Praktische opdracht Economie Conjunctuur
|
|
- Irena Smit
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Praktische opdracht Economie Conjunctuur Praktische-opdracht door een scholier 1660 woorden 8 oktober ,9 43 keer beoordeeld Vak Economie PRAKTISCHE OPDRACHT Conjunctuur. De conjuncturele situatie van Nederland op dit moment. Om de conjuncturele situatie van Nederland te bepalen is het handig eerst het begrip conjunctuur toe te lichten. De letterlijke betekenis van het woord conjunctuur luidt als volgt: De stand van zaken in een economie met betrekking tot de ontwikkeling van het nationaal product. Conjunctuur beschrijft dus als het ware de ontwikkeling van het nationale inkomen. Deze tendens word in de vorm van een golfbeweging gevolgd: een hoogconjunctuur vormt een top en een laagconjunctuur een dal. Er zijn 3 vormen in de conjunctuur: 1: De laagconjunctuur, 2: De periode van het bestedingsevenwicht, 3: De hoogconjunctuur. In de periode 1 en 2 is er sprake van economische spanning. In periode 2 is de economie volledig in balans. DE LAAGCONJUNCTUUR. De laagconjunctuur ofwel onderbesteding. In deze periode zijn de bestedingen niet voldoende om bedrijven op volle toeren te laten draaien. Gevolg is dat bedrijven een overproductie creëren. Omdat hun capaciteit groter is dan de vraag zullen de kosten stijgen. BV: Een bedrijf heeft 20 arbeiders in dienst. In een periode van laagconjunctuur is de vraag naar verhouding kleiner en dus zijn er minder arbeiders nodig. In dit bedrijf kunnen we stellen dat het in een periode van laagconjunctuur bv. Maar 15 arbeiders nodig heeft. Omdat deze onderneming echter 20 mensen in dienst heeft werkt het bedrijf niet meer efficiënt genoeg. Er zullen 5 arbeiders ontslagen moeten worden. Omdat deze 5 arbeiders vervolgens minder zullen gaan verdienen (een werkeloosheidsuitkering is lager dan een salaris) zal de vraag nog verder dalen. Zo ontstaat er een algemene neerwaartse daling in de vraag. Pagina 1 van 6
2 Algemene kenmerken van een laagconjunctuur: 1: Hoge werkeloosheid. Omdat werkgevers steeds minder omzet draaien zullen zij gaan snijden in de kosten. Dit kunnen zij het beste doen door de productie te verlagen. Het gevolg is dat personeel ontslagen wordt. Omdat er geen verdere vraag naar arbeid is zullen zij werkeloos worden. 2: Lage bezettingsgraad. Afbeelding 1. Afbeelding 1: Niet maximale bezettingsgraad in een aantal opvolgende jaren van een bedrijf. Omdat er door een grotere productiecapaciteit ruimte is vrijgekomen kan het bedrijf meer produceren, maar de vraag is niet voldoende. Hierdoor stijgen de kosten. Omdat de bezettingsgraad niet maximaal is heeft het weinig zin te investeren in extra productie mogelijkheden. Lage rente. Omdat er in een periode van laagconjunctuur weinig vraag is naar vreemd vermogen om te investeren, ontstaat er een lagere vraag naar leningen. Bedrijven zijn onzekere over de toekomst en of zij de rente in de toekomst nog kunnen betalen. Ook heeft het weinig nut in een periode van laagconjunctuur te investeren: er is immers genoeg productiecapaciteit. Overheidstekort. Ook bij de overheid ontstaat er een gespannen situatie. De financiële druk stijgt: Enerzijds stijgen de kosten als gevolg van grotere werkeloosheid en anderzijds dalen de inkomsten als gevolg van de afnemende vraag, hierdoor kan er minder BTW worden geïnd. Ook dalen de inkomsten uit inkomensbelasting door de hogere werkeloosheid. Deflatie. Omdat bedrijven opgescheept zitten met magazijnen gevuld met goederen, zullen de prijzen dalen. Fabrikanten krijgen nl. te maken met nog hogere kosten als zij hun producten opslaan: het is interessanter om de producten te verkopen voor een lagere prijs. Daarom worden de producten verkocht voor een lagere prijs. Desnoods worden ze onder de prijs verkocht. Actieve oplopende rekening. Door een lagere vraag dalen de import kosten. Een van de eerste tekenen van een periode van Pagina 2 van 6
