Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
|
|
- Andreas van de Berg
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar. Gelieve bij eventuele overname wel de correcte bron te vermelden. De laatste pagina bevat alle oplossingen. Voor vragen en opmerkingen: Freddy.Heylen@UGent.be. 1. We bevinden ons in de steady state van een gesloten economie waar de technologie exogeen en constant wordt beschouwd. 2. A. Het BBP per capita (y) groeit even snel als de bevolking. B. De kapitaalvoorraad (K) groeit even snel als de bevolking. C. De kapitaalvoorraad per capita (k) groeit even snel als het BBP. D. De groei van het BBP is nul. Beschouw een zelfde situatie als hierboven, met dat verschil dat we ons nu niet in de steady state bevinden; we bevinden ons in een situatie waarbij de kapitaalvoorraad per capita kleiner is dan de kapitaalvoorraad per capita in de steady state. A. De spaarquote is groter dan die in de steady state. B. De investeringen zijn te laag om de kapitaalvoorraad constant te houden. C. De groei van het BBP per capita is lager dan in de steady state. D. De groei van de kapitaalvoorraad per capita zal tijdelijk groter zijn dan 0.
2 3. We bevinden ons in de steady state van een gesloten economie. De totale factorproductiviteit kent geen permanente groei (g = 0), maar is wel onderhevig aan schokken. Stel dat een negatieve schok de economie treft, die A op een blijvend lager niveau brengt. 4. A. In de overgang naar de nieuwe steady state neemt de spaarquote af. B. In de overgang naar de nieuwe steady state zijn de investeringen groter dan nodig is om de kapitaalvoorraad constant te houden. C. In de overgang naar de nieuwe steady state neemt het BBP per capita af. D. In de nieuwe steady state groeit het BBP per capita trager dan in de oude steady state. Beschouw het basis Solow groeimodel (constante A) in een gesloten economie. Met betrekking tot het inkomen per capita geldt: 5. A. Een hogere bevolkingsgroei impliceert (ceteris paribus) een hoger steady stateniveau. B. Een hogere spaarquote impliceert (ceteris paribus) een hogere groei. C. Een hogere spaarquote impliceert (ceteris paribus) een hoger steady state-niveau. D. Een hoger steady state-niveau impliceert (ceteris paribus) een hogere groei. Beschouw het basis Solow groeimodel (constante A) in een open economie. 6. A. Kapitaal-rijke landen zullen kapitaal aantrekken. B. Onder normale macro-economische omstandigheden (stabiel macro-economisch beleid, geen oorlog e.d.) en bij perfecte kapitaalmobiliteit zullen landen sowieso convergeren in termen van BBP per capita. C. In kapitaal-armere landen heerst een lagere marginale productiviteit van kapitaal. D. Enkel landen met gelijke kenmerken zullen convergeren. We bevinden ons binnen het denkkader van het Solow groeimodel met permanente technologische vooruitgang. A. In de steady state is de kapitaalvoorraad per capita (k) constant. B. In de steady state groeit het BBP per capita (y) even snel als in het basis Solow model met constante technologie. C. In de steady state groeit de kapitaalvoorraad (K) even snel als de technologie en de bevolking samen. D. In de steady state is de groei van het inkomen per capita (y) nul. Meerkeuzevragen Hoofdstuk 16 2/5
3 7. * Beschouw het Solow groeimodel en de landen A, B en C. Deze drie landen hebben exact dezelfde structurele kenmerken (A, n,...) op de spaarquote na. Deze bedraagt 15% in A en B, en 10% in C. Het inkomen per capita in A bedraagt 1000, in B en C 800. Welk land groeit het snelst? 