Personen met een handicap kunnen op het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) een beroep doen voor hulpmiddelen.

Transcriptie

1 SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 167 van BART VAN MALDEREN datum: 4 december 2015 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN VAPH - Hulpmiddelen voor personen met een handicap Personen met een handicap kunnen op het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) een beroep doen voor hulpmiddelen. 1. Kan de minister een overzicht geven van de tien belangrijkste hulpmiddelen? Graag een lijst volgens budget en volgens aantal aangevraagde dossiers voor 2013, 2014 en Kan de minister van elk vermeld hulpmiddel een overzicht geven van de gemiddelde doorlooptijd? 3. Kan de minister een overzicht geven van het aantal geweigerde dossiers? Graag opgesplitst per jaar sinds Wat zijn de vijf meest voorkomende redenen om een dossier te weigeren? 4. Hoeveel dossiers werden heringediend en alsnog betoelaagd? 5. Welke evolutie stelt de minister vast? Acht hij bijsturing van het hulpmiddelenbeleid nodig?

2 JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN ANTWOORD op vraag nr. 167 van 4 december 2015 van BART VAN MALDEREN 1. a) 10 refertehulpmiddelen volgens budget nr Referterubriek toestand op 1 incontinentiemateriaal traplift onderhoud, herstel en aanpassing verbouwingen sanitair badkamer doorzak voor toegang tot kokerlift beeldschermloep tafelmodel voor andere noodzakelijke b. Lijst volgens aantal gevraagde dossiers nr Referterubriek toestand 1 onderhoud, herstel en aanpassing incontinentiemateriaal handgrepen - beugels douchestoel herstellingskosten en verbouwingen sanitair herstellingskosten aanpassingen rolstoel herstellingskosten hoog-laag hoog-laag verzorgingsbed of hoog-laag bed-in-bed 2. De gemiddelde doorlooptijd voor een aanvraag werd gemeten vanaf de datum dat de aanvraag volledig werd ingediend bij de provinciale afdeling van het VAPH tot de datum van het versturen van de eerste beslissing naar de cliënt. Deze beslissing kan zowel een beslissing van de provinciale afdeling als van de Bijzondere

3 Bijstandscommissie betreffen, zonder eventuele beroepsprocedures via de Heroverwegingscommissie of arbeidsrechtbank. a. Lijst volgens budget nr Referterubriek Gemiddelde doorlooptijd (in dagen) incontinentiemateriaal 43,57 39,51 30,12 2 traplift 40,67 36,88 28,12 3 onderhoud, herstel en aanpassing 28,24 25,61 19,53 4 verbouwingen sanitair 40,59 36,81 28,06 5 badkamer 44,14 40,03 30,52 6 doorzak voor toegang tot 30,23 27,41 20,90 7 kokerlift 46,66 42,31 32,26 8 beeldschermloep tafelmodel voor 35,83 32,49 24,77 40,38 36,62 27,92 10 andere noodzakelijke 36,53 33,13 25,26 b. Lijst volgens aantal gevraagde dossiers nr Referterubriek Gemiddelde doorlooptijd (in dagen) onderhoud, herstel en aanpassing 28,24 25,61 19,53 2 incontinentiemateriaal 43,57 39,51 30,12 3 handgrepen - beugels 48,33 43,83 33,42 4 douchestoel 44,73 40,56 30,92 5 herstellingskosten en 38,58 34,99 26,68 6 verbouwingen sanitair 40,59 36,81 28,06 7 herstellingskosten aanpassingen 30,46 27,62 21,06 8 rolstoel 16,78 15,22 11,60 9 herstellingskosten hoog-laag 35,76 32,43 24,72 10 hoog-laag verzorgingsbed of 40,38 36,62 27,92 hoog-laag bed-in-bed Doorlooptijd provinciale afdelingen Gemiddeld genomen bedraagt de doorlooptijd voor alle aanvragen binnen de provinciale afdelingen van het VAPH 28,21 dagen (berekend o.b.v. de eerste 3 kwartalen van 2015). Jaarlijks verwerkt het VAPH ongeveer tot vragen tot tussenkomst voor hulpmiddelen.