3 laagconjunctuur zijn de teruglopende importkosten en een algemene daling van import. BESTEDINGSEVENWICHT. In een periode van bestedingsevenwicht zijn de vraag en het aanbod precies in evenwicht. De bedrijven draaien precies op de vraag en er is noch over- noch onderproductie. In een periode van bestedingsevenwicht is er sprake van een perfecte balans tussen vraag en aanbod. Er is geen enkele economische spanning. HOOGCONJUNCTUUR. In een periode van hoogconjunctuur is er sprake van schaarste. De algemene vraag is groter dan de productie capaciteit. Hierdoor ontstaat ook weer een economische druk. In een periode van hoogconjunctuur draaien de bedrijven op volle toeren en kunnen niet 100% voldoen aan de vraag. Algemene kernmerken van een hoogconjunctuur. 1: Grote vraag naar arbeiders; een overspannen arbeidsmarkt. Omdat bedrijven aan de grotere vraag willen voldoen, gaan ze hun productie opvoeren: bedrijven nemen nieuw personeel aan. Omdat er steeds meer productie capaciteit wordt gerealiseerd stijgt de vraag naar werkkrachten. In zo n periode bloeien arbeidsbureaus en uitzendbureaus. 2: Hoge bezettingsgraad. Omdat de vraag groter is dan het aanbod wordt het voor bedrijven steeds interessanter om te investeren. De investeringslust groeit in een periode van hoogconjunctuur. 3: Hoge rente. Omdat er een grotere vraag ontstaat, gaan steeds meer bedrijven investeren. Als een bedrijf niet genoeg eigen vermogen heeft zal het dus geld moeten gaan lenen. Het geleende geld wordt ook wel vreemd vermogen genoemd. Omdat de vraag naar vreemd vermogen groeit, stijgt ook de rente. 4: Geen overheidstekorten. Omdat de overheid de werkeloosheid onder controle heeft, dalen de kosten die gemaakt worden ten behoeve voor de werkelozen. Tegelijkertijd kan de overheid meer belasting innen, omdat er meer goederen en diensten verkocht worden. Door deze 2 gevolgen van de hoogconjunctuur leiden tot lagere of geen overheidstekorten. 5: Inflatie. Pagina 3 van 6
4 Doordat de vraag groter word stijgen de prijzen. De prijzen stijgen harder dan de inkomens, als gevolg van de schaarste. Daardoor kun je minder kopen met je geld. ONDERZOEK NAAR DE HUIDIGE SITUATIE. Dit waren allen kenmerken van hoog en laagconjunctuur. Nu ga ik op zoek naar artikelen per onderwerp, aan de hand van deze recente artikelen kan de huidige conjuncturele staat van Nederland bepaald worden. < kranten artikel tekort aan goed personeel dreigt (bron 1) > invoegen Aan de hand van bron 1 kun je opmaken dat er sprake is van een tekort aan personeel. Een tekort aan personeel is kenmerkend voor een hoogconjunctuur. Bron 2: Parijs, 5 mei. Air France-KLM heeft in april 6,2 miljoen passagiers vervoerd, een toename van 7,3 procent vergeleken met dezelfde maand vorig jaar. Het luchtvaartconcern sprak vandaag van een uitstekende prestatie. De bezettingsgraad van de vliegtuigen is 3,9 procentpunt toegenomen tot 83,1 procent. Daarmee heeft het bedrijf een record gevestigd voor april. In alle regio`s zat het aantal passagiers in de lift. Bron : ANP Aan de hand van bron 2 kunnen we opmerken dat de bezettingsgraad van een bedrijf gegroeid is. Het is natuurlijk maar van een bedrijf, maar toch concluderen we dat ook volgens dit artikel sprake is van een hoogconjunctuur. Bron 3: Amsterdam, 15 mei. De Europese aandelenbeurzen zijn vandaag verder gedaald, door angst onder beleggers voor oplopende inflatie en hogere rente. De AEX-index bereikte `s ochtends met 446,8 het laagste punt in drie maanden, om daarna licht te herstellen. Vrijdag verloor de AEX al 2,5 procent. Ook de beurzen in Parijs, Londen en Frankfurt daalden vrijdag. BRON : ANP Aan de hand van bron 3 kunnen we vaststellen dat de rente in de lift zit. Echter dit is de eerste rente verhoging sinds lange tijd: We bevinden ons pas in het begin van een nieuwe hoogconjunctuur. Bron 4: PERSBERICHT Pagina 4 van 6
