HIGHLIGHTS Overnachten in Noorse vuurtorens

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HIGHLIGHTS Overnachten in Noorse vuurtorens"

Transcriptie

1 HIGHLIGHTS Overnachten in Noorse vuurtorens Hier op het eiland kom ik het beste tot mijn recht Dit is de plek waar ik me oplaad Op het vaste land dreig ik naar de afgrond af te glijden Een vuurtoren doet meer dan alleen schepen Van de ondergang redden (Sondre Foyn Gullvåg, vuurtorendichter) Tekst en foto s Ard Krikke Ze liggen op plekken waar zelfs Robinson Crusoe jaloers op zou worden, bieden een uitzicht waar vijfsterren hotels niet aan kunnen tippen en waken al eeuwenlang over de veiligheid van schepen; Noorse vuurtorens, fascinerende plekken waar je als gewone sterveling nooit mocht komen. Maar dankzij automatisering hebben nu ook de vuurtorenwachters zelf hun biezen moesten pakken. Om de historische wachtershuisjes niet aan weer en wind ten prooi te laten vallen, zijn een vijftigtal Noorse lichtbakenplekken omgetoverd tot unieke accommodaties. Ard Krikke fietste er langs. Al sinds de eerste fyr (= vuurtoren) in de 17 e eeuw zijn licht ontstak, zijn vuurtorens en Noorwegen onlosmakelijk met elkaar verbonden. Noorwegen was en is een zeevarende natie, zonder vuurtorens zouden schepen al die tijd blind zijn geweest. Inmiddels zijn alle ruim 200 lichtbakens langs de Noorse kust geautomatiseerd, hebben alle schepen de modernste navigatieapparatuur aan boord en zijn vuurtorenwachters een uitstervend ras. Gelukkig zijn de Noren trots op hun cultureel erfgoed en openen steeds meer vuurtorens, van Kristiansand in het zuiden tot Gamvik in het hoge noorden, hun deuren voor het grote publiek. Niet alleen zijn de meeste torens fraaie staaltjes van architectuur, ieder bouwwerk vertelt ook zijn eigen verhaal. Ik bevind me in de piepkleine vuurtorenwachterswoning van Knut Mørland, een van de laatste vuurtorenwachters van het land die hier vrijwillig zit, voornamelijk om te ontsnappen aan de gekte van het vasteland. Maar ondanks dat ook zijn toren volledig op eigen kracht kan draaien, kan de automatisering, volgens Knut, toch niet tippen aan de scherpte van het menselijk oog. Terwijl de golven tegen de rotskust van het eilandje beuken, zie ik vanuit zijn woonkamer hoe de machtige lichtstralen van de Torungen fyr, een stalen gevaarte dat ruim 34 meter boven het eiland uit piekt, over het ruime sop glijden. Hoewel het al de derde vuurtorenplek is waar ik tijdens mijn fietstocht overnacht, blijf ik gefascineerd door deze bizarre lichtbundels. Cultureel erfgoed Bekijk Noorwegen via Google Earth en je ziet direct een ongelooflijk langgerekte kustlijn die met maar liefst kilometer een enorme indruk maakt. Talloze eilanden en diepe inhammen, waaronder de indrukwekkende fjorden, hebben deze kust zijn grillige karakter gegeven. En hoewel de Noren al sinds de tijd van de Noormannen om hun navigatievaardigheden bekend staan, hebben in de loop der eeuwen talloze schippers hun tanden stuk gebeten op een van de vele ondieptes of kale rotspartijen voor de kust. De bouw in 1655 van de eerste vuurtoren, Lindesnes fyr, op het zuidelijkste puntje van het Noorse vasteland, moest hier een eind aan maken. Deze drie verdiepingen tellende toren bestond uit hout en werd verlicht door dertig kaarsen die achter glas stonden te flakkeren. Het was het begin van een langgerekt lint van Noorse vuurbakens het licht van de eerste vuurtorens bestond vooral uit grote (kolen)vuren waarop kustwachters op stoïcijnse wijze de schepen in de gaten hielden. Pas in de 19 e eeuw ging de overheid zich serieus met de veiligheid van schepen bemoeien en verrezen de huidige vuurtorens. Open vuur maakte plaats voor paraffinebranders en weer later voor elektrische lampen en lenzen die nauwelijks onderhoud

