BASISOPLEIDING: PROFESSIONEEL VEERKRACHT COACH JOHNNY WEUSTENRAED ELS SCHEPENS

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BASISOPLEIDING: PROFESSIONEEL VEERKRACHT COACH JOHNNY WEUSTENRAED ELS SCHEPENS"

Transcriptie

1 BASISOPLEIDING: PROFESSIONEEL VEERKRACHT COACH JOHNNY WEUSTENRAED ELS SCHEPENS

2 DAG 2 DE BASISHOUDING EN COACHVAARDIGHEDEN VAN EEN COACH

3 Opleidingsprogramma Dag 1: Mijn Leertraject. Dag 2: De basishouding en vaardigheden van een coach. Dag 3: Het coachtraject en coachmodel. Dag 4: Het faciliteren van een coachgesprek: Hindernissen en hulpbronnen. Dag 5: Het faciliteren van een coachgesprek: Het activeren van hulpbronnen. Dag 6: Het faciliteren van een coachgesprek aan de hand van materialen. 3

4 Basiscompetenties Comp 1: Opbouwen van een evenwaardige relatie Comp 2: Effectief communiceren Comp 3: Richting geven aan het coach-gesprek Comp 4: Het aanboren van krachtbronnen Comp 5: Het faciliteren van een coachgesprek 4

5 Rationele intelligentie Fysieke intelligentie Emotionele intelligentie Sociale intelligentie Spirituele intelligentie COACHVRAAG COACH SKILLS 5

6 Dagprogramma Basishouding Communicatieprincipes Coachvaardigheden Afstemming 9.30 uur uur uur 6

7 2 A Basishouding

8 Professionele coaching: Onder coaching verstaan we het gidsen van een persoon met een ontwikkelingsvraag. Dit is resultaatsgericht. Psychotherapie is eerder procesgericht. Een coach zorgt ervoor dat een persoon zijn eigen talenten leert kennen en benutten en ondersteunt hem/haar in zelf gestelde doelen. Een coach faciliteert het veranderingsproces door de juiste vragen te stellen, een spiegel voor te houden en allerlei methodieken te hanteren tot de persoon zijn weg zelfstandig kan verder zetten.! Een coach geeft geen oplossingen 8

9 OPDRACHT Visualisatie oefening: Evenwaardigheid. VISUALISATIE Leren gebeurt op verschillende niveaus. Als toekomstige coach is dit een belangrijk inzicht. Maar ook met het oog op je eigen leerproces is het goed hier even bij stil te staan. Visualisatie oefening: Integriteit/Oprechtheid. Neem nadien even een moment om te reflecteren en noteer je goede interventies 45

10 Wat is een goede basishouding voor een coach? Hoe is dat zichtbaar? Wat zijn de criteria?

11 Uitgangspunten: 1. De coachee weet zelf wat het beste voor hem is. 2. De coachee kan zelf beslissen wat hij wél of niet wil. 3. De coachee is zelf verantwoordelijk voor de keuzes die hij maakt en is aanspreekbaar op zijn gedrag. 4. De coachee en de coach zijn volkomen evenwaardig. 5. Tijdens de coaching hebben de doelen, middelen en keuzes van de coachee prioriteit boven die van de coach.

12 Ethische gedragscode: Respect: evenwaardigheid, coach mag zelf beslissen, vertrekt vanuit het niet-weten, houdt rekening met het ontwikkelingsniveau, de mogelijkheden en behoeften van de coachee Respect: evenwaardigheid, coachee beslist zelf, vertrekt vanuit het niet-weten, houdt rekening met het ontwikkelingsniveau, de mogelijkheden en behoeften van de coachee Integriteit: eerlijk en oprecht, dringt zich niet op, blijft bescheiden, brengt de coachee niet in verlegenheid, gaat vertrouwelijk om met informatie, maakt geen misbruik van de relatie om zichzelf te bevoordelen of de coachee te benadelen Verantwoordelijkheid: kent de persoonlijke en professionele beperkingen, schakelt hulp in, onttrekt zich niet in moeilijke situaties Professionaliteit: zelfreflectie, bijscholing, intervisie, coachrelatie en geen privérelatie met de coachee, waakt over belangenvermenging

13 2 B Effectief communiceren

14 Fabel of Feit? Communicatie is een systeem? Communicatie is beïnvloeden? Communicatie is behouden? Communicatie is circulair?

