Uitvoeringsplan Duurzame woon en leefomgeving

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Uitvoeringsplan Duurzame woon en leefomgeving"

Transcriptie

1 Uitvoeringsplan Duurzame woon en leefomgeving Actualisatie 2009 Versie 7 september 2009 kenmerk BR /MB 1

2 2

3 1. INLEIDING Een overzicht van de belangrijkste wijzigingen STIMULERING LOKALE KLIMAATINITIATIEVEN De systematiek van de projectbladen verklaard Organisatie versterkende randvoorwaarden Instellen Duurzaamheidcoördinator Communicatieplan duurzaam bouwen burgers Maatschappelijk verantwoord ondernemen Ontwikkelen van checklists Implementatie van nationale pakketten en checklists Kluswijzers Voorbeeldboek Eigen gebouwen en voorzieningen Nieuwbouw gebouwen Bestaande gebouwen Infrastructurele voorzieningen Multifunctioneel Centrum Werkplaats en gymzaal Woningen Handhaving EPC Nieuwbouw Verbetering bestaande woningvoorraad Gericht advies voor energiezuinig bewonersgedrag Herstructurering Bedrijven en utiliteitsgebouwen Perslucht Klimaatbeheersing Stimular barometer Grond- weg en watervoorzieningen Afkoppelen verhard oppervlak Secundaire of gerecyclede materialen in GWW-bestekken Zuinige openbare verlichting Duurzaam veilig Bewonersparticipatie Overeenkomst duurzaam groen onderhoud met bewoners Ontwerpbeheer FINANCIËLE VERANTWOORDING

4 1. INLEIDING Op 27 april 2006 is de beleidsnota "Duurzame woon- en leefomgeving" vastgesteld door de raad. Dit plan bevat een groot aantal doelstellingen waaruit een hoog ambitieniveau blijkt. Deze ambities zijn vertaald in het bij de nota behorend "Projectenboek". Deze projecten zijn voor het overgrote deel gericht op duurzaam bouwen, energiebeheersing en een duurzame leefomgeving. Veel van de zaken die in de projectenlijst staan genoemd zijn niet of nog niet geheel tot uitvoering gekomen. Middels de ter kennisname gezonden jaarverslagen in het kader van de Wet milieubeheer is de raad hierover geïnformeerd. Een aantal grote trajecten loopt echter wel. Zo zijn in samenwerkingsovereenkomsten voor de grote nieuwbouwprojecten afspraken gemaakt met betrekking tot duurzaamheid die voor een deel corresponderen met de ambities uit de nota. Wel is het zo dat een deel van de toen gestelde ambities inmiddels in wettelijke normen zijn vervat. Daar de gestelde doelen echter op meerdere wijzen bereikt kunnen worden is het nu voorliggende geactualiseerde uitvoeringsplan in een bredere context opgezet. Ook zijn de benodigde budgetten en tijdbestedingen uitgewerkt in een (meerjaren)planning. 1.1 Een overzicht van de belangrijkste wijzigingen Een aantal projecten uit het eerste uitvoeringsplan zijn vervallen omdat deze projecten zijn ingehaald door landelijke ontwikkelingen of in middels tot uitvoering zijn gekomen. Op deze vervallen projecten wordt in dit geactualiseerde uitvoeringsplan nader ingegaan. Ook zijn ook een aantal projecten samengevoegd of verwerkt in de geactualiseerde projecten van het uitvoeringsplan. Verder zijn een aantal projecten toegevoegd welke beter aansluiten bij de landelijke ontwikkelingen. Met betrekking tot het beleid binnen de organisatie zijn te noemen het instellen van een duurzaamheidscoordinator, het maken van een goed comunicatieplan en het overgaan tot nog meer maatschappelijk verantwoord ondernemen door de gemeente. Ten aanzien van de eigen gebouwen van de gemeente worden uitgangspunten voorgesteld voor investeringen welke bij nieuwbouw van gebouwen gehanteerd kunnen worden ten aanzien van enrgietechnische maatregelen. Ook wordt aangegeven hoe energiebesparing bij bestaande gebouwen kan worden bereikt en hoe omgegaan kan worden bij investeringen voor infrastructurele voorzieningen. Voor woningen in de gemeente zijn projecten geformuleerd welke ingaan op de opleiding voor de handhaving van de Energie Prestatie Coefficient (EPC) en de toetsing hiervan op de bouwplaats. Ook wordt ingegaan op het concreet invullen van duurzaamheid/energiebesparing bij nieuwbouw van woningen en het verbeteren van de bestaande woningvoorraad doormiddel van een gemeentelijke subsidieregeling. Ook het bewust maken van huishoudens voor het toepassen niet-woninggebonden energiebesparende maatregelen als de aanschaf energiezuinige apparatuur (A-label) en inkoop van 100 % duurzame elektriciteit is een aangeschept item. 4

5 2. Stimulering Lokale Klimaatinitiatieven De uitvoering van projecten uit de beleidsnota valt voor een deel binnen de uitkeringsregeling "Stimulering van Lokale Klimaatinitiatieven" (SLOK). Het geactualiseerde uitvoeringsplan is opgezet met het doel van deze stimuleringsregeling gebruik te maken. Het geactualiseerde plan geeft de activiteiten aan die de komende vier jaar opgepakt gaan worden. Ook worden de geschatte interne uren en kosten. Voor meer achtergrondinformatie wordt verwezen naar het Masterplan Duurzame woon- en leefomgeving. 2.1 De systematiek van de projectbladen verklaard Hier worden de activiteiten weergegeven in zogenaamde projectbladen. Per projectblad wordt aangegeven: Thema (sub)thema <dit komt overeen met de SLOK circulaire> Ambitie Actief Voorlopend Innovatief Taakstelling Project: <hier komt de naam van het project/activiteit> Doelstelling van het project <omschrijving van het te behalen doel> Resultaten <welk resultaat zal worden behaald> Doelgroep(en) Project-aanpak Project-organisatie Communicatie <wie zijn de actoren> <opzet project> <wie doen mee, hoe wordt het georganiseerd> <hoe wordt het project gecommuniceerd met anderen> Planning <2009 tot eind 2012> Inspanning Uren inzet, dit betreft ook reguliere uren/wettelijke taken> <trekker: per project is er een trekker die extra uren heeft> Projectkosten <gerekend is met een gemiddeld uurloon van 70> Financiering Effectmeting Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen <hoe meten we of de doelstelling gehaald wordt/is> <slagingsfactor (1=laag, 2=middel, 3= hoog> Achtergrond-informatie 5

