Droogtebericht. Watermanagementcentrum Nederland. Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) 22 juli 2013 Nummer

Transcriptie

1 Watermanagementcentrum Nederland Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) Droogtebericht 22 juli 2013 Nummer Wateraanvoer en watervoorziening zijn op peil, watertemperatuur loopt op Na de afgelopen warme periode start de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) de droogteberichtgeving weer op. Na de bijzondere situatie in juni met hoge waterstanden op de Rijn was de uitgave van de berichten tijdelijk stopgezet. Met de huidige weersomstandigheden wordt het uitgeven van droogteberichten weer relevant. Nederland en ook de stroomgebieden van Rijn en Maas bevinden zich onder invloed van een hogedrukgebied. Vanaf woensdag 24 juli neemt de buienkans toe, maar deze neerslag zal in het algemeen lokaal van aard zijn. Er is voldoende wateraanvoer vanuit het hoofdwatersysteem, zoals de grote rivieren, kanalen en meren. Ook de watervoorziening in de regionale systemen is op peil. De waterbeheerders zijn alert op de stijgende watertemperatuur. In gebieden zonder wateraanvoer, met name de hoger gelegen delen van Nederland, zijn de grondwaterstanden lager dan normaal in deze periode. Hier worden maatregelen ingezet om het watergebruik te beperken. Regionaal komen grote verschillen voor. Pagina 1 van 10

2 Rijn en Maas De afvoer van de Rijn bij Lobith bedraagt nu 1730 m3/s en zal de komende week langzaam dalen in de richting van 1500 m3/s. Deze afvoer is wat lager dan het langjarig gemiddelde, maar voldoende om aan de watervraag te kunnen voldoen. Het IJsselmeer en Markermeer zijn goed op peil. Het beheer is erop gericht om het water vast te houden. De afvoer van de Maas (bij St. Pieter circa 80 m3/s) zal de komende weken rond gemiddelde waarden fluctueren met een licht dalende trend. Mede dankzij de maatregelen die worden genomen om het water zoveel mogelijk vast te houden, kan aan de watervraag worden voldaan. Maatregelen Hoewel er in de grote rivieren nog voldoende aanvoer is, zijn er op verschillende plaatsen in Nederland wel maatregelen genomen om extra water aan te voeren en water vast te houden, zoals in de Maas en het IJsselmeer. In West Nederland zijn de boezems en de polders integraal opgezet als een (kleine) vorm van voorraadvorming. Waar nodig en mogelijk zijn de waterschappen bezig om water in te laten om het waterpeil in de watergangen zoveel mogelijk op hoogte te houden. In de hoger gelegen delen van Nederland zonder wateraanvoer kunnen waterlopen droog komen te staan. Er zijn beregeningverboden afgekondigd in Limburg, Brabant, het oosten en het midden van het land. Veenkades zijn gevoelig voor droogte. De waterschappen houden de vinger aan de pols en zijn alert op veranderingen in de situatie. De grondwaterstand is laag tot zeer laag in delen van de noordelijke, oostelijke en zuidelijke provincies. Dit is het reguliere beeld tijdens een zomerse periode. De waterschappen houden vinger aan de pols en zijn alert op veranderingen in de situatie. In West Nederland wordt de invloed van verzilting nauwlettend gevolgd. Door extra doorspoelen wordt het oplopen van het zoutgehalte in het Volkerak-Zoommeer tegengegaan. Door het warme weer loopt de watertemperatuur op. Daarmee ontstaat er een grotere kans op het optreden van blauwalgen en botulisme. Op die plaatsen wordt door de provincie een zwemverbod uitgegeven. Voor informatie over de actuele situatie kunt u terecht op Het volgende droogtebericht verschijnt op maandag 29 juli Pagina 2 van 10

