Statuten. Artikel 1 De stichting draagt de naam: Stichting Derdengelden Reizen; hierna ook te noemen "SDR". Zij is statutair gevestigd te Rotterdam.

Transcriptie

1 Naam en zetel Artikel 1 De stichting draagt de naam: Stichting Derdengelden Reizen; hierna ook te noemen "SDR". Zij is statutair gevestigd te Rotterdam. Doel Artikel 2 1. De stichting heeft tot doel het begeleiden van: a. het betalingsverkeer in de reisbranche en het secureren van gelden bestemd voor leveranciers (reisorganisatoren) en bemiddelaars (reisagenten), onder andere middels het initiëren en in stand houden van de Stichting Bankrekening (een vergunning houdende betaaldienstleverancier als bedoeld in de Wet Financieel Toezicht (Wft)), dan wel middels een andere stichting die over de vereiste vergunning beschikt in het kader van de Wft en/of enig ander wettelijk voorschrift en; b. het sluiten van overeenkomsten met partijen zowel in de reisbranche als verwezenlijken van het hiervoor onder a genoemde doel, zulks in de ruimste zin des woords. 2. Zij zal dit doel verwezenlijken onder andere middels het maken van afspraken met deelnemende reisorganisatoren en deelnemende reisagenten, andere leveranciers en derden en middels het bedrijven van marketing en promotie, en middels het waarborgen van een goede gang van zaken bij de betalingen ontvangende en uitvoerende stichting middels het zitting nemen in het bestuur van deze stichting, alsmede de controle op de naleving van de verplichtingen van deze stichting een en ander in de ruimste zin des woords. Vermogen Artikel 3 Het vermogen van STICHTING wordt gevormd door: - deelnemersbijdragen; - subsidies; - erfstellingen, legaten en schenkingen; - overige baten. Bestuur Artikel 4 1. SDR wordt bestuurd door een bestuur bestaande uit twee leden en wordt voor de eerste maal bij deze akte benoemd. Het bestuur staat onder toezicht van de hierna te vermelden Raad van Toezicht. Slechts natuurlijke personen kunnen bestuurslid zijn. Eén bestuurslid wordt benoemd door de Algemene Nederlands Vereniging van Reisondernemingen, hierna ook te noemen: ANVR, gevestigd te Baarn, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder dossiernummer , dan wel diens rechtsopvolger, en één bestuurslid met de functie van voorzitter wordt benoemd door de Stichting Garantiefonds Reisgelden, hierna ook te noemen: SGR, gevestigd te Rotterdam, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder dossiernummer , dan wel diens rechtsopvolger. 2. Indien een vacature in het bestuur ontstaat zal die worden ingevuld binnen een termijn van drie maanden door een van de organisaties genoemd in lid 1 aan wier zijde de vacature ontstaat.

2 3. Het bestuurslidmaatschap eindigt door: a. het vrijwillig aftreden van het bestuurslid; b. het overlijden van het bestuurslid; c. het onherroepelijk worden van een faillissement van het bestuurslid en/of het op enige wijze verliezen van het beheer over het vermogen van het bestuurslid; d. het onder curatele stellen van het bestuurslid of het van toepassing worden van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen. e. het ontslag van het bestuurslid door de organisatie, welke het betreffende bestuurslid heeft benoemd. 4. Bestuursleden genieten een beloning voor hun werkzaamheden, welke wordt vastgesteld door de Raad van Toezicht. Zij hebben recht op vergoeding van de door hen in de uitoefening van hun functie noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte kosten. 5. Een bestuurder kan door de Raad van Toezicht bij een met redenen omkleed besluit worden geschorst. De organisatie, welke het betreffende bestuurslid heeft benoemd wordt hiervan direct schriftelijk in kennis gesteld door de Raad van Toezicht. De schorsing kan ten hoogste zes weken duren en eindigt van rechtswege, indien binnen die termijn het geschorste lid is ontslagen door de organisatie, welke het betreffende bestuurslid heeft benoemd. 6. De leden van het bestuur worden benoemd voor een periode van ten hoogste drie jaar. Het bestuur kan een rooster van aftreden maken. Een lid van het bestuur kan aansluitend maximaal drie maal worden herbenoemd. De maximale aaneengesloten termijn voor leden van het bestuur is derhalve twaalf jaar. Bestuursvergaderingen Artikel 5 1. Het bestuur vergadert zo vaak als nodig voor een goede vervulling van de taken opgedragen bij of krachtens deze statuten. 2. Vergaderingen zullen worden gehouden wanneer de voorzitter dit wenselijk acht of indien het andere bestuurslid daartoe schriftelijk en onder opgave van de behandelen punten aan de voorzitter het verzoek daartoe doet. 3. Indien de vergadering dan niet binnen veertien dagen nadat het verzoek redelijkerwijs door de voorzitter ontvangen zou moeten zijn door de voorzitter is bijeengeroepen, heeft het desbetreffende bestuurslid de bevoegdheid zelf de vergadering bijeen te roepen. 4. In alle gevallen geldt een oproepingstermijn van ten minste zeven dagen. Indien alle fungerende bestuursleden hiermee akkoord gaan kan de oproepingstermijn tot een door hen unaniem te bepalen aantal dagen worden teruggebracht. 5. De bestuurder die voor dit doel een adres aan de stichting bekend heeft gemaakt kan tot de vergaderingen van het bestuur worden opgeroepen door een langs elektronische weg aan dat adres toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht. Besluitvorming Bestuur Artikel 6 1. In een bestuursvergadering heeft ieder bestuurslid recht op het uitbrengen van één stem. Voor zover in deze statuten niet anders is bepaald, neemt het bestuur zijn besluiten bij meerderheid van de stemmen. Bij staking van de stemmen is de stem van de voorzitter bepalend. 2. Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen tenzij een bestuurslid zich daartegen verzet. Daartoe kan onder meer gebruik worden gemaakt van alle vormen van geschreven tekstoverdracht, in de ruimste zin van het woord. Hier onder valt dus ook een

