opmerkingen: Indien gepaard met urethritis of anamnese van verdacht seksueel contact: doxycycline 2 x 100 mg/d PO al of niet samen met levofloxacine. Verdacht voor gonokokken, neem contact met lab voor staalname. In pediatrie: Lage UWI (cystitis): Cotrimoxazole po 8/40mg/kg/dag in 2 giften PO Amoxicilline/clavulaanzuur 50mg/kg/dag in 3x PO Nitrofurantoine PO 6mg/kg/dag in 4x giften moeilijke compliance,in geval van multiresistentie, wel bv als lange termijn profylaxe: 2mg/kg/d PO. Hoge UWI (pyelonefritis): Cefotaxime IV 100mg/kg/dag in 3 giften Ceftriaxone IV 50 à 100mg/kg/dag in 1 gift.
20 Weke weefselinfecties 20 Acute erysipelas, cellulitis, lymfangitis: Demarkeer met alcoholstift het roodheidsfront, laat evolutie controleren! Geef flucloxacilline indien Staphylococcus aureus ook tot de mogelijkheden behoort Behandel steeds minstens voor 10d. Switch IV naar PO bij verbetering symptomen (na 3 d). Behandel tot 3 d na het verdwijnen van de acute inflammatie. Penicilline G 4 à 6 x 2 MU/d IV gedurende de eerste (3) dagen gevolgd door amoxicilline 4 x 500 mg/d PO (IV-PO switch) Onvoldoende respons: penicilline G 4 à 6 x 2 MU/d IV + clindamycine 3 x 600 mg/d IV. Peni-allergie: clindamycine 3 x 600 mg/d IV gevolgd door clindamycine 3 x 600 mg/d PO. CAVE: Clostridium difficile diarree! Opmerkingen: 1. Pathogenen: Streptococcus pyogenes >>> Staphylococcus aureus in geval van cellulitis op een geïnfecteerde katheter of erysipelas uitgaande van een geïnfecteerd ulcus: flucloxacilline 4 à 6 x 1-2 g/d IV initieel en achteraf flucloxacilline PO. Opmerking : MRSA risicopatiënt of positieve screening: vancomycine 2 x 1 g IV Polymicrobiële infectie: Kweek afnemen start piperacilline/tazobactam 4 x 4 g/d + Consult: infectioloog of microbioloog Necrotiserende fasciitis (vleesetende bacterie, toxine producerede Streptococcus pyogenes) of Gasgangreen (Clostridium spp.): Penicilline G 4 à 6 x 8 MU/d IV + clindamycine 3 x 600 mg/d IV + Hoogdringend consult chirurgie!!!
21 21 Chronische erisipelas Consult infectioloog of microbioloog Penicilline G 1.2 MIU IM om de 4 weken Erysipelas van de bovenste ledematen na borstamputatie + immuundepressie : zie oncologische patiënt. Bijtwonde: Vermijd onvolledige tetanusprofylaxe op spoedgevallen Decubituswonden zijn dierentuinen: kweek van deze stalen zijn zelden relevant Na de cultuur: eerst goed reinigen (water en zeep). Amoxicilline/clavulaanzuur 4 x 500 mg/d PO of hogere doses IV, indien ernstige infectie. Opmerkingen: 1. Te verwachten pathogenen: Pasteurella multocida, Pasteurella canis, Staphylococcus aureus, anaëroben. 2. Tetanosvaccinatiestatus nagaan (+ eventueel rabiesprofylaxe). 3. Debridering en irrigatie met waterige povidonejoodoplossing zijn essentiëel. Gesurinfecteerde decubitus: Clindamycine 3 x 600 mg/d IV (+ gentamicine 4,5 tot 7 mg/kg/d indien sepsis) zie ook sepsis. Alleen diepe stalen (chirurgie) geven nuttige informatie bij een malum perforans Diabetesvoet: Clindamycine 3 x 600 mg/d IV of 4 x 300 mg/d PO; alleen indien gehospitaliseerde patiënt: + levofloxacine 1 x 500 mg/d IV of PO. Mastitis: (overwegend Staphylococcus aureus) Tijdens het postpartum: flucloxacilline 3 x 1 g/d PO (of IV).
22 Meningitis 22 Te verwachten pathogenen: 1.bij pasgeborenen: groep B streptokokken (Streptococcus agalactiae), Enterobacteriaceae, Listeria spp.; 2.bij zuigelingen ouder dan één maand en kinderen: Haemophilus influenzae, Streptococcus pneumoniae, Neisseria meningitidis. Zuigelingen jonger dan 7 dagen 1. geboortegewicht < 2 kg amoxicilline: 150 mg/kg/dosis: 2 dd IV cefotaxime: 100 mg/kg/dosis: 1 dd IV 2. geboortegewicht > 2 kg amoxicilline: 150mg/kg/dosis: 3 dd IV cefotaxime: 100 mg/kg/dosis: 2 dd IV Zuigelingen van 7 dagen tot 3 maanden 1. geboortegewicht < 2 kg amoxicilline 150mg/kg/dosis: 3 dd IV cefotaxime: 100mg/kg/dosis: 2 dd IV 2. geboortegewicht > 2 kg amoxicilline: 150mg/kg/dosis: 4 dd IV cefotaxime: 100 mg/kg/dosis: 3 dd IV Tegendindicatie voor ceftriaxone in hoge dosis: cave sludge van de galblaas: ceftriaxone vervangen door cefotaxime Kinderen van 3 maanden tot 12 jaar ceftriaxone: 100 mg/kg/d: 1 dd IV (tenzij tegenindicatie) cefotaxime: 200mg/kg/d: 4 dd x IV (max 6g/d) Kinderen > 12 jaar: zie schema volwassen ceftriaxone: 2 x 2 g /d IV (tenzij tegenindicatie) Bij immuuncompetente volwassenen: Ceftriaxone 2 x 2 g IV/d (tenzij tegenindicatie) Te verwachten pathogenen: Streptococcus pneumoniae, Neisseria meningitidis.