8. A. Land A. Dit heeft ceteris paribus immers de hoogste spaarquote en het hoogste B. Land B. Dit heeft ceteris paribus immers de hoogste spaarquote en het laagste C. Land C. Dit heeft ceteris paribus immers de laagste spaarquote en het laagste D. De landen B en C want in het Solow model groeien de armste landen het snelst. Het Solow model voorspelt dat ceteris paribus een vermindering van de overheidsconsumptie (G) 9. A. tot een permanent hoger inkomensniveau per capita bijdraagt want de nationale spaarquote neemt toe. B. tot permanent hogere groei in het inkomen per capita leidt want de nationale spaarquote neemt toe. C. tot tijdelijk lagere groei leidt omwille van de terugval in de globale vraag naar goederen en diensten. D. geen effect heeft op de economische groei, zelfs niet op korte termijn. Als stylized facts of economic growth vond Kaldor o.a. dat op lange termijn beschouwd (i) het groeipercentage van het BBP per capita positief is en geen tendens tot afname vertoont en (ii) tussen landen enorme groeiverschillen per capita kunnen optreden. Wanneer we het Solow-model met deze feiten confronteren, moeten we zeggen dat A. het basismodel (constante A) hiermee volledig in overeenstemming is. B. het basismodel hiermee niet in overeenstemming is, maar het model met permanente technologische vooruitgang wel indien wordt verondersteld dat alle landen zich in hun steady state bevinden. C. het basismodel hiermee niet in overeenstemming is, maar het model met permanente technologische vooruitgang wel indien wordt verondersteld dat de meeste landen zich typisch niet in hun steady state bevinden. D. noch het basismodel, noch het model met permanente technologische vooruitgang hiermee in overeenstemming zijn. Er is nood aan een andere groeitheorie (hoofdstuk 21). Meerkeuzevragen Hoofdstuk 16 3/5
4 10. De Solow residual slaat op 11. * A. die aspecten van de economische groei in de VS die het Solow-model niet kon verklaren. B. de kritiek die Solow kreeg van de Ricardianen. C. het gedeelte van de economische groei dat niet aan uitbreiding van de arbeidsinzet noch de kapitaalinzet kan worden toegeschreven. D. perioden van recessie of hoogconjunctuur waarin de economische groei afwijkt van het langetermijnniveau. Het Solow model voorspelt convergentie in open economieën als het kapitaal internationaal mobiel is en door de armere landen gastvrij wordt ontvangen. Velen argumenteren dat deze convergentie in de realiteit niet waar te nemen is, integendeel. Het volstaat het Solow model voor open economieën op één cruciaal punt realistischer te maken om een gebrek aan convergentie te verkrijgen. A. In realiteit neemt de bevolkingsgroei af met het inkomensniveau. Rijkere landen hebben een lagere bevolkingsgroei. Zij worden daardoor per capita altijd maar rijker. B. In realiteit is de technologie niet gemeenschappelijk in alle landen. De technologie is beter in rijkere landen. Daarom ligt de productiefunctie in rijkere landen hoger. Daarom zullen het marginaal product en de opbrengstvoet van kapitaal er niet lager liggen, maar hoger. Er zal daarom meer geïnvesteerd worden in rijkere landen. C. In realiteit is de technologie niet gemeenschappelijk in alle landen. De technologie is beter in rijkere landen. Daarom ligt de productiefunctie in rijkere landen hoger. Daarom zullen het marginaal product en de opbrengstvoet van kapitaal er lager liggen. Goedkoper kapitaal zal de investeringen bevorderen. D. In realiteit is de spaarquote hoger in rijkere landen. In rijke landen is daarom meer kapitaal beschikbaar voor investeringen. Dus blijven rijkere landen altijd voorop. Meerkeuzevragen Hoofdstuk 16 4/5
5 Antwoordsleutel 1. B 2. D 3. C 4. C 5. B 6. C 7. B 8. A 9. C 10. C 11. B Meerkeuzevragen Hoofdstuk 16 5/5
4. Welke uitspraak is fout? In het Solow-groeimodel leidt technologische achteruitgang tot:
Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie Prof. dr. Jan Bouckaert Prof. dr. André Van Poeck 12-15 december 2014 1. Stel dat het bruto nationaal inkomen 200 miljard euro bedraagt. Hoeveel bedraagt
Nadere informatieauteursrechtelijk beschermd materiaal OPLOSSINGEN OEFENINGEN HOOFDSTUK 17
OPOSSINGEN OEFENINGEN HOOFDSTUK 17 Open Vragen OEFENING 1 a) We herinneren ons de definitie van de prijselasticiteit van de vraag dq dp. p q Hier gaat het om de kapitaalselasticiteit van de productie.