6 2.2 Organisatie versterkende randvoorwaarden Instellen Duurzaamheidcoördinator (voorheen: Interne medewerkers) Thema (sub)thema Ambitie Taakstelling Organisatieversterkende randvoorwaarden Taken en verantwoordelijkheden Actief Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn vastgelegd in functie-omschrijvingen en werkplannen Project: Instellen Duurzaamheidcoördinator Doelstelling van het project Medewerkers ervaren het nadenken over integratie van duurzaamheids aspecten als een uitdaging en hebben de duurzaamheids aspecten geïntegreerd in hun werk. Medewerkers weten wat duurzaamheid is; Medewerkers gebruiken duurzaamheidschecklisten in hun werk Medewerkers zijn bewust van duurzaamheid. Resultaten Aangepaste functieomschrijvingen en toepassing in de praktijk Doelgroep(en) Gemeente medewerker Projectaanpak Aanwijzen van een Duurzaamheidcoördinator, welke een structurele taak en plek in de organisatie krijgt en verantwoordelijk is voor: Kennis over duurzaam bouwen; De wijze waarop hieraan uitvoering wordt gegeven; Verankering van duurzaamheid in de eigen werkwijze cq werkprocessen Opstellen van een duurzaamheidscheck voor adviesnota s; Integreren van duurzaamheids checklisten; Inrichten van een informatiepunt; Monitoring en evaluatie van (de grotere) projecten Toepassen van de Nationale Pakketten Projectorganisatie Verantwoordelijke afdeling: Afdeling Ruimte Betrokken afdelingen; Afdeling waar het betreffende project loopt, team Communicatie. Externe partijen Communicatie Voornamelijk via duurzaamheidcoördinator. Nieuws over duurzaamheid vermelden op intranet wanneer project loopt, eventueel workshop organiseren of een symposium. Planning startbijeenkomst uitvoeringsplan 2010 Inspanning Duurzaamheidcoördinator ongeveer 160 uren per jaar. Projectkosten Duurzaamheidcoördinator:, Per jaar ,-. Per 4 jaren ,-. Financiering Bestemmingsreserve duurzaamheidsprojecten Effectmeting Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen Monitoring en evaluatie van projectaanpak - <slagingsfactor 3=hoog> 6

7 2.2.2 Communicatieplan duurzaam bouwen burgers (voorheen: Communicatieplan 1 ) Thema (sub)thema Ambitie Taakstelling Project: Communicatieplan Doelstelling van het project Resultaten Doelgroep(en) Projectaanpak Projectorganisatie Communicatie Planning Organisatieversterkende randvoorwaarden Communicatie (intern) Actief Structurele communicatie over de aanpak en resultaten van klimaatbeleid naar alle relevante onderdelen en niveaus van de gemeentelijke organisatie Draagvlak creëren voor duurzame ontwikkeling in de gemeente Brummen Bewoners weten waar ze terecht kunnen als ze hun woning willen aanpassen op duurzame wijze; Stimuleringslijst duurzaamheid; Duurzaamheidscheck; Via de gemeentelijke website en bij informatiebalies kunnen burgers informatie halen over duurzaam bouwen; Burgers, inwoners. Communicatie sluit aan bij bestaande projecten. Per deelproject bekijken welke middelen worden ingezet. Aangeven hoe geïnteresseerde burgers kunnen participeren bij duurzame ontwikkeling in de gemeente Voortgangproject op internet en in lokaal blad GemeenteThuis Links op website zetten (soort portal voor duurzaam bouwen waarop ingelogd kan worden) welke burgers in staat stelt om informatie op te doen over duurzaam bouwen. Nuttige links (welke ook op de portal gezet kunnen worden) zijn oa: Duurzaamheids- coördinator draagt zorg voor het regelmatig (3 maandelijks) plaatsen van artikelen in de GemeenteThuis. Een artikelenreeks duurzaamheid in GemeenteThuis (deze ook op website plaatsen) Hoe kunt u duurzaam bouwen. Hierbij verwijzen naar stimuleringsregeling. Om betrokken partijen op de hoogte en warm te houden een nieuwsbrief uitbrengen. Dit hangt af van het aantal betrokken partijen. Anders houdt projectleider betrokkenen via (maandelijkse?) mail op de hoogte van voortgang; Bij openingen van duurzame gebouwen (bijv MFC, gemeentehuis) een tentoonstelling van de duurzame elementen hiervan. Per project een fotograaf inhuren die het proces vastlegt (planning projecten!). Deze foto s ook gebruiken voor GemeenteThuis; Herkenbare kreet en kort stukje info voor project die steeds terugkomen in bijv GemeenteThuis, website. Verantwoordelijke afdeling: afdeling waar project loopt Betrokken afdeling: Communicatie Externe partijen: geen VROM Leren voor duurzaamheid Start in 2009 en dan doorlopend. 1 Samenvoeging van de projecten Communicatieplan, Kluswijzer en Voorbeeldboek. Het betreffen alle communictiegerichte projecten waar doel en aanpak nauw met elkaar samenhangen. Er is voor gekozen om deze samen te voegen tot 1 project onder de noemer Communicatieplan duurzaam bouwen burgers. 7

8 Inspanning Valt grotendeels onder inzet duurzaamheids- coördinator (zie ). Projectkosten Druk- en materiaalkosten 1.000,- per jaar Per 4 jaar 4000 (kosten Duurzaamheidcoördinator al meegenomen onder 2.2.1). Financiering Bestemmingsreserve duurzaamheidsprojecten Effectmeting Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen Achtergrondinformatie Systeem van monitoren en evaluatie voor projecten opzetten; - <slagingsfactor 3= hoog> Het overbrengen van de meerwaarde die duurzame ontwikkeling heeft voor de woon- en leefomgeving 8

