Spelling - Leenwoord hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie

1 Auteurs VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 21 July 2015 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt. Stel zo voor iedere onderwijssituatie de optimale leermiddelenmix samen.

2 Inhoudsopgave Vooraf Leerdoelen Eindproduct-Beoordeling Werkwijze Aan de slag Stap1 Stap2 Stap3 Stap4 Over dit lesmateriaal Pagina 1

3 Vooraf Leerdoelen Leerdoelen Je leert in deze opdracht wat leenwoorden zijn. Je weet dat leenwoorden in onze taal veel voorkomen. Je oefent met schrijven van leenwoorden. Eindproduct-Beoordeling Eindproduct Deze opdracht rond je af met een opdracht over 'ontlening'. Je maakt een lijst met minstens twintig leenwoorden in Nederlands met Nederlandse alternatieven. Daarnaast maak je de toets Leenwoorden. De toets bestaat uit zes vragen. Beoordeling Je hebt een voldoende voor de toets als je 80% van de vragen goed hebt beantwoord. Werkwijze Pagina 2

4 Groepsgrootte Deze opdracht doe je grotendeels alleen. Bij sommige stappen vergelijk je jouw antwoorden wel met de antwoorden van een klasgenoot. Benodigdheden Een computer met een internetverbinding. Tijd Voor deze opdracht heb je ongeveer één lesuur nodig. Pagina 3

5 Aan de slag Stap1 Bestudeer uit de Kennisbank Nederlands het volgende onderwerp: Woordenschat: Leenwoorden Maak de volgende oefening. Je moet van een aantal woorden aangeven uit welke taal ze afkomstig zijn. Als je de betekenis van een woord niet kent, zoek de betekenis dan op. Leenwoorden kn.nu/wailu 1 commercial 2 abattoir Pagina 4

6 3 Neanderthaler 4 cabaretier 5 single 6 multiplechoicevraag 7 documentaire 8 Pagina 5

7 Schnabbel 9 match 10 jus d'orange 11 überhaupt 12 bodyguard 13 Schnitzel Pagina 6

8 14 ordinair 15 magazine Stap2 Typwedstrijd Je gaat een typwedstrijdje spelen. Je krijgt een aantal leenwoorden te zien. Kijk steeds goed naar de spelling van het woord. Bedenk ook uit welke taal het leenwoord komt. Typ het woord daarna zo snel mogelijk na. Als je in het totaal 100 letters of meer hebt getypt, stopt het spel. Hoe hoog is je score? Klik op de link om het spel te starten: > Typwedstrijd leenwoorden - Flash Stap3 Pagina 7

9 Ontlening Het gebruik van een Nederlands woord ter vervanging van een leenwoord noem je ontlenen. Voorbeelden van ontlenen zijn: Reclameboodschap in plaats van commercial. Terugkoppeling in plaats van feedback. Klimaatregeling in plaats van airconditioning. Koppeling in plaats van link. etc... Maak nu zelf een tabel in Word met in de eerste kolom minimaal twintig Engelse leenwoorden en in de tweede kolom een Nederlands alternatief voor het leenwoord. Laat je tabel zien aan een klasgenoot. Bekijk ook zijn of haar tabel. Staan er in de tabel van je klasgenoot woorden die je niet kent? Stap4 Eindtoets Je sluit deze opdracht af met het maken van een toets. De toets bestaat uit zes vragen. Je moet vijf vragen goed beantwoorden om een voldoende te halen. Succes! Pagina 8

10 Leenwoorden kn.nu/bey8q 1 Maak de juiste combinatie A gadget 1 onzin B design C celebrity 2 beroemdheid 3 ontwerp D bullshit 4 hebbeding a. A = 4, B = 3, C = 2, D = 1 b. A = 2, B = 4, C = 1, D = 3 c. A = 4, B = 2, C = 3, D = 1 d. A = 2, B = 1, C = 3, D = 4 2 Maak de juiste combinatie A deal 1 afspraak B sale C meeting D break 2 pauze 3 vergadering 4 uitverkoop a. A = 1, B = 3, C = 2, D = 4 b. A = 1, B = 4, C = 3, D = 2 c. A = 4, B = 3, C = 2, D = 1 d. A = 1, B = 2, C = 3, D = 4 3 Maak de juiste combinatie A abattoir 1 gezelligheid B ambiance C ambulance 2 ziekenauto 3 hindernis D barrage 4 slachthuis a. A = 3, B = 1, C = 2, D = 4 b. A = 4, B = 1, C = 2, D = 3 c. A = 4, B = 2, C = 3, D = 1 d. A = 1, B = 4, C = 3, D = 2 Pagina 9

11 4 Maak de juiste combinatie A chantage 1 lied B charmant C chanson 2 afpersing 3 komiek D cabaretier 4 innemend a. A = 2, B = 4, C = 3, D = 1 b. A = 2, B = 1, C = 4, D = 3 c. A = 1, B = 4, C = 2, D = 3 d. A = 2, B = 4, C = 1, D = 3 5 Maak de juiste combinatie A Muesli 1 make-up B Ordner C Quatsch 2 map 3 graanontbijt D Schmink 4 onzin a. A = 2, B = 3, C = 4, D = 1 b. A = 3, B = 1, C = 2, D = 4 c. A = 4, B = 3, C = 2, D = 1 d. A = 3, B = 2, C = 4, D = 1 6 Maak de juiste combinatie A carte blanche 1 vervelend kind B c'est la vie C déjà-vu 2 reeds gezien 3 vrij spel D enfant terrible 4 zo is het leven a. A = 2, B = 1, C = 4, D = 3 b. A = 2, B = 3, C = 4, D = 1 c. A = 3, B = 4, C = 2, D = 1 d. A = 3, B = 2, C = 1, D = 4 Pagina 10

12 Over dit lesmateriaal Colofon Auteurs VO-content Laatst gewijzigd 21 July 2015 om 15:16 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 2; Leerinhoud en doelen Nederlands; Begrippenlijst en taalverzorging; Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Trefwoorden rearrangeerbare Pagina 11