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieProefexamen Inleiding tot de Algemene Economie. Prof. Dr. Jan Bouckaert december 2015
Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie Prof. Dr. Jan Bouckaert 11-14 december 2015 1. Wat wordt niet meegerekend in het netto nationaal inkomen (nni) van België? A. Lonen van Belgische grensarbeiders
Nadere informatie21.4. Een inleiding tot intergenerationele economie: het Diamond-model van overlappende generaties (OLG-model)
764 Economische groei onderzoek breiden Kneller et al. (1999) deze budgetbeperking als volgt uit: g t +ng t = τy t +nt t +def t (44) Naast de gekende g t en τy t omvat vergelijking (44) respectievelijk
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatiePrognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan
Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en in september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen
Nadere informatieCPB-reactie op OESOstudie over de relatie tussen inkomensongelijkheid. economische groei
CPB Notitie 22 december 2014 CPB-reactie op OESOstudie over de relatie tussen inkomensongelijkheid en economische groei Uitgevoerd op verzoek van de vaste commissie Financiën van de Tweede Kamer CPB Notitie
Nadere informatieReële convergentie in de nieuwe lidstaten van de EU
Reële convergentie in de nieuwe lidstaten van de EU De algemene verwachting dan het EU-lidmaatschap gepaard gaat met snelle inhaalgroei blijkt niet in gelijke mate voor alle nieuwe lidstaten te gelden.
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieEen aardbeving is een voorbeeld van een eenmalig-permanente en continue schok en de tijdelijke uitval van elektriciteit is bijvoorbeeld een eenmalige
Samenvatting Een economische schok is een drastische verandering in het evenwicht of de continuïteit van een systeem. De wereld wordt gekenmerkt door een veelheid van schokken. En elke schok lijkt de economie
Nadere informatieInleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1
Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1 Vraag 1 Bin. Munt/Buit. munt Hoeveelheid buitenlandse munt Beschouw bovenstaande grafiek met op de Y-as de hoeveelheid binnenlandse
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2006-II
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juiste berekening
Nadere informatie: Macro-economie voor Bedrijfseconomie
TENTAMEN inclusief antwoorden Vaknaam : Macro-economie voor Bedrijfseconomie Vakcode : 330091 Datum tentamen : donderdag 16 mei 2013 Duur tentamen : 3 uur Docent : Dr. B.J.A.M. van Groezen ANR : 649627
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieIs de spaarquote te hoog of te laag? Schattingen van de "goudenregel"-spaarquote
FACULTEIT ECONOMISCHE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN & SOLVAY BUSINESS SCHOOL Is de spaarquote te hoog of te laag? Schattingen van de "goudenregel"-spaarquote Jonas Lucien De Jaeger 0509647 Promotor: Luc HENS
Nadere informatie20.1 Wat is economische groei?!
20.1 Wat is economische groei? Om te beoordelen of er geproduceerd is, moet het BBP worden gecorrigeerd voor de inflatie. BBP is de totale product door binnenlandse sectoren. We vinden dan de toename van
Nadere informatieEen macro-economische analyse van Venezuela onder Chavez
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 213 214 Een macro-economische analyse van Venezuela onder Chavez Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science
Nadere informatieHoofdstuk 3: Vraag en Aanbod
Economie, een Inleiding Hoofdstuk 3: Vraag en Aanbod 1 Vraag en Aanbod - Inhoudstafel 1. De vraag als uitdrukking van bereidheid tot betalen 2. Het aanbod als uitdrukking van marginale kosten 3. Prijsvorming
Nadere informatieInleiding We hebben gezien uit welke componenten het nationaal product en het nationaal inkomen bestaat.
Bestedingsevenwicht - 1 van 15 MACRO-ECONOMISCH BESTEDINGSEVENWICHT Welke factoren bepalen de grootte van het nationaal inkomen? Inleiding We hebben gezien uit welke componenten het nationaal product en
Nadere informatieDomein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)
1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur
Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting door een scholier 1286 woorden 9 januari 2013 6,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 Personele inkomensverdeling
Nadere informatieDeeltoets micro-economie propedeuse
Deeltoets micro-economie propedeuse 20 november 2012 Versie 1 ü Deze toets bestaat uit 14 meerkeuzevragen. ü Op het antwoordformulier dient steeds - met potlood - het correcte antwoord te worden aangestreept.
