Jimmy s thuiskomst. Er was echter één huis waar geen lichtjes brandden. Het leek haast alsof niemand daar kerstmis vierde.

Transcriptie

1 Jimmy s thuiskomst H et was kerstavond en het was bitter koud in het jaar De mensen deden nog snel hun laatste kerstinkopen en in de betere buurten waren de huizen gezellig verlicht. Er was echter één huis waar geen lichtjes brandden. Het leek haast alsof niemand daar kerstmis vierde.

2 We mogen niet bij de pakken gaan neerzitten, lieverd. Onze tranen kunnen Jimmy niet terugbrengen. Het is kerstmis. We zouden blij moeten zijn. Ik zal nooit het moment vergeten waarop ik hem voor het laatst zag. Hij en zijn puppy waren net zo leuk aan het spelen. O Jan Ik had hem nooit alleen mogen laten! Ik zal het mijzelf nooit kunnen vergeven. Dat weet ik Jan, maar de pijn is met kerstmis zo erg. Zijn ongeluk was precies een jaar geleden met Kerstmis Ik had hem zo vaak gezegd dat hij niet zomaar de straat mocht oprennen, maar de puppy ging achter een kat aan en hij rende er pardoes achter aan. Die auto kon niet meer stoppen. Ik moet er steeds weer aan denken.

3 Ik begrijp het heel goed lieverd, maar we moeten ons er overheen zetten. Tenslotte is Jimmy nu in de hemel bij Jezus. Het kerstfeest is daar vast veel mooier en bovendien denk ik dat Jimmy nooit zou willen dat je zo verdrietig bent. Hij wacht op ons in de hemel. Ik heb het er ook moeilijk mee, maar we mogen er op vertrouwen dat God onze pijn zal wegnemen. Maar hij had zich zo op kerstmis verheugd. Ik kan toch zeker niet net doen alsof ik blij ben. De tranen staan me nader dan het lachen. Misschien zou het helpen als wij samen wat kerstliederen gaan zingen. Dat geeft altijd zo n rust! Vooruit dan maar. Wat zou je graag willen horen? Stille Nacht, Heilige Nacht. Dat vind ik altijd zo n prachtig lied! Ik kan het gewoon niet. Het gaat niet! Laten we maar wat gaan wandelen., De frisse lucht zal ons goed doen!

4 Het koor zingt vanavond prachtige liederen in de kerk. Daar zouden we heen kunnen gaan. Het moet erg mooi zijn. Dat klinkt goed! Je had gelijk Jan. Het is fijn om buiten te zijn. Ik voel me meteen beter! Maar in een ander deel van de stad is er van de kerstsfeer niet veel te bekennen. Daar staat een naargeestig, leeg optrekje, dat een paar weken eerder het huis was van een zieke moeder met haar zoontje. Maar de arme vrouw is gestorven en haar zoontje zwerft koud en hongerig over straat, samen met zijn hond Floortje op zoek naar wat eten. Ze slapen in het onverwarmde huis. Het knulletje herinnert zich nog goed de laatste woorden die zijn moeder twee weken daarvoor tot hem sprak. Jimmy, jij wordt nu een grote jongen... Ja Moeder. Ik ben bijna 8.

5 Ik ben erg ziek jongen. Ik ga binnenkort naar Jezus toe. Ik weet dat Hij voor je zal zorgen, maar het zal niet makkelijk zijn! Nee, Mamma! Niet doodgaan. Floortje en ik zullen je missen! Ik kan het niet helpen, maar ik heb Jezus gevraagd om je naar hele lieve mensen te sturen die goed voor jou en Floortje zullen zorgen. Je moet er echt op vertrouwen dat alles goed zal komen! Maar dat wil ik niet Mamma! Ik heb wat geld gespaard. Dat zal je helpen om de eerste weken door te komen totdat je een nieuwe familie vindt... Zul je echt blijven vertrouwen dat alles goed zal komen? O Floortje, wat moeten we toch beginnen? Het is overal zo koud en we hebben allebei honger. Ik ben ook zo heel erg moe van al dat lopen. Ik wil niet meer thuis slapen. Daar is het zo koud en naar. Misschien kunnen we vannacht in de stal van boer Peters slapen. Jezus sliep ook in een stal, en daar is het lekker warm tussen de koeien. Ja, Mamma

6 Wat zijn al die lichtjes toch mooi...maar wat is dat? Dat huis heeft geen lichtjes. Waarom zou dat zijn? Misschien woont er ook niemand meer. Laten we gaan kijken. Het is mooi... Moet je zien...een open haard. Wat zal dat lekker warm zijn. O wat is het hier buiten koud. Ik denk toch wel dat er iemand woont...maar misschien zijn ze wel ziek of zo...

