Samenvatting Nederlands Formuleren/Spreken

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvatting Nederlands Formuleren/Spreken"

Transcriptie

1 Samenvatting Nederlands Formuleren/Spreken Samenvatting door een scholier 1612 woorden 27 november ,8 15 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Samenvatting Nederlands Spreken: Spreken of schrijven: Je kunt beter schrijven dan spreken als: - de informatie veel feiten bevat, zoals cijfermateriaal - de informatie onthouden moet worden - de informatie toegepast moet worden, zoals gebruiksaanwijzingen Je kunt beter spreken dan schrijven : - je oriënteert je op onderwerp, doel en publiek - je maakt een bouwplan voor de inhoud Er zijn echter ook verschillen: - bij spreken wordt de boodschap sneller overgebracht: de schrijver zal langer nadenken, nu en dan tekst toevoegen of schrappen; de lezer kan pauzeren, nadenken en herlezen - spreken is directer: de luisteraar ziet de spreker (en kan soms reageren) Onderwerp en publiek: - Kies een onderwerp dat bij je past. Spreek over iets wat je interesseert, boeit, raakt, waar je voor of juist tegen bent. - Denk vervolgens ook aan je publiek. Vraag je af; ik vind dit wel heel boeiend en interessant, maar vinden mijn luisteraars dat ook? - Kies een onderwerp waarover je van mening kunt verschillen. Je moet er informatie over kunnen vinden. Vraag je daarom af: - Wat weten mijn luisteraars al van het onderwerp en wat nog niet? - Willen ze dat wat ik ga vertellen, eigenlijk wel weten? - Is het belangrijk dat ze het weten en kan ik het belang aan ze duidelijk maken? - Staat het onderwerp niet te ver van ze af? - Is het niet te moeilijk of te technisch/specialistisch? - Is het niet te afgezaagd? Pagina 1 van 5

2 Spreekdoel en hoofdgedachte: In een betogende spreekbeurt staat jouw mening centraal. Het gaat erom dat jij weet je mening aannemelijk te maken. Argumenten bevatten informatie, informatie waarmee je jouw luisteraars overtuigt. Vervolgens, wat is je doel: informeren, overtuigen of aanzetten tot handelen. Daarna moet je de hoofdgedachte vaststellen. De hoofdgedachte is bij een betogende spreekbeurt altijd een standpunt. Neem geen stelling waar iedereen het op voorhand mee eens is. De opbouw van een spreekbeurt: Een goede spreekbeurt is opgebouwd uit drie delen: inleiding, middenstuk en slot. Deze drie zijn niet even lang. Inleiding en slot zijn korter dan middenstuk Inleiding: - ervoor zorgen dat de luisteraar geïnteresseerd raakt - het onderwerp introduceren - aangeven hoe de spreekbeurt in elkaar zit Middenstuk: In het middenstuk vertel je wat je kwijt wilt over je onderwerp. Schrijf het middenstuk nooit letterlijk uit. Het verleidt je alleen maar tot voorlezen, en dat is nou net niet wat je moest doen. Noteer puntsgewijs wat je allemaal in je spreekbeurt naar voren wilt brengen. Slot: Hoe je jouw spreekbeurt afrondt, hangt af van het middenstuk. Eindig nooit met Dit was mijn spreekbeurt. Behalve dat het saai is om zo te eindigen, laat je een kans liggen om nog even de aandacht op de hoofdgedachte van je verhaal te vestigen. Vergeet niet dat het slot bij je publiek het beste blijft hangen. Bij een betogende spreekbeurt zijn er afhankelijk van de structuur die je hebt gekozen twee mogelijkheden: - Bij een structuur voor een publiek met een standpunt van twijfel herhaal je in het slot je standpunt, bijv. Ik blijf dus bij mijn standpunt, dat de overheid strengere regels voor drankgebruik voor jongeren moet formuleren en handhaven. - Bij een structuur voor een publiek met een tegenovergesteld standpunt maak je in het slot een afweging van voor en nadelen. Tenslotte geef je een antwoord op de vraagstelling uit de inleiding bijv. Alles afwegende kom ik tot de conclusie dat de invoering van de chipper hier op school als enig betaalmiddel meer voor dan nadelen heeft. Probeer af te sluiten met een uitsmijter. Een uitsmijter is een laatste zin die de mensen nog even bijblijft. Een slot voldoet dus aan de volgende eisen: - een antwoord op de beginvraag of een conclusie/herhaling van de stelling - een uitsmijter - een zin waarin je bedankt voor de aandacht Zo geef je de spreekbeurt meer structuur: - vat zo nu en dan wat samen - wijs nu en dan duidelijk vooruit - herhaal geregeld - zeg hetzelfde nog eens met andere woorden - gebruik signaalwoorden en structurerende zinnen Spieken: Het spiekbriefje: Pagina 2 van 5

