Samenvatting Filosofie Mens - Machine

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvatting Filosofie Mens - Machine"

Transcriptie

1 Samenvatting Filosofie Mens - Machine Samenvatting door een scholier 6798 woorden 15 jaar geleden 7,4 61 keer beoordeeld Vak Filosofie Eindtermen bij het HAVO-examenonderwerp 'Mens-Machine' Algemene eindtermen 0.1. De kandidaat kan de volgende begrippen uitleggen en onderscheiden: - intentionaliteit: bewust zijn van iets - ontologie: leer van het zijn, algemene eigenschappen der dingen. Theorie van de dingen - epistemologie: leer betreffende het weten, de methoden en de grenzen van de menselijke kennis - kennisleer - semantiek: leer van de betekenis van woorden, interpretatie de woorden. Verband tussen woord en begrip - betekenisleer - dualisme: opvatting dat de mens bestaat uit twee dingen - lichaam en geest. - monisme: opvatting dat de mens uit één ding bestaat. - materialisme: opvatting dat de mens uit een ding bestaat namelijk - materie (lichaam). Materie is de enige begin- en eindoorzaak van al wat bestaat. - behaviorisme: richting in de psychologie die zich uitsluitend bezighoud met waarneembaar gedrag. - functionalisme: de opvatting dat alles bepaald word dor zijn functie. Richting die elke samenleving beschouwd als een geheel waarvan alle onderdelen elkaar beïnvloeden 1.Twee tegengestelde gedachten 1.1 De kandidaat kan uitleggen waarom het vraagstuk mens-machine-probleem een onderdeel is van het lichaam-geest-probleem uit de filosofische antropologie. Grote verschil tussen mens en machine is dat de mens een geest heeft en de machine niet. In het Lichaam-geest-probleem wor net als in het mens-machine-probleem de verhouding tussen geest en materie weergegeven. - Wat is de verhouding tussen geest en materie? - is de geest een totaal andere substantie (dualist) - of is de geest een voortbrengsel van een bepaalde combinatie van de materie? (materialist) Wittgenstein Pagina 1 van 18

2 Tekst(en); Philosophische Untersuchungen, 283, 284 tot en met de zin: 'is een andere dan die ten opzichte van wat dood is'; 286 en De kandidaat kan aangeven wat er volgens Wittgenstein nodig is om van 'iets' vast te kunnen stellen dat het gevoel heeft. betekenis is gebruik de betekenis van een woord kan verschillen per omstandigheid. Betekenis van taal word vooral bepaald door hoe wij mensen taal gebruiken. De betekenissen van de woorden pijn en verdriet zijn onlosmakelijk met mensen verbonden. - Alleen van iets wat zich gedraagt als een mens, kun je zeggen dat het pijn heeft (het moet leven) 1.3 De kandidaat kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen wat het verschil is tussen de pijn van anderen en pijn van jezelf en wanneer we volgens Wittgenstein van machines niet zouden kunnen zeggen dat ze pijn hebben. Er is iets dat ik, zonder met woordgebruik van anderen in conflict te komen, pijn kan noemen. Bijvoorbeeld in de opvoeding (aandacht krijgen). Het is belangrijk dat hij dat kan zeggen (het is een signaal). Later pas je het woord pijn ook toe op anderen, omdat je merkt dat ze zich net zo gedragen als jij. - Medelijden heb je met een volledig persoon, niet met een onderdeel. Dit geeft aan dat pijn niet in het lichaam maar in de ziel moet zitten. Hoewel een machine zich kan gedragen als een mens, kennen we de machine geen ziel toe, vandaar dat we haar niet zomaar pijn toe zullen kennen. Wat maakt mensen tot mensen? 1.4 De kandidaat kan uitleggen welke twee opvattingen van de mens in het mens-machine debat tegenover elkaar staan. Dualist Monisme (Materialisme) (= opvatting dat de mens bestaat uit lichaam en geest)geest is zo bijzonder dat zelfs de hersenen dan niet kan voortbrengen laat staan de machine. (= mens bestaat maar uit één ding - materie)geest is een voortbrengsel van de hersenen. Het is mogelijk dat machines ooit kunnen denken. Het enige bezwaar is dat de hersenen zo complex zijn dat het onwaarschijnlijk is dat we ooit een machine zouden kunnen bouwen die even goed kan denken als de mens. 2. Begrippen als denkgereedschap 2.1 De kandidaat kan uitleggen wat het verschil is tussen mens en het begrip 'mens' en waarom dit verschil door filosofen wordt gemaakt. Het verschil zit in de betekenisinhoud en de betekenisomvang. De mens is het ding in de werkelijkheid (betekenisomvang) het is materieel (extensie). Het begrip mens is immatrieel (intensie) 2.2 De kandidaat kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen wat het verschil is tussen de betekenisinhoud (intensie) en de betekenisomvang (extensie) van een woord. Pagina 2 van 18

3 Woord driehoek - woord (matrieel) gesproken of geschreven Betekenisinhoud ding met drie hoeken - immatrieel - begrip. Intensie Betekenisomvang - het ding, het object - matrieel - ontologie (= theorie over de dingen) Extensie 1. Semantiek = verband tussen woord en begrip. 2. epistemologie = verband tussen begrip en ding. wat is kennis eigenlijk 2.3 De kandidaat kan uitleggen wat het verschil is tussen semantiek, epistemologie en ontologie en waarom dit onderscheid van belang is. Semantiek: theorie over de betekenis van woorden. Verband tussen woord en begrip. Epistemologie: vraagt zich af wat kennis eigenlijk is. Kennisleer. Verband tussen begrip en ding. Ontologie: theorie over de dingen. Het is van belang deze drie te onderscheiden omdat we dan te kennen kunnen geven of we het over het begrip hebben (semantiek) of over het ding zelf (ontologie). Het laatste is van belang om het verband weer te geven tussen het begrip en het uiteindelijke ding. Het verband tussen begrip en ding. 3. De eerste gedachte: de mens is een uniek verschijnsel 3.1 De kandidaat kan de positie van de ontologisch dualist, epistemologische dualist en de conceptueel dualist herkennen. Ontologisch Dualist Lichaam en geest zijn twee totaal verschillende dingen. De geest heeft eigenschappen die het lichaam niet heeft. Epistemologisch Dualist We kennen de geest op een heel andere manier dan dat we het lichaam kennen (dan stoffelijke dingen)- We kennen de geest door introspectie (innerlijke zelfwaarneming). De geest is privé bezit en alleen privé toegangkelijk. Conceptueel Dualist De woorden lichaam en geest horen niet bij elkaar. Psychologie en neurologie hebben niets met elkaar te maken. 3.2 De kandidaat kan de positie van de ontologisch dualist uitleggen en argumenten noemen waarom lichaam en geest niet hetzelfde kunnen zijn Mens- Machine probleem. Positie ontologisch dualist: Er is een absoluut verschil. Mens heeft een geest een machine niet. Mensen kunnen niet worden opgevat worden als machines en andersom. Machines kunnen nooit menselijke eigenschappen hebben. - Waarom kunnen lichaam en geest niet hetzelfde zijn? 1. Lichaam zit in de ruimte (stoffelijk rijk) en de ziel niet. Pagina 3 van 18

4 2. De geest is vrij (vrije wil). Dat kan alleen maar als hij op een niet lichamelijke manier bestaat. Lichaam gehoorzaamd aan de wetten van de natuur. 3. De geest is van zichzelf bewust, materiële dingen niet. 4. Intentionaliteit = het hebben van bedoelingen, gericht zijn op. Het denken is altijd ergens op gericht 3.3 De kandidaat kan de positie van de epistemologische dualist uitleggen en aangeven wat het verschil is met de ontologische dualist en de conceptuele dualist. Positie epistemologisch dualist: Geest kan alleen van binnenuit gekend worden (introspectie). Die manier van kennen is zo speciaal, een machine zal die nooit bezitten. Machine zal nooit een ik gevoel hebben. Verschil ontologisch dualist: de ontologisch dualist gaat in op de eigenschappen van de geest. Met die eigenschappen verklaard hij waarom de machine geen geest kan bezitten. Verschil conceptueel dualist: gaat in op hoe we de woorden gebruiken. Hij laat de mogelijkheid open dat machines kunnen denken, maar wanneer die een geest heeft moeten wij net zo over de machine praten zoals we dat over mensen doen. Als de machine een geest heeft is het geen machine meer. 3.4 De kandidaat kan de positie van de conceptueel dualist uitleggen en aangeven wat het verschil is met de ontologische en epistemologische dualist. Positie conceptueel dualist: Hij laat de mogelijkheid open dat machines kunnen denken, maar wanneer die een geest heeft moeten wij net zo over de machine praten zoals we dat over mensen doen. Als de machine een geest heeft is het geen machine meer. Verschil ontologisch dualist: de ontologisch dualist gaat in op de eigenschappen van de geest. Met die eigenschappen verklaard hij waarom de machine geen geest kan bezitten. Verschil epistemologisch dualist: Gaat in op de manier dat we de geest kennen. Deze manier van kennen zou zo speciaal zijn dat de machine die nooit zou bezitten. Machine heeft geen ik gevoel Descartes Tekst(en): Passions of the soul: 26,27,30,34,35,36,37,38; Over de methode: 55,56,57,58, De kandidaat kan uitleggen waarom Descartes een dualist is en tot welk type dualisme hij behoort. Descartes is een ontologisch dualist. - aan de ziel kun je niet twijfelen aan het lichaam wel. Het woord geest is eerder materialistisch (hij gebruikt het om de prikkels in je lichaam weer te geven). De geest zit in het lichaam de ziel niet (ziel zit in pijnappelklier) - lichaam en geest zijn twee totaal verschillende dingen. 3.6 De kandidaat kan uitleggen wat volgens Descartes de kenmerken zijn van het lichaam en van de geest en kan voorbeelden noemen die de opvatting van Descartes steunen. Kenmerken lichaam Kenmerken ziel - Uitgebreid- Kwantificeerbaar (meetbaar)- niet denkend - Niet meetbaar- Wel denkend (twijfelen, oordelen, voelen, willen enz.) De ziel staat in geen enkele relatie tot de uitgebreidheid noch de demensie of andere eigenschappen van Pagina 4 van 18

