Deze syllabus is bedoeld als aanvulling op het onderwijs in de filosofie van de geest. Het

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Deze syllabus is bedoeld als aanvulling op het onderwijs in de filosofie van de geest. Het"

Transcriptie

1 VOORWOORD Deze syllabus is bedoeld als aanvulling op het onderwijs in de filosofie van de geest. Het dekt niet de gehele collegestof. Voor uw op- en aan-merkingen houd ik mij van harte aanbevolen. Voor suggesties tot verbetering dank ik David Rijser, Marieke Schouwstra, Carola Houtekamer, en Jurn Franken. Menno Lievers.

2 I INLEIDING In de filosofie van de geest houdt men zich bezig met vragen als wat is de relatie tussen lichaam en geest? wat is denken? wat is bewustzijn? is er een onderscheid tussen emoties en rationeel denken? hoe moeten we mentale toestanden beschrijven? wat is de plaats van de geest in de wereld van de natuurwetenschappen? hoe nemen we de werkelijkheid waar? kunnen we gedachte-inhouden altijd kennen? kunnen we andere geesten kennen? wat of wie ben ik? Sommige van deze vragen tonen het verband tussen taalfilosofie en de filosofie van de geest, andere vragen vallen op het gebied van de ontologie en weer andere vragen behoren tot het domein van de kenleer. Door diverse ontwikkelingen is de filosofie van de geest de laatste decennia het vak in de wijsbegeerte geworden waarmee de meeste filosofen zich bezighouden. 1 Het belang van de filosofie van de geest Ons begrip van de geest is nauw verbonden met het beeld dat wij van onszelf hebben. Freuds theorie van het onderbewustzijn heeft de manier waarop wij over de mens nadenken veranderd. Soms zijn de diepere motieven voor onze daden en levenswijze voor onszelf niet onmiddellijk evident. Er zijn de afgelopen decennia meer

3 ontwikkelingen geweest die ons common sense begrip van de geest hebben gewijzigd. Ik noem slechts een aantal. De Amerikaanse linguïst Noam Chomsky introduceerde de theorie dat syntactische regels die we volgen wanneer we een taal spreken opgevat kunnen worden als beschrijvingen van een cognitief systeem in de hersenen die hij taalfaculteit noemde. Deze grammaticale kennis bezitten we grotendeels onbewust. Het filosofische belang van deze theorie is dat denken niet langer opgevat wordt als bewust denken en dat onder impuls van Chomsky filosofen de geest niet langer zijn gaan beschouwen als een eenheid, maar als een uit deelsystemen bestaand vermogen.

4 De revolutie op het gebied van de informatietechnologie maakte de vraag actueel of en in hoeverre men in staat zou zijn een computer te bouwen die kan denken of althans het denken kan nabootsen. Omgekeerd kwamen filosofen, onder indruk van deze ontwikkelingen, op het idee om de menselijke geest op te vatten als de software en de hersenen als de hard ware van een computer. In de taalfilosofie kwam de vraag Wat is betekenis? in de jaren zeventig naar voren als de belangrijkste vraag. Sommige filosofen probeerden die vraag te beantwoorden door een formele theorie te ontwikkelen. Men construeerde daartoe allereerst een model van de werkelijkheid. In dat model kunnen bijvoorbeeld objecten bestaan die bepaalde eigenschappen hebben. Vervolgens stipuleerde men dat bepaalde zelfstandige naamwoorden voor bepaalde objecten staan en bijvoeglijke naamwoorden voor eigenschappen. Uitgaande van dit eenvoudige model en de daarbijbehorende simpele kunsttaal probeerde men dan ingewikkelder eigenschappen van taal, zoals tijdsaanduidingen en plaatsbepalingen, te begrijpen. Andere filosofen meenden dat de vraag Wat is betekenis? niet beantwoord kan worden zonder eerst te zeggen wat het gebruiken en begrijpen van woorden inhoudt. Al snel bleek dat daarvoor een goede theorie van de geest noodzakelijk was. Immers, begrijpen is een geestelijke activiteit. Men kwam, kortom, tot het inzicht dat een niet formele taalfilosofie ingebed dient te zijn in de filosofie van de geest. In The Meaning of Meaning introduceerde Hilary Putnam, hoogleraar in de filosofie van de wiskunde aan de Harvard Universiteit, zijn tweelingaarde

5 gedachtenexperimenten. Op aarde is water H 2 O; tweelingaarde is identiek met de aarde, met één verschil: op tweelingaarde is water niet H 2 O, maar XYZ. Dat betekent dat de inwoners van tweelingaarde, wanneer zij denken aan water en naar water met hun vinger wijzen, zij niet denken aan H 2 O of wijzen op H 2 O, maar aan XYZ. Hieruit trok Putnam de conclusie dat gedachten, zoals de gedachte Ik wijs nu water aan, niet correct beschreven kunnen worden zonder de omgeving daarbij te betrekken. Dit leidde tot een levendig debat tussen internalisten die meenden dat je wel gedachten zou kunnen beschrijven zonder de externe werkelijkheid daarbij te betrekken en externalisten die net als Putnam meenden dat dat niet kon. Het debat draait dus om de vraag of je, wanneer je de gedachte koestert Ik wijs nu water aan, eigenlijk de gedachte hebt Ik wijs H 2 O aan, als je op aarde leeft, en eigenlijk de gedachte hebt Ik wijs nu XYZ aan als je op tweelingaarde leeft, zoals de externalisten menen, of dat je, daarentegen, alleen maar denkt Ik wijs water aan, zoals de internalisten denken die het aan de wetenschap overlaten uit te zoeken wat precies de chemische structuur is van de vloeistof die je aanwijst De afgelopen tien jaar zijn hoe langer hoe meer theorieën ontwikkeld voor verschillende cognitieve vermogens. Één verschijnsel bleek echter uitermate weerbarstig: bewustzijn. Kan bewustzijn ook op natuurwetenschappelijke wijze verklaard worden of valt dit verschijnsel buiten het bereik van de neurofysiologische wetenschap? Over deze vraag zijn tientallen boeken geschreven, speciale vaktijdschriften verschenen, honderden congressen georganiseerd, maar een antwoord dat iedereen tevreden stelt is nog niet gevonden.

6 Naast deze wijsgerige ontwikkelingen is er ook op het gebied van de neurowetenschappen een enorme vooruitgang geboekt. Toch zijn er nog steeds talloze vragen over de geest die ons dwingen eerst na te denken over de begrippen met behulp waarvan we mentale verschijnselen beschrijven en verklaren. Om die reden is het niet overdreven om te stellen dat de filosofie van de geest op dit ogenblik het wijsgerige vak is waarin het meeste gebeurt. In de volgende paragraaf wordt op een eenvoudige manier geprobeerd de verschillende intuïties die ons leiden bij het nadenken over de geest en derhalve over de mens te introduceren, door na te denken over de vraag, wanneer we nu eigenlijk beweren dat iets of iemand een geest heeft.

7 2 Twee tegengestelde gedachten Je hebt eindelijk een eigen bankrekening en daarom heb je nu ook een bankpasje. Het is vrijdagavond, tijd om even te ontspannen; geldtrekken dus. Je stopt je bankpas in een geldautomaat. Welkom! zegt dat apparaat. Toets nu uw pincode in. Wilt U uw saldo weten of wilt U geld opnemen? Wij danken U voor uw bezoek. Maar wie dankt jou eigenlijk voor je bezoek? Wie is hier aan het woord? Met wie ben je in gesprek? Die machine of de mens die dit apparaat geprogrammeerd heeft? Krijg je je geld van een mens of van een machine? Mens-machine, twee woorden zomaar naast elkaar. Er zijn mensen die denken dat achter die twee woorden een groot probleem schuil gaat. In deze inleiding proberen we eerst duidelijk voor ogen te krijgen waarom ze dat denken. Daarna gaan we kijken wat voor oplossingen sommige filosofen voor dat probleem bedacht hebben. Om een probleem goed te kunnen begrijpen moet je natuurlijk eerst weten wat de begrippen inhouden die je nodig hebt om het probleem onder woorden te brengen. Dat geldt, om een heel simpel voorbeeld te geven, zelfs al voor eenvoudige problemen als rekensommetjes. Wanneer je nog niet goed kunt rekenen is de vraag wat is 2 + 3? een probleem. Je moet dan eerst weten wat het plusteken, de +, precies betekent. Hier is dat ook zo. Mens-machine : als we willen weten wat voor probleem dat is, moeten we eerst weten wat de begrippen mens en machine inhouden.

8 Machines en wat ze kunnen Laten we beginnen met het laatste begrip, machine. Wat zijn machines precies? Ooit heeft de mens voorwerpen gemaakt die hij of zij gebruikte om bepaalde handelingen mee te verrichten. Deze gebruiksvoorwerpen werden steeds vernuftiger, helemaal na de technische revolutie in de negentiende eeuw, toen die gebruiksvoorwerpen een zelfstandig bestaan begonnen te leiden. Machines gebruik je niet alleen, je moet ze ook bedienen. Met een simpele druk op de knop zet je een machine in werking die vervolgens zelfstandig lijkt te werken. Machines zijn voorwerpen, dingen. Zijn mensen ook dingen? Ja en nee. Ja, want als een peuter van de trap afvalt rolt hij, net als een voetbal, naar beneden. Nee, want als die peuter huilend onder aan de trap ligt, pak je hem of haar op, probeer je hem of haar te troosten, kijk je of hij of zij geen pijn heeft, terwijl die voetbal ons in die opzichten, ja eigenlijk geen bal kan schelen. Het verschil tussen een voetbal en een klein kind is natuurlijk erg groot. Laten we daarom geen bal, maar een modelvliegtuig of een draagbare c.d. speler nemen. Als die van de trap valt, hollen we er achteraan om te kijken of die niet kapot is. Maar gaan we ook kijken of dat modelvliegtuig of die c.d. speler pijn heeft? Proberen we die ook te troosten? In het stenen tijdperk waren stenen hamers misschien wel net zo vernuftige instrumenten voor mensen van die tijd als c.d. spelers voor ons zijn. Je zou met een beetje goede wil die hamer, dat stuk steen, een machine kunnen noemen. Nu is het misschien een beetje vreemd om jezelf de vraag te stellen Bekijk die steen nu eens en vraag jezelf af, heeft die steen gevoelens? Toch is dat wat een beroemde filosoof, Ludwig

9 Wittgenstein, zich heeft afgevraagd (in paragraaf 283 en 284 van zijn Filosofische Onderzoekingen). Bij een steen antwoord je natuurlijk onmiddellijk: Nee, natuurlijk niet! Maar een filosoof is daar niet tevreden mee. Hij kan bijvoorbeeld zeggen: Bij een steen lijkt die vraag misschien eenvoudig, maar neem nu eens een klok! In de zeventiende eeuw waren de mensen erg onder de indruk van klokken. In hun optimisme waren ze al snel geneigd te denken dat in de toekomst instrumenten die achter de wijzerplaat van een klok schuilgaan niet alleen die wijzers op tijd zouden kunnen laten lopen, maar ook de benen van een lichaam. Kom je eenmaal op die gedachte, dan ligt de vraag voor de hand wat nu eigenlijk, filosofisch gezien, het verschil is tussen zo n knap instrument als een klok en het lichaam van mensen. Vandaag de dag vinden wij klokken niet zo bijzonder meer. Tegenwoordig zijn we meer onder de indruk van computers. Dus wat doen we? Net als die zeventiende eeuwse filosofen denken wij nu dat in de toekomst die ingewikkelde computers nog veel meer zullen kunnen. Er zijn mensen die verwachten dat in de toekomst computers zelfs kunnen denken! Andere mensen zijn er daarentegen van overtuigd dat computers nooit zullen kunnen denken. Waarom beweren ze dat? Omdat die mensen vinden dat computers uiteindelijk meer lijken op klokken en stenen, dan op mensen. Wie heeft gelijk? Zullen we ooit computers die van de trap zijn gevallen oppakken en troosten? Zullen we die ooit onderzoeken alsof ze pijn hebben? Is er een wezenlijk verschil tussen mensen en machines of niet? Het wordt tijd om het andere begrip iets nader te omschrijven: het begrip mens. Wat maakt mensen tot mensen?

