Metrologische Reglementering

Transcriptie

1 (NOE / ) MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Kwaliteit Metrologische Dienst Metrologische Reglementering Koninklijk besluit van 28 november 1986 tot inrichting van de Belgische Kalibratie Organisatie

2 2 Koninklijk besluit van 28 november 1986 tot inrichting van de Belgische Kalibratie Organisatie MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN N NOVEMBER Koninklijk besluit tot inrichting van de Belgische Kalibratie Organisatie BOUDEWIJN, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 16 juni 1970 betreffende de meeteenheden, de meetstandaarden en de meetwerktuigen, inzonderheid op artikel 30, 4, gewijzigd bij de wet van 21 februari 1986; Gelet op het advies van de Raad van State; Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij: HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied Artikel 1. Dit besluit richt de Belgische Kalibratie Organisatie in die gevormd wordt door het geheel van de laboratoria die overeenkomstig de bepalingen van dit besluit voor het kalibreren van meetwerktuigen erkend zijn. HOOFDSTUK II. Erkenningsvoorwaarden Art. 2. Om te kunnen erkend worden moet het laboratorium voldoen aan de hiernavolgende voorwaarden: 1. beschikken over kalibratiemiddelen en bereid zijn deze ten behoeve van derden aan te wenden; 2. geleid worden door een persoon die de nodige technische bekwaamheid heeft met betrekking tot het kalibratiegebied der erkenningsaanvraag en die voldoende onafhankelijkheid bezit teneinde zijn taak op objectieve wijze te kunnen vervullen; 3. beschikken over deskundig personeel met betrekking tot het kalibratiegebied der erkenningsaanvraag; 4. beschikken over een infrastructuur aan lokalen, materiëel, wetenschappelijke dokumentatie en randapparatuur, nodig om de in de erkenningsaanvraag vermelde kalibraties te kunnen verrichten; 5. voor het kalibratiegebied der erkenningsaanvraag beschikken over referentiestandaarden die gekalibreerd zijn in funktie van de nationale standaarden, bewaard door de Metrologische Dienst. Bij ontstentenis van nationale standaarden dienen de referentiestandaarden gekalibreerd

3 te zijn in funktie van deze van een laboratorium dat voor dit doel is erkend. De erkenning van dit laatst genoemd laboratorium is eveneens onderworpen aan de bepalingen van dit besluit, evenwel met het onderscheid dat de referentiestandaarden van dit laboratorium, onder controle van de Metrologische Dienst, gekalibreerd dienen te zijn in funktie van de internationale standaarden of van nationale standaarden van andere landen of, bij ontstentenis van deze eerste twee kategorieën standaarden, in funktie van standaarden van een hiermee vergelijkbare nauwkeurigheid; 6. voor het kalibratiegebied der erkenningsaanvraag beschikken over een meetruitrusting, gekalibreerd in funktie van de eigen referentiestandaarden en aangepaste meetmethodes toepassen; 7. voor evaluatiedoeleinden kalibraties uitvoeren zonder bezoldiging en toegang verlenen aan de personen belast met het erkenningsonderzoek, zoals voorzien in artikel 4. 3 HOOFDSTUK III. - Erkenningsprocedure Art. 3. Om een erkenning te kunnen verkrijgen dient een aanvraag te worden gericht aan de Minister van Economische Zaken. Deze aanvraag moet nader specificeren voor welke types en bereiken van meting om erkenning wordt verzocht. Tevens moet melding gemaakt worden van de meetonzekerheden. Art De erkenning is afhankelijk gesteld van de uitslagen van een onderzoek naar de wijze waarop de erkenningsvoorwaarden, bepaald in artikel 2, worden vervuld. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door ambtenaren van de Metrologische Dienst in samenwerking met experten die als dusdanig door een " Algemene Kalibratie Commissie " worden aangewezen. De Minister van Economische Zaken bepaalt de opdracht en de samenstelling van deze commissie; 2. De aanvraag is onderworpen aan een vergoeding te vereffenen alvorens de inspectiebezoeken plaatsgrijpen. De grootte van deze vergoeding is afhankelijk van de aard der te onderzoeken kalibratiemiddelen en wordt door de " Algemene Kalibratie Commissie " bepaald op basis van een door de Minister van Economische Zaken vast te stellen uurloon. Art. 5. De namen van de experten belast met het erkenningsonderzoek worden, voorafgaand aan de bezoeken, aan de laboratoria medegedeeld. Het betrokken laboratorium kan de " Algemene Kalibratie Commissie " om de aanstelling van een ander expert verzoeken. Art. 6. De beslissing inzake toekennen of afwijzen der erkenning wordt door de Minister van Economische Zaken genomen op advies van de " Algemene Kalibratie Commissie ". Indien nochtans de commissie zich voorneemt een advies te verstrekken met het oog op de gedeeltelijke of volledige weigering van de gevraagde erkenning, zal zij hieromtrent met opgave der redenen het betrokken laboratorium inlichten, dat over 30 dagen beschikt om zijn eventuele bezwaren tegen het overwogen standpunt te laten kennen. Iedere weigeringsbeslissing moet met