Nadere informatieProefexamen Macro-economie: verbetering
Proefexamen Macro-economie: verbetering Deel 1: Drie open vragen op telkens 6 punten. 1. H9 a) Leid wiskundig de Philipscurve af uit de prijszettingsrelatie op de arbeidsmarkt. Verklaar de gebruikte symbolen.
Nadere informatieVijftig jaar Interne Markt:
Vijftig jaar Interne Markt: Effect op handel en groei voor Nederland Gert-Jan M. Linders Gebaseerd op werk met: Bas Straathof, Arjan Lejour, Jan Möhlmann Programma Achtergrond Interne Markt Interne Markt
Nadere informatie1. De productiemogelijkhedencurve van een land verschuift naar boven. Waardoor kan dit verklaard worden?
1. De productiemogelijkhedencurve van een land verschuift naar boven. Waardoor kan dit verklaard worden?. een daling van het aantal werklozen B. een toename van de emigratie uit het betreffende land. de
Nadere informatiePLANNING PAPER. Ecomomisch structuurbeleid: de Lissabonagenda. Federaal Planbureau
PLANNING PAPER 101 Ecomomisch structuurbeleid: de Lissabonagenda Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten B. Biatour, J. Fiers, Ch. Kegels, B. Michel, J. van der Linden, J. Verlinden
Nadere informatieNetto toegevoegde waarde: loon + huur + rente + winst Bruto toegevoegde waarde: waarde van verkopen waarde van productiebenodigdheden
Paragraaf 1 Nationaal inkomen en welvaart Economie samenvatting H8 Om de welvaart in een land te meten gebruik je het bbp (bruto binnenlands product). Dat is de omvang van de totale productie in het hele
Nadere informatieBBP Inflatie Lopende rekening Werkloosheid Europa 2,0 0,1 0,8 3,3 2,8 2,1 0,4 0,8 1,0
Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en in september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen
Nadere informatieEconomieeenInleiding. 1: Wereldreis. o Voorbeelden: VS, EU, Japan 2: Overzicht
EconomieeenInleiding 1: Wereldreis o Voorbeelden: VS, EU, Japan 2: Overzicht o Wat is macro-economie? o Concepten, variabelen o Overzicht boek = structuur cursus en lessen #1 1 Op wereldreis Inleiding
Nadere informatieArbeidsproductiviteit in MKB en grootbedrijf
M21221 Arbeidsproductiviteit in MKB en groot Verklaring van verschillen tussen MKB en groot en ontwikkelingen 1993-29 Anne Bruins Ton Kwaak Zoetermeer, november 212 Arbeidsproductiviteit in MKB en groot
Nadere informatieEindexamen economie vwo II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een
Nadere informatieHoofdstuk 7: Productie en Kosten
Economie, een Inleiding Hoofdstuk 7: Productie en Kosten 1 Productie en Kosten Constructie van kostenfunctie Resultaat van optimale keuze van productiefactoren gegeven prijzen gegeven te produceren output
Nadere informatiePOTENTIËLE GROEI IN GROEILANDEN
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2011 2012 POTENTIËLE GROEI IN GROEILANDEN Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de Toegepaste Economische
Nadere informatieEconomische conjunctuur
Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. Ontstaat door veel vraag naar producten Trend (Gemiddelde groei over groot aantal jaren) laagconjunctuur
Nadere informatieStatistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012
Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren
Nadere informatiePrognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan
Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en in september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen
Nadere informatieEr zijn voortdurende bewegingen rond deze trend. Maar welke trend?
1 De Conjunctuur Welke groei hebben we gehad achter de tweede oorlog? We hebben achter WO2 een lange tijd een positief groei gehad. Er zijn voortdurende bewegingen rond deze trend. Maar welke trend? De
Nadere informatieDoorblader allereerst dit examenboekje: dit bevat 60 juist-fout -vragen. Controleer of het volledig is en vraag zo nodig een nieuw boekje.
