Valentijn Hout. Deze projectbundel is van:... Jelle Defoort hogeschool Vives campus Torhout

Transcriptie

1 Valentijn Hout Deze projectbundel is van:... Jelle Defoort hogeschool Vives campus Torhout

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Probleem... 3 Brainstorm Onderzoek... 5 Werken met de figuurzaag... 5 Werken met schuurpapier... 6 Beroepen... 7 Veiligheid en persoonlijke beschermingsmiddelen Maken... 8 Gereedschappen... 8 Materialen... 9 Maken van realisatie Beoordeling Evaluatie Welke opdracht vond je het leukste? Waarom? Welke opdracht vond je het moeilijkste? Waarom? Wat heb je bijgeleerd? Beoordeel de kwaliteit van je werkhouding Valentijn Jelle Defoort 2

3 1 Probleem Het is bijna zover Valentijn. In deze tijd van de liefde is het een goed moment om eens iets te maken voor degenen die je graag hebt. Je liefje, je mama, je papa, je opa of oma, gelijk wie. Iemand die jij graag ziet en waar je dat ook aan wil duidelijk maken. Je kan veel doen voor Valentijn, een bloemetje geven, een romantisch etentje, maar je kan natuurlijk ook altijd iets zelf maken! De komende lessen zal jij iets maken in hout en dat in het thema Valentijn. Valentijn Jelle Defoort 3

4 Brainstorm Noteer bij onderstaande woordspin alles wat in je opkomt wanneer je denkt aan Valentijn. Valentijn Valentijn Jelle Defoort 4

5 2 Onderzoek Werken met de figuurzaag De figuurzaag bestaat eigenlijk uit 2 delen: het (figuurzaag)blad en de (figuurzaag)beugel. Het blad is het metalen stukje waarmee je zaagt door het hout. De beugel is al de rest. De figuurzaag is heel goed om scherpe bochten mee te maken en moeilijke vormen mee uit te zagen. Te dikke stukken hout zal je hier wel niet mee kunnen zagen. Benoem de onderdelen van de figuurzaag, kies uit: zaagblad, vertanding, zaagbeugel, handvat Hoe gebruik je de figuurzaag? 1 Schroef het zaagplankje vast op de rand van je werktafel 2 Houd de figuurzaag bij het handvat vast. Leg je werkstuk op het zaagplankje. Houd de plek waar je zaagt zoveel mogelijk op het V-stuk van het plankje. Houd je te zagen stuk stevig vast met je andere hand. 3 Zit recht voor je werk. Zaag vanuit je elleboog rustig op en neer met een beetje druk vooruit. Houd de zaag rechtop naast je arm. Je stuurt met het hout, nooit met de zaag. Je stuurt dus met de hand die niet zaagt. Valentijn Jelle Defoort 5

6 Werken met schuurpapier Schuren doe je altijd in drie stappen. 1 Schuurmateriaal kiezen Schuurpapier heb je in verschillende korrelgroottes, hoe kleiner het nummer, hoe ruwer je ermee zal schuren. Hoe groter het nummer hoe fijner je ermee schuurt. Schuurpapier nummer 60 is grof, 120 is fijn en 240 is heel fijn. 2 Schuren Schuur altijd met de nerf van het hout mee! Anders krijg je krassen. Gebruik een schuurblokje om handiger te werken. Indien je veel schuurwerk hebt: begin schuren met een grote korrel (nr 60) en verander dan naar een fijnere korrel (nr 120) 3 Afwerken Maak na het schuren de ondergrond opnieuw stofvrij. Indien je dit niet doet, kan je plekken krijgen bij het schilderen. Voel aan de twee stukken schuurpapier. Schrap wat niet past: Het eerste schuurpapier waar ik aan kwam is grof/fijn. Als ik met dat schuurpapier zal wrijven over hout, zal ik veel/weinig hout per keer wegschuren. Daarom is dat schuurpapier goed/niet goed om een werkstuk perfect mee af te werken. Het tweede schuurpapier waar ik aan kwam is grof/fijn. Als ik met dat schuurpapier zal wrijven over hout, zal ik veel/weinig hout per keer wegschuren. Daarom is dat schuurpapier goed/niet goed om een werkstuk perfect mee af te werken. Vraag nu aan de leerkracht wat de korrelgrootte was van de twee stukken schuurpapier en noteer dat hieronder. Het eerste schuurpapier had een korrelgrootte van: Het tweede schuurpapier had een korrelgrootte van:.. Valentijn Jelle Defoort 6