9 2.2.3 Maatschappelijk verantwoord ondernemen Thema (sub)thema Organisatieversterkende randvoorwaarden Taken en verantwoordelijkheden Ambitie Actief Voorlopend Innovatief Taakstelling c. Fair trade gemeente. Project: Maatschappelijk verantwoord ondernemen Doelstelling van het project Resultaten Doelgroep(en) Projectaanpak Projectorganisatie Communicatie a. Doelstelling Klimaatakkoord duurzame inkoop. b. De score in de duurzaamheidmeter. In 2015 voldoet de gemeente Brummen aan de norm die is vastgelegd door Rijk en gemeenten in het Klimaatakkoord, namelijk 100% duurzame inkoop. Brummen bereikt in 2012 de tussenliggende norm van 75% duurzame inkoop. De gemeente Brummen neemt structureel deel aan de door het COS georganiseerde duurzaamheidmeter en bereikt een score van minimaal 80% van het aantal maximaal te behalen punten. Een ambtelijke fair trade werkgroep wordt gevormd. 100% duurzame inkoop in 2015 wil zeggen dat alle beschikbare duurzaamheidcriteria van SenterNovem worden toegepast. De tussenliggende norm van 75% duurzame inkoop houdt in dat voor driekwart van het totale jaarlijkse inkoopvolume van die producten waarvoor duurzaamheidcriteria van SenterNovem beschikbaar zijn, deze ook zijn toegepast. De vooraf besproken maatregelen die punten opleveren in de duurzaamheidmeter zijn uitgevoerd op zodanige wijze dat de beoogde score wordt bereikt. De focus van de fair trade werkgroep ligt in de richting van de titel fair trade gemeente. Bestuur en ambtelijke organisatie, in het bijzonder productverantwoordelijke medewerkers en kredietbeheerders. Projectaanpak conform standaard voor projectmatig werken gemeente Brummen. Trekker is de inkoopcoördinator, bijgestaan door een werkgroep maatschappelijk verantwoord inkopen. Trekker is de duurzaamheidcoördinator, bijgestaan door een werkgroep duurzaamheid. De ambtelijke fair trade werkgroep legt waar van toepassing contact met voor de hand liggende externe partners met als doel kennisuitwisseling en samenwerking. Communicatie over fair trade geschiedt via intranet, internet, gemeentepagina. Planning 2010: vorming fair trade werkgroep plus inschrijving; 2011: fair trade meting plus externe contacten; 2012: voorstellen voor maatregelen die zijn gericht op één of meer van de zes criteria voor fair trade gemeente. Inspanning Trekker 80 uur, overige leden gezamenlijk 120 uur, totaal 200 uur. Trekker 80 uur, overige leden gezamenlijk 130 uur, totaal 210 uur. Trekker 20 uur, overige leden gezamenlijk 40 uur, totaal 60 uur. Projectkosten Loonkosten , overig 3.250, totaal Loon kosten , overig 2.500, totaal Loonkosten 4.260, overig 800, totaal Totaal in 4 jaar

10 Financiering Effectmeting Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen Achtergrondinformatie Bestemmingsreserve duurzaamheidsprojecten Opgave door kredietbewakers, rapportage door inkoopcoördinator. Score in duurzaamheidmeter. Jaarlijkse evaluatie, met verslaglegging. Gerelateerd beleid ligt in de betreffende beleidsplannen, afhankelijk van het onderwerp. Gerelateerd beleid ligt in de betreffende beleidsplannen, afhankelijk van het onderwerp. Geen. Duurzaam inkopen is soms duurder. Waar de meerprijs vooral in de aanschaf zit terwijl de kosten over de gehele levensduur lager zijn (voorbeeld: spaarlamp) kan compensatie uit beheersbudgetten worden gezocht. Om een vraag uit de vragenlijst van de duurzaamheidmeter positief te kunnen beantwoorden, kan het zijn dat de gemeente maatregelen moet hebben genomen die niet passen in het beleidsplan van de betreffende vraag. Voorbeeld: de ambitie om binnen een bepaalde termijn een klimaatneutrale gemeente te worden is niet in beleid vastgelegd, waardoor de betreffende vragen niet bevestigend kunnen worden beantwoord. Geen Ontwikkelen van checklists De checklisten zijn opgesteld (zie bijlage). Project is gereed en komt daarmee te vervallen Implementatie van nationale pakketten en checklists Dit wordt geregeld door de Duurzaamheids-coordinator zoals beschreven onder (Instellen Duurzaamheids-coördinator) en onder de (Ontwikkelen checklists). De implementatie van de checklists is daarmee structureel verankerd in werkprocessen. Het project komt daarmee als apart project te vervallen Kluswijzers Dit project richt zich op de verkeerde doelgroep, namelijk op huurders die weinig tot geen mogelijkheden hebben om duurzaamheids maatregelen toe te passen in hun omgeving. Dit project komt daarmee te vervallen Voorbeeldboek Dit project is ondergebracht onder Communicatieplan duurzaam bouwen burgers (zie subparagraaf 3.3.1). Het betreft een samenvoeging van de projecten Communicatieplan (via GemeenteThuis) en Voorbeeldboek. Het betreft beide communicatiegerichte projecten waar doel en aanpak nauw met elkaar samenhangen. Er is voor gekozen om deze samen te voegen tot 1 project onder de noemer Communicatieplan duurzaam bouwen burgers. 10