3 langs elektronische weg toegezonden en reproduceerbaar bericht aan het adres dat het bestuur voor dit doel heeft vastgesteld en aan alle schriftelijk door het bestuur vastgelegd, ondertekend en bij de notulen gevoegd. 3. Het bestuur kan bepalen dat bestuursleden hun vergaderrechten kunnen uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel. Als het bestuur daartoe besluit gelden de volgende vereisten: - het bestuurslid dat op deze wijze aan de vergadering deelneemt, moet via het elektronisch communicatiemiddel kunnen worden geïdentificeerd; - het bestuurslid moet rechtstreeks kunnen kennisnemen van de beraadslagingen ter vergadering en daaraan kunnen deelnemen; - het bestuurslid moet het stemrecht kunnen uitoefenen. Het bestuur kan (verdere) voorwaarden stellen aan het gebruik van het elektronisch communicatiemiddel. Als het bestuur van deze bevoegdheid gebruik heeft gemaakt, worden de gestelde voorwaarden bij de oproeping tot de vergadering bekend gemaakt. Het bestuurslid dat via een elektronisch communicatiemiddel aan een vergadering deelneemt, geldt als in de vergadering aanwezig. Bestuursbevoegdheid en vertegenwoordiging Artikel 7 1. Behoudens beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de stichting. 2. Het bestuur is bevoegd tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen en sluiten van overeenkomsten waarbij de stichting in het kader van het doel van de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheid voor een schuld van een derde verbindt. 3. De stichting wordt vertegenwoordigd door het bestuur gezamenlijk. Het bestuur kan aan een bestuurder, als ook aan een ander volmacht verlenen om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen. 4. Indien slechts één bestuurslid in functie is, blijft het bestuur niettemin volledig bevoegd, maar dan wel slechts voor een periode van drie maanden nadat de vacature is ontstaan ten gevolge waarvan het aantal bestuursleden beneden het minimumaantal daalde. In die periode is het bestuur niet bevoegd besluiten te nemen als bedoeld in lid 2 van dit artikel, dan wel bevoegd besluiten te nemen tot statutenwijziging of ontbinding. Dagelijkse leiding Artikel 8 1. Het bestuur is bevoegd een of meer procuratiehouders aan te stellen al dan niet met de persoonlijke titel "directeur" die belast wordt met de dagelijkse leiding van de stichting. 2. Het bestuur stelt de taak van de procuratiehouder(s) en de gevallen waarin en de wijze waarop hij/zij de stichting kan/kunnen vertegenwoordigen vast. 3. Het bestuur kan personeel en/of medewerkers aanstellen, schorsen en ontslaan alsmede hun bevoegdheden, rechten en verplichtingen vaststellen, een en ander volgens bij reglement vast te stellen regels.