7 Beroepen Welk beroep maakt veel gebruik van hout en wat moet die persoon allemaal doen? Bekijk het filmfragment en beantwoord de vragen hieronder.... Wat moet een schrijnwerker allemaal doen? Maken van r en d.; Rolluiken P ; D..; Klaarmaken en plaatsen;... speciale motieven in parket; Plannen lezen; Slijpen, schaven, niet alleen dingen die een timmerman moet kunnen; Het moet zijn! Veiligheid en persoonlijke beschermingsmiddelen Welke persoonlijke beschermingsmiddelen draagt een schrijnwerker allemaal? Welk beschermingsmiddel zullen wij gebruiken?. Valentijn Jelle Defoort 7

8 3 Maken Gereedschappen Benoem het volgende gereedschap. Kies uit: schaar, priem, kolomboormachine, figuurzaag, schuurpapier, sponskwast, lijmtang, bankhamer. Gebruik: om houten planken stevig samen te houden. Gebruik: om kleine gaatjes in hout te maken, zodat je weet waar je moet boren/nagelen. Gebruik: om nagels mee in hout te slaan. Gebruik: om hout mee glad te maken. Gebruik: om hout mee in een vorm te zagen. Valentijn Jelle Defoort 8

9 Gebruik: om je sjablonen mee uit te knippen. Gebruik: om verf gelijkmatig mee op een oppervlak te strijken. Gebruik: om gaatjes mee te maken in hout. Materialen Je bent bijna klaar om aan de slag te gaan! Benoem de volgende materialen. Gebruik: om je hout een andere kleur mee te geven Gebruik: om je werkstuk meer bestand te maken tegen plekken en water. Gebruik: om rond je nagels te doen en zo een derde hartje mee te maken. Valentijn Jelle Defoort 9

10 Maken van realisatie Werkvolgorde 1. Start 2. Werkplaats voorbereiden Werkmethode Volgend gereedschap heb je nodig: Sjablonen Schaar Potlood Priem 3. Sjabloon 1: aftekenen op het hout Knip sjabloon 1 uit Leg het op je hout Zorg dat het mooi blijft liggen Ga met een potlood langs je sjabloon, om zo een hartje te tekenen op je hout. Priem op de twee plaatsen waar je zal moeten boren. 4. Sjabloon 2: aftekenen op het hout Knip sjabloon 2 uit Leg het op je hout Zorg dat het mooi blijft liggen Ga met een potlood langs je sjabloon, om zo een hartje te tekenen op je hout. Priem op alle plaatsen waar je zal moeten een nageltje slaan. Valentijn Jelle Defoort 10

11 5. Werkplaats voorbereiden Volgend gereedschap heb je nodig: Hout met sjablonen op getekend Figuurzaag Schuurpapier 6. Figuurzagen Figuurzaag Het grote hart Het kleine hart Hoe mooier je het nu zaagt, hoe minder werk je zal hebben bij het schuren! 7. Schuren Schuur Alletwee de hartjes. Schuur de zijkanten goed glad Zorg dat je het hout niet doet splinteren! Valentijn Jelle Defoort 11

12 8. Werkplaats voorbereiden Volgend gereedschap heb je nodig: Je groot en klein hart Sponskwast of schilderborstel Verf Doek om mee af te wrijven Iets om de werkplaats mee af te dekken 9. Schilderen Schilder alletwee je hartjes Begin met de zijkanten van het hart Let erop dat je de kant schildert met de gepriemde puntjes op! Het midden van het grote hart moet je niet schilderen, dat zal je toch niet meer zien. Indien je het hout nog wil zien door je verf: o Wrijf na het schilderen meteen over je verf met een doek; o Zorg dat het zo effen mogelijk is. Valentijn Jelle Defoort 12

