Vraagbaak gegevenslevering Stuf-WOZ

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vraagbaak gegevenslevering Stuf-WOZ"

Transcriptie

1 WAARDERINGSKAMER Vraagbaak gegevenslevering Stuf-WOZ Een antwoord op de meest gestelde vragen over de gegevenslevering in het kader van het Stuf-WOZ Tekst vastgesteld op: 19 december 1996

2 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ COLOFON Waarderingskamer Deze "Vraagbaak gegevenslevering Stuf-WOZ: Alles over de gegevenslevering door gemeenten aan waterschappen en Belastingdienst in het kader van het Stuf-WOZ" is op 19 december 1996 vastgesteld door de Waarderingskamer. In deze vraagbaak zijn de ervaringen verwerkt die in 1995 en 1996 zijn opgedaan bij de gegevenslevering van gemeenten aan waterschappen op basis van Stuf-WOZ en Stuf-OG. In deze vraagbaak zijn niet de uitvoeringsregels zelf opgenomen. De "Vraagbaak gegevenslevering Stuf-WOZ" dient daarom gebruikt te worden naast het boek "Stuf-WOZ". Deze vraagbaak is voorbereid door de Commissie Gegevensuitwisseling. Deze commissie heeft de volgende leden: Drs. M.A.W.R. van Rossum (Unie van Waterschappen), mr. J.G.E. Gieskes (Waarderingskamer), ir. R.M. Kathmann (Waarderingskamer), R.B.M. ten Kroode (Vereniging van Nederlandse Gemeenten), J.A.G. van Rooijen (gemeente Eindhoven) en mr. A.A.M. van den Toorn (Belastingdienst). Vormgeving omslag Kluwer, Deventer Opmaak en zetwerk binnenwerk Waarderingskamer Druk Kluwer, Deventer Voor meer informatie kunt u contact opnemen met: Waarderingskamer Postbus AE 's-gravenhage Telefoon: Telefax: ISBN , Waarderingskamer, 's-gravenhage Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Waarderingskamer. 2

3 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 5 2. Het WOZ-object Gegevensrecord 2.2 Vragen met betrekking tot WOZ-objectnummer 2.3 Vragen met betrekking tot adres 2.4 Vragen met betrekking tot de gebruikscode 2.5 Vragen met betrekking tot onderscheid gebouwd/ongebouwd 2.6 Vragen met betrekking tot vastgestelde waarde 3. Het sluimerend WOZ-object Bijzonderheden gegevensrecord 3.2 Vragen met betrekking tot objectafbakening 3.3 Vragen met betrekking tot WOZ-objectnummer 3.4 Vragen met betrekking tot adres 4. Het subject Gegevensrecord 4.2 Vragen met betrekking tot SoFi-nummer 4.3 Vragen met betrekking tot naamgegevens 4.4 Vragen met betrekking tot adresgegevens 5. De kadastrale gegevens Gegevensrecord 5.2 Uitgangspunten levering kadastrale gegevens 5.3 Vragen met betrekking tot kadastrale appartementen 5.4 Vragen met betrekking tot splitsing van kadastrale percelen 6. De identificatie eigenaar/gebruiker Gegevensrecord 6.2 Vragen met betrekking tot de c.s.-code 6.3 Vragen met betrekking tot de aanwijzing van belanghebbenden 3

4 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ 7. De waterschapsgrens Gegevensrecord 7.2 Vragen met betrekking tot splitsen Stuf-WOZ-bestand 7.3 Vragen met betrekking tot splitsen waarde WOZ-object 8. De beschikking Gegevensrecord 8.2 Vragen met betrekking tot wanneer beschikkingsrecord wordt geleverd 9. Technische specificaties Vragen met betrekking tot de te gebruiken media 9.2 Vragen met betrekking tot de recordscheiding 9.3 Vragen met betrekking tot de tekenset 9.4 Vragen met betrekking tot facultatieve gegevens 9.5 Vragen met betrekking tot de te verrichten tellingen 10. Procedure gegevenslevering Hoofdlijnen 10.2 Vragen met betrekking tot tijdige gegevenslevering 10.3 Vragen met betrekking tot de volledigheid van het bestand 10.4 Vragen met betrekking tot het blokkeren van objecten 10.5 Vragen met betrekking tot initieel bestand en mutatiebestanden 10.6 Vragen met betrekking tot terugmelden van problemen 10.7 Vragen met betrekking tot mutaties en de drempels in artikel Trefwoordenregister op de vragen 89 4

5 1. INLEIDING 1. INLEIDING Voor u ligt de Vraagbaak gegevenslevering Stuf-WOZ. De Waarderingskamer heeft besloten deze vraagbaak uit te geven, omdat er in de praktijk bij gemeenten en waterschappen enkele onduidelijkheden blijken te bestaan over de interpretatie van de Regeling Stuf-WOZ, zoals die in het boek Stuf-WOZ (tweede druk) is weergegeven en toegelicht. Wanneer verschillende partijen de regels van het Stuf-WOZ anders interpreteren ontstaat het risico van problemen bij de uiteindelijke gegevenslevering. De tekst van deze vraagbaak is voorbereid door de Commissie Gegevensuitwisseling. De Commissie Gegevenslevering heeft daarom bij zowel gemeenten als waterschappen en Belastingdienst geïnventariseerd welke onduidelijkheden en verschillende interpretaties bestaan. Dit blijkt uit de ervaringen die de afgelopen jaren zijn opgedaan met het werken met Stuf-WOZ en Stuf-OG. De verschillende interpretatiemogelijkheden komen eveneens naar voren uit de ervaringen die momenteel worden opgedaan met het volledig conform Stuf-WOZ vullen van de registraties. Ook van de kant van softwareleveranciers en taxatiebureaus zijn onderwerpen voor deze vraagbaak aangedragen. De Commissie Gegevenslevering heeft bij elk van de vragen geprobeerd een eenduidige interpretatie te verstrekken. Geprobeerd is deze praktijkvragen logisch te rangschikken. De praktijkvragen die direct te maken hebben met één type gegevensrecord zijn gerubriceerd per gegevensrecord. Daarnaast zijn er ook praktijkvragen over de technische aspecten van de gegevenslevering en over de procedures. Dergelijke vragen zijn ondergebracht in een afzonderlijk hoofdstuk. Deze vraagbaak heeft tot doel om de bestaande regels te verduidelijken en op een aantal punten interpretatie van de regels te uniformeren. De regels zelf veranderen niet. In de vraagbaak wordt daarom regelmatig verwezen naar het boek Stuf-WOZ. Bij deze verwijzingen wordt steeds verwezen naar een bepaalde pagina in het boek Stuf-WOZ (tweede druk), bijvoorbeeld [zie Stuf-WOZ: 83]. Deze vraagbaak is dan ook geen vervanging van het Stuf-WOZ, maar een hulpmiddel voor het gebruik van het Stuf-WOZ. Voor de goede orde wordt erop gewezen dat hierbij steeds is uitgegaan van het Stuf-WOZ, tweede druk. De Vraagbaak gegevenslevering Stuf-WOZ verschijnt bij het begin van het eerste WOZ-tijdvak. De uniformering die in deze vraagbaak door de interpretatie van regels wordt gegeven, heeft steeds betrekking op specifieke gevallen. Het (omvangrijke) project van het WOZ-conform maken van bestaande administraties wordt in zijn totaliteit en massaliteit niet belemmerd. Wel wordt een handreiking geboden voor (betrekkelijk) op zichzelf staande gevallen. 5

6 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ Verder kan deze vraagbaak een belangrijke rol spelen bij eventuele discussies tussen een gemeente en één van de afnemers over de geleverde gegevens. Ook wordt in deze vraagbaak nader ingegaan op het leveren van mutatiegegevens, nadat de initiële gegevens aan het begin van het WOZ-tijdvak zijn geleverd. Dit betekent dat de commissie verwacht dat dit boek in de nabije toekomst van waarde blijft. 6

7 2. HET WOZ-OBJECT 2. HET WOZ-OBJECT 2.1 Gegevensrecord In de Regeling Stuf-WOZ is aangegeven welke gegevens over het WOZ-object geleverd moeten worden. De definitie van elk van deze gegevens is in het Stuf-WOZ opgenomen [zie Stuf-WOZ: 35, 64]. De hoofdlijnen komen tot uitdrukking in het gegevensrecord voor de entiteit "WOZ-object": Gegevensrecords positie type lengte nummer naam gegeven N Recordidentificatiecode (= 20) N WOZ-objectnummer A Woonplaatsnaam A Straatnaam N Huisnummer A Huisletter A Huisnummertoevoeging A Aanduiding bij huisnummer A Postcode A Lokatieomschrijving N Grondoppervlakte N Gebruikscode A Code gebouwd/ongebouwd N Meegetaxeerde oppervlakte gebouwd N Aandeel waarde gebouwd N Vastgestelde waarde D Waardepeildatum N Bijzondere-waarderingscode A Mutatiecode D Ingangsdatum D Einddatum A Filler 7

8 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ 2.2 Vragen met betrekking tot WOZ-objectnummer 1. Vraag: Wanneer krijgt een WOZ-object een nieuw WOZ-objectnummer? Het WOZ-objectnummer is in het kader van het Stuf-WOZ de belangrijkste identificatie van een WOZ-object (een onroerende zaak). De WOZ-objectnummers zijn voor het eerst toegekend aan onroerende zaken bij het begin van het eerste WOZ-tijdvak (met ingang van 1997) [zie Stuf-WOZ: 51 en 78]. Een onroerende zaak die geen wijzigingen ondergaat, blijft geïdentificeerd worden met hetzelfde WOZ-objectnummer. Dit WOZ-objectnummer kan dan ook gedurende een groot aantal jaren (groot aantal tijdvakken) gebruikt worden om een onroerende zaak aan te duiden. Bij de hierna genoemde veranderingen blijft het toegekende WOZ-objectnummer de identificatie van het WOZ-object: - Veranderingen van de vastgestelde waarde zonder dat er een wijziging van het object heeft plaatsgevonden, bijvoorbeeld een nieuwe waarde voor een volgend tijdvak of een nieuwe waarde als gevolg van een uitspraak op een bezwaarschrift of een ambtshalve vermindering. - Verandering van de waarde op grond van een bijzondere omstandigheid, specifiek voor de onroerende zaak. Ook bij deze waardeverandering van een object is geen sprake van een wijziging van het object zelf. - Verandering van het object door bouw, verbouwing, verbetering, afbraak of vernietiging, hetzij verandering van bestemming. Bij deze veranderingen is geen sprake van verandering van de objectafbakening. Een WOZobjectnummer kan dus het ene jaar betrekking hebben op een perceel bouwgrond en het volgende jaar op een woning die op dat perceel gebouwd is. De aard van het object is wel veranderd, maar de objectafbakening niet en daarom blijft het toegekende WOZ-objectnummer gelden. - Marginale veranderingen van de objectafbakening die het karakter van het WOZ-object niet veranderen. Een woning heeft WOZ-objectnummer Er wordt een groenstrook bijgekocht, waardoor vanaf dat moment een extra kadastraal perceel tot de onroerende zaak behoort. Het toegekende WOZ-objectnummer in gebruik blijven als de identificatie van het nieuwe object. De afnemers moeten wel geïnformeerd worden over de grotere grondoppervlakte en het nieuwe kadastrale perceel (en eventueel de nieuwe waarde, indien die meer dan de drempel is gestegen) dat aan het WOZ-object is gekoppeld. 8