10 Laten we het probleem over het verschil tussen mensen en machines illustreren met een voorbeeld. In Cambridge, Massachussetts, een plaats vlakbij Boston in de Verenigde Staten van Amerika, staat een universiteit waar men al jaren onderzoek doet naar kunstmatige intelligentie. Die universiteit heet het Massachussetts Instituut der Technologie. In één van de laboratoria is men bezig een robot te maken die zoveel mogelijk op een mens lijkt. [Informatie over dit project is te vinden op: Stel nu dat het die Amerikaanse onderzoekers lukt om zo n robot te maken en dat op een dag de deuren van dat laboratorium openzwaaien en een nagemaakte mens naar buiten stapt, de metro pakt naar de Harvard Universiteit die een paar kilometer verderop staat, en daar colleges filosofie gaat volgen. Kunnen we hem dan nog wel als een nagemaakte mens beschouwen of moeten we hem, wanneer hij dat allemaal kan, ook maar meteen als een mens behandelen? Wat is het verschil tussen een mens en een nagemaakte mens? Om die vraag te beantwoorden moeten we weten wat we precies onder het begrip mens verstaan. Daarover denken filosofen al duizenden jaren na. De Griekse filosoof Aristoteles ( voor Christus) meende dat de mens een met rede begiftigd dier is. De mens is volgens hem dus een dier, dat zich van andere dieren onderscheidt door de eigenschap dat hij een rede, een verstand heeft.

11 Klopt het antwoord van Aristoteles? Dat brengt ons terug bij de machines. We zien dat het antwoord op de vraag Wat is de mens? een bepaalde kant uit gaat. Er zijn grote verschillen tussen mensen aan de ene kant en machines aan de andere. De mens kan denken, heeft gevoelens, zoals verliefdheid en angst, de mens heeft pijn en de mens heeft een wil. We hebben allemaal het gevoel dat we zelf besluiten wat we gaan doen. Je zou deze verschillen tussen mensen en machines kunnen samenvatten door te zeggen: De mens heeft een geest, en de machine niet. Maar daarmee zijn we er nog niet. Want het zou natuurlijk zo kunnen zijn dat machines nù nog geen geest hebben, maar dat we in de toekomst machines kunnen bouwen die wel een geest hebben. Je zou je bijvoorbeeld kunnen voorstellen dat de biotechnologie zo n vlucht neemt dat men hersencellen kan laten groeien en ontwikkelen

12 in een laboratorium. We weten op dit moment eenvoudigweg nog onvoldoende van de werking van de hersenen om een machine te bouwen die kan denken. Dit zijn de twee tegengestelde gedachten waar het in de titel van deze paragraaf over gaat. Er zijn mensen die denken dat de mens bestaat uit twee dingen: een lichaam en een geest. Deze opvatting wordt dualisme genoemd. De tegengestelde gedachte zou men monisme kunnen noemen. Volgens die opvatting bestaat de mens maar uit één ding, namelijk materie. 1 In de filosofie wordt de uitdrukking bijna niet meer gebruikt, maar vervangen door materialisme. In deze syllabus spreken we dan ook verder van materialisme. 1 Er zijn ook filosofen geweest die dachten dat de mens enkel uit geest bestond en dat is natuurlijk ook een vorm van monisme. Omdat deze opvatting tegenwoordig door niemand meer verdedigd wordt, omdat die zo onwaarschijnlijk is, zullen we haar hier niet verder bespreken.

13 3 Begrippen als denkgereedschap 2 Voor we verder gaan moeten we eerst onszelf aan wat gereedschap helpen. Anders zijn we net als een tuinman die in het wilde weg gras gaat plukken en de maaimachine, de zeis en de schaar in de schuur laat staan. Wat is het gereedschap van de filosoof? Filosofie is, zou je kunnen zeggen, nadenken over denken. Denken doe je met behulp van begrippen, dus het gereedschap van de filosoof bestaat uit begrippen. Je zult zien dat in deze paragraaf stof terugkomt uit de module taalfilosofie. Wat zijn dat voor dingen, begrippen? Als ik de vraag zo stel loop ik het gevaar een denkfout te maken. Het lijkt er namelijk op dat ik er vanuit ga dat je niet alleen paarden, koeien, potloden, mensen en machines hebt en dat je te midden van al die dingen ook nog een bepaald soort van objecten hebt die we begrippen noemen. Waarom is dat een denkfout? Dat is zo, omdat we met begrippen nadenken over objecten. We hebben bijvoorbeeld het begrip paard en dankzij dat begrip kunnen we praten over objecten in de werkelijkheid die paarden zijn. Begrippen zijn dus dingen van een andere orde dan objecten in de werkelijkheid. Dit verschil is misschien nog duidelijker te maken door te kijken hoe taal werkt. We kennen allemaal het woord driehoek. Je zou kunnen zeggen: we kennen allemaal de betekenis van het woord driehoek en dat betekent dat we het begrip driehoek bezitten. Dankzij dat begrip kunnen we driehoeken tekenen en driehoeken in de werkelijkheid herkennen. De Duitse filosoof Gottlob Frege ( ) heeft dat duidelijk in zijn artikel Over Betekenisinhoud en betekenisomvang ( Ueber Sinn und Bedeutung ) uitgelegd. 2 Het woord denkgereedschap ontleen ik aan een boek met die titel van Paul Wouters. Zie zijn Denkgereedschap. Een filosofische onderhoudsbeurt, Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 1999.

14 Het volgende schema vat Frege s theorie samen: WOORD BETEKENISINHOUD BETEKENISOMVANG We hebben de dingen, die Frege de betekenisomvang van een woord noemt, datgene waar een woord naar verwijst; en we hebben de begrippen of de betekenisinhoud van een woord. We kunnen op meerdere manieren praten over hetzelfde ding, simpelweg omdat we voor één ding meerdere woorden en dus meerdere begrippen kunnen hebben. Een simpel voorbeeld: mijnheer Van Egters is mijn buurman. Hij is ook de echtgenoot

15 van zijn vrouw, de vader van zijn kinderen, de oom van zijn neefjes en nichtjes, de overbuurman van mijnheer Osewoudt, de wethouder van de gemeente, de bezitter van een grijsgroene Citroën DS, aandeelhouder van KPN, rekeninghouder bij een spaarbank en ga zo maar door. Toch is er, ondanks al die beschrijvingen, ondanks al die manieren van praten over hem, maar één mijnheer Van Egters. In de filosofie is dit onderscheid heel belangrijk, want, zegt men, een theorie over de dingen in de werkelijkheid is iets heel anders dan een theorie over de betekenis van woorden voor die dingen. Een beetje flauw voorbeeld maakt dat duidelijk. Een dokter heeft een theorie over de dingen die wij mensen noemen. Als hij een mens beter wil maken, geeft hij bijvoorbeeld een injectie in de arm. Hij houdt zich niet bezig met het nadenken over de betekenis van het woord mens. Een filosoof, daarentegen, stelt zichzelf de vraag: wat versta ik eigenlijk onder het begrip mens? Versta ik daaronder, om even terug te komen op Aristoteles, een met rede begiftigd dier of iets anders? Om het verschil duidelijk te maken tussen het praten over dingen en het praten over woorden is er door filosofen een belangrijk en nuttig trucje bedacht. Als je wil laten zien in je opstel of in je antwoord op een proefwerkvraag dat je het over het woord of het begrip hebt en niet over het ding, dan plaats je dat woord tussen enkele aanhalingstekens. Je laat dan zien dat je het woord enkel noemt en niet gebruikt om over dingen in de werkelijkheid te praten. Wil je daarentegen het woord wel gebruiken om over dingen te praten, dan laat je die aanhalingstekens weg. Dus als je schrijft mens, dan heb je het over het woord en het begrip. Schijf je mens, dan heb je het over het ding mens. Een theorie over de dingen noemt een filosoof ontologie, afkomstig van het Griekse ta onta de dingen -- en logos de leer --, dus dingleer zou je kunnen zeggen. Een

16 theorie over betekenis heet semantiek, ook uit het Grieks afkomstig namelijk van het woord semainein, dat vertaald wordt als betekenen. Dus we hebben woorden en we hebben dingen; en we hebben een leer over de dingen en een betekenisleer. Maar er is meer. Denk nog even terug aan mijnheer Van Egters. Ik kan wel zeggen dat die bestaat, maar misschien verzin ik dat alleen maar. Misschien bestaat die man alleen in een boek. Als iemand dus iets zegt, moet je je altijd afvragen: hoe weet die man of vrouw dat? Dat geldt natuurlijk bij uitstek in de wetenschap. Een wetenschapper moet altijd bewijzen leveren voor wat hij of zij beweert. In de filosofie is er een apart vak waarin men zich afvraagt wat kennis nu eigenlijk is. Ook de naam van dat vak komt uit het Grieks en luidt epistemologie, dat afkomstig is van episteme, dat zekere kennis betekent. Dus wat hebben we nu voor gereedschap om onze denkarbeid mee te beginnen? We moeten een onderscheid maken tussen een theorie over de dingen, de ontologie, een theorie over betekenis en begrippen, een semantiek, en een kenleer, een epistemologie. Om aan te geven dat we het over het begrip hebben zetten we een woord altijd tussen enkele aanhalingstekens. We noemen dan enkel het woord. Praten we over de dingen, dan laten we die aanhalingstekens weg. We gebruiken dan het woord om te verwijzen naar dingen en daarover te praten. Dus mens is een woord, en de mens is een ding. Samenvatting

