LEERTRAJECT DECREET RECHTSPOSITIE VAN DE MINDERJARIGE IN DE INTEGRALE JEUGDHULP

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "LEERTRAJECT DECREET RECHTSPOSITIE VAN DE MINDERJARIGE IN DE INTEGRALE JEUGDHULP 2009-2010"

Transcriptie

1 LEERTRAJECT DECREET RECHTSPOSITIE VAN DE MINDERJARIGE IN DE INTEGRALE JEUGDHULP Sofie Van den Bussche POC GO! Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Emile Jacqmainlaan Brussel

2 DECREET RECHTSPOSITIE MINDERJARIGE Doelstellingen Doelstellingen Informatie aanbieden over de wetgeving betreffende het Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de Integrale Jeugdhulp Concrete voorbeelden aanbieden rond de toepassing van de wetgeving in de praktijk De behandelde wetgeving leren toepassen via het in groep oplossen van aangeboden casussen, vragen en een quiz Ruimte aanbieden voor vragen en ervaringsuitwisseling Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 1/1 Emile Jacqmainlaan Brussel F AA Blanco Formulier _2009_2010_DRM_Doelen.R0.doc

3 DECREET RECHTSPOSITIE MINDERJARIGE Agenda Agenda 9u30 9u35 Kennismaking Kadering DRM 11u 11u15 12u 12u30 13u30 14u30 14u45 15u30 Pauze Kadering DRM + BVR MDD Quiz Lunch Casussen Pauze Reflectie in plenum Vragenronde + tevredenheidsonderzoek 16u Einde Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 1/1 Emile Jacqmainlaan Brussel F AA Blanco Formulier _2009_2010_DRM_Agenda_R1.doc

4 1. Situering van het Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de integrale jeugdhulp (DRM) 1.1. Ontstaansgeschiedenis in een notendop Het decreet rechtspositie wil de rechten van de minderjarige in de jeugdhulp op een samenhangende en uniforme wijze regelen, ongeacht de sector of de hulpverleningsvorm waarin de minderjarige terecht komt. Het DRP voorziet in een eigen statuut voor de minderjarige in de jeugdhulp om zo een betere rechtsbescherming van de minderjarige te realiseren. Midden 1998 gaf het Vlaams Parlement een ad-hoccommissie de opdracht een maatschappelijke beleidsnota op te stellen i.v.m. de bijzondere jeugdzorg. Daaruit bleek o.a. dat de jeugdhulpverlening onvoldoende emancipatorisch en gezinsgericht was, de interne en externe rechtspositie van de minderjarige was onduidelijk en diende versterkt te worden. Dit leidde tot de installatie van een inderdepartementale planningsgroep die in september 2000 haar Strategisch Plan integrale Jeugdhulp aan de ministers van Welzijn, gezondheid en Gelijke kansen en Onderwijs, voorstelt. Er werd een centrale commissie en werkgroepen samengesteld ter voorbereiding van de regelgeving betreffende de integrale jeugdhulp. Binnen die structuur werkt een ad-hocwerkgroep positie en participatie van de cliënt, die aan de grondslag ligt van dit decreet. De werkgroep kreeg in 2002 het mandaat van de centrale commissie om te werken aan voorstellen voor de verbetering van de positie en de participatie van de cliënt in de jeugdhulp. Deze werkgroep was samengesteld uit mensen uit het werkveld en de administratieve diensten van de sectoren betrokken bij integrale jeugdhulp, aangevuld met o.a. een groepwerker van een vereniging waar armen het woord nemen, een jeugdadvocaat, De werkgroep startte haar werkzaamheden met een analyse van de positie van de cliënt in de jeugdhulp. Dit leidde tot een omstandige probleemverkennende nota en op basis daarvan kreeg de werkgroep het mandaat om een beter statuut uit te werken voor de minderjarige in de jeugdhulp. Het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) werd hierbij als referentiekader gebruikt. Sinds dit verdrag van kracht is, hebben kinderrechten een juridisch bindend karakter. Dit resulteerde in een eerste basisraamwerk van statuut voor de minderjarige in de integrale jeugdhulp, dat getoetst werd bij zowel minderjarigen als ouders, met en zonder ervaring in de jeugdhulp. Deze rijke ontstaansgeschiedenis maakt dat dit decreet een breed intersectoraal draagvlak kent. Het DRM werd goedgekeurd op 07/05/2004, gepubliceerd in het Belgisch staatsblad op 04/10/2004 en trad in werking op 01/07/ Decreet Integrale Jeugdhulp Het decreet werd goedgekeurd op 07/05/04 (B.S. 11/10/04). De implementatie van het decreet is nog lopende. We vatten de belangrijkste elementen uit het decreet Integrale Jeugdhulp samen. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 1/41

5 Principes van de Integrale Jeugdhulp Toegankelijkheid Vraaggerichtheid Subsidiariteit Participatie Acceptatie Emancipatie Modulering Integrale jeugdhulp werkt met modules. Een module beschrijft een duidelijk afgelijnd deel van het hulpaanbod aan de hand van een aantal functies. Via modulering, en de weergave van de functies, geven de diensten een beter zicht op hun hulpaanbod, zodat de meest passende hulp voor de jongere kan gekozen worden Rechtstreeks versus niet rechtstreeks toegankelijke hulp Het onderscheid wordt gemaakt op basis van 3 gewogen criteria: Frequentie: de spreiding van het aantal contacten over een welbepaalde periode Intensiteit: de gemiddelde duur van één contact, uitgedrukt in uren per etmaal Duur: de periode/termijn waarin een module wordt aangeboden Het netwerk rechtstreeks toegankelijke hulp (RTJ) beoogt: Rechtstreekse toegang tot de hulpverlening Het aanbieden van de meest geschikte hulp, binnen een redelijke termijn en volgens de beschikbare hulp Het waken over het tijdig inzetten van een module diagnostiek Indien het netwerk onvoldoende of niet aan de hulpvraag tegemoet kan komen en er dus meer ingrijpende hulp noodzakelijk is, kan het netwerk aanmelden bij het onafhankelijke orgaan Toegangspoort. Die bepaalt dan welke soort hulp (indicatie) en welk hulpaanbod (toewijzing) voor een cliënt het meest geschikt is. De Bijzondere Jeugdbijstand (BJB) en het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) behoren tot het netwerk niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTJ). Deze voorzieningen zijn enkel toegankelijk via de toegangspoort Crisis en Gerecht Het decreet beschrijft ook de invoering van netwerken crisisjeugdhulpverlening. Alle jeugdhulpaanbieders die in een bepaald werkgebied modules crisisjeugdhulpverlening aanbieden, werken samen in dit netwerk. Gerechtelijke jeugdhulp is jeugdhulp die bij gerechtelijke beslissing wordt opgelegd. Met uitzondering van de gerechtelijke jeugdhulp kan de jeugdhulp slechts worden verleend met instemming van de personen tot wie hij zich richt. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 2/41

6 Beleidsafstemming Voor het verzorgen van de beleidsafstemming wordt er in een aantal structuren voorzien: Het Managementcomité De Adviesraad De regionale commissies De ondersteuningsteams Situering van het CLB De nadruk van IJH ligt op vrijwillige hulp, wat zeer goed aansluit bij de missie van de CLB s. Binnen het decreet CLB werkt het CLB subsidiair t.a.v. de school. Wanneer blijkt dat de leerling meer gespecialiseerde hulpverlening nodig heeft is vraagverheldering een belangrijke stap. Het CLB vervult dan ook een belangrijke rol als onthaalpunt. Het begrip subsidiariteit uit het decreet IJH mag niet verward worden met het begrip subsidiariteit uit het decreet CLB. Decreet CLB: De centra zijn subsidiair t.a.v. de school en de ouders. School en ouders zijn in eerste instantie verantwoordelijk voor het welbevinden en de gezondheid van de leerling. Decreet IJH: Wanneer meerdere vormen van jeugdhulp gelijkwaardig aan een jeugdhulpvraag of jeugdhulpbehoefte kunnen beantwoorden, wordt de minst ingrijpende vorm van jeugdhulp aangeboden. De CLB s vervullen de draaischijffunctie tussen onderwijs, welzijns- en gezondheidssector. Ze zijn partner in het netwerk RTJ. De CLB s bieden hulp via modules aan. Afhankelijk van de situatie zullen de CLB s instaan voor de toelevering van diagnostiek voor de toegangspoort. Voor kortdurende hulpverlening kan het CLB zelfstandig blijven handelen, wat aansluit bij het decreet CLB De Jeugdhulpwijzer Met behulp van de Jeugdhulpwijzer kunnen professionelen in en rondom de jeugdhulp het Vlaamse jeugdhulpaanbod van zeven hulpverleningssectoren integraal doorzoeken, leren kennen en vergelijken. Ieder stukje jeugdhulp dat afzonderlijk aan een cliënt kan worden aangeboden, staat in de Jeugdhulpwijzer als een module beschreven. Vandaag bieden 650 voorzieningen in Vlaanderen en Brussel samen zo n verschillende modules aan. Er zijn een 150-tal soorten, van eenmalig anoniem teleonthaal over opvoedingstraining aan huis tot langdurige pleegzorg of residentiële opvang. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 3/41

7 Momenteel betreft het nog een proefversie. Gebruikers kunnen opmerkingen formuleren, in het najaar wordt de Jeugdhulpwijzer dan aangepast, rekening houdend met deze opmerkingen. Voor meer informatie betreffende Integrale Jeugdhulp: zie CLB A-Z, NETWERK, Decreet betreffende de Integrale Jeugdhulp, en de website Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 4/41

8 1.3. Algemene bepalingen van het DRM Artikel 1 Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid. Artikel 2 1. In dit decreet wordt verstaan onder: 1 decreet integrale jeugdhulp: het decreet van 7 mei 2004 betreffende de integrale jeugdhulp; 2 jeugdhulp: het geheel van de jeugdhulpverleningen de indicatiestelling, de toewijzing en de trajectbegeleiding, bedoeld in respectievelijk artikel 19, 22 en 26 van het decreet integrale jeugdhulp; 3 jeugdhulpverlening: de hulp- en zorgverlening die zich richt tot minderjarigen of tot minderjarigen en hun ouders, hun opvoedingsverantwoordelijken en/of personen uit hun leefomgeving zoals bedoeld in artikel 2, 1, 4, van het decreet integrale jeugdhulp; 4 residentiële jeugdhulpverlening: jeugdhulpverlening waarbij een vervangende woon- of verblijfssituatie wordt aangeboden; 5 semi-residentiële jeugdhulpverlening: jeugdhulpverlening waarbij een vervangende dagactiviteit of een vervangend nachtverblijf wordt aangeboden; 6 gerechtelijke jeugdhulp: jeugdhulp die wordt opgelegd bij een rechterlijke beslissing; 7 buitengerechtelijke jeugdhulp: jeugdhulp die wordt verstrekt zonder interventie van een rechtelijke beslissing; 8 minderjarige: elke natuurlijke persoon jonger dan 18 jaar; 9 niet-begeleide minderjarige vreemdeling: elke minderjarige, die valt onder de toepassing van titel XIII, hoofdstuk 6, van de programmawet (I) van 24 december 2002; 10 ouders: de personen die titularis zijn van het ouderlijk gezag of, bij ontstentenis van deze personen, de wettelijke vertegenwoordiger; 11 opvoedingsverantwoordelijken: de natuurlijke personen, andere dan de ouders, die de minderjarige op duurzame wijze in feite onder hun bewaring hebben of bij wie de minderjarige geplaatst is door bemiddeling of ten laste van een openbare overheid; 12 jeugdhulpaanbieder: een persoon of een voorziening die jeugdhulpverlening aanbiedt als voorzien in artikel 4 van het decreet integrale jeugdhulp; 13 jeugdhulpvoorziening: een voorziening die jeugdhulpverlening aanbiedt als bedoeld in artikel 4 van het decreet integrale jeugdhulp; 14 jeugdhulpverlener: een persoon die of een team dat binnen een jeugdhulpvoorziening belast is met het verstrekken van jeugdhulpverlening; 15 toegangspoort: orgaan, bedoeld in artikel 17 van het decreet integrale jeugdhulp, dat zorgt voor de indicatiestelling en de toewijzing; 16 dossier: alle gegevens die op een systematische wijze met betrekking tot een minderjarige worden verzameld en bijgehouden; 17 sector: een bevoegdheidsdomein dat geregeld wordt door regelgeving, vermeld in artikel 4, 1, van het decreet integrale jeugdhulp, of toepasselijk verklaard krachtens artikel 4, 2, van dat decreet. 2. Bij verwijzing naar personen wordt in dit decreet de mannelijke vorm gebruikt. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 5/41