9 2. HET WOZ-OBJECT Bij wijziging van de objectafbakening die wel het karakter van een WOZ-object veranderen, wordt het WOZ-objectnummer gewijzigd. Enkele voorbeelden: - Een pand heeft WOZ-objectnummer Dit pand wordt gesplitst in drie appartementen. Het WOZ-objectnummer vervalt en de drie appartementen krijgen elk afzonderlijk nieuwe nummers, bijvoorbeeld , en Een woning heeft WOZ-objectnummer , een naastgelegen garagebox heeft WOZ-objectnummer De eigenaar-bewoner van de woning koopt ook die garagebox en verbouwt deze zodanig dat de garagebox daarna een geheel vormt met zijn woning. Het WOZ-objectnummer vervalt en het nummer geldt voor het nieuw gevormde samenstel. Voor dit nieuwe samenstel moeten nieuwe gegevens (grondoppervlakte, kadastrale objecten, waarde) worden geleverd aan de afnemers. In sommige gevallen moet de gemeente beoordelen of nu wel of niet sprake is van een "voortzetting" van een bestaand object met een bestaand WOZ-objectnummer of dat het duidelijker is om een nieuw WOZ-objectnummer te gaan hanteren. De hier gegeven voorbeelden zijn wel een leidraad bij de beoordeling door een gemeente of wel of niet sprake is van een "marginale" verandering. Maar gemeenten hebben hierin enige ruimte voor eigen beoordeling. 2. Vraag: Een WOZ-object is vervallen. Kan ik het vrijgekomen WOZobjectnummer direct gebruiken voor een ander WOZ-object? Nee. Op het moment dat een WOZ-object vervalt, vervalt niet voor alle afnemers het belang bij het oude object. Het kan zijn dat voor het oude object nog een bezwaar- of beroepsprocedure loopt. Het kan bijvoorbeeld ook zijn dat aan de desbetreffende belastingplichtige nog niet alle belastingaanslagen over voorgaande jaren zijn opgelegd. Het WOZ-objectnummer met betrekking tot een vervallen object zal daarom vaak nog enkele jaren van belang kunnen zijn voor één of meerdere afnemers. Het is daarom van belang om een vrijgekomen WOZobjectnummer gedurende een aantal jaren (bijvoorbeeld circa tien jaar) niet te gebruiken. Natuurlijk kunnen er zeker geen proble- 9

10 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ men ontstaan, wanneer een vrijgekomen WOZ-objectnummer in het geheel niet meer gebruikt zal worden. 3. Vraag: Welke gevolgen heeft een gemeentelijke herindeling voor het gebruik van WOZ-objectnummers? Door een gemeentelijke herindeling vervallen de gemeentecodes van de samen te voegen gemeenten en krijgt de nieuwe gemeente een nieuwe gemeentecode. Soms is de gemeentecode van de nieuwe gemeente gelijk aan de gemeentecode van één van de samengevoegde gemeenten. Dat betekent dat ten gevolge van de gemeentelijke herindeling de WOZ-objectnummers aangepast moeten worden. Immers de eerste vier posities van het WOZ-objectnummer bestaan uit de gemeentecode. Voordat echter de oude gemeentecode wordt vervangen door de nieuwe gemeentecode moet wel gecontroleerd worden of alle identificaties uniek blijven. Indien door het vervangen van de gemeentecode de aanduiding niet langer uniek is, moet ook een wijziging worden aangebracht in de volgende acht posities. Voorbeeld: - Door een gemeentelijke herindeling worden in één administratie samengevoegd de objecten met WOZobjectnummer en De gemeentecode van de nieuwe gemeente wordt Indien voor beide onroerende zaken de oude gemeentecode wordt vervangen door de nieuwe gemeentecode is de identificatie niet langer uniek ( ). In dat geval zal één van beide nummers aangepast moeten worden, bijvoorbeeld: en ). Indien in geen van de administraties bijvoorbeeld de vijfde positie werd gebruikt (de eerste positie na de gemeentecode) dan is het wellicht mogelijk om in deze positie een "volgnummer" voor de samengevoegde gemeenten op te nemen. De overige posities kunnen dan ongewijzigd blijven. Voorbeeld: - Wederom worden in één administratie samengevoegd de objecten met WOZ-objectnummer en De gemeentecode van de nieuwe gemeente wordt Objecten uit de "oude" gemeente 0518 krijgen een 1 in de vijfde positie, terwijl objecten uit de "oude" gemeente 0519 een 2 krijgen. In dat geval worden de WOZ- 10

11 2. HET WOZ-OBJECT objectnummers voor deze objecten respectievelijk: en ). 2.3 Vragen met betrekking tot adres 4. Vraag: Kunnen er ook romeinse cijfers voorkomen in een adres? Een volledig nederlands adres bestaat uit de volgende onderdelen: - straatnaam - huisnummer - huisletter - huisnummertoevoeging - aanduiding bij huisnummer - lokatieomschrijving - postcode - woonplaatsnaam - gemeentenaam Van deze gegevens is het huisnummer numeriek. Het huisnummer mag niet met een romeins cijfer aangeduid worden. De huisletter is slechts één positie en dus niet geschikt voor oplopende romeinse cijfers. De aanduiding bij huisnummer en de postcode hebben een bijzondere betekenis met een daarop afgestemd domein. Dit domein staat romeinse cijfers niet toe. In de overige onderdelen van het adres kunnen in beginsel wel romeinse cijfers voorkomen (er zijn echter geen gemeentenamen of woonplaatsnamen bekend met een romeins cijfer in de naam). Romeinse cijfers kunnen in de straatnaam, in de huisnummertoevoeging en in de lokatieomschrijving voorkomen. Voorbeelden: - straatnaam: Paus Johannes XXIII singel huisnummer: 23 - straatnaam: Wassenaarseweg huisnummer: 80 huisnummertoevoeging: IV - straatnaam: Wassenaarseweg huisnummer: 80 lokatieomschrijving: unit 4-IV en 4-VI 11

12 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ 5. Vraag: Welke aanvulling op huisnummer kan de gemeente toekennen om de objectaanduiding uniek te maken? Een adres wordt door de gemeente vastgesteld (huisnummerbesluit). Het adres kan bestaan uit straatnaam, huisnummer en huisletter. Een officieel adres kan betrekking hebben op meerdere WOZobjecten. In dat geval moet op een andere wijze de aanduiding uniek gemaakt worden. Dit kan door een "huisnummertoevoeging". Een huisnummertoevoeging kan bestaan uit een volgnummer (arabisch of romeins), een etageaanduiding of iets dergelijks. Een voorwaarde voor het gebruik van de huisnummertoevoeging is dat deze ook voor belanghebbende duidelijk is. Indien met behulp van de huisnummertoevoeging geen duidelijke aanduiding mogelijk is, moet het adres worden uitgebreid met een lokatieomschrijving. De lokatieomschrijving kan zowel zelfstandig als in aanvulling op (ter verduidelijking van) de huisnummertoevoeging worden gebruikt. Bij het gebruik van de huisnummertoevoeging moet ook rekening gehouden worden met andere gemeentelijke administraties. Als bijvoorbeeld ook in de bevolkingsadministratie of in een basisadministratie vastgoed de huisnummertoevoeging wordt gebruikt, moet het toekennen van deze toevoeging wel gecoördineerd worden. Voorbeeld: - De gemeente heeft het adres Wassenaarseweg 80 officieel vastgesteld. De drie WOZ-objecten op dit adres (woning begane grond, 1 e etage, respectievelijk 2 e etage) kunnen als volgt worden aangeduid: Wassenaarseweg 80 bg, Wassenaarseweg 80 1e en Wassenaarseweg 80 2e (gebruik huisnummertoevoeging). - Op het adres Wassenaarseweg is sprake van twee WOZobjecten (kantoren vierde en vijfde verdieping en de rest van het gebouw). De WOZ-objecten kunnen als volgt worden aangeduid: Wassenaarseweg 80 kantoren 4e en 5e verdieping respectievelijk Wassenaarseweg 80 met uitzondering 4e en 5e verdieping (gebruik lokatieomschrijving). - Op het adres Wassenaarseweg is sprake van een winkelcentrum met een groter aantal winkelunits. Deze winkelunits hebben geen zelfstandig adres. De WOZ-objecten kunnen als volgt worden aangeduid: Wassenaarseweg 80 unit 1, Wassenaarseweg 80 unit 2 etcetera (gebruik lokatieomschrijving). 12

13 2. HET WOZ-OBJECT Er zijn ook WOZ-objecten waaraan geen officieel adres is toegekend. Voor dergelijke objecten is het gebruik van de lokatieomschrijving (al dan niet in combinatie met de andere gegevens) meestal essentieel. Voorbeeld: - De aanduiding Wassenaarseweg transformatorhuis (gebruik lokatieomschrijving) kan voldoende zijn om een WOZ-object uniek te lokaliseren. - De aanduiding kan ook gekoppeld worden aan een nabijgelegen officieel adres, bijvoorbeeld: Wassenaarseweg 80 by kiosk (gebruik aanduiding bij huisnummer en lokatieomschrijving). De gemeente kan er toe overgaan om aan zoveel mogelijk objecten zoals hierboven genoemd (transformatorhuisjes, kiosken) wel officiële adressen (huisnummers) toe te kennen door middel van een huisnummerbesluit. Daarmee is een dergelijk object uniek geïdentificeerd, niet alleen voor de Wet WOZ, maar voor alle registraties waarin dat object voorkomt. 6. Vraag: Wanneer is het gebruik van een lokatie-omschrijving nodig? Voor het volledige adres gelden twee eisen, namelijk dat het uniek is en dat het duidelijk is voor de belanghebbenden [zie Stuf-WOZ: 51]. Voor de meeste WOZ-objecten zal op basis van straatnaam en huisnummer (eventueel met huisletter) een identificatie beschikbaar zijn die aan beide eisen voldoet. Voor WOZ-objecten waarvoor straatnaam, huisnummer en huisletter geen unieke aanduiding opleveren, zal het gebruik van een aanvulling nodig zijn. Een WOZ-object kan onvoldoende geïdentificeerd zijn, wanneer er meerdere WOZ-objecten gezamenlijk met een officieel adres worden aangeduid of wanneer aan een WOZ-object in het geheel geen officieel adres is gekoppeld. Om in dergelijke gevallen toch een uniek adres te maken kan de "huisnummertoevoeging" (bij meerdere WOZ-objecten op één adres) of de "aanduiding bij huisnummer" (bij WOZ-objecten zonder adres) worden gebruikt of de lokatieomschrijving. Omdat de huisnummertoevoeging of de aanduiding bij huisnummer geen onderdeel vormt van het officiële adres, bestaat de kans dat deze aanvulling niet duidelijk is voor de belanghebbende. Ook bij het gebruik van deze aanvullingen kan het nodig zijn een 13