4 4 redenen omkleed zijn. Art. 7. De certifikaten die door de laboratoria binnen het raam van hun erkenning worden afgeleverd, worden verleend in naam van de " Belgische Kalibratie Organisatie ". HOOFDSTUK IV Duur, behoud en intrekking van de erkenning Art. 8. De erkenning wordt toegekend voor een tijdsduur van twee jaar tenzij anders bepaald in de erkenningsbeslissing en heeft uitsluitend betrekking op de metingen en kalibraties die vallen binnen het bereik gedefiniëerd in deze beslissing.

5 5 Art. 9. Onverminderd het bepaalde in artikel 2, moet het laboratorium om erkend te blijven, voldoen aan de hiernavolgende voorwaarden: 1. op regelmatige tijdstippen kalibraties laten uitvoeren van zijn referentiestandaarden en zelf in funktie van deze standaarden de aangewende meetuitrusting kalibreren. De hierop betrekking hebbende dokumenten worden bewaard. Ze zullen op aanvraag ter beschikking worden gesteld van de personen, door de " Algemene Kalibratie Commissie ", belast met het toezicht op de naleving van de erkenningsvoorwaarden; 2. iedere toestandswijziging van organisatorische of metrologische aard, die van invloed kan zijn op de naleving van de erkenningsvoorwaarden, schriftelijk aan de " Algemene Kalibratie Commissie " mededelen; 3. de door de " Algemene Kalibratie Commissie " periodiek opgelegde en onbezoldigde kalibraties uitvoeren ter controle van de kwaliteit der metingen; 4. ten laatste drie maand voor het verstrijken van de erkenningstermijn een aanvraag tot verlenging indienen bij de Minister van Economische Zaken en toegang verlenen aan de personen belast met het toezicht op de naleving van de erkenningsvoorwaarden. De aanvraag is onderworpen aan de bepalingen van artikel 4, 2; 5. gedurende een termijn van vijf jaar de kalibratiedossiers en certifikaten bewaren die in het raam van de " Belgische Kalibratie Organisatie " worden opgesteld en deze op aanvraag ter beschikking stellen van de met inspectie belaste personen; 6. jaarlijks aan de " Algemene Kalibratie Commissie " een omstandige lijst laten geworden van de kalibraties verricht in het raam van de Organisatie. Art. 10. De erkenning kan geheel of gedeeltelijk, tijdelijk of definitief worden ingetrokken bij misbruik of wanneer niet meer voldaan wordt aan de erkenningsvoorwaarden. Het betrokken laboratorium wordt voorafgaandelijk hierover ingelicht door de " Algemene Kalibratie Commissie" en beschikt over 30 dagen om zijn eventuele bezwaren te laten kennen. De beslissing van intrekking of schorsing van de erkenning dient met redenen te worden omkleed. Art Iedere erkenningsuitbreiding dient te worden aangevraagd aan de Minister van Economische Zaken. De aanvraag is onderworpen aan de bepalingen van artikel 4, 2; 2. Een laboratorium kan aan zijn erkenning verzaken. De verzaking wordt aan de Minister van Economische Zaken medegedeeld.

6 6 HOOFDSTUK V. - Diverse bepalingen Art. 12. De lijst van de erkende laboratoria wordt jaarlijks in het Belgisch Staatsblad bekend gemaakt. Erkenningsbeëindigingen worden hierin eveneens gepubliceerd, telkens wanneer deze zich voordoen. Art. 12. Overtredingen van dit besluit worden bestraft overeenkomstig de artikelen 26 en 30, 4, derde lid, van de wet van 16 juni 1970 betreffende de meeteenheden, de meetstandaarden en de meetwerktuigen. Art. 14. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt. Art. 15. Onze Minister van Economische Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 28 november BOUDEWIJN Van Koningswege: De Minister van Economische Zaken, Ph. MAYSTADT

7 7