5 VRIJDAG 31 MAART :45 Overheidstekort daalt fors in 2005 Herziene versie van Overheidstekort 2005 daalt fors (pb06-040) Het EMU-saldo van de overheid over 2005 is uitgekomen op -0,3 procent van het BBP. Het overheidstekort blijft daarmee ruimschoots onder de Europese norm van 3 procent. Het EMU-tekort is ook fors lager dan in Toen bedroeg het tekort 1,9 procent. De EMU-schuld van de overheid is in 2005 iets opgelopen naar 52,9 procent van het BBP. Dit blijkt uit voorlopige cijfers van het CBS. Het EMU-saldo van 2004 is bijgesteld in vergelijking met de eerdere raming in juli Toen kwam het overheidstekort voor 2004 uit op 2,1 procent. Licht overschot Rijk Het Rijk had vorig jaar 0,2 miljard euro meer inkomsten dan uitgaven. Het is daarmee voor het eerst sinds 2000 dat het Rijk weer een overschot heeft. Door de aantrekkende economie en het bankieren bij de staat namen de belastinginkomsten fors toe, vooral uit de dividend- en de vennootschapsbelasting. Daarnaast was de milieubelasting hoger door verhoging van de tarieven. De loonbelasting en premies daarentegen stegen nauwelijks vergeleken met Verder ontving het Rijk ruim 1 miljard meer aan aardgasbaten en namen de rentelasten af. Ook de rest van de centrale overheid leverde een positieve bijdrage aan het saldo met 0,2 miljard euro. Het tekort van de lagere overheden bedroeg 1,6 miljard euro. Gemeenten en waterschappen hadden een tekort door het handhaven van een hoog investeringsniveau, provincies boekten een overschot. De sociale fondsen ten slotte kenden na het kleine overschot van 2004 een tekort van 0,3 miljard euro in Per saldo kwam het totale tekort van de overheid uit op 1,4 miljard euro. Tekort 2004 lager dan eerder geraamd Het EMU-saldo over 2004 is met bijna 0,8 miljard euro naar boven toe bijgesteld na nieuwe informatie van lokale overheden. Grote gemeenten hadden in 2004 een overschot. Door de bijstelling kwam het overheidstekort in 2004 uit op 1,9 procent van het BBP, 0,2 procentpunt minder dan bij de vorige raming EMU-schuldquote loopt iets op De EMU-schuld is in 2005 toegenomen met 8,8 miljard euro. Hierdoor nam de EMU-schuldquote toe van 52,6 procent in 2004 naar 52,9 procent in De Europese bovengrens ligt op 60 procent. De schuldtoename is vooral gefinancierd door langlopende leningen. Die zijn per saldo toegenomen door uitgifte van staatsobligaties voor een bedrag van 5 miljard euro en opgenomen leningen door vooral de lokale overheid ter waarde van 1,1 miljard euro. De kortlopende schulden namen met 2,5 miljard euro toe. BRON: Volgens bron 4 is het overheidstekort behoorlijk afgenomen. Ook dit is een teken van hoogconjunctuur. Bron 5: Inflatiecijfers in Nederland 1996: : 2,2 1998: 2,1 Pagina 5 van 6
6 1999: 2,3 2000: 2,8 2001: 4,2 2002: 3,3 2003: 2,1 2004: 1,2 2005: 1,7 % Bron : CBS. Volgens deze bron stijgt de inflatie weer sinds Ook dit wijst weer op de begin periode van een nieuwe hoogconjunctuur. De periode was duidelijk een periode van laagconjunctuur: de inflatie daalde in die periode. Conclusie. Na eerst alle kenmerken opgezocht te hebben van zowel laag- als hoogconjunctuur bleken alle bronnen aan te geven dat we in een periode van hoogconjunctuur zijn aanbeland. Er is weer grotere vraag naar arbeid, de bezettingsgarden gaan omhoog, de rente gaat ook omhoog, de overheidstekorten dalen en de inflatie zit weer in de lift. Alle recente bronnen wijzen erop dat we weer in een hoogconjunctuur zijn aanbeland. Pagina 6 van 6
5,8. Praktische-opdracht door een scholier 1585 woorden 12 december keer beoordeeld
Praktische-opdracht door een scholier 1585 woorden 12 december 2007 5,8 10 keer beoordeeld Vak Economie Conjunctuur Deze praktische opdracht gaat over conjunctuur. Ik beantwoord een aantal vragen in mijn