14 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ lokatieomschrijving te gebruiken die de objectaanduiding voor de belanghebbende verduidelijkt. Gezien het bovenstaande kan het gebruik van de lokatieomschrijving om twee redenen noodzakelijk zijn, namelijk om een aanduiding van een onroerende zaak uniek te maken of om een unieke aanduiding van een onroerende zaak te verduidelijken voor de belanghebbende. meerdere WOZ-objecten op één adres WOZ-object zonder adres lokatie-omschrijving ter identificatie a: officieel adres + lokatieomschrijving b: bijvoorbeeld straatnaam + lokatieomschrijving lokatieomschrijving ter verduidelijking c: officieel adres + huisnummertoevoeging + lokatieomschrijving d: officieel adres + aanduiding bij huisnummer + lokatieomschrijving Voorbeelden: - ad a: straatnaam: Wassenaarseweg huisnummer: 80 lokatieomschrijving: unit 4-IV en 4-VI Naast deze onroerende zaak bestaat er op het adres Wassenaarseweg 80 nog een aantal andere onroerende zaken. - ad b: straatnaam: Wassenaarseweg lokatieomschrijving: transformatorhuis - ad c: straatnaam: Wassenaarseweg huisnummer: 80 huisnummertoevoeging: VI lokatieomschrijving: kantoren 4e verdieping De zes onroerende zaken op het adres Wassenaarseweg 80 zijn in de WOZ-administratie met een romeins cijfer genummerd. De betekenis van deze aanduiding is bij de belanghebbenden niet bekend. - ad d: straatnaam: Wassenaarseweg huisnummer: 80 aanduiding bij huisnummer: to lokatieomschrijving: transformatorhuis 14

15 2. HET WOZ-OBJECT Er staan geen andere onroerende zaken tegenover huisnummer 80. Het adres met de aanduiding bij huisnummer is daarom uniek. De lokatieomschrijving verduidelijkt de aanduiding voor de belanghebbende. 7. Vraag: Kan ik de lokatie-omschrijving ook gebruiken als veld om aantekeningen te maken? Nee. De lokatieomschrijving is een onderdeel van het adres en daarmee van de aanduiding van het WOZ-object. Het is de bedoeling dat de aanduiding van het WOZ-object zo beknopt mogelijk blijft, mits de aanduiding uniek is en duidelijk is voor de belanghebbende. De aanduiding van het object wordt ook op de WOZ-beschikking en op de aanslagbiljetten voor de onroerendezaakbelastingen en voor de waterschapsomslag gebouwd afgedrukt. 8. Vraag: Mag ik ook een fictieve postcode gebruiken, wanneer een object geen postcode heeft of wanneer dit onbekend is? Nee. De postcode wordt vastgesteld voor een aantal officiële adressen. Alleen voor de WOZ-objecten waarbij de bij die postcode behorende adressen worden gebruikt, mag de postcode worden gehanteerd. Wanneer geen postcode bekend is of het object geen postcode heeft (geen officieel adres) dan blijft het gegeven postcode leeg (vullen met spaties of 0000AA, afhankelijk van de eisen van het systeem). 9. Vraag: Wat moet ik doen, wanneer een WOZ-object meerdere adressen heeft, bijvoorbeeld een uitgang aan twee verschillende straten? Voor de aanduiding van het WOZ-object wordt een adres gebruikt waarmee het duidelijk wordt welke onroerende zaak wordt bedoeld. Wanneer het voor de belanghebbende niet duidelijk is of het gedeelte met de ingang aan een andere straat wel of niet tot het gewaardeerde object behoort, kan dit bij de aanduiding van de onroerende zaak expliciet vermeld worden (lokatieomschrijving). Dit gebruik van de lokatieomschrijving moet wanneer er onduidelijkheid over kan bestaan. Voorbeeld: - Een woning (Wassenaarseweg 80) en een garage (Leidsestraat 23) vormen een samenstel. Door het tweede 15

16 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ adres in de lokatieomschrijving op te nemen, is het volledig duidelijk dat deze garage in de waarde betrokken is. De objectaanduiding wordt dan Wassenaarseweg 80 inclusief Leidsestraat Indien in één WOZ-object een groot aantal adressen betrokken is (bijvoorbeeld een groot industrieel complex met verschillende ingangen) kan eventueel de algemene aanduiding c.a. (cum annexis) worden gebruikt. Deze aanduiding kan geplaatst worden in het veld "Lokatieomschrijving" De officiële adressen in een gemeente worden vaak centraal geregistreerd, zodat deze door verschillende systemen op uniforme wijze verwerkt kunnen worden. Het is, met name met het oog op volledigheidscontrole, van belang om ingeval een WOZ-object meerdere adressen omvat, de verwijzing naar al deze adressen expliciet vast te leggen. Daarom voorziet bijvoorbeeld het uitwisselingsformaat taxatiebureaus in een entiteit "Identificatie extra adressen". Door het gebruik van een dergelijke entiteit (in feite een relatierecord tussen adres en WOZ-object) is het mogelijk om te controleren of alle officiële adressen in de gemeente ook in de WOZ-administratie tot uitdrukking komen (volledigheidscontrole). 10. Vraag: Kunnen voor de gegevenslevering de adresgegevens van gemeente en waterschap op elkaar afgestemd worden? Het op elkaar afstemmen van bestanden met WOZ-objecten uit verschillende administraties op basis van de volledige adresaanduiding is moeilijk. Door een verschil in schrijfwijze van een straatnaam of het al dan niet hanteren van een huisnummertoevoeging kunnen verschillen in het adres ontstaan, terwijl hetzelfde object wordt bedoeld. Om die reden is in het Stuf-WOZ ook gekozen voor een uniek WOZ-objectnummer. Bij het begin van het WOZ-tijdvak krijgen de afnemers (het waterschap, de Belastingdienst en de afdeling belastingen van de gemeente) een volledig bestand met voor elk WOZ-object het WOZ-objectnummer en het volledige adres. Op basis van deze gegevens moet belastingheffing in 1997 mogelijk zijn. Het waterschap zal echter de in de eigen administratie opgenomen gegevens willen koppelen aan deze nieuwe gegevens van de gemeente. Om die reden kan het wenselijk zijn om de huidige adresgegevens van het waterschap te vergelijken met de nieuwe adresgegevens van de gemeente. In feite betekent dit het 16

17 2. HET WOZ-OBJECT koppelen van de WOZ-objectnummers aan de nu geregistreerde objecten bij het waterschap. Het vergelijken van deze adresgegevens is reeds voor de definitieve gegevenslevering mogelijk. Deze afstemming van bestanden is vergelijkbaar met de afstemming van de bestanden tussen de gemeente en het taxatiebureau in de loop van het herwaarderingsproject. De afstemming kan plaatsvinden door het waterschap reeds eerder de WOZ-objectrecords uit Stuf-WOZ (eventueel nog zonder waarde, maar met het WOZobjectnummer) ter beschikking te stellen. Wanneer de WOZobjectnummers eenmaal beschikbaar zijn in de waterschapsadministratie, kan de verwerking van het Stuf-WOZ leveringsbestand vermoedelijk aanzienlijk sneller gebeuren. 2.4 Vragen met betrekking tot de gebruikscode 11. Vraag: Waarom moet ik gebruikscodes in het kader van Stuf-WOZ leveren? Toen de Regeling Stuf-WOZ werd voorbereid, is de Stuf-WOZ gebruikscode gedefinieerd om de afnemers een globale indruk te geven van de aard van het object. Door deze globale indruk konden eventueel specifieke problemen bij de afnemers (bijvoorbeeld het onderscheid tussen gebouwd en ongebouwd bij agrarische objecten voor het waterschap, of het onderscheid tussen het woongedeelte en het bedrijfsgedeelte bij een gemengd pand voor de rijksbelastingen) tot uitdrukking komen. Door recente wet- en regelgeving is het belang van de Stuf-WOZ gebruikscode aanmerkelijk toegenomen. Voor de verdeling van het gemeentefonds speelt de belastingcapaciteit van gemeenten een rol. Bij het bepalen van de belastingcapaciteit wordt op basis van de Financiële-verhoudingswet (Staatsblad 1996, 576) onderscheid gemaakt tussen de totale waarde van woningen in een gemeente en de totale waarde van de niet-woningen in die gemeente. Het onderscheid tussen woningen en niet-woningen wordt afgeleid uit de Stuf-WOZ gebruikscode. Met ingang van 1997 zal in de Gemeentewet ook tariefsdifferentiatie tussen woningen en niet-woningen voor de onroerende-zaakbelastingen mogelijk zijn. Ook deze tariefsdifferentiatie maakt het noodzakelijk dat eenduidig vastligt, 17

18 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ wanneer sprake is van een woning en wanneer van een nietwoning. Ook bij dit onderscheid heeft een duidelijke koppeling aan de Stuf-WOZ gebruikscode plaatsgevonden. 12. Vraag: Wat is de definitie die bij elk van de gebruikscodes hoort? In het Stuf-WOZ is geen definitie opgenomen bij de verschillende codes. Door het toegenomen belang zijn deze begrippen inmiddels wel nader gedefinieerd. Ten behoeve van de tariefsdifferentiatie is in de Gemeentewet het onderscheid tussen woningen en niet woningen vastgelegd. In de Gemeentewet wordt in plaats van het begrip woning gesproken over "een onroerende zaak die in hoofdzaak tot woning dient". Een onroerende zaak dient in hoofdzaak tot woning indien de waarde die op grond van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld voor die onroerende zaak in hoofdzaak kan worden toegerekend aan delen van de onroerende zaak die dienen tot woning, dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden. Het begrip "in hoofdzaak" komt overeen met 70% van de waarde. Dus wanneer meer dan 70% van de waarde van een onroerende zaak betrekking heeft op het woongedeelte (inclusief tuin, garage, berging, een weiland voor hobby-activiteiten, etcetera) dan is sprake van een woning. Ook een losse garagebox is daarmee een woning, omdat deze volledig dienstbaar is aan woondoeleinden. De woningen zijn de objecten met de volgende Stuf-WOZ gebruikscodes: 10 woning dienend tot hoofdverblijf 11 woning met praktijkruimte 12 recreatiewoning en overige woningen Voorbeeld: - een woning met een spreekkamer van een huisarts is gewaardeerd op / De spreekkamer en de wachtkamer hebben gezamenlijk een waarde van circa / Het woongedeelte (circa / ) is daarmee meer dan 70% van de waarde. Dit gemengde pand behoort daarmee tot de woningen en zal een Stuf-WOZ gebruikscode "11" hebben. - Een garagebox is geheel dienstbaar aan woondoeleinden. Voor de tariefsdifferentiatie en voor de bepaling van de belastingcapaciteit wordt deze daarom gerekend tot de categorie woningen. Dergelijke afzonderlijke objecten krijgen daarom een Stuf-WOZ gebruikscode "12". 18