5 de materie waaruit het lichaam bestaat. Het staat enkel tot het geheel van de organen. De ziel komt enkel los van het lichaam als het geheel van organen uiteenvalt. 3.7 De kandidaat kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen waarin de aandoeningen van de ziel verschillen van gedachten. Indrukken die de hersenen bereiken via de zintuigen Indrukken die de hersenen bereiken via de geesten (animale geesten = impulsen die zich via het zenuwstelsel voortplanten) Deze indrukken zijn preciezer en levendiger dan de indrukken die via de animale geesten teweeg worden gebracht. Descartes beschrijft ze als de schaduw of de afbeelding van de eerste indrukken. We kunnen misleid worden door beide indrukken. Door onze passies kunnen we echter niet misleid worden. Ze zijn zo innerlijk aan onze ziel dat ze onmogelijk gevoeld kunnen zonder dat ze werkelijk zijn zoals ze gevoeld worden. Passies van de ziel: waarnemingen, gevoelens of emoties van de ziel. Vorming van Passies: kan gebeuren zonder tussenkomst van de ziel. Het beeld word gekoppeld aan bepaalde passie (toestand van de ziel). De ziel combineert een gedachte met een zintuigelijke indruk. De passies zitten onderin de ziel. 3.8 De kandidaat kan uitleggen hoe volgens Descartes prikkels (de sensatie van iets) inwerken op het lichaam én de geest. Voorbeeld: zien Het licht kaatst via een voorwerp op onze ogen, die dan vervolgens prikkels doorgeven aan de hersenen (geesten). In de hersenen komen deze prikkels samen in de pijnappelklier, de ziel vormt dan een beeld. Je lichaam kan reageren, zonder tussenkomst van de ziel. 3.9 De kandidaat kan uitleggen waarom volgens Descartes een machine nooit kan handelen als een mens. 1. machine zou nooit woorden kunnen gebruiken (of andere willekeurige tekens)om hun gedachtes duidelijk te maken aan anderen. Hij kent geen betekenis toe aan de dingen die hij zegt, mens doet dat wel. 2. machines zullen op sommige gebieden tekortschieten. Machines handelen niet uit inzicht maar uit techniek. Het is dus praktisch onmogelijk dat een machine in alle mogelijke situaties net zo reageert als een mens. De mens heeft de rede als universeel redmiddel. 4. De tweede gedachte: De mens is een chemisch proces als een ander Ontologisch materialisme De geest is een lichamelijk neurofysisch verschijnsel Epistimologisch materialisme We kennen de geest op precies dezelfde manier als dat we het lichaam, in het bijzonder de hersenen, kennen. Conceptueel materialisme De woorden lichaam en geest horen bij elkaar. De psychologie is een onderdeel van de neurologie. 4.1 De kandidaat kan de positie van de monist (materialist) herkennen en uitleggen opvatting dat alle gedachtes niets anders dan hersenprocessen zijn. Mensen bestaan enkel uit één dingstoffelijk, materieel lichaam. Pagina 5 van 18

6 identitieitstheorie: (bepaalde gedachte is identiek aan bepaald hersenproces)-geest is niets anders dan hersenproces. 1. er bestaat een innerlijk rijk van de geest 2. dit geestelijke rijk bestaat niet op zichzelf, niet ontologisch zelfstandig en niet fundamenteel. 3. er bestaat een stoffelijk rijk waarin lichaam en geest zich bevinden. 4. stoffelijk rijk bestaat op zichzelf, het is ontologisch zelfstandig en fundamenteel. 5. het geestelijk rijk is ontologisch afhankelijk van het stoffelijk rijk. 4.2 De kandidaat kan de positie van de monist met betrekking tot het lichaam-geest probleem uitleggen. Mens machine probleem Ontologisch materialist Epistemologisch materialist Conceptueel -strenge typetype identiteitstheorie Er is wel degelijk een verschil, dat moet bestaan in de materie waaruit de mens is opgebouwd. Machine kan alleen gedachte hebben wanneer zij precies dezelfde hersenprocessen heeft als de mens - alleen een biologische machine kan gedachte en een geest hebben.- Minder strenge identiteitstheorie als er een gedachte is, is die gedachte identiek aan een stoffelijk proces. Of die zich nou afspeeld in de hersenen of in de computer We kennen de geest, wanneer we de hersenen volledig kennen. Wanneer we de hersenen volledig kennen zijn we in staat deze na te bouwen - machines die kunnen denken. Hij acht de kans wel klein omdat de hersenen zo complex zijn. De woorden lichaam en geest horen bij elkaar. De psychologie is een onderdeel van de neurologie. Ziet geen werkelijk verschil tussen mens en machine. De begrippen mens en machine en denken maken deel uit van de taal der wetenschappen. Deze taal is zowel op de mens als de machine toepasbaar. Geest is identiek aan de hersenen 4.3 De kandidaat kan enkele argumenten ter ondersteuning van deze positie geven. 1. causaliteit (= oorzakelijkheid): er is geen geest want die is niet oorzakelijk verbonden aan de materie (de geest kan op zichzelf werken -een idee krijgen). Alles wat gebeurd heeft een oorzakelijke verbinding met het lichaam. (de ene gebeurtenis is veroorzaakt door een ander, en die veroorzaakt zelf ook weer een nieuwe gebeurtenis) 2. lichamelijk welzijn beînvloed de geest:lichamelijk welzijn beïnvloed ons denken - geest moet dus identiek zijn aan hersenen. 3. evolutionair argument: dieren met grotere hersenschors zijn in staat tot intelligentere prestaties dan dieren met een kleinere hersenschors. Mens is geëvalueerd uit het dier, en de geest kan niet zijn voortgekomen uit het lichaam. 4.4 De kandidaat kan argumenten tegen het materialisme geven. Als twee dingen identiek zijn moeten ze dezelfde eigenschappen hebben. Welnu, onze gedachtes zijn altijd ergens op gericht (intensionaliteit) terwijl onze hersenen dat niet zijn. Gedachtes zijn ergens op gericht, hersenprocessen niet. Hersenprocessen voltrekken zich in zenuwcellen, neuronen- biologische verschijnselen. Door de natuurwetenschappen kunnen deze causaal verklaard worden. verschillende hersenprocessen kunnen dezelfde gedachtes voortbrengen. Hiervoor een tegenargument van de matrealisten is weer: je bent nog steeds matrealist als je zegt dat iedere gedachte identiek staat aan een hersenproces. Welke dat precies is hangt af van de mens die, die Pagina 6 van 18

7 gedachte heeft. Büchner Tekst(en): Het denken, p De kandidaat kan de positie van Büchner in het lichaam-geest debat weergeven en aangeven waaruit blijkt dat Büchner een materialist is. Büchner in een ontologisch materialist, dat blijkt uit- denken is een vorm van beweging die bijzonder eigen is aan de zelfstandigheid der centrale zenuwcellen (hersenen) 4.6 De kandidaat kan uitleggen wat volgens Büchner 'denken' is. Denken is de beweging van de stroompjes in de hersenen. Denken gaat altijd gepaard met een verandering in de hersenen. - Alles in de natuur beweegt volgens de wetten van oorzakelijkheid (causaliteit). De stroompjes in je hersenen worden veroorzaakt door chemische processen en die worden opgewekt door voeding. 4.7 De kandidaat kan een standpunt verwoorden met betrekking tot de positie van Büchner. 5. Behaviorisme Ontologisch Behaviorisme Houd in dat er echt geen geest bestaat. Epistemologisch Bahaviorisme We kennen de geest enkel door te kijken naar het gedrag van een mens. Conceptueel behaviorisme Het woord geest word gebruikt om iemands gedrag te beschrijven. Het woord geest is enkel toepasbaar op mensen. 5.1 De kandidaat kan uitleggen wat behaviorisme is en welke consequenties het behaviorisme heeft voor het probleem mens-machine. Behaviorisme = richting in de psychologie, waar men enkel uitgaat van de waarneming. Een ziel of een ik is niet waarneembaar en word dus genegeerd. Consequentie mens-machine probleem: Er kan pas gezegd worden van een machine dat zij kan denken als zij zich net zo gedraagt als een mens. (indien zij zich intelligent gedraagt) - echter onze begrippen voor de geest, zitten volgens behavioristen zo in elkaar dat ze enkel van toepassing zijn op mensen. Het criterium voor het correcte gebruik van de begrippen is antropocentrisch (antropos - mens). Ryle Tekst(en): Descartes' myth, 1 & De kandidaat kan aangeven waarin de door Ryle zo genoemde 'officiële theorie' bestaat en welke rol de begrippen 'lichaam' en 'geest', 'publiek' en 'privé', 'innerlijk' en 'uiterlijk' daarin spelen. Pagina 7 van 18

8 Officiële leer van Descartes: (de leer houdt in dat het lichaam in zekere zin hetzelfde bestaat als de geest Het lichaam - ruimtelijk, meetbaar en uitwendig - je deelt het met anderen - publiek (uiterlijk, het is voor anderen waarneembaar) De ziel - niet ruimtelijk, niet meetbaar en inwendig - privé (innerlijk) - de ziel zit als een soort lichaam in je lichaam ( spook in de machine )je kunt niet uitleggen hoe jouw geest je lichaam bestuurd. 5.3 De kandidaat kan aan de hand van voorbeelden bezwaren tegen deze 'officiële theorie' formuleren. Volgens Ryle word er een categorie (verzameling, groep, logisch (taal) type) misvatting gemaakt. Je kunt lichaam en ziel niet aan elkaar koppelen. Het zijn twee verschillende woorden en je kunt ze niet met elkaar vergelijken. Ze horen bij verschillende categorieën- misvatting 5.4 De kandidaat kan uitleggen wat Ryle verstaat onder een 'categoriefout', kan daar voorbeelden van geven en aan de hand van die voorbeelden uitleggen wat Ryle bedoelt met 'logisch type'. Voorbeeld categoriemisvatting: een vreemdeling die voor het eerst een universiteit bezoekt krijgt een rondleiding. Als hij de labratoria, de bibliotheek, de administratie en de slaapvertrekken heeft gezien vraagt hij maar waar is de universiteit? men moet hem dan uitleggen dat de universiteit niet weer een soort instelling is zoals de bibliotheek, maar dat de universiteit alleen maar de wijze is waarop alles is georganiseerd. Logisch-type: De bibliotheek, de laboratoria, de administratie en de slaapvertrekken behoren tot een ander logisch type dan de universiteit de universiteit kun je niet zien. Je hebt de universiteit pas gezien als je de verhoudingen tussen de verschillende gebouwen begrijpt. 5.5 De kandidaat kan uitleggen in welke opzichten Ryle een behaviorist is. Hij probeert aan te tonen dat de officiële leer volkomen onjuist is. Dit doet hij door de gemaakte categoriemisvatting duidelijk te maken. De voorstelling van de mens als een geest in een machine berust op de officiële leer. Omdat iemands denken, voelen, doelbewust handelen niet uitsluitend kan worden beschreven in de taal van de fysica, chemie en fysiologie. Daarom moet het worden beschreven in een taal die daar tegenhanger van is. Zoals het menselijk lichaam een ingewikkelde, georganiseerde eenheid is moet ook de menselijke geest een ingewikkelde, georganiseerde eenheid zijn. Net zoals als het lichaam een veld van oorzaken en gevolgen is, is de geest ook een veld van oorzaken en gevolgen. 6. De Turing test 6.1 De kandidaat kan uitleggen waaruit de behavioristische benadering van Turing bestaat. Turing is een behaviorist, het gaat hem om gedrag. Alleen daaraan kun je zien of iets kan denken. - onder gedrag verstaat hij: de reactie op intelligente vragen Turing Tekst(en): Pagina 8 van 18