EXAMEN GLOBALE ECONOMIE 2 september 2017 Reeks 1 Instructies Controle Doorblader allereerst dit examenboekje: dit bevat 60 juist-fout -vragen. Controleer of het volledig is en vraag zo nodig een nieuw
Nadere informatieInleiding tot de economie (HIR(b)) VERBETERING Test 14 november 2008 1
Inleiding tot de economie (HIR(b)) VERBETERING Test 14 november 2008 1 Vraag 1 (H1-14) Een schoenmaker heeft een paar schoenen gerepareerd en de klant betaalt voor deze reparatie 16 euro. De schoenmaker
Nadere informatieEindexamen vwo economie II
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat de particuliere
Nadere informatie2. Simulatie van de impact van een "centen i.p.v. procenten"-systeem
Bijlage/Annexe 15 DEPARTEMENT STUDIËN Impact van een indexering in centen i.p.v. procenten 1. Inleiding Op regelmatige tijdstippen wordt vanuit verschillende bronnen gesuggereerd om het huidige indexeringssysteem
Nadere informatieEconomische prognose IMF voor het GOS
Economische prognose IMF voor het GOS Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen voor de
Nadere informatieEconomie (TEW) - Formule blad
Economie Formuleblad Hoofdstuk 1. Marginaal product van arbeid = de toename in de productie van een goed bij inzet van één extra eenheid arbeid. MPL = X/ L of MPL = dx/dl Hoofdstuk 2. Prijselasticiteit
Nadere informatieHOOFDSTUK 21: OEFENINGEN
1 HOOFDSTUK 21: OEFENINGEN 1 In een gesloten economie zonder overheid, en waar de ondernemingen niet afschrijven noch winst reserveren, geldt : BNP = Y = consumptie + investeringen, BNP = Y = consumptie
Nadere informatieRemediëringstaak: Vraag en aanbod
Remediëringstaak: Vraag en aanbod Oefening 1: a. Stijging olieprijs blijft beperkt. Je moet een grafiek tekenen waarin je je aanbod naar links laat verschuiven (aanbod daalt) (wegens pijpleidingen die
Nadere informatiePropedeusecursus Macro-economie (6011P0125) Proeftussentoets
Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Propedeusecursus Macro-economie (6011P0125) Proeftussentoets Lente 2013 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus
Nadere informatieDe handelsbetrekkingen van België met Moldavië
De handelsbetrekkingen van België met Moldavië Algemeen: 2009 BBP (schatting) 5,4 miljard USD Groeipercentage van het BBP -6,5% Inflatie -0,1% Uitvoer van goederen (FOB) Invoer van goederen (FOB) Handelsbalans
Nadere informatieNeimed Krimpbericht. Structurele bevolkingsdaling nu ook in Midden- en Noord-Limburg NOVEMBER 2015
NOVEMBER Neimed Krimpbericht Structurele bevolkingsdaling nu ook in Midden- en Noord- In alle se gemeenten worden inmiddels minder kinderen geboren dan er mensen sterven. De natuurlijke aanwas is kleiner
Nadere informatieDEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten)
DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) 1. De grafiek hieronder geeft de participatiegraad voor Nederland, de V.S. en de 12 kernlanden
Nadere informatieExamen VWO. economie 1,2. tijdvak 1 maandag 26 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen VWO 28 tijdvak 1 maandag 26 mei 13.3-16.3 uur economie 1,2 Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 27 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 57 punten te behalen. Voor elk
Nadere informatieHet macro-economisch beleid van China vóór en na de internationale economische crisis
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2009 2010 Het macro-economisch beleid van China vóór en na de internationale economische crisis Masterproef voorgedragen tot het bekomen
Nadere informatieVIVES BRIEFING 2016/10. Het Belgisch productienetwerk. microschokken op het BNP. Glenn Magerman. VIVES, KU Leuven
VIVES BRIEFING 2016/10 Het Belgisch productienetwerk en de impact van microschokken op het BNP Glenn Magerman VIVES, KU Leuven 1 HET BELGISCH PRODUCTIENETWERK EN DE Glenn Magerman INLEIDING De evolutie
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo I
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 nivellering 38,2 : 9,6 = 3,98 : 1 2 maximumscore
Nadere informatieauteursrechtelijk beschermd materiaal OPLOSSINGEN OEFENINGEN HOOFDSTUK 5
OPLOSSINGEN OEFENINGEN HOOFDSTUK 5 Open Vragen OEFENING 1 a) We zien dat de budgetcurve de horizontale as snijdt bij q1 = 100. Dit wil zeggen dat indien de consument zijn hele budget besteedt aan goed
Nadere informatieInternationale Economie. Doorzettend, maar mager groeiherstel, veel neerwaartse risico s
Internationale Economie Doorzettend, maar mager groeiherstel, veel neerwaartse risico s Wim Boonstra, 27 november 2014 Basisscenario: Magere groei wereldeconomie, neerwaartse risico s De wereldeconomie
Nadere informatiePropedeusecursus Macro-economie (6011P0025) Proeftentamen 2
Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Propedeusecursus Macro-economie (6011P0025) Proeftentamen 2 Lente 2013 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus
Nadere informatieEconomische prognose IMF voor het GOS
Economische prognose IMF voor het GOS Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen voor de
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting De economische geschiedschrijving van Westerse economieën in de afgelopen twee eeuwen heeft aangetoond dat deze landen een verschillend groeitempo hebben gehad. Het arbeidsproductiviteitsniveau
Nadere informatieSpoor A2: De overdrachten aan de Gemeenschappen en Gewesten in het kader van de Bijzondere Financieringswet: K. Algoed D.