Nadere informatiePersbericht. Huishoudens verliezen koopkracht in Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-112 15 juli 2004 9.30 uur Huishoudens verliezen koopkracht in 2003 In 2003 is het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens voor het eerst in tien jaar
Nadere informatieBijna 3 miljard euro begrotingsoverschot in 2016
Bijna 3 miljard euro begrotingsoverschot in 2016 De overheid behaalde in 2016 een begrotingsoverschot van 2,9 miljard euro. Dit is 0,4 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Een jaar eerder was
Nadere informatieOverzicht bijstellingen Sectorrekeningen 2011 Definitief, 2012 Nader voorlopig en 2013 Voorlopig
Overzicht bijstellingen Sectorrekeningen 2011 Definitief, 2012 Nader voorlopig en 2013 Voorlopig Actualisering van de uitkomsten van eerder gepubliceerde ramingen is noodzakelijk omdat na verloop van tijd
Nadere informatiePraktische opdracht Economie Conjunctuurklok
Praktische opdracht Economie Conjunctuurklok Praktische-opdracht door een scholier 1422 woorden 29 juni 2009 5 11 keer beoordeeld Vak Economie C o n j u n c t u u r Inleiding We kijken naar 5 factoren
Nadere informatieUIT groei en conjunctuur
Economische groei. Economische groei drukken we uit in de procentuele groei van het BBP op jaarbasis. De groei van het BBP heeft twee oorzaken. Het BBP kan groeien omdat de prijzen van producten stijgen
Nadere informatieGroei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2
Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Als je moet kiezen welk plaatje je op je cijferlijst zou willen hebben,
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2003-I
4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juiste berekening
Nadere informatieOverschot overheid in 2018 gestegen naar 1,5 procent
Overschot overheid in 2018 gestegen naar 1,5 procent De overheid behaalde in 2018 een overschot op de begroting van ruim 11 miljard euro. D t komt overeen met 1,5 procent van het bruto binnenlands product
Nadere informatieKeuzeonderwerp. Keynesiaans model. Gesloten /open economie zonder/met overheid met arbeidsmarkt. fransetman.nl
Keuzeonderwerp Keynesiaans model Gesloten /open economie zonder/met overheid met arbeidsmarkt Vraag op de goederenmarkt Alleen gezinnen en bedrijven kopen op de goederenmarkt. C = 0,6 Y Aa = 4 mln mensen
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vakbonden, werkgeversbonden, individuele
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2006-II
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet
Nadere informatieUitkomsten kwartaal sectorrekeningen
t7 7 Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen tweede kwartaal 28 Publicatiedatum CBS-website: 8 oktober 28 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inkomen huishoudens gecorrigeerd voor inflatie licht gedaald. Meer inkomen uit vermogen en pensioen
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB06-074 13 juli 2006 9.30 uur Uitgaven huishoudens hoger dan inkomsten De Nederlandse economie is in 2005 met 1,5 procent gegroeid. Het voor inflatie gecorrigeerde
Nadere informatieEconomische conjunctuur
Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. Ontstaat door veel vraag naar producten Trend (Gemiddelde groei over groot aantal jaren) laagconjunctuur
Nadere informatieModule 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging
Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit
Nadere informatiePersbericht. Herzien BBP 2001 ruim 18 miljard euro hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek. Consumptie huishoudens ruim 11 miljard hoger
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-047 20 april 2005 9.30 uur Herzien BBP 2001 ruim 18 miljard euro hoger Het bruto binnenlands product (BBP) van 2001 is door herziening van definities
Nadere informatieTe weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.
Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar
Nadere informatiePraktische opdracht Economie Prijsveranderingen door de Euro
Praktische opdracht Economie Prijsveranderingen door de Euro Praktische-opdracht door een scholier 2050 woorden 10 jaar geleden 7,6 15 keer beoordeeld Vak Economie Voorwoord Het onderwerp dat we hebben
Nadere informatiePraktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90
Praktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90 Praktische-opdracht door een scholier 3697 woorden 29 juni 2004 4,7 54 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Deze praktische
Nadere informatieMacro-economische Ontwikkelingen
Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 1 Bijlage II Onderdeel Economische groei Inflatie Producentenvertrouwen Consumptie Omzet detailhandel Consumentenvertrouwen Hypotheken Hypotheek- en kapitaalmarktrente
Nadere informatieHoofdstuk 1: Waar produceren
Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het buitenland, importeert & exporteert veel Er is meer keuze aan goederen of diensten dan in een gesloten economie Concurrentiepositie
Nadere informatieDomein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)
1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2000-II
4 Antwoordmodel Opgave voorbeeld van een juiste berekening: 84.760.000 4 = 2.080 uur 63.000 2 voorbeeld van een juist antwoord: Een antwoord waaruit blijkt dat uitzendkrachten in deeltijd werken. 3 voorbeelden
Nadere informatieExamen HAVO. Economie 1
Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed
Nadere informatieLoonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag
Samenvatting Economie Europa Samenvatting door S. 1608 woorden 27 maart 2017 7,5 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het
Nadere informatieUIT theorie Fisher
De econoom Fisher. Fisher was een econoom die zijn theorie over de werking van geld lang voor de depressie in de jaren 30 van vorige eeuw publiceerde (the purchasing power of money 1911). Dit was een uitbreiding
Nadere informatieEindexamen economie havo II
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 import: 250 + 29 + 139 + 415 460
Nadere informatieFlashraming CBS: export zorgt voor economische groei
Persbericht PB14-050 14 augustus 2014 09.30 uur Flashraming CBS: export zorgt voor economische groei - Economie groeit volgens de flashraming met 0,5 procent ten opzichte van eerste kwartaal 2014 - Volgens
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de
Nadere informatie5.1 Wie is er werkloos?
5.1 Wie is er werkloos? Volgens het CBS behoren mensen tot de werkloze beroepsbevolking als ze een leeftijd hebben van 15 tot en met 64 jaar, minder dan 12 uur werken, actief op zoek zijn naar betaald
Nadere informatieOverzicht bijstellingen Sectorrekeningen 2012 Definitief, 2013 Nader voorlopig en 2014 Voorlopig
Overzicht bijstellingen Sectorrekeningen 2012 Definitief, 2013 Nader voorlopig en 2014 Voorlopig Actualisering van de uitkomsten van eerder gepubliceerde ramingen is noodzakelijk omdat na verloop van tijd
Nadere informatieRijksbelastingen 0n verdubbeld en vergroend
08 Rijksbelastingen 0n verdubbeld en vergroend Laurens Cazander Publicatiedatum CBS-website: 3 februari 2009 Den Haag/Heerlen, 2009 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x =
Nadere informatieEindexamen economie havo II
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 minder Uit de toelichting moet
Nadere informatieCBS: Voorzichtig herstel arbeidsmarkt in het tweede kwartaal
Persbericht PB14 56 11 9 214 15.3 uur CBS: Voorzichtig herstel arbeidsmarkt in het tweede kwartaal Meer werklozen aan de slag Geen verdere daling aantal banen, lichte groei aantal vacatures Aantal banen
Nadere informatieEconomie. Boekje Conjunctuur Samenvattingen + overige voorbereiding voor de toets. Inhoud:
Boekje Conjunctuur Samenvattingen + overige voorbereiding voor de toets Economie Inhoud: Wat? blz. h1 & h2 samengevat 2 h3 samengevat 3 h4 samengevat 4 wat moet weten 5 Begrippen 6 & 7 Links 7 Test je
Nadere informatiePraktische opdracht Economie Vaststelling conjuncturele situatie Nederland, maart 2006
Praktische opdracht Economie Vaststelling conjuncturele situatie Nederland, maart 2006 Praktische-opdracht door een scholier 2066 woorden 23 juni 2006 7,2 24 keer beoordeeld Vak Economie Praktische opdracht
Nadere informatieEuropees Stabiliteit en GroeiPact verdrukt
Europees Stabiliteit en GroeiPact verdrukt Vereniging van Nederlandse Gemeenten investeringen gemeenten Jan van der Lei, 6 december 2016 Nieuwegein EMU-saldo is mutatie financieel Vereniging van Nederlandse