3 1. Maak een indeling van inleiding middenstuk slot. Geef per onderdeel schematisch aan wat je gaat vertellen. Noteer alleen trefwoorden en uitwerkingen als woordgroepen. 2. Schrijf een enkele belangrijke zin (citaten, grapjes) wel helemaal uit. 3. Onderstreep de eventuele signaalwoorden. Presenteren: 1. Praat ik in een goed tempo? 2. Praat ik niet op dreun? 3. Ben ik verstaanbaar? 4. Spreek ik alle woorden goed uit? 5. Is mijn taalgebruik passend? Houding: Ga als het even kan staan tijdens je spreekbeurt. Een zittende houding beperkt je bewegingsvrijheid. Bovendien: als je gaat staan, moet iedereen wel naar je kijken, je trekt dan de meeste aandacht. Gebaren: Straal enthousiasme uit. Laat zien dat je in je eigen verhaal; gelooft. Bedenk, als jij niet in je verhaal gelooft wie dan wel? Samenvatting Nederlands Formuleren : Aanwijzingen voor het woordgebruik: 1. Gebruik geen lange woorden. Lange woorden (meer dan 5 lettergrepen) lezen moeilijker dan korte. 2. Schrijf geen moeilijke woorden over uit je bronnen. 3. Vermijd deftige of formele woorden. 4. Schrijf alleen afkortingen van woorden die je ook uitspreekt als afkorting. Wel cd, tv en NAVO. Niet enz. b.v. of &. 5. Vermijd verwijswoorden zoveel mogelijk. Als je moet verwijzen gebruik dan die in plaats van hij of zij. 6. Gebruik niet steeds hetzelfde woord. Vermijdt vervelende herhalingen door bijvoorbeeld het toepassen van andere woorden met dezelfde betekenis toe te voegen. Aanwijzingen voor de Zinsbouw: 1. Formuleer korte zinnen. Gebruik in principe niet meer dan 20 woorden. 2. Zet woorden die bij elkaar horen, zo dicht mogelijk bij elkaar. Grote toevoegingen tussen lidwoord en zelfstandig naamwoord - tangconstructies. Zet het lidwoord zo kort mogelijk bij het zelfstandig naamwoord. Zet de werkwoorden van het gezegde zo dicht mogelijk bij elkaar. Zet zinsdelen die bij elkaar horen, naast elkaar. Zet onderwerp en persoonsvorm naast elkaar. 3. Gebruik zoveel mogelijk actieve zinnen. Gebruik zo veel mogelijk actieve zinnen in plaats van passieve (met worden ). Actieve zinnen zijn directer en dus duidelijker. 4. Maak geen keten van voorzetsels. Veel voorzetsels in een zin maken die zin ingewikkeld. 1. Dubbelop: Onjuiste herhaling - als je een woord dubbel zegt. De meeste docenten vinden dat leerlingen aan hun huiswerk te weinig aandacht aan besteden. Pagina 3 van 5

4 De meeste docenten vinden dat leerlingen aan hun huiswerk te weinig aandacht besteden. Tautologie - als je twee keer met andere woorden (synoniemen) hetzelfde zegt. Op het festival traden de allerbeste cabaretiers op, zoals bijvoorbeeld Bert Visscher en Theo Maassen. Op het festival traden de allerbeste cabaretiers op, zoals Bert Visscher en Theo Maassen. Pleonasme - als je een bepaalde eigenschap van een woord nog een nadrukkelijk omschrijft. Wij veronderstellen dat de nieuwe boeken vermoedelijk toch op tijd zullen zijn. Wij veronderstellen dat de nieuwe boeken toch op tijd zullen zijn. Contaminatie - als je twee woorden op uitdrukkingen verwart en ze ten onrechte vermengt. De oorzaak van het vliegtuigongeluk is te wijten aan achterstallig onderhoud. De oorzaak van het vliegtuigongeluk is achterstallig onderhoud. Het vliegtuigongeluk is te wijten aan achterstallig onderhoud. Dubbele ontkenning - In zinnen met een werkwoord dat al een ontkennend karakter heeft wordt soms ten onrechte een tweede ontkenning toegevoegd. Hoe kunnen jouw ouders je nu verbieden om geen tijd voor sport uit te trekken. Hoe kunnen jouw ouders je nu verbieden om tijd voor sport uit te trekken. 2. Fouten met verwijswoorden: Verwijswoorden die terugslaan op eerder genoemde woorden - antecedent. Een het-woord is onzijdig. Een de-woord is mannelijk of vrouwelijk. Met meervoudige verwijzingen worden nogal eens fouten gemaakt: Vaak wordt hun ten onrechte als onderwerp gebruikt. Gebruik hun niet als onderwerp, gebruik zij. Gebruik het verwijswoord wat als je verwijst naar: - een onbepaald voornaamwoord (alles, iets, niets, het enige) - een overtreffende trap (het beste, het mooiste, het grootste) - een hele zin Een veel gemaakte fout is dat een verwijswoord terugwijst naar iets wat helemaal niet in de tekst staat, het heeft dan geen antecedent. 3. Geen congruentie: Als bij een enkelvoudig onderwerp een meervoudige persoonsvorm staat, heet dat congruentie. Als je een enkelvoudig onderwerp hebt en een enkelvoudige persoonsvorm heb je geen congruentie. De kans op fouten is ook groot wanneer persoonsvorm en het kernwoord van het onderwerp uit elkaar staan. Er zijn ook begrippen die vaak als enkelvoud worden gezien, maar die meervoud zijn. Bijv. Ik denk dat het merendeel van de reizigers zich mateloos ergeren aan de vertragingen. Ik denk dat het merendeel van de reizigers zich mateloos ergert aan de vertragingen. 4.Dat/als-constructie: Ik vind, dat als India en Pakistan blijven twisten over de deelstaat Kashmir, (dat) het Westen de ontwikkelingshulp aan die landen moet opschorten. Ik vind, dat het Westen de ontwikkelingshulp aan India en Pakistan moet opschorten, als die landen blijven twisten over de deelstaat Kahsmir. 5.Foutieve samentrekking: Als je twee zinnen (a en b) met en of maar aan elkaar plakt, mag je de delen die hetzelfde zijn in één van de zinnen weglaten. Maar dit mag alleen als de betekenis, de vorm, (bijvoorbeeld enkelvoud of meervoud) Pagina 4 van 5

