%. (::)% J. N 2000 no. 69 AFKONDIGINGSBL VAN ARUBA LANDSVERO EN G van 29 juni 2000 bevattende de tekst van titel 6.5 voor een nieuw Butgerlijk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "%. (::)% J. N 2000 no. 69 AFKONDIGINGSBL VAN ARUBA LANDSVERO EN G van 29 juni 2000 bevattende de tekst van titel 6.5 voor een nieuw Butgerlijk"

Transcriptie

1 %. (::)% J. N 2 no. 69 AFKONDIGINGSBL VAN ARUBA LANDSVERO EN G van 29 juni 2 bevattende de tekst van titel 6.5 voor een nieuw Butgerlijk Wetboek van Anzba. Uitgegeven, 28 september 2 De J'ninister van Justitie en Publieke vkrken, E.J. Vos

2 Pagina 2 Aopndigingsblad van Aruba 2 no 69 IN NAAM DER KONINGIN! DE GOUVERNRUR van Aruba, In overweging genomen hebbende: dat het in het kader van de herziening van het Burgerlijk Wetboçk van Aruba wenselijk is de tekst van titel 5 van Boek 6 vast te ltellen; Heeft, de Raad van Advies gehoord met gemeen overleg der Staten v tgesteld ondersta de lr verordening: Artikel I Titel 5 vari Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba wordt als volgt vastgesteld: Titel 5 Overeenko t in het algemeen Afdelinc 1 Algemene bepalingen Artikel 21 3 l. Een ov'ereenko t in de zin van deze titel is een meerzjdige rechtsh deling, waarbij een of meer partijen jegens een of meer andere een verbintenk aangaan. 2. Op ov'ereenko îen tussen meer dan twee partijen zijn de wettelijke bepalingen ten aanzien van overeenko ten niet van toep sing, voor zover de strekking van de betrokken bepalingen in verband mtt de aard van de overeenko t zich daartegen vcrzet. Artikel 21 5 Voldoet een overeenko t aan de o cïijving van twee of meer door de wet geregelde bijzondere soorten van overeenko ten, dan zijn de voor elk van die sool-ten gegeven bepalingen naast elkaar op de ov'ereenko t van tocp sing, behoudens voor zover deze bepalingen niet verenigbaar zijn of de strekking daarvan in verband rnet de aard van de oq'ereenko t zich tegen toepassing verzet.

3 Pagina 3 Aoondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Allikel 2 16 Deze afdeling en de tweede de derde en de vierde afdeling vinden overeenkomstige toepassing op andere meerzijdige ve oge rechtelijke rechtsh delingen. voor zover de strekking van de betrokken bepalingen in verband met de aard van de rechtshandeling zich daartegen niet verzet. Afdeline 2 Ilet tot stand komen van overeenko ten Artikel Een overeenko t komt tot stand door een aanbod daartoc en de aanvaal'ding daal-van. 2. De al-tikelen tot en tnet 225 zijn van toep sing, tenzij uit het aanbod uit ccn andere rechtsh deling of uit een gewoonte iets anders voo vloeit. Artikel 2 l 8 Een aanbod is geldig nietig of ve ietigbur overeenko tig de regels voor meerzijige rechtshandelingen. Artikel 219 l. Een nnnbod kan worden herroepen. tenzij het een termijn voor de amwaarding inhoudt of de onheaoepeljkheid eï'van op andere wjze uit het aanbod volgt. 2. De herroeping kan slechts geschieden zolang het aanbod niet is aanvaard cn cvenmin een mededeling, houdende de amw rding, is verzonden, Bevat het aanbod de mededeling dat het wijbltvend wordt gedaan, dan kan de herroeping nog onvemijld na de aahvrrding geschieden. 3. Een beding waarbij een der partijen zich verbindt om indien de wederpartj dit wenst, met haar een bepaalde overeenko t te siuiten, gcldt als een onhe oepelijk aanbod Artikel Een bij wijze van uitloving voor een bepaalde tijd gedaan aanbod kan wegens gewichtige redenen worden herroepen of gewijzigd. 2. In geval van herroeping of wijziging van een uitloving kan de rechter aan iemand die op grond van de uitloving met de voorbereiding van een gevraagde prestatie is bcgonnen, een billijke schadeloosstelling toekennen. Artikel Een mondeling aanbod vervalt. indien het niet oneddellijk wordt aanvaart, een schrihcljk aanbod, indien het nict binnen etn rcdelijkc tijd wordt aanvaard. 2. Een aanbod velwalt doordat het wordt venvorpen.

4 Pagina 4 Aiondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Anikel 222 Een manbod vervalt niet door de dood of het verlies van h delingsbe eid van een der partjen, noch doordat een der partijen de bevoegdheid tot het sluhen van de ov'ereenko t verliest als gevolg van een bewind. Artikel De aanbieder kan een te late a vaarding toch als tjdig gedaan laten gelden, mits hij dit onverwijld nnn de Svedemanij meedeelt. 2. Indien een amwa-zding te laat pl tsvindt, n'k-u-tr de aanbieder begrijpt of behool't te begrijpen dat dit voor de wedclpa ij niet duidelijk Nvas, geldt de aanvrrding als tîjdig gedaan, tenzij hij onvelwijld aan de wedepa'tîj meedeelt dat hij het aanbod als N'ervallen beschouwt. Artikel 224 lndien een aanv rding de aanbieder niet of niet tijdig bereikt door een orrlstandigheid op grond waarvan zij krachtens artikel 37, derde lidp tweede zin, van Boek 3 niettemin haar werking heeft, wordt de overee o t geacht tot stand te zijn gekomen op het tijdstip waarop zonder de storende o tandigheid de verklming zou zijn ontvangen. Artikel Een aanv rding die van het aanbod afivàjkt, geldt als een nieuw aanbod en als een venverping van het oorspronkelijke, 2. Wijkt een tot nvaarding strekkend antwoord op een aanbod ti.uu-toe slechts op onde 'geschikte punten al dan geldt dit antwoord als Mnvaarding en komt de overeenkomst overeenko tig deze amwaarding tot stand, tenzij de nnnbieder onvenvàjld bezwaar nh'h-ïkt tegen de verschillen. 3. Venvijzen aanbod en a vaarding naar verschillcnde algemene voomaarden d k t aan de tweede vmavijzing geen werking toe indien daarbij niet tevens de toel an om, p selijkheid van de in de eerste venvijzing aangegeven algemene voonvaarden uildrukkelijk van de hand wordt gewezen. Artikel 226 Stelt de wet voor de totstandko ng van een overeenko t een vornlvereiste, dan is dit voorschùft van overeenko tige toepassing op een overeenko t waarbij een partij in wier belang het strekt zich tot het mangm-m van een zodanige overeenko t verbindt. tenzij uit de strekking van het voorschriû anders voonvloeit. Al-tikel 227 De verbintenissen dîe partijen op zich nemen, moeten bepaalbaar zijn