15 Communicatie versus behoeften: Elke interactie is gericht op het vervullen van een behoefte. Er zijn twee essentiële basisbehoeften tijdens het communiceren: behoefte aan autonomie behoefte aan erkenning Communicatie gaat over het effect niet enkel over de goede bedoeling.

16 Paul Watzlawick ( ) Oostenrijks-Amerikaanse psycholoog en filoloog Communicatiewetenschapper AXIOMA 1 AXIOMA 2 AXIOMA 3 AXIOMA 4 AXIOMA 5 ALLE GEDRAG IS COMMUNICATIE JE SPREEKT ALTIJD DUBBEL INTERPUNCTIE IS CRUCIAAL MENSEN COMMUNICEREN ZOWEL DIGITAAL ALS ANALOOG COMMUNICATIE IS STEEDS SYMMETRISCH OF COMPLEMENTAIR

17 AXIOMA 1: ALLE GEDRAG IS COMMUNICATIE Men beïnvloedt de ander altijd, gelijktijdig en wederzijds. Welke indruk kan een coachee van jou hebben als hij je voor het eerst ziet? Welk informatie geven kledij, kapsel, accessoires? Welke informatie geeft je coachruimte aan de coachee? Wat is het aandeel van de positie/opstelling t.a.v. mekaar? Welke stappen zou je kunnen zetten om in je professionele context zo weinig mogelijk te communiceren en de coachee hierdoor centraal te zetten?

18 AXIOMA 2: JE SPREEKT ALTIJD DUBBEL Je spreekt altijd dubbel: op inhoudsniveau en op betrekkings- of relatieniveau. Communicatie bevat ALTIJD een bevelsaspect: Als ik iets zeg, zeg ik iets over hoe ik wil dat de ander met mij omgaat. ØJe bent een goede coach. Ø Mijn leidinggevende heeft me gestuurd. Ø Ik vond het een goede coachsessie. Ø Ik blijf maar piekeren. Ø Ik heb een burn-out.

19 AXIOMA 3: INTERPUNCTIE IS CRUCIAAL Interpunctie gaat over het interpreteren van interacties. De werkelijkheid wordt door elk van ons op een andere manier waargenomen. mijn moeder zegt vader is dronken Communicatieproblemen ontstaan doordat mensen ervan uitgaan dat anderen dezelfde betekenis toekennen aan informatie als zijzelf. Als coach kunnen we onze cliënt leren dat iedereen verschillend kijkt naar éénzelfde gedrag of gebeurtenis.

20 AXIOMA 4: MENSEN COMMUNICEREN ZOWEL DIGITAAL ALS ANALOOG Mensen beïnvloeden met woorden en vooral zonder woorden Digitaal = bij conventie vastgelegd Analoog = lichaamshouding, gebaren, mimiek, stemhoogte en toon, tempo en ritme van gedrag, ØContext bepaalt de interpretatie van het analoge en we zijn geneigd dit eerder te geloven ØSomatiseren is analoge taal die een eigen leven gaat leiden (stress) het lichaam spreekt de mond voorbij

21 ØCoachen = digitaliseren van het analoge Het laten zeggen wat nog niet gezegd is. ØCoachen = analoog vertolken van digitale boodschappen Het laten zien wat al zo vaak gezegd is.