11 2.3 Eigen gebouwen en voorzieningen Nieuwbouw gebouwen (voorheen Voorbeeldproject gemeentehuis Brummen) Thema (sub)thema Eigen gebouwen, voorzieningen, wagenpark, dienstreizen, woon-werkverkeer en inkoop (nieuwbouw) nieuwbouw van gebouwen Ambitie Voorlopend Taakstelling Vaststelling van de mogelijkheden om (duurzame) energie-investeringen te realiseren. Project: Vaststelling te hanteren terugverdientijden bij investeringen energie bij nieuwbouwprojecten Doelstelling van het project Bijdragen aan realisatie doelen energiebesparing en opwekking duurzame energie binnen de gemeentelijke organisatie Resultaten Realiseren nieuwbouw met een 50% verscherpte EPC Doelgroep(en) Bestuur Ambtelijke organisatie Projectaanpak Om energiebesparingsmaatregelen binnen de gemeentelijke organisatie te stimuleren zal bij investeringsbeslissingen het volgende uitgangspunt worden gehanteerd: De terugverdientijd van maatregelen mag maximaal 10 jaar bedragen. De investeringen moeten aan het eind van de levensduur zijn terugverdiend bij technische levensduur korter dan 10 jaar; Maatregelen die een stimulerende functie hebben (die bijvoorbeeld goed zichtbaar zijn) dienen zichzelf binnen 15 jaar of binnen de economische levensduur (als deze korter is dan 15 jaar) terug te verdienen; Maatregelen met een langere terugverdientijd maar met een groot effect moeten altijd overwogen worden. De afspraak geldt voor alle soorten investeringen (bv. gebouwen, installaties, apparaten, verlichting, ICT, wagenpark). De afspraak over de te hanteren terugverdientijd wordt vastgesteld door de raad, via vaststelling van dit aangepaste Uitvoeringsplan "Duurzame woon- en leefomgeving". Vanaf dat moment zal deze afspraak gelden. Projectorganisatie Verantwoordelijke afdeling: Beheer Betrokken afdeling: Ruimte Externe partijen: Architect / aannemer / adviseurs, Communicatie Rechtstreeks met betrokken partijen. Via intranet, internet, gemeentepagina. Planning 2010 tot eind 2014 Inspanning Dit project valt onder de verantwoordelijkheid (en inspanning) van de duurzaamheidcoördinator (zie 3.2.1). Projectkosten Geen netto investeringskosten (de kosten van de maatregelen worden terugverdiend) NB Wel kan noodzakelijk zijn reserveringen in investering- en onderhoudsbudgetten te maken. Financiering Project(voor)financiering Effectmeting Na realisatie wordt een audit uitgevoerd om de toepassing van dit criterium te evalueren. 11

12 Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen Achtergrondinformatie Dit project kan uitstralingseffect hebben naar andere gemeenten (in de regio). Het is tevens een mooi voorbeeld voor externe profilering van Brummen. Afbreukrisico van dit project is middel. Het is essentieel dat duurzaam bouwen vanaf het begin, in de planvorming wordt meegenomen. Daar ligt ook een belangrijke taak voor de duurzaamheidcoördinator. De gemeente Brummen wil een voorbeeldproject realiseren, waarbij op alle thema s hoge ambities worden gerealiseerd. Het gemeentehuis is een unieke kans om als voorbeeldproject te dienen. Ontwerpen van een duurzaam gebouwd multi functioneel centrum als eerste vertaling van de duurzame ambities bij de realisering van een gemeentelijk gebouw. 12

13 2.3.2 Bestaande gebouwen Thema (sub)thema Ambitie Taakstelling Project: Plan van aanpak energiebesparing Doelstelling van het project Resultaten Doelgroep(en) Projectaanpak Projectorganisatie Communicatie Planning Inspanning Projectkosten Eigen gebouwen Bestaande gebouwen Innovatief Energiebesparing 4 % per jaar; 100 % opwekking en/of inkoop duurzame energie In 4 jaar 16 % (4% per jaar) energie besparing in de belangrijkste gemeentelijke gebouwen welke niet binnen een periode van vier jaar worden vervangen Een plan van aanpak energiebesparing voor de gemeentelijke gebouwen. Hierin wordt onderscheid gemaakt tussen organisatorische en gedragsmaatregelen en technische maatregelen. Uitvoering van het plan van aanpak. Hierdoor: verlaging energiegebruik en CO2-uitstoot, verlaging energiekosten, invulling voorbeeldfunctie Bestuur, ambtelijke organisatie en beheerders gebouwen Gebaseerd op opgestelde EPA- U s voor de gemeentelijke gebouwen zal een energiebesparingplan worden opgesteld door een energieadviesbureau i.s.m. de betrokken gemeentelijke vakdisciplines. Vervolgens zal de uitkomst hiervan in een concreet plan van aanpak voor de periode tot 2020 moeten worden uitgewerkt en dient besluitvorming door management en bestuur plaats te vinden. Aanpak: Nader onderzoek naar en uitwerken van geadviseerde organisatorische en gedragsmaatregelen in overleg met het management Nader onderzoek naar wenselijkheid en economische haalbaarheid van geadviseerde technische maatregelen Opstellen van en besluitvorming over plan van aanpak, inclusief de financiële aspecten Uitvoering plan van aanpak, inclusief monitoring en evaluatie Verantwoordelijke afdeling: Beheer Betrokken afdeling: Service Externe partijen: gebouwgebruikers Rechtstreeks met betrokken partijen. 2010: onderzoek, opstellen plan, besluitvorming, start uitvoering; 2011: vervolg uitvoering; 2012: bewaken en stimuleren continuïteit van de uitvoering; 2013: bewaken en stimuleren continuïteit van de uitvoering. Dit project valt onder de verantwoordelijkheid (en inspanning) van de energiecoördinator Interne capaciteit: 210 uur Afd. Beheer: 30 uur (2009), 20 uur (2010), 20 uur (2011), 20 uur (2012); Afd. Staf, team Bestuursondersteuning: 60 uur (2010), 25 uur (2011), 10 uur (2012), 10 uur (2013) Afd. Staf, team Communicatie: 10 uur (2010), 5 uur (2011) 210 uur x 71,= Totaal Externe kosten