2 vergden en op afstand te bedienen waren. In de jaren 90 van de vorige eeuw werden tenslotte de laatste vuurtorens geautomatiseerd en trokken de bewakers van het licht de deur achter zich dicht. Bezorgd om hun cultuurhistorische erfgoed hebben verschillende organisaties zich de laatste jaren ingezet om de monumentale vuurtorenwachtershuisjes, plus bijbehorende gebouwen, een tweede leven te geven als overnachtingsplek. Zo worden de vier vuurtorens waarin ik heb geslapen gerund door een lokale zeilvereniging (Saltholmen fyr), de Noorse variant van de Bergsportvereniging (Lyngør en Torungen fyr) en een historisch genootschap (Homborsund fyr). Dankzij deze zorg zijn er nu zo n 50 vuurtorens toegankelijk gemaakt voor het publiek. Vuurtorentocht De vuurtorens waar je kunt overnachten liggen heel verspreid langs de kust. Omdat ik graag met meerdere locaties kennis wilde maken, koos ik voor een traject langs de Zuid-Noorse eilandenkust, tussen Kristiansand en Gjeving, waar de vuurtorens gemiddeld zo n 40 kilometer uit elkaar liggen. Ideale afstand om met de fiets te doen. Voor hardcore wandelaars is het zelfs mogelijk (en ook veilig genoeg) om te lopen, al dan niet met een overnachting in een hotelletje onderweg waarmee je de dagafstanden halveert. De weg vinden is hier extreem makkelijk. Door zo dicht mogelijk langs de kust te blijven, is het onmogelijk om de vuurtorens te missen. Ik volgde een stuk van de 6000 kilometer lange North Sea Cycle Route en kwam zo moeiteloos langs vier van de 50 vuurtorens. Ik startte in de havenstad Kristiansand in het zuiden en reed in vier dagetappes naar het 150 kilometer westelijk gelegen kustdorp Gjeving. Je fiets hier afwisselend over heuvelachtige wegen pal langs de kust en door de dichte bossen iets meer landinwaarts. Onderweg passeer je diverse kustplaatsen waar de historische (hoofd)rol van de zee nog steeds duidelijk zichtbaar is. Zo ligt op een kilometer of vijftig ten westen van Kristiansand het schilderachtige Lillesand dat met zijn karakteristieke witte houten huizen herinnert aan de tijd dat de bewoners hun zakken nog goed vulden met scheepsbouw. Hetzelfde geldt voor het grotere Arendal dat van de 16 e tot en met het begin van de 20 e eeuw zichtbaar genoot van wat de zee hen bracht. Een mooi bewijs hiervan is de oude wijk Tyholmen. De gekleurde houten huizen zijn mede gefinancierd door kooplustige Hollanders die in de 17 e eeuw - de eeuw die later als de Gouden Eeuw de geschiedenisboeken zou ingaan - scheepsladingen vol Noors hout van de Arendalers kochten. Dit hout werd vervolgens gebruikt om een groot deel van de machtige Hollandse koopvaardijvloot mee te bouwen. Helaas bereikten veel Hollands schepen door het ontbreken van een lichtbaken nooit de veilige haven. Voor hen kwamen de vuurtorens te laat. Vrijwilligerswerk Omdat bijna alle vuurtorens in dit deel van Noorwegen op eilandjes vlak voor de kust liggen, heb je een taxiboot, een veerdienst of visserboot nodig om er te komen. Zo werd ik aan het einde van de tweede dag opgepikt door de motorsloep van Kjell Arne Olsen, de tijdelijke vuurtorenwachter van het Homborsund Fyrstasjon. Deze vuurtoren wordt net zoals alle anderen in de Sørlandet regio onderhouden door een lokale non-profit organisatie. In ruil voor vrijwilligerswerk, dugnad genoemd, mag ik hier een paar keer per jaar met mijn gezin vakantie vieren, schreeuwt Olsen boven het geluid van de buitenboordmotor uit. Mochten er tijdens deze periode toch toevallig gasten langskomen, dan fungeer ik ook als schipper om mensen van en naar de wal te brengen en vertel ik wat over de geschiedenis van de vuurtoren. De meeste torens zijn op deze manier van eind juni tot en met de tweede week van augustus met tijdelijke wachters bemand. Maar ook buiten dit het hoogseizoen ben je welkom. Het enige dat je dan moet doen is van tevoren de organisatie bellen die de vuurtoren beheert, de sleutel oppikken en vervolgens zelf een taxiboot of visser regelen om je naar de vuurtoren te varen. Maar buiten het hoogseizoen heb je wel de meeste kans op het hele eiland voor jezelf. In het hoogseizoen deel je de wachterswoning onderaan de vuurtoren, net als een berghut, vaak met anderen. De wachterswoning bestaat uit een huiskamer, een of meerdere slaapkamers waar goede bedden staan, een compleet ingerichte keuken, badkamer en toilet. Verwacht geen hotelcomfort. Slapen doe je in je