7 HALLO...! HALLO...! Kijk nou...de achterdeur staat open. Dat heeft de wind zeker gedaan. Nee, Floortje...niet naar binnen gaan. KOM HIER!!! Wat raar...er is niemand. Maar waar is Floortje naar toe gaan? FLOORTJE...! Aha...daar ben jij. Dichtbij het vuur. Wat is het lekker warm hier. En moet je dat lekkere vloerkleed zien. Laten we heel even hier blijven om op te warmen. Tsjonge...Als we hier toch eens konden wonen.

8 Wat was dat mooi Jan. Dank je dat je me mee uit hebt genomen. Ik voel me zoveel beter, al had ik het nog leuker gevonden als ons zoontje er ook bij geweest was. Maar je hebt gelijk, we blijven op God vertrouwen. Hij zal ons helpen. Tijd geneest vele wonden. Jezus zei dat Hij alles ten goede zal uitwerken. (Romeinen 8:28) Wat ziet ons huis er somber uit zonder kerstverlichting. Laten we ook wat lichtjes aanbrengen Jan! Wat is dat nou? De deur staat open. Ik dacht toch dat ik die dicht had gedaan toen we uitgingen... Pas op Jan...Er zouden inbrekers kunnen zijn. Er is iemand geweest. Deze plek is nat van de sneeuw. Wat zou het kunnen zijn? Dit is vreemd. Het net als toen onze Jimmy binnenkwam na het spelen in de sneeuw en zich opwarmde bij de open haard. Dan was er ook altijd zo n natte plek! We moeten het hele huis afzoeken,. Wat is hier gebeurd?

9 Er is licht in Jimmy s oude kamer. Hoe kan dat nou? En hier ligt zijn speelgoed??? Er ligt iemand in zijn bed!!! Misschien heb je het vergeten uit te doen! Maar...dat is een jochie en hij slaapt vast. En kijk nou... Zijn hond slaapt ook! Wat een lief kereltje!

10 Hoe komt die jongen hier? Hij ziet eruit alsof er niet goed voor hem gezorgd wordt. Ik vraag me af wie zijn ouders zijn? Misschien heeft God hem wel gestuurd Jan. Dan kunnen wij voor hem zorgen! Dat gaat zomaar niet lieverd. Die jongen woont ergens en hoort bij iemand. Wij moeten zijn ouders vinden. Hij doet me zo aan onze Jimmy denken. Hij lijkt echt op hem. Jimmy...Jimmy... Wakker worden Ja... mamma... O...jeetje...Het spijt me dat ik hier ben mevrouw en mijnheer. Weest u alstublieft niet boos... Floortje ga direct van het bed af...

11 Is jouw naam echt Jimmy? Ja, mevrouw. We hadden het zo koud en opeens blies de deur open en toen glipte Floortje naar binnen. Ik ben achter hem aan gerend om hem weg te halen. Maar toen zag ik de open haard en deze kamer met al dat speelgoed. Mamma had gezegd dat Jezus een plaats voor me zou vinden, dus toen ik dat grote bed zag met mijn naam er op dacht ik dat Hij me hier naar toe had gestuurd. Het is zo n mooi bed...thuis slaap ik altijd op de grond. Ik heb nog nooit in een echt bed geslapen. Ik zal direct weggaan. Het spijt me erg... Dat geeft niet Jimmy. Waar gaan jij en je hond dan heen Jimmy? Naar een stal. Daar is het misschien warm! Maar waar zijn je ouders dan Jimmy? Weet je Jimmy, mijn vrouw en ik hadden een zoontje, net zo groot als jij. Hij heette ook Jimmy, maar hij is vorig jaar overleden... Vader is allang dood, maar een paar weken geleden is Mamma ook doodgegaan. Ze zei dat ze zeker wist dat Jezus voor mij en Floortje zou zorgen, maar niemand heeft ons opgemerkt. Ik weet ook niet hoe het nou verder moet....en we hebben elke dag gebeden dat Jezus onze pijn zou wegnemen. Onze Jimmy is in de hemel bij jouw moeder. Misschien moeten we jou dan maar adopteren...

12 Mag ik dan hier blijven? Samen met Floortje? En dan bent u mijn nieuwe Mamma en u, mijnheer mijn nieuwe vader? O, als dat toch eens zou kunnen. Dank U Jezus...U hebt Mamma s gebeden beantwoord en mij naar een goed huis gestuurd. Natuurlijk We zullen alles regelen na de kerst, maar nu gaan we kerstmis vieren en lichtjes op ons huis aanbrengen. Laten wij vanavond al beginnen. Ik ga voor jou en Floortje een lekkere maaltijd klaarmaken Stille nacht Dank U Jezus dat U mijn ouders een nieuwe zoon hebt gegeven......en een nieuw huis voor mijn Jimmy. Schrijver onbekend. Getekend door Jac Sailor en Tamar. Eerst gepubliceerd in 2012