23 Documenteer zo goed mogelijk de verwekker: ook als antibiotica thuis gestart worden iets wat levensreddend kan zijn is er nog altijd de mogelijkheid om naast lumbaal vocht een keelwisser af te nemen 23 Bij de immuungedeprimeerde (hiertoe behoren ook de diabetici en de alcoholici) of de geriatrische patient: Amoxicilline 6 x 2 g/d IV + ceftriaxone 2 x 2 g/d IV Te verwachte pathogenen: Streptococcus pneumoniae, Neisseria meningitidis, Haemophilus influenzae, enterobacteriën (E. coli), Listeria monocytogenes. Abdominale infecties Cholecystitis; cholangitis: Amoxi/clav is voldoende actief tegen anaëroben; combinatie met een Ornidazol of Metronidazol is niet nodig Amoxicilline/clavulaanzuur 6 x 1 g/d IV Opmerkingen: 1. Te verwachten pathogenen: enterobacteriën (vooral Escherichia coli), enterokokken, anaëroben 2. Indien opgetreden na ERCP: piperacilline/ tazobactam 4 x 4 g/d IV 3. Indien tekenen van sepsis: combineren met gentamicine 4,5-7 mg/kg/d IV (Peri)diverticulitis: Amoxicilline/clavulanaat 6 x 1 g/d IV (+ gentamycine eventueel) Peritonitis: Meropenem empirisch alleen bij de levensbedreigende abdominale sepsis Meropenem 3 x 1 à 2 g/d IV (eventueel 2 g om te starten en dan verder 1 g per 8 h in spuitpomp), eventueel ge-combineerd met amikacine 15mg/kg/d 25 mg/kg/d de eerste dagen
24 Clostridium difficile in het ziekenhuis: een samenspel van antibioticagebruik en onvoldoende handhygiëne 24 Diarree post antibiotica met positieve test voor Clostridium difficile toxine: In milde gevallen is een nitroimidazole voldoende (metronidazol 3 x 500 mg/d PO gedurende 10 dagen) In geval van pseudomembraneuze colitis of levensbedreigende complicaties, dient men vancomycine toe per os (wordt niet geresorbeerd!) in een dosis van 4 x 125 (tot 4 x 500) mg PO, 10 dagen. Saccharomyces boulardii (Per-enterol) bestaat niet: het is gewoon Saccharomyces cerevisiae: je kunt er een iatrogene fungemie mee verwekken bij zwakke patiënten. Vergroot de vancomycinedruk niet: laat de vloeibare stoelgang testen op aanwezigheid van toxine van Clostridium difficile. Gynaecologische infecties Endometritis post-partum: De aanpak van gynaecologische infecties wordt sterk bepaald door de epidemiologie van seksueel overdraagbare aandoeningen: deze zijn een zeldzaamheid in onze populatie Amoxicilline/clavulaanzuur 6 x 1 g/d IV als start behandeling, nadien overschakelen naar 4 x 1 per dag. Te verwachten pathogenen: Enterobacteriaceae en anaëroben, groep B streptokokken (Streptococcus agalactiae) en enterokokken. Cervicitis, muco-purulent: Doxycycline 2 x 100 mg/d PO gedurende 10 dagen Bij allergie tov doxycycline, of bij vaststellen van Chlamy-
25 25 pelviperitonitis (PID): Ambulant: amoxicilline/clavulaanzuur 4 X 500 mg/125 mg PO + doxycycline 2 x 100 mg/d PO gedurende 14 dagen. Gehospitaliseerd: amoxicilline/clavulaanzuur 6 x 1 g/d IV (nadien 4 x 1 g/d) + doxycycline 2 x 100 mg/d PO gedurende 4 dagen met daarna nog amoxicilline/ clavulaanzuur 4 X 500- mg/125 mg PO + doxycycline 2 x 100 mg/d PO (totale antibiotherapie: 14 dagen) Amikacine( 1x 1g per dag) wordt toegevoegd, als de toestand van de patiënt niet verbetert. Alternatief: Levofloxacine 1 x 500mg /d IV of 1x 500 mg/d PO + metronidazol 1 x 1.5g/d al dan niet met amikacine (1x1000mg/d IV) Te verwachten pathogenen: Enterobacteriaceae, anaëroben, enterokokken. Chlamydia trachomatis en Neisseria Gonorrhea isoleren wij zeer zelden. Alle seksueel overdraagbare aandoeningen zijn trouwens een zeldzaamheid in de populatie die behandeld wordt in ons ziekenhuis. Chlamydiaserologie is onbetrouwbaar bij het onderzoek naar Chlamydia trachomatis; moleculair biologische technieken (PCR) zijn superieur. Bij iedere sectio: Te verwachten kiemen: gramnegatieven, streptokokken, anaëroben. Profylacticum: cefazoline 2 g IV bij inductie
Antibacteriële therapie: diagnose, behandeling en therapieduur
Antibacteriële therapie: diagnose, behandeling en therapieduur (Bron: Dr. N.C. Hartwig et al, Vademecum Pediatrische Antimicrobiele therapie, 3 e editie, 2005) In deze tabel wordt, uitgaande van een diagnose
Nadere informatieOverzicht Aanlevering. Onbekende Codes
10:51 dinsdag, juli 21, 2015 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar Februari-2015 Aanlever ID 7594 Datum ingelezen 27/05/2015 Aantal patiënten 1208 Aantal isolaten 2056 Aantal isolaten
Nadere informatieOverzicht Aanlevering
02:03 donderdag, december 01, 2016 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar April-2016 Aanlever ID 9348 Datum ingelezen 18/10/2016 Aantal patiënten 1188 Aantal isolaten 2025 Aantal
Nadere informatieHet juiste antibioticum bij meningo-encephalitis. Dr. Danielle Van der beek
Het juiste antibioticum bij meningo-encephalitis Dr. Danielle Van der beek Huisartsensymposium 12 maart 2016 Bacteriële meningitis Empirische therapie Volwassenen > 18 jaar en < 50 jaar Volwassenen > 50
Nadere informatieOverzicht Aanlevering. Onbekende Codes
01:45 maandag, februari 09, 2015 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar September-2014 Aanlever ID 7337 Datum ingelezen 02/02/2015 Aantal patiënten 1158 Aantal isolaten 2002 Aantal