19 2. HET WOZ-OBJECT In de uitvoeringsregeling ten behoeve van het vaststellen van de belastingcapaciteit van een gemeente (Regeling belastingcapaciteit) zijn de drie Stuf-WOZ gebruikscodes van woningen nader uitgewerkt: Tot de woningen behoren die onroerende zaken die in hoofdzaak worden gebruikt voor woondoeleinden en die onroerende zaken waarvan het gebruik volledig dienstbaar is aan woondoeleinden. Objecten in aanbouw of leegstaande objecten met de bestemming woondoeleinden zijn ook woningen. Tot de woningen behoren de volgende drie klassen (de codes tussen haakjes verwijzen naar de in het kader van de Wet WOZ in gebruik zijnde gebruikscodes): Woning dienend tot hoofdverblijf (10): Onder een woning dienend tot hoofdverblijf wordt verstaan: - een onroerende zaak die als één geheel gedurende het gehele jaar wordt gebruikt voor woondoeleinden. Deze categorie betreft zelfstandige woningen voor één of meerpersoonshuishoudens waarin geen bedrijfsmatige activiteiten plaatsvinden of in ieder geval geen aan het object zichtbare bedrijfsmatige activiteiten. Woning met praktijkruimte (11): Onder een woning met praktijkruimte wordt verstaan: - een onroerende zaak die in hoofdzaak wordt gebruikt voor woondoeleinden; - waarin de bewoner tevens in het kader van een zelfstandig beroep of bedrijf activiteiten verricht; - welke bedrijfsmatige activiteiten het karakter hebben van praktijk aan huis in de sfeer van de vrije beroepen (arts, fysiotherapeut, notaris, accountant); - waarbij het feit dat een zelfstandig beroep of bedrijf wordt uitgeoefend, blijkt uit een aankondiging die vanaf de openbare weg zichtbaar is; - waarbij het mogelijk is een deel van de onroerende zaak aan te wijzen waar deze activiteiten plaatsvinden. Recreatiewoningen en overige woningen (12): Onder recreatiewoningen en overige woningen worden verstaan: - onroerende zaken die gedurende een deel van het jaar worden gebruikt voor woondoeleinden en waarbij het gebruik gedurende een deel van het jaar is beperkt; - een niet-zelfstandige eenheid (studentenwoningen, bejaardenwoningen); 19

20 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ - een complex van onzelfstandige bejaardenwoningen of onzelfstandige studenteneenheden; - een onroerende zaak die volledig dienstbaar is aan woondoeleinden (bijvoorbeeld een garagebox). Hiermee wordt bereikt dat het voor de belastingcapaciteit geen verschil maakt of de garagebox tezamen met de woning een samenstel vormt of dat de garagebox een afzonderlijke onroerende zaak is. Alle overige onroerende zaken zijn niet-woningen. De nietwoningen zijn de objecten met de volgende Stuf-WOZ gebruikscodes: 20 boerderij 21 niet-woning deels in gebruik als woning 30 niet-woning 40 terrein In de Regeling belastingcapaciteit zijn de vier Stuf-WOZ gebruikscodes van niet-woningen nader uitgewerkt: Boerderij (20): Onder een boerderij wordt verstaan: - een onroerende zaak, waarvan het gebruik (wonen of bedrijfsmatige activiteiten) direct verbonden is met de bedrijfsmatige exploitatie van cultuurgrond. Tot deze categorie behoren ook tuindersbedrijven. Woonboerderijen behoren niet tot de categorie boerderij. Woonboerderijen zijn woningen. Ook voormalige boerderijen waarin nu een ander bedrijf wordt uitgeoefend (bijvoorbeeld kantoor of winkel) zijn geen boerderij, maar bijvoorbeeld niet-woning. Niet-woning deels in gebruik als woning (21): Onder een niet-woning deels in gebruik als woning wordt verstaan: - een onroerende zaak die in hoofdzaak wordt gebruikt voor andere dan woondoeleinden en waarvan de aard zodanig is dat gebruik van de gehele onroerende zaak als woning niet voor de hand ligt (bijvoorbeeld een woon-winkelpand dat op grond van de objectafbakeningsregels als één onroerende zaak aangemerkt moet worden). Niet-woning (30): Onder een niet-woning wordt verstaan: - een onroerende zaak die geheel wordt gebruikt voor andere dan woondoeleinden; 20

21 2. HET WOZ-OBJECT - onroerende zaken waar het wonen is gecombineerd met andere functies (hotels, pensions, verpleeghuizen, gevangenissen). Dit betreft alle objecten voor bedrijfsmatige activiteiten zoals kantoren, winkels en bedrijfsruimten, maar ook bijzondere gebouwen die een niet bedrijfsmatig gebruik hebben (scholen, ziekenhuizen). Een object behoort alleen tot deze categorie, wanneer geen enkel deel van het object voor woondoeleinden wordt gebruikt. Zodra wel gewoond wordt in het object, wordt het object ingedeeld in de categorie niet-woningen deels in gebruik als woning. Terrein (40): Onder terrein wordt verstaan: - ongebouwde onroerende zaken, zoals cultuurgrond, parken, sportvelden, bouwgrond (waar nog geen bouwactiviteiten zijn verricht) etc. Het indelen van ongebouwde onroerende zaken in deze categorie is alleen van belang voor de objecten waarvoor een waarde moet worden bepaald (waarvan de waarde dus niet buiten aanmerking blijft). Bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond blijft bij de waardebepaling buiten aanmerking en daarom kan de gegevenslevering van losse percelen bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond achterwege blijven. Hierbij is indeling in deze categorie dus niet relevant. Voor nietbedrijfsmatig gebruikte cultuurgrond is deze indeling wel relevant. Voorbeeld: - Een woon-winkelpand is gewaardeerd voor / Het winkelgedeelte vertegenwoordigt een waarde van / Het woongedeelte is daarmee minder waard dan 70% van het totaal en dus behoort deze onroerende zaak tot de nietwoningen. Op grond van het feit dat het een gemengd pand is, krijgt dit pand de Stuf-WOZ gebruikscode Voor de bewoners van een verzorgingstehuis is het wonen direct gecombineerd met de verzorging die zij ontvangen. Om die reden krijgt een verzorgingstehuis de Stuf-WOZ gebruikscode De eigenaar van een particulier verzorgingstehuis woont zelf in een deel van het verzorgingstehuis. Het gehele object is één onroerende zaak. Voor de bewoners is het wonen direct gecombineerd met de verzorging en voor dat gedeelte is dan ook sprake van niet-woning. Voor de bewoning door de eigenaar geldt dit niet en dat betekent dat dit object deels 21

22 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ wordt gebruikt als woning. In dat geval krijgt het gehele object de Stuf-WOZ gebruikscode Vragen met betrekking tot onderscheid gebouwd/ongebouwd 13. Vraag: Wanneer valt grond onder de categorie ongebouwd en wanneer onder de categorie gebouwd. De waterschappen kennen een waterschapsomslag gebouwd en een waterschapsomslag ongebouwd. Voor de heffing van deze omslagen is het belangrijk dat elke onroerende zaak wordt ingedeeld in één van de categorieën gebouwde of ongebouwde onroerende zaken. Alle grond die dienstbaar is aan een gebouw hoort ook tot de categorie gebouwde onroerende zaken. Dat betekent dat de ondergrond van gebouwen behoort tot de categorie gebouwde onroerende zaken, maar ook de grond rondom het gebouw die ervoor zorgt dat het gebouw gebruikt kan worden of het gebouw beter geschikt maakt voor gebruik, is dienstbaar aan het gebouw. Ook deze grond hoort tot de categorie gebouwde onroerende zaken. Deze categorie wordt door het waterschap betrokken bij de heffing van de waterschapsomslag gebouwd. Alleen wanneer de grond een zelfstandig doel heeft dat los staat van gebouwen of dat belangrijker is dan de functie van de gebouwen, hoort grond in de categorie ongebouwd. Daarnaast wordt nog voor bepaalde categorieën onroerende zaken bij wet bepaald dat sprake is van ongebouwde onroerende zaken. Dit geldt voor openbare land- en waterwegen en banen voor openbaar vervoer per rail. Deze categorie ongebouwde onroerende zaken wordt betrokken in de waterschapsomslag ongebouwd. Voorbeelden: - Een woning staat op een kavel grond van 400 m 2. De tuin rondom het huis is volledig dienstbaar aan de woning. De kavel met woning is een samenstel van een gebouwd eigendom en een ongebouwd eigendom dat ingevolge de Waterschapswet wordt gezien als een gebouwde onroerende zaak. Aan deze onroerende zaken wordt daarom als "code gebouwd/ongebouwd" de waarde "G" toegekend. - Een onroerende zaak van in totaal twee hectaren bestaat uit een aantal sportvelden met kleedruimtes en een kantine. De 22