3 slaapzak en eten en drinken moet je zelf meenemen van het vasteland. Door uitsluitend met vrijwilligers te werken kunnen de prijzen voor een overnachting laag (gemiddeld tussen de 25,- en 40,- p.p.p.n.) blijven waardoor zo veel mogelijk mensen van de vuurtorens kunnen genieten. Uit de verschillende gastenboeken kon ik echter opmaken dat de gasten tot nu toe voor 99% uit Noren bestaan, aangevuld met wat Duitsers, Zweden, Denen en een verdwaalde Pool. Gevangen door het licht Natuurlijk had ik voordat ik deze trip maakte een bepaald beeld van slapen in een vuurtoren in mijn hoofd. Nu ik in vier Noorse highlights heb overnacht kan ik wel zeggen dat het al mijn verwachtingen heeft overtroffen. De plekken zijn in alle opzichten fascinerend. Het begint al op het moment dat je met je fiets aan boord van een boot stapt en tussen de eilandjes door richting de zee slalomt. Op het moment dat je in de verte de vuurtoren als een uitgestrekte zeemeermin op de rotsen ziet liggen, ervaar je ongeveer dezelfde sensatie als een matroos die na maanden op zee voor het eerst land ziet. Als je vervolgens op het kale eiland wordt afgezet voel je je alleen op de wereld. De enigen die je gezelschap houden zijn schreeuwende zeemeeuwen en schepen die in de verte langs varen. De echte magie begint echter pas s avonds, als het langzaam maar zeker pikkedonker wordt en het indrukwekkende zoeklicht van de vuurtoren wordt ontstoken. Alsof de voorstelling gaat beginnen wacht je af wat de duisternis je die avond weer gaat brengen. Geen enkele avond stelde teleur. Zelf doen Het overnachten op een van de vuurtorenlocaties in Noorwegen is magisch, maar je moet er wel wat voor doen. Het ontbreken van één overkoepelende club, de afhankelijkheid van talloze vrijwilligers én het feit dat veel vuurtorens alleen met een boot zijn te bereiken zorgen ervoor dat je niet zomaar kunt komen aanwaaien. Ga eerst naar visitnorway.com (klik op de tabbladen Where to stay, Lighthouse en lighthouses in Norway ); hier vind je een beknopt overzicht met twintig van de in totaal 50 vuurtorens waar je kunt slapen. Aan de hand van de locatie, een korte beschrijving en een website/telefoonnummer kun je je alvast oriënteren. Heb je eenmaal je keuze gemaakt, dan begint het bellen met de beheerders om er achter te komen of je terecht kunt. Maak je geen zorgen, de meeste Noren spreken goed Engels. In het voor- en naseizoen is er meestal plek zat. De overige dertig vuurtorens staan op lighthouses.no (klik op de tabbladen Fyrene, Nord of Sør). Helaas staan hier echt alle 200 vuurtorens op, waardoor je zelf de overige dertig lichtbakens eruit moet filteren. Natuurlijk kun je ook gewoon de route volgen die ik al gereden heb en gebruik maken van de informatie die ik hieronder (Praktisch) voor je heb verzameld. Handige websites visitnorway.com Noorwegen algemeen + overzicht vuurtorens waar je kunt slapen lighthouses.no overzichtssite met alle 200 vuurtorens visitsorlandet.com activiteiten in Zuid-Noorwegen colorlineferries.nl de SuperSpeed ferry brengt je in slechts 3:15 uur van het Deense Hirtshals naar Kristansand. Praktisch Fietsroute Van Kristiansand naar Gjeving is het ongeveer 150 kilometer fietsen. Omdat ik in vier verschillende vuurtorens wilde overnachten had ik vier dagen voor deze afstand uitgetrokken. Mijn dagetappes: Kristiansand-Lillesand (50km); Lillesand-Homborsund (20km); Homborsund Arendal (40); Arendal-Gjeving (40km). De hele route is vrij makkelijk te fietsen, door de vele heuvels is een trekking bike met minimaal 18 versnellingen wel aan te raden.

