Wat kan je en wat weet je als medewerker Onderhouds- en Hersteldienst Buurtbeheer?

Transcriptie

1 Wat kan je en wat weet je als medewerker Onderhouds- en Hersteldienst Buurtbeheer? Naam deelnemer: Startdatum: Datum evaluatie: Begeleid(st)er: Inschakelingscoach: 1

2 2

3 Competenties NAUWKEURIGHEID / ORDE Ik werk juist en proper. Ik werk steeds aandachtig. Ik controleer mijn werk (op fouten). Als het druk is, werk ik nog steeds goed. De kwaliteit van mijn werk blijft goed. Ik ben ordelijk op de werkplek, in het pauzelokaal, in de kleedkamers, Ik ruim alles op na een taak. Ik zet alles op de juiste plaats. VERANTWOORDELIJKHEID Ik wil dat mijn werk en dat van de groep goed gedaan is Als ik afspraken maak, kunnen de collega s op mij rekenen Als ik een fout maak, geef ik dit toe Als de begeleider vraagt een boodschap door te geven aan de collega s, doe ik dat INITIATIEF NEMEN Ik zie werk Ik begin zelf aan een taak zonder dat de begeleider me iets moet zeggen Ik ga zelf op zoek naar werk Als ik even s te doen heb, hou ik mezelf nuttig bezig SAMENWERKEN Ik werk goed samen met anderen/met iedereen. Ik werk goed samen met alle begeleiders. Ik spreek Nederlands met de collega s en de begeleiding Ik heb respect voor de anderen. Ik ben geduldig. Ik help anderen waar het kan. VOORKOMEN / UITERLIJK Ik draag verzorgde kledij, ik draag de juiste werkkledij. Ik verzorg mijn uiterlijk (mijn haren, mijn handen, mijn nagels, mijn tanden, ). FLEXIBILITEIT Ik doe extra inspanningen als er veel werkdruk is. Ik kan een opdracht snel uitvoeren en aan een nieuwe opdracht beginnen. Ik vind het moeilijk om opeens een andere taak te doen of op een andere plaats te werken. 3

4 HOUDING Ik ben gemotiveerd. Ik stoor anderen tijdens het werk. Ik luister naar de uitleg van een nieuwe techniek/van nieuwe leerstof. Ik werk verder als er geen toezicht is. Ik excuseer mij als ik te laat ben en ik zeg waarom ik te laat ben. Ik gebruik mijn gsm tijdens het werk. Ik kom ook naar het werk tijdens de schoolvakanties. Ik spreek Nederlands. WERKTEMPO Ik werk volgens de planning. Ik werk aan een goed tempo, ik werk traag. Ik kan snel werken als er veel moet gebeuren. Ik werk aan een constant tempo, ik werk trager na een tijdje STIPTHEID Ik ben aanwezig. Ik respecteer de regels en afspraken (pauzes, Nederlands spreken, ). Ik kom op tijd. Als ik door onverwachte situaties te laat kom, verwittig ik telefonisch de begeleiding Bij onverwachte situaties, vb autopanne, doe ik er alles aan om op het werk te geraken Ik verwittig als ik ziek ben/als ik afwezig ben. Ik zorg voor de vereiste documenten als ik ziek/afwezig ben ASSERTIVITEIT / OMGAAN MET GEZAG Ik ben eerlijk, ik durf mijn mening te geven. Ik zeg mijn mening in het Nederlands en ik heb respect voor de mening van anderen. Als iets duidelijk is, vraag ik uitleg in het Nederlands. Ik aanvaard werkpunten (kritiek) en ik ga er opbouwend mee om. Ik luister naar mijn begeleider. Als ik iets wil bespreken, doe ik dat beleefd en vriendelijk KLANTVRIENDELIJKHEID Ik ben vriendelijk, beleefd en luister naar wat de klanten willen Ik help de klanten en geef hen het gevoel dat ze welkom zijn Ik volg de afspraken die ik met de klanten maak Ik neem problemen en wensen van klanten ernstig maar ik blijf aan het werk Ik help de klanten zonder dat ze het vragen Ik blijf lachen tegen de klanten 4

5 WERKORGANISATIE/ZELFSTANDIGHEID Ik maak elke morgen een planning. Ik organiseer mijn werk op een logische manier. Ik pas mijn planning aan als dat nodig is. Ik kan goed omgaan met onverwachte omstandigheden. Ik kan goed zelfstandig werken. Ik vraag bijna nooit aan anderen om te helpen. Ik kan moeilijke taken alleen doen. Ik zoek zelf een oplossing voor een probleem. REKENEN Ik kan optellen en aftrekken Ik kan vermenigvuldigen en delen Ik kan meten ik kan werken met maten zoals meter en gram NEDERLANDS Luisteren Spreken Een gesprek voeren Lezen Schrijven TECHNISCHE COMPETENTIES Ik kan schoffelen en wieden Ik kan harken Ik kan manueel bomen snoeien Ik kan rozen snoeien Ik kan met een heggenschaar werken Ik kan bloemen en struiken planten Ik kan grond voorbereiden en verbeteren Ik kan hakselhout aanbrengen Ik kan gras maaien Ik kan gras inzaaien Ik kan graskanten afsnijden Ik kan bladeren ruimen Ik kan werken met een bladblazer Ik kan/mag werken met een kettingzaag Ik kan werken met een bosmaaien Ik kan een afspanning plaatsen Ik ken alle handgereedschappen, vb. hamer, schroevendraaier, steeksleutel, en kan ze juist gebruiken Ik ken de elektrische machines vb. boormachine, schuurmachine en kan ze juist gebruiken Ik kan/mag werken met een combinézaag Ik kan funderingen leggen Ik kan speeltoestellen veilig plaatsen Ik kan boordstenen (sokkel) plaatsen Ik ken de schildertechnieken vb. schuren, verven, lakken, beitsen, en kan ze toepassen 5

6 Ik houd het materiaal proper Ik kan speeltuigen op veiligheid controleren Ik pas de procedure van visuele controle toe (gebreken vaststellen, fotograferen en melden aan de begeleiding) Ik kan speeltuigen herstellen Ik kan zwerfvuil opruimen Ik kan vuilbakken ledigen Ik kan parkings, pleintjes en stoepen borstelen Ik schrijf het opgehaald afval op en het aantal uren Ik maak foto s van sluikstortingen en meld dit aan de begeleiding Ik ken de veiligheidsregels in verband met het plaatsen van wegsignalisatie vb. verkeersborden, kegels, en pas ze toe Ik kan sneeuw en ijzel bestrijden door het bestrooien van voet- en fietspaden Ik kan met een auto met aanhangwagen rijden Ik heb een rijbewijs SOLLICITATIEVAARDIGHEDEN Ik ken de jobkanalen Ik kan vacatures opzoeken en begrijpen Ik kan een sollicitatiebrief of mail schrijven Ik kan mijn CV maken en aanpassen Ik kan solliciteren via telefoon Ik kan een sollicitatiegesprek voeren Ik ben gemotiveerd om werk te zoeken OPMERKINGEN 6