9 Computing Machinery and Intelligence p. 53 t/m p. 58 punt 2; p. 59 t/m 64 punt 4 t/m 6; p. 65/66 punt De kandidaat kan beschrijven waarom Turing de vraag 'Kunnen machines denken?' zoals deze normaal wordt gesteld, onbevredigend vindt. Turing vind de begrippen denken en machine te vaag. De definities kunnen op zo veel mogelijke manieren worden geformuleerd, dat wanneer je achter de betekenis van de woorden probeert te komen je moet concluderen dat de betekenis en het antwoord op de vraag: kunnen machines denken moeten worden gezocht in statistisch onderzoek zoals een opiniepeiling. 6.3 De kandidaat kan een beschrijving geven van de 'Turing-test'. Het is een fictieve computer die vragen kan beantwoorden. De persoon (c) moet d.m.v vragen te stellen erachter zien te komen welke de computer is en welke de mens. 6.4 De kandidaat kan uitleggen waarom Turing denkt dat de test een antwoord kan geven op de vraag 'Kunnen machines denken?' en kan een serieuze tegenwerping tegen de test als criterium noemen. Door te kijken hoe vaak de ondervrager zich vergist. Als de ondervrager de computer aanwijst ald de mens, ziet hij deze als een gelijke - de machine kan denken. kritiek op Turing-test:- door het communiceren via een beeldscherm zie je niet het volledige gedrag. Bij gedrag hoort ook gelaatsuitdrukking, intonatie, houding enz. een computer zou nooit doorhebben of jij sarcastisch bent. Chatten is een beperkte manier van communiceren. 6.5 De kandidaat kan aan de hand van voorbeelden uitleggen waarom het moeilijk is aan te geven wat in de test precies onder 'machine' wordt verstaan. We willen iedere constructie toelaten voor de machine, maar stel dat het mogelijk is een compleet individu op te bouwen uit één menselijke cel. Dit zou een triomf voor de biologische technologie betekenen, we zouden dit niet gauw beschouwen als het contrueren van een denkende machine - de eis dat iedere techniek is toegestaan moeten we dan ook laten vallen. - alleen digitale computers mogen meedoen aan het spel. Zij hebben als eigenschap dat zij iedere discrete machine kunnen simuleren. 6.6 De kandidaat kan weergeven waaruit het bezwaar vanuit het bewustzijn bestaat en waarom het alternatief volgens Turing solipsisme is. Het argument op grond van bewustzijn: pas wanneer een machine iets kan schrijven naar aanleiding van gedachten en gevoelde emotie, en niet naar aanleiding van een toevallige combinatie van symbolenkunnen we zeggen dat een machine gelijk staat aan hersenen. D.w.z machine schrijft niet alleen wat maar weet ook dat zij het geschreven heeft Pagina 9 van 18

10 Leidt tot Gevoel kan je niet inprogrameren. Gedrag kun je wel inprogrameren Komt van het ik gevoel - ziel Gedrag is het gevolg van gevoel Machine heeft geen bewustzijn - een ik besef. solipsisme = opvatting dat alleen je eigen ik bestaat. Je kunt er alleen zeker van zijn dat jijzelf een ik hebt- kan denken. Dat geldt ook voor een machine. Je kunt enkel te weten komen of een machine kan denken door die machine te zijn) In feite is dit een solipsistisch standpunt, omdat:als je concequent bent weet je van een ander mens ook niet of zijn gedrag het gevolg is van een bepaald gevoel. Je weet dit alleen van jezelf. ik denk, dus ik ben. Je weet alleen van jezelf dat je een ziel hebt. - Welnu, wij geloven ook dat anderen een geest hebben, waarom zouden we dat bij machines niet doen. Als je het argument op grond van bewustzijn gelooft moet je ook het solipsistisch standpunt innemen. Turing is dan ook van mening dat aanhangers van dit argument het gemakkelijker laten vallen dan dat ze gedwongen worden tot het solipsistisch standpunt. 6.7 De kandidaat kan uitleggen waarom bezwaren vanuit specifieke onvermogens tegen de mogelijkheid dat machines kunnen denken, volgens Turing niet geldig zijn. Er is altijd wel iets wat een machine niet kan. Als hij het een heeft, heeft hij het ander weer niet. - weerlegging Turing: deze argumenten zijn gebaseerd op inductie. Machines die wij kennen zijn specifiek voor één ding gebouwd, zij veralgemeniseren en dat mag niet. Het is misschien later mogelijk dat er wel machines zijn die multifunctioneel zijn, ook mensen kunnen niet alles. Er zijn twee soorten fouten die een machine kan maken: 1. functiefouten: door een mechanische of electrische storing. Houd in dat de machine zich anders gaat gedragen dan ze volgens ontwerp zou moeten doen. Deze fouten worden in filosofische discussies genegeerd. Het gaat hierom abstracte machines het zijn mathematische ficties, géén concrete objecten. Ze vertonen géén functiefouten. 2. conclusiefout: alle mechanismen zijn in orde maar je maakt een denkfout- verkeerd geredeneerd ook computers kunnen deze fouten maken. Bijv. de machine zou over een methode kunnen beschikken voor het trekken van een conclusie via wetenschappelijke inductie.- het valt te verwachten dat een dergelijke methode af en toe tot de verkeerde uitkomsten leidt. 6.8 De kandidaat kan weergeven waaruit het bezwaar van Lady Lovelace bestaat en waarom Turing dit bezwaar niet geldig acht. een machine kan nooit iets nieuws doen weerlegging Turing: er is sowieso niets nieuws onder de zon. Wie weet zeker dat het oorspronkelijke werk dat hij heeft gedaan niet voortkwam uit iets wat hem ooit is onderwezen of volgde uit de algemeen bekende principes- de mens is ook niet origineel. Pagina 10 van 18

11 6.9 De kandidaat kan een beargumenteerd oordeel geven over de overtuigingskracht van de Turing-test en voorbeelden geven van de vragen die hij aan de machine zou voorleggen. Betere variant- machine kan ons niet verrassen Turing - machine kan ons wel verrassen. Copeland Tekst(en): The Turing Test, 3.2, t/m De kandidaat kan weergeven wat het chimpanseebezwaar inhoudt en waarom het niet geldig is. het chimpansee argument: de turing-test is te streng. Bijv. we nemen aan dat chimpansee kan denken maar als hij de turing test zou doen, zou hij niet kunnen bewijzen dat hij kan denken. (je vervangt hier dan dus de computer met een chimpansee). De chimpansee kan niet zo doen als een mens, chimpansees kunnen niet spreken. Hij zou de turing-test niet doorstaan-dus hij kan niet denken (klopt niet weerlegging: De turing-test is van een andere soort, er volgt niets definitiefs uit als hij niet word doorstaan De kandidaat kan argumenten geven waarom het bezit van zintuigen geen absolute voorwaarde is voor het passeren van de Turing-test en hiervan voorbeelden geven. Het argument op grond van de zintuigen:het argument verondersteld dat de enige manier om het begrip van de woorden die de spreker gebruikt te toetsen, is door zijn zintuiglijke interactie met zijn omgeving na te gaan. Computer heeft geen fundamentele zintuiglijke kennis opgedaan. weerlegging: de meeste woorden verwijzen naar iets wat niet waarneembaar is ( filosofie, sonnet enz.). Copeland zegt dat je de betekenis van een woord weet als je het kan beschrijven. Het is niet nodig dat hij iets aanwijst en zegt dit is De kandidaat kan aangeven waarom het simulatie-argument niet doorslaggevend is. imitatie-x lijkt misschien op x, maar het is niet de ware. Turing-test toont alleen aan dat de computer een goede imitatie heeft gegeven van een denkend ding (bij succes) weerlegging: er zijn twee soorten imitatie: Type 1: kunstgebit is geen echt gebit. Het mist wezenlijke kenmerken van hetgeen wat het imiteert. Type 2: Het is precies zo als hetgeen wat het imiteert. Het is alleen niet via de gebruikelijke weg voortgebracht, maar met behulp van ongewone middelen. (bijv. steenkool. Steenkool die lang kunstmatige weg is geproduceerd mag dan wel imitatiesteenkool heten, maar is niet te onderscheiden van natuurlijke steenkool. Het woord imitatie betekend hier kunstmatig: het is niet uit de grond gekomen) - het imitatie argument zegt dat het zonder meer het geval is dat een computer tot type 1 behoord, en niet tot type 2 kan behoren De kandidaat kan het antropocentrisch criterium beschrijven. Vanuit de mens beken, menselijke maatstaf. Je gaat er van uit dat de mens kan denken. En dan ga je kijken naar de overeenkomsten tussen de mens en hetgeen waarvan je, je afvraagt of het kan denken. Pagina 11 van 18