Nadere informatieEmprisch antibioticabeleid kindergeneeskunde Medisch Centrum Alkmaar per leeftijd
Emprisch antibioticabeleid kindergeneeskunde Medisch Centrum Alkmaar per leeftijd Auteurs: Duijvestijn, Brinkhorst, Maingay Okt. 2014 1. kinderen van 0-1 maand (0-28 dagen) 2. kinderen van 1 tot 3 maanden
Nadere informatieResistentieop uwic. Lennie Derde Internist-intensivist UMC Utrecht
Resistentieop uwic Lennie Derde Internist-intensivist UMC Utrecht lderde@umcutrecht.nl @Lennie333 Resistentie in Nederland Indeling van bacteriën G+ G- Coccen Staphylococcen Streptococcen Enterococcen
Nadere informatieOverzicht Aanlevering. Onbekende Codes
01:37 vrijdag, januari 22, 2016 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar April-2015 Aanlever ID 8050 Datum ingelezen 18/11/2015 Aantal patiënten 1120 Aantal isolaten 1889 Aantal isolaten
Nadere informatieOverzicht Aanlevering. Onbekende Codes
01:45 maandag, februari 09, 2015 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar Oktober-2014 Aanlever ID 7338 Datum ingelezen 02/02/2015 Aantal patiënten 1266 Aantal isolaten 2301 Aantal
Nadere informatieOverzicht Aanlevering. Onbekende Codes
04:43 donderdag, oktober 09, 2014 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar Februari-2014 Aanlever ID 6858 Datum ingelezen 11/07/2014 Aantal patiënten 1202 Aantal isolaten 2194 Aantal
Nadere informatieOverzicht Aanlevering. Onbekende Codes
01:40 vrijdag, januari 22, 2016 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar Juni-2015 Aanlever ID 8052 Datum ingelezen 18/11/2015 Aantal patiënten 1037 Aantal isolaten 1786 Aantal isolaten
Nadere informatieOncologie - Nielander
Oncologie - Nielander Is deze patiënt qua infectie 103 1 Low risk 2 - High risk Is deze patiënt qua infectie 1 Low risk 62% 2 - High risk 38% Wat doen we? 99 1 - kweken afwachten, evt. G-CSF 2 - amoxicilline
Nadere informatieSWAB richtlijn Community Acquired Pneumonie (CAP)
SWAB richtlijn Community Acquired Pneumonie (CAP) Concept versie 30 oktober 2018 Auteurs: Dr. C. van Nieuwkoop, internist-infectioloog-acuut geneeskundige Drs. L. el Bouazzoui, longarts Drs. T. Pletting,
Nadere informatieApotheek Ziekenhuis Rijnstate
Aciclovir (1,2,3,4) IV 5-10 mg/kg 3dd IV 5-10 mg/kg IV 5-10 mg/kg IV 2,5-5 mg/kg IV 2,5-5 mg/kg (NB: op dialyse dagen na dialyse (H. Simplex) PO 200 mg 5dd PO 200 mg 5dd PO 200 mg 3-4dd PO 200 mg PO 200
Nadere informatieDoorlooptijden voor ontvangst, verzending en reactie lab per bestand
12:49 donderdag, juli 27, 2017 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar Januari-2017 Aanlever ID 10690 Datum ingelezen 29/06/2017 Aantal patiënten 1156 Aantal isolaten 2026 Aantal
Nadere informatieAntibiotica profylaxis in de orthopedie. Apr. Eva Van de Putte
Apr. Eva Van de Putte 5 10-2013 Casus (2010 ) vanuit ZH - Apotheek Patiënt werd opgenomen op onze dienst orthopedie voor de plaatsing van een nieuwe knieprothese. Patiënt met een gekende penicilline allergie
Nadere informatie7.13. Koorts bij neutropene patiënt
7.13. Koorts bij neutropene patiënt 1. Inleiding Deze richtlijnen zijn bedoeld als hulpmiddel bij het maken van een verantwoorde antibioticumkeuze. De richtlijnen zijn slechts indicatief. Het oordeel van
Nadere informatieProtocol Orthopedische Prothese Infecties UMCG, maart 2008
Woord vooraf Dit afdelingsprotocol is opgesteld door vertegenwoordigers van de afdelingen orthopedie, medische microbiologie en infectiologie. Het is specifiek van toepassing op de patientenpopulatie van
Nadere informatieDoorlooptijden voor ontvangst, verzending en reactie lab per bestand
01:19 vrijdag, maart 23, 2018 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar December-2017 Aanlever ID 11650 Datum ingelezen 15/02/2018 Aantal patiënten 1267 Aantal isolaten 2304 Aantal
Nadere informatie1 1 12E E Escherichia coli Klebsiella pneumoniae
Aanlevering Lab-code ISIS005 Maand September Jaar 2012 Aanlevering-ID 5616 Datum 24-10-2012 Totaal Overzichten #Isolaten ISIS #Isolaten #Patienten ISIS #Patienten 1832 1832 1151 1151 Samenvatting Bijzondere
Nadere informatieDoorlooptijden voor ontvangst, verzending en reactie lab per bestand
01:09 dinsdag, januari 16, 2018 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar September-2017 Aanlever ID 11242 Datum ingelezen 22/11/2017 Aantal patiënten 1266 Aantal isolaten 2092 Aantal
Nadere informatieAntibiotica voor dummies Annemieke Mes-Rijkeboer infectioloog-intensivist
Antibiotica voor dummies Annemieke Mes-Rijkeboer infectioloog-intensivist Doel Basisprincipes antibiotica Generaliserend Geen microbioloog/infectioloog Leuk! Puzzel! Centrale vraag Antibiotica: wat dekt
Nadere informatieEvaluatie van surveillance hemoculturen bij hematologische patiënten onder immunosuppressiva
Evaluatie van surveillance hemoculturen bij hematologische patiënten onder immunosuppressiva An Joosten 30/03/2010 30/03/2010 1 Surveillance hemoculturen Inleiding Bloedstroom infecties (BSI) Predisponerende
Nadere informatieGegeven Onbekende waarde Aantal Soort
Aanlevering Lab-code ISIS005 Maand Augustus Jaar 2013 Aanlevering-ID 6408 Datum 21-11-2013 Onbekende sleutelwaarden Gegeven Onbekende waarde Aantal Soort ORGANISME =aecspp? 1 isolaten ORGANISME =agns?