5 Pagina 5 Artikel 228 I. Een Uvereenko t die tot stand is gekomen onder invloed van dwaling en bj cen juiste voorstelling van zaken niet zou zijn gesloten, is vernietigb indien:? a. de dwaling te wijten is man een inlichting van de wedepartîj tenzil deze mocht aannemen dat de ovcree o t ook zonder dezt inlichting zou worden geslotenk b. de wedel'panj in verband met hetgeen zij omtrent de dwaling wist of behoorde te weten, de dwalende had behoren in te lichten; c. de wederpartj bij het sltziten van de overeenko t van dezelfde onjuiste veronderstelling als de dwalende is uitgegaany tcnzij zij ook bij een juiste voorstelling van zaken niet had behoeven te begrijpen dat de dwalende dam'door van het sluittn van de ovel'cenko t zou worden afgehouden. 2. De vemietking kan niet worden gegrond op een dwaling die een uitsluitend tocko tige o t digheid betreft of die in verband met de aard van de overeenko t, de in het verkeer geldende opvattingen of de o tandigheden van het geval voor rekening van de dwalende behoort te blijven. Artikel 229 Aoondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Een ovel'eenko t die de strekking heeft voort te bouwen op een reelts tussen partijcn bestaande l'echtsverhouding is vernietigb indien deze reclltsverhouding ontbreekt, tenzij dit in verband met de aard van de ovel'eenko t de in het verkeer geldende opvattingen of de o t digheden van het geval voor rekening van degene die zich op dit ontbreken beroept, behoort te blijven. Artikel 23 l. De bevoegdheid tot vemietigillg op grond van de artikelen 228 en 229 verv lt indien wedepartij tjdig een wijziging van de gevolgen van de overeenko t voorstelt, die het nadeel dat de tot ve ietiging bevoegde bîj inst ouding van de overetnko t lijdt, op afdoende wijze opheû. 2 Bovendien kan de rechter op verlangen van een der partijen in plaats van de 1. ve ietiglng uit te spreken, de gevolgen van de overeenko t ter opheffing van dit nadcel wijzigcn. Afdelinc 3 Algemene voomaarden Al-tikel 23 l In deze afdeling wordt verstaan onder: algemene voomaard : een of meer schh elijke bedingen die zijn opgesteld ten einde in een aantal overeenko ten te worden opgenomen, met uitzondering van bedingcn die de kern van dc prestaties aangeven', gebruikcr : degene die algemene voomaarden in een overeenko t gcbruikt; wedcrpm'lj : degene die door ondtnekcning van een geschrift of op andcrt wjze de gclding van algemene voolvaarden heeft aanvaard.

6 Pagina 6 ARondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Arlikel 232 Een edtqpa ij is ook dan aan de algenaene voo v den gebonden indien de gebruiker bij het sluiten van de overee o t begreep of i'l'ioest begrijpen dat zij de inhoud daarvltlt niet kende. Aîlikel 233 Een beding in algemenc voo marden is waietigba, indien: a. het, gelet op de aard en de overigc inhoud van de overee o t de wijze waarop de voonva den zijn tot stand gekomen de wederzijà kenbare belangen van partijen en de oveùge o tandighcden van het geval onrcdtlijk bemarend is voor de wedclmartij, of b. de gebruiker aan de wederpaîtj nïet een redelijke mogelijkheid heeû geboden om vml de algemene voonva den kennis te nemen. Artikel 234 l. De gebruiker heeft aan de wedel-p ij de in artikel 233, onderdecl b, bcdoelde mogelijkheid geboden, indien hij: a. hetzij de algemene voo-aarden voor of bij hct gluiten van de overeenko t aan de wedepartij ter hand heeft gesteld, b, hetzij, indien dit redelijkemijs niet mogelijk is, vl')ôr de totst dko ng van de overeenkomst aan dc wedepartij heeft bekendgem t dat de voonvnnrden bij hem ter inzage liggen of bij een door hem opgegeven kantoor van het h delsregister of glifse van het gerccht in eerste aanleg zijn gedeponeerd, alsmede dat zij op verzoek zullcn worden toegezonden. 2, Als de voorw rden niet voor of bij het sluiten van de overecnko t m'm de wedcmartij zijn ter hand gesteld, zijn de bedingen tevens ve ietigbaar, indicn de gebruiker de voo-nnrden niet op verzoek van de wedepartij onvenvijld op zijn kosten man haar toezendt. 3. Het in het eerste lid, onderdcel b, en tweede lid omtrent dc vcplichting tot toezending bepmalde is niet van toep sing, voor zovcr deze toezending redeljkem'ijs niet van de gebruiker kan worden gevergd. Artikel 235 l. Op de ve ietigingsgrond, bedoeld in al-tikel 233, onderdetl a, kan mede een berocp worden gedaan door een partij voor wie de algemene voomaarden door een gevo achtigde zijn gebruikt, mits de wederflm4j meen'nalen os'el'eenko ten sluit waarop dezelfde of nagenoeg dezelfde algemene voorw rden van toepassing zijn. 2. Op de ve ietigingsgronden, bedoeld in de artikelen 233 en 234, kan geen beroep worden gcdm'm door een partij die meermalen dezelfde of nagenoeg dezelfde algemene voomaarden in haar overçenko ten gebruikt. 3. Dc telnnjn, bedoeld in artikel 52, eerstc Iid, onderdeel d, van Boek 3, begint mct de aanvang van de dag, volgende op die waarop een beroep op het beding is gedaan.