Nadere informatieArbeid = arbeiders = mensen
Vraag van en aanbod naar arbeid Arbeid = arbeiders = mensen De vraag naar mensen = werkenden Het aanbod van mensen = beroepsbevolking Participatiegraad Beroepsbevolking / beroepsgeschikte bevolking * 100%
Nadere informatieEindexamen economie pilot havo 2011 - I
Beoordelingsmodel Vraag Antwoord Scores Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Modellen
Samenvatting Economie Lesbrief Modellen Samenvatting door een scholier 1385 woorden 6 mei 2006 6,2 13 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H. 1, Crisis. Conjunctuurtheorie = theorie over crisis met
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Opgave 1 Hoe verdelen we de zorgkosten? 1 maximumscore 2 Stel het bbp op 100 en het totaal van de zorgkosten op 9 9 1,035 24 = 9 2,283328 = 20,55 1 100 1,0132 24 = 136,99 20,55 136,99 100% = 15% (en dat
Nadere informatieSectorwerkstuk Economie Economische crisis
Sectorwerkstuk Economie Economische crisis Sectorwerkstuk door A. 2214 woorden 2 februari 2013 6,6 119 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Deelvraag 1: Wat zijn de oorzaken van de Economische
Nadere informatieMicronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden
Samenvatting door een scholier 1037 woorden 19 augustus 2003 5,5 126 keer beoordeeld Vak Economie H1. Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Macroniveau:
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Rookremmers 1 maximumscore 2 De genoemde bijkomende/onbedoelde (maatschappelijke)
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2000-II
Opgave 1 Uit een krant: Uitzendbranche blijft groeien Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat de uitzendbranche in het eerste kwartaal van 1998 flink is gegroeid. In vergelijking
Nadere informatie6,9. Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari keer beoordeeld. Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1. Actieven en inactieven:
Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari 2016 6,9 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1 Actieven en inactieven: Actieven; mensen die betaald werk
Nadere informatieH2 Te veel geld maakt ongelukkig
Samenvatting door M. 940 woorden 15 november 2012 3.3 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index H2 Te veel geld maakt ongelukkig 2.1 introductie De oorzaak van hyperinflatie is bijna altijd dezelfde:
Nadere informatieAantekeningen VWO-6 Economie Lesbrief Economische Modellen
Aantekeningen VWO-6 Economie Lesbrief Economische Modellen Hoofdstuk 1 + 2 Een model is een vereenvoudigde weergave van de werkelijkheid. Bedoeld om de werkelijkheid te verklaren Bedoeld om voorspellingen
Nadere informatieH2: Economisch denken
H2: Economisch denken 1 : Produceren Produceren: Het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van de productiefactoren door bedrijven en de overheid. Alleen bedrijven en de overheid kunnen produceren
Nadere informatieExamen HAVO en VHBO. Economie 1,2 oude en nieuwe stijl
Economie 1,2 oude en nieuwe stijl Examen HAVO en VHBO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Vooropleiding Hoger Beroeps Onderwijs HAVO Tijdvak 2 VHBO Tijdvak 3 Woensdag 21 juni 13.30 16.30 uur 20 00 Dit
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-085 18 december 2008 9.30 uur Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Nog 1 miljoen inwoners erbij, inwonertal zal harder groeien dan eerder gedacht
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10
Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting door een scholier 2188 woorden 14 februari 2016 8,6 15 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 9: Schommelingen in de economie 9.1 Schommelingen
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 1640 woorden 19 januari 2004 7,8 48 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Directe ruil=
Nadere informatie2.1 De keuze tussen werk en vrije tijd
2.1 De keuze tussen werk en vrije tijd Mensen moeten steeds de keuze maken tussen werken en vrije tijd: 1. Werken * Je ontvangt loon in ruil voor je arbeid; * Langer werken geeft meer loon (en dus kun
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Zakelijk boeren 1 maximumscore 1 A, B, D, E, F, H Opmerking
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen en groei
Samenvatting Economie Inkomen en groei Samenvatting door een scholier 2020 woorden 10 maart 2009 8,2 49 keer beoordeeld Vak Economie Productie en ruilen. Als je zelfvoorzienend bent dan produceer je goederen
Nadere informatieStartkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.