Nadere informatieHet optimaliseren van het (selectief) rapporteren van antibiotica. Van Aelst Sophie Supervisor: Laffut Wim H.-Hartziekenhuis Lier
Het optimaliseren van het (selectief) rapporteren van antibiotica. Van Aelst Sophie Supervisor: Laffut Wim H.-Hartziekenhuis Lier INLEIDING Waarom? toenemende resistentie verminderde output nieuwe antibiotica
Nadere informatieDoorlooptijden voor ontvangst, verzending en reactie lab per bestand
01:09 dinsdag, januari 16, 2018 1 Overzicht Aanlevering Laboratorium code ISIS005 Maand - Jaar Augustus-2017 Aanlever ID 11241 Datum ingelezen 22/11/2017 Aantal patiënten 1149 Aantal isolaten 1904 Aantal
Nadere informatieDe superbacterie verlaat het ziekenhuis en komt naar u toe Wat gaat u doen? Wat kunt u doen?
De superbacterie verlaat het ziekenhuis en komt naar u toe Wat gaat u doen? Wat kunt u doen? Arend-Jan Meinders, internist-intensivist Resistente ziekenhuisbacteriën MRSA = Resistente S. aureus 30-40%
Nadere informatieANTIBIOTICABELEID 2015-2016. Antibioticabeleidsgroep Coördinatie: Dr. Ommeslag
ANTIBIOTICABELEID 2015-2016 7473 Antibioticabeleidsgroep Coördinatie: Dr. Ommeslag ANTIBIOTICABELEID inhoudstafel 04 Empirische toediening van antibiotica en antimycotica 04 Volwassenen 04 Abdominaal 04
Nadere informatieDiabetische voet (versie )
Diabetische voet (versie 13.05.2015) Geaccordeerd door de Commissie Antimicobiële Middelen (CAM) d.d. 13.05.2015 Inhoud:. Definities. Antibiotische therapie empirisch en bij bekende verwekker bij PEDIS
Nadere informatieEmpirische antibiotica therapie
Empirische antibiotica therapie Daniël C. Knockaert Algemene Inwendige Geneeskunde UZ Gasthuisberg, Leuven November 2013 De prognose van bacteriële infecties De balans: kiem- gastheer- behandelaar kiem:
Nadere informatieWat is empirische therapie? Goede antibiotische therapie: 4 D s. Doel antibiotische behandeling
Wat is empirische therapie? 25 11 2014 Empirische antibioticatherapie dr. Liesbet Henckaerts empirische antibiotische behandeling = antibiotische behandeling die gestart wordt vóór het causale micro-organisme
Nadere informatieEmpirische antibioticatherapie
Wat is empirische therapie? 24 11 2015 Empirische antibioticatherapie dr. Liesbet Henckaerts empirische antibiotische behandeling = antibiotische behandeling die gestart wordt vóór het causale micro-organisme
Nadere informatieGegeven Onbekende waarde Aantal Soort. ORGANISME =U_encspp? 5 isolaten ORGANISME >agps 4 isolaten ORGANISME mycboa 1 isolaten E
Aanlevering Lab-code ISIS005 Maand December Jaar 2013 Aanlevering-ID 6538 Datum 28-01-2014 Onbekende sleutelwaarden Gegeven Onbekende waarde Aantal Soort ORGANISME =U_encspp? 5 isolaten ORGANISME >agps
Nadere informatieDe Rode Knie Infecties in Orthopedie. Dr. A. Schepens Orthopedie Sint-Lucas Gent
De Rode Knie Infecties in Orthopedie Dr. A. Schepens Orthopedie Sint-Lucas Gent Orthopedie AZ Sint-Lucas Telefoon voor huisartsen 09/224 61 01 Take home message 1 Kweekname Punctie Wisser Take home message
Nadere informatieAntibioticaresistentie (ABR)
Antibioticaresistentie (ABR) Wat kan ík daaraan doen? Inspiratiedag 21 maart 2019 Ingeborg Groothuis, antibioticaverpleegkundige UMCU / RZN ABR Eefje Jong, internist-infectioloog Meander MC 21maart 2019
Nadere informatieEmpirische antibacteriële therapie op basis van vermoedelijke diagnose
Empirische antibacteriële therapie op basis van vermoedelijke diagnose (Bron: Dr. N.C. Hartwig et al, Vademecum Pediatrische Antimicrobiele therapie, 3 e editie, 2005) In onderstaande tabel worden, uitgaande
Nadere informatieHANDLEIDING EN INLEIDING
HANDLEIDING EN INLEIDING Handleiding Met betrekking tot het gebruik hebben de samenstellers de volgende filosofie in gedachten: - De antibioticumkeuze, doseringen en doseringsintervallen zijn gericht op
Nadere informatieEmpirische antibiotica therapie
Empirische antibiotica therapie Daniël C. Knockaert Algemene Inwendige Geneeskunde UZ Gasthuisberg, Leuven April 2013 De uitkomst van bacteriële infecties De balans: kiem- gastheer- behandelaar kiem: pneumokokken,
Nadere informatieNecrotiserende fasciitis vs Pyoderma gangrenosum
Necrotiserende fasciitis vs Pyoderma gangrenosum Eric Roovers Ziekenhuishygiënist Wondzorgcoördinator ZNA Middelheim casus Man, 47 jaar AC-luxatie 3de graad => LARS-reconstructie Ingreep op 24/5/2005 Slechte
Nadere informatieGegeven Onbekende waarde Aantal Soort. AFDELING E_EZG3 2 monsters 1 1 10E081574-1.1 1 1 10E082902-1.2 1 1 10E079812-1.2 1 1 10E084583-1.