7 Pagina 7 Aoondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Arlikel 236 Bij een overeenko t tussen een gebruîker en een wederp ij, natu lijik persoon, die niet handelt in de uitoefenlg vari een beroep of bedîijt wordt al onredelijk bezwarend nnngemerkt een in de algemene voorwavden voorkomend beding: a, dat de wedepartij gehccl en onvoonv deljk het recht ontneemt de door de gebruiker toegezegde prestatie op te eisen; b. dat de aan de wederfllmj toekomende bevoegdheid tot ontbinding, zoals deze in afdeling 5 is geregeld, uitsluit of beperkt; c. dat een de wedepartij volgens de wet toekomende bevoeg eid tot opschoning van de nakoming uitsluit of beperkt of de gebruiker een verd ga de bevoegdheid tot opschoning verleent dan hem volgens de wet toekomt; d. dat de beoordeling van de vraag, of de gebruiker in de nakoming van een of meer van zijn verbintenissen is teko geschoten nan hem zelf overl t of dat de uitoefenlg van de rechten die de wedepartij ter zake van een mdanige teko koming volgens de wet toekomen, afhankeljk stelt van de vool-wml.àrde dat deze eerst een derde in rcchte heeft gesproken' e, krachtens hetwelk de wederpmij aan de gebruiker bij voorbaat toestem ng vçrleent zijn uit de overeenko t voortvloeiende vêeplichtlgen op een der in titel 2 afdeling 3, bedoelde wijzen op een derde te doen overgaan, tenzij de wedefpm'tj te allen tijde de bevoegdheid heeft de overeenko t te ontbindtn of de gebruiker jegens de wederpartij sprakelijk is voor de nigronùng door de derde of de overgang plaatsùndt in verband met de overdracht van een onde eming waartoe zowel die vemlichtingen als de egenover bedongen rechten behoren' f dat voor het geval uit de overeenko t voor de gebruiker voo vloeiende rechten op een derde overgaan, ertoe strekt bevoegdheden of verwee ddelen die de wederpartij volgens de wet jegens die derde zou kunnen doen gelden, uit te sluiten of te beperkcn; g. dat een wettelàjke verjarings- of vervalte ijn waarbinnen de wedefpmij enig recht moet geldend maken, tot een veéarings- onderscheidenlijk vervaltermijn van minder dan een jaar verkort; h. dat voor het geval bij de uitvoering van de overeenko t schade n een derde wordt toegebracht door de gebruiker of door een persoon of zaak wmarvoor deze aansprakelijk is, de wederpartj verplicht deze schade hetzij aan de derde te vergoeden, hetzij in haar verhouding tot de gebruiker voor een groter deel te dragen. dan waartoe zij volgens de wet verplicht zou zijn; i. dat de gebruiker de bevoegceid geeû de door hem bedongen prijs binnen drie maanden na het sluiten van de overeenko t te verhogen, tenzij de wederpartj bevoegd is in dat geval de overee o t te ontbinden' j. dat in geval van een overeenko t tot het geregeld afleveren van zaken elektdciteit dîtaronder begrepen, of tot het geregeld docn van ve ichtingen, leidy tot stilmjg de verlenging of vemieuwing van meer dan een jaar' k. dat de bevoegdheid van de wederpartj om bewijs te leveren uitsluit of beperkt, of dat de uit de wet voonvloeiende verdeling van de bewijslast ten nadele van de wetkrpêu'- tij Nvijzigt, hctzàj doordat het een verklaring van haar bevat omtrent de deugdelijkheid van de haar vel'schuldigde prestatie hetzij doordat het haar belast met het bewijs dat een teko ko ng van de gebruiker aan hem kan wordeù toegerekendt