17 Om de vragen die in de filosofie van de geest aan de orde komen goed te begrijpen is het in het oog houden van de volgende onderscheiding van groot belang. Ontologie - Epistemologie - Theorie van begrippen Ontologie is de logos van de onta, oftewel de leer van de zijnden; de leer van dat wat er bestaat. Wat zijn objecten eigenlijk? Bestaan dingen alleen in ruimte en tijd of kunnen er ook abstracte objecten bestaan? Ontologische vragen op het gebied van de filosofie van de geest zijn bijvoorbeeld: wat is de geest? Wat zijn gedachten? Epistemologie is de logos van de epistèmè, de leer van de zekere kennis (denk aan het onderscheid in het Grieks tussen doxa (mening) en epistèmè). De belangrijkste epistemologische vraag op het gebied van de filosofie van de geest is: hoe kennen wij gedachten? Doen we dat door ons geestesoog naar binnen te wenden, dus met behulp van introspectie? Of doen we dat door naar het gedrag van anderen te kijken? Hoe nemen we werkelijkheid waar? De theorie van begrippen, je zou ook kunnen zeggen de betekenistheorie, vertelt ons wat de betekenisinhoud van begrippen is. Begripsmatige vragen op het gebied van de filosofie van de geest zijn: wat is de betekenis van onze woorden voor gedachten en andere mentale toestanden? Hebben onze begrippen voor mentale toestanden een aparte status of kunnen we ze inpassen in een natuurwetenschappelijke theorie over de werkelijkheid? Dit is een wat omslachtige verwoording van de vraag of psychologie een echte natuurwetenschap is, net als scheikunde, of toch meer een menswetenschap (in het Engels the humanities ) en eerder vergelijkbaar met geschiedenis en literatuurwetenschap.

18 4 Nog enige onderscheidingen Een onderscheiding die altijd in de gaten moeten worden gehouden is die tussen zogenaamde qualitatieve mentale toestanden en propositionele houdingen. In de filosofische literatuur over qualitatieve mentale toestanden wordt vaak de term qualia gebruikt. Qualia (enkelvoud quale, in het Latijn betekent dit hoedanig, zodanig als ) zijn de wijzen waarop wij iets ervaren: de manier waarop eten ons smaakt, een kleur op ons oog inwerkt, de geur ons reukorgaan prikkelt, een geluid gehoord wordt. Over wat qualia precies zijn wordt onder filosofen heftig gedebatteerd. We zullen die debatten in het verdere verloop van deze cursus tegenkomen. In de omgangstaal bestaan er werkwoorden die problemen veroorzaken voor zogenaamde naïeve betekenistheorieën. Zogenaamde naïeve betekenistheorieën beweren dat de betekenis van een zelfstandig naamwoord simpelweg het object is waar dat woord voor staat. Dus de betekenis van Julius Caesar is simpelweg die man Julius Caesar en de betekenis van de naam Johan Cruyff eenvoudigweg Johan Cruyff. Volgens deze naïeve betekenistheorieën heeft dus de naam Johan Cruyff dezelfde betekenis als de beschrijving de legendarische nummer 14, namelijk diezelfde mens van vlees en bloed Cruyff. Wat is nu het probleem voor deze naïeve betekenistheorieën? Werkwoorden als geloven dat, van plan zijn om te, wensen dat, willen dat, die gezamenlijk worden aangeduid met de term werkwoorden voor propositionele houdingen, veroorzaken de volgende situatie: in een zin als Hubert Smeets gelooft dat Trotski de oprichter van de Vierde Internationale was mogen we niet zomaar de naam Trotski vervangen door de naam Bronstein, omdat het mogelijk is dat Hubert Smeets niet weet dat Trotski en Bronstein twee namen voor dezelfde persoon zijn en we dus door de namen te verwisselen de waarheidswaarde van de zin veranderen. (De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat Hubert Smeets, commentator van NRC-Handelsblad, dit wel weet.)

19 In de filosofie van de geest is dit onderscheid belangrijk, omdat er essentiële verschillen bestaan tussen deze twee typen mentale toestanden. Propositionele houdingen zijn altijd ergens op gericht. Qualitatieve mentale toestanden niet. Propositionele houdingen kunnen onbewust en bewust voorkomen. Qualitatieve mentale toestanden zijn altijd toegankelijk voor het bewustzijn. Propositionele houdingen hebben altijd een representatieve inhoud. Qualitatieve mentale toestanden niet. Voorbeelden maken deze onderscheidingen duidelijk. Het eerste voorbeeld: een propositionele houding als Ik geloof dat Bruno Schulz een groot schrijver is is ergens op gericht, namelijk op de gedachte dat Bruno Schulz een groot schrijver is. De filosofische term voor dit gericht zijn op luidt intentionaliteit. Wanneer ik zonder scheenbeschermers ga voetballen en door de ausputzer van de tegenpartij op mijn schenen geschopt wordt heb ik pijn. Die qualitatieve mentale toestand van pijn hebben is echter niet ergens op gericht. Ik heb eenvoudigweg pijn. Het tweede voorbeeld: een propositionele houding als Ik weet dat Tananarive de hoofdstad van Madagascar is zweeft niet altijd voor mijn geestesoog. Ik moet het uit mijn geheugen naar voren roepen. Dit geldt nog sterker voor overtuigingen die een rol spelen bij onze handelingen. Hoeveel fietsers zijn zich er van bewust dat ze licht naar links moeten overhellen, wanneer ze een bocht naar links nemen? Toch doet iedere fietser dat en kan men van fietsers zeggen dat ze de propositionele houding hebben van er van overtuigd zijn dat ze naar links moeten overhellen als ze een bocht naar links nemen. Een qualitatieve mentale toestand als honger hebben daarentegen bestaat alleen wanneer je die honger ook daadwerkelijk voelt. Het derde voorbeeld: een propositionele houding vooronderstelt altijd dat er iets in je gedachten gerepresenteerd wordt. Wie denkt aan de rooshof in Isphahaan heeft een

20 representatie van die rooshof in gedachten. Maar wie honger of pijn heeft representeert op dat moment helemaal niets. Het debat over qualia is een illustratie van de omstandigheid dat in de filosofie alles altijd ter discussie staat. In deze cursus zullen we dan ook filosofen tegenkomen die bestrijden dat mentale verschijnselen, zelfs propositionele houdingen, überhaupt iets representeren. Andere filosofen zullen wijzen op het feit dat niet alle mentale toestanden zo gemakkelijk in één van beide groepen ingedeeld kunnen worden. Emoties, bijvoorbeeld, lijken eigenschappen te hebben van zowel propositionele houdingen als van qualitatieve mentale toestanden. Don Quijote was verliefd op Dulcinea Dolorosa. Zijn verliefdheid is ergens op gericht, maar tegelijkertijd heeft die ook alle kenmerken van een qualitatieve mentale toestand. Dergelijke vragen hebben geleid tot het invoeren van een aparte subdiscipline binnen de filosofie van de geest, de filosofie van de emoties. 3 Maar hebben emoties als verliefd zijn en bang zijn wel zoveel gemeen met propositionele houdingen als Ik weet dat Descartes in 1596 in La Haye in Touraine geboren is.? Emoties lijken eerder op propositionele houdingen als Ik denk aan Henk. Dit dwingt ons tot het introduceren van een onderscheid binnen de grote groep van propositionele houdingen, namelijk tussen die houdingen die op een gedachte gericht zijn, zoals weten dat, denken dat, verbeelden dat, en propositionele houdingen die onmiddellijk op een object gericht zijn, zoals Ik ken Visser. Opnieuw moet ik er op wijzen dat lang niet alle filosofen dit onderscheid tussen gedachte-gerichte propositionele houdingen en object-gerichte propositionele houdingen accepteren. Sommige filosofen zijn van mening dat de object-gerichte propositionele houdingen, zoals Ik ken Visser, uiteindelijk te herleiden zijn tot gedachte-gerichte 3 Zie bijvoorbeeld De Sousa (1980) The Rationality of Emotions, Robert M.Gordon The structure of emotions : investigations in cognitive philosophy (1987).

21 propositionele houdingen, in dit geval bijvoorbeeld tot Ik weet dat die man Visser heet. Het argument voor deze opvatting is dat je nooit zomaar aan een object kunt denken, maar dat je altijd iets over dat object denkt. En passant zijn we nog een belangrijke term voor de filosofie van de geest tegengekomen: het begrip intentionaliteit. Dit begrip is in de moderne filosofie geïntroduceerd door de Beierse filosoof Franz Brentano ( ) die het op zijn beurt ontleend had aan de Middeleeuwse wijsbegeerte. Het begrip speelt bijvoorbeeld ook een grote rol in de filosofie van de geest van Thomas van Aquino. Intentionaliteit komt van het Latijnse woord intendere, dat richten op betekent. Intentionaliteit betekent dan ook gericht zijn op. Propositionele houdingen zijn altijd ergens op gericht; zij vertonen intentionaliteit. In het Engels gebruikt men voor dit begrip ook wel eens de term aboutness om aan te geven dat mentale toestanden altijd ergens over gaan. Een andere belangrijke eigenschap van propositionele houdingen is dat zij rationeel moeten zijn. Let hier op het gebruik van de term moeten. Rationaliteit is een norm waar ons denken aan moet voldoen. Die norm van rationaliteit houdt in dat je jezelf niet mag tegenspreken en op het niveau van het denken derhalve dat je niet twee gedachten mag koesteren die met elkaar in strijd zijn. Verder houdt de norm in dat je nooit zomaar iets mag denken, maar daar altijd voldoende bewijs voor moet hebben; dat je de regels van de logica gehoorzaamt, en dat je handelt overeenkomstig je plannen en verlangens. Als je een ijsje wil, is het irrationeel om de fiets te pakken en van de ijszaak Venezia vandaan te rijden in plaats van er naar toe. Tenzij je natuurlijk een andere propositionele houding of een andere wens hebt, bijvoorbeeld dat je wil afvallen of dat je zo dadelijk wil gaan voetballen hetgeen met een volle maag niet kan. Dit laatste voorbeeld duidt er op dat propositionele houdingen en verlangens en wensen gezamenlijk één geheel vormen. Om te kunnen beoordelen of gedrag rationeel is moet je eigenlijk alle propositionele houdingen in

22 ogenschouw nemen. Dit wordt het holisme van het mentale genoemd. Alle gedachten, wensen en verlangens vormen één samenhangend geheel die je niet afzonderlijk in isolatie kunt beoordelen.