9 2. Toepassingsgebied van het DRM Artikel 3 1. Onverminderd de wetgeving betreffende de rechten van de rechten van de patiënt en behoudens afwijkingen waarin dit decreet voorziet, regelt dit decreet de rechten van minderjarigen ten aanzien van de jeugdhulpaanbieders, de toegangspoort en de trajectbegeleiding. Het is van toepassing vanaf het eerste contact dat een minderjarige heeft met een jeugdhulpaanbieder, de toegangspoort of de trajectbegeleiding, ongeacht op welke wijze en door wie dit contact geïnitieerd wordt. 2. Dit decreet doet geen afbreuk aan wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen, die aan minderjarigen ruimere rechten toekennen. Op 1 juli 2006 werden de bepalingen van het DRM van kracht in alle betrokken sectoren van de integrale jeugdhulp, namelijk: Algemeen Welzijnswerk Bijzondere Jeugdbijstand Centra voor Integrale Gezinszorg Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg Centra voor Leerlingenbegeleiding Kind en Gezin Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 6/41

10 3. Bekwaamheid van de minderjarige Artikel 4 1. Onverminderd de rechten van de ouders, oefent de minderjarige de rechten, opgesomd in dit decreet, zelfstandig uit. 2. In afwijking van 1, oefent de minderjarige de rechten, bedoeld in artikelen 8, 13 en 22, zelfstandig uit op voorwaarde dat hij tot een redelijke beoordeling van zijn belangen in staat is, rekening houdend met zijn leeftijd en zijn maturiteit. De minderjarige van twaalf jaar of ouder wordt vermoed in staat te zijn tot een redelijke beoordeling van zijn belangen. We dienen een onderscheid te maken tussen rechtsbekwaamheid en handelingsbekwaamheid: Rechtsbekwaamheid is de capaciteit om drager te zijn van rechten, rechten te hebben. Handelingsbekwaamheid is de capaciteit om deze rechten ook zelf uit te oefenen en indien nodig af te dwingen. In het burgerlijk recht is de minderjarige wel rechtsbekwaam maar handelingsonbekwaam. Deze handelingsonbekwaamheid geldt enkel voor rechtshandelingen. Deze beperking is er ter bescherming van de minderjarige. Feitelijke handelingen (informatie opvragen, inspraak hebben, bezoek krijgen, ) kan de minderjarige wel stellen. Aan deze handelingen zijn geen directe rechtsgevolgen verbonden. Het algemeen uitgangspunt van het DRM is dat de minderjarige de rechten opgesomd in het DRM, zelfstandig kan uitoefenen, zonder vertegenwoordiging of bijstand. Het DRM gaat er dus van uit dat de minderjarige bekwaam is. Er wordt hier geen leeftijdsgrens voorzien, noch moet de hulpverlener enige afweging maken. De rechten van de minderjarige kunnen niet ontzegd worden omdat hij onvoldoende maturiteit heeft of niet in staat is tot een redelijke beoordeling van zijn belangen. Elke minderjarige heeft dus recht op een dossier, het recht bijgestaan te worden, Bijzondere regeling: Voor de uitoefening van de volgende 3 rechten dient de minderjarige in staat te zijn op een redelijke wijze te oordelen wat in zijn belang is, rekening houdend met zijn leeftijd en maturiteit: Recht op instemming met de buitengerechtelijke jeugdhulp (artikel 8) Recht om niet tegen zijn wil gescheiden te worden van zijn ouders (artikel 13) Recht op toegang tot het dossier (artikel 22) Het is de HV er die oordeelt of een minderjarige al dan niet in staat is tot een redelijke beoordeling van zijn belangen. Dit dient te gebeuren in overleg en dialoog met de minderjarige en zijn ouders. De beoordeling of een minderjarige al dan niet bekwaam is geen éénmalige beslissing, maar dient elke dag opnieuw, in concrete situaties te gebeuren. Respect voor de autonomie van de minderjarige vereist een individuele beoordeling van de competentie voor elke beslissing in kwestie. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 7/41

11 De HV er kan hierbij rekening houden met: De persoonlijkheid van de MJ Vroegere ervaring Emotionele factoren De aard van de situatie De familiale en sociale omstandigheden De intelligentie en maturiteit De te nemen beslissing Om de handelingsbekwaamheid van de minderjarige bij de uitoefening van deze rechten te versterken, heeft de wetgever een vermoeden ingebouwd. Wanneer een minderjarige twaalf jaar of ouder is, wordt de minderjarige vermoed in staat te zijn zelfstandig op te treden. Dit vermoeden vanaf 12 jaar is een indicatieve grens en is dus weerlegbaar. Als de HV er kan aantonen dat een minderjarige niet in staat is te oordelen wat in zijn belang is, zal hij dit moeten motiveren in het dossier en met de minderjarige bespreken. In dit geval geldt als algemene regel dat zijn rechten worden uitgeoefend door zijn ouders of wettelijke vertegenwoordiger. Er is geen handleiding voorhanden om te bepalen of de MJ al dan niet bekwaam is, de HV er moet daar zelf over oordelen. Enkele hulpmiddeltjes om de MJ bekwaam te achten: De MJ komt zelf hulp vragen De MJ geeft in zijn verhaal zeer duidelijk aan dat hij goed beseft wat er allemaal aan de hand is. De MJ geeft aan de gegeven informatie goed te begrijpen en op zichzelf te kunnen toepassen. De MJ kan argumenteren waarom hij een bepaald aanbod wenst of niet, kan vergelijken met vroegere ervaringen. Mogelijke situaties waar de hulpverlening de bekwaamheid kan weerleggen: mentale handicap waar de reële leeftijd zeker niet met een beoordelingsvermogen correspondeert de MJ is dusdanig verward dat men kan vermoeden dat een bewuste keuze niet echt mogelijk is. Het vermoeden van bekwaamheid geldt niet voor minderjarigen onder de twaalf jaar. Zij zullen zelf initiatief moeten nemen en aantonen dat ze in staat zijn om zelfstandig op te treden. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 8/41

12 4. Belang van de minderjarige Artikel 5 Het belang van de minderjarige vormt de belangrijkste overweging bij het verlenen van jeugdhulp. Het belang van de minderjarige wordt vastgesteld in dialoog met de minderjarige zelf. Aan de mening van de minderjarige wordt passend gevolg gegeven, rekening houdend met zijn leeftijd en maturiteit. Bij de vaststelling van het belang van de minderjarige is tevens respect vereist voor de mening en voor de verantwoordelijkheden van de ouders. Wat het belang van de minderjarige inhoudt is moeilijk definieerbaar, het moet telkens opnieuw bepaald worden, afhankelijk van de concrete situatie in interactie met de betrokkenen, en doorheen het volledige hulpverleningsproces. Het belang van de MJ omvat in eerste instantie het respecteren van zijn rechten. Het belang van de minderjarige: is een overkoepeld principe (moet gelezen worden met alle andere bepalingen uit het decreet rechtspositie) wordt vastgesteld in dialoog met de minderjarige wordt vastgesteld met respect voor de mening en verantwoordelijkheden van ouders Wanneer 2 rechten uit het DRM conflicteren, is het belang van de minderjarige steeds doorslaggevend. Om te gaan bepalen wat in het belang is van de MJ, dient men zoveel mogelijk informatie over de concrete situatie te hebben. Niet enkel de MJ vult mee in wat in zijn belang is, dit kan ook op basis van informatie van derden ingevuld worden. Welke rechten zijn van toepassing in de concrete situatie? Hoe kijkt de MJ tegen zijn situatie? Wat is volgens hem in zijn belang? Is de MJ in staat in te schatten wat het beste voor hem is in de concrete situatie? Zijn er verschillende handelingsmogelijkheden die in het belang van de MJ zijn? Welke is volgens jou het meest in zijn belang? Wat is volgens de ouders in het belang van hun kind? Denkt de MJ daar zelf ook zo over? Om welke reden verschilt de visie tussen minderjarigen en anderen over wat in het belang van de MJ is? Welke andere belangen zijn er in het spel in de concrete situatie? Ouders? Broers/zussen? Familieleden? Vrienden? Welke zijn de belangen van deze andere actoren? Waarom verschillen ze van de mening van de minderjarige over wat in zijn belang is? Ligt de uiteindelijk genomen beslissing in de lijn van de wens van de MJ? Waarom wel/niet? Was in het nemen van de beslissing het belang van de MJ de belangrijkste overweging? Waarom wel/niet? Welke belangen wogen eventueel zwaarder door? Waarom? Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 9/41

13 5. De rechten van de minderjarige 5.1. Recht op jeugdhulp Artikel 6 De rechten die in dit decreet zijn opgesomd, gelden zonder onderscheid voor alle minderjarigen. Er mag onder meer geen onderscheid gemaakt worden naar ras, huidskleur, geslacht, taal, godsdienst, gezondheid, seksuele geaardheid, politieke of andere overtuiging, nationale, etnische of maatschappelijke afkomst, verblijfstatuut, personeelsstatuut, juridisch beschermingsstatuut, welstand, handicap, geboorte of andere omstandigheid van de minderjarige of zijn ouders. Artikel 7 Binnen het beschikbare jeugdhulpaanbod heeft de minderjarige recht op jeugdhulp, zoals bepaald in artikel 6 van het Decreet Integrale Jeugdhulp. Jeugdhulp moet, volgens artikel 3 van het decreet integrale jeugdhulp, de ontplooiingskansen van de minderjarige vrijwaren, zijn welzijn en gezondheid bevorderen en bijdragen tot een zo volledig mogelijke integratie in de maatschappij. De jeugdhulp mag geen afbreuk doen aan de rechten opgesomd in dit decreet, noch aan andere rechten van minderjarigen, zoals het recht op onderwijs en het recht op een zinvolle vrijetijdsbesteding. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 10/41

