Studiegelden : raad van bestuur B1565/165/

Transcriptie

1 Studiegelden : raad van bestuur B1565/165/ Uitgangspunten Algemene Onderwijsregeling Alle nieuwe studenten betalen het studiegeld volgens het tarief van een niet- beurstariefstudent. 2. Nieuwe studenten die het bewijs kunnen voorleggen dat zij in het voorgaande schooljaar in het secundair onderwijs beursgerechtigd waren en studenten die in het voorgaand academisch jaar beursgerechtigd waren, betalen bij inschrijving het studiegeld voor beurstariefstudenten. Indien zij niet beursgerechtigd zijn, zal een vordering tot betalen van het volledige studiegeld gebeuren in de loop van het academisch jaar. Beurstariefstudenten die voor 01/04/2013 geen aanvraag studietoelage hebben ingediend dienen het volledige bedrag studiegeld niet-beurstariefstudent te voldoen. Indien achteraf blijkt dat zij toch beursgerechtigd zijn wordt het verschil terugbetaald. 3. Bij verandering en/of bij wijziging van het aantal opgenomen studiepunten binnen de Artesis Hogeschool Antwerpen wordt een herberekening van het studiegeld gemaakt. Vervolgens ontvangt de student een debet- of een creditnota. 4. Een uitschrijving ontslaat de student niet van de verplichting nog niet betaalde sommen alsnog te betalen. 5. Studenten die het studiegeld betaald hebben voor 1 november maar besluiten zich niet in te schrijven (cfr art. 6 6) of zich uitschrijven voor 1 november 2012 conform artikel 21 hebben recht op terugbetaling van het reeds betaalde studiegeld voor minus een forfaitaire administratieve kost van 100 euro. Studenten die zich uitschrijven na 1 november hebben geen recht op terugbetaling van het studiegeld. 6. Voor niet-beurstarief studenten is het vast gedeelte slechts één keer per academisch jaar verschuldigd bij een inschrijving voor minder dan 53 studiepunten.

2 Uitgangspunten voor de berekening: 1. Naast een "klassieke" inschrijving voor één opleiding kan een student zich ook inschrijven voor meerdere opleidingen, en/of voor één of meerdere opleidingsonderdelen in eenzelfde academiejaar. 2. Artikel 55 van het Flexibiliseringsdecreet stelt dat het vaste gedeelte van het studiegeld slechts één maal per academiejaar verschuldigd is aan dezelfde instelling voor hoger onderwijs. Voor de berekening van het studiegeld worden alle inschrijvingen van een student voor één of meerdere opleidingen en/of voor één of meerdere opleidingsonderdelen onder diploma- en/of creditcontract dan ook beschouwd als één inschrijving. U telt daarvoor alle studiepunten op. 3. In afwijking van de algemene regel worden de inschrijvingen in de volgende opleidingen steeds beschouwd als afzonderlijke inschrijvingen: - inschrijvingen voor bachelor-na-bacheloropleidingen of master-na-masteropleidingen en voor voortgezette (academische) opleidingen; - inschrijvingen voor een doctoraat. 4. Voor de inschrijvingen van beurstariefstudenten geldt het volgende: de bepalingen voor beurstariefstudenten zijn niet van toepassing op de bachelor-nabacheloropleidingen en de master-na-masteropleidingen en de voortgezette (academische) opleidingen. Dit betekent dat als een beurstariefstudent een inschrijving neemt voor een bachelor- of een masteropleiding, én voor een bachelor-nabacheloropleiding of een master-na-masteropleiding, hij voor de eerste opleiding het studiegeld betaalt overeenkomstig de bepalingen voor beurstariefstudenten en voor de bachelor-na-bacheloropleiding of master-na-masteropleiding het studiegeld overeenkomstig de bepalingen voor deze opleidingen. 5. Studenten die het laatste jaar secundair onderwijs volgen en die met een creditcontract voor maximaal 10 studiepunten ingeschreven zijn in het hoger onderwijs, betalen 50 % van het studiegeld van een beurstariefstudent. 6. Een student die gelijktijdig een inschrijving neemt onder enerzijds een diploma- en/of creditcontract en anderzijds onder een examencontract, betaalt het volgende studiegeld: Voor de studiepunten onder diploma- en/of creditcontract: het studiegeld zoals bepaald in punt 1 van deze beslissing, afhankelijk van het aantal studiepunten waar voor ingeschreven wordt en het statuut van de student (beurstariefstudent, bijna-beurstariefstudent of niet-beurstariefstudent); Voor de studiepunten onder examencontract: het studiegeld zoals bepaald in punt 2 van deze beslissing; Zowel voor de inschrijving onder diploma- en/of creditcontract als voor de inschrijving onder examencontract wordt het vast gedeelte van het studiegeld aangerekend. artesis Studiegelden p 2 / 9