Spoor A2: De overdrachten aan de Gemeenschappen en Gewesten in het kader van de Bijzondere Financieringswet: 2007-2030 K. Algoed D. Heremans KULeuven 18 December 2008 Algemeen secretariaat Steunpunt beleidsrelevant
Nadere informatieVoorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur
Economische wetenschappen 1 en recht Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur 19 99 Dit examen bestaat uit 34 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven
Nadere informatieFactsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU?
Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Als gevolg van de wereldwijde economische en financiële crisis heeft de EU met een laag investeringsniveau te kampen. Alleen met gezamenlijke gecoördineerde
Nadere informatieDebt Sustainability Analysis (DSA)
BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Debt Sustainability Analysis (DSA) Een analyse naar de kwetsbaarheid van de Surinaamse Staatsschuld in 2014-2018 Malty Dwarkasing Sarajane Omouth
Nadere informatieInclusive Growth and Development Report 2017 van het World Economic Forum: Bevindingen voor Nederland
Inclusive Growth and Development Report 2017 van het World Economic Forum: Bevindingen voor Nederland Nederland scoort relatief hoog op economische groei en het aanpakken van ongelijkheid, maar de ongelijkheid
Nadere informatieOefeningen: Soorten marktvormen + Vraag en Aanbod + Marktevenwicht bij volkomen concurrentie
Oefeningen: Soorten marktvormen + Vraag en Aanbod + Marktevenwicht bij volkomen concurrentie Oefening 1: Geef grafisch weer welke wijziging de vraag- en/of aanbodcurve zal ondergaan in volgende gevallen
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2005-II
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord
Nadere informatieHoofdstuk 5: De Consument
Economie, een Inleiding Hoofdstuk 5: De Consument 1 De Consument Gedrag verklaren Van consumenten (gezinnen) Op goederenmarkt Algemeen kader: Maximaliseren van doelstellingsfunctie Onder beperkingen 2
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2004-II
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 artikel 1 Een verklaring waaruit
Nadere informatieRoads to recovery. George Gelauff, Debby Lanser, Albert van der Horst, Adam Elbourne. Centraal Planbureau 1
Roads to recovery George Gelauff, Debby Lanser, Albert van der Horst, Adam Elbourne 1 De Grote Recessie 2008: Financiële crisis subprime hypotheken crisis 15 september: Lehman Brothers bankroet stilstand
Nadere informatie1.1 Beschouwing. Those were the days
1.1 Beschouwing Those were the days Al drie jaar een groei van een procent of 2. Is dit goed nieuws of slecht nieuws? Voor de grote recessie kende Nederland een lange periode van gemiddeld hogere economische
Nadere informatieauteursrechtelijk beschermd materiaal OPLOSSINGEN OEFENINGEN Hoofdstuk 14
OPLOSSINGEN OEFENINGEN Hoofdstuk 14 Open vragen OEFENING 1 1) Op de markten van individuele goederen en diensten (inbegrepen de diensten van arbeid en kapitaal) wordt de vraag naar individuele goederen
Nadere informatieGoede tijden, slechte tijden. Soms zit het mee, soms zit het tegen
Slides en video s op www.jooplengkeek.nl Goede tijden, slechte tijden Soms zit het mee, soms zit het tegen 1 De toegevoegde waarde De toegevoegde waarde is de verkoopprijs van een product min de ingekochte
Nadere informatieMACRO-ECONOMISCHE ANALYSE VAN DE VERENIGDE STATEN ONDER DE REGERING OBAMA.