23 5 Filosofie en wetenschap Een belangrijke vraag die filosofen zich altijd moeten stellen is hoe de wijsbegeerte zich verhoudt tot de vakwetenschappen. Dit was ook de vraag waarover twee van de grootste filosofen van de twintigste eeuw, Ludwig Wittgenstein en Bertrand Russell, een enorme ruzie kregen: is filosofie een apart vak of vormt zij één geheel met de andere vakwetenschappen. Wittgenstein meende dat filosofie alles moest laten zoals het was en zich niet met de wetenschap diende te bemoeien. Russell zag filosofie daarentegen als de

24 meest algemene wetenschap waarin de resultaten van de vakwetenschappen uiteindelijk de oplossingen zouden kunnen bieden voor filosofische vragen. Onder invloed van Wittgenstein zagen veel Angelsaksische filosofen het in de twintigste eeuw als hun taak om de begrippen waarin filosofische problemen werden geformuleerd te analyseren. Met de vakwetenschappen zelf wilden zij zich niet bezighouden. De filosoof deed zijn werk; hij of zij verrichtte conceptuele analyse; de wetenschapper op zijn beurt deed onderzoek naar de werkelijkheid en verifieerde of falsifieerde zodoende empirische hypotheses. Tegen deze opvatting zijn tenminste drie argumenten naar voren te brengen. Ten eerste is het zo dat in de loop van de geschiedenis filosofen altijd een nauwe band hebben onderhouden met de wetenschappen. Dit uitte zich in het feit dat filosofen duidelijk de pretentie hadden verschijnselen in de werkelijkheid te verklaren. De aanhangers van de conceptuele analyse meenden daarentegen dat verklaringen in de wijsbegeerte niet thuishoorden. Maar waarom eigenlijk niet? Het antwoord moet luiden dat filosofische problemen niet behoren tot het soort problemen dat met een verklaring opgelost kan worden. Filosofische vragen zijn verwarringen waaraan ons denken ten prooi is gevallen die we moeten laten verdwijnen door conceptuele analyse. Wellicht dat sommige filosofische vragen het gevolg zijn van een verkeerd gebruik van woorden en begrippen, maar geldt dat voor alle filosofische vragen? Geldt dat, bijvoorbeeld, voor de vraag over de relatie tussen lichaam en geest? Dit is een vraag die U zichzelf moet stellen als U teksten leest op het gebied van de filosofie van de geest. Het eerste argument tegen de opvatting van wijsbegeerte als zijnde conceptuele analyse is dus niet beslissend. Het is bovendien strikt genomen een drogredenering: uit het feit dat filosofen zich historisch gezien altijd beziggehouden hebben met empirische verklaringen volgt niet dat dat ook goed was. Filosofen kunnen al die tijd wel op een dwaalspoor zijn geweest. We moeten een overtuigend argument tegen die opvatting hebben.

25 Het tweede argument tegen die opvatting is wellicht overtuigender. 4 Het luidt dat er geen duidelijke scheidslijn te trekken is tussen wijsbegeerte en empirische wetenschap. Alle wetenschappen gebruiken begrippen die typisch voorwerp van wijsgerig onderzoek zijn, zoals waarheid en oorzaak. In zekere zin maakt dus iedereen gebruik van filosofische begrippen. Indien een filosoof dergelijke begrippen gaat analyseren, kan iedereen daar in beginsel, wanneer dat goed gebeurt, dan ook van profiteren. Het omgekeerde geschiedt ook. Iedere wetenschapper behoudt zich uiteraard het recht voor de begrippen waarin hij zijn theorie formuleert te analyseren en, indien gewenst, van inhoud te veranderen. Filosofen begeven zich dus op het terrein van de wetenschappen en wetenschappers op dat van de filosofie. Het derde argument hangt hiermee samen. De aanhangers van de traditionele conceptuele analyse in de wijsbegeerte gingen uit van bestaande woorden en begrippen, zoals die in de dagelijkse omgangstaal werden gebruikt. Maar dat is om twee redenen problematisch. Ten eerste is het zo dat sprekers van een taal vaak woorden gebruiken zonder dat ze zelf een nauwkeurige definitie van die woorden kunnen geven. Als ik chagrijnig thuiskom, omdat ik een hoge rekening heb moeten betalen voor een nieuwe carburator, en ik krijg de vraag voorgelegd Laat mij die nieuwe carburator dan eens zien. zal ik verwijzen naar de automonteur. Zoals Hilary Putnam schreef in The Meaning of Meaning, ook behandeld in het vak taalfilosofie, er is een division of linguistic labor. Voor de nauwkeurige definitie van bepaalde woorden doen we een beroep op experts. Dat betekent dat ook de gewone omgangstaal uiteindelijk vol zit met wetenschappelijk jargon. De tweede reden waarom conceptuele analyse die uitgaat van betekenissen die vastliggen in de dagelijkse omgangstaal problematisch is betreft die conceptuele analyse 4 Nota bene: let er alstublieft op dat het Engelse woord argument in het Nederlands vertaald moet worden als redenering. Het Nederlandse woord argument is geen redenering, maar kan hooguit dienen in een debat als een vaststelling die tegen een opvatting pleit.

26 zelf. Is het niet zo dat we door na te denken over een begrip proberen te achterhalen wat het begrip precies inhoudt? Waarom zouden we de mogelijkheid a priori uitsluiten dat we na onze wijsgerige reflecties tot de slotsom komen dat een begrip een bepaalde betekenisinhoud heeft en dat we het derhalve in de toekomst ook overeenkomstig dienen te gebruiken? Conceptuele analyse hoeft zich niet beperken tot bestaand gebruik, maar kan ook constitutief zijn en normatieve implicaties hebben. Ofschoon er dus goede argumenten zijn tegen de opvatting dat filosofie, en dus ook filosofie van de geest, samenvalt met een conceptuele analyse van begrippen voor mentale toestanden, kunnen we toch twee lessen leren van de opvatting van wijsbegeerte als conceptuele analyse. De eerste is dat filosofen zich bescheiden moeten opstellen, wanneer zij zich op het terrein van de empirische wetenschappen gaan begeven. Al te wilde speculatie is uit den boze. De tweede is dat het tot de beroepsethos van een filosoof hoort om zijn begrippen nauwkeurig te definiëren en zijn positie exact te formuleren. Tenslotte nog een woord over andere stromingen in de wijsbegeerte. Zoals bekend loopt er in de wijsbegeerte een scherpe scheidslijn tussen de zogenaamde continentale en de analytische wijsbegeerte. Het bovenstaande is geschreven binnen de context van de analytische wijsbegeerte. De meest invloedrijke filosoof binnen de continentale wijsbegeerte is de Duitse filosoof Martin Heidegger. Zijn belangrijke boek Sein und Zeit (1927) kan gelezen worden als een poging om de autonomie van de filosofie te waarborgen en de wijsbegeerte te redden uit de handen van de oprukkende technische ontwikkelingen. Heidegger was van mening dat de mens de technische ontwikkelingen niet langer kan beheersen. De oorsprong van deze ontwikkeling zocht Heidegger in de relatie van de mens met de dingen om hem heen. Eigenlijk al sinds Aristoteles, maar vooral sinds Descartes plaatst de mens zich tegenover de dingen door voortdurend de vraag te stellen Wat is dit? Zodoende vergeet hij dat tal van voorwerpen dienen om handelingen mee te verrichten. Een hamer, bijvoorbeeld, is in de eerste plaats voorhanden (een woord dat typerend is voor de schrijfstijl van Heidegger) om iets mee te

27 doen. Pas als die hamer kapot is gaan we hem onderzoeken en plaatsen we onszelf tegenover die hamer. In de techniek overheerst die onderzoekshouding en wordt vergeten dat voorwerpen pas betekenis krijgen binnen onze leefwereld; in Heideggers woorden: de techniek vergeet de aparte zijnsstatus van de dingen om ons heen. De receptie van Heideggers filosofie in Frankrijk en Duitsland heeft geleid tot een toenemende verwijdering tussen filosofie en de vakwetenschappen. Voor continentale filosofen werd filosofie voor zichzelf een probleem. Continentale filosofen zijn meer bezig met wijsgerige teksten dan met de werkelijkheid en ontwikkelingen binnen de vakwetenschappen. De filosofie trekt zich zodoende terug in zichzelf. De vraag wordt dan natuurlijk wat de status van dergelijke wijsgerige uitspraken is. Immers, hoe kunnen we nog weten of deze uitspraken waar of onwaar zijn, wanneer deze filosofie zich gezuiverd heeft van alles wat naar de werkelijkheid verwijst? In deze cursus zal er, contra deze continentale wijsgerige ontwikkelingen, van uitgegaan worden dat een zinvolle dialoog tussen filosofie en de vakwetenschappen mogelijk is en dat wijsgerige uitspraken waar of onwaar zijn en gerechtvaardigd moeten kunnen worden.

28 6 De methodologische strategie van het reductionisme In de filosofie van de geest is een belangrijke methodologische strategie die van het reductionisme. Wat reductionisme precies inhoudt, hangt af van het antwoord op de vraag op welk niveau iemand reductionisme voorstaat. Een ontologisch reductionist is iemand die beweert dat een bepaald verschijnsel uiteindelijk gereduceerd kan worden tot verschijnselen op een fundamenteler ontologisch niveau. Op het gebied van de filosofie van de geest houdt ontologisch reductionisme in dat mentale verschijnselen gereduceerd kunnen worden tot hersenprocessen. Ontologisch fundamenteler houdt dan in dat mentale verschijnselen niet kunnen bestaan zonder hersenprocessen, maar dat omgekeerd hersenprocessen wel kunnen bestaan zonder mentale verschijnselen. Epistemologisch reductionisme houdt in dat kennis van een bepaald verschijnsel uiteindelijk gereduceerd kan worden tot meer fundamentele kennis. Op het gebied van de filosofie van de geest is een mogelijke reductionistische positie dat kennis van mentale toestanden uiteindelijk zou berusten op kennis van neurofysiologische processen. Conceptueel reductionisme houdt in dat de begrippen waarmee we over bijvoorbeeld mentale verschijnselen praten uiteindelijk gereduceerd zouden kunnen worden tot begrippen die behoren tot een neurofysiologische theorie over de hersenen. Kortom, het is uiterst belangrijk om te weten of iemand een reductionist is op ontologisch, epistemologisch of conceptueel niveau. Iemand kan van mening zijn dat uiteindelijk mentale verschijnselen gereduceerd kunnen worden tot neurofysiologische processen, maar tegelijkertijd volhouden dat de begrippen waarmee we in de gewone omgangstaal over de geest spreken nooit ingebed kunnen worden in een neurofysiologische theorie. Linea recta tegenover deze positie staat uiteraard de anti-reductionist. De ontologische anti-reductionist beweert dat mentale verschijnselen op zichzelf bestaan en