14 Financiering Effectmeting Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen Achtergrondinformatie De jaarlijkse kapitaallasten ten gevolge van de benodigde investeringen zullen worden gedekt door de gerealiseerde verlaging van energiekosten. In het plan van aanpak zullen de financiële aspecten nader worden uitgewerkt en ter besluitvorming voorgelegd. Jaarlijks wordt een audit uitgevoerd om de toepassing van dit criterium te evalueren Voorbeeldprojecten gemeentelijke gebouwen, Voorbeeld voor externe profilering van Brummen. E.e.a. mede afhankelijk van uitkomst besluitvorming over nieuw gemeentehuis De gemeente Brummen wil een voorbeeld vormen m.b.t. energiebesparingmogelijkheden 14

15 2.3.3 Infrastructurele voorzieningen Thema Eigen gebouwen, voorzieningen, wagenpark, dienstreizen, woon-werkverkeer en inkoop (nieuwbouw) (sub)thema infrastructurele voorzieningen (openbare verlichting, verkeersregelinstallaties, pompen, gemalen e.d.) Ambitie Voorlopend Taakstelling Energiebesparing 3% per jaar en 70% opwekking en/of inkoop duurzame energie. Project: Vaststelling te hanteren terugverdientijden bij investeringen energie bij infrastructurele voorzieningen Doelstelling van het project Bijdragen aan realisatie doelen energiebesparing en opwekking duurzame energie binnen de gemeentelijke organisatie Resultaten Infrastructurele voorzieningen: Energiebesparing 4% per jaar 100% opwekking en/of inkoop duurzame energie Doelgroep(en) Bestuur Ambtelijke organisatie Projectaanpak Om energiebesparingsmaatregelen binnen de gemeentelijke organisatie te stimuleren zal bij investeringsbeslissingen het volgende uitgangspunt worden gehanteerd: De terugverdientijd van maatregelen mag maximaal 10 jaar bedragen. De investeringen moeten aan het eind van de levensduur zijn terugverdiend bij technische levensduur korter dan 10 jaar; Maatregelen die een stimulerende functie hebben (die bijvoorbeeld goed zichtbaar zijn) dienen zichzelf binnen 15 jaar of binnen de economische levensduur (als deze korter is dan 15 jaar) terug te verdienen; Maatregelen met een langere terugverdientijd maar met een groot effect moeten altijd overwogen worden. De afspraak geldt voor alle soorten investeringen (bv. gebouwen, installaties, apparaten, verlichting, ICT, wagenpark). De afspraak over verruiming van de te hanteren terugverdientijd wordt vastgesteld door de raad, via vaststelling van dit aangepaste Uitvoeringsplan "Duurzame woon- en leefomgeving". Vanaf dat moment zal deze afspraak gelden. Projectorganisatie Verantwoordelijke afdeling: Beheer Betrokken afdeling: Ruimte, Externe partijen: Architect / aannemer / adviseurs, Communicatie Rechtstreeks met betrokken partijen. Via intranet, internet, gemeentepagina. Planning 2010 tot eind 2014 Inspanning Projectkosten Financiering Effectmeting Dit project valt onder de verantwoordelijkheid (en inspanning) van de duurzaamheidcoördinator (zie 3.2.1). Geen netto investeringskosten (de kosten van de maatregelen worden terugverdiend) NB Wel kan noodzakelijk zijn reserveringen in investering- en onderhoudsbudgetten te maken. Project(voor)financiering In 2013 wordt een audit uitgevoerd om de toepassing van dit criterium te evalueren. 15

16 Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen Achtergrondinformatie Dit project kan uitstralingseffect hebben naar andere gemeenten (in de regio). Het is tevens een mooi voorbeeld voor externe profilering van Brummen. Afbreukrisico van dit project is middel. Het is essentieel dat duurzaam bouwen vanaf het begin, in de planvorming wordt meegenomen. Daar ligt ook een belangrijke taak voor de duurzaamheidcoördinator. De gemeente Brummen wil een voorbeeldproject realiseren, waarbij op alle thema s hoge ambities worden gerealiseerd. Het gemeentehuis is een unieke kans om als voorbeeldproject te dienen. Ontwerpen van een duurzaam gebouwd multi functioneel centrum als eerste vertaling van de duurzame ambities bij de realisering van een gemeentelijk gebouw Multifunctioneel Centrum Is ondergebracht onder Voorbeeldprojecten gemeentelijke gebouwen (zie subparagraaf 3.3.1). De projecten Voorbeeldproject gemeentehuis Brummen, Multifunctioneel centrum en Werkplaats en gymzaal zijn samengevoegd. Het betreffen alledrie gemeentelijke gebouwen waarvoor hetzelfde doel, aanpak en maatregelen worden beoogd. Er is voor gekozen om deze samen te voegen tot 1 project onder de noemer Voorbeeldprojecten gemeentelijke gebouwen Werkplaats en gymzaal Is ondergebracht onder Voorbeeldprojecten gemeentelijke gebouwen (zie subparagraaf 3.3.1). De projecten Voorbeeldproject gemeentehuis Brummen, Multifunctioneel centrum en Werkplaats en gymzaal zijn samengevoegd. Het betreffen alledrie gemeentelijke gebouwen waarvoor hetzelfde doel, aanpak en maatregelen worden beoogd. Er is voor gekozen om deze samen te voegen tot 1 project onder de noemer Voorbeeldprojecten gemeentelijke gebouwen. 16