MACRO-ECONOMISCHE ANALYSE VAN DE VERENIGDE STATEN ONDER DE REGERING OBAMA. Aantal woorden: 15.253 Sylvie Ranson Stamnummer : 01002708 Promotor: Prof. dr. Freddy Heylen Commissaris: Prof. dr. Stijn Baert
Nadere informatieSamenvatting. (Summary in Dutch)
(Summary in Dutch) Inflatie is de stijging van het algemeen prijspeil. De jaren 70 en 80 van de vorige eeuw waren periodes van relatief hoge inflatiecijfers in West-Europa, terwijl lage inflatie en deflatie
Nadere informatieSamenvatting Economie H.8 / H.3
Samenvatting Economie H.8 / H.3 Samenvatting door R. 1151 woorden 15 juni 2013 5,2 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode 8.1 is dit verzekeren? Begrippen H.8 Verzekering: Een manier om je te beschermen
Nadere informatieHT3: Vraag en aanbod
Lkr.: R. De Wever Naam: Nummer: HT3: Vraag en aanbod Klas: 3 ECA1 28 oktober 2016 25 Vraag 1: (6 ptn) Noteer voor elk van onderstaande uitspraken door welke grafiek (1 tot en met 8) ze worden weergegeven.
Nadere informatieHOOFDSTUK 14: OEFENINGEN
1 HOOFDSTUK 14: OEFENINGEN 1. Antwoord met juist of fout op elk van de onderstaande beweringen. Geef telkens een korte a) Indien een Amerikaans toerist op de Grote Markt van Brussel een Deens bier drinkt,
Nadere informatieEffecten van inkomstenbelasting en BTW op de economie.
Effecten van inkomstenbelasting en BTW op de economie. Naam: Christiaan Schouten Studentennummer: 5621208 Plaats: Weesp Datum: 3 juli 2009 Vak: Bachelor thesis Algemene Economie Universiteit: Universiteit
Nadere informatieModule 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging
Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit
Nadere informatieEconomische prognose IMF voor het GOS
Economische prognose IMF voor het GOS Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen voor de
Nadere informatieMacro-economie voor AEO (225P05) Voortgangstoets
Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Macro-economie voor AEO (225P05) Voortgangstoets December 2008 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus een lijst
Nadere informatieKorte inhoud. Deel 2 Macro-economische analyse van de vraagzijde 127
Korte inhoud Deel 1 Algemene inleiding 1 Hoofdstuk 1 Macro-economie en macro-economische vraagstukken 3 Hoofdstuk 2 Macro-economische ex-post relaties: productie, inkomen en bestedingen 67 Hoofdstuk 3
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economische groei derde kwartaal 2008 vertraagt tot 1,8 procent
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-077 14 november 2008 9.30 uur Economische groei derde kwartaal 2008 vertraagt tot 1,8 procent Bijna een halvering in vergelijking met eerste halfjaar
Nadere informatieArmoede en ongelijkheid in de wereld. Inleiding tot een eenvoudig én complex onderwerp Francine Mestrum, 27 maart 2016
Armoede en ongelijkheid in de wereld Inleiding tot een eenvoudig én complex onderwerp Francine Mestrum, 27 maart 2016 Wat gaan we bestuderen? Wanneer en hoe zijn armoede en ongelijkheid op de agenda van
Nadere informatieDOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED
DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED Op basis van de tot 19 mei 2006 beschikbare informatie hebben medewerkers van het Eurosysteem projecties
Nadere informatiePolsslag Ondernemend Limburg januari 2017
Polsslag Ondernemend Limburg januari 2017 VKW Limburg en UNIZO Limburg houden de vinger aan de pols van de Limburgse economie POL Themabevraging januari 2017 Outlook 2017 1 Evaluatie 2016 volgens sector