29 niet gereduceerd kunnen worden tot hersenprocessen. De epistemologische antireductionist meent dat kennis van mentale verschijnselen een geheel ander type kennis is dan kennis van neurofysiologische processen. De conceptuele anti-reductionist meent dat begrippen voor mentale toestanden niet gereduceerd of ingebed kunnen worden in een meer fundamentele neurofysiologische theorie. Ons vocabulaire voor mentale verschijnselen is conceptueel autonoom. In het volgende hoofdstuk zullen we meest uitgesproken antireductionistische theorie, het dualisme, bespreken. Een derde methodologische benadering naast die van het reductionisme en het anti-reductionisme is die van het eliminativisme. Een eliminativist wil elimineren. Een ontologisch eliminativist op het gebeid van de filosofie van de geest is derhalve iemand die beweert dat mentale verschijnselen niet bestaan: alleen hersenprocessen bestaan. Een epistemologisch eliminativist beweert dat onze kennis van het mentale geëlimineerd moet worden. Een conceptueel eliminativist beweert dat het begrippenapparaat waarmee wij over mentale verschijnselen volkomen verkeerd is en overboord gezet moet worden. Opnieuw moet benadrukt worden hoe belangrijk het is om een goed onderscheid te maken tussen ontologie, epistemologie en begrippen. Iemand kan bijvoorbeeld stellen: mentale verschijnselen bestaan niet, het enige dat bestaat is uiterlijk waarneembaar gedrag. Onze woorden voor mentale verschijnselen verwijzen niet naar geheime processen in de geest, maar naar gedrag. Hij of zij combineert dan een ontologisch eliminativisme met een conceptueel antireductionisme. Dit is een andere positie dan die van een eliminativist die zowel ontkent dat mentale verschijnselen bestaan en tegelijkertijd volhoudt dat ons praten over mentale verschijnselen radicaal verkeerd is. We zullen beide posities in deze cursus tegenkomen. De verschillende posities zijn samengevat in de volgende tabel:

30 ontologisch: de mentale toestanden: reductionisme anti-reductionisme eliminativisme kunnen gereduceerd bestaan op zichzelf bestaan niet, alleen worden tot en kunnen niet hersenprocessen hersenprocessen gereduceerd worden bestaan tot hersenprocessen epistemologisch: de kennis van mentale toestanden: conceptueel: de begrippen voor mentale toestanden: kan gereduceerd worden tot kennis van neurofysiologische processen kunnen gereduceerd worden tot begrippen van een neurofysiologische theorie is andere type kennis dan kennis van neurofysiologische processen kunnen niet gereduceerd worden tot begrippen van een neurofysiologische theorie Tabel 1 De methodologische strategie 5 moet geëlimineerd worden zijn volkomen verkeerd en moeten overboord worden gezet 5 Met dank aan Nico Krijn voor het suggereren en vervaardigen van de tabel.

31 Samenvatting: Het lichaam-geest probleem en twee intuïties De richting van het debat over het lichaam-geest probleem wordt bepaald door het conflict dat vrijwel iedereen ervaart tussen twee intuïties. Aan de ene kant hebben we de intuïtie dat de geest, en zeker de menselijke geest, een heel apart verschijnsel is. We kunnen het niet beschouwen als objecten die bestaan uit een bepaalde materie. We kunnen de geest ook niet leren kennen, zoals we objecten leren kennen, namelijk door het te bekijken, op te pakken en uit elkaar te halen. We praten ook op een andere manier over de geest, dan over materiële objecten. Maar aan de andere kant vinden we juist dat de geest wel degelijk stoffelijk is. De geest lijkt onlosmakelijk verbonden met de hersenen. Iemand die dronken is gedraagt zich anders dan wanneer hij nuchter is. Iemand die een herseninfarct heeft gehad kan soms niet meer praten. We komen bovendien veel meer te weten over die hersenfuncties waar en hoe ze zich afspelen. Bovendien: moeten we wel zoveel waarde hechten aan taal, wanneer we het over een verschijnsel hebben? Filosofen hebben een uitweg uit dit conflict gezocht door een middenpositie in te nemen. Sommige filosofen hellen daarbij eerder naar het standpunt dat de geest een apart verschijnsel is, en dat we een scherp onderscheid moeten maken tussen twee dingen: ons lichaam en onze geest. Om die reden worden deze filosofen vaak dualisten genoemd. Dualisme is de opvatting dat de mens bestaat uit twee aparte dingen, een lichaam en een geest. Deze opvatting werd in de moderne filosofie voor het eerst duidelijk door de Franse filosoof Descartes verdedigd, die we in het volgende hoofdstuk zullen tegenkomen. Andere filosofen kennen aan de intuïtie dat de geest in de materiële hersenen bestaat veel meer gewicht toe. Zij worden dan ook materialisten genoemd. Hun opvatting wordt in het daarop volgende hoofdstuk besproken. Na de behandeling van deze twee extreme posities worden vervolgens meer genuanceerde middenposities in het debat over het lichaam-geest probleem besproken.

32

33

Deze syllabus is bedoeld als aanvulling op het onderwijs in de filosofie van de

Deze syllabus is bedoeld als aanvulling op het onderwijs in de filosofie van de VOORWOORD Deze syllabus is bedoeld als aanvulling op het onderwijs in de filosofie van de cognitiewetenschappen. Het dekt niet de gehele collegestof. Voor uw op- en aanmerkingen houd ik mij van harte aanbevolen.

Nadere informatie

Het lichaam-geest probleem

Het lichaam-geest probleem Het lichaam-geest probleem Wouter Bouvy 3079171 November 5, 2006 Abstract Dit artikel behandelt het lichaam-geest probleem. Het bestaat uit een uitleg over het lichaam-geest probleem, en schrijft deze

Nadere informatie

Eindexamen Filosofie havo I

Eindexamen Filosofie havo I Opgave 2 Denken en bewustzijn 8 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een omschrijving van het begrip bewustzijn 2 argumentatie aan de hand van deze omschrijving of aan Genghis bewustzijn kan

Nadere informatie

Eindexamen Filosofie havo I

Eindexamen Filosofie havo I 4 Beoordelingsmodel Opgave 1 Gevoel en machine 1 Een goed antwoord bevat: Twee aan het ontologisch dualisme ontleende argumenten als ondersteuning van de visie dat een dier volgens Descartes geen pijn

Nadere informatie

DUALISME. René Descartes ( )

DUALISME. René Descartes ( ) DUALISME René Descartes (1596-1650) HET CORPUSCULAIRE WERELDBEELD Galileo Galilei (veroordeling 1633 vanwege Dialogen) Descartes - Le Monde (voltooid in 1633) HET CORPUSCULAIRE WERELDBEELD PRIMAIRE QUALITEITEN

Nadere informatie

Geest, brein en cognitie

Geest, brein en cognitie Geest, brein en cognitie Filosofie van de geest en Grondslagen van de cognitiewetenschap Fred Keijzer 1 Overzicht: Wat is filosofie en waarom is dit relevant voor cognitiewetenschap en kunstmatige intelligentie?

Nadere informatie

Eindexamen filosofie havo I

Eindexamen filosofie havo I 4 Beoordelingsmodel Opgave 1 The Matrix 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een uitleg waarom Morpheus opvatting tot het materialisme gerekend kan worden 1 het verband tussen materialisme

Nadere informatie

Willen sterven. Wie anders dan ik zelf zou het recht hebben om te beslissen over mijn leven? Moment voor religieuze bezinning en waardevol leven

Willen sterven. Wie anders dan ik zelf zou het recht hebben om te beslissen over mijn leven? Moment voor religieuze bezinning en waardevol leven Wie anders dan ik zelf zou het recht hebben om te beslissen over mijn leven? Paul van Tongeren was tot zijn emeritaat hoogleraar wijsgerige ethiek in Nijmegen en Leuven. Hij is als geassocieerd onderzoeker

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 2 Spiritueel scepticisme 6 maximumscore 4 een uitleg dat McKenna in tekst 6 vanuit epistemologisch perspectief over solipsisme spreekt: hij stelt dat de kennisclaim over het bestaan van andere mensen

Nadere informatie

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS?

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS? TAALFILOSOFIE Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS? GOTTLOB FREGE (1848 1925) Uitvinder moderne logica Vader van de taalfilosofie BEGRIFFSCHRIFT (1879) Bevat moderne propositie en predicaten-logica Syllogistiek

Nadere informatie

Toelichting bij de Korte Verhandeling van Spinoza Nummer 1

Toelichting bij de Korte Verhandeling van Spinoza Nummer 1 Toelichting bij de Korte Verhandeling van Spinoza Nummer 1 Deel 1, Hoofdstuk 1 - Dat er iets buiten ons bestaat. Rikus Koops 8 juni 2012 Versie 1.1 In de inleidende toelichting nummer 0 heb ik gesproken

Nadere informatie

Wat is? filosofie? Wat is. en kwaad. Hoofdstu

Wat is? filosofie? Wat is. en kwaad. Hoofdstu Wat is filosofie? Hoofdstuk 1 1 filosoferen: doordenken! 5 e vragen 6 2 gewone vragen en filosof isch 9 3 aanleidingen om te filosoferen 12? eren 4 waarom filosof 5 samen filosoferen 14 17 6 filosof ie

Nadere informatie

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten 1 Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding G.J.E. Rutten Introductie In dit artikel wil ik het argument van de Amerikaanse filosoof Alvin Plantinga voor

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76 INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76 Vergeten... 7 Filosofie... 9 Een goed begin... 11 Hoofdbreker... 13 Zintuigen... 15 De hersenen... 17 Zien... 19 Geloof... 21 Empirie... 23 Ervaring...