12 6.14 De kandidaat kan uitleggen waarom ook de Turing-test antropocentrisch is. Turing-test gaat er vanuit dat de mens kan denken. In de turing-test vergelijkt je de antwoorden van een mens met die van een computer- antropocentrisch criterium. 7. Turing machines als model van de geest functionalisme = opvatting dat alles wordt bepaald door zijn functie, je beschrijft alles vanuit zijn functie. Putnam is grondlegger van deze stroming Ontologisch functionalisme De geest is een verwerking van prikkels door de hersenen. Epistemologisch functionalisme We kennen de geest als we de programma s kennen die onze hersenen sturen. Conceptueel functionalist Het woord geest heeft betekenis als, verwijst naar werking van hersenen, alle programma s in je hoofd 7.1 De kandidaat kan uitleggen waaruit het machine-model van de menselijke geest bestaat en welke rol input en output daarin spelen. Overeenkomsten mens-computer: Computer Mens Hardware Hard-disk, alle materie die in de computer zit. Hersenen, materie waar de mens uit bestaat Software Virussen, bestanden, programma s. Gedachte, kennis (-programma s) Waaruit bestaat het model: Hersenen zijn de informatieverwerkende eenheid. Informatie vanuit de buitenwereld(input) word omgezet in gedrag (output). Onze hersenen zetten die informatie met behulp van bepaalde programma s om. -conlclusie: onze geest is de werking van onze hersenen, geest is software en de hersenen hardware. Geest is de verzameling machine toestanden. 8. Is de menselijke geest een computer Searle Tekst(en): Is the Brain's Mind a Computer Program? 8.1 De kandidaat kan beschrijven hoe de vraag 'Kunnen machines denken?' door Searle wordt opgevat en welke rol het onderscheid tussen 'hardware' en 'software' daarin speelt. Hij is het niet eens met Putnam. Menselijke geest is geen computer. Geest heeft zelfbewustzijn, machine niet. Hij neemt de vraag kunnen machines denken heel letterlijk. Hij is niet geïnteresseerd in de vraag of machines net doen alsof ze kunnen denken. -Bij hem gaat het erom of machines begrijpen waar ze het over hebben. Searle maakt het onderscheid tussen een sterke A.I en een zwakke A.I. -Sterke A.I (aanhanger artificiële intelligentie) Pagina 12 van 18

13 Denken is niet meer dan het manipuleren van formele symbolen, precies wat een computer doet dus. de geest staat tot de hersenen als het programma tot de hardware. ðhet doel van sterke A.I is een programma te maken wat menselijke cognitie (=het vermogen iets te leren) op dusdanige wijze imiteert dat het de Turing-test doorstaat. zo`n programma zou niet slechts een model van de geest zijn, het zou letterlijk een geest zijn in dezelfde zin als waarin de menselijke geest een geest is. sterke A.I is op 2 punten een uitzondering onder de theoriën van de geest: 1. precies geformuleerd. 2. laat een definitieve en eenvoudige weerleggin toe. - zwakke A.I Vat computermodellen op als nuttig voor het onderzoek van de geest op dezelfde manier als dat ze nuttig zijn voor onderzoek naar andere dingen. (vb. bestudering weer, economie enz.) Onderscheid hardware en software: Taal is de software en ik ben de hardware. Bij succes voldoet de computer wat betreft het begrijpen van taal. - maar de computer weet niets van taal, hij manipuleert symbolen maar kent geen betekenis toe. Dit is niet voldoende om cognitie, waarneming, begrip, denken enz. te garanderen. Het doorlopen van een computerprogramma is niet voldoende om cognitie te waarborgen. 8.2 De kandidaat kan het 'Chinese-kamer'-argument weergeven. Uitleg experiment: In een kamer zit jij met een codeboek. Langs een luik komen briefjes in het chinees het chinees (input). Met het codeboek zet je deze tekens om in andere Chinese tekens (output). De Chinees denkt dat hij je met je aan het communiceren is. chinese kamer experiment is een argument tegen de Turing-test: de persoon in de kamer weet niet waarmee hij bezig is. Als mensen met elkaar praten zijn ze wel bewust. Chinees is met jouw aan het communiceren, maar jij bent enkel tekens aan het omzetten. Jij bent dus niet aan het denken, computer zit ook zo in elkaar - Turing-test klopt niet. kritiek op het 'Chinese-kamer'-experiment: de persoon in de kamer zou volgens Searle de cmputer zijn. Terwijl eigenlijk de persson, de kamer en het codeboek de computer zijn. Die combinatie is misschien wel wat betekenis inhoud. 8.3 De kandidaat kan een oordeel geven over de vraag of het 'Chinese-kamer'-experiment uitvoerbaar is. Het experiment is bedoeld om iets uit te leggen, om zijn standpunt te verduidelijken. Chinese-kamer experiment is een gedachte experiment, het heeft dus geen overtuigingskracht maar is bedoelt om iets uit te leggen. 9. Qualia 9.1 De kandidaat kan uitleggen wat qualia zijn, daar voorbeelden van geven en aangeven waarom ze Pagina 13 van 18

14 relevant zijn voor het lichaam-geest probleem. Qualia zijn de verschillende manieren waarop wij de werkelijkheid ervaren. - voorbeeld: Relevantie voor probleem lichaam-geest: Qualia zitten op een heel andere manier in je hoofd dan dat je hersenen in je hoofd zitten. Je kunt het niet uit je hoofd halen. Qualia zijn geur, kleur, pijn etc. wij kunnen wel alles weten over de fysiologische toestanden van deze zintuigen, maar we hoeven dan nog niet de bijbehorende ervaring te weten. Waarom Qualia een probleem voor het functionalisme?: je kunt Qualia niet beschrijven. Qualia in een kwalitiet en om het te beschrijven moet je het omzetten in een kwantiteit. Qualia kan niet worden gemeten. Qualia zijn moeilijk te beschrijven als aparte geestelijke toestanden die een rol spelen in ons gedrag. Nagel Tekst(en): What is it like to be a Bat, p. 165 t/m 167 1ste al. Nagel maakt het onderscheid tussen objectieve kennis en subjectieve kennis. Subjectieve kennis kun je nooit herleiden tot objectieven kennis. Met subjectieve kennis bedoeld hij het zelfbewustzijn. Reductionisme = herleiden van bewustzijn tot fysische processen (hersenen), mentale processen. Gevoelens en emoties hersenactiviteit Nagel ziet dat reductionisten steeds meer kunnen herleiden tot hersenactiviteit. Omdat het bewustzijn steeds meer problemen oplevert negeren ze het in het lichaam geest probleem. Ze proberen dingen die ze niet begrijpen uit te leggen met termen die ze wel begrijpen. -Een organisme heeft een bewustzijn, als het iets is om dat organisme te zijn 9.2 De kandidaat kan aan de hand van het gedachte-experiment van Nagel over hoe het voelt om een vleermuis te zijn, uitleggen waarom volgens Nagel qualia moeten bestaan. Hoewel we alles over het sonarsysteem (objectieve kennis) van een vleermuis weten, is het onmogelijk om te weten hoe het is om een vleermuis te zijn. Dus moeten vleermuizen iets extra s hebben. Dit kan niet omdat vleermuizen andere ervaringen hebben, die ervaringen zijn niet waarneembaar - Qualia. Mensen delen wel dezelfde qaulia, maar ze zijn niet waarneembaar. 9.3 De kandidaat kan uitleggen wat het subjectieve karakter van de ervaring is en dat het afleiden van de ervaring van de vleermuis uit mijn eigen ervaring incompleet is. Het reductionisme houd geen rekening met het sterk subjectieve karakter van de ervaring. Nagel kijkt vanuit het eerste persoonsperspectief (vanuit het ik ). Door de subjectiviteit kun je nooit weten hoe het is om die vleermuis te zijn. Je hebt enkel objectieve kennis van de vleermuis. De vleermuis heeft andere Pagina 14 van 18

15 ervaringen. het is iets om die vleermuis te zijn, dus hij heeft een bewustzijn. Deze subjectieve kennis heb je niet dus is jouw ervaring incompleet. Dennet Tekst(en): Quining Qualia: p 'Since quanderies...; p. 533 'Intuition pump 9'. 9.4 De kandidaat kan aan de hand van het gedachte-experiment over de koffieproevers Chase en Sanborn uitleggen dat volgens Dennett qualia niet essentieel zijn om het begrip bewustzijn te omschrijven. Dennet prebeert aaan te tonen dat Qualia niet bestaan. Ze bestaan niet omdat ze overbodig zijn - je hebt ze niet nodig omdat ze overbodig zijn. Hij toont dit aan door bv. Het Chas en Sanborn gedachte experiment. Dennet zegt dat je geen gebruik kunt maken van introspectie, je kunt enkel iets bestuderen vanuit het 3e persoonsperspectief.(bestuderen van buitenaf) Gedachte experiment Chase en Sanborn Chase en Sanborn zijn allebei koffie proevers. Zij vinden de koffie die bij het bedrijf gemaakt word de lekkerste koffie in de wereld. Maar na 6 jaar gewerkt te hebben bekennen ze aan elkaar dat ze de koffie niet meer lekker vinden, maar ze hebben allebei een andere verklaring hiervoor. - verklaring Chase: De koffie smaakt nog precies hetzelfde, maar ik houd er niet meer van. Mijn smaak is veranderd, ik ben een verfijndere koffiedrinker geworden. Mijn maatstaf is veranderd. - verklaring Sanborn: mijn smaak is niet veranderd, maar mijn smaakvermogen. Er is iets mis met mijn smaakpapillen of met een ander gedeelte van mijn smaakanalyserend vermogen. De belangrijkste eigenschap van qualia is dat het alleen maar waarneembaar is voor het subject. Maar blijkbaar kan het subject zich vergissen in zijn qualia. In het geval van Chase en Sanborn vergist een van de twee zich in zijn qualia, dit maakt dat het niet zo is dat je, je nooit kunt vergissen in je qualia, je hebt er dus niet veel aan - Qualia s zijn overbodig. 9.5 De kandidaat kan beschrijven welke verklaringen er volgens Dennett zijn te geven voor het de veranderde waardering van de smaak van koffie door Chase. koffie smaak qualia is hetzelfde gebleven, alleen is zijn houding hier tegenover veranderd. (wat hijzelf beweerd) Hij vergist zich in zijn qualia, het is over de jaren heen onmerkbaar veranderd. (Sanborns positie) Zijn qualia is enigszins veranderd én zijn maatstaven van beoordeling. 9.6 De kandidaat kan beschrijven welke verklaringen er volgens Dennett zijn te geven voor de veranderde smaak van koffie door Sanborn. 9.7 De kandidaat kan aangeven welke van de verklaringen volgens Dennett het meest aannemelijk zijn en Pagina 15 van 18