Nadere informatieStudienamiddag Steunpunt Fiscaliteit en Begroting, Brussel, 14 Januari 2011
Werkgelegenheid naar leeftijd, economische groei, en de pensioenuitdaging in de OESO-landen Tim Buyse, Freddy Heylen and Renaat Van de Kerckhove, Universiteit Gent Studienamiddag Steunpunt Fiscaliteit
Nadere informatieDE CONVERGENTIE VAN DE GROEI in de NIEUWE LIDSTATEN van de EUROPESE UNIE
DE CONVERGENTIE VAN DE GROEI in de NIEUWE LIDSTATEN van de EUROPESE UNIE J. Blomme Adviseur generaal van Financiën Federale Overheidsdienst FINANCIEN STUDIE- EN DOCUMENTATIEDIENST Koning Albert II laan
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)
Nadere informatieDe besparingen van Amerikaanse huis houdens na de financiële crisis
De besparingen van Amerikaanse huis houdens na de financiële crisis De besparingen van Amerikaanse gezinnen bereikten vlak voor de crisis een naoorlogs dieptepunt. Na de crisis moeten huishoudens fors
Nadere informatieTransfers & Regionale Groei. Damiaan Persyn
1 Naamsestraat 61 - bus 3510 B-3000 Leuven - BELGIUM Tel : 32-16-324222 vives@econ.kuleuven.be VIVES Briefings 2010 MEI Transfers & Regionale Groei Damiaan Persyn 1 Wie was Vivès? Juan Luis Vivès (1492-1540)
Nadere informatieGa indien nodig naar het toilet voor je aan het examen begint. Tijdens het examen mag je het lokaal niet verlaten.
Voornaam ACHTERNAAM: Studentennummer: Omcirkel de correcte richting (WS = werkstudent): 1 Ba HI 1 Ba TEW 1 Ba TEW WS 2 Ba HI 2 Ba TEW 2 Ba TEW WS 3 Ba HI 3 Ba TEW 3 Ba TEW WS andere Scores: 1 2 3 4 Tot.
Nadere informatieInhoud. Hoofdstuk 1 Macro-economie en macro-economische vraagstukken 3
Inhoud Woord vooraf xix Deel 1 Algemene inleiding 1 Hoofdstuk 1 Macro-economie en macro-economische vraagstukken 3 1.1. Wat is macro-economie? 3 1.2. Macro-economische grootheden en verbanden 5 1.2.1.
Nadere informatie5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief
5.6 Het s hoger onderwijs in internationaal perspectief In de meeste landen van de is de vraag naar hoger onderwijs tussen 1995 en 2002 fors gegroeid. Ook in gaat een steeds groter deel van de bevolking
Nadere informatieDe macro-economische vooruitzichten voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan
Economie en onderneming De macro-economische vooruitzichten 2006-2012 voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan Meyermans, E. & Van Brusselen, P. (2006).
Nadere informatieHOOFDSTUK 21: DE VRAAGZIJDE DE REELE SFEER
1 HOOFDSTUK 21: DE VRGZIJDE DE REELE SFEER Uitgangspunt: J. M. Keynes Bestaan van werkloosheid en niet benutte productiecapaciteit productie kan stijgen zonder dat de prijzen van de productiefactoren stijgen
Nadere informatieauteursrechtelijk beschermd materiaal OPLOSSINGEN OEFENINGEN HOOFDSTUK 7
OPLOSSINGEN OEFENINGEN HOOFDSTUK 7 Open vragen OEFENING 1 Consumptietheorie Nutsfunctie Budgetrechte Indifferentiecurve Marginale substitutievoet Marginaal nut Inkomenseffect Productietheorie Productiefunctie
Nadere informatieKritische bedenkingen over de vooruitzichten van de budgettaire kosten van de vergrijzing Gert Peersman Frederick Van Gysegem
Kritische bedenkingen over de vooruitzichten van de budgettaire kosten van de vergrijzing Gert Peersman Frederick Van Gysegem Universiteit Gent Analyse Bedenkingen over de vooruitzichten van de budgettaire
Nadere informatie