Samenvatting door D. 1363 woorden 7 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Paragraaf 1; De werknemer Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te
Nadere informatieSamenvatting Economie Hst. 4 Het Buitenland
Samenvatting Economie Hst. 4 Het Buitenland Samenvatting door een scholier 1280 woorden 21 juli 2009 8 1 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Hst. 4 HET BUITENLAND Je moet iets weten over de verschillende
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1990 woorden 6 december 2010 3,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans 2.1 produceren Produceren: het maken van goederen en het
Nadere informatieBeleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog
Publicatiedatum CBS-website Centraal Bureau voor de Statistiek 9 december 25 Beleggingen institutionele beleggers in 24 met 8,1 procent omhoog drs. J.L. Gebraad Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo I
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 nivellering 38,2 : 9,6 = 3,98 : 1 2 maximumscore
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek Tekort Rijk minder groot
Centraal Bureau voor de Statistiek Tekort Rijk minder groot Arjan Neef Den Haag, 9 november, 2012 Tekort Rijk minder groot Arjan Neef Het vorderingentekort van het Rijk bedroeg in 2011 16,9 miljard euro.
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven Samenvatting door D. 1403 woorden 18 januari 2014 7 3 keer beoordeeld Vak Economie Conjunctuurbeweging/Conjunctuur: Het patroon van het stijgen
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2007-I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 q v = 200 1,25 + 450 = 200 q a
Nadere informatieSamenvatting Miljoenennota Hoofdpunten beleid mln. 100 mln. 92 mln. 63 mln. 1,9 mld. 1,2 mld. 1,0 mld. 0,5 mld
Samenvatting Miljoenennota 219 Hoofdpunten beleid 219 Prioriteiten en actualiteiten Lager volume gaswinning 3 mln Ondersteuning regio Groningen 1 mln Voorbereiding brexit bij Douane en NVWA 92 mln Oprichting
Nadere informatiePersbericht. Economie verder gekrompen. Centraal Bureau voor de Statistiek. Uitvoer blijft groeien. Minder investeringen
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB13-011 14 februari 2013 9.30 uur Economie verder gekrompen Economie krimpt in vierde kwartaal 0,2 procent t.o.v. kwartaal eerder Ten opzichte van een jaar
Nadere informatie2009 uitzonderlijk slecht economisch jaar voor Nederland
2009 uitzonderlijk slecht economisch jaar voor Nederland 02 Krimp mondiale economie in 2009 Aziatische landen als eerste uit het dal Economie eurozone krimpt nog sterker dan wereldeconomie Krimp in 2009
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2001-II
4 Antwoordmodel Opgave Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. ja Uit de toelichting moet blijken dat de stijging
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 Voordat de export wegviel was er evenwicht op de
Nadere informatieUitkomsten. Publicatiedatum CBS-website: 28 april 2008. Voorburg/Heerlen
0t07 07 Uitkomsten kwartaalsectorrekeningen, torrekeningen, 2007 Publicatiedatum CBS-website: 28 april 2008 Voorburg/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 salaris: 122.000 175 = 86.437
Nadere informatieMacro-economische Ontwikkelingen
Macro-economische Ontwikkelingen 1e kwartaal 9 Overall conclusie In de tweede helft van 8 sloeg de kredietcrisis ook in Nederland over naar de rest van de economie. De vooruitzichten voor 9 en 1 zijn in
Nadere informatieM * V = P * T (T kan ook Y (reëel inkomen zijn)
Centrale bank leent aan banken geld. Banken kunnen geld uitlenen aan gezinnen en bedrijven. Gezinnen consumeren meer, bedrijven investeren meer. De bedrijven gaan meer produceren. (Er ontstaat meer welvaart
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een voorbeeld van een
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7
Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7 Samenvatting door een scholier 1504 woorden 12 april 2005 4,5 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 6.1 Het nationaal inkomen: bestaat uit de som van de
Nadere informatieConjunctuurbericht. Maart Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Conjunctuurbericht PB00-072 30 maart 2000 10.30 uur Maart 2000 Algemeen: stabiel gunstig beeld Het beeld van de Nederlandse conjunctuur is in de laatste maand niet veel
Nadere informatieGroep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115
Samenvatting door M. 1480 woorden 6 januari 2014 7,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Tijd is geld De ECB leent geld uit aan de banken. Ze rekenen daar reporente voor. Banken
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2007-II
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat
Nadere informatieMacro-economische Ontwikkelingen
Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 8 Overall conclusie De kredietcrisis zorgt voor een terugval van de economische bedrijvigheid in Nederland die sinds het begin van de jaren tachtig niet is voorgekomen.