17 2.4 Woningen Handhaving EPC Thema (sub)thema Ambitie Taakstelling Project: Toetsing EPC op de bouwplaats Doelstelling van het project Resultaten Doelgroep(en) Projectaanpak Projectorganisatie Communicatie Woningen handhaving EPC Vooruitlopend Toetsing van EPC-berekeningen en toezicht op de EPN op de bouwplaats bij 70 % van de bouwvergunningen Het toetsen van EnergiePrestatieCoefficient (EPC) en het handhaven van deze normen op de locatie is een structureel onderdeel van de werkzaamheden van de afdeling Ruimte Resultaat Bouwvergunningaanvragen worden adequaat getoetst op de EPC; De gemeente voert toezicht uit op EPC- aspecten tijdens de reguliere controles van BWT- inspecteurs van de afd. VVH op de bouwplaats. Aanvrager bouwvergunningen; Bouwpartijen, aannemers; Aanpak Deelname door 4 medewerkers van de afdeling Ruimte aan cursus EPCheck;(of andere soortgelijke cursus). Creëren intern draagvlak voor toetsing EPC en handhaving EPC op de bouwlocatie; Bestuurlijk) vaststellen van de toetsingsmethodiek: aandachtspunten bij het toetsen van EPC-berekeningen, aandachtspunten op de bouwlocatie; frequentie van toetsing (steekproefsgewijs of voor elk (deel)project; Opnemen in huidig werkpakket of bij hoge werkdruk tijdelijk aantrekken externe adviseurs (mogelijk dat hierbij wordt samengewerkt met de regio Stedendriehoek; Opname controle EPC- berekening en toezicht op de bouwlocatie in werkplannen afdeling Ruimte; Voorlichting aan bouwende partijen (projectontwikkelaars, woningcorporaties, architecten, aannemers); Jaarlijks betreft het ca. 200 reguliere vergunningen. Gemiddeld wordt de bouwplaats 3 maal bezocht. Extra aandacht voor EPC toetsing op de bouwplaats zal aan de reguliere bezoeken worden toegevoegd. Interne partijen: Manager afdeling Ruimte, Vergunningverleners en handhavers Bouw- en Woningtoezicht + duurzaamheidcoördinator) Interne mailing Planning 2010 Inspanning 4 maal 8 uur voor cursus 4 maal 4 uur voor verdieping en voorbereiding per cursus. Projectkosten 96 uur x 62 Totaal 5.952,= Begrote externe kosten (ondersteunend extern bureau voor training/opleiding en helpdesk plus aanschaf software) Financiering Bestemmingsreserve duurzaamheidprojecten Effectmeting Systeem van monitoren en evaluatie voor projecten opzetten; 17

18 Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen Achtergrondinformatie - Een mogelijk neveneffect is de preventieve werking: bouwpartijen anticiperen op de inspectie en gaan vanzelf letten op het leveren van een deugdelijke EPC- berekening en goede realisatie op de bouwplaats. Maakt onderdeel uit van het bijgestelde concept Uitvoeringsplan duurzame leefomgeving : project is afhankelijk van vast te stellen ambitieniveau. 18

19 2.4.2 Nieuwbouw (voorheen: De eerste duurzaam gebouwde nieuwbouwwijk in Brummen) Thema (sub)thema Ambitie Taakstelling Project: duurzame gebiedsontwikkeling Doelstelling van het project Resultaten Doelgroep(en) Projectaanpak Projectorganisatie Communicatie Woningen nieuwbouw Actief Realiseren van een 10% verscherpte EPC en een EPL van 7 tot 8 bij een groter (meer dan 200 woningen en zo mogelijk bij kleinere aantallen) woningbouwproject. Het concreet invullen van duurzaamheid/energiebesparing op gebiedsniveau. Concrete uitvoeringsgerichte maatregelen op basis van de invalshoeken people/planet/profit voor een specifiek plangebied die leiden tot een hogere mate van duurzaamheid, waarvoor draagvlak bestaat bij de betrokken partijen. Bouwers, ontwikkelaars, bestuur en medewerkers van de gemeente Brummen, toekomstige bewoners/gebruikers. Deze aanpak is een universele methode om duurzaamheid bij gebiedsontwikkeling als maatwerk in te vullen. Immers: elk plan is anders en duurzaamheid kan dus geen standaardproduct zijn. Op hoofdlijnen worden de volgende stappen gevolgd: voorbereiding. Het is belangrijk om alle beschikbare informatie goed op de rij te zetten. Met name gaat het om informatie over het plan, de omgeving en het bestaande beleid op de relevante werkvelden (water, milieu, klimaat, riolering etc) van gemeente, waterschap en provincie; Werksessie. Met vertegenwoordigers van alle betrokken partijen wordt een intensieve werksessie belegd waarin realistische lange termijn ambities voor het plan in beeld worden gebracht met de maatregelen en acties die daarvoor nodig zijn (dromen). Vervolgens vindt een analyse plaats om te bepalen welke stappen nodig zijn om op dat gewenste eindresultaat uit te komen (backcasting ofwel terugredeneren). Dat levert een ontwikkeltraject op voor de gebiedsontwikkeling; Vastleggen resultaten. Het gewenste eindbeeld en de weg om daar te komen worden in een rapportage vastgelegd. Dit rapport is vervolgens één van de bouwstenen voor de planontwikkeling en bv het Programma van Eisen. Verantwoordelijke afdeling: Ruimte Betrokken afdeling: beheer, vastgoed Externe partijen: Waterbeheerders, Ontwikkelaars, woningbouwcorporaties, adviseur duurzaamheid, evt. andere stakeholders. Maatwerk per project Planning 2009 tot eind Inspanning Interne uren: afhankelijk van het aantal betrokkenen varieert het aantal interne uren van 40 tot 100 per project. Uitgangspunt is daarbij dat een extern adviseur een stuk voorbereiding, de begeleiding en de rapportage voor zijn rekening neemt. Projectkosten Voor één project, afhankelijk van aantal betrokken woningen, omvang en diepgang: Intern: gemiddeld Extern: gemiddeld

20 Gedurende de gehele looptijd Financiering Effectmeting Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige effecten Mogelijke valkuilen Achtergrondinformatie Bestemmingsreserve duurzaamheidsprojecten Het effect wordt in het definitieve plan zichtbaar. Extra inzet op duurzaamheid leidt vaak tot besparingen op exploitatie/beheer en onderhoud Het afbreukrisico is laag. Interessante locaties voor deze aanpak zijn de terreinen Burgers en Lombok. De planvorming voor de laatste locatie is in een al wat verder gevorderd stadium. Voor dit terrein is eventueel een studie naar het (evt. collectieve) systeem van energievoorziening interessant. 20