5 en de grammaticale functie (onderwerp, lijdend voorwerp, etc.) van het weg te laten deel hetzelfde zijn als van het deel dat je laat staan. Bijv. De nieuwe brug is af (a) en (b) ( ) daarom vandaag door de minister geopend. De nieuwe brug is af (a) en (b) ( ) is daarom vandaag door de minister geopend. 6.Onjuiste beknopte bijzinnen: In een beknopte bijzin staat geen onderwerp, dat is weggelaten, daarom noem je de bijzin beknopt. In gedachten kun je dat onderwerp dat er zou moeten staan, wel invullen. Nadat wij (O) een half uur in de stationsrestauratie gezeten hadden (Pv), reed de intercity het station binnen. Na een half uur in de stationsrestauratie gezeten te hebben, zagen wij de intercity het station binnenrijden. Pagina 5 van 5

6.2. Boekverslag door C. 727 woorden 17 mei keer beoordeeld. Nederlands. Paragraaf 1. Dubbel op. Onjuiste herhaling

6.2. Boekverslag door C. 727 woorden 17 mei keer beoordeeld. Nederlands. Paragraaf 1. Dubbel op. Onjuiste herhaling Boekverslag door C. 727 woorden 17 mei 2016 6.2 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands Paragraaf 1 Dubbel op Onjuiste herhaling 2x een voorzetsel wordt gebruikt, maar 1 overbodig

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands formuleren

Samenvatting Nederlands formuleren Samenvatting Nederlands formuleren Samenvatting door een scholier 1199 woorden 3 maart 2016 7,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands Samenvatting formuleren Par 1 dubbelop

Nadere informatie

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven.

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven. 1.8 Nederlands formuleren Als je zuiver Nederlands schrijft, moet je net als een verzorgde spelling een verzorgde zinsbouw gebruiken. Veel voorkomende fouten moet je daarbij vermijden. Deze fouten vind

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Formuleren

Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting door Luca 1052 woorden 28 maart 2016 8,2 1 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Dubbelop Onjuiste herhaling; Tautologie; Pleonasme; Contaminatie;

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Correct formuleren

Samenvatting Nederlands Correct formuleren Samenvatting Nederlands Correct formuleren Samenvatting door L. 781 woorden 11 december 2012 1 1 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Dubbelop Onjuiste herhaling VZ wordt twee keer gebruikt.

Nadere informatie

3,7. Dubbelop: Tautologie: Pleonasme: Contaminatie: Samenvatting door een scholier 1713 woorden 8 juni keer beoordeeld.

3,7. Dubbelop: Tautologie: Pleonasme: Contaminatie: Samenvatting door een scholier 1713 woorden 8 juni keer beoordeeld. Samenvatting door een scholier 1713 woorden 8 juni 2010 3,7 7 keer beoordeeld Vak Nederlands FOUTENLIJST.: Dubbelop: Onjuiste herhaling: Als een vast voorzetsel ten onrechte twee keer word gebruikt, is

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Module 2

Samenvatting Nederlands Module 2 Samenvatting Nederlands Module 2 Samenvatting door een scholier 885 woorden 29 januari 2004 6,3 23 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Taallijnen Het PR-model kun je op 3 manieren gebruiken: 1. Het

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Formuleren

Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting door een scholier 781 woorden 9 maart 2018 9 2 keer beoordeeld Vak Nederlands Nederlands Formuleren Misleidende tweelingen: als/dan Dan: vergrotende trap

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 5, paragraaf 1, 2, 3

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 5, paragraaf 1, 2, 3 Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 5, paragraaf 1, 2, 3 Samenvatting door een scholier 1653 woorden 13 februari 2011 6 16 keer beoordeeld Vak Nederlands Samenvatting H1,2,3,4,5 paragraaf 1,2,(3) Schrijfdoelen

Nadere informatie

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv Inhoud 1 Spelling 5 1 geschiedenis van de nederlandse spelling in vogelvlucht 11 2 spellingregels 13 Klinkers en medeklinkers 13 Spelling van werkwoorden 14 D De stam van een werkwoord 14 D Tegenwoordige

Nadere informatie

FORMULEREN Vragen + antwoorden

FORMULEREN Vragen + antwoorden FORMULEREN Vragen + antwoorden Dubbelopfouten Welke dubbelopfouten zijn er? (bij elke soort een voorbeeld) A. onjuiste herhaling (daarin heb ik nu geen zin in) B. foutief pleonasme (de ouderloze wees)

Nadere informatie

Visuele Leerlijn Taal

Visuele Leerlijn Taal Visuele Leerlijn Taal www.gynzy.com Versie: 05-09-2019 Taalbegrip Abstracties Probleem & oplossing Zender & ontvanger Functies van taal Discussie Standpunt & argument Feit & mening Illustratie (als voorbeeld)

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het programma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden op het

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het Muiswerkprogramma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden

Nadere informatie

1 keer beoordeeld 4 maart 2018

1 keer beoordeeld 4 maart 2018 7 Samenvatting door Syb 764 woorden 1 keer beoordeeld 4 maart 2018 Vak Nederlands Nederlands Toets week 3 ZAKELIJKE TEKSTEN LEZEN Het onderwerp van een tekst bestaat uit een paar woorden. Een deel onderwerp

Nadere informatie

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 h/v de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 h/v de betekenis

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het Muiswerkprogramma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden

Nadere informatie

Eigen vaardigheid Taal

Eigen vaardigheid Taal Eigen vaardigheid Taal Door middel van het beantwoorden van de vragen in dit blok heeft u inzicht gekregen in uw kennis en vaardigheden van de grammatica en spelling van de Nederlandse taal. In het overzicht

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Over lezen

Samenvatting Nederlands Over lezen Samenvatting Nederlands Over lezen Samenvatting door M. 943 woorden 16 januari 2013 8,7 5 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Op nieuw niveau Over lezen 2.2 Spanning Open plekken: zijn plekken in een

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands H9 stijlfouten

Samenvatting Nederlands H9 stijlfouten Samenvatting Nederlands H9 stijlfouten Samenvatting door een scholier 1783 woorden 31 oktober 2011 6,5 17 keer beoordeeld Vak Nederlands Nederlands REP taal- en stijlfouten. Verkeerd woord/uitdrukking

Nadere informatie

Teksverklaringen!!!!! Samenvattingen!! - Meerkeuzevragen! - Open! !!!! Nederlands! 1. Spellen! 2. Samenvatting schrijven

Teksverklaringen!!!!! Samenvattingen!! - Meerkeuzevragen! - Open! !!!! Nederlands! 1. Spellen! 2. Samenvatting schrijven NEDERLANDS Nederlands Teksverklaringen Samenvattingen 1. Hoofdgedachte 2. Meerkeuzevragen 3. Tekstverbanden 4. Open vragen 5. Argumentatie 6. Mening en doel van de schrijver 1. Spellen 2. Samenvatting

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Module 9

Samenvatting Nederlands Module 9 Samenvatting Nederlands Module 9 Samenvatting door een scholier 1519 woorden 26 juni 2004 7,5 55 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Kiliaan Module 9: A3 Tekstsoorten A4 Structuur van de boodschap C4

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Onderdeel: Grammatica zinsdelen H1-H3 (RTTI) Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1-3 Extra materiaal: Nieuw Nederlands Online Cambiumned.nl De leerling kent de theorie m.b.t. de zinsdelen: - persoonsvorm

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp werkwoordelijk gezegde

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Het programma van deze PIT wordt gedurende het schooljaar aangepast aan het tempo en het niveau van de klas. Vak: Nederlands, onderdeel taalportfolio Klas: IG1 - EBR Lesperiode: 1 en 2 Taalportfolio opdracht

Nadere informatie

HAVO 4 presenteren + debat + betoog periode

HAVO 4 presenteren + debat + betoog periode HAVO 4 presenteren + debat + betoog periode 3 2018-2019 In deze periode kies je in groepjes een onderwerp, houd je een presentatie, debatteer je tegen andere groepen en schrijf je een betoog over je eigen

Nadere informatie

Iets wat alleen een mens kan. Geheel Deel Mensen Persoon Voorwerp Inhoud Product uitstreek product

Iets wat alleen een mens kan. Geheel Deel Mensen Persoon Voorwerp Inhoud Product uitstreek product Samenvatting door Sam 813 woorden 2 maart 2016 6,8 21 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Lezen Tekststructuren: Voor/nadelenstructuur Verleden/heden(/toekomst)structuur Aspectenstructuur

Nadere informatie

Lesstof. Formuleren 4F

Lesstof. Formuleren 4F Lesstof Formuleren 4F INHOUD LESSTOF... 1 INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 3 INHOUD... 5 Lesstof Formuleren 4F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma s zijn verkrijgbaar

Nadere informatie

Formuleren. Doelgroep Formuleren. Omschrijving Formuleren

Formuleren. Doelgroep Formuleren. Omschrijving Formuleren Formuleren Muiswerk Formuleren is een programma dat aandacht besteedt aan de belangrijkste stof die in de eerste klassen van het voortgezet onderwijs veelal aan de orde komt. Doelgroep Formuleren Formuleren

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: leesvaardigheid Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1 + 2 Theorie blz. 7-8, 50 aantekeningen oefeningen uit het leerboek stappenplan lezen De leerling kent de termen onderwerp, deelonderwerp, hoofdgedachte,

Nadere informatie

i n h o u d Inhoud Inleiding

i n h o u d Inhoud Inleiding V Inhoud Inleiding IX 1 Informatie structureren 1 1.1 Onderwerp in kaart brengen 1 1.1.1 Je doel vaststellen 1 1.1.2 De lezers inschatten 2 1.1.3 Het onderwerp afbakenen 3 1.1.4 Van ideeën naar mindmap

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Top niveau -

Samenvatting Nederlands Top niveau - Samenvatting Nederlands Top niveau - Samenvatting door een scholier 1412 woorden 6 april 2005 5,5 6 keer beoordeeld Vak Nederlands Nederlands: 3.5 Uiteenzetting herkennen Uiteenzetting (tekst) geef je

Nadere informatie

5 Niet meer twijfelen 107 Geweest is/is geweest 107 Vele of velen? 108 Hen/hun/ze 110 U/uw, jou/jouw 111 Als/dan 111 Dat/wat 113 Dat/die 115