8 Pagina 8 é oondigingsblad van Artzba 2 no dat ten nadele van de wedemartij afwijkt van artikel 37 van Boek 3. tenzij het betrekking heefï op de vonn van door de wedtqnaûij af te leggen verklaringen of bepaalt dat de gebruiker het hem door de wederpaqij opgegeven adres als zodanig rruag blijven beschouwen totdat hem een nieuw adres is meegcdeeld; m.waarbij een wedemartij die bij het aangnnn van de overeenko t werkelijke woonplaats hier te Iande heeft, clders woonplaats kiest anders dan voor het geval Zj te eniger tijd geen bekende werkelijke woonplaats hier te lande zal hebben tenzij de on'ereellko t betrekking heeft op een registergoed en woonplmats ten kantore van een notaris wordt gekozen'? n. dat voorziet in de beslechtlng van een geschil door een ander dan hetzij de rechter dic volgens de wet bevoegd zou zijn hetzîj een of meer arbiters, tenzij het de wedepartij een telaréjn gunt an te nainste een rnaand nadat dc gebruiker zic schri eljk jcgens haar op het beding heeft bcroepen om voor beslechting van het geschil door de volgens de wet bevoegde rechter te kiezen. Artikel 237 Bij een ov'ereenko t tussen een gebruiker en een wederp ij, natuurlijk persoon, die nieî handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, wordt vermoed onrcdelijk bemarend te zijn een in de algemene voo aarden voorkomend beding: a. dat de gebnéker een, gelet op de o tréghed van het geval, ongebruikclijk lange of onvoldoende bepaalde tel-lnijn geeft om op een aanbod of een andere verklaring van de wedemartij te rtagçren; b. dat de inhoud van de vemlichtingcn van de gebruiker wezenlijk beperkt ten opzichte van hetgeen de wedepartij mede gelet op de wetteljke regels die op de overeenkol'tlst betrekking hebben. zonder dat beding redelijkens'ijs mocht venvachten; c. dat de gebruiker de bevoegdheid verleent een prestatie te verschahkn die wezenlijk van de toegezegde prestatie afwijkt, tenzij de wedepartij bevoegd is in dat geval de overe ko t te ontbinden; d. dat de gebruiker van zijn gebonde eid aan de ov'ereenko t bevrijdt of hem de bevoegdheid dnnrtoe geett anders dan op in de overeenko t vennelde gronden die van dien aard zjn, dat deze gebondenheid niet meer van hem kan worden gtvergd; e. dat de gebîuiker een ongebrulelijk langt of onvoldoende bep lde termijn voor de niöton'ûng geeft; ç da! de gebruiker of een derde geheel of ten dele bevrijdt van een wettelàjke velplichting îot schadevergoedlg; g. dat ecn de wederpartj volgens de wet toekomende bcvocgdheid tot veaekening tlitsluit of beperkt of de gebruiker een verderg de bevoegdheid tot ven'ekening verleent, dan hem volgens de wet toekomt; h. dat als sanctie op bepaalde gedragingen van de wederpa ij, nalaten daaronder begrepen, verval stelt van haar toekomende rechten of van de bevoegdheid bepaalde verweren te voeren. behoudens voor zover deze gedragingen het verval van die rechten of verweren rechtv digen; i. dat voor het geval de overeenko t wordt be indigd, andefs dan op grond vaîl het fcï! dat de wederpartj in de nfïkoll'ting van haar verbintenis is tekollgeschottn, de wederpanij verplicht een gcldsom te betalen behoudens voor zover het betreft een rcdeltjke vergoeding voor door de gebruiker geleden vtrlies of gederfde winst',

9 Pagina 9 A ondigingsblad van Aruba 2 no. 69 dat de weçlepal4j verplicht tot het sluiten van een overeenko t met de gebruiker of met een derde tenzij dit mede gelet op het verband van die overeenko t met de in dit artikel bedoelde ox'ereevo t, redelijkerwijze van de wedenllkn:j kan worden gevergd; k. dat voor een overeenko t als bedoeld in artikel 236 onderdeel j een duur bepaalt van meer dan een jaar, tenzij de wedelsla j de bevoegceid heett de overeenko t telkens na een jaar op te zeggen; 1. dat de wederp ij aan een opzerermjn bindt, die langer is dan drie mm-mden of Ianger dan de termijn waarop de gebruiker de overeenko t kan opzeggen', m.dat voor de geldigheid van een door de wederpartj te venichten verklming een sttengere vonn dan het vereiste van een ondcrhanàe akte stelt' n. dat bepaalt dat een door de wedepartij verleende volmacht onhe oepelijk is of niet eindigt door haar dood of ondercul'atelestelling, tenzij de volrnacht strekt tot levering van een registergoed. Artikel 238 Bij een overeenko t als bedoeld in de artikelen 236 en 237 kan jegens de wedtlpald ij geen beroep worden gedaan op het feit dat: a. de overeenko t in naam van een derde is gesloten indien dit beroep berust op het enkele feit dat een beding van deze strekking in de algemenc voo-aarden vooîrkomt; b. de algemene voonvurden beperkingen bevatten van de bevoegdheid van een gevolmachtigde van de gebruiker die zo ongebruikelijk zijn dat de wederpmij ze zonder het beding niet behoefde te verwachten tenz:j zij ze kende. Artikel 24 l. Een rechtspersoon als bedoeld in het tweede lid is bevoegd om tegen een gebruiker een vordering in te stellen strekkende tot het onredelijk bezwarend verklaren van een beding in diens algemene voonv den; de artikelen 233 onderdeel a 236 en 237 zijn van overeenko tigq toep sing. Voor de toepassing van de vorige zin wordt een beding dat in strijd is met een dwingende wetsbep ing, als ontedelijk bezwarend a gemerkt, 2. De vordering komt toe nrën rechtspersonen die ten doel hebben de behaniging van belangen van eindgeb ikers van nict voor een beroep of bedrijf bestemde goederen. Zij kan slechts betrekking hebben op algemene voommarden die worden gçbruikt of bestemd zijn te worden gebruikt in overeenko ten met personen wier belangen door de rechtspersoon worden behartigd 3. De eiser is niet ontv=kelijk, indien niet blijkt dat hij, alvorens de vordering in te stellen, de gebruiker de gelegenheid heetl geboden om in onderling overleg de algemene voomaarden zodanig te wijzigen dat de bezwaren die de grond voor de vordering zouden opleveren, zijn weggenomen. Een terrrijn van zes maanden na schri elijke kennisgeving van de bezwaren is daal-toe in elk geval voldoende. 4. Voor zover een rechtspersoon met het gebruik van bedingen in algemene voorwaarden heeft ingestemd, komt hem geen vordering als bedoeld in het eerste iid, toe.