3 Kornwerderzand binnen Afvoer 0.m3/s Den Oever binnen 105 mg Cl/l Vismigratie via 1 kolk Peil IJsselmeer -0,19 m NAP Peil Markermeer -0,18 m NAP IJmuiden 100 m 3 /s Krimpen aan de IJssel 80 mg Cl/l op 4,00 m NAP Bernisse 70 mg Cl/l op 3,00 m NAP Schellingwoude 0 m 3 /s Diemen 90 mg Cl/l Peil Randmeren -0,12 m NAP Driel 38 m 3 /s Olst 330 m 3 /s 0 m 3 /s Eefde 3 m 3 /s Middelharnis 70 mg Cl/l op 2,00 m NAP Haringvlietsluizen normale spui Vossemeer 331 mg Cl/l Volkerak-Noord 71 mg Cl/l Volkerak Galathea 278 mg Cl/l Tiel 1327 m 3 /s Megen 53 m 3 /s Lobith 1730 m 3 /s Bathse brug 381 mg Cl/l Lozen 10 m 3 / Panheel 0 m 3 /s Smeermaas 17 m 3 /s St. Pieter 80 m 3 /s Luik 100 m 3 /s gemaakt op 22 juli 2013 Pagina 3 van 10

4 Het weer Neerslagverwachting geldig tot en met 30 juli 2013 De komende dagen bevinden de stroomgebieden van Rijn en Maas zich onder invloed van hoge druk boven de noordelijke Noordzee met een rug over onze omgeving. Hierdoor is het grotendeels droog. In het Alpengebied valt af en toe een bui. Vanaf woensdag neemt de buienkans toe, maar de neerslag zal in het algemeen lokaal zijn. Temperatuurverwachting geldig tot en met 30 juli 2013 In beide stroomgebieden is het s middags tropisch warm. Vanaf woensdag worden de temperaturen iets getemperd en wordt uiteindelijk rond de normale waarden voor deze tijd van het jaar. Verdere vooruitzichten geldig van 31 juli tot en met 18 augustus 2013 Qua neerslag zien we gedurende de rest van de periode een kleine positieve afwijking van de neerslag ten opzichte van het gemiddelde. Wat betreft de temperatuur is er geen noemenswaardige afwijking ten opzichte van de normale waarden. Pagina 4 van 10

5 Neerslagtekort Van 1 april tot en met 30 september wordt in Nederland het gemiddelde neerslagtekort berekend over dertien meetstations. In onderstaande grafiek toont de zwarte lijn het verloop van het neerslagtekort (mm) in de tijd. Op dit moment is het neerslagtekort hoger dan normaal. De verwachting is dat het neerslagtekort in de komende periode zal dalen (zie grijze gebied). Rivierafvoer en meren Rijn Het afvoerverloop van de Rijn wordt sterk beïnvloed door het smelten van sneeuw en gletsjers in de Alpen. Dit smeltwater stroomt via natuurlijke meren en stuwmeren af richting Duitsland. Deze meren houden het water tijdelijk vast en hebben zo een dempende werking op de afvoer. Het grootste en belangrijkste meer is de Bodensee. Een goed beeld van de hoeveelheid water die de Alpen via de meren verlaat wordt verkregen aan de hand van de afvoer bij Basel. Benedenstrooms van Basel bevinden zich slechts middelgebergten en kleine stuwmeren. Laagwater wordt in de zomer vooral beïnvloed door de hoeveelheid basisafvoer vanuit de Alpen. De watervoorraad in de Alpen wordt tot eind juni gekarakteriseerd door de hoeveelheid sneeuw in het stroomgebied, de invloed van de waterstand in de Bodensee op de hoofdstroom en de invloed van de overige Alpenmeren op de Zwitserse zijrivieren. Vanaf juli is de invloed van sneeuwsmelt verwaarloosbaar. Bij een lage stand van de meren treedt er een grotere daling van de afvoer uit de Alpen op, waardoor smelt- en regenwater pas veel later tot afstroming komt. Pagina 5 van 10

6 Zwitserse meren Het peil van de meeste Zwitserse stuwmeren ligt iets onder het langjarig gemiddelde. Een maat hiervoor is de zogenaamde Füllungsgrad die normaal rond deze tijd 60-70% bedraagt en op dit moment 60% is. Maatgevend voor de Rijnafvoer is de afvoer vanuit de Bodensee. Deze huidige stand van de Bodensee is normaal ten opzichte van het langjarig gemiddelde voor de maand juli. Op basis van de weersverwachting zal het peil van de Bodensee in de komende week overeenkomstig het langjarig gemiddelde dalen. Waterstandsverloop Bodensee, station Romanshorm met langjarig gemiddelde, maximale en minimale waarden (Bron:Bundesamt für Umwelt, Bern) Actuele afvoersituatie In een normaal jaar bedraagt het aandeel vanuit de Alpen aan de totale afvoer van de Rijn in juli circa 65%, op dit moment is dit aandeel 60%. De afvoer van de Rijn bij de uitstroming uit de Bodensee bedraagt 480 m3/s, een gemiddelde waarde voor juli. Afvoerverwachting (23 29 juli) Bij Lobith is de afvoer na de afvoergolf in mei gedaald tot 1730 m3/s (zie figuur). Het langjarig gemiddelde voor midden juli bedraagt circa 2000 m3/s. De afvoer bij Lobith zal de komende week naar verwachting dalen tot circa 1500 m3/s. Afvoerverwachting (29 juli 5 september) Daarna zal de afvoer rond dat niveau blijven schommelen. Afvoerverloop Lobith/Rijn Pagina 6 van 10