14 5.2. Recht op instemming met en vrije keuze van de buitengerechtelijke jeugdhulp Artikel 8 De minderjarige heeft het recht om geïnformeerd vrij in te stemmen met de buitengerechtelijke jeugdhulp of die hulp te weigeren. Geïnformeerd vrij instemmen of informed consent veronderstelt dat de minderjarige, alvorens met de jeugdhulp in te stemmen, duidelijke en kwaliteitsvolle informatie krijgt over de inhoud van het concrete jeugdhulpaanbod en over de consequenties van het al dan niet ingaan op dat aanbod. Artikel 9 Als buitengerechtelijke jeugdhulp die past bij de jeugdhulpvraag of jeugdhulpbehoefte van de minderjarige, door meerdere jeugdhulpaanbieders kan worden verstrekt, heeft de minderjarige het recht om de jeugdhulpaanbieder vrij te kiezen en om zijn keuze nadien te wijzigen, behoudens beperkingen die bij of krachtens wet of decreet zijn opgelegd. De keuzevrijheid is niet absoluut, maar gebonden aan beperkingen die krachtens de wet of het decreet zijn opgelegd. Artikel Bij buitengerechtelijke jeugdhulp heeft de minderjarige te allen tijde het recht de interventie van een bepaalde jeugdhulpverlener te weigeren, voorzover de opdracht en de organisatie van de jeugdhulpvoorziening dat toelaten. De weigering mag de jeugdhulpverlening van de jeugdhulpvoorziening aan de minderjarige niet in het gedrang brengen. Op verzoek van de minderjarige wordt de weigering, bedoeld in het vorige lid, schriftelijk vastgelegd en toegevoegd aan het dossier van de minderjarige. De minderjarige heeft het recht om een schriftelijke motivering van die weigering aan zijn dossier te laten toevoegen. 2. De bepalingen van 1 zijn van overeenkomstige toepassing op de toegangspoort en de trajectbegeleiding. Gerechtelijke jeugdhulp, die op basis van een rechterlijke beslissing wordt verleend, behoeft niet de instemming van degene tot wie de jeugdhulp zich richt. De weigering van de minderjarige mag niet beletten dat de minderjarige binnen de jeugdhulpvoorziening verder recht heeft op een kwaliteitsvolle en respectvolle jeugdhulpverlening. In sommige gevallen zal de hulpverlener toch moeten ingrijpen, tegen de wil van de minderjarige. Belangrijk is hier te wijzen op de theorie betreffende schuldig verzuim. (zie syllabus beroepsgeheim) Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 11/41

15 5.3. Recht op informatie en duidelijke communicatie Artikel De minderjarige heeft recht op duidelijke, toereikende en voor hem begrijpelijke informatie over de jeugdhulp en over alle zaken die daarmee verband houden, inzonderheid leefregels en afspraken. 2. in het belang van de minderjarige, zoals omschreven in artikel 5, kan worden beslist om de minderjarige over bepaalde zaken niet te informeren. Een dergelijke beslissing wordt gemotiveerd en in het dossier van de minderjarige opgenomen. De persoon bedoeld in artikel 24, heeft het recht over die zaken geïnformeerd te worden. Zowel spontaan als op vraag = actieve informatieplicht, het is hierbij van belang na te gaan of de minderjarige de meegedeelde informatie juist begrepen heeft. Dit gebeurt niet enkel bij de start maar gedurende het volledige hulpverleningsproces, op regelmatige tijdstippen. Recht op informatie over de jeugdhulp en alles dat daarmee verband houdt zoals bv.: Beschikbaar aanbod Diagnose of probleemstelling Rechten en plichten minderjarige en hulpverlener Doel, aard, nut, duur, kostprijs, Agogische exceptie Bij agogische exceptie kies je ervoor om bepaalde informatie achter te houden voor de minderjarige. Agogische exceptie is afgeleid van de therapeutische exceptie die enkel voor artsen geldt. = oordeel van de hulpverlener, dient in het belang van de minderjarige te zijn. Agogische exceptie is in principe tegenstrijdig met artikel 5 die stelt dat alles dient te gebeuren in dialoog met de minderjarige. De beslissing dient gemotiveerd te worden en moet opgenomen worden in het dossier. Het kan soms in het belang van de minderjarige zijn om het meedelen van bepaalde informatie uit te stellen, omdat hij op dit moment nog niet in staat is met de informatie om te gaan, de agogische exceptie geldt hier dan slechts voor een bepaalde periode. De bijstandspersoon heeft wél toegang tot de informatie die zich onder de noemer agogische exceptie bevindt. Opgelet: agogische exceptie mag geen automatisme worden! Het gaat hier eerder om uitzondering dan regel, en kan dus enkel in uitzonderlijke omstandigheden ingeroepen worden. Men moet erover waken dat dit niet verward wordt met de angst van de HV er voor de (emotionele) reactie van het kind, dit zou een schending van het recht op informatie inhouden. Artikel 12 De communicatie met de minderjarige verloopt in een voor hem begrijpelijke taal, afgestemd op zijn leeftijd en maturiteit. De Vlaamse regering bepaalt hoe dit recht wordt nageleefd ten aanzien van anderstalige minderjarigen. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 12/41

16 Het louter geven van informatie is onvoldoende, dit dient te gebeuren op een manier die aangepast is aan het individuele kind. Meerdere betekenissen van taal: Moedertaal Taal van minderjarige met een handicap Taal van een jong kind Anderstaligen: In die taal of met bijstand van tolk Verder te bepalen BVR Bij de communicatie moet rekening worden gehouden met het ontwikkelingsniveau, de persoonlijkheid, de geestelijke toestand en de draagkracht van de minderjarige. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 13/41

17 5.4. Recht op respect voor het gezinsleven Artikel 13 Tenzij een rechterlijke beslissing dat beveelt, kan een minderjarige niet tegen zijn wil van zijn ouders worden gescheiden. Dit artikel bevestigt dat de ouders de eerste verantwoordelijken zijn voor de opvoeding van minderjarige. Artikel 14 Als jeugdhulpverlening de minderjarige scheidt van zijn ouder of opvoedingsverantwoordelijke, heeft de minderjarige recht op informatie over en op regelmatig persoonlijk en rechtstreeks contact met die persoon, tenzij dit in strijd is met het belang van de minderjarige, zoals omschreven in artikel 5, of met een rechterlijke beslissing. Het verstrekken van gevoelige informatie over een ouder of opvoedingsverantwoordelijke gebeurt zo dat het welzijn van de minderjarige zo min mogelijk wordt geschaad. Artikel 15 De minderjarige en inzonderheid de niet-begeleide minderjarige vreemdeling heeft recht op ondersteuning bij het zoeken naar informatie over de situatie van familieleden. De informatieverstrekking moet op een manier en op een tijdstip gebeuren dat het welzijn van de minderjarige zo min mogelijk geschaad wordt. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 14/41

18 5.5. Recht op inspraak en participatie Artikel 16 Onverminderd de procedureregels voor het verlenen van gerechtelijke jeugdhulp, heeft de minderjarige recht op participatie bij de totstandkoming en de uitvoering van de jeugdhulp die hem wordt verleend. De minderjarige heeft het recht zijn mening vrij te uiten in elke aangelegenheid of procedure betreffende de jeugdhulp die hem betreft. Aan de mening van de minderjarige wordt in de mate van het mogelijke passend gevolg gegeven, in overeenstemming met de leeftijd en de maturiteit van de minderjarige. Als aan de mening van de minderjarige geen passend gevolg wordt gegeven, wordt dat afdoende gemotiveerd. Op verzoek van de minderjarige wordt die motivering aan zijn dossier toegevoegd. Recht op inspraak en participatie werd reeds in 1989 opgenomen in het IVRK. Het IVRK heeft voor het eerst bepaald dat de deelname van minderjarigen aan de maatschappij tot één van de fundamentele rechten van de minderjarige behoort. Onderzoek heeft aangetoond dat, wanneer jongeren, van bij het begin van de begeleiding mee kunnen participeren, hun motivatie stijgt. Bij vrijwillige hulpverlening heeft dit als gevolg dat men minder vaak afhaakt. Dit artikel erkent de competentie van de minderjarige cliënt, de minderjarige wordt erkend als actieve gesprekspartner. Het gaat niet enkel om het kunnen geven van een eigen mening, de jongere moet ook de zekerheid hebben dat er met zijn mening rekening wordt gehouden. Participatie = Mee weten Dit is een grondvoorwaarde tot participatie, beslissingen worden immers genomen op basis van informatie. Mee denken Het gaat hier om informatie afwegen, gevolgen van bepaalde keuzes voorspellen, voor- en nadelen afwegen, Mee praten Alvorens beslissingen te nemen is het noodzakelijk samen te zitten om te praten over ideeën, vragen, bedenkingen, Mee beslissen Het is essentieel dat het nemen van een beslissing samen met de jongere gebeurt. Mee uitvoeren Het is aangeraden de jongere zoveel mogelijk te betrekken en verantwoordelijkheid uit handen te geven. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 15/41

19 Mee evalueren Er dient een evaluatiemoment ingelast te worden om de uitkomst te toetsen aan de verwachtingen die men vooraf had. Participatie op 2 niveaus: Individueel niveau van de hulpverlening Collectief niveau van de hulpverlening Artikel 17 Onverminderd de procedureregels voor het verlenen van gerechtelijke jeugdhulp, heeft de minderjarige recht op een periodieke evaluatie van de jeugdhulpverlening die hij krijgt, in verhouding tot de duur van die hulpverlening. Hij heeft recht op participatie bij die evaluatie. Artikel 18 Tenzij dat in strijd is met een rechterlijke beslissing en voorzover de opdracht en de organisatie van de jeugdhulpvoorziening dat toelaten, heeft de minderjarige aan wie die voorziening semi-residentiële of residentiële jeugdhulpverlening aanbiedt, het recht om met medebewoners te vergaderen over aspecten van de jeugdhulpverlening. Artikel 19 De jeugdhulpvoorzieningen beschikken over een regeling met betrekking tot de inspraak van de minderjarige. Die inspraakregeling voldoet ten minste aan de volgende eisen: 1 Er is een inspraakorgaan of een inspraakprocedure; 2 Indien mogelijk en in elk geval bij semi-residentiële of residentiële jeugdhulpverlening die gemiddeld ten minste zes maanden bedraagt, gebeurt de inspraak collectief; 3 Elke minderjarige aan wie de jeugdhulpvoorziening jeugdhulpverlening aanbiedt, kan participeren aan de inspraak; 4 De jeugdhulpvoorziening biedt haar medewerking om de inspraak te realiseren. Mate van participatie Onechte vormen van participatie: Manipulatie: volwassenen gebruiken jongeren om hun eigen belangen te dienen Decoratie: jongeren luisteren hoogstens iets op Afkopen: jongeren participeren mee voor de schijn Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 16/41

20 Participatievormen: In opdracht, maar geïnformeerd: volwassenen nemen de leiding, jongeren worden wel geïnformeerd. In dit stadium wordt de jongere enkel een passieve rol toebedeeld. Geconsulteerd en geïnformeerd: initiatief komt nog steeds van een volwassene, maar de jongeren worden wel geraadpleegd. Met hun mening wordt zoveel mogelijk rekening gehouden. Initiatief bij volwassenen, jeugd beslist mee: jongeren beslissen mee, op een gelijkwaardige basis. Jongeren hebben een invloed op de uiteindelijke beslissing. Initiatief en leiding bij de jongeren: hier treden volwassenen nog enkel op als mentor of coach. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 17/41