Nadere informatie

Niet-feitelijke waarheden (2)

Niet-feitelijke waarheden (2) Niet-feitelijke waarheden (2) Emanuel Rutten Wat is waarheid? Er zijn weinig wijsgerige vragen die vaker zijn gesteld dan deze. In wat volgt ga ik er niet rechtstreeks op in. In plaats daarvan wil ik een

Nadere informatie

BEWUSTZIJN GEEST BEWUSTE GEEST DENKEN BEWUST-DENKEN

BEWUSTZIJN GEEST BEWUSTE GEEST DENKEN BEWUST-DENKEN BEWUSTZIJN GEEST BEWUSTE GEEST DENKEN BEWUST-DENKEN BEWUSTZIJN BEWUSTZIJN ZELFBEWUST-ZIJN N.B. KANT (APPERCEPTIE) BEWUSTZIJN LEVEND WEZEN BEWUSTZIJN (CREATURE CONSCIOUSNESS) BEWUSTZIJN VAN MENTALE TOESTANDEN

Nadere informatie

Rene Descartes. René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain

Rene Descartes. René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain Rene Descartes René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain Cogito ergo sum, ik denk dus ik ben. Een uitspraak van René Descartes. Een belangrijk wiskundige en filosoof in de geschiedenis. Volgens

Nadere informatie

filosofie vwo 2016-II

filosofie vwo 2016-II Opgave 2 Theoriegeladenheid van de waarneming 5 maximumscore 3 Een goed antwoord bevat een uitleg met de afbeelding van het eend-konijn van: Kuhns Aristoteles-ervaring: plotselinge perspectiefverandering

Nadere informatie

Materie en geest. Grenzen aan het fysische wereldbeeld. Gerard Nienhuis. Universiteit Leiden. Workshop Conferentie SCF, 20 januari 2018

Materie en geest. Grenzen aan het fysische wereldbeeld. Gerard Nienhuis. Universiteit Leiden. Workshop Conferentie SCF, 20 januari 2018 Materie en geest Grenzen aan het fysische wereldbeeld Gerard Nienhuis Universiteit Leiden Workshop Conferentie SCF, 20 januari 2018 Natuurwetenschap: Natuurwetenschap is basis van wereldbeeld geworden.

Nadere informatie

Anomaal Monisme vergeleken met behaviorisme en functionalisme

Anomaal Monisme vergeleken met behaviorisme en functionalisme Anomaal Monisme vergeleken met behaviorisme en functionalisme Wouter Bouvy 3079171 October 15, 2006 Abstract Dit artikel behandelt Mental Events van Donald Davidson. In Mental Events beschrijft Davidson

Nadere informatie

Eliminative Materialism and the Propositional Attitudes

Eliminative Materialism and the Propositional Attitudes Eliminative Materialism and the Propositional Attitudes Paul Churchland Roderik Emmerink Rijksuniversiteit Groningen 21 december 2005 Inhoud 1 Introductie 2 Waarom FP een theorie is 3 Waarom FP wel eens

Nadere informatie

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS?

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS? TAALFILOSOFIE Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS? TAALFILOSOFIE Formele seman=ek Bijv. Proposi=elogica Informele seman=ek TAALWETENSCHAP Syntaxis Semantiek Pragmatiek Seman=sche categorieën Termen

Nadere informatie

Opgave 2 Doen wat je denkt

Opgave 2 Doen wat je denkt Opgave 2 Doen wat je denkt 7 maximumscore 2 een argumentatie waarom Swaab het bestaan van vrije wil verwerpt op grond van de experimenten van Libet: bewustzijn komt pas na de beslissingen van de hersenen

Nadere informatie

In de vorige paragraaf hebben we gezien dat we een leer van de dingen (een ontologie)

In de vorige paragraaf hebben we gezien dat we een leer van de dingen (een ontologie) II DUALISME 1 De eerste gedachte: de mens is een uniek verschijnsel In de vorige paragraaf hebben we gezien dat we een leer van de dingen (een ontologie) goed moeten onderscheiden van een leer over de

Nadere informatie

Het evangelie volgens. Annelien Bij de Vaate

Het evangelie volgens. Annelien Bij de Vaate Het evangelie volgens Annelien Bij de Vaate 1. Oorspronkelijk Dit is een verhaal over het leven. Over hoe het leven is ontstaan, of het een doel heeft, wie de oorsprong is van het leven. Er zijn veel verhalen

Nadere informatie

Autonoom als vak De zelf

Autonoom als vak De zelf Aangezien ik de indruk heb gekregen dat er een opkomst is van een nieuw vakgebied dat nog niet zodanig als vak bestempelt wordt, wil ik proberen dit vak te expliceren, om het vervolgens te kunnen betitelen

Nadere informatie

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS?

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS? TAALFILOSOFIE Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS? GOTTLOB (1848 1925) Uitvinder moderne logica Vader van de taalfilosofie BEGRIFFSCHRIFT (1879) Bevat moderne proposioe en predicaten- logica SyllogisOek

Nadere informatie

Tot dusverre hebben we telkens een bepaalde opvatting over de geest besproken en ons

Tot dusverre hebben we telkens een bepaalde opvatting over de geest besproken en ons V FUNCTIONALISME 1 De Turing test Tot dusverre hebben we telkens een bepaalde opvatting over de geest besproken en ons onder ander afgevraagd wat voor consequenties die opvatting heeft voor de suggestie

Nadere informatie

Eindexamen filosofie havo I

Eindexamen filosofie havo I Opgave 2 Boer zoekt vrouw 8 maximumscore 2 een uitleg van Boer zoekt Vrouw als uiting van emocultuur aan de hand van de twee volgende kenmerken: onbezonnen heftige emoties (teken van oppervlakkigheid)

Nadere informatie

De Sinn van fictie. Wouter Bouvy March 12, 2006

De Sinn van fictie. Wouter Bouvy March 12, 2006 De Sinn van fictie Wouter Bouvy 3079171 March 12, 2006 1 Inleiding Hoe is het mogelijk dat mensen de waarheid van proposities over fictie zo kunnen bepalen dat iedereen het er mee eens is? Kan een theorie

Nadere informatie

Indexicale Problemen voor Frege

Indexicale Problemen voor Frege Indexicale Problemen voor Frege Een van de moeilijkheden waar een taalfilosofische theorie tegenaan loopt is het probleem van de indexicaliteit, dat wil zeggen: is de betekenis van persoons-, plaats- en

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: filosofie Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 20 06 Tijdvak 1 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 Hoe is het om een vleermuis te zijn?

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 Hoe is het om een vleermuis te zijn? Opgave 3 Hoe is het om een vleermuis te zijn? 11 maximumscore 2 een uitleg met een citaat uit tekst 7 dat Nagels probleem van de vleermuizen een epistemologisch probleem van andere geesten is: we weten

Nadere informatie

Proeftentamen 2010-2011 deel Wetenschapsfilosofie. 20102011proef_deel_Wetenschapsfilosofie.pdf

Proeftentamen 2010-2011 deel Wetenschapsfilosofie. 20102011proef_deel_Wetenschapsfilosofie.pdf Proeftentamen 2010-2011 deel Wetenschapsfilosofie 20102011proef_deel_Wetenschapsfilosofie.pdf Tilburg University Sociale Filosofie en Wetenschapsfilosofie Proeftentamen Sociale Filosofie en wetenschapsfilosofie

Nadere informatie

Waarom bestaat God? Emanuel Rutten

Waarom bestaat God? Emanuel Rutten 1 Waarom bestaat God? Emanuel Rutten In een dansclub in Amsterdam zag ik ooit iemand die zich op de dansvloer ineens omdraaide en tegen een vrouw waarmee hij aan het begin van de avond kort gesproken had,

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO. filosofie

Correctievoorschrift HAVO. filosofie filosofie Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 20 04 Tijdvak 1 inzenden scores Verwerk de scores van de alfabetisch eerste tien kandidaten per school in het programma Wolf of vul

Nadere informatie

WIJ DENKEN OVER DE MENS EN HET GOEDE. Verwerkingsboek. Philippe Boekstal DAMON. Boekstal, vwb WD denken mens en goede.indd :32

WIJ DENKEN OVER DE MENS EN HET GOEDE. Verwerkingsboek. Philippe Boekstal DAMON. Boekstal, vwb WD denken mens en goede.indd :32 WIJ DENKEN OVER DE MENS EN HET GOEDE Verwerkingsboek Philippe Boekstal DAMON Boekstal, vwb WD denken mens en goede.indd 1 02-08-11 11:32 VOORWOORD Dit verwerkingsboek bevat een aantal teksten en opdrachten

Nadere informatie

Essay. Norbert Vogel* Morele feiten bestaan niet

Essay. Norbert Vogel* Morele feiten bestaan niet Essay Norbert Vogel* Morele feiten bestaan niet Ethici onderscheiden zich van gewone mensen doordat zij niet schijnen te weten wat morele oordelen zijn. Met behulp van elkaar vaak uitsluitende ismen trachten

Nadere informatie

W I K K E N & W E G E N

W I K K E N & W E G E N W I K K E N & W E G E N Voor je ligt het leerwerkboek Wikken en Wegen, basisbegrippen levensbeschouwing. Een leerwerkboek is een boek om uit te leren en om in te werken. Het is van jezelf, verzorg het

Nadere informatie

Boekverslag Engels Genesis and catastrophe, a true story door Roald Dahl

Boekverslag Engels Genesis and catastrophe, a true story door Roald Dahl Boekverslag Engels Genesis and catastrophe, a true story door Roald Dahl Boekverslag door een scholier 1232 woorden 12 juni 2002 6,4 89 keer beoordeeld Auteur Genre Roald Dahl Kort verhaal Eerste uitgave

Nadere informatie

Wat is de mens? - Context. De opkomst van de filosofische antropologie

Wat is de mens? - Context. De opkomst van de filosofische antropologie De menselijke natuur, week 9 De opkomst van de filosofische antropologie Overzicht van reeds behandelde mensbeelden en de mechanistische visie uit de late 19e eeuw Wat is de mens? - Context Plato / Descartes

Nadere informatie

Eric Schneider LEZINGEN TER BEWUSTWORDING. Leven vanuit het hart

Eric Schneider LEZINGEN TER BEWUSTWORDING. Leven vanuit het hart Eric Schneider LEZINGEN TER BEWUSTWORDING Leven vanuit het hart Den Haag, 2015 Leven vanuit het hart 7 Hoe kunnen we leven vanuit het hart? Daarbij is het belangrijk een onderscheid te maken tussen denken

Nadere informatie

Spinoza s Visie. Dag 3. Hoe verhoudt de mens zich tot de Natuur?