5 Niet meer twijfelen 107 Geweest is/is geweest 107 Vele of velen? 108 Hen/hun/ze 110 U/uw, jou/jouw 111 Als/dan 111 Dat/wat 113 Dat/die 115 Inhoud Inleiding 13 1 De vaart erin 17 Gebruik verzorgde spreektaal 17 Te ouderwets 17 Checklist ouderwets woordgebruik 19 Te populair 23 Vermijd de lijdende vorm 24 Hoe herkent u de lijdende vorm? 25

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Onderdeel: Hoofdstuktoets [Je leert over] onderwerp, deelonderwerpen en hoofgedachte. 2F Ik kan onderwerp en deelonderwerpen van een tekst vinden. 2F Ik kan de hoofdgedachte van een tekst vinden. 2F Ik

Nadere informatie

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands colofon Dit overzicht is samengesteld door Josée Coenen, auteur van De bovenkamer. Vormgeving Marjo Starink Bazalt 2016 Voor meer

Nadere informatie

Onderdeel: Vakvaardigheden EBR Nieuwsbegrip: Leesvaardigheid en woordenschat Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Vakvaardigheden EBR Nieuwsbegrip: Leesvaardigheid en woordenschat Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: - NEX Klas: IG2 HV Onderdeel: Vakvaardigheden EBR Nieuwsbegrip: Leesvaardigheid en woordenschat Lesperiode: 2 1 Nieuwsbegrip en Nieuwsbegrip XL Materiaal: Leerlingschrift A4 Snelhechter Markeerstift Al

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 3

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 3 Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 3 Samenvatting door een scholier 802 woorden 14 februari 2004 5,4 39 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Topniveau 3.5 persuasieve teksten betoog beschouwing Bevat

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Schooljaar 2015 2016 Nederlands havo vwo 1 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling H 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010 1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan

Nadere informatie

Handleiding schrijven voor Wiki

Handleiding schrijven voor Wiki Handleiding schrijven voor Wiki Durf, begin Wees niet bang om te schrijven. Begin gewoon met schrijven. Pas als je klaar bent, kijk je naar de regels en pas je de tekst aan. Perfectie bestaat niet. Als

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan

Nadere informatie

Leerlijn Spreken & luisteren groep 5

Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Spreken (individueel / gesprekken voeren): Luisteren: Een monoloog houden in een kleine groep, duidelijk verwoorden wat ze bedoelen. Een gesprek (overleg) voeren in

Nadere informatie

Lesstof. Formuleren. voor gevorderden

Lesstof. Formuleren. voor gevorderden Lesstof Formuleren voor gevorderden 2 Lesstof Formuleren voor gevorderden INHOUD LESSTOF... 1 INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 8 Lesstof Formuleren voor gevorderden 3 INLEIDING Muiswerkprogramma

Nadere informatie

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk

Nadere informatie

Spelling. 1. Werkwoorden

Spelling. 1. Werkwoorden Stijl en spelling Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste stijl- en spellingregels die in de onderbouw bij Nederlands zijn behandeld. Bij schrijfopdrachten en bij het examen wordt in de bovenbouw

Nadere informatie

Mannelijk Vrouwelijk Onzijdig de slaaf de meester het gevecht het land het beest enkelvoud nominativus genitivus accusativus

Mannelijk Vrouwelijk Onzijdig de slaaf de meester het gevecht het land het beest enkelvoud nominativus genitivus accusativus ZELFSTANDIG NAAMWOORD Mannelijk Vrouwelijk Onzijdig de slaaf de meester het gevecht het land het beest enkelvoud nominativus genitivus accusativus meervoud nominativus genitivus accusativus BIJVOEGLIJK

Nadere informatie

Tekst lezen zonder hulp: samenvatten

Tekst lezen zonder hulp: samenvatten 1. Bekijk de buitenkant van de tekst: de titel, de tussenkopjes en het plaatje. De tekst gaat over de laatste speelgoedrage: de fidget spinner. Wat gaat de tekst je hierover vertellen, denk je? 2. Welke

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Vak: Nederlands, onderdeel taalportfolio Lesperiode: 1 Taalportfolio deel 1 In je taalportfolio komen 4 opdrachten die gedurende het jaar worden uitgedeeld en uitgelegd. In de eerste rapportperiode worden

Nadere informatie

Workshop BLIKSEM - Leesbegrippen in de BLIKSEM Oefenteksten en Toetsen

Workshop BLIKSEM - Leesbegrippen in de BLIKSEM Oefenteksten en Toetsen Leesbegrippen Groep 5 1. alinea (7)* 2. anekdote (2) 3. bedoeling van de schrijver (3) 4. boodschap overbrengen (1) 5. bronvermelding (2) 6. conclusie (1) 7. de bedoeling van de schrijver (2) 8. de clou

Nadere informatie

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 vmbo de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 vmbo de betekenis

Nadere informatie

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8 Deel 1 Grammatica 1 1 WOORDSOORTEN 3 1.1 Tot welke woordsoort behoren de onderstreepte woorden in de volgende zinnen? 3 1.2 Multiple choice. Benoem de onderstreepte woorden 4 1.3 Benoem de onderstreepte

Nadere informatie

PIT HAVO-2 +HAVO/VWO Onderdeel: Spelling H1 en H2 Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