Aanlevering Lab-code Maand Juli Jaar Aanlevering-D Datum -- Onbekende sleutelwaarden Gegeven Onbekende waarde Aantal oort AFDELNG E_EZG monsters Totaal Overzichten #solaten #solaten #Patienten #Patienten
Nadere informatieBijlage II. Wetenschappelijke conclusies en redenen voor de wijziging van de voorwaarden van de vergunningen voor het in de handel brengen
Bijlage II Wetenschappelijke conclusies en redenen voor de wijziging van de voorwaarden van de vergunningen voor het in de handel brengen 15 Wetenschappelijke conclusies Samenvatting van de wetenschappelijke
Nadere informatieAntibiotica in de huisartsenpraktijk anno 2012 deel 2: RICHTLIJNEN. Heidi Castryck 20/09/2012
Antibiotica in de huisartsenpraktijk anno 2012 deel 2: RICHTLIJNEN Heidi Castryck 20/09/2012 Bronnen 1. Sanford guide to antimicrobial therapy 2010-2011 2. BAPCOC 2008, Belgische gids voor anti-infectieuze
Nadere informatieZorginfecties en antibioticagebruik bij kwetsbare ouderen
Zorginfecties en antibioticagebruik bij kwetsbare ouderen 38ste Wintermeeting Oostende 27 Februari 2015 Latour K, Jans B Rue Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussels Belgium T +32 2 642 57 62 email: katrien.latour@wiv-isp.be
Nadere informatieAntibiotica na een chirurgische ingreep. informatie voor patiënten
Antibiotica na een chirurgische ingreep informatie voor patiënten INLEIDING Het is mogelijk dat u tijdens uw verblijf op de dienst traumatologie antibiotica kreeg toegediend. U zult dit geneesmiddel waarschijnlijk
Nadere informatieDe klinisch apotheker op een chirurgische dienst
De klinisch apotheker op een chirurgische dienst CASUÏSTIEK Apr. Karolien Walgraeve Symposium klinische farmacie 5 oktober 2013 OVERZICHT Casusvoorstelling Farmaceutisch probleem Fluconazole Tigecycline
Nadere informatieVSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties
VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties Doel Het doel van dit protocol is preventie, herkenning, optimalisering van diagnostiek en behandeling van early-onset
Nadere informatieJaarcijfers 2016: Prevalentieonderzoek ziekenhuizen PREZIES versie: april 2017 Documentversie: 2.0
Jaarcijfers 2016: Prevalentieonderzoek ziekenhuizen PREZIES versie: april 2017 Documentversie: 2.0 e Jaarcijfers PO 2016 Versie: 2.0 Pagina 1 van 12 2 Inhoudsopgave Rapportage PREZIES Prevalentiestudie
Nadere informatieJaarcijfers 2016: Prevalentieonderzoek academische ziekenhuizen PREZIES versie: april 2017 Documentversie: 2.0
Jaarcijfers 2016: Prevalentieonderzoek academische ziekenhuizen PREZIES versie: april 2017 Documentversie: 2.0 Academische ziekenhuizen Jaarcijfers PO 2016 Versie: 2.0 Pagina 1 van 12 2 Inhoudsopgave Rapportage
Nadere informatiePreventie van hartklepinfectie
metabole en cardiovasculaire aandoeningen info voor patiënten en behandelende (tand)artsen Preventie van hartklepinfectie Endocarditisprofylaxis UZ Gent, Hartcentrum Info voor de patiënt Wat is endocarditis?