13 10. Boren Neem je groot hart Boor met de kolomboormachine 2 gaatjes op je gepriemde plaatsen Doe dit heel voorzichtig, zodat het hout niet splintert 11. Werkplaats voorbereiden 12. Lijmen Volgend gereedschap heb je nodig: Hartjes Houtlijm Lijmtang 2 blokjes resthout 1 stuk resthout dat minstens even groot is als het grote hart. 26 nageltjes bankhamer Neem de twee hartjes Leg je groot stuk resthout op de tafel en daarop het grote hart Leg het kleine hart er bovenop en kijk hoe jij het het mooist vindt draai het kleine hartje om, zodat de kant zonder verf naar boven ligt doe een klein beetje houtlijm op deze kant en verdeel het over het hartje draai het kleine hartje opnieuw om en leg het op de plaats die je daarnet het mooist vond druk er stevig op voor 1 minuut. Neem de lijmtang en de twee blokjes resthout Zet je werkstuk vast aan de werkbank met de lijmtang. Valentijn Jelle Defoort 13

14 13. Nagelen Nu je werkstuk goed geklemd is en er al een beetje houtlijm tussen de twee hartjes zit, kan je beginnen met het kleinere hart te nagelen. Sla een nagel in het midden bovenaan van je hart. Sla nu onderaan je hart je twee nagel, op die manier zit je hart opnieuw wat steviger aan elkaar Nagel nu op alle andere plaatsen waar je gepriemd hebt. Zorg ervoor dat alle nagels ongeveer even diep in het hout zitten Nagel zo recht mogelijk Pas op dat je niet dieper nagelt dan de twee hartjes, anders zal je nagel achteraan uit je werkstuk komen! 14. Schrijven Brand met de pyrograaf, of schrijf met een stiftje: In het grootste hart Je kan woordjes schrijven zoals: love, liefje, schatje, xoxo, je eigen naam, Valentijn Jelle Defoort 14

15 Vernis nu je werkstuk en laat het drogen. 15. Vernissen 16. Binnenste hartje maken Kies een kleur wol Bind je wol vast aan 1 nageltje Lus nu je wol in een willekeurige volgorde rond alle nageltjes. Bind je wol opnieuw vast. Indien je dit wil: Bind je wol vast aan 1 nageltje Span nu de wol rond alle nageltjes, zodat je hartje omrand is Bind je wol opnieuw vast 17. Einde Valentijn Jelle Defoort 15

16 4 Beoordeling Beoordeel je project met behulp van de onderstaande tabel. Sleutelpunten Kritieke punten Is de hartjesvorm mooi? Zijn de hartjes goed geschuurd? Is het hart gelijkmatig geschilderd? Zijn de gaten goed geboord? Is het geheel goed gelijmd? Zijn de nagels goed getimmerd? Is het binnenste hartje goed gelukt? Algemeen uitzicht Hoe en waarmee controleren we? Bekijk en vergelijk Voel aan het hout Bekijk het hartje Controleer de gaten en hun positie Controleer of er geen lijm uitkomt aan de zijkanten en of het goed aan elkaar hangt Controleer de positie en rechtheid. Bekijk en controleer Vraag de kritische mening van iemand anders. Beoordeling super goed ongeveer slecht commentaar Valentijn Jelle Defoort 16

17 5 Evaluatie Welke opdracht vond je het leukste? Waarom? Welke opdracht vond je het moeilijkste? Waarom? Wat heb je bijgeleerd? Valentijn Jelle Defoort 17

18 Beoordeel de kwaliteit van je werkhouding Markeer van de onderstaande gedragingen (attitudes) de houding die het best bij jou past tijdens het doorlopen van dit project! Je mag maar één houding aanduiden per attitude. Attitudes Onvoldoende Matig Goed Uitstekend Kwaliteitszorg en resultaatgerichtheid Controleert zijn werk niet, anderen moeten hem bijsturen op belangrijke punten. Doet zijn best, maar controleert niet, controleert zijn werk alleen als iemand hem zegt dat te doen. Controleert zijn werk zelf, kijkt zelf na. Controle is een onderdeel van kwaliteitsvol werken. Dit wordt automatisch gedaan. Inzet & doorzettingsvermogen Is heel snel afgeleid, let niet op, zelfs niet voor een paar minuten. Laat zich afleiden, is niet zo oplettend bij het werk, zeker niet als het een lange taak is. Let meestal op, ook bij lange opdrachten, taken of projecten. Heeft een uitstekende inzet en sturing, ook bij lange opdrachten. Persoonlijke planning en werkorganisatie Zijn werkplek is chaotisch. Heeft meestal orde op zijn werkplek. Heeft altijd orde op zijn werkplek. Anderen kunnen gemakkelijk hun weg vinden op zijn werkplek en zijn dingen terugvinden. Valentijn Jelle Defoort 18