7 Conclusie Op basis van de huidige situatie en de weersverwachting wordt verwacht dat de afvoer van de Rijn verder onder het langjarig gemiddelde zal blijven. De basisafvoer is gemiddeld. Op de wat langere termijn zou de lage stand van de Zwitserse stuwmeren tot een verlaging van de basisafvoer kunnen leiden. Alles overziend geeft het Rijngebied een wat lagere afvoer dan gemiddeld. Deze blijft de komende periode boven het criterium van de LCW (voor de maand juli: 1200 m3/s). De kans op droogteproblemen is de komende periode gemiddeld. Maas De Maas is een snel reagerende regenrivier. Invloed van sneeuw op de afvoer van de rivier is er alleen in de winter. Anders dan bij de Rijn neemt de afvoer in het voorjaar niet toe door het smelten van sneeuw en gletsjers in het brongebied. Het stroomgebied van de Maas kent geen grote watervoorraden in de vorm van gletsjers en stuwmeren. Omdat het water in een groot deel van het stroomgebied snel wordt afgevoerd, kan de basisafvoer relatief klein worden in een periode zonder neerslag. Actuele afvoersituatie Het jaar 2013 verloopt voor de Maas met uitzondering van een tweetal afvoergolven begin januari en begin februari vrij normaal qua afvoer. Na het afvoergolfje in mei is de (etmaalgemiddelde) afvoer te St. Pieter gedaald tot ca 80 m3/s, een vrij normale waarde voor de tijd van het jaar. De uitgangssituatie voor de komende maand is gemiddeld. Op basis van de weersverwachting voor de aankomende week wordt een lichte daling van de afvoer verwacht. Afvoerverloop St. Pieter/Maas Conclusie De afvoer van de Maas zal komende weken rond gemiddelde waarden fluctueren met een licht dalende trend. IJsselmeerbuffer Het IJsselmeer en Markermeer zijn goed op peil. Pagina 7 van 10

8 Grondwater De neerslag was de afgelopen maanden beneden normaal waardoor de grondwaterstanden voortdurend te laag zijn geweest en nog beneden normaal zijn. Het herstel van de grondwaterstanden in juni na de zeer lage grondwaterstanden in de maand mei is door het wegblijven van neerslag in juli niet doorgezet. Een verdere verlaging van de grondwaterstanden wordt de komende tijd verwacht. De grondwaterstand is laag tot zeer laag in delen van de noordelijke, oostelijke en zuidelijke provincies. Deze situatie komt voor in zowel de zand-, klei- en veengebieden. Landelijk beeld van de berekende freatische grondwaterstand op 24 juli 2013 in vergelijking tot de statische waarden op hetzelfde moment in het jaar (modelresultaat NHI Pagina 8 van 10

9 Waterkwaliteit De watertemperatuur in het hoofdsysteem is inmiddels boven de 23 C. De komende week stijgt deze watertemperatuur nog enkele graden, waarna weer enige afname van de watertemperatuur optreedt. Lokaal treden op enkele plaatsen problemen op met blauwalgen. Er is een enkele waarschuwing afgegeven voor zwemwater in verband met blauwalgen. Ook is er een enkel geval van botulisme geconstateerd. Tenslotte worden er her en der pompen ingezet met als doel het zuurstofgehalte in het water omhoog te brengen om daarmee vissterfte te voorkomen. Actuele informatie is te vinden op NOS Teletekst pagina 735 en op Meetpunt Lobith Meetpunt Eijsden Ponton Pagina 9 van 10

10 Pagina 10 van 10