3 1. Het studiegeld bij diploma- en creditcontracten 1.1. Inschrijvingen voor bachelor- en masteropleidingen, specifieke lerarenopleidingen, schakelprogramma s, voorbereidingsprogramma s en opleidingen in afbouw Inschrijving voor tenminste 54 en ten hoogste 66 studiepunten Niet Beurstariefstudent 596,30 Bijna-beurstariefstudent 397,60 Beurstariefstudent 100,00 Inschrijvingen tot en met 53 studiepunten Niet Beurstariefstudent Vast gedeelte 64,90 Variabel gedeelte per studiepunt 8,90 Bijna-beurstariefstudent Vast gedeelte 43,30 Variabel gedeelte per studiepunt 5,90 Beurstariefstudent Vast gedeelte 55,00 Inschrijvingen voor meer dan 66 studiepunten Niet Beurstariefstudent Vast gedeelte 596,30 Variabel gedeelte per studiepunt 3,50 Bijna-beurstariefstudent Vast gedeelte 397,60 Variabel gedeelte per studiepunt 2,40 Beurstariefstudent Meer dan één inschrijving waarbij de inschrijvingen elk afzonderlijk minder 55,00 per inschrijving dan 54 studiepunten bedragen Meer dan één inschrijving waarbij het aantal studiepunten van één inschrijving ten minste 54 studiepunten bedraagt 100, ,00 per bijkomende inschrijving Eén inschrijving vast gedeelte 100, Inschrijvingen voor bachelor-na-bacheloropleidingen - Intensieve zorg en spoedgevallenzorg Vast gedeelte 64,90 Variabel gedeelte per studiepunt 8,90 - Buitengewoon onderwijs 2. Studiegelden examencontracten Vast gedeelte 59,00 Variabel gedeelte per studiepunt 3,50 artesis Studiegelden p 3 / 9

4 3. Studiegelden Buitenlandse studenten Buitenlandse studenten zijn ALLE studenten die niet voldoen aan één van onderstaande criteria: 1) studenten die onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte; 2) studenten met een buitenlandse nationaliteit die toegelaten of gemachtigd zijn voor een verblijf van onbeperkte duur in België zoals bepaald door de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, te bewijzen door middel van de verblijfskaart van een onderdaan van een lidstaat van de Europese Gemeenschappen (bijlage 8 of bijlage 9), of de identiteitskaart voor vreemdeling (bijlage 7) of het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister (bijlage 6), overeenkomstig artikel 31 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 3) studenten die slachtoffer zijn van mensenhandel, geattesteerd door een door de federale overheid erkend centrum dat gespecialiseerd is in het onthaal van slachtoffers van mensenhandel; 4) studenten met een buitenlandse nationaliteit die toegelaten of gemachtigd zijn tot een verblijf van bepaalde duur in België op basis van artikel 48/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 5) studenten die op 31 december van het betrokken school- of academiejaar gedurende een onafgebroken periode van minstens twaalf maanden wettig verblijven in België, en dit wettig verblijf niet verleend werd om in België hoger onderwijs te volgen of te werken, noch verleend werd in afwachting van een uitspraak in een asielprocedure om erkend te worden als vluchteling of als persoon die recht heeft op de subsidiaire bescherming, overeenkomstig de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 6) studenten die op basis van de artikelen 10, 10bis, [[40bis of 40ter]], van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen de toelating hebben gekregen om een persoon zoals bedoeld in 1 of 2, 1 tot en met 7, van onderhavig artikel, of een persoon die op 31 december van het betrokken school- of academiejaar minstens twaalf maanden wettig verblijft in België om hoger onderwijs te volgen of te werken, te begeleiden of vervoegen; 7) studenten die kandidaat vluchteling zijn of hun ouders zijn kandidaat vluchteling en de student verblijft al van zijn minderjarigheid in België en heeft niet zelf een asielaanvraag ingediend. De asielaanvraag werd ontvankelijk verklaard voor 1 juni 2007 en hun procedure is nog lopende bij het Commissariaatgeneraal voor de Vluchtelingen en de Staatslozen, bij de Vaste Beroepsommissie voor Vluchtelingen, of bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. Buitenlandse studenten Vast gedeelte 698,39 Variabel gedeelte per studiepunt 95,31 Aan studenten die voor reeds ingeschreven waren in een opleiding in het hoger onderwijs in Vlaanderen en die op basis van eerdere bepalingen geen verhoogd studiegeld dienden te betalen, mag gedurende de duur van deze opleiding geen verhoogd studiegeld gevraagd worden. artesis Studiegelden p 4 / 9