23 2. HET WOZ-OBJECT sportvelden vormen het belangrijkste bestanddeel van deze onroerende zaak. Daarom worden deze sportvelden als ongebouwde onroerende zaken aangemerkt. Omdat de kleedruimtes en kantine wel gebouwde eigendommen zijn, behoren deze (met de ondergrond, bijvoorbeeld circa 200 m 2 ) onder de categorie gebouwd. De onroerende zaak als geheel is daarmee gedeeltelijk gebouwd en gedeeltelijk ongebouwd (code gebouwd/ongebouwd is "B"). - Een onroerende zaak van in totaal twee hectaren bestaat uit begraafplaats met kapel. De begraafplaats is hier de hoofdfunctie. Deze begraafplaats wordt aangemerkt als een ongebouwd eigendom. De kapel met de ondergrond, (bijvoorbeeld circa 200 m 2 ) is een gebouwd eigendom. Omdat de begraafplaats de hoofdfunctie is en dus niet dienstbaar is aan de kapel, is de onroerende zaak als geheel gedeeltelijk gebouwd en gedeeltelijk ongebouwd (code gebouwd/ ongebouwd is "B"). - Een onroerende zaak van in totaal twee hectaren bestaat uit een woonboerderij met omliggend land. De woonboerderij met ondergrond is bijvoorbeeld 200 m 2. De woonboerderij is hier de hoofdfunctie en al het omliggende land is dienstbaar aan de woonboerderij. Daarom behoort deze onroerende zaken geheel in de categorie gebouwde onroerende zaken (code gebouwd/ongebouwd is "G"). Voor woningen zal in beginsel altijd de code "G" van toepassing zijn. Bij een woonboerderij is geen sprake van bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond. De waarde van de grond mag dus niet buiten aanmerking worden gelaten. De waarde van de grond maakt dan onderdeel uit van de waarde van de gebouwde onroerende zaak die bestaat uit de woning en alle grond die tot het object behoort. 14. Vraag: Welke code gebouwd/ongebouwd moet ik toekennen aan een boerderij? "B". In de meeste gevallen is de boerderij een onroerende zaak met zowel gebouwen (woning en bedrijfsgebouwen), de ondergrond van de gebouwen met bijbehorend erf en cultuurgrond. De gebouwen met de ondergrond en het erf zijn gebouwde onroerende zaken die betrokken worden in de waterschapsomslag gebouwd. De cultuurgrond is niet dienstbaar aan de boerderij (anders dan bij een woonboerderij) en vormt dus een ongebouwde onroerende zaak die wordt betrokken in de waterschapsomslag ongebouwd. De waarde die voor de gehele onroerende zaak wordt vastgesteld komt overeen met de waarde voor het gebouwde gedeelte. Dit 23

24 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ vloeit voort uit het feit dat de waarde van het ongebouwde gedeelte (de waarde van de cultuurgrond) bij de waardebepaling in het kader van de Wet WOZ buiten aanmerking gelaten moet worden (mits sprake is van bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond). In bijzondere situaties kan het zo zijn dat de onroerende zaak in het kader van de Wet WOZ alleen uit de woning, de bedrijfsgebouwen, ondergrond en erf bestaat. De cultuurgrond blijft dan buiten het WOZ-object. In een dergelijke situatie heeft de boerderij wel een code gebouwd/ongebouwd gelijk aan "G". Een dergelijke situatie doet zich voor wanneer bijvoorbeeld de bedrijfsgebouwen eigendom zijn, terwijl de cultuurgrond gepacht is. Die situatie kan zich ook voordoen, wanneer de cultuurgrond op afstand van de boerderij is gelegen. 2.6 Vragen met betrekking tot vastgestelde waarde 15. Vraag: Kan de vastgestelde waarde gelijk zijn aan nul? Ja. Het gegeven "vastgestelde waarde" is in ieder geval gelijk aan nul voor de zogenaamde sluimerende WOZ-objecten (zie hoofdstuk 3). Het gegeven "vastgestelde waarde" is ook gelijk aan nul voor die onroerende zaken die tijdelijk geblokkeerd zijn, omdat de definitieve gegevens (waarde en/of objectafbakening) nog niet gereed zijn (zie hoofdstuk 10). De waarde van een reëel WOZ-object kan in zeer bijzondere gevallen op nul worden vastgesteld. Deze waarde nul kan bijvoorbeeld het resultaat van een bezwaar- of beroepsprocedure zijn. (Bijvoorbeeld de rechter heeft bepaald dat de Nieuwe Kerk in Amsterdam de waarde nul heeft.) Voor alle WOZ-objecten waarvoor het gegeven "vastgestelde waarde" gelijk is aan nul, geldt dat er geen aanslagen opgelegd worden door de afnemers. Voor de sluimerende WOZ-objecten worden aanslagen opgelegd voor de objecten waarvan het sluimerende WOZ-object de ondergrond registreert. Voor de geblokkeerde objecten moet de afnemer wachten met het opleggen van aanslagen totdat de gemeente de definitieve gegevens verstrekt. Voor de objecten met een vastgestelde waarde nul kan ook geen aanslag worden opgelegd. Voor deze objecten zou eventueel een nihil aanslag opgelegd kunnen worden. 24

25 2. HET WOZ-OBJECT Wanneer voor alle onroerende zaken met het gegeven "vastgestelde waarde" gelijk aan nul geen (nihil) aanslag opgelegd wordt, bestaat er geen risico dat er ten onrechte nihil aanslagen worden opgelegd voor sluimerende WOZ-objecten en/of geblokkeerde objecten. 16. Vraag: Moeten de vastgestelde waarden worden afgerond? De waarde wordt bepaald en vastgesteld onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders. In het Stuf-WOZ wordt vermeld het bedrag zoals dat door het college wordt bepaald en wordt vastgesteld. Voor de waardebepaling zal een taxateur een voorstel doen. Dit voorstel betreft ook de "afronding" van het bedrag. Bij de taxatie zal doorgaans afgerond worden op eenheden van / Het ligt voor de hand dat bijvoorbeeld boven / wordt afgerond op / 5000, terwijl bij objecten met een waarde boven / wordt afgerond op / Denkbaar is dat de taxatie van objecten van meer dan / op / wordt afgerond. 17. Vraag: Welke waardepeildatum moet op de WOZ-beschikking worden vermeld? Voor het eerste WOZ-tijdvak geldt in beginsel de waardepeildatum 1 januari Gemeenten die daadwerkelijk naar deze waardepeildatum hebben getaxeerd, moeten gedurende het gehele eerste WOZ-tijdvak de waardepeildatum 1 januari 1995 op de WOZ-beschikking vermelden. Dat geldt ook voor latere taxaties in verband met bijvoorbeeld nieuwbouw of verbouw. Voor alle WOZ-objecten in de gemeente geldt steeds dezelfde waardepeildatum gedurende het gehele WOZ-tijdvak. Voor de zogenaamde wetsfictiegemeenten moet in beginsel gedurende het gehele eerste WOZ-tijdvak steeds de oorspronkelijke waardepeildatum worden vermeld. Dat betekent dat in wetsfictiegemeenten steeds 1 januari 1992, 1 januari 1993 of 1 januari 1994 op de WOZ-beschikking wordt vermeld. Deze waardepeildatum geldt ook bij latere taxatie in verband met nieuwbouw of verbetering. In wetsfictiegemeenten is er echter één uitzondering op de regel dat voor alle onroerende zaken binnen de gemeente gedurende het gehele WOZ-tijdvak dezelfde waardepeildatum geldt. Indien een belanghebbende een beroep doet op de zogenaamde 25

26 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ "tegenbewijsregeling", als bedoeld in artikel 41 Wet WOZ, kan voor een individuele onroerende zaak de waarde worden bepaald naar de waardepeildatum 1 januari In wetsfictiegemeenten kunnen gedurende het eerste WOZ-tijdvak dus twee waardepeildata naast elkaar voorkomen in één bestand, namelijk de oorspronkelijke waardepeildatum en voor enkele onroerende zaken de waardepeildatum 1 januari Deze verschillende waardepeildata worden in het Stuf-WOZ leveringsbestand ook gemeld aan de afnemers Voor gemeenten die op of na 1 januari 1997 ontstaan als gevolg van herindeling, bestaat in het eerste WOZ-tijdvak ook de mogelijkheid dat er verschillende waardepeildata naast elkaar bestaan. Dit heeft te maken met het al dan niet van toepassing zijn van verschillende waardepeildata in de opgeheven gemeenten die tezamen de nieuwe gemeente vormen. De gemeenteraad van de gemeenten die op 1 januari 1997 ontstaan hebben de mogelijkheid te kiezen voor een uniforme waardepeildatum in de nieuwe gemeente. Voor gemeenten die op een later moment ontstaan (1 januari 1998, 1999 of 2000) hebben die keuzemogelijkheid niet, omdat de belanghebbenden dan reeds WOZ-beschikkingen hebben ontvangen die in beginsel voor vier jaar gelden. 26

27 2. HET WOZ-OBJECT 27

28 VRAAGBAAK GEGEVENSLEVERING STUF-WOZ 3. HET SLUIMEREND WOZ-OBJECT 3.1 Bijzonderheden gegevensrecord Sluimerende WOZ-objecten leggen de ondergrond van meerdere WOZobjecten gezamenlijk zodanig vast dat er een sluitende relatie wordt gelegd met de kadastrale administratie. Op basis van deze sluitende relatie moeten correcte aanslagen voor de waterschapsomslag gebouwd en voor de waterschapsomslag ongebouwd opgelegd kunnen worden [zie Stuf-WOZ: 51 e.v.]. De ondergrond is hierbij niet alleen de grond pal onder het gebouw, maar ook de dienstbare grond (bijvoorbeeld tuinen). De gegevens over sluimerende WOZ-objecten worden in de normale records voor WOZ-objecten vastgelegd. De gegevensrecords met gegevens over sluimerende WOZ-objecten vertonen echter enkele bijzonderheden. De gebruikscode voor sluimerende WOZ-objecten is altijd 90. Deze gebruikscode is onafhankelijk van het feit of het sluimerende WOZ-object de ondergrond is van woningen (bijvoorbeeld een complex van een woningbouwvereniging) of de ondergrond van niet-woningen (bijvoorbeeld een bedrijfsverzamelgebouw). De vastgestelde waarde voor sluimerende WOZ-objecten (en daarmee ook het aandeel waarde gebouwd) is altijd gelijk aan nul. Dit betekent ook dat bijvoorbeeld de waardepeildatum niet relevant is. Het gegevensrecord voor een sluimerend WOZ-object zal wel worden gevuld met de waardepeildatum van de desbetreffende gemeente voor het desbetreffende tijdvak. Wat betreft de aanduiding van de onroerende zaak door middel van het adres gelden minder strikte eisen dan voor reële WOZ-objecten. Voor sluimerende WOZ-objecten worden immers geen WOZ-beschikkingen genomen en geen aanslagen opgelegd. De aanduiding van de onroerende zaak is dan ook niet gericht op communicatie met een belanghebbende. Er zijn immers geen directe belanghebbenden. Het doel van het sluimerend WOZ-object is het verkrijgen van een sluitende administratie. Voor de verwerking door de afnemers is het wel nodig dat elk sluimerend WOZ-object een aanduiding (adres) heeft. 28