4 Raad van Toezicht Artikel 9 1. De Raad van Toezicht bestaat uit drie personen. Slechts natuurlijke personen kunnen lid van de Raad van Toezicht zijn. 2. De leden van de Raad van Toezicht worden als volgt benoemd. Een lid wordt benoemd door de Algemene Nederlandse Vereniging van Reisondernemingen (ANVR) en een lid door de Stichting Garantiefonds Reisgelden (SGR). Het derde lid, tevens voorzitter, wordt benoemd door een gezamenlijk besluit van ANVR en SGR. 3. De leden van de Raad van Toezicht treden op zonder last of ruggespraak. 4. Het lidmaatschap van de Raad van Toezicht eindigt door: a. het vrijwillig aftreden van het lid; b. het overlijden van het lid; c. ontslag krachtens besluit van de tot benoeming van het betrokken lid bevoegde instanties; d. het onherroepelijk worden van het faillissement van het lid, en/of het op enige wijze verliezen van het beheer over het vermogen van het lid; e. het onder curatele stellen van het lid of het van toepassing worden van de wet schuldsaneringsregeling natuurlijke personen op het lid. 5. De Raad van Toezicht heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van het bestuur en met inachtneming van de Wet bescherming Persoonsgegevens verstrekt het bestuur aan de Raad van Toezicht des verzocht alle inlichtingen over de algemene gang van zaken binnen de stichting. 6. De Raad van Toezicht kan zich bij de uitoefening van zijn taak voor rekening van de stichting laten bijstaan door deskundigen, indien hij meent dat dit naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid geïndiceerd is. 7. De Raad van Toezicht vergadert zo vaak zijn voorzitter dan wel twee van zijn leden, dan wel het bestuur van de stichting dit nodig acht. 8. De oproeping van een vergadering geschiedt - onder vermelding van de te behandelen punten - door de voorzitter van de Raad van Toezicht en bij zijn afwezigheid of verhindering door een van de andere leden met inachtneming van een oproepingstermijn van tenminste acht dagen. 9. De leden van de Raad van Toezicht zijn tot geheimhouding verplicht ten aanzien van die gegevens die aan hen in hun hoedanigheid ter kennis zijn gekomen en die naar hun aard niet voor verspreiding onder derden zijn bestemd. 10. De beloning van de leden van de Raad van Toezicht vindt plaats door middel van een gezamenlijk besluit daartoe van ANVR en SGR met inachtneming van de binnen SGR bestaande gebruiken omtrent beloning van leden van de Raad van Toezicht. Zij hebben recht op vergoeding van de door hen in de uitoefening van hun functie noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte kosten. 11. De leden van de Raad van Toezicht worden benoemd voor een periode van ten hoogste drie jaar. De Raad van Toezicht kan een rooster van aftreden maken. Een lid van de Raad van Toezicht kan aansluitend maximaal drie maal worden herbenoemd. De maximale aaneengesloten termijn voor leden van de Raad van Toezicht is derhalve twaalf jaar.

5 Vrijwaring bestuur en Raad van Toezicht Artikel 10 Degene die in het kader van de uitoefening van zijn bestuurslidmaatschap of zijn lidmaatschap van de Raad van Toezicht door een derde civielrechtelijk aansprakelijk wordt gesteld, wordt door de stichting voor de financiële gevolgen daarvan gevrijwaard, behoudens het geval dat er sprake is van opzet of grove schuld van het desbetreffende bestuurslid. De stichting draagt zorg voor een adequate aansprakelijkheidsverzekering. Boekjaar, begroting, jaarverslag, rekeningen, verantwoording Artikel Het boekjaar van de stichting valt samen met het kalenderjaar. Voor aanvang van enig boekjaar stelt het bestuur een begroting op en legt deze ter goedkeuring voor aan de Raad van Toezicht. 2. Aan het einde van het boekjaar worden de boeken van de stichting afgesloten en wordt daaruit een staat van baten en lasten over het afgelopen boekjaar opgemaakt, welke jaarstukken vergezeld zijn van een door het bestuur opgemaakte toelichting en een verslag ter zake een door het bestuur benoemde registeraccountant. 3. De jaarstukken worden door het bestuur vastgesteld binnen zes maanden na afloop van het betreffende boekjaar en goedgekeurd door de Raad van Toezicht. 4. De goedkeuring door de Raad van Toezicht strekt tot decharge van het bestuur voor alle handelingen welke uit de jaarstukken blijken. Reglement Artikel Het bestuur is bevoegd, na verkregen goedkeuring van de Raad van Toezicht, reglementen vast te stellen waarin onderwerpen worden geregeld welke niet in deze statuten zijn vervat. Deze reglementen zullen niet met de wet of met deze statuten in strijd mogen zijn. Bij strijdigheid van enige bepaling in een reglement prevaleert hetgeen in deze statuten daaromtrent is bepaald en bij gebreke daarvan hetgeen in de wet is opgenomen. 2. Het bestuur is te allen tijde bevoegd een reglement te wijzigen, na verkregen goedkeuring van de Raad van Toezicht. Statutenwijziging Artikel Het bestuur is bevoegd de statuten te wijzigen, na verkregen goedkeuring van de Raad van Toezicht. Een besluit daartoe moet worden genomen met algemene stemmen in een vergadering waarin alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn zonder dat in het bestuur een vacature bestaat, onverminderd het bepaalde in artikel 7 lid 4 van deze statuten. 2. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen. Iedere bestuurder afzonderlijk is bevoegd die akte te doen verlijden.

6 Ontbinding en vereffening Artikel Het bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden, na verkregen goedkeuring van de Raad van Toezicht. Een besluit daartoe moet worden genomen met algemene stemmen in een vergadering waarin alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn zonder dat in het bestuur vacatures bestaan, onverminderd het bepaalde in artikel 7 lid 4 van deze statuten. De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit voor de vereffening van haar vermogen nodig is. 2. De vereffening geschiedt door het bestuur. De vereffenaars dragen zorg voor de inschrijving van de ontbinding in het Handelsregister gehouden door de Kamer van Koophandel. 3. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten zoveel als mogelijk van kracht. Een eventueel batig saldo van de ontbonden stichting wordt zoveel mogelijk aan een rechtspersoon met een doel dat zoveel mogelijk overeenkomt met het doel van de stichting uitgekeerd. 4. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de stichting gedurende zeven jaar berusten onder diegene die daartoe door het bestuur is aangewezen. Slotbepaling Artikel 15 In alle gevallen waarin niet door de statuten is voorzien beslist het bestuur.