PIT HAVO-2 +HAVO/VWO Onderdeel: Spelling H1 en H2 Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: PIT HAVO-2 +HAVO/VWO-2 2016-2017 Vak: Nederlands Onderdeel: Spelling H1 en H2 Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1 en 2 Extra materiaal: Nieuw Nederlands Online De leerling kent de volgende

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) D Onderdeel: Grammatica woordsoorten, Grammatica zinsdelen, Spelling en Formuleren Nieuw Nederlands. 3 vwo. 5 e editie Grammatica Woordsoorten Hoofdstuk, 3 en 5, Spelling Hoofdstuk 5 en Formuleren Hoofdstuk

Nadere informatie

Samenvatting door Wietske 990 woorden 16 januari keer beoordeeld. Nederlands. 93: Stijlfiguren

Samenvatting door Wietske 990 woorden 16 januari keer beoordeeld. Nederlands. 93: Stijlfiguren Samenvatting door Wietske 990 woorden 16 januari 2016 0 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Op niveau 93: Stijlfiguren Stijlfiguur Betekenis Voorbeeld Antithese Tegenstelling Jong geleerd, oud gedaan

Nadere informatie

Hier vertel je wat je hebt gedaan om informatie te vinden. Wat en waar gezocht? Wie geïnterviewd, enz.

Hier vertel je wat je hebt gedaan om informatie te vinden. Wat en waar gezocht? Wie geïnterviewd, enz. Onderzoeksverslag Omslag en titelpagina Op het omslag staan in elk geval de titel van het onderzoek en de namen van de schrijvers. Op de titelpagina opnieuw de titel en de namen van de schrijvers. Nu uitgebreid

Nadere informatie

Taaldomein vmbo. 4 Een mondelinge presentatie Hulpmiddelen: PowerPointpresentatie. k4 3 De spreekbeurt Soorten spreekbeurten De boekpresentatie

Taaldomein vmbo. 4 Een mondelinge presentatie Hulpmiddelen: PowerPointpresentatie. k4 3 De spreekbeurt Soorten spreekbeurten De boekpresentatie Taaldomein vmbo Methode Taaldomein 1 Mondeling 60p Schooltype vmbo-kgt 1-2, k3-4 2 Lezen 266p Editie vanaf 2004 3 Schrijven 120p Niveau 2F 4 Taalbeschouwing 285p 4 Een mondelinge presentatie Hulpmiddelen:

Nadere informatie

De doelgroep. Wat is eenvoudig schrijven

De doelgroep. Wat is eenvoudig schrijven Dit is een stuk over eenvoudig schrijven. Het is bedoeld om het belang van eenvoudig schrijven te laten zien en te helpen bij het schrijven van brieven of verslagen voor cliënten. Eenvoudig schrijven is

Nadere informatie

Antwoorden Nederlands Ontleding

Antwoorden Nederlands Ontleding Antwoorden Nederlands Ontleding Antwoorden door een scholier 1587 woorden 27 april 2010 5,8 10 keer beoordeeld Vak Nederlands Taalkundig ontleden; Lidwoorden; Een lidwoord hoort altijd bij een zelfstandig

Nadere informatie

Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven 4 Lessen Nederlands: Stimuleren vrij lezen, Verhaalfragmenten aanbieden/promopraatjes Nieuw Nederlands Hoofdstuk: Spreken en Gesprekken blz.

Nadere informatie

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen 1.1 Eigen kennis 1.1.1 Kinderen kunnen hun eigen kennis activeren, m.a.w. ze kunnen aangeven wat ze over een bepaald onderwerp al weten en welke ervaringen ze er

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 2

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 2 Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 2 Samenvatting door D. 1002 woorden 2 april 2014 6 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Topniveau 3 Soorten publiek We kunnen 4 soorten publiek onderscheiden:

Nadere informatie

Jan Heerze. Kortom. Nederlandse grammatica. Walvaboek

Jan Heerze. Kortom. Nederlandse grammatica. Walvaboek Jan Heerze Kortom Nederlandse grammatica Walvaboek WOORD VOORAF Kennis van de Nederlandse grammatica is geen doel in zichzelf, maar een hulpmiddel om tekortkomingen in eigen taalgebruik te corrigeren.

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Basisgrammatica Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Basisgrammatica Het computerprogramma Basisgrammatica

Nadere informatie

Tuesday, February 8, 2011. Opleiding Interactieve Media

Tuesday, February 8, 2011. Opleiding Interactieve Media Opleiding Interactieve Media Inhoud Inleiding presenteren 1. Voorwerk 2. Middenstuk 3. Begin presentatie 4. Einde presentatie 5. Visuele middelen 6. Non-verbale communicatie 7. Opdracht 8. Criteria 1.

Nadere informatie

Leerlijn Spreken h3. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/83287

Leerlijn Spreken h3. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/83287 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 28 april 2017 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/83287 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Vak: Nederlands, onderdeel taalportfolio /HV Lesperiode: 1 Taalportfolio deel 1 In je taalportfolio komen 4 opdrachten die gedurende het jaar worden uitgedeeld en uitgelegd. In de eerste rapportperiode

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Cursus lezen en schrijven(h1)

Samenvatting Nederlands Cursus lezen en schrijven(h1) Samenvatting Nederlands Cursus lezen en schrijven(h1) Samenvatting door V. 1312 woorden 4 januari 2013 6,7 9 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Cursus lezen Hoofdstuk 1: De verschillende

Nadere informatie

Vak: Nederlands EBR Klas: IG 2 mh/hv Onderdeel: Leesvaardigheid Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Vak: Nederlands EBR Klas: IG 2 mh/hv Onderdeel: Leesvaardigheid Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Vak: Nederlands EBR Klas: IG 2 mh/hv Onderdeel: Leesvaardigheid Lesperiode: 5 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 4 Blz. 127 t/m 12 Nieuw Nederlands Online H 1 t/m 4, onderdeel Lezen extra en Test Nieuwsbegrip

Nadere informatie

4.1 Wanneer schrijf je een aanbiedingsbrief? 33 4.2 Wat is het tekstdoel van een aanbiedingsbrief? 33 4.3 Hoe bouw je een aanbiedingsbrief op?