29 3.2 Vragen met betrekking tot objectafbakening 3. HET SLUIMEREND WOZ-OBJECT 18. Vraag: Waarom is een sluimerend WOZ-object van belang voor meergezinswoningen? Bij meergezinswoningen is het niet mogelijk om de ondergrond direct te koppelen aan de afzonderlijke woningen. Het is onmogelijk om een aantal vierkante meters grond te koppelen aan een woning op de tweede etage en een aantal vierkante meters aan de woning op de derde etage op een zodanige wijze dat de totale oppervlakte van de ondergrond is verdeeld over de woningen. Daarom wordt bij de afzonderlijke woningen in een dergelijk complex een grondoppervlakte van nul vierkante meter geregistreerd. Wanneer alleen deze woningen met een grondoppervlakte van nul vierkante meter worden geleverd aan de afnemers, ontstaat er een probleem. Het waterschap vergelijkt de door de gemeente geleverde gegevens met de kadastrale informatie. Van de kadastrale percelen die de ondergrond vormen van een complex met meergezinswoningen zou dan nul vierkante meter gekoppeld zijn aan die woningen. Daaruit zal het waterschap dan de conclusie trekken dat de resterende oppervlakte (dus het gehele kadastrale perceel of kadastrale percelen) in de waterschapsomslag ongebouwd betrokken moeten worden. Dit is onjuist want de ondergrond van gebouwen dient betrokken te zijn in de omslag gebouwd en de waarde van de ondergrond is reeds verwerkt in de vastgestelde waarde van de afzonderlijke woningen. Omdat de oppervlakte aan grond niet is toe te rekenen aan individuele woningen, wordt de ondergrond van een complex meergezinswoningen vastgelegd in een sluimerend WOZ-object. Er is in het kader van het Stuf-WOZ uitdrukkelijk niet gekozen voor de oplossing waarin de gehele kadastrale oppervlakte wordt gekoppeld aan één van de woningen. De kans bestaat dan dat bij de waardebepaling verschil ontstaat tussen de woningen met grondoppervlakte 0 m 2 en de woningen met een grotere grondoppervlakte. Indien sprake is van een groot complex, waarbij dan aan één woning een zeer grote oppervlakte wordt gekoppeld, bestaat de kans dat deze woning door het gebruik van technieken voor geautomatiseerde waardebepaling een zeer hoge waarde zou krijgen. Om die reden wordt de grondoppervlakte gekoppeld aan een fictief (sluimerend) WOZ-object waarvoor geen waarde bepaald hoeft te worden. 29

Documentatierapport Waarde onroerende zaken (WOZ)

Documentatierapport Waarde onroerende zaken (WOZ) Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek Documentatierapport Waarde onroerende zaken (WOZ) Datum: 8 december 2014 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door het onderzoeksbureau

Nadere informatie

WAARDERINGSKAMER NOTITIE. Betreft: Stuf-TAX versie 4. Datum: 1 juli 2006 Bijlage(n): 3

WAARDERINGSKAMER NOTITIE. Betreft: Stuf-TAX versie 4. Datum: 1 juli 2006 Bijlage(n): 3 WAARDERINGSKAMER NOTITIE Betreft: Stuf-TAX versie 4 Datum: 1 juli 2006 Bijlage(n): 3 1. Inleiding Met ingang van 1 januari 2006 zijn er een aantal wijzigingen doorgevoerd in de definitie van het uitwisselingsformaat

Nadere informatie

Gegevenswoordenboek WOZ

Gegevenswoordenboek WOZ WAARDERINGSKAMER Gegevenswoordenboek WOZ Beschrijving en definitie van de gegevens in de WOZ-administratie Vastgesteld d.d. 22 maart 2002 GEGEVENSWOORDENBOEK WOZ COLOFON Waarderingskamer De eerste druk

Nadere informatie

Documentatierapport Basisregistraties Adressen en Gebouwen verrijkt (BAGplus)

Documentatierapport Basisregistraties Adressen en Gebouwen verrijkt (BAGplus) Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek Documentatierapport Basisregistraties Adressen en Gebouwen verrijkt (BAGplus) Datum: 23 mei 2014 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten

Nadere informatie

Bestandsanalyse Stuf-TAX volledigheidsonderzoek

Bestandsanalyse Stuf-TAX volledigheidsonderzoek - WAARDERINGSKAMER NOTITIE Betreft: Bestandsanalyse Stuf-TAX volledigheidsonderzoek Datum: 10 maart 2011 Bijlage(n): - Inleiding Vanuit haar toezichthoudende taak stelt de Waarderingskamer onderzoeken

Nadere informatie

Wijziging van de Regeling Stuf-WOZ FI

Wijziging van de Regeling Stuf-WOZ FI Wijziging van de Regeling Stuf-WOZ FI 11 februari 1999/WDB99/21M Directoraat-Generaal voor Fiscale Zaken Directie Wetgeving Directe Belastingen De Staatssecretaris van Financiën, Gelet op artikel 9 van

Nadere informatie

Regeling belastingcapaciteit BIZ, FI

Regeling belastingcapaciteit BIZ, FI Regeling belastingcapaciteit BIZ, FI «Invoeringswet Financiële-verhoudingswet» 14 november 1996/Nr. VFO93/4/U354 De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, mw. A.G.M. van de Vondervoort, en de Staatssecretaris

Nadere informatie

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mede namens de minister van Financiën,

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mede namens de minister van Financiën, Regeling van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van 29 maart 2011, nr. CZW/WBI 2011-2000051991, houdende regels betreffende de gegevensverstrekking van gemeenten over onroerende

Nadere informatie

WAARDERINGSKAMER. Record-layout Stuf-TAX. versie 4

WAARDERINGSKAMER. Record-layout Stuf-TAX. versie 4 WAARDERINGSKAMER Record-layout Stuf-TAX versie 4 1 1. OPBOUW LEVERINGSBESTAND 1. Voorlooprecord 1-2 2 N 93.11 Recordidentificatiecode Stuf-TAX (= 00) 3-6 4 N 09.10 Gemeentecode 7-46 40 A 09.11 Gemeentenaam

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2 WOZ-beschikking

HOOFDSTUK 2 WOZ-beschikking HOOFDSTUK 2 2.1 Waardevaststelling In de komt de eigenlijke waardevaststelling tot uitdrukking zoals die in hoofdstuk 4 van de Wet WOZ is geregeld. De Wet WOZ maakt een duidelijk onderscheid tussen waardebepaling

Nadere informatie

Microdataservices. Documentatierapport Waarde onroerende zaken (WOZ)

Microdataservices. Documentatierapport Waarde onroerende zaken (WOZ) Documentatierapport Waarde onroerende zaken (WOZ) Datum:25 november 2016 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door de onderzoeksinstelling of de opdrachtgever op eigen titel. Verwijzing naar

Nadere informatie

1 0a Het totaal aantal WOZ-objecten per 1 januari van het lopende jaar in de gemeente dat wordt gevraagd, is het aantal objecten:

1 0a Het totaal aantal WOZ-objecten per 1 januari van het lopende jaar in de gemeente dat wordt gevraagd, is het aantal objecten: Nummer Toelichting Waarderingsinstructie 1 0a Het totaal aantal WOZ-objecten per 1 januari van het lopende jaar in de gemeente dat wordt gevraagd, is het aantal objecten: Inclusief - geblokkeerde objecten;

Nadere informatie

Veelgestelde vragen. Veel gestelde vragen over de WOZ.

Veelgestelde vragen. Veel gestelde vragen over de WOZ. Veelgestelde vragen Veel gestelde vragen over de WOZ. 1. Wat is de Wet WOZ? 2. Wat is een WOZ-beschikking? 3. Hoe is de waarde op de beschikking tot stand gekomen? 4. Hoe worden de grenzen van mijn object

Nadere informatie

Documentatierapport Woonruimteregister verrijkt (WRGplus) 2012V1

Documentatierapport Woonruimteregister verrijkt (WRGplus) 2012V1 Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek Documentatierapport Woonruimteregister verrijkt (WRGplus) 2012V1 Datum: 8 juli 2013 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt

Nadere informatie

GISVG KOPPELING WAARDEREN DERDEN

GISVG KOPPELING WAARDEREN DERDEN GISVG KOPPELING WAARDEREN DERDEN Versie: 1.0 Datum: 26 januari 2015 Auteur: Afdeling: BU Belastingen GISVG Koppeling Waarderen derden 1 Inhoudsopgave Contents 1 Overzicht koppeling GISVG Waarderen derden.

Nadere informatie

Overdrachtsbelasting.

Overdrachtsbelasting. Overdrachtsbelasting. Vanuit de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) zijn vragen gesteld over de tijdelijke verlaging van het tarief van de overdrachtsbelasting voor woningen (zie het besluit

Nadere informatie

Wat is uw huis waard? DE WAARDE VAN UW ONROERENDE ZAAK

Wat is uw huis waard? DE WAARDE VAN UW ONROERENDE ZAAK Wat is uw huis waard? BELASTING 2005 DE WAARDE VAN UW ONROERENDE ZAAK inleiding Als eigenaar of gebruiker van een woning of een bedrijfspand betaalt u onroerende zaakbelasting, kortweg OZB. De hoogte van

Nadere informatie

VOORTGANGSINVENTARISATIE APRIL 2015

VOORTGANGSINVENTARISATIE APRIL 2015 VOORTGANGSINVENTARISATIE APRIL 2015 Telefoonnummer: Emailadres: In deze voortgangsinventarisatie wordt gevraagd naar de gemeentelijke situatie op 15 april 2015. Algemeen deel Deel waardepeildatum 1 januari

Nadere informatie

Omslagenverordening Schieland en de Krimpenerwaard 2005

Omslagenverordening Schieland en de Krimpenerwaard 2005 ONTWERP De verenigde vergadering van Schieland en de Krimpenerwaard; op voordracht van de voorbereidingscommissie van 22 november 2004; gelet op de artikelen 110 en 113, eerste lid, van de Waterschapswet;

Nadere informatie

De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 20 december 2005;

De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 20 december 2005; De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 20 december 2005; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 november 2005; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de

Nadere informatie

Processen en juridische aspecten LV WOZ

Processen en juridische aspecten LV WOZ Processen en juridische aspecten LV WOZ LV WOZ Inlichtingen Peter van den Heuij T 070-3427816 p.p.a.heuij@minfin.nl Datum 23 mei 2011 Auteur Ruud Kathmann Bijlage: Inleiding Voor de aanbesteding van de

Nadere informatie

Hoe wordt de WOZ-waarde vastgesteld?