22 AXIOMA 5: COMMUNICATIE IS STEEDS SYMMETRISCH OF COMPLEMENTAIR Een interactie heeft 2 soorten relatievormen Symmetrisch of gelijklopend Complementair of aanvullen van verschillen wisselt in een gezonde relatie Leidt complementair Symmetrisch volgt Submissief symmetrisch complementair Volgt leidt

23 EN WE HIERUIT ALSCOACH? WAT LEREN WE HIERUIT ALS COACH? In je persoonlijke relatie tot je coachee: ØWees je bewust van wat je zegt en doet, want alles is communicatie. ØFocus je niet alleen op de inhoud van wat je zegt, of op je bedoeling, maar ook op de betekenis en het effect ervan op de relatie met je coachee. ØOnderzoek de effecten van je interactie. Vraag je af of er sprake is van een symmetrische of complementaire relatie. 63

24 EN WE HIERUIT ALSCOACH? WAT LEREN WE HIERUIT ALS COACH? In het coachproces: ØHeb oog voor de betekenis van gedragingen, hoe klein ook. ØExpliciteer vage boodschappen en zorg ervoor dat je ze correct begrijpt. ØCommunicatie is circulair: in een conflict is de schuldvraag dus niet relevant, wel ieders aandeel. ØBetrek het volledige netwerk van je cliënt in je analyse; probeer zicht te krijgen op het grotere geheel of het systeem. Ø Onderzoek de effecten van je cliënt s interactie met diens omgeving: is er sprake is van een symmetrische of complementaire relatie? 63

25 2 C BASISVAARDIGHEDEN DE COACH-STER

26 Rationele intelligentie Fysieke intelligentie Emotionele intelligentie Sociale intelligentie Spirituele intelligentie COACHVRAAG COACH SKILLS 26

27 27

28 1. Afstemming: Het opbouwen van een evenwaardige relatie door middel van: AFSTEMMING de coach stemt zijn denken, voelen en doen af op de coachee en verplaatst zich in de leefwereld en het wereldbeeld van de coachee 97

29 Als er veel overeenkomsten zijn is het gemakkelijker om een goede verstandhouding te krijgen. fysieke overeenkomsten, kleding, lichaamstaal, gebaren, stem, taalgebruik, opvattingen, waarden, ervaringen, stemming, ademhaling, wereldbeeld, inhoud Cliënten voelen zich minder bedreigd, meer ontspannen en kunnen zich beter openstellen als er een goede verstandhouding is. 97

30 Rapport is het tot stand brengen van een sfeer van wederzijds vertrouwen en wederzijdse betrokkenheid, waarin mensen zich op hun gemak voelen en vrijuit kunnen reageren. Als er een afstemming is tussen twee of meer mensen leidt dit tot het overnemen van elkaars denken en gedrag waardoor ze elkaar beginnen te volgen. Rapport heeft niet noodzakelijk te maken met het graag hebben, goedkeuren of meegaan. Het is wel een wederzijdse positieve betrokkenheid die ontstaat door de gelijkenis in afstemmingsvariabelen. 97

31 Spiegelneuronen De aanwezigheid van spiegelneuronen in de hersenen werd ontdekt (1992) door Giacomo Rizzolatti. Bij mensen bevinden deze zich in de premotorische schors en in de pariëtale kwabben van de hersenen. Men neemt aan dat ze een rol spelen bij het begrijpen en interpreteren van de handelingen van anderen en het leren van nieuwe vaardigheden door imitatie. Ook zouden spiegelsystemen een rol kunnen spelen bij het inzicht in denkpatronen bij anderen, emotioneel inlevingsvermogen en de taalverwerving. 97

32

33

34 OPDRACHT Verstandhouding verbeteren door middel van matching: AFSTEMMING Leren gebeurt op verschillende niveaus. Als toekomstige coach is dit een belangrijk inzicht. Maar ook met het oog op je eigen leerproces is het goed hier even bij stil te staan. Lichaamshouding Lichaamshouding en gebaren Taal en stemgebruik Ademhaling 45

35 2. Actief luisteren: Non-verbaal gedrag Verbaal volgen (hmm, jaja, ) Gebruik van stiltes Vragen stellen Parafraseren Reflecteren Concretiseren Samenvatten Welwillend confronteren Cosmetisch luisteren Luisteren op Gespreksniveau Actief luisteren Diep luisteren 97

36 OPDRACHT ACTIEF LUISTEREN Leren gebeurt op verschillende niveaus. Als toekomstige coach is dit een belangrijk inzicht. Maar ook met het oog op je eigen leerproces is het goed hier even bij stil te staan. Non-verbaal gedrag Verbaal volgen (hmm, jaja, ) Gebruik van stiltes Vragen stellen Parafraseren Reflecteren Concretiseren Samenvatten Welwillend confronteren 45