4.1 Wanneer schrijf je een aanbiedingsbrief? 33 4.2 Wat is het tekstdoel van een aanbiedingsbrief? 33 4.3 Hoe bouw je een aanbiedingsbrief op? Inhoud 1 Aan de slag 13 1.1 Inleiding: het schrijfproces 13 1.2 Fase 1: oriënteren 14 1.2.1 Het onderwerp 14 1.2.2 Het tekstdoel 14 1.2.3 De doelgroep 15 1.3 Fase 2: ordenen 16 1.4 Fase 3: opbouwen 16

Nadere informatie

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden.

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden. 9 789082 208306 van Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden. Opzoekboekje voor leerlingen in klas 1 tot en met 3 in de onderbouw

Nadere informatie

Beoordeling power-point groep 5

Beoordeling power-point groep 5 Beoordeling power-point groep 5 Leerkracht: Leerling: Onderdeel 2 4 6 8 10 Opmerkingen Titeldia: Duidelijke titel met onderwerp/naam/groep Inhoudsopgave: Puntsgewijs wat ga je behandelen. Plaatjes: Functioneel

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Lezen Hoofdstuk 1, 2 en 3

Samenvatting Nederlands Lezen Hoofdstuk 1, 2 en 3 Samenvatting Nederlands Lezen Hoofdstuk 1, 2 en 3 Samenvatting door E. 951 woorden 24 november 2012 5,5 4 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands NEDERLANDS LEZEN H1 1: Leesstrategieën

Nadere informatie

De bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands

De bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief Bij de verschillende onderdelen van Taal actief kunt u onderdelen uit De bovenkamer

Nadere informatie

Schrijfopdracht 5: Zijn vrienden het altijd eens?

Schrijfopdracht 5: Zijn vrienden het altijd eens? Leerlingboekje Les 9 en 10 Naam:. Schrijfopdracht 5: Zijn vrienden het altijd eens? Groep 7 Leren schrijven met peer response Tekst: M. Hoogeveen, A. van Gelderen, A. Wijnbergh Illustraties: V. van Asperen

Nadere informatie

Wegwijzer: Een breed publiek aanspreken

Wegwijzer: Een breed publiek aanspreken Wegwijzer: Een breed publiek aanspreken In de meeste gevallen heb je een specifieke doelgroep voor ogen en stem je je taalgebruik op die doelgroep af. Maar soms wil je het brede publiek aanspreken. In

Nadere informatie

2 Lesstof Formuleren

2 Lesstof Formuleren LESSTOF Formuleren 2 Lesstof Formuleren INHOUD INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 8 TOT SLOT... 18 Lesstof Formuleren 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De

Nadere informatie

huisstijl provincie antwerpen TAALGEBRUIK

huisstijl provincie antwerpen TAALGEBRUIK TAALGEBRUIK provincie Antwerpen Richtlijnen voor in Een persoonlijkheid uit zich in daden, maar natuurlijk ook in woorden. De taal die je spreekt, verraadt je karakter en onthult de waarden die je aanhangt.

Nadere informatie

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt.

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt. DEEL 1: werkwoorden 1. Werkwoorden Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt. Voorbeelden: komen, gaan, zwemmen, lopen, zijn enz. 1.1 Vormen van het werkwoord Werkwoorden

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Klas: IG3v (Docent: RKW) D Week: 13 t/m 24 Onderdeel: Grammatica Woordsoorten Nieuw Nederlands. 3 vwo. 5 e editie Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5 Werkwoorden en persoonlijke, bezittelijke, wederkerende, aanwijzende,

Nadere informatie

Onderdeel: Grammatica zinsdelen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Grammatica zinsdelen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Onderdeel: Grammatica zinsdelen Lesperiode: 2 1, 2 en 5 Extra materiaal: PowerPoint Stappenplan zinsdelen op blz. 268 t/m 270 zinsdelen: Onderwerp Werkwoordelijk- en naamwoordelijk gezegde Lijdend voorwerp

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2015-2016 Onderdeel: Spelling Lesperiode: week 1 t/m week 3 Aantal lessen per week: 4 Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van

Nadere informatie

10 taaltips voor een perfecte

10 taaltips voor een perfecte 10 taaltips voor een perfecte a schijfwijze F R A N K V A N D E R S C H U R E N 10 taaltips om beter te schrijven Een betrouwbare indruk is het halve werk Of ik nu de krant lees, televisie kijk of gewoon

Nadere informatie

Onderdeel: Spelling (RTTI) Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Spelling (RTTI) Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Onderdeel: Spelling (RTTI) Lesperiode: 1 3 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1 t/m 5 Theorie blz 3, 78, 122, 165, 166, 209 De leerling kent de volgende vormen van beeldspraak: Metafoor Vergelijking

Nadere informatie

Begin met een beeld te vormen van uw luisteraars hun achtergrond en verwachtingen en ga na wat uw centrale boodschap moet zijn.