4 3. a) Lijst volgens budget nr Referterubriek toestand 1 incontinentiemateriaal traplift onderhoud, herstel en aanpassing verbouwingen sanitair badkamer doorzak voor toegang tot kokerlift beeldschermloep tafelmodel voor andere noodzakelijke b. Lijst volgens aantal gevraagde hulpmiddelen nr Referterubriek toestand 1 onderhoud, herstel en aanpassing incontinentiemateriaal handgrepen - beugels douchestoel herstellingskosten en verbouwingen sanitair herstellingskosten aanpassingen rolstoel herstellingskosten hoog-laag hoog-laag verzorgingsbed of hoog-laag bed-in-bed De meest voorkomende weigeringen worden opgemaakt op basis van art. 4 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de criteria, voorwaarden en refertebedragen van de tussenkomsten in de individuele materiële bijstand voor de sociale integratie van personen met een handicap van 13 juli Dit artikel geeft aan dat het hulpmiddel enkel kan toegekend worden als de noodzaak, de gebruiksfrequentie, de werkzaamheid en de doelmatigheid van het hulpmiddel in functie is van de handicap, en in verhouding staat tot het bedrag van de gevraagde bijstand dat vermeld staat op de refertelijst in de bijlage van het besluit. Andere redenen zijn: - de beperkingen zijn onvoldoende ernstig om erkend te worden als persoon met een handicap;

5 - het hulpmiddel behoort tot de basisuitrusting van de voorziening en kan door het VAPH niet nogmaals individueel betoelaagd worden voor gebruik in de voorziening. - bepaalde hulpmiddelen zijn niet cumuleerbaar. 4. In de periode werden aanvragen geweigerd. Voor dossiers (of 7,48%) werd in hetzelfde jaar of in een later jaar alsnog een goedkeuring gegeven. 5. Het VAPH paste de tegemoetkomingen voor aangepast sanitair in de periode grondig aan met de bedoeling een meer aangepaste ondersteuning te voorzien voor personen met een handicap die een aangepaste woning nodig hebben. We zien de effecten daarvan in tabel 1a met een toename met ca voor Aanpassing sanitair van 2013 tot nu en een toename met ca voor de referteklasse Badkamer. Deze stijgende trend zal zich de komende jaren zeker verderzetten gezien de verbeterde tegemoetkomingen die op korte termijn nog verder uitgebreid zullen worden voor andere referteklassen. Bij de overige hulpmiddelen in de top 10 zien we een vrij stabiel beeld. Qua doorlooptijden (tabellen 2a en 2b) zien we ook een positieve evolutie. In tabellen 3a en 3b zien we opnieuw vooral een evolutie van het aantal weigeringen voor de referteklassen verbouwing sanitair en badkamer. De daling van het aantal weigeringen voor de referteklasse badkamer kan te wijten zijn aan de verhoging van het refertebedrag voor verbouwing sanitair enkele jaren eerder waardoor men minder geneigd is om gelet op de gemaakte kosten het hogere refertebedrag voor badkamer aan te vragen. De toename van het aantal weigeringen voor verbouwing sanitair is evenredig de toename van het aantal aanvragen. Wanneer we de evolutie van de verhouding tussen het totaal aantal aanvragen en het aantal weigeringen bekijken stellen we vast dat dit voor de jaren 2013, 2014 en 2015 respectievelijk 23,3 %, 24,2 % en 26,2 % bedraagt. Mijn conclusie is algemeen dat de opvolging en de bijsturing van het hulpmiddelenbeleid een continu proces is. Aanpassingen aan de regelgeving kunnen om verschillende redenen noodzakelijk zijn, bijvoorbeeld omdat het marktaanbod significant gewijzigd is of om de bestaande regelgeving beter af te stemmen op evoluerende behoeften. Uit deze cijfers blijkt echter geen noodzaak om drastisch het roer om te gooien op bepaalde punten. De uitbreiding en aanpassing van de IMBsubsidies voor diverse hulpmiddelen en aanpassingen worden in de nabije toekomst verdergezet zoals gepland.