10 Pagina 1 Ahondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Artikel 24 l l. Het Gemeenschappeljk Hof van Justitie van de Nederl dse Antillen en Aruba is bù uitsluiting bevoegd tot ke isnemlg van vorde gen als bedoeld in al'toel De in artikel 24, tweede lid, bedoelde rechtspersonen hebben de bevoegdheden, geregeld in de artikelen 2 14 en 287 van het Wetboek van Burgerljke Rechtsvul'dering van Aruba; artikel 29 van dat wetboek is niet van toep sing. 3. Op vordering van de eiser kan aan de uitspraak worden verbonden: a. een verbod van het gebruik van de door de uitspraak getroffen bedingeng b. een veroordeling tot het openbaar m'tken of laten openlyaar maken van de uitspraak, zulks op door de rechter te bepalcn wijze en op kosten van de door dc rechter aan te geven partij of panjen. 4. De rechter kan in zijn uitspraak aangeven, op welke wijze het onredelijk bezwlàrend karakter van de bedingen waarop de uitspraak betrekking heeft kan worden weggenomen. 5. Geschillen ter zake van de tenuitvoerlegging van de in het derde lid bedoelde veroordelingen, alsmede van de veroordellg tot betaling van ecn dwangsom, zo deze is opgelegd, worden bij uitsluiting door het Hof beslist. Anikel Op vordering van een gebruiker tcgen wie de in artikel 24. eerste lid, bedoelde uitspraak ù gedaan, kan de rechter die uitsprnak wijzigen of opheflbn op grond dat zij ten gevolge van een wijziging in de o t digheden niet langer gerechtv digd is. 2. De vordering wordt gericht tegen de rechtspersoon op wiens vordering de uitsprnnk Nvas geck'han. Indien echter deze rechtspersoon is ontbonden, worden de in het verzoekschù genoemde andere rechtspersonen als bedoeld in aïlikel 24, tweede lid. opgeroepen om over het verzoek als ll ghebbenden te worden gehoord; de rechter kan ook zulke rechtspersonen doen oproepen, die niet in het verzoekschùh worden vermeld. 3. Artikel 24 1, eerste en tweede lid, derde lid, onderdeel b, en vijfde lid, is van overeenko tige toep sing. 4. Het eerste tot en met derde lid ù niet van toepassing: voor zover de uitspraak betrekking had op een beding dat door de wet als onredeljk bezwarend wordt aangemerkt. Anikel 243 Een beding in algemene voo- rden, dat door degene jegens wie een verbod tot gebruik ervan is uitgesproken, in strjd met het verbod in een overeenkoxt wordt opgenomen, is vernietigb. Artikel 235, vierde lid, is van overeenko tige toepassing.

11 Pagina l 1 AAondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Artikel Een persoon die handelt in de uitoefening van een beroep of bedriîtl kan geen beroep doen op een beding in een overee o t met een partij die ter zake van de goederen of diensten waarop die op'ereenko t betrekking heeft met geb ikm lg van algemene voorw rden overee o ten met haar afnemers heett gesloten voor zover een beroep op dat beding onredelijk zou zijn wegens zijn nauwe slulwnhang met een in de algemene voo-aarden voorkomend beding dat Pachtens dezc afdeling is vemietigd of door een uitspraak als bedoeld in artikel 24, eerste lids is getroffen. 2. Is tegen een gebruiker een vordering als bedoeld in artikel 24, eerste lid ingesteld, dan is hij beyoegd die persoon in het geding te roepen ten einde voor recht te horcn verklaren dat een beroep als bedoeld in het eerste lid onredelijk zou zijn. Artikcl 24 l, tweede lid, derde lid, onderdeel b, vierde en vijfde lid, alsmede de artikelen 7 1, 72 en 76 van het Wetboek van Burgerljke Rechtsvordering van Aruba zijn van overeenkomstige toep sing. 3, Op de uitspraak is artikel 242 van overeenko tige toep sing. 4 Op eerdere overee o ten met betrekking tot de voormelde goederen en diensten Is het eerste tot en met derde lid van overeenko tige toep sing. Artikel 245 Dcze afdeling is noch van toepassing op arbei ovcreenko ten noch op collectieve arbei overeenko ten. Al-tikel 246 Van de Ctîlikelen 23 1 tot en mct 244 kan niet worden afgeweken. De bevoegdheid om een beding krachtens deze afdeling door een buitengerechtelijke verklaring te ve ietigen kêm niet worden uitgeslotzn. Artikel 247 l. Op overeenko ten tuisen partijen die handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijs en die beide hier te lande gevestigd zijn is deze afdeling van toepassing, ongeacht het recht dat de overeenko t beheerst. 2. Op overeenko ten tussen partijen dic handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijtl en die niet beide hier te lande gevestigd zijn is deze afdeling niet van toep sing, ongeacbt het recht dat de overeenko t beheerst. 3. Een partij is in de zin van het eerste en tweede lid hier te Iande gevestigd indien haar hoofdvestiging of zo de prestatie volgens de ovel'eenko t door een andere vestiging dan de hoofdvestiging moet worden velricht deze andere vestiging zich hier te lande bevindt, 4. Op overcenkomsten tussen een gebl-uiker en een wedemartij natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijr is, indicn de weder-? partil haar gewone v'erblij laats hier te lande heeft, deze afdeling van toep sing, ongeacht het recht dat de overeenko t behecrst.