4 Na afloop heb je meerdere opties om weer in Kristiansand te komen. 1.Je fietst van Gjeving terug naar Arendal en pakt hier de trein. Kijk op nsb.no of bel voor de mogelijkheden. 2.Je chartert in Gjeving een taxiboot en laat je een stuk richting Kristiansand varen. Eenmaal weer aan land fiets je het laatste deel terug. Taxiboten zijn vrij duur, bij langere ritten dalen echter de prijzen (in overleg). De vuurtorenwachter van Torungen heeft een serieuze Baywatch stijl boot waarmee hij mensen vervoert. Tel (Knut Mørland). 3. Je draait in Gjeving je fiets om en legt het traject in tegengestelde richting af. Behalve een alternatieve route van een km of 15 tussen Grimstad en Lillesand fiets je dan wel exact hetzelfde stuk. Fietskaarten Aangezien er maar een paar wegen langs de Zuid-Noorse kust lopen kun je aan de hand van verkeersborden bijna niet verkeerd fietsen. Wil je toch het zekere voor het onzekere nemen, kijk dan op northsea-cycle.com. Omdat je tussen Kristiansand en Gjeving een stuk van de 6000km lange Noorzeefietsroute volgt, kun je je route op de interactieve kaart uitstippelen of in je gps downloaden. Toch behoefte aan een kaart onderweg, op fietsvakantiewinkel.nl vind je de zeer gedetailleerde en geplastificeerde North Sea Cycleroute EAST kaarten (1: ). De vuurtorens Homborsund Fyrstasjon Plaats Homborsund (Grimstad) Bouwjaar 1879 Lichthoogte 20,1meter Reikwijdte 26,8km Aantal slaapplaatsen Tussen de 20 en 30 Zelf het licht zien Prijs: 180 NOR per nacht. Tel (Turid Wenche Larsen), (VVV Grimstad). Lyngør Fyrstasjon Plaats Gjeving (Tvedestrand) Bouwjaar 1879 Lichthoogte 16,9 meter Reikwijdte 22,2km Aantal slaapplaatsen 22 Zelf het licht zien Prijs: Vanaf 280 NOR per nacht. Tel (Turistforening Arendal). turistforeningen.no/aust-agder. Taxiboot: tel Store Torungen Fyrstasjon Plaats Arendal Bouwjaar 1844 Lichthoogte 34,3 meter Reikwijdte 34,2km Aantal slaapplaatsen 12 Zelf het licht zien Prijs: Vanaf 220 NOR per nacht. Tel (Knut Morland, vuurtorenwachter), (Turistforening Arendal), turistforeningen.no/aust-agder/. Taxiboot: tel / torungen-fyr.no Saltholmen Fyrstasjon Plaats Lillesand Bouwjaar 1882

5 Lichthoogte 20 meter Reikwijdte 8,3km (Saltholmen is eigenlijk een lichtbaken) Aantal slaapplaatsen Zelf het licht zien Prijs: 200 NOR per nacht. Tel (Lillesand Seilforenig), (Lillesand Turistkontor). saltholmen.no 100 Noorse kronen = 14,69 euro Schipper mag ik overvaren? De beste manier om een taxiboot richting een van de vier bovenstaande eilanden te charteren is door bij de organisatie die de desbetreffende vuurtoren begeert (zie hierboven bij Zelf het licht zien) te informeren wat de handigste en goedkoopste manier is om naar het eiland te komen. Dit kan met een (dure) taxiboot zijn, maar ook met een goedkope Rode Kruis boot (Lillesand) of lokale vissers (Homborsund). Fietsen meenemen is eigenlijk nooit een probleem, er is altijd wel plek aan boord. Ik vond het echter makkelijker om mijn fiets gewoon in de haven te laten staan. Wat je wel zelf mee moet nemen is eten, drinken (je kunt uiteraard ook gewoon lekker van tevoren uit eten gaan), een slaapzak en een goede zaklamp. Hoe kom je in Noorwegen? Veel mensen denken dat Noorwegen veel te ver om zelf naar toe te rijden is. Niets is minder waar. Zo reed ik vanuit Amersfoort naar Hirtshals in Noord-Denemarken (900km), waar een ColorLine ferry me vervolgens in ruim 3 uur over het Skagerrak naar het Noorse Kristiansand bracht. Surf naar colorlineferries.nl voor tijden en prijzen. Meer foto s Als je meer foto s van mijn roadtrip door Noorwegen wilt zien, surf dan naar Salt Facebook pagina.