21 2.4.3 Verbetering bestaande woningvoorraad Thema (sub)thema Ambitie Taakstelling Woningen Bestaande woningen Voorlopend Verbeteren van de energetische kwaliteit van de bestaande woning voorraad, uitgedrukt in het Energielabel, met gemiddeld 2% per jaar Project: Revolverend fonds Doelstelling van het project Uitwerking van opties voor de vorming van een revolverend fonds Resultaten Onderbouwd voorstel voor de vorming van een revolverend fonds Uitgewerkt voorstel voor uitvoeringsorganisatie Doelgroep(en) Externe partijen: Doelgroepen van de regeling, stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVN). Projectaanpak Het blijkt in de praktijk lastig om huiseigenaren daadwerkelijk energiebesparende en comfortverhogende voorzieningen aan hun woning te laten aanbrengen. Eén van de drempels is dat eigenaren geen geld (over) hebben voor dergelijke investeringen. Om deze drempel weg te nemen, gaat de gemeente laagrentende leningen te verstrekken uit een in samenwerking met het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVN) op te zetten revolverend fonds. Een tweede spoor dat zal worden gevolgd is het verstrekken van subsidie voor duurzame en energiebesparende voorzieningen. Aanpak: Opstellen projectplan met alle noodzakelijke regelingen waarmee risico s voor de gemeente en banken kunnen worden voorkomen Overleg met en vastleggen van afspraken met SVN of banken Uitgangspunten subsidieregeling vastleggen in een verordening. Collegebesluit over regeling en budgetten voor het verstrekken van leningen Projectorganisatie Afd. Ruimte team communicatie Communicatie Communicatie / stimuleren gebruik maken van regelingen, via Gemeentethuis en de gemeentelijke website Planning 2010 tot eind 2014 Inspanning Voorbereiding: 2010: 100 uur afd. Ruimte 90 uur Team voorlichting: 10 uur Uitvoering regeling: 90 uur in periode Afd. Ruimte: 20 uur (jaarlijks) team voorlichting: 10 uur (jaarlijks) Totaal 190 uur Projectkosten Intern: Loonkosten ,= Subsidie: per jaar. Totale kosten Financiering Intern: Bestemmingsreserve duurzaamheidsprojecten Extern: wellicht is een provinciale bijdrage mogelijk. Effectmeting De energieconsulent krijgt opdracht om eenmaal per jaar een overzicht op te stellen van besproken projecten en per project bereikte besparingsresultaten door deze inzet. 21

22 Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige Mogelijke voorbeeldwerking voor andere effecten (regio)gemeenten Mogelijke valkuilen Maakt onderdeel uit van het bijgestelde concept Uitvoeringsplan duurzame leefomgeving : project is afhankelijk van vast te stellen ambitieniveau. Achtergrondinformatie - 22

23 2.4.4 Gericht advies voor energiezuinig bewonersgedrag (voorheen: stimuleringsregeling bewoners) Thema (sub)thema Ambitie Taakstelling Woningen bewonersgedrag Actief 5 % van de huishoudens vertoont energiezuinig gedrag: Project: gericht, gratis advies voor particuliere bouwers door een energieconsulent Doelstelling van het project Bewust maken van huishoudens voor het toepassen niet woninggebonden energiebesparende maatregelen, aanschaf energiezuinige apparatuur (A-label) en inkoop van 100 % duurzame elektriciteit Resultaten 5 % van de huishoudens vertoont energiezuinig gedrag Doelgroep(en) Projectaanpak Projectorganisatie Communicatie alle huishoudens in Brummen De gemeente Brummen sluit een contract met een (free lance) energieconsulent die wordt betaald met een vast bedrag per advies/woning. Hier wordt gemeentebreed aandacht aan gegeven. Huishoudens welke reageren op de publicaties worden actief benaderd door de energieconsulent, die wordt ingeschakeld en betaald door de gemeente Brummen. Zo gauw bij de gemeente Brummen duidelijk is dat een huishouden serieuze belangstelling heeft wordt de energieconsulent geïnformeerd. De consulent voert een adviesgesprek met het huishouden, afgestemd op zijn situatie. De besproken onderwerpen worden in een gericht schriftelijk advies vastgelegd. Het advies is vrijblijvend. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering blijft bij het huishouden. De consulent zal wel uitdrukkelijk wijzen op de voordelen van maatregelen, terugverdientijden en evt. subsidiemogelijkheden. Verantwoordelijke afdeling: VROM Externe partijen: externe energieconsulent, inzet op afroep Rechtstreeks met huishoudens Planning 2010 tot eind 2013 Inspanning Uren inzet: gemiddeld 30 uren per jaar intern Externe inzet: gemiddeld 100 gesprekken/adviezen per jaar Projectkosten Interne kosten: 2100 euro per jaar (uren) Externe kosten: euro per jaar. Komt uit op circa euro over de gehele looptijd. Financiering Bestemmingsreserve duurzaamheidsprojecten; wellicht is een provinciale bijdrage mogelijk. Effectmeting De energieconsulent krijgt opdracht om eenmaal per jaar een overzicht op te stellen van besproken huishoudens en per huishouden bereikte besparingsresultaten door deze inzet. Gerelateerd beleid, mogelijke bijkomstige Mogelijke voorbeeldwerking voor andere effecten (regio)gemeenten Mogelijke valkuilen Het (afbreuk)risico van dit project is laag. Achtergrondinformatie - 23

24 2.4.5 Herstructurering Het project Herstructurering is gedeeltelijk vervangen door de hiervoor aangegeven projecten en voor het overige vervallen. De gedachte hierbij is dat de kwaliteit van de woningvoorraad en noodzakelijkheid voor herstructurering een taak is voor de woningbouwcorporaties, waarbij de gemeente eventueel een motiverende rol kan spelen (de duurzaamheids-coördinator). De woningbouwcorporaties zijn zelf verantwoordelijk voor het in beeld brengen van het energielabel van de (huur)woningen en daaruit voglend beleid. 24