12 Pagina 12 A/ondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Afdeline 4 Rechtsgevolgen van overee o ten Artikel Een overeenko t heeh niet alleen de door pallîjen overeengekomen rechtsygevolgen, maar ook die welke, naar de aard van de overeenko t, uit de wet de gewoonte of de eisen van redelijueid en billjkheid voo vloeien. 2. Een tussen partijen als gtvolg van de overeenko t geldende regel is niet van toep sing, voor zover dit in de gegevert o t digheden naar maatstaven van redelijkheid en billjkheid onmanv rdb zou zijn. Al-tikel 249 De rechtsgevolgen van een overee o t gelden mede voor de rechtverkrijgenden onder algemene titel, tenzj uit de overee o t iets anders voonvloeit. Artikel 25 Bij overeenko t kan worden afgeweken van de volgende artikelen van deze afdeling, met uitzondering van de a -tikelen 25 1, derde lid, 252, tweede lid, voor zover het de eis van een notariële akte betreft, en derde Iid, 253, eerste Iid, 257, 258, 259 en 26. Artikel Staat een uit een overeenko t voonvloeiend, voor overgang vatbmar recht in een zodanig verband met een aan de schuldeis toebehorend goed, dat hij bij dat recht slechts belang heeft, zolang hj het goed behoudt, dan gmat dat recht over op degene die dat goed onder bijzondere titel verkrijgt. 2. Is voor het recht een tegenprestatie overeengekomen, dan gaat de vemlichtlg tot het vcrrichten van die tegenprestatie mee over, voor zover deze betrekking heeft op de periode na de overgang. De verweemder blijfï naast de verkrjger jegens de wederpartij rmsprakelijk, behoudens voor zover deze zich na de overgang in geval van uitblijven van de tegenprestatie van haar vcrbintenis kan bewijden door ontbinding of beëindiging van de overeenko t. 3. Het eerste en het tweede lid gelden niet, indien de verkrijger van het goed tot de wederpartj bij de overeenko t een verklaring richt dat hij de overgang van het recht niet aanvaardt. 4. Uit de rechtshandeling waarbij het goed wordt overgedragen, kan voo vloeien dat geen overgang pl tsvindt. Artikel 252 l. Bij een overeenko t kan worden bedongen dat de verplichting van een der partijen om iets te dulden of niet te doen ten aanzien van een haar toebehorend registergoed, zal overgaan op degenen die het goed onder bijzondere titel zullen verkrijgen, en dat mede gebonden zulkn zijn degenen die van de rechtllebbende een recht tot gebruik van het goed zullen v krijgen.

13 Pagina 13 AAondigingsblad van Al-uba 2 no Voor de werking van het beding is vereist dat van de overeenko t tussen partijefl een notariële akte wordt opgemm t, gevolgd door inschrijving diàa.rv:tn in de openbare registers. Degene jegens wie de veplichting bestaat waarop het beding betrekking heeft moet in de akte ter zake van de chrîjving hier te lande woonplaats kiezen. 3. Ook na insc jving heeft het beding geen werking jcgens: a. degenen die vôôr de àsch jving onder bijzondere titel een recht op het gocd of tot gebruik van het goed hebben verkregen; b. een beslaglegger op het goed of een recht daarop, indien de chrjving op het tijdstip van de inschrj ng van het proces-verb l van inbeslagne ng nog niet had plêtats gevonden; c. degenen die hun recht hebben verkregen van iemand die ingevolge de onderdelen a of b niet aan de bedongen N'emlichting gebonden was. 4. is voor de veplichting ecn tegenprestàtie ovel'eengekomen, dan gaat bij de overgang van de veplichting het recht op de tegenprestatie mee over, voor zover deze betrekking heeft op de pçïiode na de overgang en ook het beding omtrent deze tegenprestatie in de registers Zgeschreven is. 5. Het eerste tot en met het vierde lid is niet van toepassing op vcplichtingen die een rechthebbende beperken in zijn bevoegdùcid het goed te verweemden of te be- Zwaren. Artikel Een overeenko t schept voor een derde het recht een prestatie van een der panijen tc vorderen of op andere wijze jegens een van hen een beroep op de overeenko t te doen, indien de overeenko t een beding van die strekking inhoudt en de derde dit beding aanvnnrdt. 2. Tot de nvaarding kan het beding door degene die het heeft gemaakt, worden herroepen. 3. Een a vaarding of hçn'oeping van het beding geschiedt door een verklming, gericht tot een van de beide andere betrokkenen. 4. Is het beding onheaoepelijk en jegens de derde om niet gemaakt, dan geldt het aks aanvaard indien het tcr kennis van de derde is gekomen en door deze niet onverwijld is afgewezen. Anikel Nadat de derde het beding heeft aanvaard, geldt hij als paftij bij de overeenkorast. 2. Hij kan, indien dit met de strckking van het beding in overeenste ng is, daaraan ook rçchten ontlenen over de periode vththr de nva ding. Artikel Heeft een beding ten behoeve van een derde ten opzichte van die derde geen gevolg, dan kan degene die het beding heeft gemaakts hetzij zichzeltl hetzîj een andere derde als rechthebbende aanwijzcn.