Spinoza s Visie. Dag 3. Hoe verhoudt de mens zich tot de Natuur? Spinoza s Visie Dag 3 Hoe verhoudt de mens zich tot de Natuur? Module 3 Herhaling Belangrijke lessen dag 1 en 2 Kennis is de bron van ons geluk. Kennis van het hoogst denkbare geeft het grootst mogelijke

Nadere informatie

11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets

11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets 11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets Opdracht 1 Wat is de Sokratische methode? Opdracht 2 Waarom werd Sokrates gedwongen de gifbeker te drinken? Opdracht 3 Waarom zijn onze zintuigen

Nadere informatie

GELOOF&WETENSCHAP KUNNEN WE WETEN OF GOD BESTAAT? Gerard Nienhuis

GELOOF&WETENSCHAP KUNNEN WE WETEN OF GOD BESTAAT? Gerard Nienhuis GELOOF&WETENSCHAP KUNNEN WE WETEN OF GOD BESTAAT? Gerard Nienhuis De natuurwetenschap levert ons de meest betrouwbare kennis die voor ons toegankelijk is. Geen andere kennisbron levert dezelfde mate van

Nadere informatie

Woord en wereld Een inleiding tot de taalfilosofie

Woord en wereld Een inleiding tot de taalfilosofie Woord en wereld Een inleiding tot de taalfilosofie Filip Buekens Acco Leuven / Den Haag Hoofdstuk I. Freges uitgangspunten 11 I.1 De semantische dimensie van taal 11 I.2 Proposities: Freges kernstellingen

Nadere informatie

Tekstboek Module 1. Bewustwording

Tekstboek Module 1. Bewustwording Tekstboek Module 1. Bewustwording Dag 1. Doe Het Zelf Werkelijkheid. Daar gaan we! Vandaag start je met dag 1 van module 1: bewustwording. Deze module vormt het fundament van de cursus. Je ontdekt tijdens

Nadere informatie

naar: Jed McKenna, Jed McKenna s theorie van alles, Samsara, 2014

naar: Jed McKenna, Jed McKenna s theorie van alles, Samsara, 2014 Opgave 2 Spiritueel scepticisme tekst 6 Jed McKenna is de schrijver van verschillende boeken over spiritualiteit. In zijn boeken speelt hij de hoofdrol als leraar van een leefgemeenschap. McKenna is spiritueel

Nadere informatie

filosofie vwo 2015-II

filosofie vwo 2015-II Opgave 2 Onbewuste discriminatie 6 maximumscore 4 Een beschrijving van de twee groepen waarin bij Descartes de gedachten van de ziel uiteenvallen: acties en passies van de ziel 1 een antwoord op de vraag

Nadere informatie

Opmerking vooraf.

Opmerking vooraf. Opmerking vooraf. Door het volgende heb ik geprobeerd een indruk te geven van Frege s constructie van het begrip getal. De paragrafen betreffen zijn bespreking van de opvatting van verschillende filosofen.

Nadere informatie

De naïeve betekenistheorie. De betekenis van een woord is het object waar dat woord voor staat.

De naïeve betekenistheorie. De betekenis van een woord is het object waar dat woord voor staat. De naïeve betekenistheorie De betekenis van een woord is het object waar dat woord voor staat. De naïeve betekenistheorie Kritiek: De informativiteit van identiteitsuitspraken a=a versus a=b Uitspraken

Nadere informatie

Marleen Schippers - 1071319 Bewustzijn en Handelen Eindopdracht 6 februari 2004

Marleen Schippers - 1071319 Bewustzijn en Handelen Eindopdracht 6 februari 2004 Marleen Schippers - 1071319 Bewustzijn en Handelen Eindopdracht 6 februari 2004 Inleiding In dit betoog beschrijf ik mijn visie op het mind-body probleem 1. Ik richt me in het bijzonder op twee aspecten

Nadere informatie

Opstel Levensbeschouwing boeddhisme

Opstel Levensbeschouwing boeddhisme Opstel Levensbeschouwing boeddhisme Opstel door Ayton 1267 woorden 17 januari 2018 4,7 5 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Verslag Boeddha (Boeddhisme) Van Ayton van Barreveld S1G Inhoud Inleiding

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Emoties

Samenvatting Filosofie Emoties Samenvatting Filosofie Emoties Samenvatting door een scholier 1030 woorden 28 mei 2013 3,2 2 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Cogito Filosofie samenvatting Emoties (theorie en primaire teksten) THEORIE

Nadere informatie

Mens en machine. Gert-Jan Lokhorst

Mens en machine. Gert-Jan Lokhorst 1 Mens en machine Gert-Jan Lokhorst Centrum voor de Filosofie van de Informatie- en Communicatie Technologie, Faculteit der Wijsbegeerte, Erasmus Universiteit Rotterdam. 25 sept. 2002 2 Vraagstelling Is

Nadere informatie

Module 4: Basisovertuiging 1 & 2 (Verdieping)

Module 4: Basisovertuiging 1 & 2 (Verdieping) Module 4: Basisovertuiging 1 & 2 (Verdieping) Basisovertuiging 1 & 2 (Verdieping) Geluk is een gevoel! Jij bent de enige persoon op de wereld die jou gelukkig kan maken! Het is erg belangrijk dat je alle

Nadere informatie

filosofie havo 2018-II

filosofie havo 2018-II Opgave 2 Gevoelswerk 9 maximumscore 2 een uitleg dat Tessa s twijfel toont dat ze zich kritisch tot zichzelf kan verhouden, waarin volgens Korsgaard de waarde van authenticiteit ligt 1 een weergave van

Nadere informatie

Werkstuk Levensbeschouwing Boeddhisme

Werkstuk Levensbeschouwing Boeddhisme Werkstuk Levensbeschouwing Boeddhisme Werkstuk door een scholier 1997 woorden 8 april 2001 5,1 112 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing 1) Geef een korte omschrijving wat het boeddhisme volgens jou voor

Nadere informatie

De leermachines. Gerard van Winkel.

De leermachines. Gerard van Winkel. De leermachines Gerard van Winkel www.gopher.nl Ik ben aan het dagdromen. Filosofeer over de vrije wil. Als je aan tien verschillende mensen vraagt wat ze onder het begrip vrije wil verstaan, dan krijg

Nadere informatie

Jan Bransen. Waar filosofen van houden ISVW UITGEVERS

Jan Bransen. Waar filosofen van houden ISVW UITGEVERS Jan Bransen Waar filosofen van houden ISVW UITGEVERS Voor de denker in jou INHOUD VOORWOORD 7 I FILOSOFIE IN DE SAMENLEVING 1 Waar blijft de filosofie? 10 2 Denken is voor iedereen 16 3 Filosofen op een

Nadere informatie

Eindexamen havo filosofie 2013-I

Eindexamen havo filosofie 2013-I Opgave 2 Emoties bij mens en dier 10 maximumscore 3 een weergave van de visie van Seneca op woede bij dieren: dieren hebben geen rede en daarom geen emoties 1 een weergave van de visie van Seneca op woede

Nadere informatie

bw Prima Filosofie 2005 09-08-2005 13:47 Pagina 1 Ton Vink Prima Filosofie Een eerste kennismaking met de filosofie

bw Prima Filosofie 2005 09-08-2005 13:47 Pagina 1 Ton Vink Prima Filosofie Een eerste kennismaking met de filosofie bw Prima Filosofie 2005 09-08-2005 13:47 Pagina 1 Ton Vink Prima Filosofie Een eerste kennismaking met de filosofie bw Prima Filosofie 2005 09-08-2005 13:47 Pagina 3 Inhoud HOOFDSTUK 1 5 Filosofie is:

Nadere informatie

Karma, Voortzetting en het Edele Achtvoudige Pad

Karma, Voortzetting en het Edele Achtvoudige Pad Karma, Voortzetting en het Edele Achtvoudige Pad Augustus 2005, Plum Village Vandaag wil ik graag spreken over reïncarnatie, wedergeboorte en voortzetting. Als we een sinaasappelboom bekijken, dan kunnen

Nadere informatie

Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte.

Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte. Samenvatting door A. 2079 woorden 29 juni 2014 6,4 2 keer beoordeeld Vak Anders H1 Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte. Moraal

Nadere informatie

Eindexamen Filosofie vwo II

Eindexamen Filosofie vwo II 3 Antwoordmodel Opgave 1 De empirische werkelijkheid 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een goede uitleg van wat het verificatie- en het confirmatieprincipe inhouden 2 een goede uitleg dat

Nadere informatie

Aristoteles: Oh ja? Maar ik heb ook wel eens gehoord van utilitarisme, wat is dat dan?

Aristoteles: Oh ja? Maar ik heb ook wel eens gehoord van utilitarisme, wat is dat dan? Praktische-opdracht door een scholier 2095 woorden 29 mei 2013 3,8 2 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Cogito Symposium Nienke Raaijmakers H4A Vrijdagmiddag vijf uur. Ik ben net thuis van school, en

Nadere informatie

Het Beeld van Onszelf

Het Beeld van Onszelf Het Beeld van Onszelf Onze natuurlijke staat van zijn is bewust-zijn, een bewustzijn dat niet van iets is, maar een allesomvattende staat van zuiver ervaren. Binnen dit bewustzijn is onze geest evenwichtig,

Nadere informatie

Grenzen verleggen. Amsterdam, februari Beste Julian Baggini,

Grenzen verleggen. Amsterdam, februari Beste Julian Baggini, Grenzen verleggen Amsterdam, februari 2017 Beste Julian Baggini, Wij zijn ons verstand verloren en met die hartenkreet val je in jouw nieuwe boek meteen met de deur in huis. Was ons rede en rationaliteit

Nadere informatie

HDYO heeft meer informatie beschikbaar over de Ziekte van Huntington voor jongeren, ouders en professionals op onze website:

HDYO heeft meer informatie beschikbaar over de Ziekte van Huntington voor jongeren, ouders en professionals op onze website: Hoe voelt het om de Ziekte van Huntington te hebben? HDYO heeft meer informatie beschikbaar over de Ziekte van Huntington voor jongeren, ouders en professionals op onze website: www.hdyo.org Heb je je

Nadere informatie

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen.