21 5.6. Recht op een dossier Artikel 20 De minderjarige heeft recht op een dossier dat door de jeugdhulpvoorziening, de toegangspoort en de trajectbegeleiding zorgvuldig wordt bijgehouden en zorgvuldig wordt bewaard. Het opstellen, het bewaren en het gebruik van het dossier zijn onderworpen aan de verplichtingen die voortvloeien uit de wetgeving betreffende de verwerking van persoonsgegevens, aan de verplichtingen die voortvloeien uit de regelgeving van de sectoren en aan de supplementaire of specifieke verplichtingen, bepaald in deze afdeling. Als deze verplichtingen onderling tegenstrijdig zijn, hebben de verplichtingen die voor de minderjarige het gunstigst zijn, voorrang Algemene bepalingen Dit artikel houdt in principe o.a. de mogelijkheid in om te vragen om geen dossier aan te leggen. MAAR: tenzij er sectorale verplichtingen zijn, zoals in vele sectoren het geval is. (CLB-decreet artikel 10) Het dossier dient zorgvuldig bijgehouden en veilig bewaard te worden. Er rust op de hulpverlener een voortdurende plicht, na te gaan welke gegevens relevant zijn en welke niet. Volgens de wet verwerking persoonsgegevens, die ook hier van toepassing is, dienen de gegevens ter zake dienend en niet overmatig zijn. Het decreet bepaalt de inhoud van een dossier NIET, dit wordt bepaald in de sectorale regelgeving. Wanneer er onderlinge tegenstrijdigheden zijn (bv. wetgeving CLB i.v.m. MDD sprak tot voor kort DRM tegen) is er voorrang voor de verplichtingen die voor de minderjarige het gunstigst zijn Uitwisseling van gegevens Uitwisseling van gegevens is opgenomen in het decreet betreffende de integrale jeugdhulp. De gegevensuitwisseling heeft betrekking op gedeeld beroepsgeheim, werking van de toegangspoort en het uitwisselen van persoonsgegevens in het kader van intersectorale samenwerking. Deze gegevensuitwisseling dient te voldoen aan volgende voorwaarden: De gegevensuitwisseling heeft enkel betrekking op gegevens die noodzakelijk zijn voor de jeugdhulp; De gegevens worden enkel uitgewisseld in het belang van de personen tot wie de jeugdhulp zich richt; Jeugdhulpverleners dienen in de mate van het mogelijke, geïnformeerde instemming te verkrijgen van de personen op wie de gegevens betrekking hebben. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 18/41

22 Artikel 21 In het dossier worden de persoonsgegevens betreffende de gezondheid apart bijgehouden. De verwerking van en de toegang tot die gegevens is onderworpen aan de relevante bepalingen uit de wetgeving tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens en betreffende de rechten van de patiënt Persoonsgegevens betreffende de gezondheid Dit artikel betekent niet dat er een apart dossier moet aangelegd worden! Het is voldoende dat de gezondheidsgegevens op een of andere manier apart kunnen worden geïdentificeerd. Dit kan bv. door het aanbrengen van een kleurencode, een drukletter noteren bovenaan een verslag, Ten aanzien van de gezondheidsgegevens is het DRM niet van toepassing, maar wel de Wet betreffende de Rechten van de Patiënt en de Wet tot Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer ten opzichte van de Verwerking van Persoonsgegevens. Het feit dat gezondheidsgegevens niet onder de bepalingen van het DRM vallen, betekent niet dat de minderjarige geen recht op inzage heeft. Wat betreft de gezondheidsgegevens wordt de toegang geregeld door de Wet betreffende de Rechten van de Patiënt. Wat zijn persoonsgegevens betreffende de gezondheid? Een ruime interpretatie is hier niet aangewezen, in dit geval zouden alle gegevens die zich in een dossier bevinden en die ook maar enigszins de fysieke of psychische gezondheidssituatie van de minderjarige betreffen, gezondheidsgegevens zijn. Het is hier dus aangewezen te gaan voor een strikte interpretatie: informatie die werd geattesteerd of geregistreerd door een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg, of de gegevens opgenomen in een medisch verslag. De gegevens verzameld door de jeugdhulpverlener die geen beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg is, vallen niet onder het begrip gezondheidsgegevens, zelfs niet wanneer ze een uitspraak bevatten over de gezondheidssituatie van de minderjarige of met zijn gezondheidssituatie in verband kunnen worden gebracht. Een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg zijn die gezondheidsberoepen uit het KB nr. 78 (= klassieke medische beroepen) Wet tot Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer ten opzichte van de Verwerking van Persoonsgegevens Artikel 7 en 10 Verbod van verwerking, behoudens uitzonderingen: Toestemming, wettelijk verplicht, noodzakelijk voor zorgverstrekking Onder verantwoordelijkheid van een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg Recht op mededeling: rechtstreeks of onrechtstreeks (met de hulp van een beroepsbeoefenaar binnen redelijke termijn ) Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 19/41

23 Wet betreffende de Rechten van de Patiënt Artikel 9 bepaalt dat de patiënt het recht heeft op inzage in het hem betreffend patiëntendossier. Wanneer hij inzage vraagt, moet zo snel mogelijk en ten laatste binnen de 15 dagen gevolg gegeven worden aan zijn verzoek. De patiënt kan ook een afschrift vragen van zijn dossier, of van het deel dat over hem gaat. Op dit inzagerecht bestaan enkele uitzonderingen: Persoonlijke notities van de beroepsbeoefenaar. Maar: indien de patiënt zich laat bijstaan door een vertrouwenspersoon die ook een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg is, heeft deze wel inzagerecht in de persoonlijke notities. De persoonlijke notities zijn ook niet toegankelijk voor de collega s van de beroepsbeoefenaar. Gegevens die betrekking hebben op derden Therapeutische exceptie: mits het in acht nemen van een aantal voorwaarden, kan de beroepsbeoefenaar beslissen dat bepaalde informatie niet aan de patiënt meegedeeld wordt. Artikel 12 regelt de toepassing van de wet voor minderjarigen. De rechten opgenomen in de Wet op de patiëntenrechten worden bij een patiënt uitgeoefend door zijn ouders of andere wettelijke vertegenwoordigers. De minderjarige kan zelf zijn rechten als patiënt uitoefenen wanneer blijkt dat hij tot een redelijke beoordeling van zijn belangen in staat is. Gezien de afwezigheid van een regeling inzake de leeftijd in de wet op de patiëntenrechten, is de beoordeling van de bekwaamheid sterk afhankelijk van de betrokken beroepsbeoefenaar. Daardoor komt er, bij weigering door de medicus om de minderjarige die bekwaamheid toe te kennen, een zware bewijslast bij de minderjarige patiënt te liggen die zijn competentie moet bewijzen. In die zin is de bepaling uit de wet patiëntenrechten relatief zwakker dan artikel 4 uit het decreet rechtspositie. Artikel Dit artikel is van toepassing op de dossiergegevens die geen persoonsgegevens betreffende de gezondheid uitmaken. 2. De minderjarige heeft recht op toegang tot de gegevens die hem betreffen. Het toegangsrecht geldt niet voor de volgende gegevens: 1 de gegevens die werden verstrekt door derden zonder dat zij daartoe verplicht werden en die zij als vertrouwelijk hebben bestempeld, tenzij zij zich akkoord verklaren met de toegang; 2 de stukken die werden opgesteld ten behoeve van gerechtelijke overheden; 3 de gegevens waarover de minderjarige, met toepassing van artikel 11, 2, niet werd geïnformeerd. De persoon, bedoeld in artikel 24, heeft wel recht op toegang tot deze gegevens. De minderjarige heeft recht op toelichting bij de gegevens waartoe hij toegang heeft. Behoudens afwijkende bepalingen, wordt het recht op toegang en toelichting verleend ten laatste binnen vijftien dagen na ontvangst van het verzoek. 3. De toegang tot de gegevens wordt verstrekt door inzage. Als bepaalde gegevens ook een derde betreffen en volledige inzage in de gegevens door de minderjarige afbreuk zou doen aan het recht van de derde op bescherming van zijn persoonlijke levenssfeer, wordt de toegang tot deze gegevens verstrekt via een gesprek, gedeeltelijke inzage of rapportage. 4. Voor de toepassing van 2 worden de personen die deel uitmaken van het cliëntsysteem ten opzichte van elkaar als derden beschouwd. Onverminderd de toepassing van 2, worden, voor de toepassing van 3, tweede lid, de personen die deel uitmaken van het cliëntsysteem ten opzichte van de minderjarige niet als derden beschouwd, voorzover het gaat om contextuele gegevens. Contextuele gegevens zijn gegevens die tegelijk de minderjarige en één of meer andere personen die deel uitmaken van het cliëntsysteem, betreffen. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 20/41

24 Voor de toepassing van deze paragraaf bestaat het cliëntsysteem uit de volgende personen: 1 de minderjarige; 2 de ouders; 3 de opvoedingsverantwoordelijken; 4 de personen die met de minderjarige samenwonen op het ogenblik van de uitoefening van het recht op toegang. 5. Deze paragraaf is van toepassing als de minderjarige, met toepassing van artikel 4, 2, het recht op toegang niet zelfstandig kan uitoefenen. Het recht op toegang wordt uitgeoefend door de ouders. De ouder kan zich niet beroepen op de toepassing van 4 wat betreft de contextuele gegevens die het kind en een ander persoon dan de ouder zelf betreffen. Hij heeft geen toegang tot de gegevens, bedoeld in artikel 23. Ingeval er tegenstrijdige belangen zijn met de ouders of als die het toegangsrecht niet uitoefenen, kan het toegangsrecht van de minderjarige worden uitgeoefend door de persoon, bedoeld in artikel Op verzoek van de minderjarige worden de documenten die hij aanreikt toegevoegd aan zijn dossier. De minderjarige heeft het recht om zijn versie te geven van de feiten die vermeld zijn in zijn dossier. 7. De minderjarige heeft recht op een afschrift van de gegevens van zijn dossier waartoe hij toegang heeft door inzage en op een rapport van de gegevens van zijn dossier waartoe hij toegang heeft op een andere wijze dan door inzage. Ieder afschrift en ieder rapport is persoonlijk en vertrouwelijk, en mag enkel worden aangewend voor doeleinden van jeugdhulp. De dossierhouder die een afschrift of rapport bezorgt, wijst de minderjarige hierop en voegt een toelichting in die zin bij het afschrift of rapport. De Vlaamse regering kan de modaliteiten bepalen waaronder een afschrift of rapport wordt afgeleverd Toegang tot het dossier Het gaat hier om een complexe en gevoelige materie, met conflicterende belangen. Er bestaan verschillende regelingen die specifieke problemen niet altijd vatten. Dit artikel noodzaakt een zorgvuldige afbakening van gegevens naar aard, inhoud en leverancier. Dit artikel geldt enkel voor minderjarigen (+ bijstandspersoon), dit artikel geldt niet voor: Jeugdhulpcliënt die 18 jaar is geworden Pleegouders Derden Toegang = het principieel recht om kennis te nemen van de inhoud van een dossier. Er is een recht op toegang en recht op toelichting (= duiding van de juiste context en interpretatie) Termijn: 15 dagen na ontvangst verzoek (tenzij afwijkende sectorale regeling, CLB-sector = 10 dagen) Geen toegang: Privacy-uitzondering: gegevens die enkel derden betreffen Vertrouwelijkheidsuitzondering: informatie afkomstig van derden die niet wensen dat de aangeleverde informatie doorgegeven wordt. De jeugdhulpverlener moet de derde duidelijk inlichten dat hij dit recht heeft en dat, wanneer hij er niet expliciet om vraagt, de minderjarige Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 21/41