25 2.5 Bedrijven en utiliteitsgebouwen Perslucht Het project Perslucht is vervallen. Dit moet via de vergunningen geregeld worden en niet via een apart project Klimaatbeheersing Het project Klimaatbeheersing is vervallen. Grotendeels wordt dit onderwerp bij bedrijven geregeld via de MeerJarenAfspraken. Voor het overige betreft klimaatbeheersing bij de bedrijven maatwerk en zal per geval moeten worden bekeken welke acties er nodig zijn. Dit is een taak die kan worden ondergebracht bij de duurzaamheids-coördinator Stimular barometer Dit project was bedoeld als stimuleringsmaatregel voor bedrijven om hun milieuregistraties op een eenvoudige wijze inzichtelijk te maken. Landelijk gezien wordt steeds meer door gemeenten overgegaan, om in het kader van het Activiteitenbesluit of vergunningverlening, de eis te stellen dat een milieuregistratie wordt bijgehouden. Dit past ook in de eigen verantwoording die bedrijven hebben ten opzichte van het milieu. Voorgesteld wordt de landelijke ontwikkelingen op dit punt te volgen en het bijhouden van milieuregistraties bij vergunningvelening en in het kader van het Activitetenbesluit op te leggen, over te nemen. 25

26 2.6 Grond- weg en watervoorzieningen Afkoppelen verhard oppervlak Project is uitgevoerd en daarmee onderdeel geworden van de standaard werkwijze Secundaire of gerecyclede materialen in GWW-bestekken Project is uitgevoerd en daarmee onderdeel geworden van de standaard werkwijze Zuinige openbare verlichting Het beleidsplan Openbare Verlichting is door de raad vastgesteld d.d. 3 maart 2009 en is daarmee onderdeel geworden van de standaard werkwijze Duurzaam veilig Het Verkeerstructuurplan vastgesteld, het Verkeersveilgheidsplan is afgerond en geïmplementeerd. Hiermee is dit onderdeel geworden van de standaard werkwijze. Aanvullend hierop kan worden vermeld dat e.e.a. op dit moment wordt geacualiseerd in het gemeentelijk verkeer- en vervoersplan Bewonersparticipatie Dit project waarbij participatie met betrekking tot het groen in de omgeving plaatsvindt is een continue aandachtspunt. Bij renovatiewerkzaamheden worden bewoners betrokken bij planvorming. Hiermee is dit onderdeel geworden van de standaard werkwijze Overeenkomst duurzaam groen onderhoud met bewoners De mogelijkheid voor bewoners om met een groep een plantsoen in onderhoud te nemen wordt blijvend gegeven. Hierbij worden afspraken gemaakt over de wijze van beheer. Hiermee is dit daarmee onderdeel geworden van de standaard werkwijze. Opgemerkt moet worden dat dit over het algemeen pas opgepakt wordt door bewoners indien zij er meerwaarde in zien. Dit komt relatief weinig voor Ontwerpbeheer Bij het opstellen van stedenbouwkundige ontwerpen vindt structureel overleg plaats tussen ontwerper en de afdeling Beheer. Het project wordt hiermee uitgevoerd en is blijvend onderdeel van de standaard werkwijze geworden. 26

27 3. Financiële verantwoording PROJECT CAPACITEIT [uren] KOSTEN [ ] 2.2 Organisatie versterkende randvoorwaarden Instellen duurzaamheidscoördinator (looptijd 4 jaren) Communicatieplan (inzet valt grotendeels onder duurzaamheidscoordinator; kosten betreffen druken materiaalkosten) Maatschappelijk verantwoord ondernemen 2.3 Eigen gebouwen en voorzieningen Vaststelling te hanteren terugverdientijden bij investeringen energie (nieuwbouw) Energiebesparing Bestaande gebouwen Per jaar: 160 uur Zie Gemiddeld per jaar 117,5 uur Zie 3.1.a Interne inzet: uur uur uur uur Per jaar: Loonkosten: (uurloon 71) Per 4 jaren Loonkosten: Per jaar: materiaalkosten: Per 4 jaren: materiaalkosten: Per jaar: Loonkosten: (uurloon 71) Externe kosten: Per 4 jaren: Loonkosten: Externe kosten: PM kosten voorinvestering (verdient zich zelf terug, zie projectblad) Interne inzet: Loonkosten: (uurloon 71) Loonkosten: Loonkosten: Loonkosten: Per 4 jaren Loonkosten: Extern: Infrastructurele voorzieningen Zie 3.1.a PM kosten voorinvestering (verdient zich zelf terug, zie projectblad) 2.4 Woningen Toetsing EPC / EPN en handhaving op de bouwplaats uur uur loonkosten 5.952,= (uurloon 62) Externe kosten: Nieuwbouw 70 uur + externe inzet Verbetering bestaande woningvoorraad 2010 Intern 100 uur Intern overige jaren 30 uur verbetering bewoners gedrag Per jaar: Intern: 30 uur Extern: 30 uur gesprekken/ adviezen Afhankelijk van aantal betrokkenen, omvang en diepgang: Intern: (uurloon 71) Externe kosten: Loonkosten: (uurloon 71) Per 4 jaren: Loonkosten: Externe kosten: subsidie Per jaar: Loonkosten: (uurloon 71) Externe kosten: Per 4 jaren: Loonkosten: Externe kosten:

28 Financieel overzicht voor de vier uitvoeringsjaren van het plan nr: project totaal coördinator communicatie maatschappelijk ondernemen eigen nieuwbouw PM PM PM PM - voorinv. voorinv. voorinv. voorinv energie bestaande eigen gebouwen infrastructurele PM PM PM PM voorzieningen voorinv. voorinv. voorinv. voorinv toetsing / handhaving epc/epn bouwplaats nieuwbouw wijk verbeteren bestaande woningen verbeteren bewonersgedrag De geraamde deelbudgetten gericht op nieuwbouwwoningen (2.4.2), verbeteren bestaande woningen ( 2.4.3) en verbeteren bewonersgedrag (2.4.4) zullen afhankelijk van de respons op de geboden mogelijkheden, uitwisselbaar met elkaar in worden gezet. Dit op basis van de jaarlijks te evalueren deelname aan de projecten. 28