16 waarom. Houding bepaald qualia. Dit betekent dat qualia niet langer intrinsiek (van binnenuit waarneembaar, subjectief) maar extrinsiek zijn (van buitenaf waarneembaar). Chase heeft dus gelijk zijn houding tegenover de koffie is veranderd, en daarmee dus ook zijn qualia. 9.8 De kandidaat kan uitleggen dat de smaak van bier pas na verloop van tijd wordt gewaardeerd en aangeven welke conclusie hieruit getrokken kan worden ten aanzien van het bestaan van qualia. Biersmaak die jij ervaart zit in je hoofd en is niet waarneembaar voor anderen. Toch kunnen we ons vergissen in onze qualia. De houding van een persoon bepaald de qualia. Dit betekent dat qualia niet langer intrinsiek (van binnenuit waarneembaar, subjectief) maar extrinsiek zijn (van buitenaf waarneembaar). Door jouw houding veranderd je smaakervaring. Als je vaker bier drinkt, ontstaat het idee dat bier lekker is. Als qualia altijd hetzelfde zou blijven zou je nooit bier drinken. Niemand komt ertoe de eerste slok bier te waarderen, maar naarmate je het vaker drinkt veranderd je houding. Qualia zijn dus niet subjectief en alleen van voor jezelf waarneembaar. Dennet ontneemt dus qualia van elk fundament over de opvatting ervan. 10. Bewustzijn: een probleem? 10.1 De kandidaat kan beschrijven welke drie vormen van bewustzijn kunnen worden onderscheiden en uitleggen waarom het fenomenaal bewustzijn het grootste probleem vormt. fenomenaal bewustzijn het grootste probleem omdat: (gedachte experiment Nagel, het is onmogelijk te weten hoe het is om een vleermuis te zijn). Het is op grond hiervan dan ook niet aannemelijk dat we ooit een machine kunnen maken die bewuste ervaringen heeft De kandidaat kan uitleggen wat Searle verstaat onder 'echt denken' en waarom dus machines volgens Searle niet kunnen denken. echt denken is volgens Searle begrijpen wat je aan het doen bent. Begrijpen wat je denkt. - alleen bewust denken in denken. Echt denken vind plaats vanuit subjectief denken - epistemologisch dualist. De geest is slechts toegangkelijk voor degene die, die geest heeft. De manier waarop de geest bestaat wordt bepaald door de manier waarop hij wordt gekend Bewustzijn is voor een computer onmogelijk, hij heeft geen bewustzijn omdat hij niet weet waar hij mee bezig is - computer kan niet denken. 11. Case-study: verliefdheid 11.1 De kandidaat kan uitleggen welke consequenties de posities van dualisme, materialisme, behaviorisme, hebben voor een verschijnsel als verliefdheid. Dualist Materialist 1. Ontologisch Verliefdheid is Een geestelijke toestand, die niets te maken heeft met het lichaam. Chemische reactie / hersenproces, bepaalde lichamelijke toestand. 2. Epistemologisch Je weet dat je verliefd bent als Alleen jij kan met absolute zekerheid weten dat je Pagina 16 van 18

17 verliefd bent. Als je een heel apart gevoel van binnen ervaart Als je alles weet over de processen in je lichaam als je verliefd bent. 3. Conceptueel Het woord verliefdheid krijgt betekenis als Het woord hoort thuis in een aparte psychologie die niet past in de geneeskunde Begrip hoort thius in de biologie en uiteindelijk in de natuurwetenschappen Behaviorist Functionalist Bepaalde vorm van gedrag die iemand vertoond. Een bepaalde verwerking van prikkels door de hersenen (input). Het moet wel leiden tot een bepaald gedrag (output) Als je een bepaald soort gedrag bij jezelf waarneemt Als je het programma kent dat werkt als je verliefd bent. Door te kijken naar publiek waarneembaar gedrag Als het verwijst naar een bepaalde verwerking naar een bepaalde verwerking van prikkels door de hersenen. Positie Consequenties Dualist Het is mogelijk dat iemand verliefd is. Zonder dat je daar aan de bitenkant (gedrag) iets van merkt. Materialist Je weet alleen dat je verliefd bent als je de bijbehorende lichaamsprocessen kent. Behaviorist Verliefdheid is een vorm van gedrag. Wanner hij/zij op een bepaalde stimulus met een bepaald gedrag reageert. Wanneer iemand niet op die bepaalde stimulus met een bepaald gedrag reageert is hij/zij niet verliefd Functionalist Wat verliefdheid is wordt bepaald door het verband met andere mentale toestanden. Input - het zien van de persoon op wie je verliefd bent.output - het gedrag wat je vertoond wanneer die persoon in de buurt is De kandidaat kan een beargumenteerd standpunt met betrekking tot deze kwestie innemen en dit standpunt met behulp van andere voorbeelden toelichten De kandidaat kan uitleggen welke geheel andere wending Heidegger geeft aan het probleem mensmachine. techniek geeft ons het gevoel dat we het leven kunnen beheersen, als we ons overgeven aan dit gevoel, geven we ons over aan de techniek - Heidegger De mens is niet langer een hulpmiddel van de mens, maar de mens staat in dienst van de machine. - Heidegger vraagt zich af : Zouden er bepaalde behoeftes van de mens zijn geweest, als de techniek niet in deze behoeftes had kunnen voorzien? Waren de behoeftes er eerder of hebben de machines deze behoeftes bij de mens opgewekt? Visie Heidegger: machines hebben behoeftes opgewekt, machine past zich niet aan aan de mens, maar de mens word hoe langer hoe meer een machine ion handen van de techniek. - hoe is het zover gekomen? Hij zoekt de oorzaak ver terug in de geschiedenis van de wijsbegeerte. Griekse filosoof Aristoteles vroeg zich af wat is de mens ß daar is het verkeerd gegaan. Door jezelf zo te plaatsen stel je, jezelf tegenover de dingen. Pagina 17 van 18

18 Een veel oorspronkelijker manier van denken is wanneer je samen met de dingen deel uitmaakt van een natuurlijke omgeving. Deze houding (de wetenschapper plaats zichzelf tegenover de werkelijkheid die hij moet onderzoeken. Hij ontwerpt een theorie waarin de werkelijkheid op een bepaalde manier word voorgesteld.) is volgens Heidegger de filosofie en de wetenschapper gaan beheersen, deze houding bracht apparaten en machines voort die voor ons de werkelijkheid onderzoeken, en ons gingen vertellen in wat voor werkelijkheid we leven. - Volgens Heidegger is hierdoor de mens aan het verdwijnen. In plaats van dat wij heer en meester zijn over de machines, zijn de machines dat over ons De kandidaat kan uitleggen welke visie Merleau-Ponty heeft op de verhouding geest-lichaam en welke consequenties dit heeft voor het probleem mens-machine. - geest zit in alles waarmee je waarneemt. mens is beegestigd lichaam en leeft in een direct waarneembare omgeving. Wetenschappelijke levenshouding vergeet dat het uitgangspunt van de mens datgene is wat hij/zij beleeft. Wetenschappelijke theorie is daarom altijd een reconstructie van de door ons beleefde werkelijkheid, de beleefde werkelijkheid is veel fundamenteler. je begint met de belevingen, waarnemingen van een werkelijkheid direct om je heen dit zou onmogelijk zijn zonder lichaam (gevoelig lichaam) consequentie mens-machine probleem: mens beleefd zijn lichamelijkheid, machine leeft niet in een omgeving die háár omgeving is. Mens leeft in zijn ervaring die zijn lichaam hem verschaft. Pagina 18 van 18

Eindexamen Filosofie havo I

Eindexamen Filosofie havo I Opgave 2 Denken en bewustzijn 8 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een omschrijving van het begrip bewustzijn 2 argumentatie aan de hand van deze omschrijving of aan Genghis bewustzijn kan

Nadere informatie

Eindtermen centraal examen filosofie havo en vwo 2004 en 2005

Eindtermen centraal examen filosofie havo en vwo 2004 en 2005 OCenW-Regelingen Eindtermen centraal examen Bestemd voor: hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo); voortgezet wetenschappelijk onderwijs (vwo); voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo). Algemeen

Nadere informatie

Eindexamen Filosofie havo I

Eindexamen Filosofie havo I 4 Beoordelingsmodel Opgave 1 Gevoel en machine 1 Een goed antwoord bevat: Twee aan het ontologisch dualisme ontleende argumenten als ondersteuning van de visie dat een dier volgens Descartes geen pijn

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: filosofie Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 20 06 Tijdvak 1 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Eindexamen filosofie havo I

Eindexamen filosofie havo I 4 Beoordelingsmodel Opgave 1 The Matrix 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een uitleg waarom Morpheus opvatting tot het materialisme gerekend kan worden 1 het verband tussen materialisme

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Mens en Machine

Samenvatting Filosofie Mens en Machine Samenvatting Filosofie Mens en Machine Samenvatting door een scholier 4652 woorden 24 mei 2005 5,1 43 keer beoordeeld Vak Filosofie Filosofie Examenstof, aantekeningen,opdrachten + eindtermen Mens Machine

Nadere informatie

Tot dusverre hebben we telkens een bepaalde opvatting over de geest besproken en ons

Tot dusverre hebben we telkens een bepaalde opvatting over de geest besproken en ons V FUNCTIONALISME 1 De Turing test Tot dusverre hebben we telkens een bepaalde opvatting over de geest besproken en ons onder ander afgevraagd wat voor consequenties die opvatting heeft voor de suggestie

Nadere informatie

Anomaal Monisme vergeleken met behaviorisme en functionalisme

Anomaal Monisme vergeleken met behaviorisme en functionalisme Anomaal Monisme vergeleken met behaviorisme en functionalisme Wouter Bouvy 3079171 October 15, 2006 Abstract Dit artikel behandelt Mental Events van Donald Davidson. In Mental Events beschrijft Davidson

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO. filosofie

Correctievoorschrift HAVO. filosofie filosofie Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 20 04 Tijdvak 1 inzenden scores Verwerk de scores van de alfabetisch eerste tien kandidaten per school in het programma Wolf of vul

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: filosofie Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 20 05 Tijdvak 1 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Geest, brein en cognitie

Geest, brein en cognitie Geest, brein en cognitie Filosofie van de geest en Grondslagen van de cognitiewetenschap Fred Keijzer 1 Overzicht: Wat is filosofie en waarom is dit relevant voor cognitiewetenschap en kunstmatige intelligentie?