5 4. Studiegelden postgraduaten en bij- en nascholingen 1. Bedrijfskunde, Lerarenopleiding en Sociaal Werk postgraduaten Fiscaliteit volledig deel per trajectschijf per academiejaar 2.000,00 module vast gedeelte 200,00 variabel gedeelte per studiepunt 72,00 Douanewetenschappen vast gedeelte 350,00 variabel gedeelte per studiepunt 100,00 Niet-confessionele Zedenleer leraar basisonderwijs vast gedeelte 95,00 variabel gedeelte per studiepunt 8,40 artesis Studiegelden p 5 / 9

6 2. Koninklijke Academie postgraduaat vast gedeelte variabel gedeelte per studiepunt Verbreding en Verdieping van de Master Conservatie Restauratie binnen de bredere erfgoed context 45,00 8,50 3. Koninklijk Conservatorium Inschrijving voor 30 tot 60 studiepunten vast bedrag postgraduaat kamermuziek 3.000,00 postgraduaat pianobegeleiding en kamermuziek 3.000,00 postgraduaat compositie 6.000,00 postgraduaat concertsolist: instrument 6.000,00 postgraduaat concertsolist: zang 6.000,00 postgraduaat orkestinstrument 6.000,00 postgraduaat jazz/lichte muziek 6.000,00 Inschrijving voor minder dan 30 studiepunten vast gedeelte variabel gedeelte per studiepunt postgraduaat kamermuziek 300,00 50,00 postgraduaat pianobegeleiding en kamermuziek 300,00 50,00 postgraduaat compositie 600,00 100,00 postgraduaat concertsolist: instrument 600,00 100,00 postgraduaat concertsolist: zang 600,00 100,00 postgraduaat orkestinstrument 600,00 100,00 postgraduaat jazz/lichte muziek 600,00 100,00 artesis Studiegelden p 6 / 9

7 4. Gezondheidszorg postgraduaat zorgmanagement vast gedeelte 150,00 variabel gedeelte per studiepunt 60,00 bij- en nascholing radioprotectie 325,00 radiotherapie 100,00 nucleaire geneeskunde 100,00 voeding bij sport afgestudeerd in 2011 of later 395,00 overige deelnemers 495,00 centrale sterilisatiemedewerker 550,00 ECG voor verpleegkundigen 100,00 mentor klinisch onderwijs cursisten van eigen stageplaatsen 90,00 externen 140,00 artesis Studiegelden p 7 / 9

8 5. Industriële Wetenschappen en Technologie bij- en nascholing eenheid studiegeld bijscholingscursussen vastgoed ½ dagdeel (3 uur) 70,00 (alumni vastgoed: 60,00) bijscholingscursussen vastgoed 2 x ½ dagdeel (2 x 3 uur) 100,00 (alumni vastgoed: 90,00) bijscholingscursussen vastgoed 3 x ½ dagdeel (3 x 3 uur) 160,00 (alumni vastgoed: 150,00) bijscholingscursussen vastgoed 6 x ½ dagdeel (6 x 3 uur) 280,00 (alumni vastgoed: 250,00) bijscholingscursus EPC 5 x ½ dagdeel (6 x 3 uur) 300,00 energiedeskundige type A voor Artesis studenten ingeschreven met diplomacontract in IW: bouwkunde gratis energiedeskundige type A voor niet IW: bouwkunde studenten 550,00 artesis Studiegelden p 8 / 9

9 6. Vertalers en Tolken studietraject opleiding eenheid studiegeld postgraduaat EMCI opleiding tolken academiejaar 1.750,00 (inclusief examengeld) bij- en nascholing audiovisuele vertaling: 800,00 per cursus ondertitelen (e-cursus) (inclusief examengeld) artesis Studiegelden p 9 / 9