25 kennis kan nemen van de verstrekte gegevens. De derde kiest zelf hoeveel van de gegeven informatie vertrouwelijk is. (bv. enkel de identiteit van de informatieverstrekker verzwijgen, maar niet de inhoud) Van deze gegevens mag de minderjarige op geen enkele manier kennis nemen, niet via inzage en ook niet via een gesprek. Wanneer een hulpverlener deze gegevens toch zou meedelen of overhandigen aan de minderjarige begaat hij een inbreuk op zijn beroepsgeheim. Men kan zich hierbij wel de bedenking maken of het dan wel nuttig om deze informatie op te nemen in het dossier. Gerechtelijke gegevens en gegevens ten behoeve van, op vraag van of met het oog op verstrekking aan gerechtelijke overheden = parket en rechtbank, NIET politie (vb. maatschappelijk verslag sociale dienst van de jeugdrechtbank) redenering: deze gegevens zitten eveneens in het gerechtelijk dossier en kunnen via deze weg geraadpleegd worden volgens de specifieke regeling hier van toepassing. Agogische exceptie (wel toegankelijk door de bijstandspersoon) zie 5.3. Er is geen regeling voor persoonlijke notities (wel van een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg). Tot op een bepaald ogenblik maken persoonlijke notities geen deel uit van het dossier. Wel: als ze formeel in het dossier worden opgenomen of als ze ingebracht zijn in een overleg met collega s Wijze van toegang Inzage = fysiek inkijken of volledige afdruk Gedeeltelijke inzage Gesprek Rapportage De minderjarige moet de nodige toelichting krijgen bij het dossier, zodat de informatie ook echt begrijpelijk is. De hulpverlener moet de gegevens zoveel mogelijk duiden zodat de minderjarige ze in een juiste context kan plaatsen en correct kan interpreteren. Dit moet de minderjarige in staat stellen tot een zo goed mogelijk begrip te komen van de informatie in zijn dossier, wat hem vervolgens beter toelaat zijn eigen hulpverleningssituatie in te schatten. De hulpverlener moet er steeds alert voor zijn geen vakjargon te gebruiken, noch moeilijk verstaanbare taal. Het is belangrijk voor ogen te houden dat het recht op toelichting er is voor alle minderjarigen en niet enkel voor heel jonge minderjarigen of minderjarigen met een handicap die omwille van hun handicap niet in staat zijn te lezen. Het dossier dient beschouwd te worden als een communicatiemiddel, waarbij de inhoud van het dossier kan worden gecommuniceerd aan de minderjarige cliënt. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 22/41

26 Contextuele gegevens Contextuele gegevens = gegevens die tegelijk de minderjarige en één of meer andere personen die deel uitmaken van het cliëntsysteem betreffen. Dit zijn de personen die een nauwe band hebben met de MJ. Cliëntsysteem = Minderjarige Ouder(s) Opvoedingsverantwoordelijke(n) De personen die met de minderjarige samenwonen op het ogenblik van de uitoefening van het recht op toegang (vb. broers, zussen, inwonende grootouders, ) Wat betreft het recht op toegang tot het dossier van de MJ, worden leden uit het cliëntsysteem nooit als derden ten opzichte van elkaar beschouwd. D.w.z. dat enkel de vertrouwelijkheidsuitzondering kan toegepast worden, de privacy-uitzondering is niet mogelijk Wanneer hebben de ouders van de minderjarige toegang tot het dossier? Wanneer de minderjarige niet in staat is tot zelfstandige uitoefening van zijn recht op toegang wordt zijn recht uitgeoefend door zijn wettelijke vertegenwoordigers, nl. de ouders. De ouder kan zich niet beroepen op de regeling betreffende contextuele gegevens (de moeder heeft geen toegang tot gegevens die enkel relatie kind-vader betreffen). Dit voor het geval er tussen de ouders en andere leden van het cliëntsysteem een slechte verstandhouding of tegenstrijdige belangen bestaan (vb. echtscheiding, pleegouders, ). In dit geval zou een ouder zijn recht als wettelijke vertegenwoordiger kunnen misbruiken om zo inzage te krijgen tot die gegevens die zowel over de minderjarige als over een ander lid van het cliëntsysteem gaan. De ouders hebben geen toegang tot de gegevens waarvan de minderjarige zich tegen de toegang heeft verzet. Ouders hebben ook een eigen toegangsrecht tot het dossier op grond van de wet bescherming persoonsgegevens. Dit verschaft hen toegang tot de gegevens die enkel henzelf betreffen Wanneer heeft de bijstandspersoon toegang tot het dossier? Toegang is mogelijk door de bijstandspersoon, bij tegenstrijdige belangen ouders-minderjarige of wanneer de ouders niet in staat zijn het dossier in te zien, vb. wanneer zij in een psychiatrie zijn opgenomen, een gevangenisstraf uitzitten, of bij niet-uitoefening toegangsrecht door de ouders. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 23/41

27 Recht op eigen versie Minderjarige heeft het recht om een eigen versie te geven te geven van feiten vermeld in het dossier, hij kan ook documenten laten toevoegen maar geen documenten laten verwijderen. De hulpverlener dient de minderjarige duidelijk op de hoogte te stellen van dit recht Recht op afschrift/rapport Afschrift: de minderjarige heeft recht op een afschrift (kopie) van de gegevens waartoe de minderjarige recht heeft op toegang via inzage. Rapport: wanneer er sprake is van toegang op een andere wijze dan inzage (vb. gedeeltelijke inzage) heeft de minderjarige geen recht op een afschrift, maar wel op een rapport waar dan een aantal passages uit het dossier worden samengebracht in een nieuw document. Het principe blijft dus gehandhaafd dat elke minderjarige het recht heeft om op de hoogte zijn van de gegevens in zijn dossier. Enkel de wijze waarop hij kennis neemt van de gegevens, zal anders zijn wanneer die gegevens ook derden betreffen. Beide zijn persoonlijk en vertrouwelijk en enkel aan te wenden voor doeleinden van jeugdhulp (dient ook vermeld te worden op het afschrift/rapport). Artikel 23 De minderjarige kan zich uitdrukkelijk en gemotiveerd verzetten tegen de toegang van een persoon van het cliëntsysteem, zoals bedoeld in artikel 22, 4, tot door hem aangewezen gegevens. Het gaat hier niet om alle gegevens, de minderjarige dient dit af te bakenen. Dit artikel geldt eveneens voor minderjarigen < 12 jaar. Artikel De minderjarige heeft het recht om zich in alle contacten met de jeugdhulpaanbieders, de toegangspoort en de trajectbegeleiding en in de uitoefening van zijn rechten, opgesomd in dit decreet, te laten bijstaan door een persoon die aan de volgende voorwaarden voldoet: 1 Door het beroepsgeheim gebonden zijn of personeelslid zijn van de instelling waar de minderjarige onderwijs volgt 2 Niet rechtstreeks betrokken zijn bij de jeugdhulpverlening, georganiseerd ten behoeve van de minderjarige 3 Op ondubbelzinnige wijze door de minderjarige aangewezen zijn. De persoon die de minderjarige bijstaat, legitimeert zich bij elk optreden in die hoedanigheid. 2. Als de minderjarige niet in staat is om zelf een persoon als bedoeld in 1, aan te wijzen en als de minderjarige en zijn ouders tegenstrijdige belangen hebben, kan de jeugdhulpvoorziening of de toegangspoort voor hem een persoon aanwijzen die beantwoordt aan de bepalingen van 1, eerste lid, 1 en 2. De Vlaamse regering bepaalt de nadere regels voor de aanwijzing van die persoon. Het tweede lid van 1 is op die persoon van toepassing. Het voorgaande lid is van overeenkomstige toepassing als de minderjarige en zijn opvoedingsverantwoordelijke tegenstrijdige belangen hebben en niemand het ouderlijk gezag over de minderjarige uitoefent. Permanente Ondersteuningscel Centra voor Leerlingenbegeleiding 24/41

Decreet van 7 mei 2004 betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp

Decreet van 7 mei 2004 betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp Decreet van 7 mei 2004 betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp (B.S. 04.10.2004) HOOFDSTUK I. -Algemene bepalingen Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

Nadere informatie

Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp

Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp Datum 07/05/2004 HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN Art. 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid. Art. 2. 1.

Nadere informatie

Centra voor Leerlingenbegeleiding

Centra voor Leerlingenbegeleiding Centra voor Leerlingenbegeleiding Regelgeving: 1. Decreet betreffende de centra voor leerlingenbegeleiding. 1/12/1998 B.S. 10/04/1999 2. Besluit van de Vlaamse regering betreffende het multidisciplinair

Nadere informatie

Vanaf het moment dat informatie over een bepaalde persoon systematisch wordt bijgehouden, spreekt men van een dossier.

Vanaf het moment dat informatie over een bepaalde persoon systematisch wordt bijgehouden, spreekt men van een dossier. Dossier CKG s Vanaf het moment dat informatie over een bepaalde persoon systematisch wordt bijgehouden, spreekt men van een dossier. Bij de registratie van gegevens moet rekening worden gehouden met de

Nadere informatie

Centra voor Integrale Gezinszorg

Centra voor Integrale Gezinszorg Centra voor Integrale Gezinszorg Regelgeving: 1. Besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg (B.S.27.XI.1997)

Nadere informatie

Bijstandspersoon in de integrale jeugdhulp. 7 december 2012

Bijstandspersoon in de integrale jeugdhulp. 7 december 2012 Bijstandspersoon in de integrale jeugdhulp 7 december 2012 Bijstandspersoon aangeduid door minderjarige Een studiedag in 2010 6 december 2012 www.steunpuntjeugdhulp.be 3 Het recht op bijstand in het decreet

Nadere informatie

vzw Steunpunt Jeugdhulp februari 2011 Het Decreet Rechtspositie minderjarigen in de VAPH-praktijk

vzw Steunpunt Jeugdhulp februari 2011 Het Decreet Rechtspositie minderjarigen in de VAPH-praktijk vzw Steunpunt Jeugdhulp februari 2011 Het Decreet Rechtspositie minderjarigen in de VAPH-praktijk Wat staat er op het menu? DRM in vogelvlucht Focus op bekwaamheid en participatie Focus op belang van het

Nadere informatie

2. Rechtsbekwaamheid en handelingsbekwaamheid

2. Rechtsbekwaamheid en handelingsbekwaamheid Visie van de netoverstijgende werkgroep DRM m.b.t. bekwaamheid 1. Inleiding Het Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de Integrale Jeugdhulp (DRM) is geen doel op zich, maar een werkingsprincipe

Nadere informatie

RECHT OP BIJSTAND VAN EEN VERTROUWENSPERSOON. Artikel 24

RECHT OP BIJSTAND VAN EEN VERTROUWENSPERSOON. Artikel 24 RECHT OP BIJSTAND VAN EEN VERTROUWENSPERSOON Artikel 24 1. De minderjarige heeft het recht om zich in alle contacten met de jeugdhulpaanbieders, de toegangspoort en het ondersteuningscentrum Jeugdzorg

Nadere informatie

Opleiding Integrale Jeugdhulp

Opleiding Integrale Jeugdhulp Opleiding Integrale Jeugdhulp Recht op informatie & Het dossier prof. Johan Put Instituut voor Sociaal Recht K.U.Leuven Opbouw Inleiding Recht op informatie & communicatie Dossier Recht op een dossier

Nadere informatie

1. SITUERING 1 2. UITGANGSPUNTEN

1. SITUERING 1 2. UITGANGSPUNTEN //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// NOTA Visie ivm vertrouwenspersoon/steunfiguur

Nadere informatie

BELANG VAN DE MINDERJARIGE. Artikel 5

BELANG VAN DE MINDERJARIGE. Artikel 5 BELANG VAN DE MINDERJARIGE Artikel 5 Het belang van de minderjarige vormt de belangrijkste overweging bij het verlenen van jeugdhulp. Het belang van de minderjarige wordt vastgesteld in dialoog met de

Nadere informatie

Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp. Infodagen IJH najaar 2004

Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp. Infodagen IJH najaar 2004 Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp Infodagen IJH najaar 2004 Overzicht Situering achtergronden en motieven decreet rechtspositie complementariteit t.o.v.