14 Pagina l 4 2. Hij wordt geacht zichzelf als rechthebbende te hebben aangewezen, indien hem door degene van wie de prestatie is bedongen, 'een redelijke tennijn voor de aanwijzing is gesteld en hj birillcm deze ten'l'éjn geen nwijzing heeft uitgebracht. Artikel 256 A ondigingsblad van Aruba 2 no. 69 De partij die een beding ten behoeve van ecn derde heeft gemnakt, kan nakoming jegens de derde vorderen tenzij deze zich daal'tegen verzet. Artikel 257 Kan ecn partij bij cen ovzereenkonst ter afwering van haar aansprakelijkheid vour een gedraging van een aan hmar ondergeschikte aan de overeenko t een vclaveerl'lédtâel jegens haar wedemaïlij ontlenen, dan kan ook de ondergeschikte, indien hij op p'ond van deze gedraging door de wedefpartj wordt ngesproken, dit vemeereddel inroepen, als ware hijzelf bij de ovcrcenko t partij. Artikel De rechter kan op verlangen van een der partijen de gevolgen van etn overeenkorrst wijzigen of deze geheel of gedeeltelijk ontbinden op grond van onvoorziene o trdileden die van dien aard zijn, dat de wedelmmij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde inst dhouding van de overeevo t niet mag verwachtcn. Aan de wàjziging of ontbinding kan terugwerkende kracht worden verleend. 2. Een wijziging of ontbinding wordt niet uitgesproken, voor zover de orastandigheden krachtens de mard van de overe ko t of de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening komen van degene die zich erop beroept. 3. Voor de toepassing van dit al-tikel staat degene op wie een recht of een verplichting uit een overeenko t is overgegun, gtlijk met een partij bij die overeenkomst. Artikel lndien een overeenko t ertoe strckt een rechthcbbende op of een gebruiker van een registergocd als zodanig te veplichten tot een prestatie die niet bestaat in of gelpaard gmat met het dulden van voo durend houderschap, kan de rechter op zjn verlangen de gevolgen van de overeenko t wijzigen of deze geheel of gedeeltelijk ontbinden, indien: a. ten minste tien jaren na het sluiten van de overcenko t zjn verlopen cn het ongewijzigd voortduren van de veçlichting in strijd is met het algemeen belang', b. de schuldeiser bij de nakoming van de veplichting gecn reddijk bclang meer heeû en het niet nnemelijk is dat dit belang zal terugkeren. 2. Voor de termijn, vermeld in het eerste lid, onderdeel a, telt mee de gehele periode wmarin rechthebbenden op of gebruikers van het goed aan een beding van dezelfde strekking gebonden zjn geweest.

15 Pagina 1 5 Aoondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Al-tikel Een wjziging of ontbinding als Ndoeld in de ikelen 258 en 259, kan worden uitsesproken onder door de rechter te stellen voonv den. 2. Indien de rechter op grond van de anikelen 258 en 259 de ovel'eenko t wijzigt of gedeelteljk ontbzdt, kan hij bepalen dat een of meer d'er partijen de overeenkomq birmen een bij de uitspraa vast te stellen termijn door een schri elijke verklaring geheel zal kunnen ontbinden. De wijziging of gedeeltelijke ontbinding treedt niet in, voordat deze tennijn is verstreken. 3. Is de overeenko t die op grond van de anikelen 258 en 259 wordt gewdzigd of geheel of gedeeltelijk ont nden, ingeschreven in de openbare registers, dan kan ook de uitspr k waarbj de wijzùing of ontbindlg plaatsvond, daarin worden ingeschl'even, rnits deze uitsprnnk in kracht van gewijsde is gegaan of uitvoerba bij vool-r d is. 4. Wordt iemand te dier zake opgeroepen aan zijn overeenko tig artikel 252, tweede lid eerste ze gekozen woonpluts dnn zijn dam'n're tevens opgeroepen al zijn! '!' yrechtverkrljgenden die geen nieuwe inschnjving hebben genomen. Allikel 29 tweede lid en derde lid, tweede tot en met vijfde zin, van Boek 3 k van overeenko tigt toepassing. 5. Andere rechtsfeiten die een ingeschreven overeenko t wijzigen of beëindigen, zjn eveneens inschrjè, voor zover het rechterljke uitspraken betreh, mits zij in kracht van gewijsde zjn gegman of uitvoerb bij voorraad zijn. Afdelina 5 Wederkerige overeenko ten Artikel , Een ovcreenkonvt is wederkerig, inditn elk van beide partijen een verbintenis op zich neemt ter verkrijging van de prestatie wlzartoe de wedep ij zich d egenover jegens hnnr verbindt. 2. De bepalingen omtrent Avederkerige overeenko ten zijn van overee o tige toep sing op andere rechtsbetrekkingen dic strekken tot het wederzjï ve ichten van prestaties, voor zover de aard van die rechtsbetrekkingen zich d rtegen niet verzet. Artikel 262 I. Komt een der partijen haar verbintenis niet na, dan is de wedepallj betoegd de nakoming van bar daanegenovel' staande veplichtingen op te schœ4en, 2. In geval van gedeeltelijke of niet behoorlijke nakoming is opschoning slechts toegelaten, voor zover de tekolkoming haar rechtvaardigt. Artikel 263 1, De partij die velplicht is het eerst te presteren, is niettemin bevoegd de nakoming van haar verbintenis op te schorten indien na het sluiten van de overeenko t te harer kennis gekomen o tandigheden haar goede grond geven te vrezen dat de wederpartij haar da egenover staande veplichtingen niet zal nakomen.

16 Pagina 16 ARondigingsblad van Aruba 2 no lngeval er goede grond bestaat te vrezen dat slechts gedeeltelijk of niet behoorlijk zal worden nagekomen, is de opscho ing slechts toegelaten, voor zover de tekortkoming haar rechtv digt. Artikel 264 In geval van opscho ing op grond van de ikelen 262 en 263 zijn de artikelen 54, onderdelen b en c en 55 niet van toep sing. Artikel ledere tekol4koming van een palïij in de nakoming van een van haar verbintcnissen geeû aan de wedepartij de bevoegdheid om de overeenko t geheel of gedeelte- Iijk te ontbinden, tenzij de tekonko ng, gczien haar bijzondere aard of gelinge betekenis, deze ontbinding met haar gcvolgen niet rechtvurig. 2. Voor zover nakomi rtg niet blijvend of tijdelijk onmogelijk is, ontstaat de bevocgdheid tot ontbinding pas, wanneer de schuldenar in verzuim is. Artikel Geen ontbinding kan worden gegrond op een tekoëkomlg in de nakoming van een verbintenis ten Mruzien waarkr de schuldeiscr zelf in verzuim ù. 2. Wordt echter tijdens het verzuim van de schuldeiser behoorlijke nailon'dng geheel of gedeeltelijk onmogelijk, dan kan de overeenko t ontbonden worden, indien door schuld van de schuldena of zjn ondergeschikte is teko geschoten in de zorg die in de gegeven o t dileden van hem mocht worden gevergd. Artikel 267 l. De ontbinding vindt plaats door een sc âelijke verklaring van de daartoe gerechtigde : 2. Zlj kan ook op zijn vordering door de rechter worden uitgesproken. Artikel 268 De bev'oegdheid tot buitengcrechtelijke ontbinding vervalt door 'eljaring van de rec'hts 'ordering tot ontbinding. De verjaring staat niet in de weg aan gerechtelijke of buiîengercchtelijke ontbinding ter afwerîng van een op de overcenko t steunendc rechtsvordering of andere rechts atregel. Al-tîkel 269 De ontbinding heeft geen terug verkende kracht, bchoudens dat een aanbod tot nakorning, gedman nadat de ontbinding is gcvorderd geen werking heeft indien de ontbinding wordt uitgesproken.