Nadere informatieUrineweginfecties (UWI s): Antibiotica en resistentie bij microorganismen
Urineweginfecties (UWI s): Antibiotica en resistentie bij microorganismen in verpleeghuizen - SNIV 2012 -, De Reehorst, Driebergen Dr. Ine Frénay, arts-microbioloog RLM Dordrecht- Gorinchem 1 Indeling
Nadere informatieAntibiotic Stewardship. Prof. dr. J.M. Prins
Antibiotic Stewardship Prof. dr. J.M. Prins Juni 2012 June 2012 Drie Pijlers Hygiene En Infectiepreven tie Richtlijnen restrictief antibioticabele id Antimicrobial Stewardship 1 1 Restrictief voorschrijfsysteem
Nadere informatieLandelijke Jaarcijfers 2015: Prevalentieonderzoek ziekenhuizen. PREZIES versie: juni 2016 Documentversie: 1.0
Landelijke Jaarcijfers 2015: Prevalentieonderzoek ziekenhuizen PREZIES versie: juni 2016 Documentversie: 1.0 Landelijke Jaarcijfers PO 2015 Versie: 1.0 Pagina 1 van 16 Inhoudsopgave Rapportage PREZIES
Nadere informatieAntibiotic stewardship. Carien Miedema Catharina Ziekenhuis Eindhoven
Antibiotic stewardship Carien Miedema Catharina Ziekenhuis Eindhoven Antibiotic stewardship Gecoordineerde interventies om antimicrobiele therapie te optimaliseren wat betreft het selecteren van antibioticum,
Nadere informatieCarbapenemase producerende enterobacteriaceae (CPE)
Carbapenemase producerende enterobacteriaceae (CPE) informatie voor patiënten WAT IS CPE? CPE staat voor carbapenemase (C) producerende (P) enterobacteriaceae (E). Enterobacteriaceae zijn een grote familie
Nadere informatieWetenschappelijke conclusies
Bijlage II Wetenschappelijke conclusies en redenen voor de wijziging van de samenvatting van de productkenmerken, de etikettering en de bijsluiter, opgesteld door het Europees Geneesmiddelenbureau 7 Wetenschappelijke
Nadere informatieVoorwoord. De redactie, januari 2011
Voorwoord Met genoegen presenteren wij u de 6 e herziene, regionale antibioticawegwijzer van Meander Medisch Centrum en St. Jansdal. Ook deze uitgave zullen we aanbieden op intranet via afdelingen/apotheek/formularia
Nadere informatieSurveillance septicemieën in Belgische ziekenhuizen
Surveillance septicemieën in Belgische ziekenhuizen Jaarrapport 2014 Surveillance gegevens 2000 2014 Minimale ziekenhuis gegevens 2000-2012 OD Volksgezondheid en Surveillance Dienst: Zorginfecties en antimicrobiële
Nadere informatieFrapper fort et frapper vite
Antibacteriële therapie van volwassenen met sepsis Frapper fort et frapper vite Jeroen van der Hilst Internist-infectioloog Frapper fort et frapper vite Paul Ehrlich, address to the 17th International
Nadere informatieInfecties op de ICU. Drs. A.A. Rijkeboer Internist-infectioloog Intensivist i.o. VUMC
Infecties op de ICU Drs. A.A. Rijkeboer Internist-infectioloog Intensivist i.o. VUMC Inhoud ICU geassocieerde infecties Clostridium difficile Lijninfecties Ventilator associated pneumonia (VAP) Clostridium
Nadere informatieAntibioticabeleid kinderen VU medisch centrum
Antibioticabeleid kinderen VU medisch centrum I. Inleiding Voorwoord Voor u ligt de vernieuwde uitgave van het antibioticabeleid kinderen van het VUmc. Dit formularium is bedoeld om snel inzicht te krijgen
Nadere informatieBeestjes in de lucht, sla niet op de vlucht, je lost het op zonder zucht
Beestjes in de lucht, sla niet op de vlucht, je lost het op zonder zucht 06/02/2018 Workshop werkgroep antibiotica Ina Van den Borre - Julie De Keulenaer - Nele Vermeulen Praktisch Deelname aan de poll
Nadere informatie(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar)
Koorts bij kinderen van 0 tot 1 maand (0-28 dagen) (n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Betreft: kinderen (jonger dan 1 maand) met koorts, verdacht van een
Nadere informatieEmpirische antibioticatherapie
dr. Liesbet Henckaerts 22 11 2016 Empirische antibioticatherapie IN THEORIE 1 Wat is empirische therapie? empirische antibiotische behandeling = antibiotische behandeling die gestart wordt vóór het causale
Nadere informatieAanlevering. Jaar 2010 Aanlevering-ID 2404 Datum Totaal Overzichten. #Isolaten ISIS #Isolaten #Patienten ISIS #Patienten
Aanlevering Lab-code 5 Maand Februari Jaar Aanlevering-D Datum 5-- Totaal Overzichten #solaten #solaten #Patienten #Patienten 6 6 6 amenvatting Bijzondere esistenties Antibiotica-pathogeen combinaties
Nadere informatieJaarcijfers 2018: Topklinische ziekenhuizen PREZIES versie: februari 2019 Documentversie: 1.0
Jaarcijfers 2018: e ziekenhuizen PREZIES versie: februari 2019 Documentversie: 1.0 Prevalentie Jaarcijfers PO 2018 Versie: 1.0 Pagina 1 van 15 2 Rapportage PREZIES Prevalentiestudie 2018. Deze rapportage
Nadere informatieRichtlijn: Doelmatig gebruik van antibiotica bij urinaire infecties
Richtlijn: Doelmatig gebruik van antibiotica bij urinaire infecties Cystitis zonder complicaties Gecompliceerde cystitis Acute pyelonefritis Gecompliceerde pyelonefritis Prostatitis 5C-1 Cystitis bij de
Nadere informatieLandelijke Jaarcijfers 2015: Prevalentieonderzoek ziekenhuizen Academische ziekenhuizen PREZIES versie: juni 2016 Documentversie: 1.