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 Hoe is het om een vleermuis te zijn?

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 Hoe is het om een vleermuis te zijn? Opgave 3 Hoe is het om een vleermuis te zijn? 11 maximumscore 2 een uitleg met een citaat uit tekst 7 dat Nagels probleem van de vleermuizen een epistemologisch probleem van andere geesten is: we weten

Nadere informatie

Het lichaam-geest probleem

Het lichaam-geest probleem Het lichaam-geest probleem Wouter Bouvy 3079171 November 5, 2006 Abstract Dit artikel behandelt het lichaam-geest probleem. Het bestaat uit een uitleg over het lichaam-geest probleem, en schrijft deze

Nadere informatie

Examen HAVO. filosofie

Examen HAVO. filosofie filosofie Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Vrijdag 2 juni 9.00 12.00 uur 20 06 Voor dit examen zijn maximaal 31 punten te behalen; het examen bestaat uit 14 vragen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

filosofie vwo 2016-II

filosofie vwo 2016-II Opgave 2 Theoriegeladenheid van de waarneming 5 maximumscore 3 Een goed antwoord bevat een uitleg met de afbeelding van het eend-konijn van: Kuhns Aristoteles-ervaring: plotselinge perspectiefverandering

Nadere informatie

BEWUSTZIJN GEEST BEWUSTE GEEST DENKEN BEWUST-DENKEN

BEWUSTZIJN GEEST BEWUSTE GEEST DENKEN BEWUST-DENKEN BEWUSTZIJN GEEST BEWUSTE GEEST DENKEN BEWUST-DENKEN BEWUSTZIJN BEWUSTZIJN ZELFBEWUST-ZIJN N.B. KANT (APPERCEPTIE) BEWUSTZIJN LEVEND WEZEN BEWUSTZIJN (CREATURE CONSCIOUSNESS) BEWUSTZIJN VAN MENTALE TOESTANDEN

Nadere informatie

DUALISME. René Descartes ( )

DUALISME. René Descartes ( ) DUALISME René Descartes (1596-1650) HET CORPUSCULAIRE WERELDBEELD Galileo Galilei (veroordeling 1633 vanwege Dialogen) Descartes - Le Monde (voltooid in 1633) HET CORPUSCULAIRE WERELDBEELD PRIMAIRE QUALITEITEN

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Emoties

Samenvatting Filosofie Emoties Samenvatting Filosofie Emoties Samenvatting door een scholier 1030 woorden 28 mei 2013 3,2 2 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Cogito Filosofie samenvatting Emoties (theorie en primaire teksten) THEORIE

Nadere informatie

Examen HAVO. filosofie

Examen HAVO. filosofie filosofie Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 1 juni 9.00 12.00 uur 20 04 Voor dit examen zijn maximaal 48 punten te behalen; het examen bestaat uit 16 vragen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

De Syntax-Semantiekredenering van Searle

De Syntax-Semantiekredenering van Searle De Syntax-Semantiekredenering van Searle Seminar AI Eline Spauwen 22 mei 2007 Searles kritiek op Harde KI Inleiding Ik Mijn afstudeeronderzoek: Student-assistentschappen Searles kritiek op KI Filosofie

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Opgave 1 Intussen in de wereld van de robots

Vraag Antwoord Scores. Opgave 1 Intussen in de wereld van de robots Opgave 1 Intussen in de wereld van de robots 1 maximumscore 3 een uitleg van de identiteitstheorie: gedachten en ervaringen zijn identiek aan hersentoestanden 1 twee andere redenen waarom de identiteitstheorie

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 2 Spiritueel scepticisme 6 maximumscore 4 een uitleg dat McKenna in tekst 6 vanuit epistemologisch perspectief over solipsisme spreekt: hij stelt dat de kennisclaim over het bestaan van andere mensen

Nadere informatie

filosofie havo 2018-II

filosofie havo 2018-II Opgave 2 Gevoelswerk 9 maximumscore 2 een uitleg dat Tessa s twijfel toont dat ze zich kritisch tot zichzelf kan verhouden, waarin volgens Korsgaard de waarde van authenticiteit ligt 1 een weergave van

Nadere informatie

filosofie havo 2018-I

filosofie havo 2018-I Opgave 2 Online roleplayinggames 10 maximumscore 2 een uitleg dat een avatar in WoW niet kwalitatief identiek is met zichzelf als hij een hoger level bereikt: zijn mogelijkheden/eigenschappen/kwaliteiten

Nadere informatie

Opgave 2 Neuroplasticiteit en wilsbekwaamheid

Opgave 2 Neuroplasticiteit en wilsbekwaamheid Opgave 2 Neuroplasticiteit en wilsbekwaamheid 6 maximumscore 3 een argumentatie dat de opvatting van Kahn niet tot het dualistisch epifenomenalisme kan behoren, omdat daarin bewuste gedachten geen invloed

Nadere informatie

Excerpt. Douglas R. Hofstadter, The Turing Test: A Coffeehouse Conversation. G.J.E. Rutten

Excerpt. Douglas R. Hofstadter, The Turing Test: A Coffeehouse Conversation. G.J.E. Rutten 1 Excerpt Douglas R. Hofstadter, The Turing Test: A Coffeehouse Conversation G.J.E. Rutten Dit artikel betreft een dialoog tussen Chris (natuurkunde student), Pat (biologie student) en Sandy (filosofie

Nadere informatie

Mens en machine. Gert-Jan Lokhorst

Mens en machine. Gert-Jan Lokhorst 1 Mens en machine Gert-Jan Lokhorst Centrum voor de Filosofie van de Informatie- en Communicatie Technologie, Faculteit der Wijsbegeerte, Erasmus Universiteit Rotterdam. 25 sept. 2002 2 Vraagstelling Is

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. geesten op metafysisch niveau, omdat er geen andere bewustzijnsvormen bestaan 1

Vraag Antwoord Scores. geesten op metafysisch niveau, omdat er geen andere bewustzijnsvormen bestaan 1 Opgave 1 Scepticisme en film 1 maximumscore 4 geesten op metafysisch niveau, omdat er geen andere bewustzijnsvormen bestaan 1 geesten op epistemologisch niveau, omdat er geen andere bewustzijnsinhouden

Nadere informatie

Eindexamen havo filosofie II

Eindexamen havo filosofie II Opgave 2 Het geval Phineas Gage 9 maximumscore 2 een uitleg hoe vanuit de fysiologische benadering van emoties het veranderde gedrag kan worden verklaard: de lichamelijkheid van de hersenschade kan tot

Nadere informatie

Filosofie van de geest: WB3027: , blok 2. Overzicht van vandaag. Joel Anderson. Filosofie van de geest (mind) Wijsgerige antropologie

Filosofie van de geest: WB3027: , blok 2. Overzicht van vandaag. Joel Anderson. Filosofie van de geest (mind) Wijsgerige antropologie Filosofie van de geest: WB3027: 2009-10, blok 2 Joel Anderson Hoorcollege #1 (10 nov 2009) Inleiding & overzicht Descartes dualisme & Ryle's kritiek Filosofie lezen Overzicht van vandaag Wat is filosofie

Nadere informatie

Samenvatting Levensbeschouwing H4 en H5. 2 Leven en wereld: drie soorten brillen

Samenvatting Levensbeschouwing H4 en H5. 2 Leven en wereld: drie soorten brillen Samenvatting Levensbeschouwing H4 en H5 Samenvatting door Eva 1680 woorden 2 jaar geleden 1,3 2 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Levensbeschouwing Hoofdstuk 4: Denken over de mens 1 inleiding - Wijsgerige

Nadere informatie

Excerpt. A. M. Turing, Computing Machinery and Intelligence. G.J.E. Rutten

Excerpt. A. M. Turing, Computing Machinery and Intelligence. G.J.E. Rutten 1 Excerpt A. M. Turing, Computing Machinery and Intelligence G.J.E. Rutten In genoemd artikel gaat Turing in op de vraag of machines kunnen denken. In plaats van een analytische betekenisanalyse van de

Nadere informatie

Computing machinery and Intelligence. A. M. Turing. Samengevat door: Matthijs Melissen

Computing machinery and Intelligence. A. M. Turing. Samengevat door: Matthijs Melissen Computing machinery and Intelligence A. M. Turing Samengevat door: Matthijs Melissen Ik stel voor om de vraag Kunnen machines denken? te behandelen door te kijken naar een zogenaamd imitatiespel. Hiervoor

Nadere informatie

Oriëntatie Kunstmatige Intelligentie. Inleidend College Niels Taatgen

Oriëntatie Kunstmatige Intelligentie. Inleidend College Niels Taatgen Oriëntatie Kunstmatige Intelligentie Inleidend College Niels Taatgen Inhoud vandaag! Wat is kunstmatige intelligentie?! Vakgebieden die bijdragen aan de AI! Kunnen computers denken?! Hoe denken mensen

Nadere informatie

De machinemens in de medische geschiedenis en in de huidige medische praktijk

De machinemens in de medische geschiedenis en in de huidige medische praktijk De machinemens in de medische geschiedenis en in de huidige medische praktijk Nel van den Haak Filosofisch Café Zwolle 19 januari 2015 Aandachtspunten: Wat zijn metaforen? De machinemens in de historische

Nadere informatie

Materie en geest. Grenzen aan het fysische wereldbeeld. Gerard Nienhuis. Universiteit Leiden. Workshop Conferentie SCF, 20 januari 2018

Materie en geest. Grenzen aan het fysische wereldbeeld. Gerard Nienhuis. Universiteit Leiden. Workshop Conferentie SCF, 20 januari 2018 Materie en geest Grenzen aan het fysische wereldbeeld Gerard Nienhuis Universiteit Leiden Workshop Conferentie SCF, 20 januari 2018 Natuurwetenschap: Natuurwetenschap is basis van wereldbeeld geworden.