Nadere informatie

Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de Integrale Jeugdhulp. Een gids voor ouders

Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de Integrale Jeugdhulp. Een gids voor ouders Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de Integrale Jeugdhulp Een gids voor ouders Verantwoordelijk uitgever: Permanente Ondersteuningscel voor de CLB s GO! 2 CLB & Integrale Jeugdhulp? Centra voor

Nadere informatie

Bijzondere Jeugdbijstand

Bijzondere Jeugdbijstand Bijzondere Jeugdbijstand Regelgeving: 1. Decreten inzake bijzondere jeugdbijstand gecoördineerd op 4 april 1990 2. Decreet 7 mei 2004 houdende wijziging van de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand

Nadere informatie

RECHT OP BIJSTAND. Artikel 24

RECHT OP BIJSTAND. Artikel 24 RECHT OP BIJSTAND Artikel 24 1. De minderjarige heeft het recht om zich in alle contacten met de jeugdhulpaanbieders, de toegangspoort en de trajectbegeleiding en in de uitoefening van zijn rechten, opgesomd

Nadere informatie

Afstemming Decreet Bijzondere Jeugdbijstand Decreet Rechtspositie

Afstemming Decreet Bijzondere Jeugdbijstand Decreet Rechtspositie Afstemming Decreet Bijzondere Jeugdbijstand Decreet Rechtspositie 1. Situering In het algemeen kan worden gesteld dat de reglementering in de sector van de bijzondere jeugdbijstand perfect is afgestemd

Nadere informatie

Recht op informatie, duidelijke communicatie, inspraak en instemming

Recht op informatie, duidelijke communicatie, inspraak en instemming Recht op informatie, duidelijke communicatie, inspraak en instemming Art. 8 van het decreet stelt dat elke minderjarige het recht heeft in te stemmen met buitengerechtelijke jeugdhulp of deze hulp te weigeren.

Nadere informatie

Studiedag Rechten in de jeugdhulp 6 maart 2015. Mia Claes UCLL

Studiedag Rechten in de jeugdhulp 6 maart 2015. Mia Claes UCLL Studiedag Rechten in de jeugdhulp 6 maart 2015 Mia Claes UCLL Hulp continuïteit waarborgen Op een gepaste wijze omgaan met verontrusting Tijdige toegang tot de jeugdhulp Voorzien in een aanbod crisisjeugd

Nadere informatie

Concept Layout en grafische vormgeving Verantwoordelijk uitgever Datum van uitgifte:

Concept Layout en grafische vormgeving Verantwoordelijk uitgever Datum van uitgifte: 1 Concept: Sofie Van den Bussche en Thomas Schadron Layout en grafische vormgeving: Thomas Schadron Verantwoordelijk uitgever: Permanente ondersteuningscel voor de CLB s GO! Datum van uitgifte: december

Nadere informatie

Het decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp, toegepast in pleegzorg.

Het decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp, toegepast in pleegzorg. Vzw Ondersteuningsstructuur Bijzondere Jeugdzorg info@osbj.be - www.osbj.be Het decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp, toegepast in pleegzorg. SITUERING Het

Nadere informatie

Juridisch kader van de rechten van minderjarigen en ouders in de integrale jeugdhulp

Juridisch kader van de rechten van minderjarigen en ouders in de integrale jeugdhulp Juridisch kader van de rechten van minderjarigen en ouders in de integrale jeugdhulp Nele Desmet (Kinderrechtswinkel vzw) Studiedag 6 maart 2015 De rechten van de minderjarige cliënt in de integrale jeugdhulp

Nadere informatie

Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp Memorie van toelichting

Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp Memorie van toelichting Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeu DECREET BETREFFENDE DE RECHTSPOSITIE VAN DE MINDERJARIGE IN DE INTEGRALE JEUGDHULP COLOFON Verantwoordelijke uitgever Marc Morris

Nadere informatie

BEKWAAMHEID VAN DE MINDERJARIGE. Artikel 4

BEKWAAMHEID VAN DE MINDERJARIGE. Artikel 4 BEKWAAMHEID VAN DE MINDERJARIGE Artikel 4 1. Onverminderd de rechten van de ouders, oefent de minderjarige de rechten, opgesomd in dit decreet, zelfstandig uit. 2. In afwijking van 1, oefent de minderjarige

Nadere informatie

Kind & Gezin. 1. Decreet van 29 mei 1984 houdende oprichting van de instelling Kind en Gezin (B.S.22.VIII.1984)

Kind & Gezin. 1. Decreet van 29 mei 1984 houdende oprichting van de instelling Kind en Gezin (B.S.22.VIII.1984) Kind & Gezin Regelgeving: 1. Decreet van 29 mei 1984 houdende oprichting van de instelling Kind en Gezin (B.S.22.VIII.1984) 2. Decreet van 29 april 1997 inzake de kwaliteitszorg in de welzijnsvoorzieningen

Nadere informatie

Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de Integrale Jeugdhulp. Een gids voor ouders

Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de Integrale Jeugdhulp. Een gids voor ouders Decreet Rechtspositie van de Minderjarige in de Integrale Jeugdhulp Een gids voor ouders Verantwoordelijk uitgever: Permanente Ondersteuningscel voor de CLB s GO! 2 CLB & Integrale Jeugdhulp? Centra voor

Nadere informatie

t Zitemzo met het recht op instemming in de integrale jeugdhulp Nele Desmet Juriste tzitemzo

t Zitemzo met het recht op instemming in de integrale jeugdhulp Nele Desmet Juriste tzitemzo t Zitemzo met het recht op instemming in de integrale jeugdhulp Nele Desmet Juriste tzitemzo 01.12.2017 Minderjarigen in moeilijkheden Buitengerechtelijke hulpverlening 1. Sectoren/diensten IJH (CAW, CLB,

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van Agentschap Jongerenwelzijn, ontvangen op 26/10/2016;

Gelet op de aanvraag van Agentschap Jongerenwelzijn, ontvangen op 26/10/2016; 1/6 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 02/2017 van 18 januari 2017 Betreft: aanvraag van het Agentschap Jongerenwelzijn tot uitbreiding van de beraadslaging RR nr. 37/2013 met het

Nadere informatie

inleiding Door het dossier conform de principes van het decreet te gebruiken, ontstaan een aantal voordelen:

inleiding Door het dossier conform de principes van het decreet te gebruiken, ontstaan een aantal voordelen: Het dossier Een cruciaal hoofdstuk in het decreet rechtspositie zijn de bepalingen omtrent het dossier. Deze bepalingen geven op een juridisch sluitende manier aan welke gegevens in het dossier moeten

Nadere informatie

VISIETEKST OP HANDELINGSBEKWAAMHEID BINNEN DRM

VISIETEKST OP HANDELINGSBEKWAAMHEID BINNEN DRM VISIETEKST OP HANDELINGSBEKWAAMHEID BINNEN DRM Inschatten van de handelingsbekwaamheid van de minderjarige. Situering : In 2006 trad het Decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige (verder

Nadere informatie

4. Toestemming in iedere tussenkomst van de beroepsbeoefenaar

4. Toestemming in iedere tussenkomst van de beroepsbeoefenaar Welke zijn de rechten van de patiënt? De wet betreffende de rechten van de patiënt voorziet in: 1. Kwaliteitsvolle dienstverstrekking 2. De vrije keuze van een beroepsbeoefenaar 3. Informatie over de persoonlijke

Nadere informatie

Het decreet omgezet in 40 opdrachten: doel is de eigen organisatie hieraan af te toetsen.

Het decreet omgezet in 40 opdrachten: doel is de eigen organisatie hieraan af te toetsen. Quickscan decreet rechtspositie minderjarige Het decreet omgezet in 40 opdrachten: doel is de eigen organisatie hieraan af te toetsen. Opgesteld op basis van de werkmap Aan de slag met het decreet rechtspositie

Nadere informatie

Cliëntoverleg Integrale Jeugdhulp (IJH) Gedragscode voor deelnemers aan het cliëntoverleg ALGEMENE BEPALINGEN: WIE HEEFT BEROEPSGEHEIM?

Cliëntoverleg Integrale Jeugdhulp (IJH) Gedragscode voor deelnemers aan het cliëntoverleg ALGEMENE BEPALINGEN: WIE HEEFT BEROEPSGEHEIM? Cliëntoverleg Integrale Jeugdhulp (IJH) Gedragscode voor deelnemers aan het cliëntoverleg INLEIDING Hulpverleners en andere professionele derden, die deelnemen aan het cliëntoverleg IJH zijn gebonden aan

Nadere informatie

Recht op bijstand van een vertrouwenspersoon in de integrale jeugdhulp Nele Desmet, Juriste Kinderrechtswinkel vzw

Recht op bijstand van een vertrouwenspersoon in de integrale jeugdhulp Nele Desmet, Juriste Kinderrechtswinkel vzw Recht op bijstand van een vertrouwenspersoon in de integrale jeugdhulp Nele Desmet, Juriste Kinderrechtswinkel vzw Veerle, 14 jaar, houdt het door de vele ruzies thuis niet meer uit. Ze raapt haar moed

Nadere informatie

VOORSTEL VAN DECREET. van de heer Koen Helsen, mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Van Duppen en Jan Roegiers

VOORSTEL VAN DECREET. van de heer Koen Helsen, mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Van Duppen en Jan Roegiers Stuk 2056 (2003-2004) Nr. 8 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2003-2004 5 mei 2004 VOORSTEL VAN DECREET van de heer Koen Helsen, mevrouw Ria Van Den Heuvel en de heren Jan Van Duppen en Jan Roegiers betreffende

Nadere informatie

Project decreet rechtspositie in de CKG s GOP

Project decreet rechtspositie in de CKG s GOP Project decreet rechtspositie in de CKG s GOP Het decreet rechtspositie van de minderjarige in de Integrale Jeugdhulp is van kracht vanaf 1 juli 2006; er werden al initiatieven genomen in het kader van

Nadere informatie

Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap

Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap Regelgeving: 1. Decreet van 27 juni 1990 houdende oprichting van een Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap.

Nadere informatie

Omgaan met het dossier. Decreet Integrale Jeugdhulp Decreet rechtspositie minderjarige in de IJH - april 2015

Omgaan met het dossier. Decreet Integrale Jeugdhulp Decreet rechtspositie minderjarige in de IJH - april 2015 Omgaan met het dossier Decreet Integrale Jeugdhulp Decreet rechtspositie minderjarige in de IJH - april 2015 Recht op dossier Tussen hamer en aambeeld? Doel van papierwinkel? Externe harde schijf hulpverlener

Nadere informatie

JURIWEL, de Vlaamse welzijns- gezondheids- en gezinsregelgeving

JURIWEL, de Vlaamse welzijns- gezondheids- en gezinsregelgeving JURIWEL, de Vlaamse welzijns- gezondheids- en gezinsregelgeving integrale jeugdhulp U bent hier: > Overzicht regelgeving Integrale Jeugdhulp Home > integrale jeugdhulp Decreet van 7 mei 2004 betreffende

Nadere informatie

Privacyreglement. ALTRA Jeugd- en Opvoedhulp

Privacyreglement. ALTRA Jeugd- en Opvoedhulp Privacyreglement ALTRA Jeugd- en Opvoedhulp 1 Vastgesteld MT Altra 11 november 2016 INHOUDSOPGAVE Algemene bepalingen 1. Begripsbepalingen 2. Reikwijdte Rechtmatige verwerking persoonsgegevens 3. Doel

Nadere informatie

Patiëntenrechten. Dr. Christina Tobback

Patiëntenrechten. Dr. Christina Tobback Patiëntenrechten Dr. Christina Tobback Patiënt de natuurlijke persoon aan wie gezondheidszorg wordt verstrekt, al dan niet op eigen verzoek hij ontvangt zorg omdat hij ernaar vraagt op vraag van een vertegenwoordiger

Nadere informatie

t Zitemzo... met het informed consent & minderjarige patiënten

t Zitemzo... met het informed consent & minderjarige patiënten Nele Desmet Juriste Kinderrechtswinkel vzw t Zitemzo... met het informed consent & minderjarige patiënten Principiële onbekwaamheid minderjarigen uitzonderlijke bekwaamheid voor minderjarige patiënten

Nadere informatie

Intersectorale vorming DRP. Inspraak en participatie Vrij besteedbaar bedrag Menswaardige behandeling Klachtrecht

Intersectorale vorming DRP. Inspraak en participatie Vrij besteedbaar bedrag Menswaardige behandeling Klachtrecht Intersectorale vorming DRP Inspraak en participatie Vrij besteedbaar bedrag Menswaardige behandeling Klachtrecht Inspraak en participatie Inleiding Participatie en inspraak zijn in Vb. opname in verschillende

Nadere informatie

Cliënt Onder een cliënt verstaan we de jeugdige, zijn (stief)ouders of wettelijk vertegenwoordigers.