Landelijke Jaarcijfers 2015: Prevalentieonderzoek ziekenhuizen Academische ziekenhuizen PREZIES versie: juni 2016 Documentversie: 1.0 Landelijke Jaarcijfers PO 2015 Versie: 1.0 Pagina 1 van 17 Inhoudsopgave
Nadere informatieBeheersen van BRMO in de regio
Beheersen van BMO in de regio Miriam Beerens specialist ouderengeneeskunde Laura van Dommelen arts-microbioloog Danielle van Oudheusden arts infectieziektebestrijding Marjolijn Wegdam- Blans arts-microbioloog
Nadere informatieEvolution of a manual to an electronic antibiotic prescription
Evolution of a manual to an electronic antibiotic prescription Ingrid Monsieur Inkendaal revalidatieziekenhuis 18/11/2016 Situering Revalidatieziekenhuis met 178 bedden Verwijzingen van veel ziekenhuizen
Nadere informatieINFECTIEUZE URGENTIES
1 INFECTIEUZE URGENTIES D.C. KNOCKAERT Maart 2006 Infecties vormen voor alle artsen, ook voor urgentieartsen een kwantitatief belangrijk deel van de pathologie. In het ziekenhuis gaat het vooral om bacteriële
Nadere informatieVOORWOORD. Namens de antibioticacommissie,
VOORWOORD De antibioticacommissie werd op 14 maart 1996 door de medische staf geïnstalleerd met als opdracht het opstellen van richtlijnen ten behoeve van de medische staf voor een verantwoord gebruik
Nadere informatieVaginitis. Steven Vervaeke
Vaginitis Steven Vervaeke Genitale stalen Vrouwen: Cervicitis Vulvovaginitis Urethritis Bacteriële vaginose Salpingitis (PID) Endometritis Ulcera Normale vaginale flora Lactobacillen Corynebacterium spp.
Nadere informatieIntramurale Richtlijnen Antimicrobiële Therapie
Intramurale Richtlijnen Antimicrobiële Therapie Editie Midden- en West-Brabant 2 e druk januari 2013 Amphia Ziekenhuis, Breda en Oosterhout Franciscus Ziekenhuis Roosendaal Lievensberg ziekenhuis, Bergen
Nadere informatieReferentiecijfers : Prevalentieonderzoek verpleeghuizen SNIV versie: oktober 2017 Documentversie: 1.0
Referentiecijfers -6: Prevalentieonderzoek verpleeghuizen SNIV versie: oktober 7 Documentversie:. VERSIE DEFINITIEF Pagina van 9 Inhoudopgave Samenvatting kernpunten... 3 Inleiding... 4. Achtergrond prevalentieonderzoek...
Nadere informatieSAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde kokosnootolie q.s. ad 1 ml.
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CLAMOXYL L.A. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde
Nadere informatieIntramurale Richtlijnen Antimicrobiële Therapie
Intramurale Richtlijnen Antimicrobiële Therapie Editie Midden- en West-Brabant 2 e druk januari 2013 Amphia Ziekenhuis, Breda en Oosterhout Franciscus Ziekenhuis Roosendaal Lievensberg ziekenhuis, Bergen
Nadere informatieINLEIDING. Stafcommissie antibioticabeleid, juni 2013
I Algemene principes INLEIDING Dit boekje bevat de vernieuwde richtlijnen voor antimicrobiële therapie, zoals die worden toegepast in het ziekenhuis Gelderse Vallei. Bij het opstellen van deze richtlijnen
Nadere informatieJaarcijfers 2017: Prevalentieonderzoek academische ziekenhuizen PREZIES versie: maart 2018 Documentversie: 1.0
Jaarcijfers 2017: Prevalentieonderzoek academische ziekenhuizen PREZIES versie: maart 2018 Documentversie: 1.0 Academische ziekenhuizen Jaarcijfers PO 2017 Versie: 1.0 Pagina 1 van 15 2 Inhoudsopgave Rapportage
Nadere informatieAangrijpingspunten van antibiotica in de prokaryoten. - Celwandsynthese - DNA, RNA en eiwitsynthese
Aangrijpingspunten van antibiotica in de prokaryoten - Celwandsynthese - DNA, NA en eiwitsynthese Dwarsdoorsnede celwand micro-organisme Gram-negatief Gram-positief Algemene mechanismen van antibioticum
Nadere informatieBRMO. Bijzonder Resistent Micro-Organisme. dr. M.C.A. Wegdam-Blans, arts-microbioloog, Stichting PAMM. Bedside teaching 18 NOV 2014
BMO Bijzonder esistent Micro-Organisme dr. M.C.A. Wegdam-Blans, arts-microbioloog, Stichting PAMM Bedside teaching 18 NOV 2014 Hoezo BMO? Bedside teaching 18 NOV 2014 bacteriële resistentie zieken huis
Nadere informatieNEOBACITRACINE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS
NEOBACITRACINE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL NEOBACITRACINE, 500 IE/10000 IE zalf 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 g zalf bevat 500 IE bacitracine en 10 000 IE polymyxinesulfaat B. Voor
Nadere informatiePDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/24597
Nadere informatieamoclane 500/ tab amoclane 875/ tab amoxicilline eg caps 30x 500mg amoxicilline teva sir 80ml 250mg/5ml amoxicilline eg tab 8x 1 g
Lijst van antibiotica en antimycotica gecommercialiseerd in publiek opengestelde officina's met vermeding, in voorkomend geval, van hulpstoffen met erkende werking update: 24/04/2012 amoclane 125/31,25
Nadere informatieMythes rond antibioticagebruik
Mythes rond antibioticagebruik Mythe 1 Penicilline-allergie is heel frequent! Mythe 2 10 % kruisallergie tussen penicilline en cefalosporines Mythe 3 Lange therapieduur is noodzakelijk het doosje uitnemen
Nadere informatieAUREOMYCIN oogzalf. AUREOMYCIN Oogzalf (ERFA) XIV B 1 c. Naam van het geneesmiddel: AUREOMYCIN, 1 % oogzalf
AUREOMYCIN oogzalf AUREOMYCIN Oogzalf (ERFA) XIV B 1 c Naam van het geneesmiddel: AUREOMYCIN, 1 % oogzalf Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling: Oogzalf met 1 % chloortetracyclinehydrochloride. Voor
Nadere informatieTheoretical foundation for SDD
Theoretical foundation for SDD 1. difference between micro-organisms indigenous flora anaerobic mutualism, low pathogenicity indigenous flora facultative aerobic (E. coli, Proteus spp., S. pneumoniae,
Nadere informatieAanbevelingen voor het uitwerken en opvolgen van een antibioticumbeleid in het e... pagina 1 van 16
Aanbevelingen voor het uitwerken en opvolgen van een antibioticumbeleid in het e... pagina 1 van 16 Aanbevelingen voor het uitwerken van een antibioticumbeleid Document uitgewerkt door de Werkgroep West-Vlaamse
Nadere informatieWelke antibiotica horen op de lijst reserve antibiotica? Prof. Dr. Johan W. Mouton MD PhD FIDSA
Welke antibiotica horen op de lijst reserve antibiotica? Prof. Dr. Johan W. Mouton MD PhD FIDSA Welke antibiotica horen op de lijst reserve antibiotica? 1. Wat zijn dat, reserve antibiotica? 2. Wat is
Nadere informatieBIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6
BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6 1 NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CEFALEXINE Kela 50 mg, tabletten voor honden KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddeel: Cefalexinum
Nadere informatieTenslotte draagt het antibioticabeleid bij tot het verantwoord aanwenden van de beschikbare financiële middelen.