Nadere informatieSamenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting door H. 1812 woorden 16 juni 2013 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting Werk hoofdstuk 1, 2 en 3 Hoofdstuk 1. Werken
Nadere informatie5,6. Praktische-opdracht door een scholier 2583 woorden 20 december keer beoordeeld
Praktische-opdracht door een scholier 2583 woorden 20 december 2002 5,6 76 keer beoordeeld Vak Economie Iedereen heeft met geld te maken, jong en oud. Jongeren misschien wat minder dan oudere mensen, maar
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Opgave 1 Verdienen ministers te weinig? Een commissie stelt dat een minister meer zou moeten verdienen dan zijn topambtenaren. Uit onderzoek van de commissie blijkt echter dat in 2005 het salaris van een
Nadere informatieMiljoenennota in begrijpelijke taal
Samenvatting Miljoenennota in begrijpelijke taal D66 krijgt het voor elkaar 20180920102008_1837.adpro.indd 1 9/20/2018 10:20:25 AM Wat is de Miljoenennota? 2 Elk jaar presenteert de minister van Financiën
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 8
Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Samenvatting door een scholier 1279 woorden 6 december 2005 5,7 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Economie Hoofdstuk 8 Paragraaf 1 Functies van
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 van het aanbod van arbeid
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Rek in het arbeidsaanbod 1 maximumscore 2 Doordat het aanbod van
Nadere informatie5.2 Wie is er werkloos?
5.2 Wie is er werkloos? Volgens het CBS behoren mensen tot de werkloze beroepsbevolking als ze een leeftijd hebben van 15 tot en met 64 jaar, minder dan 12 uur werken, actief op zoek zijn naar betaald
Nadere informatiewisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590?
wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590? 1,3644 * 590 = $805 2300 is dan 1,3644 * 2300 =$3138,12 Hoeveel euro is $789? 1,3644 dollar = 1 euro $789 / 1,3644 =578,28 euro Bereken
Nadere informatieBoek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen
Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Valt het mee of tegen? a Als Yara een appartement koopt moet ze een hypotheek afsluiten. Hiervoor betaalt ze iedere maand een bepaald bedrag. Dit zijn haar
Nadere informatieMacro-economische Ontwikkelingen
Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 1 BIJLAGE II Overall conclusie De Nederlandse economie groeit in 1 naar verwachting met 1¼%. Voor komend jaar wordt een groei van 1¾% voorzien. De toename van
Nadere informatiePersbericht. Economie groeit 0,9 procent in eerste kwartaal Centraal Bureau voor de Statistiek. Kwartaal-op-kwartaalgroei aangetrokken
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-103 1 juli 2004 9.30 uur Economie groeit 0,9 procent in eerste kwartaal 2004 De Nederlandse economie is in het eerste kwartaal van 2004 met 0,9 procent
Nadere informatieConjunctuurbericht. Januari 2001. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Conjunctuurbericht PB01-015 25 januari 2001 10.30 uur Januari 2001 Algemeen: conjunctuur over de top Aan het begin van het nieuwe jaar geven meerdere economische indicatoren
Nadere informatieEindexamen vwo economie 2014-I
Opgave 1 1 maximumscore 2 De kredietcrisis in de VS leidt ertoe dat Nederlandse banken verlies lijden op hun beleggingen in de VS en daardoor minder makkelijk krediet verstrekken aan bedrijven. Hierdoor
Nadere informatiePersbericht. Herzien BBP bijna 32 miljard gulden hoger
Persbericht PB99-102 27 april 1999 10.00 uur Herzien BBP bijna 32 miljard gulden hoger Door een herziening van definities en berekeningsmethoden komt de raming van het bruto binnenlands product (BBP) voor
Nadere informatieMACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD
pdf18 MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD De macro-vraaglijn of geaggregeerde vraaglijn geeft het verband weer tussen het algemeen prijspeil en de gevraagde hoeveelheid binnenlands product. De macro-vraaglijn
Nadere informatie