37 3. Vragen stellen: Stel doelgericht je vragen. Open en gesloten vragen Exploratie EX- en IN-vragen D-V-D- vragen Krachtgerichte vragen Concretiserende vragen Wonder- en schaalvragen Oppervlakte laag Diepte laag 97

38 OPDRACHT VRAGEN STELLEN Leren gebeurt op verschillende niveaus. Als toekomstige coach is dit een belangrijk inzicht. Maar ook met het oog op je eigen leerproces is het goed hier even bij stil te staan. Open en gesloten vragen Exploratie EX- en IN-vragen D-V-D- vragen Krachtgerichte vragen Concretiserende vragen Wonder- en schaalvragen 45

39 4. Observeren: Elke waarneming is informatie zowel verbaal als nonverbaal. Check steeds af of het een waarneming of interpretatie is: Klopt het dat. Wees alert voor je vooroordelen. Wees voorzichtig met identificatie of sterke sympathie. 97

40 OPDRACHT OBSERVEREN Leren gebeurt op verschillende niveaus. Als toekomstige coach is dit een belangrijk inzicht. Maar ook met het oog op je eigen leerproces is het goed hier even bij stil te staan. Observeren tijdens een gesprek Voer een kort gesprek Koppel verbale en non-verbale waarnemingen terug en check af met Klopt het dat 45

41 5. Feedback: Geef op een vrijblijvende manier je kijk op de coachee weer. Benoem steeds krachten en uitdagingen Wees concreet en kort. Doseer je feedback, kijk wat de ander aankan Vraag nadien een reactie of de ander je begrijpt en geef bevestiging. 97

42 OPDRACHT Benoem minstens 3 krachten en 1 uitdaging FEEDBACK Leren gebeurt op verschillende niveaus. Als toekomstige coach is dit een belangrijk inzicht. Maar ook met het oog op je eigen leerproces is het goed hier even bij stil te staan. Geef tijdens een gesprek feedback op een gedragspatroon. 45

43 43

44 PORTFOLIO OPDRACHTEN Opdracht evenwaardige relatie opbouwen : Ga een gesprek aan met telkens een andere bereidwillige partner. Vertel je partner dat je een oefening wilt doen in het creëren van een evenwaardige relatie. Vertel verder geen details. Vraag om over iets te praten waar hij zich prettig bij voelt. Praat, observeer en toon oprechtheid. Wees integer en probeer te spiegelen en te matchen op diverse manieren. Vraag nadien of het opgevallen is dat je je gedrag begon af te stemmen. Vraag nadien wat voor effect de matching had op hem/haar. Maak hiervan een kort reflectieverslag waarin je je krachten en uitdagingen weergeeft. Link deze opdracht aan het behalen van de competentie. 71

45 PORTFOLIO OPDRACHTEN Opdracht effectief communiceren - luistervaardigheden : Ga een gesprek aan met telkens een andere bereidwillige partner. Vertel je partner dat je een oefening wilt doen in het aannemen van een goede luisterhouding. Maak gebruik van de diverse luistervaardigheden. Reflecteer over je sterktes en uitdagingen. Link deze opdracht aan het behalen van je competentie. 71

46 PORTFOLIO OPDRACHTEN Opdracht effectief communiceren vragen stellen : Ga een gesprek aan met telkens een andere bereidwillige partner. Vertel je partner dat je een oefening wilt doen in functie van vragen stellen. Maak gebruik van de diverse vraagstellingen. Reflecteer over je sterktes en uitdagingen. Link deze opdracht aan het behalen van je competentie. 71

47 PORTFOLIO OPDRACHTEN IIntegratie-opdracht: Ga een gesprek aan met een bereidwillige partner. Vertel je partner dat je een oefening wilt doen in functie van het ontwikkelen van diverse coachvaardigheden. Maak gebruik van diverse luisterhoudingen en diverse vraagstellingen. Reflecteer over je sterktes en uitdagingen. Link deze opdracht aan het behalen van je competentie. 72