Antibioticagids 2015 Woord vooraf Reeds in 1990 werden door de toenmalige commissie antibioticabeleid, een subcommissie van het comité voor ziekenhuishygiëne, richtlijnen voor profylactisch antibioticagebruik
Nadere informatieVoorwoord. Werkgroep Antimicrobiële Therapie: Dr. J.W.K. van den Berg Dr. G.J.H.M. Ruijs. Dr. P.H.P. Groeneveld
Antibioticumbeleid Voorwoord Met gepaste trots bieden wij u de eerste uitgave van het geheel herziene formularium antimicrobiële middelen aan. Het nieuwe concept, steeds vernieuwende antimicrobiële middelen
Nadere informatieOVERZICHT BIJZONDER RESISTENTE MICRO-ORGANISMEN (BRMO)
OVERZICHT BIJZONDER RESISTENTE MICRO-ORGANISMEN (BRMO) 0-07 EEN TOENEMEND PROBLEEM? OVERZICHT BIJZONDER RESISTENTE MICRO-ORGANISMEN (BRMO) 0-07 INTRODUCTIE Doel rapportage Het doel van deze rapportage
Nadere informatieJaarcijfers 2017: Prevalentieonderzoek topklinische ziekenhuizen PREZIES versie: maart 2018 Documentversie: 1.0
Jaarcijfers 2017: Prevalentieonderzoek topklinische ziekenhuizen PREZIES versie: maart 2018 Documentversie: 1.0 Topklinische ziekenhuizen Jaarcijfers PO 2017 Versie: 1.0 Pagina 1 van 17 2 Inhoudsopgave
Nadere informatiePeriprosthetische infectie (PPI) Protocol MCL 2015
Periprosthetische infectie (PPI) Protocol MCL 2015 Definitie PPI: voldoen aan 1 van de volgende criteria: 1. Abces of fistel die communiceert met het gewricht 2. Positieve aspiratie kweek 3. 2 positieve
Nadere informatiebijlage bij de lezing NAJAARSDAG 01/11/2014 AFSPRAKENLIJST OP BASIS VAN FORMULARIUM-GEZELSCHAPSDIEREN
bijlage bij de lezing NAJAARSDAG 01/11/2014 AFSPRAKENLIJST OP BASIS VAN FORMULARIUM-GEZELSCHAPSDIEREN - dit document is bedoeld als leidraad voor het maken van afspraken binnen een dierenartspraktijk -
Nadere informatieThemaconferentie infectiepreventie en antibioticum beleid
Themaconferentie infectiepreventie en antibioticum beleid Wilma Budding Deskundige Infectiepreventie Ziekenhuis Amstelland Antibiotic stewardship; een praktijkvoorbeeld 17 september 2015 Inhoud 1. Introductie
Nadere informatieAntibioticumbeleid in tijden van toenemende resistentie
Antibioticumbeleid in tijden van toenemende resistentie Kees Verduin, arts-microbioloog Laboratorium voor microbiologie en infectiepreventie, Amphia ziekenhuis, Breda Wat is het probleem? Antibioticum
Nadere informatieResistentie. Toegespitst naar onze regio. Een internationaal probleem
Resistentie Toegespitst naar onze regio Een internationaal probleem 19 e Grande Conférence Verona 2013 Indeling bacteriën Indeling bacteriën Coccen Staven Gram positief Staphylococcen Streptococcen Pneumococ
Nadere informatieSurveillance Bloedstroominfecties in Belgische ziekenhuizen
Surveillance Bloedstroominfecties in Belgische ziekenhuizen Jaarrapport 2017 Surveillance Bloedstroominfecties in Belgische ziekenhuizen Jaarrapport 2017 Gegevens tot en met 2016 AUTEURS Els Duysburgh,
Nadere informatieAntimicrobiele geneesmiddelen: gevoeligheid en resistentie
Folia veterinaria Antimicrobiele geneesmiddelen: gevoeligheid en resistentie Antibacteriële geneesmiddelen zijn dikwijls onmisbaar in de diergeneeskundige praktijk, maar hun efficaciteit kan ernstig aangetast
Nadere informatie