Cliënt Onder een cliënt verstaan we de jeugdige, zijn (stief)ouders of wettelijk vertegenwoordigers. Inleiding D3 werkt vanuit de privacy kaders die door de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) zijn opgelegd. Bij de start van de zorg bij D3 ontvangt de cliënt het privacyreglement. Alle privacygevoelige

Nadere informatie

Jongerencentrum Cidar V.Z.W.

Jongerencentrum Cidar V.Z.W. Jongerencentrum Cidar V.Z.W. Informatie over de Klachtenregeling, de Evaluaties van de hulpverlening, de Rechten van kinderen en ouders, de Cliëntrechten, de Rechten van kinderen in de Jeugdhulp. Inleiding

Nadere informatie

Publicatie B.S.: Inwerkingtreding: Hoofdstuk I. ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1.

Publicatie B.S.: Inwerkingtreding: Hoofdstuk I. ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1. BESLUIT van de VLAAMSE REGERING van 24 april 2009 tot vaststelling van de voorwaarden voor de experimentele subsidiëring van een aanvullend geïndividualiseerd hulpaanbod in de intersectorale aanpak van

Nadere informatie

Beroepsgeheim in beweging : Informatie-uitwisseling tussen jeugdhulp en justitie.

Beroepsgeheim in beweging : Informatie-uitwisseling tussen jeugdhulp en justitie. Beroepsgeheim in beweging : Informatie-uitwisseling tussen jeugdhulp en justitie. Artikel 75.1. Decreet IJH ( ook genoemd artikel 75.1. Mozaïekdecreet) Er beweegt heel wat rond het beroepsgeheim. Deze

Nadere informatie

Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg

Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg Regelgeving: 4. Decreet van 18 mei 1999 betreffen geestelijke gezondheidszorg (B.S.17.VII.1999) 5. Decreet van 25 februari 1997 betreffen integrale kwaliteitszorg

Nadere informatie

Workshop: Beroepsgeheim en discretieplicht

Workshop: Beroepsgeheim en discretieplicht Workshop: Beroepsgeheim en discretieplicht Karolien Billen VVKSO, dienst Leerlingen en schoolorganisatie Annelien Maebe VCLB-koepel, dienst administratieve en juridische ondersteuning Privacygevoelige

Nadere informatie

DRM-Fiche algemene informatie

DRM-Fiche algemene informatie VCLB De Wissel Antwerpen Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding www.vclbdewisselantwerpen.be Campus Centrum Coeveltstraat 10 2100 Deurne Tel. 03 285 34 50 Fax 03 637 50 69 Campus Noord Markt 3 2180 Ekeren

Nadere informatie

WET OP DE RECHTEN VAN DE PATIENT

WET OP DE RECHTEN VAN DE PATIENT WET OP DE RECHTEN VAN DE PATIENT (22 augustus 2002, B.S. 26 september 2002) Bijgaande samenvatting verwoordt de beperkte folder uitgegeven door de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van

Nadere informatie

Een statuut voor pleegouders. april 2017

Een statuut voor pleegouders. april 2017 Een statuut voor pleegouders april 2017 Een statuut volgens Europa Europese aanbeveling (87)6 van het Comité van Ministers van de Raad van Europa on foster families 1) de lidstaten dienen een systeem van

Nadere informatie

Decreet van 17 oktober 2003 (BS 10 november 2003) betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen 1

Decreet van 17 oktober 2003 (BS 10 november 2003) betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen 1 1 Decreet van 17 oktober 2003 (BS 10 november 2003) betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen 1 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

Nadere informatie

Aan de slag met het decreet rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp

Aan de slag met het decreet rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp Aan de slag met het decreet rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp Voorstelling werkmap Mei 2006 1 Inhoud voorstelling Totstandkoming werkmap Inhoud werkmap rode boekje groene boekje

Nadere informatie

Wet betreffende de rechten van de patiënt van 22 augustus 2002 : art.9 Recht op inzage/afschrift van het patiëntendossier

Wet betreffende de rechten van de patiënt van 22 augustus 2002 : art.9 Recht op inzage/afschrift van het patiëntendossier Wet betreffende de rechten van de patiënt van 22 augustus 2002 : art.9 Recht op inzage/afschrift van het patiëntendossier Cathérine Beele Juridisch adviseur 7 februari 2009 1 Inhoud Inleiding Wat is inzage

Nadere informatie

ADVIES Aanwijzing van de vertrouwenspersoon

ADVIES Aanwijzing van de vertrouwenspersoon FOD VOLKSGEZONDHEID, 23/06/2006 VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU --- DIRECTORAAT-GENERAAL ORGANISATIE GEZONDHEIDSZORGVOORZIENINGEN --- FEDERALE COMMISSIE RECHTEN VAN DE PATIËNT --- Ref. : FCRP/6

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Werkgroep RPMJ groep Ivo Cornelis eindbundel 1 van 25

Inhoudsopgave. Werkgroep RPMJ groep Ivo Cornelis eindbundel 1 van 25 De rechten van de minderjarige in de bijzondere jeugdzorg. Praktische wegwijzer bij het decreet rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp (Vlaamse Gemeenschap, 5 mei 2004). Een uitgave

Nadere informatie

De vertrouwenspersoon in de gezondheidszorg: visie Vlaams Patiëntenplatform vzw

De vertrouwenspersoon in de gezondheidszorg: visie Vlaams Patiëntenplatform vzw De vertrouwenspersoon in de gezondheidszorg: visie Vlaams Patiëntenplatform vzw Els Meerbergen Projectverantwoordelijke patiëntenrechten en eerstelijnsgezondheidzorg VPP Studiedag Decreet rechtspositie

Nadere informatie

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE OUDERLIJKE VERANTWOORDELIJKHEID

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE OUDERLIJKE VERANTWOORDELIJKHEID BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE OUDERLIJKE VERANTWOORDELIJKHEID PREAMBULE Erkennende dat ondanks de bestaande verschillen in de nationale familierechten er evenwel een toenemende convergentie

Nadere informatie

RECHT OP INSTEMMING, INFORMATIE EN DUIDELIJKE COMMUNICATIE

RECHT OP INSTEMMING, INFORMATIE EN DUIDELIJKE COMMUNICATIE RECHT OP INSTEMMING, INFORMATIE EN DUIDELIJKE COMMUNICATIE Recht op instemming met en vrije keuze van de buitengerechtelijke jeugdhulp Artikel 8 De minderjarige heeft het recht om geïnformeerd vrij in

Nadere informatie

Verzoek om inzage/afschrift patiëntendossier

Verzoek om inzage/afschrift patiëntendossier Verzoek om inzage/afschrift patiëntendossier (art. 9, Wet betreffende de Rechten van de patiënt, 22/08/2002) Verzoek tot Inzage (voor gegevens overleden patiënt, enkel mogelijk via beroepsbeoefenaar) Afschrift

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZG/11/134 BERAADSLAGING NR 11/088 VAN 18 OKTOBER 2011 MET BETREKKING TOT DE NOTA BETREFFENDE DE ELEKTRONISCHE BEWIJSMIDDELEN

Nadere informatie

Rechten van de patiënt

Rechten van de patiënt Rechten van de patiënt (KB 22/08/02) In het Belgisch Staatsblad van 26 september 2002 verscheen de wet van 22 augustus 2002 wet betreffende de rechten van de patiënt. In de wet op de patiëntenrechten staan

Nadere informatie

Toegangsrecht tot het individueel dossier

Toegangsrecht tot het individueel dossier Decreet integrale jeugdhulp Decreet rechtspositie minderjarige Wet verwerking persoonsgegevens (wet privacy) Overige hulpverleningsgegevens Wet patëntenrechten. Decreet GIS Code geneesk.plichtenleer Gezondheidsgegevens

Nadere informatie

Alle verslagen van Zorginspectie worden overgemaakt aan het VAPH en/of Jongerenwelzijn.

Alle verslagen van Zorginspectie worden overgemaakt aan het VAPH en/of Jongerenwelzijn. LEESWIJZER Toegepaste wetgeving: - Ministerieel besluit van 7 oktober 2015 met betrekking tot de minimale kwaliteitseisen en de vergoeding van de multidisciplinaire teams en met betrekking tot de erkenning

Nadere informatie

Bijlage 1: bepalingen uitgaande van het Decreet rechtspositie van de minderjarige in de hulpverlening van 7 mei 2004, in het bijzonder het dossier

Bijlage 1: bepalingen uitgaande van het Decreet rechtspositie van de minderjarige in de hulpverlening van 7 mei 2004, in het bijzonder het dossier Bijlage Omzendbrief 3600/JT/JS/11-03 29 juni 2011 Aan de verantwoordelijken van de (semi-) residentiële voorzieningen, ambulante diensten en revalidatiecentra Bijlage 1: bepalingen uitgaande van het Decreet

Nadere informatie

Kinderrechten achter de muren : decreet rechtspositie minderjarigen en/in de Gemeenschapsinstelling 02/05/2017

Kinderrechten achter de muren : decreet rechtspositie minderjarigen en/in de Gemeenschapsinstelling 02/05/2017 Kinderrechten achter de muren : decreet rechtspositie minderjarigen en/in de Gemeenschapsinstelling 02/05/2017 GI DE KEMPEN CAMPUS DE HUTTEN - DE MARKT De Hutten - Focus op beleving van jongeren rond hun

Nadere informatie

Nota mbt volledig en uitsluitend electronisch dossier vanaf 1/9/2018. Doelstelling:

Nota mbt volledig en uitsluitend electronisch dossier vanaf 1/9/2018. Doelstelling: Nota mbt volledig en uitsluitend electronisch dossier vanaf 1/9/2018 Doelstelling: Doelstelling is om binnen alle CLB s over te schakelen naar een volledig en uitsluitend electronisch multidisciplinair

Nadere informatie

Toegangsrecht tot het individueel dossier

Toegangsrecht tot het individueel dossier Decreet integrale jeugdhulp Decreet rechtspositie minderjarige Wet verwerking persoonsgegevens (wet privacy) Overige hulpverleningsgegevens Wet patëntenrechten. Decreet GIS Code geneesk.plichtenleer Gezondheidsgegevens

Nadere informatie

Met vereende kracht naar een nieuwe jeugdhulp in Vlaanderen

Met vereende kracht naar een nieuwe jeugdhulp in Vlaanderen Met vereende kracht naar een nieuwe in Vlaanderen Een woordje geschiedenis 1998: commissie ad hoc Bijzondere Jeugdzorg 1999: maatschappelijke beleidsnota BJZ 1999-2004: experimentele pilootregio s 2004:

Nadere informatie

exemplaar voor in medisch dossier 2 e exemplaar (voor aanvrager)

exemplaar voor in medisch dossier 2 e exemplaar (voor aanvrager) AANVRAAGFORMULIER TOT HET BEKOMEN VAN EEN AFSCHRIFT VAN GEGEVENS UIT EEN PATIENTENDOSSIER In uitvoering en volgens de modaliteiten van artikel 9 van de wet op de patiëntenrechten van 22 augustus 2002 IDENTITEIT