Nadere informatie

filosofie Het IK en de vrije wil zin en onzin

filosofie Het IK en de vrije wil zin en onzin filosofie Het IK en de vrije wil zin en onzin Het bewustzijn Fasen van het bewustzijn Fysieke sector Mentale sector Verbeeldingen sector Zintuiglijke waarnemingen en impulsen. De ervaren werkelijkheid

Nadere informatie

Eindexamen vwo filosofie 2013-I

Eindexamen vwo filosofie 2013-I Opgave 1 Het tastende brein 1 maximumscore 3 Een goed antwoord bevat een uitleg van de drie definities van vrije wil aan de hand van tekst 1: een uitleg van vrije wil als voorwaarde voor verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Hoofdstuk 1 tm 3

Samenvatting Filosofie Hoofdstuk 1 tm 3 Samenvatting Filosofie Hoofdstuk 1 tm 3 Samenvatting door een scholier 1356 woorden 15 jaar geleden 6,2 41 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Wij denken over filosofische antropologie Hoofdstuk 1: inleiding

Nadere informatie

Wat is de mens? - Context. De opkomst van de filosofische antropologie

Wat is de mens? - Context. De opkomst van de filosofische antropologie De menselijke natuur, week 9 De opkomst van de filosofische antropologie Overzicht van reeds behandelde mensbeelden en de mechanistische visie uit de late 19e eeuw Wat is de mens? - Context Plato / Descartes

Nadere informatie

filosofie vwo 2015-II

filosofie vwo 2015-II Opgave 2 Onbewuste discriminatie 6 maximumscore 4 Een beschrijving van de twee groepen waarin bij Descartes de gedachten van de ziel uiteenvallen: acties en passies van de ziel 1 een antwoord op de vraag

Nadere informatie

Antwoorden Filosofie Eindtermen Antropologie

Antwoorden Filosofie Eindtermen Antropologie Antwoorden Filosofie Eindtermen Antropologie Antwoorden door Dagmar 2848 woorden 1 jaar geleden 6,9 2 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Durf te denken 1.1 Wat is wijsgerige antropologie? Eindtermen

Nadere informatie

Autonoom als vak De zelf

Autonoom als vak De zelf Aangezien ik de indruk heb gekregen dat er een opkomst is van een nieuw vakgebied dat nog niet zodanig als vak bestempelt wordt, wil ik proberen dit vak te expliceren, om het vervolgens te kunnen betitelen

Nadere informatie

Examenprograma filosofie havo/vwo

Examenprograma filosofie havo/vwo Examenprograma filosofie havo/vwo Havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Opgave 1 Een sceptische schnauzer en een sceptische arts

Vraag Antwoord Scores. Opgave 1 Een sceptische schnauzer en een sceptische arts Opgave 1 Een sceptische schnauzer en een sceptische arts 1 maximumscore 3 een uitleg dat de schnauzer vragen stelt die blijk geven van metafysisch scepticisme: hij vraagt zich af of er wel een buitenwereld

Nadere informatie

Opgave 2 Doen wat je denkt

Opgave 2 Doen wat je denkt Opgave 2 Doen wat je denkt 7 maximumscore 2 een argumentatie waarom Swaab het bestaan van vrije wil verwerpt op grond van de experimenten van Libet: bewustzijn komt pas na de beslissingen van de hersenen

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin!

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin! Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin! 12 maximumscore 2 een uitleg dat volgens Hume het uniformiteitsprincipe filosofisch niet te verantwoorden is: omdat het uniformiteitsprincipe niet is te

Nadere informatie

Eindexamen vwo filosofie 2013-I

Eindexamen vwo filosofie 2013-I Opgave 1 Het tastende brein tekst 1 In veel hersenwetenschappelijk onderzoek en filosofische theorieën staat de vraag naar het al dan niet bestaan van de vrije wil centraal. Ook hedendaags neuroloog Ramachandran

Nadere informatie

Werkstuk Levensbeschouwing Boeddhisme

Werkstuk Levensbeschouwing Boeddhisme Werkstuk Levensbeschouwing Boeddhisme Werkstuk door een scholier 1997 woorden 8 april 2001 5,1 112 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing 1) Geef een korte omschrijving wat het boeddhisme volgens jou voor

Nadere informatie

Rene Descartes. René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain

Rene Descartes. René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain Rene Descartes René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain Cogito ergo sum, ik denk dus ik ben. Een uitspraak van René Descartes. Een belangrijk wiskundige en filosoof in de geschiedenis. Volgens

Nadere informatie

Kunstmatige intelligentie FILOSOFIE VAN DE KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE. Sterke AI These. Zwakke AI These. Denken en redeneren in AI

Kunstmatige intelligentie FILOSOFIE VAN DE KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE. Sterke AI These. Zwakke AI These. Denken en redeneren in AI Kunstmatige intelligentie FILOSOFIE VAN DE KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE n Artificial Intelligence is the science of making machines do things that would require intelligence if done by men Marvin Minsky Sterke

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Wijsgerige antropologie

Samenvatting Filosofie Wijsgerige antropologie Samenvatting Filosofie Wijsgerige antropologie Samenvatting door Cristel 1201 woorden 26 juni 2016 3,5 3 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie Cogito Wijsgerige antropologie 1 Verschillen tussen mens en

Nadere informatie

Integrale lichaamsmassage

Integrale lichaamsmassage Integrale lichaamsmassage Eindtermen theorie: - De therapeut heeft kennis van anatomie/fysiologie en pathologie m.b.t. Integrale lichaamsmassage; - De therapeut is zich ervan bewust dat een massage behandeling

Nadere informatie

Eindexamen filosofie havo I

Eindexamen filosofie havo I Opgave 2 Boer zoekt vrouw 8 maximumscore 2 een uitleg van Boer zoekt Vrouw als uiting van emocultuur aan de hand van de twee volgende kenmerken: onbezonnen heftige emoties (teken van oppervlakkigheid)

Nadere informatie

Opgave 3 De gewapende overval

Opgave 3 De gewapende overval Opgave 3 De gewapende overval 12 maximumscore 2 een argumentatie dat het idee van vrije wil als bovennatuurlijke kracht in het kader van vrije wil als bewuste aansturing voor veel mensen aantrekkelijk

Nadere informatie

In de vorige paragraaf hebben we gezien dat we een leer van de dingen (een ontologie)

In de vorige paragraaf hebben we gezien dat we een leer van de dingen (een ontologie) II DUALISME 1 De eerste gedachte: de mens is een uniek verschijnsel In de vorige paragraaf hebben we gezien dat we een leer van de dingen (een ontologie) goed moeten onderscheiden van een leer over de

Nadere informatie

Het NLP communicatie model

Het NLP communicatie model Het NLP communicatie model Ontdek jouw communicatie waarnemingsfilters Leef je natuurlijk leiderschap 1 Inleiding Op het moment dat veranderingen in een organisatie plaatsvinden is communicatie één van

Nadere informatie

Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 31 mei uur

Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 31 mei uur filosofie Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 31 mei 9.00 12.00 uur 20 05 Voor dit examen zijn maximaal 40 punten te behalen; het examen bestaat uit 14 vragen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76 INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76 Vergeten... 7 Filosofie... 9 Een goed begin... 11 Hoofdbreker... 13 Zintuigen... 15 De hersenen... 17 Zien... 19 Geloof... 21 Empirie... 23 Ervaring...

Nadere informatie

Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V17.09.1 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens

Nadere informatie

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf Ideeën presenteren aan sceptische mensen Inleiding Iedereen heeft wel eens meegemaakt dat het moeilijk kan zijn om gehoor te vinden voor informatie of een voorstel. Sommige mensen lijken er uisluitend

Nadere informatie

Luisteren naar de Heilige Geest

Luisteren naar de Heilige Geest Luisteren naar de Heilige Geest Johannes 14:16-17 En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij u te zijn, de Geest der waarheid, die de wereld niet kan ontvangen,

Nadere informatie

Whitepaper Verbindend communiceren In 4 stappen effectief feedback geven

Whitepaper Verbindend communiceren In 4 stappen effectief feedback geven Whitepaper Verbindend communiceren In 4 stappen effectief feedback geven De 4 stappen Je communiceert de hele dag en meestal hebben wij het gevoel dat dat ons best goed afgaat, toch? Pas op het moment

Nadere informatie

Eindexamen havo filosofie 2013-I

Eindexamen havo filosofie 2013-I Opgave 2 Emoties bij mens en dier 10 maximumscore 3 een weergave van de visie van Seneca op woede bij dieren: dieren hebben geen rede en daarom geen emoties 1 een weergave van de visie van Seneca op woede

Nadere informatie

recapitulatie 1.1 Voorlopige karakterisering van bewustzijn

recapitulatie 1.1 Voorlopige karakterisering van bewustzijn Grondslagen van de Psychologie college 9 philosophy of mind & cognition 05-03-2009 recapitulatie Wetenschapsfilosofie gaat ofwel over [1] wetenschap in het algemeen, ofwel over [2] een specifieke wetenschap;

Nadere informatie

11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets

11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets 11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets Opdracht 1 Wat is de Sokratische methode? Opdracht 2 Waarom werd Sokrates gedwongen de gifbeker te drinken? Opdracht 3 Waarom zijn onze zintuigen

Nadere informatie

Immanuel Kant Kritiek van het oordeelsvermogen

Immanuel Kant Kritiek van het oordeelsvermogen Ten geleide Kants derde Kritiek: hoe kan de vrijheid worden verwerkelijkt? 15 Geraadpleegde literatuur 46 Verantwoording bij de vertaling 49 Immanuel Kant aan Johann Friedrich Reichardt 51 Immanuel Kant

Nadere informatie

Wijsgerige Antropologie

Wijsgerige Antropologie Wijsgerige Antropologie Er was een grote overlap tussen filosofie en theologie in de middeleeuwen. Wat de mens scheidt van een dier is het verstandelijke vermogen, het vermogen tot taalgebruik en het besef

Nadere informatie

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen.

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen. Samenvatting door A. 1576 woorden 4 december 2014 1,3 2 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Paragraaf 2 De ethische optiek 1 inleiding Ethiek gaat over goed en kwaad in het menselijk handelen. Onderscheid

Nadere informatie

Recensie van: Daniel Dennett: Kinds of Mind. The origins of consciousness Weidenfeld & Nicolson, London, 2001 (1996), 244 p.

Recensie van: Daniel Dennett: Kinds of Mind. The origins of consciousness Weidenfeld & Nicolson, London, 2001 (1996), 244 p. Rienk Zetstra Recensie van: Daniel Dennett: Kinds of Mind. The origins of consciousness Weidenfeld & Nicolson, London, 2001 (1996), 244 p. Wat voor soorten geesten zijn er? en hoe weten we dat? Met deze

Nadere informatie

Examenprogramma biologie havo

Examenprogramma biologie havo Bijlage 3 Examenprogramma biologie havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein

Nadere informatie

Inleiding. Philosophy of Mind Structuuroverzicht Saartje Peeters. 1. Het reik der geesten Een inventaris van de geest. 1.2.