Hoe wordt de WOZ-waarde vastgesteld? In dit document vindt u antwoorden op onderstaande vragen 1. Hoe wordt de WOZ-waarde vastgesteld? 2. Waarvoor wordt de WOZ-waarde gebruikt? 3. Taxatieverslag 4. Hoe wordt de waarde van mijn pand vastgesteld

Nadere informatie

VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op

VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2006 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders besluit :

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders besluit : Nr. 10-. PURMEREND De raad van de gemeente Purmerend ; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; besluit : vast te stellen de volgende

Nadere informatie

WOZ-waardering NSW-landgoederen ingrijpend gewijzigd

WOZ-waardering NSW-landgoederen ingrijpend gewijzigd WOZ-waardering NSW-landgoederen ingrijpend gewijzigd De voorschriften voor het bepalen van de WOZwaarden van landgoederen die gerangschikt zijn onder de Natuurschoonwet 1928 (NSW) zijn gewijzigd. Dit valt

Nadere informatie

Raad V200700980 versie 4 december 2007. Onderwerp: Vaststellen verordening onroerende-zaakbelastingen 2008

Raad V200700980 versie 4 december 2007. Onderwerp: Vaststellen verordening onroerende-zaakbelastingen 2008 Raadsvoorstel Inleiding:Voor het jaar 2008 dienen de tarieven voor heffing van de onroerende-zaakbelastingen (ozb) te worden vastgesteld vóór de aanvang van het belastingjaar. De ozb wordt geheven op basis

Nadere informatie

Heffing & Invordering 10. H&I

Heffing & Invordering 10. H&I Heffing & Invordering 10. H&I Eindterm 10.01. Algemeen De examenkandidaat kan de plaats van de gemeentelijke heffingen omschrijven binnen de inkomstenbronnen van de gemeente en kent de bestedingen door

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen 2018 (Verordening onroerendezaakbelastingen Delft 2018).

Verordening op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen 2018 (Verordening onroerendezaakbelastingen Delft 2018). De raad van de gemeente Delft; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 september 2017; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; gezien het advies

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr. 1236141; VAN ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr. 1236141; VAN ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN De raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr. 1236141; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; besluit: vast te

Nadere informatie

Gemeente Almere. Besluit. De raad van de gemeente Almere, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Gemeente Almere. Besluit. De raad van de gemeente Almere, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders Besluit Nummer Datum De raad van de gemeente Almere, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; vast te stellen de volgende verordening:

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland) De raad van de gemeente Almere, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; vast te stellen de volgende verordening: BESLUIT: VERORDENING

Nadere informatie

Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Datum: 28 mei en 16 juli 2009. Datum rapport: 3 augustus 2009

Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Datum: 28 mei en 16 juli 2009. Datum rapport: 3 augustus 2009 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente: Utrechtse Heuvelrug Datum: 28 mei en 16 juli 2009 Datum rapport: 3 augustus 2009 Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van de inspectie

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en Verordening op de heffing en invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2014 Status In werking Algemene informatie Deze verordening regelt de hoogte, de heffing en invordering van

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.21 november 2017 ; b e s l u i t :

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.21 november 2017 ; b e s l u i t : De raad van de gemeente Purmerend ; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.21 november 2017 ; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de

Nadere informatie

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd:

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Wet waardering onroerende zaken en enige andere wetten in verband met de invoering van een basisregistratie inkomen en een basisregistratie waarde

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; Agendanummer: 6 Vergadering: 8 november 2012 De raad van de gemeente Winsum; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013; De raad van de gemeente Opmeer; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013; gelet op het advies van de commissie Bestuurlijke Zaken en Verantwoording van 28

Nadere informatie

Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122

Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122 Raadsvergadering d.d. Casenummer Raadsvoorstelnummer Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122 Gemeente Bussum Vaststellen tarieven onroerende-zaakbelastingen 2012 Brinklaan 35 Postbus 6000

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten Bijlage d behorend bij het besluit van de raad van de gemeente Nieuwkoop van 1 4 december 2017 en als zodanig gewaarmerkt door de griffier. Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229

ECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229 ECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229 Instantie Datum uitspraak 11-12-2007 Datum publicatie 07-01-2008 Rechtbank 's-hertogenbosch Zaaknummer AWB 06/2511, AWB 06/2530 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

bijlage(n) 1 Onlangs hebben wij onderzoek gedaan naar de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) in uw gemeente.

bijlage(n) 1 Onlangs hebben wij onderzoek gedaan naar de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) in uw gemeente. WAARDERINGSKAMER Gemeente Heerhugowaard T.a.v. mevrouw J. Dijkstra Postbus 390 1700 AJ HEERHUGOWAARD *B201213314* ONTVANGEN 1 1 SEP 2Q12 ons kenmerk 12.2665 IL bijlage(n) 1 betreft: Voortgang uitvoering

Nadere informatie

Model-verordening op de watersysteemheffing

Model-verordening op de watersysteemheffing Model-verordening op de watersysteemheffing Het algemeen bestuur van het waterschap Op voordracht van het dagelijks bestuur van ; Gelet op de artikelen 110,113

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Pijnacker-Nootdorp uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Pijnacker-Nootdorp uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Pijnacker-Nootdorp uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei 2018 Datum rapport: 28 mei 2018 1. Inleiding De Waarderingskamer houdt toezicht op de uitvoering van de

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vlaardingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vlaardingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Vlaardingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april 2012 Datum rapport: 25 april 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

VERKLARING COMPLEX ONROERENDE ZAKEN MET WOZ-BESCHIKKING

VERKLARING COMPLEX ONROERENDE ZAKEN MET WOZ-BESCHIKKING VERKLARING COMPLEX ONROERENDE ZAKEN MET WOZ-BESCHIKKING De energiebelasting (EB) en opslag duurzame energie (ODE) over elektriciteit en gas moeten worden berekend per aansluiting van de energieverbruiker

Nadere informatie

Vraagbaak waardebepaling. in het kader van de Wet WOZ

Vraagbaak waardebepaling. in het kader van de Wet WOZ WAARDERINGSKAMER Vraagbaak waardebepaling in het kader van de Wet WOZ Een antwoord op de meest gestelde vragen over de waardebepaling in het kader van de Wet WOZ Tekst herziene druk vastgesteld op: 5 november

Nadere informatie

Besluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing Waterschap Veluwe 2011.

Besluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing Waterschap Veluwe 2011. Besluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing Waterschap Veluwe 2011. Het algemeen bestuur van Waterschap Veluwe; Op voordracht van het dagelijks bestuur van 13 oktober 2010; Gelet

Nadere informatie

Verordening bedrijveninvesteringszone eigenaren en gebruikers Centrum Papendrecht

Verordening bedrijveninvesteringszone eigenaren en gebruikers Centrum Papendrecht Verordening bedrijveninvesteringszone eigenaren en gebruikers Centrum Papendrecht 2018-2022 De raad van de gemeente Papendrecht; - gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2017;

Nadere informatie

Verordening watersysteemheffing waterschap Vechtstromen 2015

Verordening watersysteemheffing waterschap Vechtstromen 2015 Verordening watersysteemheffing waterschap Vechtstromen 2015 Kenmerk: Het algemeen bestuur van het waterschap Vechtstromen; gezien het voorstel van het dagelijks bestuur van 28 oktober 2014; gelet op de

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Venray uitvoeringsorganisatie: Datum: 1 augustus Gemeente/ Datum rapport: 4 augustus 2014

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Venray uitvoeringsorganisatie: Datum: 1 augustus Gemeente/ Datum rapport: 4 augustus 2014 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Venray uitvoeringsorganisatie: Datum: 1 augustus 2014 Datum rapport: 4 augustus 2014 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Leerdam uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei Gemeente/ Datum rapport: 15 juni 2012

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Leerdam uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei Gemeente/ Datum rapport: 15 juni 2012 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Leerdam uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei 2012 Datum rapport: 15 juni 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek naar de

Nadere informatie

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Nijmegen houdende heffingen Verordening Onroerende zaakbelastingen 2018

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Nijmegen houdende heffingen Verordening Onroerende zaakbelastingen 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Nijmegen Nr. 230551 27 december 2017 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Nijmegen houdende heffingen Verordening Onroerende zaakbelastingen 2018

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN ONROERENDE- ZAAKBELASTINGEN 2016.

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN ONROERENDE- ZAAKBELASTINGEN 2016. Onderwerp: Verordening Onroerende zaakbelastingen Oss 2016 Volgnummer Dienst/afdeling G/ID De raad van de gemeente Oss; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; gelet op

Nadere informatie

Sector : II Nr. : 66b. De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2010, nummer

Sector : II Nr. : 66b. De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2010, nummer Sector : II Nr. : 66b 8/66.10; De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2010, nummer gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; besluit:

Nadere informatie

Reglement WOZ Vastgesteld september 2015

Reglement WOZ Vastgesteld september 2015 Reglement WOZ Vastgesteld september 2015 Postbus 42530 3006 DA Rotterdam 010 212 46 85 info@nrvt.nl www.nrvt.nl 2/9 Reglement werkkamer WOZ Overwegende dat in het kader van de Wet waardering onroerende

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Tytsjerksteradiel uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 september 2012.

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Tytsjerksteradiel uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 september 2012. WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Tytsjerksteradiel uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 september 2012 Datum rapport: 22 oktober 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude VERORDENING BELASTINGEN OP ROERENDE WOON EN BEDRIJFSRUIMTEN 2015

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude VERORDENING BELASTINGEN OP ROERENDE WOON EN BEDRIJFSRUIMTEN 2015 VERORDENING BELASTINGEN OP ROERENDE WOON EN BEDRIJFSRUIMTEN 2015 De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 281 Wijziging van de Wet waardering onroerende zaken, de Wet algemene regels herindeling en enige andere wetten (verfijning waardebepaling en

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2015

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2015 Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2015 De raad van de gemeente Haarlem; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

VERORDENING op de heffing en de invordering

VERORDENING op de heffing en de invordering VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2012 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van de Publieksservice, team Burgerzaken en Belastingen d.d. 6 oktober 2014;

gelezen het voorstel van de Publieksservice, team Burgerzaken en Belastingen d.d. 6 oktober 2014; No. 2014/ Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Coevorden; gelezen het voorstel van de Publieksservice, team Burgerzaken en Belastingen d.d. 6 oktober 2014; dat het gewenst is om beleidsregels

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gorinchem uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 juli 2013. Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gorinchem uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 juli 2013. Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Gorinchem uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 juli 2013 Datum rapport: 21 augustus 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

Gemeentelijk WOZ-rapport

Gemeentelijk WOZ-rapport Gemeentelijk WOZ-rapport Adres Adres 8 en woonplaats KLEISTAD Gemeente Wijk Centrum Vogelenbuurt Bouwkundig Objectstatus Object in gebruik Bouwjaar(klasse) 1978 Inhoud (m3) 340 bruto Gebruiksoppervlak

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van Onroerendezaakbelastingen. Citeertitel Verordening Onroerende zaakbelastingen 2015

Verordening op de heffing en de invordering van Onroerendezaakbelastingen. Citeertitel Verordening Onroerende zaakbelastingen 2015 Gemeente Zaanstad Verordening op de heffing en de invordering van Onroerende-zaakbelastingen 2015 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Gemeente

Nadere informatie

Beknopte beschrijving van de attribuutinformatie in de database:

Beknopte beschrijving van de attribuutinformatie in de database: Leeswijzer Maatvast Beknopte beschrijving van de attribuutinformatie in de database: gebruiksopp_bn Indicatie of het object is voorzien van een bruto- danwel netto-gebruiksoppervlakte. gebruiksoppervlak_bew

Nadere informatie

Besluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing waterschap Rijn en IJssel 2019.

Besluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing waterschap Rijn en IJssel 2019. Besluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing waterschap Rijn en IJssel 2019. Het algemeen bestuur van Waterschap Rijn en IJssel; Op voordracht van het dagelijks bestuur van 9 oktober

Nadere informatie

Gezien het voorstel inzake onroerende-zaakbelastingen Stein 2006 (Gem. blad Afd. A 2005, no. 152 );

Gezien het voorstel inzake onroerende-zaakbelastingen Stein 2006 (Gem. blad Afd. A 2005, no. 152 ); 2005, no. 152 De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel inzake onroerende-zaakbelastingen Stein 2006 (Gem. blad Afd. A 2005, no. 152 ); gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010 tot het aanpassen tarieven belastingen en heffingen 2011, nr.

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010 tot het aanpassen tarieven belastingen en heffingen 2011, nr. De Raad van de gemeente Maassluis; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010 tot het aanpassen tarieven belastingen en heffingen 2011, nr. 2010-4108 gelet op het bepaalde

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Sluis uitvoeringsorganisatie: Datum: 28 maart 2013. Gemeente/ Datum rapport: 15 mei 2013

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Sluis uitvoeringsorganisatie: Datum: 28 maart 2013. Gemeente/ Datum rapport: 15 mei 2013 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Sluis uitvoeringsorganisatie: Datum: 28 maart 2013 Datum rapport: 15 mei 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

ons kenmerk ECGF/U201301598 Lbr. 13/105

ons kenmerk ECGF/U201301598 Lbr. 13/105 VNG Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Vereniging van Nederlandse Gemeenten informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft NSW-status landgoederen Wet WOZ en OZB Samenvatting ons kenmerk ECGF/U201301598

Nadere informatie

Model taxatieverslag woningen dat is opgenomen in de bijlage bij deze regeling.

Model taxatieverslag woningen dat is opgenomen in de bijlage bij deze regeling. Artikel Het in bijlage 4 van de Uitvoeringsregeling instructie waardebepaling Wet waardering onroerende zaken opgenomen Model taxatieverslag woningen wordt vervangen door het Model taxatieverslag woningen

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oldenzaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 3 oktober Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oldenzaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 3 oktober Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Oldenzaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 3 oktober 2012 Datum rapport: 24 oktober 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Fractie Heusden Één. Rekening houden met bezwaren van het voorgaand jaar

Fractie Heusden Één. Rekening houden met bezwaren van het voorgaand jaar Fractie Heusden Één Ons kenmerk: Uw brief van: 7 april 2008 Behandeld door: Dhr. E.F. Roosenboom Doorkiesnummer: (073) 513 17 89 E-mailadres: info@heusden.nl Onderwerp: OZB-aanslagen/WOZ-beschikkingen

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Súdwest-Fryslân uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 juni Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Súdwest-Fryslân uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 juni Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Súdwest-Fryslân uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 juni 2012 Datum rapport: 31 juli 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

26 oktober 2017 (definitief)

26 oktober 2017 (definitief) WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Edam-Volendam uitvoeringsorganisatie: Datum: 22 september 2017 Datum rapport: 26 september 2017 (concept) 26 oktober 2017 (definitief) 1. Inleiding Dit rapport

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Lelystad uitvoeringsorganisatie: Datum: 20 juni Gemeente/ Datum rapport: 20 juni 2018

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Lelystad uitvoeringsorganisatie: Datum: 20 juni Gemeente/ Datum rapport: 20 juni 2018 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Lelystad uitvoeringsorganisatie: Datum: 20 juni 2018 Datum rapport: 20 juni 2018 1. Inleiding De Waarderingskamer houdt toezicht op de uitvoering van de Wet waardering

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende. zaakbelastingen 2012 Citeertitel Verordening onroerende-zaakbelastingen 2012

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende. zaakbelastingen 2012 Citeertitel Verordening onroerende-zaakbelastingen 2012 Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2012 Verord Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Heerhugowaard Officiële naam regeling

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Emmen uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli Gemeente/ Datum rapport: 14 juli 2012

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Emmen uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli Gemeente/ Datum rapport: 14 juli 2012 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Emmen uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli 2012 Datum rapport: 14 juli 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek naar de

Nadere informatie

1 mei 2018 (definitief)

1 mei 2018 (definitief) WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Reusel-De Mierden uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 april 2018 Datum rapport: 19 april 2018 (concept) 1 mei 2018 (definitief) 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oisterwijk/Tilburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juli Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oisterwijk/Tilburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juli Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Oisterwijk/Tilburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juli 2012 Datum rapport: 16 juli 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer ; b e s l u i t :

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer ; b e s l u i t : De raad van de gemeente Gooise Meren; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer 305477; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de volgende verordening:

Nadere informatie

: Verantwoording hertaxtie Wet WOZ en kostenverrekening ten behoeve van WOZ-periode 1 januari 2001 tot en met 31 december 2004

: Verantwoording hertaxtie Wet WOZ en kostenverrekening ten behoeve van WOZ-periode 1 januari 2001 tot en met 31 december 2004 Commissie : ABZ 2 juni 2003 Agendanr. : 7 Doc.nr : B200306212 Afdeling: : Financiën COMMISSIEVOORSTEL Onderwerp : Verantwoording hertaxtie Wet WOZ en kostenverrekening ten behoeve van WOZ-periode 1 januari

Nadere informatie

NIEUWE Verordening onroerende-zaakbelastingen 2014

NIEUWE Verordening onroerende-zaakbelastingen 2014 NIEUWE Verordening onroerende-zaakbelastingen 2014 Rode tekst = vervallen of fout, Oranje tekst = afwijkend in huidige verordening/anders geformuleerd, Zwarte tekst = tekst gelijk gebleven, Gele arcering

Nadere informatie

ECGF/U201301598 Lbr. 13/105

ECGF/U201301598 Lbr. 13/105 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft NSW-status landgoederen Wet WOZ en OZB Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECGF/U201301598 Lbr. 13/105 bijlage(n)

Nadere informatie

Handreiking Grenzen Validatie

Handreiking Grenzen Validatie Handreiking Grenzen Validatie ivalidatie, NWWI, Taxateurs Unie en TVI De vier validatie-instituten (ivalidatie, NWWI, Taxateurs Unie en TVI) zijn verantwoordelijk voor het valideren van de door taxateurs

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Stadskanaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 11 april Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Stadskanaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 11 april Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Stadskanaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 11 april 2017 Datum rapport: 12 april 2017 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening Onroerende Zaakbelasting 2019 vast te stellen.

Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening Onroerende Zaakbelasting 2019 vast te stellen. Raadsvoorstel Nummer: 178446 Behandeld door: A. van de Kamp Datum: 23 oktober 2018 Agendapunt: 11 Onderwerp: Verordening Onroerende zaakbelasting 2019 Geachte raad, Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 27 september Gemeente/ Datum rapport: 9 oktober 2017

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 27 september Gemeente/ Datum rapport: 9 oktober 2017 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 27 september 2017 Datum rapport: 9 oktober 2017 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Nuenen c.a. uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Nuenen c.a. uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Nuenen c.a. uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus 2013 Datum rapport: 23 september 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

Verordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbelastingen

Verordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbelastingen De raad van de gemeente Harderwijk; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van november 2017, raadsbesluitnummer..; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;

Nadere informatie

Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Datum: 3 september 2008. Datum rapport: 8 september 2008

Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Datum: 3 september 2008. Datum rapport: 8 september 2008 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente: Nijmegen Datum: 3 september 2008 Datum rapport: 8 september 2008 Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van de ter plaatse die de Waarderingskamer

Nadere informatie

Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie

Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door

Nadere informatie

In de commissie RF van 4 juni 2015 zijn met betrekking tot de OZB de volgende uitgangspunten vastgesteld :

In de commissie RF van 4 juni 2015 zijn met betrekking tot de OZB de volgende uitgangspunten vastgesteld : Raadsvoorstel Nummer: 169564 Behandeld door: A. van de Kamp Datum: 7 november 2017 Agendapunt: Onderwerp: Verordening Onroerende zaakbelasting 2018 Geachte raad, Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017; VERORDENING ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN 2018 De raad van de gemeente Waalwijk; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017; gelet op de artikelen 220 tot en met

Nadere informatie

Onderwerp Intrekken verordening onroerende-zaakbelastingen 2013 en vaststellen verordening onroerendezaakbelastingen

Onderwerp Intrekken verordening onroerende-zaakbelastingen 2013 en vaststellen verordening onroerendezaakbelastingen Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 20280 Datum : 26 november 2013 Algemene Middelen, paragraaf 5.7 Lokale Programma : Heffingen Blad : 1 van 5 Cluster : Bestuur

Nadere informatie

I. in te trekken de verordening d.d. 13 december 2007, nr. 60a; II. vast te stellen de: Artikel 1

I. in te trekken de verordening d.d. 13 december 2007, nr. 60a; II. vast te stellen de: Artikel 1 Sector Nr. : II : 48a De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 november 2008, nummer 10/48.08; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de

Nadere informatie

WAARDERINGSKAMER. Catalogus Basisregistratie WOZ

WAARDERINGSKAMER. Catalogus Basisregistratie WOZ WAARDERINGSKAMER Catalogus Basisregistratie WOZ Versie 1.4 31 maart 2009 CATALOGUS BASISREGISTRATIE WOZ COLOFON Waarderingskamer De "Catalogus Basisregistratie WOZ" is op 19 december 2006 vastgesteld door

Nadere informatie

Verordening BI-zone winkelcentrum Willem de Zwijger

Verordening BI-zone winkelcentrum Willem de Zwijger CVDR Officiële uitgave van Alkmaar. Nr. CVDR379637_1 29 mei 2018 Verordening BI-zone winkelcentrum Willem de Zwijger 2016-2020 De raad van de gemeente Alkmaar; gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen

Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen Raadsbesluit Nummer: 10 Wettelijke grondslag: artikel 220 tot en met 220h Gemeentewet Besloten in de raadsvergadering van: 17 januari 2018 Besluit om: de volgende verordening vast te stellen: Verordening

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Twenterand uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 april Gemeente/ Datum rapport: 22 mei 2012

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Twenterand uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 april Gemeente/ Datum rapport: 22 mei 2012 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Twenterand uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 april 2012 Datum rapport: 22 mei 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek naar

Nadere informatie