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen. Samenvatting door A. 1576 woorden 4 december 2014 1,3 2 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Paragraaf 2 De ethische optiek 1 inleiding Ethiek gaat over goed en kwaad in het menselijk handelen. Onderscheid

Nadere informatie

Overzicht van vandaag. Filosofie van de geest: WB3027 Joel Anderson ( , blok 2) Het other minds probleem. Het argument from analogy

Overzicht van vandaag. Filosofie van de geest: WB3027 Joel Anderson ( , blok 2) Het other minds probleem. Het argument from analogy Filosofie van de geest: WB3027 Joel Anderson (2006-07, blok 2) Bijeenkomst #4 (23 nov 2006) I feel your pain : Wittgenstein en Malcolm over de identificatie van pijn Overzicht van vandaag Logistiek: BSCW

Nadere informatie

Wilt u laten weten wat u van deze TLPST vond? Hebt u tips voor de volgende aflevering? Mail ons:

Wilt u laten weten wat u van deze TLPST vond? Hebt u tips voor de volgende aflevering? Mail ons: Lesbrief 54: januari 2019 Wilt u laten weten wat u van deze TLPST vond? Hebt u tips voor de volgende aflevering? Mail ons: redactie@onzetaal.nl. Alarm! 3660 talen worden bedreigd! Uit een recent onderzoek

Nadere informatie

Eindtermen centraal examen filosofie havo en vwo 2004 en 2005

Eindtermen centraal examen filosofie havo en vwo 2004 en 2005 OCenW-Regelingen Eindtermen centraal examen Bestemd voor: hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo); voortgezet wetenschappelijk onderwijs (vwo); voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo). Algemeen

Nadere informatie

pagina 2 van 5 Laten we maar weer eens een willekeurige groep voorwerpen nemen. Er bestaan bijvoorbeeld -- om maar iets te noemen -- allerlei verschil

pagina 2 van 5 Laten we maar weer eens een willekeurige groep voorwerpen nemen. Er bestaan bijvoorbeeld -- om maar iets te noemen -- allerlei verschil pagina 1 van 5 Home > Bronteksten > Plato, Over kunst Vert. Gerard Koolschijn. Plato, Constitutie (Politeia), Amsterdam: 1995. 245-249. (Socrates) Nu we [...] de verschillende elementen van de menselijke

Nadere informatie

Stap 6: Wat is de kernovertuiging?

Stap 6: Wat is de kernovertuiging? E-Learning: Hoe krijgen ze me zo gek als leidinggevende? Module 7/9 Stap 6: Wat is de kernovertuiging? De relevante vraag is hier: wat is het ergste wat er kan gebeuren als hij zijn controledrang loslaat?

Nadere informatie

Meer weten, minder kansen

Meer weten, minder kansen Meer weten, minder kansen Jean Paul Van Bendegem Aanleiding In dit kort stukje wil ik een probleem aankaarten in verband met waarschijnlijkheden en kansen. We weten allemaal, dankzij de ondertussen ontelbare

Nadere informatie

INFORMATIE LIFELONG OVER PERSPECTIEVEN +31 (0) 638 279 772. lee@lifelong.eu

INFORMATIE LIFELONG OVER PERSPECTIEVEN +31 (0) 638 279 772. lee@lifelong.eu LIFELONG INFORMATIE Wil je meer uit je werk- en privé-relaties halen? Wil je jezelf en anderen beter begrijpen en misverstanden voorkomen? Dan is het essentieel om je perspectief op de werkelijkheid te

Nadere informatie

Openingstoespraak Debat Godsargument VU Faculteit der Wijsbegeerte 11 April 2012. Emanuel Rutten

Openingstoespraak Debat Godsargument VU Faculteit der Wijsbegeerte 11 April 2012. Emanuel Rutten 1 Openingstoespraak Debat Godsargument VU Faculteit der Wijsbegeerte 11 April 2012 Emanuel Rutten Goedemiddag. Laat ik beginnen met studievereniging Icarus en mijn promotor Rene van Woudenberg te bedanken

Nadere informatie

2. Syntaxis en semantiek

2. Syntaxis en semantiek 2. Syntaxis en semantiek In dit hoofdstuk worden de begrippen syntaxis en semantiek behandeld. Verder gaan we in op de fouten die hierin gemaakt kunnen worden en waarom dit in de algoritmiek zo desastreus

Nadere informatie

1 De tweede gedachte: de mens is een chemisch proces als een ander

1 De tweede gedachte: de mens is een chemisch proces als een ander III MATERIALISME 1 De tweede gedachte: de mens is een chemisch proces als een ander Iemand die veel drinkt gaat zich anders gedragen. Na een hersenbloeding kunnen mensen soms niet meer praten en is hun

Nadere informatie

Spinoza - ook tafels hebben een ziel

Spinoza - ook tafels hebben een ziel Spinoza - ook tafels hebben een ziel In de zeventiende eeuw kwam de filosoof René Descartes met de beroemde stelling dat alles in de wereld tot twee substanties teruggeleid kan worden: lichaam of geest.

Nadere informatie

Opgave 3 De gewapende overval

Opgave 3 De gewapende overval Opgave 3 De gewapende overval 12 maximumscore 2 een argumentatie dat het idee van vrije wil als bovennatuurlijke kracht in het kader van vrije wil als bewuste aansturing voor veel mensen aantrekkelijk

Nadere informatie

Over de wenselijkheid van een verbetercultuur in het onderwijs

Over de wenselijkheid van een verbetercultuur in het onderwijs Over de wenselijkheid van een verbetercultuur in het onderwijs Over de wenselijkheid van een verbetercultuur in het onderwijs De opening van het onderzoek naar de verbetercultuur in het onderzoek is een

Nadere informatie

2 keer beoordeeld 22 maart Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe je een goede samenleving kan hebben.

2 keer beoordeeld 22 maart Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe je een goede samenleving kan hebben. 7,8 Aantekening door Sara 1516 woorden 2 keer beoordeeld 22 maart 2017 Vak Filosofie Methode Durf te denken Hoofdstuk 7 Sociale filosofie. Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe

Nadere informatie

Gottlob Frege, Der Gedanke, 1918.

Gottlob Frege, Der Gedanke, 1918. Gottlob Frege, Der Gedanke, 1918. Achtergrond Na de enorme teleurstelling die de ontdekking door Russell van de verzamelingtheoretische paradox was Frege lange tijd niet in staat te werken. Hij besloot

Nadere informatie

[IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.]

[IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.] 2011 Life Coach Désirée Snelling Berg Desirée [IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.] Leer de technieken om met behulp van je onderbewuste en het universum je ex weer terug te krijgen. Inleiding Het is geen geheim

Nadere informatie

TAALFILOSOFIE SYLLABUS

TAALFILOSOFIE SYLLABUS TAALFILOSOFIE SYLLABUS Bestemd voor: WB1BD3035 (voltijd) en WB1BA3035 (deeltijd) Cursusjaar: 2010/2011, periode 3 Vakgroep: Theoretische Filosofie Docenten: Menno Lievers & Rosja Mastop Universiteit Utrecht

Nadere informatie

Eindexamen havo filosofie II

Eindexamen havo filosofie II Opgave 1 Star Trek 1 maximumscore 2 een uitleg welk standpunt in het nature-nurture debat bij de Vulcans te herkennen is: het nurture standpunt 1 een uitleg van het nature-nurture debat: aangeboren versus

Nadere informatie

Over vrijheid en gevangenschap schrijft de Schotse filosoof David Hume het volgende:

Over vrijheid en gevangenschap schrijft de Schotse filosoof David Hume het volgende: Opgave 3 Anna Karenina tekst 6 In de beroemde Russische roman Anna Karenina van Leo Tolstoj uit 1877 spelen de thema s liefde, plicht en schuld een belangrijke rol. Anna, de hoofdpersoon, is getrouwd met

Nadere informatie

de waarnemingsvoorkeur

de waarnemingsvoorkeur 5 de waarnemingsvoorkeur Sensors - Intuitives Lees de volgende stellingen door en kijk welke van de twee het meest op jou van toepassing is: A of B. Geef voor een zo precies mogelijke score het antwoord

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5

Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5 Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5 Samenvatting door een scholier 1742 woorden 4 juli 2010 4,3 21 keer beoordeeld Vak Filosofie Hoofdstuk 4 Denken over de mens Filosofische vragen

Nadere informatie

Filosofie VWO 4 periode 1 Dikgedrukt: betekent dat dit woord in de woordenlijst staat

Filosofie VWO 4 periode 1 Dikgedrukt: betekent dat dit woord in de woordenlijst staat Filosofie VWO 4 periode 1 Dikgedrukt: betekent dat dit woord in de woordenlijst staat Het begin van de natuurfilosofie Filosofen beginnen zich dingen af te vragen, waar je gewoonlijk niet zo over na zou

Nadere informatie

Naam student. Examennummer. Handtekening

Naam student. Examennummer. Handtekening Business Administration / Bedrijfskunde Naam student Examennummer : : Handtekening : Schriftelijk Tentamen Algemeen Vak: Wetenschapsleer Groep: 1 Vakcode: BKB0016 Soort tentamen Gesloten boek (open of

Nadere informatie

OVERDENKING Wij volgen een leesrooster en daarin staat de tekst uit Deuteronomium aangegeven. Ik heb dat netjes gevolgd. Maar ik heb twee verzen meer

OVERDENKING Wij volgen een leesrooster en daarin staat de tekst uit Deuteronomium aangegeven. Ik heb dat netjes gevolgd. Maar ik heb twee verzen meer OVERDENKING Wij volgen een leesrooster en daarin staat de tekst uit Deuteronomium aangegeven. Ik heb dat netjes gevolgd. Maar ik heb twee verzen meer gelezen dan eigenlijk stond aangegeven. Die gaan over

Nadere informatie

Johannes 8:12 Jezus is de sleutel tot echt leven

Johannes 8:12 Jezus is de sleutel tot echt leven Johannes 8:12 Jezus is de sleutel tot echt leven In het donker zie je niets. Niet waar je bent, niet hoe de wereld er uit ziet, niet wat je moet doen. In het licht ga je het allemaal begrijpen. Jezus zegt:

Nadere informatie

MIRARI Van kritiek naar dialoog.

MIRARI Van kritiek naar dialoog. MIRARI Van kritiek naar dialoog. Door Tomas Serrien Verwondering is het begin van alle wijsheid. (Aristoteles) Mirari - 1 HET WAT en HET WAAROM: Het grondidee van Mirari. Het is tijd voor een filosofisch

Nadere informatie

Ontmoetingskerk Laren NH 1 mei Johannes 14

Ontmoetingskerk Laren NH 1 mei Johannes 14 Ontmoetingskerk Laren NH 1 mei 2016 Johannes 14 Als iemand in deze tijd zou zeggen: Ik ben de weg, de waarheid en het leven, zouden we hem al snel fundamentalistisch noemen. We leven in een multiculturele

Nadere informatie

Het oog kan zichzelf niet zien Dialoog,

Het oog kan zichzelf niet zien Dialoog, nieuwe dimensies ESSENTIALS Els ten Hengel en Jan Bommerez Het oog kan zichzelf niet zien Dialoog, de kunst van het samen denken nieuwe dimensies ESSENTIALS Nieuwe Dimensies heeft een reeks boekjes ontwikkeld

Nadere informatie

Het bezwaar tegen reductionisme ten aanzien van mentale toestanden en het begrip intentionaliteit

Het bezwaar tegen reductionisme ten aanzien van mentale toestanden en het begrip intentionaliteit Essay Identiteit Robert Schenk Inhoud Bevat de volgende onderwerpen: Het doel van dit essay Samenvatting De schrijfstijl Het begrip identiteit vanuit de filosofie van het mentale Het bezwaar tegen reductionisme

Nadere informatie