Inleiding. Philosophy of Mind Structuuroverzicht Saartje Peeters. 1. Het reik der geesten Een inventaris van de geest. 1.2. 1 Philosophy of Mind Structuuroverzicht Saartje Peeters Inleiding 1. Het reik der geesten 1.1. Een inventaris van de geest 1.2. Drie bouwstenen 1.2.1. Experiences 1.2.2. Propositional attitudes 1.2.3.

Nadere informatie

Marleen Schippers - 1071319 Bewustzijn en Handelen Eindopdracht 6 februari 2004

Marleen Schippers - 1071319 Bewustzijn en Handelen Eindopdracht 6 februari 2004 Marleen Schippers - 1071319 Bewustzijn en Handelen Eindopdracht 6 februari 2004 Inleiding In dit betoog beschrijf ik mijn visie op het mind-body probleem 1. Ik richt me in het bijzonder op twee aspecten

Nadere informatie

naar: Jed McKenna, Jed McKenna s theorie van alles, Samsara, 2014

naar: Jed McKenna, Jed McKenna s theorie van alles, Samsara, 2014 Opgave 2 Spiritueel scepticisme tekst 6 Jed McKenna is de schrijver van verschillende boeken over spiritualiteit. In zijn boeken speelt hij de hoofdrol als leraar van een leefgemeenschap. McKenna is spiritueel

Nadere informatie

Pijn Inleiding tot de filosofische benadering http://www.phil.uu.nl/~rob/

Pijn Inleiding tot de filosofische benadering http://www.phil.uu.nl/~rob/ Pijn Inleiding tot de filosofische benadering http://www.phil.uu.nl/~rob/ Rob van Gerwen Subfaculteit Filosofie Universiteit Utrecht www.phil.uu.nl/~rob/2007/guest.shtml Periode 4, 2007 C1 Pijn en het

Nadere informatie

filosofie havo 2019-II

filosofie havo 2019-II Opgave 2 Leefregels 10 maximumscore 3 een uitleg met tekst 6 dat het zelf volgens Dennett een narratief zwaartepunt is: de nummers op de tape zijn het abstracte centrum waaromheen Nora s zelf valt te begrijpen

Nadere informatie

Wijsgerige antropologie:

Wijsgerige antropologie: Wijsgerige antropologie: 1. De mens is een dier dat kan denken Een mens is tegelijkertijd het subject en het object van het onderzoek in de wijsgerige antropologie, zowel onderzoeker als datgene wat onderzocht

Nadere informatie

Opgave 1 Gespeelde emotie

Opgave 1 Gespeelde emotie Opgave 1 Gespeelde emotie 1 maximumscore 2 een weergave van wat volgens Quintilianus voor sprekers de beste manier is om emoties bij het publiek op te roepen: door zelf de emotie te voelen die je wilt

Nadere informatie

Opgave 1: Vrije wil als zelfverwerkelijking

Opgave 1: Vrije wil als zelfverwerkelijking * PTA code: ED/st/05 * Docent: MLR * Toetsduur: 100 minuten. * Deze toets bestaat uit 11 vragen. Het totaal aantal punten dat je kunt behalen is: 32. * Kijk voor je begint telkens eerst de vraag kort door,

Nadere informatie

CREATIVITEIT KUN JE LEREN! ICC netwerkdag, 31 mei 2018 Ellie van den Bomen

CREATIVITEIT KUN JE LEREN! ICC netwerkdag, 31 mei 2018 Ellie van den Bomen CREATIVITEIT KUN JE LEREN! ICC netwerkdag, 31 mei 2018 Ellie van den Bomen Programma Wat is creativiteit? Creatieve mensen en hun kenmerken Het creatief proces Hoe herken je creativiteit bij kinderen?

Nadere informatie

Examenprogramma biologie vwo

Examenprogramma biologie vwo Bijlage 4 Examenprogramma biologie vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein

Nadere informatie

Opgave 2 Neuroplasticiteit en wilsbekwaamheid

Opgave 2 Neuroplasticiteit en wilsbekwaamheid Opgave 2 Neuroplasticiteit en wilsbekwaamheid tekst 4 Studeer, slaap, maak muziek, stress niet, maak vrienden, geniet aanzien, drink niet, zweet, speel en kies je ouders met zorg. Dit zijn volgens de Nederlandse

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 39364 13 juli 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 5 juli 2017, nr. VO/1188661,

Nadere informatie

Filosofie. Op het VWO. Filosofie juist op Lyceum Oudehoven!

Filosofie. Op het VWO. Filosofie juist op Lyceum Oudehoven! Filosofie Op het VWO Wat is Filosofie? Wetenschappen beantwoorden vragen: Over een eigen onderwerp (object van studie) Op een eigen manier (methode van bestuderen) Filosofie beantwoordt vragen die niet

Nadere informatie

Overzicht van vandaag. Filosofie van de geest: WB3027 Joel Anderson ( , blok 2) Het other minds probleem. Het argument from analogy

Overzicht van vandaag. Filosofie van de geest: WB3027 Joel Anderson ( , blok 2) Het other minds probleem. Het argument from analogy Filosofie van de geest: WB3027 Joel Anderson (2006-07, blok 2) Bijeenkomst #4 (23 nov 2006) I feel your pain : Wittgenstein en Malcolm over de identificatie van pijn Overzicht van vandaag Logistiek: BSCW

Nadere informatie

Inleiding Cognitiefilosofie. 18 april 2018 Elsbeth Brouwer

Inleiding Cognitiefilosofie. 18 april 2018 Elsbeth Brouwer Inleiding Cognitiefilosofie 18 april 2018 Elsbeth Brouwer Wat is (onderdeel van) cognitie? Suggesties in de literatuur: Ziel Geest Kennis Vermogen om kennis te verkrijgen Processen van verwerking van informatie

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch)

Samenvatting (Dutch) Samenvatting (Dutch) 162 Hier zal een korte samenvatting gegeven worden van de resultaten van het onderzoek gepresenteerd in dit proefschrift. Affect, Gemoedstoestand en Informatieverwerking Om te overleven

Nadere informatie

Spinoza - ook tafels hebben een ziel

Spinoza - ook tafels hebben een ziel Spinoza - ook tafels hebben een ziel In de zeventiende eeuw kwam de filosoof René Descartes met de beroemde stelling dat alles in de wereld tot twee substanties teruggeleid kan worden: lichaam of geest.

Nadere informatie

Antwoorden Levensbeschouwing Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 t/m 5

Antwoorden Levensbeschouwing Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 t/m 5 Antwoorden Levensbeschouwing Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 t/m 5 Antwoorden door een scholier 3380 woorden 18 november 2010 5,2 35 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Paragraaf 1 samenvatting: 1.1 De vraag

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf 11. 1. Inleiding Kennismaking met de psychologie 13. 2. Biologie en gedrag De hardware van het psychisch functioneren 51

Inhoud. Woord vooraf 11. 1. Inleiding Kennismaking met de psychologie 13. 2. Biologie en gedrag De hardware van het psychisch functioneren 51 Inhoud Woord vooraf 11 1. Inleiding Kennismaking met de psychologie 13 1.1 Een definitie van de psychologie 14 1.2 Wetenschappelijke psychologie en intuïtieve mensenkennis 16 1.2.1 Verschillen in het verzamelen

Nadere informatie

Invalshoeken bij beoordelen

Invalshoeken bij beoordelen Invalshoeken bij beoordelen Invalshoeken bij Beoordelen Persoonlijkheidseigenschappen Met persoonlijkheidskenmerken wordt bedoeld: intelligentie, flexibiliteit, aanpassingsvermogen, leiderschap, integriteit,

Nadere informatie

1 De tweede gedachte: de mens is een chemisch proces als een ander

1 De tweede gedachte: de mens is een chemisch proces als een ander III MATERIALISME 1 De tweede gedachte: de mens is een chemisch proces als een ander Iemand die veel drinkt gaat zich anders gedragen. Na een hersenbloeding kunnen mensen soms niet meer praten en is hun

Nadere informatie

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten 1 Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding G.J.E. Rutten Introductie In dit artikel wil ik het argument van de Amerikaanse filosoof Alvin Plantinga voor

Nadere informatie

Geluk & wijsheid. Zevende avond

Geluk & wijsheid. Zevende avond Geluk & wijsheid Zevende avond Schoonheid Wat heet mooi? Het belang van het overbodige De postmoderne waarheid De filosoof en de waarheid Goochelen Wat heet mooi? Kun je precies beschrijven wat je raakt?

Nadere informatie

ecourse Moeiteloos leren leidinggeven

ecourse Moeiteloos leren leidinggeven ecourse Moeiteloos leren leidinggeven Leer hoe je met minder moeite en tijd uitmuntende prestaties met je team bereikt 2012 Marjan Haselhoff Ik zou het waarderen als je niets van de inhoud overneemt zonder

Nadere informatie

Spinoza s Visie. Dag 3. Hoe verhoudt de mens zich tot de Natuur?

Spinoza s Visie. Dag 3. Hoe verhoudt de mens zich tot de Natuur? Spinoza s Visie Dag 3 Hoe verhoudt de mens zich tot de Natuur? Module 3 Herhaling Belangrijke lessen dag 1 en 2 Kennis is de bron van ons geluk. Kennis van het hoogst denkbare geeft het grootst mogelijke

Nadere informatie

Communicatie op de werkvloer

Communicatie op de werkvloer Communicatie op de werkvloer Voor een goede communicatie op de werkvloer is het noodzakelijk dat we letterlijk dezelfde taal spreken. Een goede kennis van het vakjargon is dan ook erg belangrijk. Net zo

Nadere informatie

Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie

Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 34: De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke

Nadere informatie

Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen

Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen Geschiedenis en politieke filosofie Geschiedenis Beschrijving feitelijke gebeurtenissen. Verklaring in termen van oorzaak en gevolg of van bedoelingen. Politieke

Nadere informatie

Kunnen machines denken?

Kunnen machines denken? Rebecca Hendriks 3029700 Leon de Bruin 12.562 woorden 21 augustus 2017 Kunnen machines denken? Intentionaliteit, kunstmatige intelligentie en de Chinese kamer Scriptie ter verkrijging van de graad Master

Nadere informatie