Begin met een beeld te vormen van uw luisteraars hun achtergrond en verwachtingen en ga na wat uw centrale boodschap moet zijn. Schrijven 4 Een uitgeschreven toespraak is een handig hulpmiddel bij presentaties en een probaat middel tegen spreekangst. Maar zo n toespraak moet wel natuurlijk klinken en de relatie met het publiek

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands NL Blok

Samenvatting Nederlands NL Blok Samenvatting Nederlands NL Blok 3+4+5+6 Samenvatting door een scholier 1867 woorden 23 september 2008 3,3 9 keer beoordeeld Vak Nederlands Blok 3 Weet je het nog? Bij zinsontleding je een zin in een vaste

Nadere informatie

onthouden. Schrijfdoelen Schrijfdoel Inhoud schrijfdoel Voorbeeld vermaakt door een leuk, spannen, aangrijpend of interessante tekst.

onthouden. Schrijfdoelen Schrijfdoel Inhoud schrijfdoel Voorbeeld vermaakt door een leuk, spannen, aangrijpend of interessante tekst. Nederlands Leesvaardigheid Leesstrategieën Oriënterend lezen Globaal lezen Intensief lezen Zoekend lezen Kritisch lezen Studerend lezen Om het onderwerp vast te stellen en te bepalen of de tekst bruikbaar

Nadere informatie

PDF versie Uitleg Stijl

PDF versie Uitleg Stijl Uitleg Stijl Inleiding Stijl - of meer specifiek schrijfstijl - is de manier waarop een schrijver zich uitdrukt. Stijl wordt gekenmerkt door de gebruikte structuur, zinsbouw en woorden van een tekst. Wat

Nadere informatie

Samenvatting door Manou 656 woorden 24 mei keer beoordeeld. Nederlands. Samenvatting Nederlands leesvaardigheid.

Samenvatting door Manou 656 woorden 24 mei keer beoordeeld. Nederlands. Samenvatting Nederlands leesvaardigheid. Samenvatting door Manou 656 woorden 24 mei 2016 6 24 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Samenvatting Nederlands leesvaardigheid Leesvaardigheid Schrijfdoelen en Tekstsoorten Er zijn

Nadere informatie

KLAS: M2 VAK: Nederlands 2019/2020 Week Vanaf Opmerking jaarplanning. Leerdoel/inhoud/stof/onderwerp/onderdeel/toets overig.

KLAS: M2 VAK: Nederlands 2019/2020 Week Vanaf Opmerking jaarplanning. Leerdoel/inhoud/stof/onderwerp/onderdeel/toets overig. KLAS: M2 VAK: Nederlands 2019/2020 Week Vanaf Opmerking jaarplanning 34 19 aug 35 26 aug 20 augustus Mentorles brugklas 20 augustus Eerste uur mentorles (alle klassen) Docentenactiviteit Verhaal Gefixt

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Onderdeel: Grammatica zinsdelen 1F Grammaticale kennis: onderwerp, lijdend voorwerp, hoofdzin, bijzin, gezegde, persoonsvorm. 1E Grammaticale kennis: meewerkend voorwerp. 2E Grammaticale kennis: bijwoordelijke

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18

Inhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18 Inhoud Deel 1 Spelling 18 Inleiding 15 1 Grondbeginselen van de Nederlandse spelling 21 1.1 Verschil tussen klank en letter 22 1.2 Hoofdregels 22 1.3 Interactie tussen de regels 24 1.4 Belang van de regel

Nadere informatie

Niveauproef voor Nederlands in ASO 3 de graad

Niveauproef voor Nederlands in ASO 3 de graad Niveauproef voor Nederlands in ASO 3 de graad Waarom? Voor Nederlands zijn er 3 modules van elk 4 uur per week. De uren worden aansluitend gegeven, het gaat dus om een volledige namiddag. De vaardigheden

Nadere informatie

Leesvaardigheid H1.1 Leesstrategieën

Leesvaardigheid H1.1 Leesstrategieën Samenvatting door F. 808 woorden 9 januari 2016 8,2 20 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Leesvaardigheid H1 Leesstrategieën Leesdoel Lees-Strategie Aanpak Bekijk een boek: Onderwerp

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2018-2019 Klas: HV1 Lesperiode: 1 + 2 Diploma grammatica Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: Grammatica HF 1 t/m 6 Bladzijde: 25 t/m 30, 67 t/m 72, 109 t/m 114, 151 t/m 156, 193 t/m 198, 235

Nadere informatie

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Hieronder vindt u de leerplandoelen taalbeschouwing die we met onze evaluatie in kaart willen brengen. Ze staan in dezelfde volgorde

Nadere informatie

Onderdeel: LEZEN Docent: RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: LEZEN Docent: RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Rapportperiode 1 Vak: Nederlands Onderdeel: LEZEN Docent: RKW 1 Aantal lessen per week: 4 Methode: Lees Mee Hoofdstuk: Blok 1 t/m 6 Blz. Weging: 1x 3x woordmixtoets 3x leestoets In totaal 6 cijfers Studievaardigheden:

Nadere informatie

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 Inhoudsopgave 1 Русский алфавит Het Russische alfabet 10 2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 3 Фонетика Fonetiek

Nadere informatie