17 Pagina 17 A/ondigingsblad van Aruba 2 no. 69 Artikel 27 Een gedeeltelijke ontbinding houdt een evenredige vem dering in van de wederzijdse prestaties in hoeveeleid of hoed igheid. Anikel 27 l Een ontbinding bevrijdt de partijen van de ctm-lzdoor getrofren verbztenissen. Voor zover deze reeds zjn nagekomen blijfl de rechtspond voor deze nakoming in stand, maar ontstaat voor panijen een verbintenis tot ongedaa aking van de reeds door hen ontvangen prestaties. Art lk' al l. Sluit de a'àrd van de prestatie uit dat zj ongednnn wordt gemnnkt, dan treedt daarvoor een vergoeding in de plaats ten belope van haar waarde op het tijdstip van de öntvangst. 2. Heeft de prestatie niet aan de verbintenis be twoord, dan wordt deze vergoeding beperkt tot het bedrag van de waardc die de prestatie voor de ontvanger op dit tijdstip in de gegeven o trdigheden werkelijk heeft gehad. Artikel 273 Een partij die een prestatie heeft ontvangen, is vanaf het tijdstip dat zij redelijkenvijs met een ontbinding rekening moet houden, verplicht er als een zorgyuldig schuldcna zorg voor te dragen dat de ingevolge die ontbinding verschuldigde ongedaanxking van de prestatie mogelijk zal zjn. Anikel 78 is van overeenko tige toep sing. Artikel 274 Heeft een partij in weemil van een dreigende ontbinding te kwader trouèv een prestatie ontvangen, dan wordt zij na de ontbin ing geacht vanaf de ontvang t vart de prestatie in verzuim geweest te zijn. Artikel 275 De artikelen I 2 tot en met 1 24 van Boek 3 zijn van overeenko tige toepassing met betrekking tot hetgeçn daarin is bepaald omtrent de afgifte van vl-tzchten en de vergoeding van kosten en schade. Artikel 276 Op de onbekwame die een prestatie heeft ontvangen, nzsten de in deze afdeling onwchreven vemlichtingen slechts voor zover het ontvangene hem tot werkelijk voordeel heeû gestrekt of in de macht van zijn wettelijke venegenwoordigel' is gekomen.

18 Pagina is ARondigingsblad van Aruba 2 no 69 Artikel wordt een overeenko t zeheel of gedeeltelijk ontbonden, dari is de t êlrtij ier tekolkomùv een grond voor Jntbinding heeû opgeleverd, veîylicht haar w'eder- W artij de schade te vergoeden, die deze lijdt, doordat geen wedcrzjâse nakoming, doch P ontbinding van de ovm'ee o t pl tsdndt. 2 Indien de teko ko ng niet man de schuldenar kan worden loegerekend, is het eerste' Iid slechts van toepassing binnen de grerlzen van al-tikel 78. Artikel De pal-tij die ontbinding kiest van een reccls tlitgcvocl'de o rereenko t, nadat de verho'udiltg in waarde tussen hetgeen wederzijds bij ongedaa akïg zou moetcn den venicht, zich ten gunstc van hnar heeh gewijzigd, is verplicht door bijbetaling Wor de oorspronkclijke waardeverhouding te herstellen, indien ammemelijk is dat zij zonder deze wijziging geen ontbinding zou hebben gekozen..2 Het eerste lid is van overeenko tige toepassing in geval de partij ten gunste ie de wijziging is ingetreden, op anderc grond dan ontbinding de stoot tot on- Van W daanmaking geeft en Mnnemelijk is dat zij daartoe zonder deze wijziging niet zou de zijn overgeg n. Artikel 279! O overeenko ten waaruit tussen meer dan twee partijen vcrbintenissen. p loeien vinden de bepalingen inzake wederkerige overec o ten met inachtnevöonv, néng van hct tweede en het derde lid overeenko tige toep sing, voor zover de aard van de overee o t zich daartegen niet verzet..2 De panij die een verbltenis op zich heeit genomen ter verk jging van een daalegenover van een of meer der andere partijen bedongen prestatie, kan haar recht op tbinding gronden op een tekonko ng in de nakoming van de verbintenis jegens on haarzelf..3 Schiet een partij met samenhrgende rechten en vemlichtingen zelf tekort in de nakoming van haar verbintenis, dan kunnen in ieder geval de overige partijen gezamenlijk de overeenko t ontbinden. Artikel 11 Deze lréverordening treedt in wcrking op cen bij l besluit te bepalen tijd- Gegevcn te Oranjestad, 29 juni 2 o. Koolman De minister van Justitie en Publieke Werken, E.J. Vos