Nadere informatie

Met vereende kracht naar een nieuwe jeugdhulp in Vlaanderen

Met vereende kracht naar een nieuwe jeugdhulp in Vlaanderen Met vereende kracht naar een nieuwe jeugdhulp in Vlaanderen Accenten: Een nieuw decreet Jeugdhulp Vermaatschappelijking van de jeugdhulp Tijdige toegang tot de jeugdhulp Rechtstreeks en niet rechtstreeks

Nadere informatie

betreffende de integrale jeugdhulp

betreffende de integrale jeugdhulp stuk ingediend op 1952 (2012-2013) Nr. 10 3 juli 2013 (2012-2013) Ontwerp van decreet betreffende de integrale jeugdhulp Tekst aangenomen door de plenaire vergadering Stukken in het dossier: 1952 (2012-2013)

Nadere informatie

als je patient bent 1

als je patient bent 1 als je patient bent 1 als je patient bent Iedereen heeft recht op gezondheidszorg. Voor minderjarigen staat dit recht o.a. beschreven in het Kinderrechtenverdrag. Je kan trouwens ook in aanraking komen

Nadere informatie

WGBO bij kinderen. Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst

WGBO bij kinderen. Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst WGBO bij kinderen Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst Januari 2016 Rechten van de patiënt (WGBO) De relatie tussen een patiënt en een arts of andere hulpverlener hoort gebaseerd te zijn op wederzijds

Nadere informatie

Integrale toegangspoort niet-rechtstreeks toegankelijke hulp - Wachttijden

Integrale toegangspoort niet-rechtstreeks toegankelijke hulp - Wachttijden SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 535 van FREYA VAN DEN BOSSCHE datum: 30 maart 2017 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Integrale toegangspoort niet-rechtstreeks toegankelijke

Nadere informatie

Naar een versterkte positie van het jeugdparket?

Naar een versterkte positie van het jeugdparket? Studiedagen VLAAMS JEUGDDELINQUENTIERECHT Naar een versterkte positie van het jeugdparket? Dirk DE WAELE advocaat-generaal bij het hof van beroep te Antwerpen Filosofie van het nieuwe decreet Snel, constructief,

Nadere informatie

Betreft: Advies inzake het voorontwerp van decreet betreffende de integrale jeugdhulp

Betreft: Advies inzake het voorontwerp van decreet betreffende de integrale jeugdhulp Vlaamse Toezichtcommissie voor het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer Advies VTC nr. 06/2012 van 5 september 2012 Betreft: Advies inzake het voorontwerp van decreet betreffende de integrale jeugdhulp

Nadere informatie

Contextbegeleiding breedsporig. Onthaalbrochure voor ouders

Contextbegeleiding breedsporig. Onthaalbrochure voor ouders Contextbegeleiding breedsporig Onthaalbrochure voor ouders 2 Inhoudstafel Voorwoord 4 Wie zijn we? 5 Voor wie? 7 Hoe kan je ons bereiken? 8 Wie is wie? 9 Belangrijke nummers 10 Wat is contextbegeleiding?

Nadere informatie

Decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen

Decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen Decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen (B.S. 10.11.2003) HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

Nadere informatie

RECHT OP PRIVACY. Artikel 25

RECHT OP PRIVACY. Artikel 25 RECHT OP PRIVACY Artikel 25 De minderjarige heeft recht op respect voor zijn persoonlijke levenssfeer, met inbegrip van: 1 de bescherming van zijn persoonsgegevens, onverminderd de bepalingen van afdeling

Nadere informatie

Aanknopingspunten voor elk recht in het decreet rechtspositie van de minderjarige met het kwaliteitsdecreet en de SMK s. CKG s

Aanknopingspunten voor elk recht in het decreet rechtspositie van de minderjarige met het kwaliteitsdecreet en de SMK s. CKG s Aanknopingspunten voor elk recht in het decreet rechtspositie van de minderjarige met het kwaliteitsdecreet en de SMK s Decreet rechtspositie van de minderjarige CKG s MB 10 juni 2003 betreffende de kwaliteitszorg

Nadere informatie

Aanvragen van een machtiging bij het Sectoraal comité voor de Federale Overheid

Aanvragen van een machtiging bij het Sectoraal comité voor de Federale Overheid Aanvragen van een machtiging bij het Sectoraal comité voor de Federale Overheid A Algemeen luik Voor elke machtigingsaanvraag moeten delen A, B en C van dit formulier correct worden ingevuld. Indien de

Nadere informatie

Privacyreglement. Artikel 1. Bereik

Privacyreglement. Artikel 1. Bereik Privacyreglement Privacyreglement Artikel 1. Bereik 1.1 Dit reglement is van toepassing op de geheel of gedeeltelijk geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens. Het is eveneens van toepassing op

Nadere informatie

Gelet op de adviesaanvraag van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, ontvangen op 21 juni 2018;

Gelet op de adviesaanvraag van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, ontvangen op 21 juni 2018; 1/6 Advies 81/2018 van 5 september 2018 Betreft: Wijziging van de wet van 22 betreffende de rechten van de patiënt - Hoofdstuk 10 - artikel 65 van het wetsontwerp houdende diverse bepalingen inzake gezondheidszorg

Nadere informatie

DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN, Gelet op het decreet van 12 juli 2013 betreffende de integrale jeugdhulp;

DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN, Gelet op het decreet van 12 juli 2013 betreffende de integrale jeugdhulp; Ministerieel besluit met betrekking tot de werking van de gemandateerde voorzieningen en van de sociale diensten in de integrale jeugdhulp en de organisatie van bemiddeling in de regio Oost-Vlaanderen

Nadere informatie

Privacyreglement. 1. Begripsbepalingen

Privacyreglement. 1. Begripsbepalingen Privacyreglement Inleiding en doel Iedereen heeft recht op de bescherming van zijn of haar persoonlijke gegevens. Dit privacyreglement is opgesteld op basis van de Wet Bescherming Persoonsgegevens en beschrijft

Nadere informatie

Juridische notitie. Toestemming jongere niet medisch wetenschappelijk onderzoek. Mr. S.J.C. Höfte. Uitwerking

Juridische notitie. Toestemming jongere niet medisch wetenschappelijk onderzoek. Mr. S.J.C. Höfte. Uitwerking Juridische notitie Toestemming jongere niet medisch wetenschappelijk onderzoek Mr. S.J.C. Höfte Het lectoraat Residentiële Jeugdzorg doet onderzoek naar het leef- leer- en werkklimaat in residentiële (jeugd)inrichtingen.

Nadere informatie

Privacy reglement kinderopvang Opgesteld volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens (W.B.P.)

Privacy reglement kinderopvang Opgesteld volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens (W.B.P.) Privacy reglement kinderopvang Opgesteld volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens (W.B.P.) 1. Begripsbepalingen 1. Persoonsgegevens: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare

Nadere informatie

Infobrochure over patiëntenrechten van de minderjarige

Infobrochure over patiëntenrechten van de minderjarige Infobrochure over patiëntenrechten van de minderjarige Algemeen Iedereen heeft recht op gezondheidszorg. Voor minderjarigen staat dit recht o.a. beschreven in het Kinderrechtenverdrag. Dat verdrag zegt

Nadere informatie

Als ouders niet meer samen zijn

Als ouders niet meer samen zijn Als ouders niet meer samen zijn Informatiefolder over de rechten en plichten van gescheiden ouders bij hulpverlening aan kinderen ALS OUDERS NIET MEER SAMEN ZIJN INFORMATIEFOLDER OVER DE RECHTEN EN PLICHTEN

Nadere informatie

Coördinatie van de hulp. Workshop 4

Coördinatie van de hulp. Workshop 4 Coördinatie van de hulp Workshop 4 Voorstellingsrondje Maatschappelijke evoluties Perspectief van de cliënt Casusoverleg Cliëntoverleg met externe voorzitter Bemiddeling Vertrouwenspersoon vragen Wie is

Nadere informatie

De bestuurder van de Stichting Advies en Klachtenbureau Jeugdzorg te Amsterdam;

De bestuurder van de Stichting Advies en Klachtenbureau Jeugdzorg te Amsterdam; Privacyreglement Stichting Advies en Klachtenbureau Jeugdzorg De bestuurder van de Stichting Advies en Klachtenbureau Jeugdzorg te Amsterdam; Overwegende Dat het Advies en Klachtenbureau Jeugdzorg tot

Nadere informatie

Onderdeel Inspraakreactie Reactie Dienst Sozawe

Onderdeel Inspraakreactie Reactie Dienst Sozawe Bijlage 1: Inspraakreacties Verordening Wmo 2015 Organisatie en datum Onderdeel Inspraakreactie Reactie Dienst Sozawe Voorinspraak augustus/ september 2014 1 Koepel Wmo 13 augustus 2014 1.1 Art. 1, lid

Nadere informatie

BESLUIT van de VLAAMSE REGERING van 15 SEPTEMBER 1998 betreffende de adviserende beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden

BESLUIT van de VLAAMSE REGERING van 15 SEPTEMBER 1998 betreffende de adviserende beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden BESLUIT van de VLAAMSE REGERING van 15 SEPTEMBER 1998 betreffende de adviserende beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden (B.S. 19.II.1999) Art. 1. HOOFDSTUK I. DEFINITIES Voor de toepassing

Nadere informatie

Intensieve Kortdurende Thuisbegeleiding. Onthaalbrochure voor ouders

Intensieve Kortdurende Thuisbegeleiding. Onthaalbrochure voor ouders Intensieve Kortdurende Thuisbegeleiding Onthaalbrochure voor ouders 2 Inhoudstafel Voorwoord 3 Wie zijn we? 4 Voor wie? 7 Hoe kan je ons bereiken? 8 Wie is wie 9 Belangrijke nummers 10 Wat is IKT? 11 Goed

Nadere informatie

Pleegzorgers: opvoedingsverantwoordelijken en instemming in de Integrale Jeugdhulp. 1 december 2017

Pleegzorgers: opvoedingsverantwoordelijken en instemming in de Integrale Jeugdhulp. 1 december 2017 Pleegzorgers: opvoedingsverantwoordelijken en instemming in de Integrale Jeugdhulp 1 december 2017 2 Europese aanbeveling (87)6 van het Comité van Ministers van de Raad van Europa on foster families 1)

Nadere informatie

Als ouders niet meer samen zijn

Als ouders niet meer samen zijn Algemene informatie Als ouders niet meer samen zijn Informatiefolder over de rechten en plichten van gescheiden ouders bij hulpverlening aan kinderen 1 2 Waarover gaat deze folder? Uw kind bezoekt binnenkort

Nadere informatie

Wat met bestaande papieren dossiers? - Bestaande papieren dossiers worden vanaf niet meer aangevuld met nieuwe documenten.

Wat met bestaande papieren dossiers? - Bestaande papieren dossiers worden vanaf niet meer aangevuld met nieuwe documenten. Nota mbt volledig en uitsluitend electronisch dossier vanaf 1/9/2018 Doelstelling: Doelstelling is om binnen alle CLB s over te schakelen naar een volledig en uitsluitend electronisch multidisciplinair

Nadere informatie

EN HET ONDERSTEUNINGS CENTRUM JEUGdZORG

EN HET ONDERSTEUNINGS CENTRUM JEUGdZORG EN HET ONDERSTEUNINGS CENTRUM JEUGdZORG 2 Inleiding In deze brochure vind je informatie over het Ondersteuningscentrum Jeugdzorg. We leggen uit wat het Ondersteuningscentrum Jeugdzorg is, wie er werken

Nadere informatie